N.V.
Drukkerij Sinjewel.
wordt spoedig en
net uitgevoerd
geleverd door de
Zoodra een oplossing is gevonden, zal
daarvan aan den raad mededeeling
worden gedaan, zoonoodig vergezeld
van een voorstel tot het verleenen van
een crediet.
B. en W. achten het wenschelijk de
samenstelling en de werkwijze van de
z.g. bioscoop-commissie onder de oogen
te zien, zoodra het thans bij de Staten-
Generaal aanhangige ontwerp van wet
tot bestrijding van de zedelijke en maat
schappelijke gevaren van de bioscoop
wettelijke sanctie zal hebben verkregen
Mede met het oog op de financiëele
toestand der gemeente kunnen B. en W
geen vrijheid vinden een post op de be-
grooting uit te treken voor subsi
diëering van openbare leeszalen.
Hierbij dient niet uit het oog te wor
den verloren, dat het buitengewoon
moeilijk is, om subsidie te verleenen
voor één of meer openbare leeszalen in
één der afdeelingen van de gemeente,
daar dan toch zeker alle deelen der ge
meente van het nut dezer instelling
zouden behooren te profiteeren.
Aan den wensch van één der leden
om bijna alle posten op dit volgnummer
te schrappen, kan door B. en W. niet
worden voldaan.
Aangaande de vraag van één der le
den op welk dienstjaar de belasting
over het tijdvak lJanuari-30 April 1919
is verantwoord, vermoeden B. en W.,
dat zij is gesteld in verband met de ver
schuiving van het belastingjaar.
Dit lid is blijkbaar van oordeel dat
door de gemeente het bedrag, ontvan
gen over de eerste vier maanden van
1919 geheel is ingeteerd. Dit nu is min
der juist.
Ter nadere toelichting dezer zaak
diene het volgende:
Vroeger liep het belastingjaar van 1
Januari31 December. De laatste ver
valdag was dan ultimo December.
Vóór 1 Juli d.a.v. kon dan de belas
ting van het afgeloopen dienstjaar vrij
wel zijn ontvangen en in het betrokken
jaar worden verantwoord.
Bij de belasting verschuldigd over het
tijdvak 1 Mei 191930 April 1920 ver
viel de laatste termijn ultimo April
1920, aldus vier maanden later dan
vroeger, toen het belastingjaar gelijk
aan het kalenderjaar was. Daardoor
verschoof de vervolging ook vier maan
den, zoodat na 1 Juli 1920 wat betreft
den dienst 1919/1920 nog een zeer be
langrijk bedrag werd ontvangen i. c.
f 169.369.87. Dit bedrag is verantwoord
op den dienst 1920.
Het bovenstaande geldt natuurlijk
ook met betrekking tot volgende belas
tingjaren.
In dit verband mag vooral niet uit het
oog worden verloren, dat B.- en W. in
dertijd (zie raadsverslag 30 September
1919) aan den gemeenteraad hebben
voorgesteld, voor het belastingjaar
1919/1920 het vermenigvuldigingscijfer
te stellen op 3. De gemeenteraad kon
zich hiermede niet vereenigen, waarna
de meerderheid van het college van B.
en W., adviseerde het vermenigvuldi
gingscijfer te stellen op 2.45, waartoe de
gemeenteraad dan ook besloot (zie
hiervoor o.a. gemeenteblad no. 255 van
1919).
In yerband met den wensch van één
der leden van de tweede afdeeling, dat
een hoogere uitkeering van het gasbe
drijf kon worden verkregen, merken B.
en W. op dat de hierbedoelde winstuit-
keering is gegrond op de art. 28 en 28a
der verordening op het beheer van het
gemeentelijk gasbedrijf.
Op grond van deze bepalingen zijn de
volgende bedragen in de gemeentekas
gestort:
Dekking verlies Winst
waterleiding aandeel
over 1917 f 21421.88 f
1918 - 13583.92® - 23611.58®
1919 - 23933.75® - 7899.—
1920 - 8092.12 - 16394.79
Hieruit blijkt, dat het gasbedrijf jaar
lijks aanzienlijke sommen van zijn kas
middelen heeft moeten onttrekken ter
versterking van de ontvangsten op de
geineentebegrooting.
B. en W. achten het niet in het belang
van het bedrijf, dat in de regelen, om
trent de uitkeering wijziging wordt ge
bracht. Tot verhooging van den gasprijs
bestaat naar hunne meening geen aan
leiding.
Door B. en W. is aan den ontvanger
der registratie en domeinen te Zaan
dam voorgesteld, de op 31 December
1923 afloopende pacht van een gedeelte
zeestrand ten zuiden van de zuidpier
met drie jaar te verlengen, opdat de te
genwoordige onder-pachter in de gele
genheid zij aan de exploitatie van het
strand meerdere uitbreiding te geven.
Bericht is ingekomen, dat hiertegen in,
beginsel geen bezwaar bestaatomtrent
de pachtsom wordt nog onderhandeld.
B. en W. beijveren zich zoodoende, om
van IJmuiden een goede badplaats te
maken.
De uitreiking van de aanslagbiljetten
van de kohieren 1920/1921 en 1921/192'»
heeft vertraging ondervonden, daar in
1920 en 1921 telkens moest worden ge
wacht op de Koninklijke goedkeuring
der verordening.
De kohieren, ofschoon die reeds lang
gereed lagen, konden in verband hier
mede niet aan den ontvanger ter invor
dering worden ter hand gesteld.
Voor volgende jaren zal getracht
worden, de biljetten eerder aan de be
lastingplichtigen uit te reiken.
De beantwoording van de vraag of
B. en W. het oirbaar achten en of het
naar de meening van het college in het
belang der gemeente is, dat door hoofd
ambtenaren der gemeente adviezen in
zake belastingen worden gegeven aan
de ingezetenen hangt af van de omstan
digheden, met name of art. 11 der ver
ordening op den rechtstoestand der
ambtenaren toepasselijk is. Zonder na
dere gegevens kan dit niet worden be
oordeeld.
B. en W. merken op, dat de betrekke
lijke verordening herhaaldelijk is ge
wijzigd, zoodat het h.i. geen aanbeve
ling verdient, reeds thans wederom tot
wijziging over te gaan.
liet is wenschelijk, nog eenigen tijd
of te wachten, hoe de verordening
werkt.
PLAATSELIJK MEÜWS
IJMUIDEN.
Voor het examen, afgenomen vanwege
het Genootschap voor Practisch Handels
onderwijs te 's-Gravenhage slaagde o. a.
G. Zweers alhier.
Bij het in den Haag gehouden examen
van de Ver. van Mode-Vakscholen slaagde
voor het diploma costumiére Mej. A. Glas
alhier.
Het onderhoud van de werken der
Rijksvisschershaven alhier gedurende 1921
is opgedragen aan de firma P. Heere en
Zn. alhier voor f 35264.50.
Een aantal personen hebben het Oude
jaar nu juist niet op een prettige manier
geëindigd Natuurlijk kwam dit omdat de
drank in 't spel was. De politie moest
Zaterdagmiddag op verzoek van Mej. T.,
cafehoudster in de Kanaalstraat, assistentie
verleenen, daar een 10-tal personen het
haar zeer lastig maakten.
De politie ondervond bij haar optreden
zoo ernstig verzet, dat een 6-tal personen
gearresteerd werd.
Maandagavond is door de politie
uit Leiden hier aangebracht een opvarende
van het stoomschip Tjisondari der Holland-
Oost Azië Lijn, dat op reis naar Japan
wegens stormweer in het Noordzeekanaal
had vastgemaakt. De man, A. J. S. genaamd,
die van het schip was gedeserteerd, is op
last wan den Commissaris alhier weer aan
boord gebracht.
VELSEROORD.
De heer C. M. Munninkhuizen, onder
wijzer aan de Rijkstuchtschool alhier, is
benoemd tot onderwijzer aan de Vesting-
school te Naarden.
Op Nieuwjaarsdag overleed na
en korte, hevige ongesteldheid de heer
G. v. d. Hoeven, agent van politie alhier.
Het sterven van dezen 26 jarigen jongeman,
die na Kerstmis van een uitstapje naar
Duitschland terugkeerde, wekte in den kring
zijner Collega.s groote verslagenheid. Heden
s zijn stoffelijk overschot onder groote
deelneming op de Algem. Begraafplaats te
Haarlem ter aarde besteld, waarbij velen
van ons gemeentelijk politiecorps aanwezig
waren, benevens deputaties van Beverwijk,
Haarlem, Heemstede, Hilversum en En
schede.
VELSEN.
De levering van schoolbehoeften
voor de openbare scholen gedurende
922 is opgedragen aan den heer P. F. C.
loelse te IJmuiden, van de handwerk-
jenoodigdheden aan de firma Smeenk-
Ubertsma te Velseroord.
Dezer dagen meldden wij dat de
geldophaler bij het gasbedrijf een 5-tal
processen-verbaal had opgemaakt we
gens het ledigen van muntmeters. Om
niet den indruk te vestigen, dat dit da-
gelijksch zou voorkomen, melden wij
lat dit geweest is over het laatste half
jaar.
Tegen J. B., wonende te Velsen, is
te Beverwijk proces-verbaal opgemaakt
omdat hij tusschen Uitgeest en Bever
wijk zonder noodzaak aan de noodrem
had getrokken en daardoor de trein tot
stilstand had gebracht.
Naar „de Tel." verneemt vordert de
bouw van het hoogovenbedrijf te Velsen
redelijk. In den loop van de maand Januari
zal de bouw der cokesovens worden aan
besteed, waarvan aanvankelijk de stichting
werd uitgesteld.
De hoogoven zelf zal in den loop van
dit jaar, naar verwacht wordt, worden
opgeleverd.
De Harmoniekapel „De Eendracht"
geeft a.s. Zondagavond een concert in
Concordia, met medewerking van Mej. Lucie
Vos (sopraan) te Overveen, den heer H. W
Wicherink (clarinet) te Beverwijk en Mej
J. Misset (begeleiding).
SANTPOORT.
Ten nadeele van den heer M. zijn
uit een schuurtje achter diens villa twee
rijwielen ontvreemd, een dames- en een
heerenrijwiel. Het wordt tijd dat de fietsen
dieven, die hier brutaal blijven optreden
eindelijk eens worden ingerekend.
Het zou geen luxe wezen, schreven
wij indertijd, als de Hagelingerweg tot den
Rijksstraatweg toe bestraat werd. Wie zulks
niet geloofd, moet thans maar eens een
kijkje komen nemen. Een modderpoel van
wat ben je meEen Middeleeuwsche weg
kan er niet erger uit gezien hebben De
bewoners van dezen weg zijn inderdaac
diep te beklagen.
VI>SCH ERIJ.
Gedurende de week van 22 t./m. 28
December 1921, kwamen alhier de navol
gende vaartuigen binnen:
25 Hollandsche-, i Duitsche stoomtrawlers
26 zeilloggers, 2 stoombeugers 1 sloep en
4 kustvisschers.
De besommingen waren als volgt
Hollandsche
Stoomtrawlers van f 503.tot f 5443.
Duitsche
Stoomtrawlers f f2214.
Zeilloggers f 32.f 1287
Stoombeugers f2417.- f3061.
Sloepen f f 2600.
terwijl de Kustvisschers totaal f 51.
besomden.
De aanvoer bestond uit 129989 K.G.
trawlvisch, en 13515 K.G. beugvisch.
De totaal opbrengst bedroeg f 97498,2ü5
Vischomzet. De omzet in de rïjks-
vischhallen bedroeg in December van 1921
f957.627 tegen f 1.124.082 in December
van het vorig jaar en in het jaar 1921
11.294.436 tegen f 15.036.253 in 1920.
De raad voor de Scheepvaart te Am
sterdam heeft een onderzoek ingesteld
naar de aanvaring op 24 October tus
schen het stoomvisschersvaartuig
„Dordrecht IJM 52", van de Visscherij-
mij. Zaanstroom, te IJmuiden, en een
verlaten ronddrijvend vaartuig.
De schipper van de Dordrecht, A.
Zwart, werd kenbaar gemaakt dat het
onderzoek ook zou loopen over de
vraag of het ongeval aan een daad of
nalatigheid zijnerzijds te wijten is.
Hij verklaarde, dat hij thuisvarende
was van de visscherij, toen hij op groo-
ten afstand recht vooruit een schip zag
drijven, dat weldra bleek verlaten en
reddeloos te zijn. Er stond een hooge
deining bij een matig-stijve Oostelijke
bries. De schipper stuurde zijn schip
naar het ronddrijvende vaartuig, een
driemastschoener. Er waren al twee
trawlers bij, een Hollander en een En-
gelschman. Deze hadden reeds vergeefs
getracht met het verlaten schip verbin
ding te krijgen. Schipper Zwart trachtte
het thans op zijn beurt; zijn stuurman
en twee matrozen gingen met dat doel
in een scheepsboot, en roeiden aan lei
kant naar den schoener. Door de hooge
deining en doordat de tuigage over
boord hing, faalden echter alle pogin
gen. De schipper had al gezien dat er
niemand aan boord was; hij wilde het
schip wegsleepen, omdat het gevaar op
leverde voor de scheepvaart. Een beloo
ning heeft hij den stuurman en den
twee matrozen niet beloofd. Andere le
den van de bemanning wilden niet in
de scheepsboot. Toen deze terugkeerde
heeft de schipper de machine volle
kracht achteruit doen slaan om haar
weer op te pikken. Bij de scheepsboot
gekomen gaf hij volle kracht vooruit,
doch de machine pakte niet; de Dord
recht miste de boot en kwam met het
achterschip tegen den verlaten schoe
ner Het achterschip werd ernstig be
schadigd. De schipper zeide, dat er voor
hem niet de minste aanleiding bestond
om niet op zijn machine te vertrouwen,
daarom meende hij verplicht te zijn, te
trachten het ronddrijvend schip te ber
gen. Hij gaf toe, dat zijn roer defect was,
zoodat hij er niet gemakkelijk mede
kon manoeuvreeren.
Verschillende leden van den Raad
meenden, dat de schipper onder deze
omstandigheden een onvoorzichtigheid
heeft begaan door te pogen, met den
ronddrijvenden schoener verbinding te
krijgen.
Uitspraak volgt later.
De Raad voor de Scheepvaart heeft
onderzoek gedaan naar de oorzaak van
de stranding op Vlieland op 11 Decern
ber 1921 van het stoomvisschersvaar
tuig „Jacqueline Clasine" Y.M. 10, ree
derij Vereenigde Exploitatie Maat
schappij schipper, L. Koster, beiden te
IJmuiden.
De schipper, L. Koster verklaarde, 1
December naar de Noordzee te zijn ver
trokken ter vischvangst. Op de thuis
reis, die op 11 December 's ochtends om
23/4 uur aanving, was het bladstil, doch
„potdik" van mist. Het schip liep 9 mij
len. Toen de schipper dien morgen
vroeg naar zijn hut ging, gaf hij consig
ne, bij het minste wat men hoorde, te
stoppen en hem te roepen. Om 4 u. 30
'sochtends loodde spr. persoonlijk; men
was toen op 14 vadem zandgrond. Om
kwart over 5 kwam spr. weder aan dek
om te looden. Onmiddellijk daarna
stootte de „Jacqueline Clasine" op den
grond. De schipper was op den wal in-
geloopen om het naderen van de kust
te verkennen.
De voorzitter: „Vindt u niet, dat u wat
hard liep?"
De schipper: „Ik meende, dat er, als
men zich aan mijn constructies hield,
niets kon gebeuren. Er stonden twee
vertrouwde personen op de brug".
Een van de leden van den R. v. d. S.
maakte de opmerking, dat de schipper,
na .veertien vaam te hebben gelood
moest hebben begrepen, dat hij wel eens
dicht bij den wal kon wezen, Het is, zei
de spr., gevaarlijk, in dat geval niet na
een kwartier nog eens te looden.
De schipper beaamde dit ten deele
Hij gaf ook toe, dat het beter geweest
ware, indien hij met matiger vaart had
gevaren.
Get. Groen, matroos, verklaarde,
beurtelings met matroos van Veen het
roer te hebben bediend. Precies 5 u.
kwam get. aan het roer. Na twintig mi
nuten kreeg het schip plotseling een
stoot en zat vast. Op hetzelfde oogen-
blik zag hij den schipper op de brug
Get. heeft stipt de orders van den schip
per opgevolgd. Branding heeft get. niet
gehoord.
Get. van Veen bevestigde, dat de
schipper tusschen 4 uur en half 5 heeft
verklaard, te gaan looden.
De adjunct-inspecteur voor de
Scheepvaart van der Boom verklaarde,
dat naar zijn oordeel de schipper totaal
gemis van verantwoordelijkheidsgevoel
heeft getoond, door op volle vaart te
stoomen, terwijl het potdik van mist
was. Hij is met volle vaart op de
kust geloopen, „om de kust te verken
nen", doch ten einde dit te doen, moet
men bovenop de kust zitten! Ook had
hij bij dezen mist op.de brug moeten
olijven en niet zich naar zijn hut moe
ten begeven. Spr. meent op die gronden,
dat de schipper zich tegenover de ree-
derij en de schepelingen heeft misdra
gen. De strafbepaling laat spr. aan den
Raad over.
De raad zal nader uitspraak doen.
De Raad heeft uitspraak gedaan be
treffende de stranding van de Jacque
line Clasine IJM 10.
De Raad is van oordeel, dat de schip
per onverantwoordelijk heeft genavi
geerd. Vooreerst had hij, terwijl het dik
van mist was, geen 9 mijl mogen loopen,
vooral waar hij op zijn gegiste lengte
niet af kon gaan, terwijl de Oostelijke
troom hem naar de wal zette en zijn
koers vrijwel in den wal was. Toen hij
echter te half vijf 14 vadem zand gooide
was er voor hem nog te meer reden om
voorzichtig te zijn; hij had toen niet al
leen vaart moeten verminderen, maar
ook minstens om het kwartier moeten
looden, daar hij volgens het lood dicht
bij de kust kon zijn.
De schipper voert zelf aan dat hij Z.
t. W. V2 W. heeft gekoerst, omdat hij
Jan bij het opklaren land zou kunnen
verkennen, maar dan is het dubbel on
voorzichtig om in den mist met 9 mijl
vaart te blijven doorloopen. Daarbij
komt nog, dat hij van zijn kompas niet
geheel zeker was; op de uitreis was het
schip zoover Oostelijk uitgezet, dat dit
slechts kon worden verklaard óf door
een stroom, die sterker was dan hij ver
moedde, óf door een fout van het kom
pas. Hij heeft dienaangaande geen ze
kerheid gekregen, doch het was alweer
een reden temeer voor hem om zoo
voorzichtig mogeijk te zijn.
Waar deze onvoorzichtige navigatie
mede als oorzaak van het ongeval moet
worden beschouwd, straft de Raad den
schipper," door hem de bevoegdheid te
ontnemen, om als schipper te varen op
een schip, bedoeld bij artikel 2 der Sche
penwet, voor den tijd van veertien
dagen.
Te Huil zal binnenkort een belang
wekkende verandering in het vis-
schersbedrijf haar beslag krijgen.
Wegens de hooge kosten van de visch
vangst met de tegenwoordige groote
stoomtreilers hebben de voornaamste
reederijen besloten de Deensche metho
de over te nemen van het visschen met
zegen-sleepnetten.
Op 31 Dec. zijn de twee eerste schepen
voor de nieuwe vischvangst van stapel
geloopen. Zij zijn kleiner dan de tegen
woordige Noordzee-treilers en zullen
slechts acht man aan boord hebben.
De Engelsche bladen vermelden
een hoogst opmerkelijke revival-bewe
ging, die de visschersplaatsen aan de
Noordoostkust van Schotland heeft
aangetast. Een Fransch psycholoog,
deskundige op dit gebied, heeft een on
derzoek ter plaatse ingesteld en rap
porteert dat de beweging die zich nu
openbaart de gedenkwaardige door
Evan Roberts in 1904—'05 in Wales ge-
inspireerde uitbarsting in merkwaar
digheid en aanstekingskracht overtreft.
Op vele plaatsen is het normale leven
geweken: bioscopen, kroegen en dans
zalen zijn letterlijk verlaten; pijpen,
speelkaarten, dansschoenen enz. wor
den in het openbaar bij massa's ver
brand; drukbezochte meetings waar
wordt gebeden, gezongen en belijdenis
van zonde wordt afgelegd, duren den
ganschen nacht door; motorrijders die
passeeren worden aangehouden en ver
maand op hun heil bedacht te zijn; in
den speeltijd bidden troepen kinderen
in de straten. Gevallen van waanzin
zijn reeds geconstateerd, waarvoor me
dische hulp is ingeroepen.
De beweging is ontstaan tijdens een
dweepzieke zeqdingsactie in Yarmouth
en Lowestoft, toen de Schotsche sche
pen daar onlangs ankerden. Vlug ver
spreidde de beweging zich langs de
Schotsche kust. Wick, Fraserburgh,
Buckie en Peterhead zijn brandpunten
der beweging; zelfs Aberdeen begint
aangestoken te worden en bekeerlingen
worden gemaakt onder alle rangen en
standen der maatschappij.
(Hbld.)
|LBevallen: H. W. Kooij Sleewan, d.;
M. C. Krilsels—van Meel, z.L. C. H. van
KuijkBoes, z.J. van Balen—Smit, d.
M. C. B. Joon—van Kleeff, z.; A. C.
Sprokholt—Mors, d.; J. Broekmeulen—
Blom, z.A. W. M. Poldermanvan Eijle, d.
F. PorckGonkel, d.; H. Slotboom
Baars, d.; G. Timmer Otte, d.
Overleden: C G. van Neste, 34 j.,
ongeh.J. Keur, 71 j echtg. van S. Groen
G. van der Hoeven, 26 j., ongeh.; W. de
Bruijn, 27 j., ongeh.
UIT HET LAM)
Faillissementen in Nederland.
Volgens mededeeling van het handeis-
nformatiebuicau van VAN DER GRAAF
Co's Bureaux voor den Handel zijn over
de afgeloopen week, eindigende 30 Dtc.
in Nederland uitgesproken 45 faillissemen
ten tegen 31 faillissementen in dezelfde
week van het vorige jaar.
Van 1 Januari tot en met 30 Dec. 1921
2169 faillissementen tegenover 1420 over
hetzelde tijdperk van het vorige jaar.
UIT DE PROVINCIE.
De drie Zendingskringen in Haar
lem en Omstreken, die werken voor
Indramajoe (Ned. Zend. Genootschap),
en voor Joppen (Utr. Zend. Vereeniging)
die tot nog toe ieder een eigen Zen
dingsblaadje uitgaven, zullen voortaan
een gemeenschappelijk Zendingsblad
uitgeven, de Kennemerbode, orgaan
van het Centraal Zendings-Comité voor
Haarlem en omstreken.
Het blad zal onder redactie staan van
Ds. J. Ph. Eggink te Velsen, Dr. P. J. de
Jong te Bennebroek en Ds. M. G. Blauw,
te Schoten.
Bioscopen.
Bijdragen aan vereenigingen.
ONTVANGSTEN.
Restanten van vroegere diensten.
Gasbedrijf.
Zeestrand te IJmuiden.
Plaatselijke inkomstenbelasting.
Tooneelvertooningen en andere
vermakelijkheden.
Een nieuwe vischmethode in Engeland
Burgerlijke Stand Velsen
Drukwerk