VAN HERWAARDEN'S Albion mixture ^oktabak
CSENEEST-
UW HMD
Eerstdaags opening van het geheel
naar de eischen des tijds ingerichte
magazijn van
Sanguinose
M gazijn van gebruikte Meubelen.
ten goed Adres
Noord-HollancLche
Be wakings -Maatjj.
Dir. J. van Dantzig
PRIJSCOURANT
De schaarschle der groenten
Adverteert In dit blad,
Lion Blitz, Tandarts,
Kinkhoest
99
Pertoian
voor
H. de Groot
Trompstraat 131D Velseroord
onder Confróle
Kantoor
Julianakade i4irood - Umuideii
Telefoon 411
Levering van vertrouwde
Wakers in Fabrieken, Werk
plaatsen, Schepen en Terreinen,
in combinatie»
Zeer billijke prijzen,
t
y Na de Spaansche Oriep; als de
zwakte aanhoudt; zaldeSAN-
OU1NOSE U spoedig de ver
loren kracht teruggeven.
Te verkrijgen bij Apothekers
en Drogisten. Prijs per fiesch
f 2.—, 6 fl. f 11.12 fl. 21.
WACHT U VOOR NAMAAK
VAN DAM 8r Co.
%m«fteadQk SI, Amsterdam
is iederen Bouderdag aai onder
staande adressen te «onsnlteeren
voor Tandheelkunde en Kunsttanden
VELSKROORDRijksstraatweg 148
raa 12.30 n. tet 8.30 u.
IJ MUIDENKelner Wlihelmstr. 38
van 3 n. tet 4 n.
BÊ6BAFMS 0HDE3NII1HG
Ja. KAPER Pza
AMSTELSTRAAT 12, IJMUIDEN j
Beveelt zich beleefd aan voor
alle daartoe benoodiode
werkzaamheden
van PRIMA
lste kwaliteit versch geslacht
RUNDVLEE8CH
Doorregen Ossenlappen
Gehakt en Soepvleesch
Magere Lappen
Roastbeaf of Rollade
Biefstuk
Rauw Vet f 0.60 per 5 pond.
Aan den winkel afgehaald.
Aanbevelend,
J F KOCHX.
Telf. 244 Breesaapstraat C 14
zal de buisvrouw menigmaal in verlegenheid brengen.
Een uitkomst voor haar zijn daD Maggi's Groentensoepen,
zooala Julienne Tapioca-Julienne, Kiz-Juhenne, Groen
ten, Erwten enz Elk tablet voor 10 ct. geeft 2 porties
voedzame en smakelijke soep.
ww HAARLEM -wa
Anegmg 48, hoek Kleine Houtstraat. 1
FEUILLETON
Be verborgen vallei
34
I
Wordt vervolgd.
Zenuw-, kramp- en slijmhoest, bron
chitis, asthma en andere hoest-,
keel- en luchtpijpaandoeningen ge
neest men met
99
van Jacoba Maria Wortelboer, van
Ouds-Pekela. Te bekomen a f 2.
per flacon bij de verkoopers van
Wortelboer's Artikelen.
Aanleg en Onderhoud van Tuinen
Beleefd aanbevelend,
Een paar druppels D.D.D. zijn al vol
doende om die ondragelijke jeukr dal
brandende gevoel, die pijn te doen be
daren. D.D.D. kan alle huid
aandoeningen die het leven
ondragelijk maken, genezer.
Vele lijders die voor ongenees
lijk werden gehouden, zijn door
D.D.D. weer hersteld. De leni-
gende vloeistof dringt door de
J poriën tot diep in de huid door
en doodt de ziektekiemen. Probeer, hei
dadelijk; koop heden nog een fiesch
Hoofdagent B. ME/NDERSMA, Den Haag
van wien uitgebreide brochure voor huid
lijders gratis te verkrijgen. Prijs f 0.75
en f 2.50 per fl. bij alle apothekers en
drogisten. Vraagt ook de geneeskrachtige
D.D.D.-zeep d f1.
Manufacturen, Tapijten, Bedden,
Matrassen, Gordijnstoffen enz.
De Riemerstraat Sc|l. Den Uaag.
«m» lUilllll ii
Voor Huidaandoeningen
Verkrijgbaar te IJmuiden bt)S. Smit,
Gez. Bargerbos; Velseroord: P». C. Suk,
C. Ritskes.
51 Kanaalstraat
per 5 ons
f 0.70
f 0.70
f 0.90
f 1.00
f 1.40
I
door HULBERT FOOTNER,
voor Nederland bewerkt door
L. ALETRINO.
En alle beelden vertoonden Nahnya:
Nahnya zooals hij haar het eerst had
gezien, een gewoon Indiaansch meisje
gek, die hij was! Nahnya slapend
op het dek der Tewskbury, met een
glimlach over het gelaat; Nahnya zege
vierend op de voorplecht in de stroom
versnellingen.
Nahnya zooals ze zich met gloeien
de oogen tegen hem verdedigde wat
een beest was hij toen! Nahnya,
schreiend in het gras, 's nachts; Nah
nya, verwijtend en wanhopig toen zij
een blanke in haar heiligdom vond
en eindelijk Nahnya, zooals ze zich on
bewust had getoond in alle phasen van
haar eigen verhaal: braaf, trouw en
moedig als Ruth, en ondraaglijk ge
kweld.
„O, wat een schande!" riep hij, en zijn
hart kromp ineen van woede, van me
delijden, „en ik kan niets doen, om het
weer goed te maken! O, wat een prach
tig karakter heeft ze! En wat is ze
mooi."
Het laatste scheen hem nu van minder
eiang, maar zijn ziel boog zich voor
den gulden glans van 't karakter dat zij
gebleken had te bezitten. Eenvoudig en
sterk, zichzelf verloochenend als e*ui
heilige der Middeleeuwen, zoo zag hij
haar. „Als zoo het Indiaansche karak
ter is," dacht hij, „dan hen ik be
schaamd dat ik een blanke hen!"
De behoefte zijn hart hij Nahnya uit
te storten, martelde hem. Aan het slot
van haar geschiedenis, was hij sprake
loos gebleven, en voor hij weer woorden
had kunnen vinden, was zij reeds ver
dwenen.
Nu kwelde hem de gedachte, dat zij
misschien in het onzekere zou zijn om
trent zijn gevoelens. Nahnya hij wist
het uit ervaring was maar al te ge
neigd tot zelfbeschuldiging. Haar droe
vig zeggen: „Ik geloof dat er een vloek
op mij rust," sneed hem telkenmale
door het hart. Zoo vreeselijk graag
wilde hij haar toespreken, haar kul-
meeren. Het was ondraaglijk, genood
zaakt te zijn tot den volgenden morgen
te wachten.
Langzamerhand verflauwde het kleine
vuur, en aan de andere zijde van het
meer, ver boven den hoogen bergtop in
het midden van den rotsmuur, werd hij
een zwakke glanzing in de lucht ge
waar. Zijn hart juichte hij dacht dat
de dageraad reeds kwam.
Maar de schijn was teeder, subtieler
dan die van daglicht. De groote berg
piek teekende er zich scherp tegen af,
de omtrek werd zwak verlicht. Ralph
werd er door getroffen, zoo sterk leek
hij op een reuzenduim; de duim van den
Aardmaker, zooals de roode mannen
zeggen. Het was dezelfde piek, die hij
ook van de andere zijde had gezien.
Eindelijk begon de kling van een zilve
ren kromsabel er boven op te klimmen,
langzaam rees de maan omhoog langs
den hemeltrans, als een bleeke vrouw,
die gebukt gaat onder een dapper ge
dragen leed als Nahnya.
Haar licht straalde zacht neer in de
vallei. De hoornen op den dichtbijzijndcn
oever werden als met stofzilver over-
togen, en een droomlicht goot zich uit
over het gras. Het meer was niet langer
een meer van water, maar van wazige
elfensluiers, die langzaam voortschoven
naar den anderen oever, naarmate de
schaduw van den bergtop lengde. Het
geheele dal was als een kom, die zich
langzaam met maanlicht vulde, dat
hoog boven uit een zilveren kelk werd
neergestort.
I Slechts voor hen wier hart door leed
is gelouterd, onthult de maan zich vol-
i komen. Ralph zag haar thans voor het
eerst in haar volle schoonheid. Zijn
j smart werd door haar verzacht en ver-
i diept, gelijk een kokende waterval die
I beneden in den boezem van een kalmen
stroom wordt opgenomen. De leelijke,
knagende gedachten, die hem in zijn
slapeloosheid hadden besprongen, wa
ren weggevaagd, en alleen het groote,
machtige bleef.
„Ik heb haar lief!" betuigde Ralph
zwijgend. „En als de hemel wil, zal ik
mij haar waardig maj^en! Als ik iets
van wat zij geleden heeft kan goed ma
ken, zal ik het doen!"
Hij was opgestaan en liep naar den
oeverrand, daarheen, waar Nahnya
dien dag gegeten had. Een golf van
emotie scheen over hem te komen, die
alle zelfzucht in hem smoorde, en zijn
hetere zelf hoog ophief. Alles in hem
voelde hij veranderd. Zijn geheele leven
tot nu toe was eenzaam en troosteloos
geweest; nu zou het anclers worden.
Voor de eerste maal had Ralph zich la
ten opvoeren naar de hoogten der ont
roering. En daar zou hij altijd kunnen
blijven, dacht hij.
En uit den grond van zijn hart zucht
te hij: „Een goddelijke gunst om iets
edels te mogen liefhebben."
Aan de overzijde van het meer lag de
berg nog met den voet in de schaduw,
maar ter hoogte van den top baadden
enkele sneeuwvlakken in de manestra
len. De bergen daarachter, meer west
waarts, glansden zacht; zij maakten
niet den indruk van tastbare massa's
rotsen, ijs en sneeuw, maar van lief,
iijke, in beeld gebrachte fantasieën.
De oeverstrook waarop de kano's
stonden, lag aan Ralph's voeten. En
langzaam begon hij zich door den nevel
zijner droomen bewust te worden, dat
daar beneden slechts twee kano's lagen
inplaats van drie, zooals eerst. Toen hij
zich daar ten volle rekenschap van had
gegeven, overviel hem een gevoel van
razenden angst. Was het mogelijk dat
Nahnya Hij wist dat zij, wanneer zij
geen slaap kon vinden, op haar leger
stede ook geen rust had. Als hij haar
nu maar ergens treffen kon, en zijn
overkropt gemoed lucht geven! Hij
vloog omlaag naar het oeverstrand,
duwde een der overgebleven kano's te
water, sprong er in en zette af.
Hij vond haar. Een halve mijl het
meer op, bijna in het midden, had zij de
pagaai laten rusten. Zij hoorde hem
komen, doch deed geen poging hem te
ontvluchten; evenmin scheen zij ver
rast over zijn komst toen hun kano's
zachtjes tegen elkaar stieten. Hij kon
haar niet in het gelaat zien, maar te
oordeelen naar de rust die haar hou
ding uitdrukte, geloofde hij, dat het
maanlicht ook haar gemoed had ver
zacht. Zijn hart schoot vol, toen hij haar
zoo zag; het was hem onmogelijk woor~T,
den te vinden. Hij kon haar slechte
aanzien, terwijl hij het dolboord vane
haar kano vasthield, aanzien in aan-;
bidding.
Nahnya was de eerste die sprak. „War
is het mooi vannacht," zeide zij zacht:
De smart was uit haar stem verdwenen;'";
„Zonlicht of maanlicht," antwoordde;'!
Ralph eenvoudig, „dit is het heerlijkste,'
wat ik ooit gezien heb."
Een lichte zucht kwam tot hem uitr
de richting van het kamp. De deining
deed de kano's langzaam zwenken, enn
deed hen chtjes verder het meer op-
drijven. De maan bescheen thans Nah- -i
nya's gelaat. En gelijk het penseel vajr
een groot meester deed zij onbelangrij
ke details op den achtergrond treden,
om in mat licht en contrastrijk donker
het eigen karakter der schoonheid dui
delijker te doen spreken. Ralph meen
de, dat hij die schoonheid reeds kendë,
en stond opnieuw verbaasd. Hij leunde
naar haar over, tot haar opziend als
een wanhopend zondaar naar een her
melvisioen. Er was een lange stilte, die
Nahnya bevreesd maakte. Zij moest
iets zeggen om haar te verbreken, en
vond in haar zenuwachtigheid niet het
goede woord.
„Het is laat. Wij moeten teruggaan."