DE GEME VELSEN DRINGEND VERZOEK om bij verhuizing hot oude en het nieuwe adres, NIET aan den loopet, doch aan ons bu reau WILLEMSPLEIN 11, op t« geven. De Administratie. Kleine Advertenties en Familieberichten kosten bij VOORUITBETALING slechts 15 Cent per regel. VOOR ADVERTENTIES Vrijdags na nnr ingezonden wordt geen plaatsing in het Zaterdagnnmmer gegarandeerd OFFICIEEL. HINDERWET. VAN DEN WACHTTOREN. No. 53 Wo«nsd&£ 3 Mei 1922 7a JiM>?gai3g IJMUIDER AbcanemoBtsprijB i fl.— p« 3 lr**«o per post f 1.36 Abosaeaaenten wordea &ang#aoB5«a aaa bet Bureau ®n <Js Ageatan, Tot plaatsing va» advertentie* van Buitea ds gejsieeate VELSEN in dit blad is uitsluitend gereektigd ktt Advertentie bursas P. F. C. R O E L 8 E, IJMUIBEN, Advertent, ön uiteri|k in te WOEN8SAG tot 9 aar v.r. en VRIJDAG tot 4 aur a.m. V ersehy at W oeaséagg m Uitgave van i» Naami. V#na. Uitgever» M§. AIRES VOOR REBACTIE EN ADMINISTRATIS N. V, Drakkanj Sis jewel, Wiilestspleu JX, Lf*ai4as Telefooa 1HS Ingezonde mededeelingen £0 e*«. per regel Advertentie» van 11.en m. 6regels f1.iedere regel meer 80 ets. Compact gezette advertenties van 11. en m. 6 regels f 1.86, iedere regel meer 36 ets. Kiein* advertenties en familieberichten zoomede vereenigings advertenties uit de gemeente, uitsluitend bij vooruitbe taling, van 1 t. en m. 6 regels f 0.76, iedere regel meer 16 ets. Bij niet contante betaling worden de gewone'prezen berekend. Advertentie» „adres bur. v. d. blad" 10 ets. extra; voor bezorging van op advertenties ingekomen briefen wordt 10 ets. in rekening gebracht. - Bovenstaande regelprtyzen worden met 6 ets. vsrhoogd voor advertenties van buiten de gemeente Velsen Burgemeester en Wethouders der Gemeente Velsen, brengen ter openbare kennis, dat het verzoek van: de firma Gebrs. Weber, te Santpoort, om op het perceel, kadastraal bekend Gemeente Velsen, Sectie F. No. 1623; plaatselijk bekend Westlaan G no. 2, een kalkblusscherij te mogen oprichten, door hen is toegestaan. Velsen, den 27 April 1922. Burgemeester en Wethouders voorn., De Burgemeester, Rijkens. de Secretaris, Th. J. Wijnoldy Daniels. Een wolkbreuk van nieuwe partijen. Eiken dag zoo ongeveer meldt de krant, dat er weer een of ander nieuwe partij is opgericht. Alle programs der politieke partijen, die aan den verkie zingsstrijd gaan deelnemen, zouden samen een dik boekwerk vormen. Ieder Nederlander, die zich in het openbare leven een beetje roert, wordt thans ka- mercandidaat. Men schaamt zich, dat men thans tot het onbekende deel der natie behoort en niet op een af andere lijst staat. Allerlei groepjes en clubjes en om een of andere reden malconten ten organiseeren zich en vormen een partijtje, liet is een politiek bendewe- zen; wie een stuk of wat mannen om zich weet te vereenigen, wordt partij leider en waagt zich in den strijd. Het is geen splijtzwam, maar een splijt-j bom, die thans werkt. Wij hebben den Plattelanders-Bond, die zich ten doel stelt, de belangen zij^ ner leden als plattelandsbewoners; landbouwers, veehouders, tuinders, boomkweekers, fruitkweekers, enz. kortom van alle plattelandsbewoners te behartigen. De heer Braat, zijn lei der is een der meest bekende, maar daarom nog niet een der meest beroem de Kamerleden. Dat de tegenstelling land en stad in de politiek soms een woordje mee spreekt en dat de Kamer gewoonlijk het belang der stad zwaarder laat we gen dan van het land, zullen wij niet ontkennen. Maar is hier nu voldoende reden, om afgezien van de groote po litieke grenslijnen, zich afzonderlijk te organiseeren? Maar we hebben bovendien ook nog een Plattelands-Partij, die den bloei van het platteland den grondslag voor het maatschappelijk en zedelijk welzijn van het geheele Nederlandsche volk acht. Het is de nieuwe partij van den heer Teenstra, die het met zijn vroege- ren chef niet kon vinden en nu een eigen zaak opricht. Na de verkiezingen zullen vele dezer partijtjes een stillen dood sterven. Maar ze bederven thans den verkiezings strijd. Ze verdoezelen de ware schei dingslijnen en wenden de aandacht af van de groote problemen, waarom het gaat. Hoe minder partijen, des te zui verder strijd. Thans geeft de voorkeur voor een of ander groepje en belange tje en ook wel persoontje den doorslag en menige kiezer vindt het onmogelijk, om wegwijs te worden in dit doolhof van programs en leuzen. Vermoedelijk zal echter ook in de politiek het groot bedrijf sterker blijken dan het klein bedrijf. Kindertuberculose en lichamelijke oefening. Prof. Scheltema van Groningen is in ons land vooral de man, die een succes volle bestrijding der tuberculose ver wacht door den vijand op te zoekeft en te vernietigen bij de jeugd. In een ver gadering voor Sociale Kinderhygiëne sprak hij de stoute stelling uit, dat de tuberculose, zooals men die bij de vol wassenen opmerkt, vrijwel geheel voortkomt uit besmetting in de kinder jaren. De helft der veertienjarige kin deren noemde hij besmet. Jarenlang bestaat de kindertuberculose vaak on der vormen, die niet duidelijk aan den dag komen; bij velen openbaart zich de ziekte later, bij anderen overwint natuurlijke weerstandsvermogen. Daarom moet dit zooveel mogelijk ge sterkt worden. Frissche lucht, zon, ge zonde beweging, goede kost zijn ook daarom voor de jeugd goud waard. In derdaad een levensbelang. Ook de lichamelijke ontwikkeling acht Prof. Scheltema heilzaam. Maar hij eischt daarbij eenige voorwaarden. Schoolartsen moeten daarbij raad ge ven met het oog op de gezondheid. Voor sommige kinderen is er nauwelijks nut en wellicht schade te verwachten van het opzettelijk beoefenen van lichame lijke verrichtingen. Het doel der lichamelijke oefening is methodisch bepaalde lichamelijke verrichtinggen te versterken en tot een hoogeren graad van vlotheid te bren gen, de vaardigheid en ook de spier kracht te bevorderen, de ademhaling en den bloedsomloop te regelen. Dit heeft ook geestelijke beteekenis. Mo- reele eigenschappen worden geoefend door harden van het lichaam. Maar hoe nuttig de lichamelijke oefe ning ook is, Prof. Scheltema waar schuwde tegen acrobatiek en kracht patserij. Ilij keurt het af, dat het gym nastiekonderwijs vrijwel geheel is overgelaten aan de opvatting van eiken leeraar afzonderlijk. Daarom stelde hij ten slotte deze beide eischen, dat tech nisch bevoegde inspecteurs leiding zul len geven en daarbij de schoolartsen toezien op de gezondheid. Over het algemeen is verstandige zorg voor de gezondheid dei' jeugd van groote waarde voor haar toekomst en voor de geheele volksgezondheid. Waar is baby welkom? Voor de kinderen is het nog erger slag de moeder dan de vader te verlie zen. De weduwnaar staat vaak ook te genover grooter moeilijkheden dan de weduwe. Vooral als hij nog zeer jonge kinderen heeft. Hij moet naar zijn werk en bovendien alleen een vrouwenhand kan de heele kleintjes verzorgen. Vreemde hulp is moeilijk of niet te krijgen; familie is er niet altijd, of ze is niet in staat of bereid de taak der moeder op zich te nemen. Daarom roept het Bur. voor Maatsch. Hulpbe toon te Amsterdam voortdurend pleeg ouders op. Het schrijft: Herhaaldelijk komen vaders tot ons, die geen raad weten. Nog onlangs kwam een vader bij dit Bureau, wiens vier oudste kin deren zich aardig wisten te redden, maar de arme baby niet, die zoo jong moeder missen moest: een krullenkop- je, om te stelen. Het is een der velen, •waarvoor we vragen, schrijft het Bu reau: In welk gezin is ze welkom. Het verstrekt alle noodige informaties over vader, kind, huiselijke omstandighe den enz. Menig kinderloos gezin zou er nieuwe vreugde door kunnen krijgen en de kleinen een nieuw tehuis. WITTE KRUIS. Stel niet uit lid te worden van het Witte Kruis tot dit noodig is. Ziekte komt onverwachts, het noodlidmaat- schap kost u dan f 4. Voor f 1.50 Contributie per jaar dus 3 cent per week is men lid en heeft dan recht op kostelooze hulp van een dei- wijkzusters en tevens gebruik van ver- pleegmateriaal. Opgave van lidmaatschap gelieve men te richten aan den Administrateur den heer J. F. de Liefde, Lagerstraat 14 te Velseroord. De leden worden dringend verzocht, het materieel wat niet meer gebruikt wordt, zoo spoedig mogelijk in zindelijken staat aan het magazijn terug ie bezorgen. PLAATSELIJK NIEUWS. IJMUIDEN. Naar wij vernemen kan omstreeks half Mei het Britsche oorlogschip „Godetia" te IJmuiden verwacht worden. Deze bodem is belast met het toezicht op de zeevisscherij. Waarschijnlijk zal het schip ook de Amsterdamsehe haven aandoen en daar enkele dagen blijven. Alhier is opgericht de R. K. Begrafenis- Vereen. St. Barbara. Reeds traden meer dan 700 leden toe. Het bestuur bestaat uit de heeren W. N. Voogt, voorzitter, H. Wiegman, Velser oord, secretaris, P. Horio, penningmeester en J. van Gooi Sr. en J, Gorter. Te Amsterdam zijn geslaagd voor het examen van machinistopstoomzeevisschers- vaartuigen de heeren W. Dijkman en Ph. F. van Gooi. Lezing. Vrijdagavond had de laatste der vier lezingen plaats, door Mevr. L. Bol- dinghGoemans, letterkundige -te Haarlem, gegeven voor het Nutsdepar- tement alhier. Als laatste van de drie Vlaamsche letterkundigen, door spr. behandeld, was dezen avond aan de beurt Felix Timmermans. Mevr. Boldingh wees er op dat deze jonge Vlaming in ons land en ook in België eerst bekend is geworden door zijn van 1912-1914 bij brokstukken in De Gids verschenen boek Pallieter. Hij is een echte Vlaming, die tijdens de vervolging naar ons land vluchtte en een tijd in ons land verbleef, waar hij op verschillende plaatsen over zijn werk sprak. Felix Timmermans is afkomstig van Lier. Hij is iemand vol van Vlaamsch; mystiek en van Brabantsche levens lust. Hij teekent ons zijn Vlamingen, de vrome vrouwtjes, die eigenlijk meer naar 't uiterlijk vroom zijn. Spr. vergelijkt Pallieter, dat in 1917 als hoek uitkwam, met het boek van een anderen Vlaming, n.l. De avontu ren van Tijl Uilenspiegel door Charles de Coster in 't Fransch geschreven. Pallieter is een boek van levensgeluk en van levenskracht, een kreet naar zuivere levensverhouding, een uiting als de vrijheidslust van de Geuzen. Het is de incarnatie van den geest van Vlaanderen, een boek van smart en strijd. Spr. zegt dat er over Pallieter ver schillend geoordeeld wordt. Prof. Dr. Prinssen was dadelijk enthousiast, an deren oefenden critiek, Ds. Bronsveld noemde het een vies boek. Mevr. Boldingh gelooft dat men den Pallieter aldus verkeerd beoordeelt. Spr., die veel in Vlaanderen vertoefde en meent de Vlamingen beter te ken nen, ziet het boek als een zuiver werk, een boek, dat ons een kosmischen blik geeft op de menschen. Een Pallieter moet zijn van iemand, die echt en groot lief had, misschien niet godsdienstig, maar wel religieus. Spr. deelt mee wat Felix Timmer mans zelf over het ontstaan van zijn Pallieter vertelt. Hoe hij na zwaar gees- tes- en lichaamslijden zoo verheugd was weer te leven, dat hij een boek wilde schrijven van een man, die eigen lijk niet bestaat. Dit werd Pallieter, dat vertelt van de vreugden des levens. Hij is een stuk natuur, van alles genie tend, verwant aan God en de menschen. Wat de critiek op het boek aangaat, spr. zegt medelijden te hebben met de genen, die dit boek niet rein vinden. Want Pallieter is rein, zegt spr. en den reinen is alles rein. Spr. blijft het een religieus boek noemen, geschreven in extase voor God en het goddelijke, ook al wordt Gods naam er bijkans niet in genoemd. Mevr. Boldingh leest een gedeelte uit den Pallieter en ze deed dit op een wijze, dat het auditorium zeer genoot. Vervolgens stond spr. stil bij een an der boek „Het kindeken Jezus". (Jok hierop is scherpe critiek geoefend. Spr. noemt het een sensueel vroom boek. Hierin worden de episoden uit het le ven van Maria, Jozef en Jezus met zin nelijke beschouwing geteekend. Spr. kan zich begrijpen dat de Protestant- sche rechtzinnigheid bezwaar heeft te gen dit boek. Maar men moet dan ook de middeleeuwsche primitiviteit van' het Vlaamsche Katholicisme kennen, om dit boek te begrijpen en doorvoelen. Spr. leest een gedeelte uit het boekje en zegt dat dit zuivere kunstenaars visie is, een gedicht als een schilderij der Vlaamsche primitieven. Hij, de mysticus, beleefde dit visioen van dit kind Maria. Met een citaat uit den Kerstnacht uit dit boek besloot spr. haar cursus. De voorzitter van het Nutsdeparte- ment, Ds. W. Luikinga, sprak een slot woord. Naar 't uiterlijk te oordeelen zou men wellicht twijfelen aan het welslagen van deze samenkomsten. Of de niet- groote opkomst lag aan den laten tijd, aan de ongunstige econ.sche omstan digheden of omdat men hier nog niet; rijp is voor zulk een cursus, daarin zou spr. zich niet verdiepen. Gelukkig was de opkomst niet afhankelijk van 't wel slagen en Mevr. Boldingh heeft de vol doening in zichzelf. Zij had echter een dankbaar en trouw gehoor. Door haar groot waardeeringsvermogen voor de Vlamingen heeft ze ons deze op uitne mende wijze geteekend. Spr. dankt haar hartelijk daarvoor en als deze eerste proeve ons niet ontmoedigt, hoopt het bestuur Mevr. Boldingh- Goernans nog eens bereid te vinden. riet publiek onderstreepte deze woorden door een hartelijk applaus. Wij vonden de opkomst voor een let terkundigen cursus niet ontmoedigend, vooral niet voor IJmuiden. En dan alle avonden met een winterkou in een koude, kille zaal. Een warme zaal met wat intimiteit zal deze lezingen veel aantrekkelijker maken. Varia. De schrijver van een blijspel bedoelt den menschen vermaak te schenken. Zou dit ook de vooropgezette bedoeling van Mr. C. P. van Kossem geweest zijn, toen hij zijn „Pomarius" schreef? Wij betwijfelen het en daarom kunnen wij dit, ongetwijfeld geestig verwerkt gege ven, moeilijk een blijspel noemen. 't Is meer satyriek dan vroolijk en de ondertoon neigt meer naar „Schaden freude" of „Jalouzie de métiér", dan naar het vermakelijke. Als Mr. van Rossem zijn stuk nog moest schrijven, zou hij het misschien „Broekhuisiana" noemen. Mr. v. Ros sem is blijkens zijn titel zelf meester in de rechten en heeft dus het recht op te treden als advocaat en als procureur en als beiden. Wij meenen, dat hij noch het een, noch het ander is en dat hij zich in hoofdzaak beweegt op letter kundig en journalistiek gebied, waar in hij zich een uitstekenden naam heeft verworven. Zijn geschiedkundige feuil letons in diverse bladen en tijdschrif ten zijn juweeltjes. Is de magistratuur een teleurstelling geweest voor dezen fijnvoelenden letterkundige? Zijn „Pomarius" doet het ons denken. Pomarius schildert hij ons als een gewiekst gewetenloos zaakwaarnemer (zakwaarnemer scheldt de volksmond zoo iemand) een gladjas, een gladdek ker en padjakker, die met verkrachting van alle mogelijke rechtspraktijk, met obscure zaakjes een vorstelijk inko men verdient, waartegenover een eer- lijk(!) advocaat een proletariër is. Deze Pomarius heeft zich als rechtskundige geassumeert een zekere Jhr. Mr. van Neerenheul, die ons door den auteur wordt voorgesteld als een adellijk hol klinkend vat en alcoholist. Ook hier een bittere satyre op de hooge geboor te en rechtskundigheid. Ten einde de modder, waarin de heer van Rossem de rechtspraktijk, de rechtspraak, de ad- vocaterij en ook nog het politiewezen heeft geslingerd nog wat kwalijker te doen rieken, schenkt de schrijver ons nog een commissaris van politie, die zich aan onzedelijke handelingen met minderjarigen heeft schuldig gemaakt en een officier van Justitie, die de huis houdster van zijn moeder heeft verleid en om in het bezit van door hem, we gens geleend geld, afgegeven accepten te komen, zijn hoogen plicht als amb tenaar tot handhaving van de wet, verzaakt. Een cliënt van Pomarius, een zekere meneer Smit, is een niet minder vies, onguur type en alleen bij de door den officier van Justitie ver leide Julie, die ondanks dit feit, ver liefd blijkt op den in modder wroeten- den zaakwaarnemer, zien we een zwak ke poging om recht te laten gelden bo ven geslepen en geraffineerde gemeen heid, welk vleugje rechtsgevoel ver zinkt in een misplaatst gevoel van lief de. Aan deze personen, saamgebonden door een kleine intrige en enkele vuile zaakjes met genoemden Smit en even eens genoemde commissaris van Politie heeft de heer Mr. C. P. van Rossem, zijn onbetwist schrijverstalent geleend om er een „blijspel in drie bedrijven mee vol te maken, dat ja, wel eens tot lach- momenten heeft aanleiding kunnen geven, doch dat ons als werk van een ontwikkeld man niet heeft vermogen te bevredigen. In dit verband achten wij de keuze van Varia dit maal niet bijster gelukkig. Wel meenen we ons te herinneren, dat op een tooneelwed- strijd te Alkmaar gehouden, een tooneelvereeniging de hoogste onder scheiding met dit werk van Mr. van Rossem behaalde, doch dit verandert niets aan onze meening, dat wij aan ieder ander werkelijk blijspel bij een goede vertolking de voorkeur zouden hebben gegeven. Bij de prijsvraagbe- oordeeling van blijspelen kan men moeilijk rekening houden met „strek king", doch we willen ter eere van de jury te Alkmaar gaarne aannemen, dat het spel der prijswinners den doorslag moet hebben gegeven. Voor het werk als „blijspel" zouden wij niet veel meer dan een nul hebben overgehad. Als dan ook „Pomarius" hier den le-, den van Varia heeft bevredigd, wat wij wel meenen te mogen veronderstellen, dan wil ik dit ook schrijven op de zeer goedgeslaagde vertolking en voe gen wij daaraan toe het slechts eeniger- mate te betreuren, dat de goede krach ten van Varia niet aan een beter werk gezet zijn. Wij weten wel, dat een blijspel geen moraal of roeping behoeft te hebben, doch meenen dat het ook niet de bedoe ling moet hebben een satyrieke geesel te zijn. En daarom herhalen we wat we in het begin zeiden: „We betwijfe len, dat de heer van Rossem bedoeld heeft in „Pomarius" geestig te zijn. D» geest, de humor, de fijne realiteit van dezen eminenten schrijver hebben wij elders beter op prijs leeren stellen. Nu we wat uitvoerig over den inhoud van dit blijspel hebben geschreven wil len we kort zijn over de opvoering. Ze viel in alle opzichten te loven, al had den enkelen moeite hun te ver doorge voerde wijze van geaffecteerd spreken vol te houden. De figuur van Smit is ons weinig aannemelijk gemaakt en die van den heer commissaris van po-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1922 | | pagina 1