IJmuider Courant
Zaterdag 27 Januari 1923. Tweede blad.
PREDIKBEURTEN
IJMUIDEN,
VOOR ZONDAG A.S,
NED. HERV. KERK.
10 uur: Ds. Erdman.
Maandel. collecte voor de Kerk.
5 uurDs. van Oostrom Soede.
Woensdagavond 8 uurBijbellezing. Ds.
Erdman.
Zaterdagavond 8 uur bidstond.
DOOPSGEZ. GEM. AFD. PROT.-BOND.
7.30 uurDs. W. D. M. Baar van Alkmaar.
GEREF, KERK.
10 uur: Ds. Jansen.
5 uur: Dezelfde.
CHR. GEREF. KERK,
10 uur: Preeklezen.
5 uur: idem.
VELSEROORD.
NED. HERV. KERK.
10 uur: Ds. Kroese.
5 uurDezelfde.
GEREF. KERK.
10 uur: Ds. Wissink.
5 uur: Dezelfde.
VELSEN.
NBD. HERV. KERK.
10 uur: Dr. J. Weener, Haarlem.
5.30 uur: de heer L. P. Tismeer, IJ muiden
WIJKEROOG,
GEREF. KERK.
10 uur: Ds. Boerkoel, H. Avondmaal
5 uurDezelfde, dankzegging
SANTPOORT,
NED. HERV. KERK.
10 uur: Dr. O. A. van den Bergh van
Eysinga.
Dezelfde hoopt 30 Januari 12 uur het
huwelijk in te zegenen van Jan Vos van
Marken en Anna Maria Kremer uit Overveen.
EVANGELISATIE.
10 uurDs. vanOostrom Soede te IJmuiden.
OFFICIEEL.
DIENSTPLICHT.
Oproeping van verlofgangers
in werkelijken dienst.
De Burgemeester van Velsen maakt
bekend, dat de in het verlofgangersregister
dezer gemeente ingeschreven verlofganger
hieronder vermeld, bij dezen wordt opge
roepen om zich op den datum en voor
den duur, achter zijn naam aangegeven,
krachtens art. 42, 2e lid der Dienstplicht
in werkelijken dienst te begeven.
Van Oinkel, Dirk, lichting 1916, moet
opkomen bij het le Regiment van Huzaren,
te Amersfoort, op 12 Februari 1923 voor
4 dagen.
Velsen, 25 Januari 1923.
De burgemeester voornoemd,
RIJ KENS.
RAADSOVERZICHT.
Zitting van 23 Januari.
Spoorwegdebat.
In de korte raadszitting van Dinsdag 23
dezer, waarvan de belangrijkheid in even
redigheid was met den duur, is niettemin
nog gelegenheid geweest de gestie te be
spreken van een onzer machtigste instellin
gen in ons land n.l. het spoorwegenverkeer.
Naar aanleiding van een verzoek van den
Heer S. Hogeland om een subsidie voor
een autodienst van IJmuiden op Haarlem
en aanwijzing van een vaste standplaats
voor dien dienst op het Willemsplein alhier,
is een vrij ernstig debat in den raad ge
voerd, waarbij eenerzijds op een tekort
koming der spoorwegen is gewezen, doch
waarbij anderzijds dingen zijn gezegd, die
niet alleen onjuist waren, doch waarvan de
lichtvaardige uitspraken niet in overeen
stemming zijn met den ernst, die men van
raadsleden in openbare zitting mag ver
wachten. B. en W. hadden voorgesteld op
het verzoek om subsidie afwijzend te be
schikken, op grond „dat het verleenen van
subsidie voor het aangegeven doel niet op
den weg der gemeente ligt".
Het was mede en misschien wel in hoofd
zaak op deze overweging, dat de heer
Schilling tegen het advies van B. en W.
bezwaren opperde. In ieder geval meende
hij zich te moeten verzetten tegen een af
wijzende beschikking zonder meer op het
verzoek, omdat z. i. een goede autodienst
op Haarlem niet alleen levensvatbaarheid zou
toonen, doch dat hij in een bepaalde be
hoefde zou voorzien wegens de slechte
spoorverbinding met Haarlem en de tus-
schengelegen plaatsen. Wat de totstand
koming van een betere verbinding tusschen
de deelen der gemeente onderling en met
verder gelegen plaatsen zeide hij zelfs, dat
de gemeente in gebreke gebleven is en wat
de tekortkoming der spoorwegen betreft,
vestigde hij de aandacht op de in het leven
geroepen autodiensten naar Egmond en
Katwijk aan Zee, waarvoor het personen-
en ook grootendeels het nachtvervoer aan
de spoorwegen is onttrokken. Zoo zou ook
een goede autodienst op Haarlem in het
belang der ingezetenen zijn van alle deelen
der gemeente als Velseroord, Velsen, Sant
poort, Driehuis enz.
Een en ander deed den Voorzitter dan
ook de vraag stellen: „Is die verbinding
dan zóó slecht". In de bevestigende ant
woording van die vraag door de heeren
Schilling en Tusenius maakten zij zich aan
bovengenoemde gewraakte onjuistheid, wil
men liever overdrijving, schuldig, waar de
eerste sprak van éénmaal en de tweede
lichtelijk sarcastisch sprak van driemaal
gelegenheid om bijv. naar Driehuis te komen.
We willen hier allerminst op de spoor
verbinding van IJmuiden, dat een druk
reizigers- en goederenvervoer heeft, met
Haarlem en Amsterdam en verder gelegen
plaatsen roemen. Het langdurig oponthoud
te Velsen en op de tusschengelegen kleine
stations, maakt, afgescheiden van de zeer
hooge tarieven het reizen naar Haarlem en
Amsterdam moeilijk, inplaats van als voor
heen met goede sneltreinen en goedkoope
tarieven, gemakkelijk. Met de fiets kan men
eerder Haarlem en Amsterdam bereiken dan
per spoor. Het autovervoer moge door de
spoorwegen niet tegen gegaan kunnen
worden, de hand over hand toenemende
autodiensten het aantal van IJmuiden
vertrekkende neemt dagelijks toe wijst
toch wel op een leemte bij de spoorwegen
in de eischen, die men tegenwoordig aan
een goed en snel vervoer stelt. Men wachte
zich echter voor overdrijving. De spoor kan
de reizigers en de goederen niet aan de
deur afleveren, zooals de auto's, doch in
zekerheid en vooral snelheid van verbin
dingen moet ze de concurrentie met de
auto's aanbinden en zoo na mogelijk ook
met de prijzen.
We willen allerminst beweren, dat de
spoorwegen den laatsten tijd geen toenade
ring toonen tot de publieke eischen, zelfs
hebben we gelezen, dat de personen-
tarieven boven afstanden van 200 en 300
K.M.verlaagdzullen wordenboven 200 K.M.
zooiets van 40 cents op de f 10 tweede
klasse. Dat is natuurlijk niets. O. i. zou
juist het buurtverkeer en dat op korte
afstanden veel goedkooper moeten worden,
wil het reizen niet beperkt blijven tot hei
onvermijdelijke. Wat nu het standpunl van
den heer Dunnebier inzake het subsidie
aan een autodienst betreft, is dit met evenveel
grond te weerleggen als te verdedigen. De
heer Dunnebier zei: „laat men het eerst
probeeren en blijkt dan, dat de dienst goed
functionneert, doch er finantieel niet kan
komen, laat men dan om subsidie vragen.
We zouden hier kunnen zeggen, denk er
niet aan de put te dempen als het kalf
verdronken is. Niet als een noodig gebleken
dienst finantieel in de put zit, moet men
hem trachten te redden. Toch zijn we het
met den heer Dunnebier eens, dat men
maar niet op zoo losse voornemens subsidie
kan verleenen. Allereerst zou de behoefte
aan den dienst moeten blijken, stelt men
bij voorbaat subsidie in uitzicht, dan zal
binnen enkele dagen het Willemsplein te
klein blijken voor het aantal ondernemende
autodiensten, waarvan geen enkele levens
vatbaarheid zou kunnen blijken te hebben.
Het voorstel van B. en W. geen
subsidie werd ten slotte met 4 stemmen
tegen aangenomen, nadat daaruit de door
ons boven aangehaalde motiveering door
B. en W. was teruggenomen.
Voor de min belangrijke punten worde
verder naar het raadsverslag verwezen.
INGEZONDEN.
Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.
Mijnheer de Redacteur
Mag ondergeteekende U verzoeken, het
onderstaande in Uw blad te plaatsen
In het bijblad van Uwe Courant, d. d.
20 Januari, stond een verslag der openbare
vergadering van de S. D. A. P. te IJ muiden,
waarin de heer Schilling betoogt de nood
zakelijkheid eener neutrale Bewaarschool.
Als motief nu wordt aangevoerd, dat onze
Chr. Bewaarscholen de ouders niet vrijlaten
in de keuze, welke lagere school de kinde
ren op hun zesde jaar zullen bezoeken
Want, zoo lees ik in 't verslag, de ouders
moeten vooraf hun woord geven, dat zij
de kinderen later de Christelijk lagere scho
len zullen laten bezoeken. Daar verschillende
ouders mijner bewaarschoolkinderen mij
over deze voor hen raadselachtige regelen
hebben geraadpleegd, is het misschien goed,
dit eveneens onder de aandacht van ande
ren te brengen. En wel dat niemand van
de ouders der kinderen onzer „Insinger"-
Bewaarschool een belofte heeft afgelegd
net kind later naar een Chr. lagere school
te sturen. De zaak zit zoo. Ieder kind van
3 tot 6 jaar kan bij ons een plaatsje vinden
(van welke richting of godsdienst de ouders
ook zijn). Doch wanneer de toevoer van
kleintjes te groot is, geeft ons Schoolbe
stuur gaarne aan die kinderen de voorkeur,
die later de „Insinger"-School bezoeken,
daar de „Insinger"-Bewaarschool hieraan
vooraf gaat.
H. DE GRAAFF,
Hoofd der „Insinger"-Bewaarschoo!
IJmuiden.
Mijnheer de Redacteur! 5
Met de opname van onderstaande re
gelen in Uwe rubriek „Sport" zult U
mij ten zeerste verplichten. Bij voor
baat mijn hartelijken dank.
Naar anleiding van de in een Uwer
laatste nummers voorkomende bespre
king over het spel-systeem der ^Storm
vogels" van Uwen sportverslaggever,
zou het mij aangenaam zijn, van ge
noemden verslaggever te mogen verne
men, uit welke bron hij zijne inlichtin
gen betreffende mijn nieuwe systeem
tot. het spelen van voetbal heeft geput.
Het is toch een feit, dat de Stormvo
gels op het oogenblik nog steeds hunne
oude spelmethode volgen, en slechts
alleen dan, indien mijne spelers door
training het meest mogelijke in ver
band met hun kunnen hebben bereikt,
zal door mij worden overgegaan tot wij
ziging van het huidige systeem, doch
hiertoe behoort geduld, aangezien dit
niet direct door te voeren is.
Indien Uw sportverslaggever hier
over van gedachten zou willen wisselen,
zoomede over de spelers van het le elf
tal der Stormvogels, zal het mij aange
naam zijn, hem te mogen ontvangen,
waardoor vermoedelijk tevens onaan
genaamheden tusschen leden-suppor
ters en spelers, of liever gezegd, ver
schil van meening, kunnen worden ver
meden.
Hoogachtend,
Jack Burton,
Trainer Y. V. V. S.
PLAATSELIJK NIEUWS.
VELSEN.
Gevonden voorwerpen
waaromtrent inlichtingen zijn te beko
men a. d. politiepost te Wijkeroog: Een
herdershond, een vulpenhouder, een
autowiel met band, een bruin lederen
handschoen, een reticule, een fluweelcn
kind'ermuts, een schakelarmband, een
taschje met sleutels.
Er is weer een Auto-dienst ge
opend, thans van Beverwijk naar Haar
lem en wel door de heeren P. Mooy en
Zoon.
Woensdagavond hield de afdee-
ling VelsenWijkeroog van de S. D. A.
P. eene openbare vergadering in Hotel
De Prins, waar de heer J. van Zadelhof,
lid der Tweede Kamer als spreker op
trad met het onderwerp „Ontwapening"
Waarschijnlijk in de hoop, dat het
bezoek nog wat zou aangroeien, opende
de voorz. de heer Visser 20 minuten over
tijd de vergadering, hierbij te kennen
gevende, dat deze belegd was om de idee
„Ontwapening" te propageeren, iets
wat in verband met wat Frankrijk in
Duitschland deed dezer dagen, meer
dan ooit noodig was.
Dé heer Van Zadelhof begon met te
vertellen, dat de S. IX A. P. een nieuw
standpunt ten opzichte van het militai
risme had ingenomen en dat hij nu de
zen avond zich bezig zou houden met
dat toe te lichten.
De consequentie van het oude stand
punt was, dat de sociaal-democraten
ook mee ten oorlog trokken; want men
zou meedoen, wanneer men aangeval
len werd, het vadeiland te verdedigen
Thans is de S. D. A. P. vóór de nationale
en internationale ontwapening en spr.
zal meedeelen waarom.
We kunnen al vast beginnen met de
nationale ontwapening en dat zal in ons
land, welks bewoners zoo weinig voor
het militairisme voelen, niet zooveel te
genkanting ondervinden, temeer daar
hoe langer hoe meer de overtuiging be
gint vast te staan, dat ons land toch
niet verdedigd kan worden. Deze laatste
uitspraak is er niet een van leeken, als
spr. maar van deskundigen van onver
dachte reputatie en van alle roode
smetten vrij, zooals hij in den loop van
den avond zal aantoonen.
De oorlog is zoo iets verschrikkelijks,
zegt spr., dat geen enkele regea. ig ae
verantwoordelijkheid er van op zich
durft te nemen en daarom beschuldigt
iedere regeering, die van een ander land
er mee begonnen te zijn. Ieder is tegen
den oorlog en om dat te bewijzen, wa
pende men zich tot de tanden, volgende
de woorden: „Zoo ge den vrede wilt,
bereidt u ten oorlog". Deze bewapening
heeft juist den oorlog verwekt en de So
ciaal-Democraten hebben altijd tegen
die opvoering van voorbehoedmiddelen
tegen den oorlog gewaarschuwd, maar
ze waren in de minderheid en hun ver
zet baatte niets.
Na den oorlog schijnen de regeeringen
tot bezinning te zijn gekomen en doen
mee aan het geroep om beperking der
bewapening. Zoo moestemen toch den
ken, toen de afgevaardigden van vele
landen optrokken verleden jaar naar
Washington ter bijwoning der ontwa
peningsconferentie
Velen waren blij, dat het er nu zoo
mooi begon voor te staan in de wereld,
daar zou toch wel iets goeds uit voort
komen I De secretaris van het I. V. V.,
meende wel, dat er bedrog onder school,
omdat de arbeiders, de vierde stand,
met uitgenoodigd waren tot bijwoning,
maar die was te pessimistisch.
Helaas! Hij heeft gelijk gehad. De
berg heeft een muis gebaard. Maar
waarvoor dan die conferentie?
In het financiëel overzicht in het
Handelsblad in December '21 kon men
lezen, dat de gezamenlijke schuld der
Staten bedroeg 43000 millioen dollars
vóór den oorlog en direct daarna 205000
millioen dollars. De oorlog had dus eene
belangrijke toename veroorzaakt, maai
de eerste 3 vredesjaren 1918—1921 had
den de schuld doen toenemen tot 400000
millioen dollars.
Dit begon de regeeringen te veront
rusten, want ofschoon er geen oorlog
was, kostte het militairisme nog zoo
ontzettend veel, dat er een bankroet
moet volgen.
Bovendien nam de spanning tusschen
Amerika en Japan zulke afmetingen
aan, dat men tot een vergelijk moest
komen.
En wat zou nu die ontwapenings-con-
ferentie brengen? Toen onze Karnebeek
heenging, zei hij: Wij komen niet zon
der zorg en vrees bij elkaar, daar we
niet weten of de conferentie zal uitloo-
pen op versterking der vredesidee, of
op nieuw oorlogsgevaar.
De conferentie heeft weinig uitge
werkt en ook de Volkerenbond zal wei
nig resultaten opleveren, zoolang hij
niet gedemocratiseerd wordt, zoolang
men de arbeiders er uit houdt. De vier
de stand, dat; wordt de macht. Als de
transportarbeiders, de metaalbewerkers
en de mijnwerkers het met elkaar eens
worden, dan kunnen zij den oorlog be
letten, dat is reeds tweemaal bewezen
n.l. in Polen en in Hongarije.
Hiertoe moet het komen en daarom
heeft de S. D. A. P. het oude standpunt
verlaten en het nieuwe ingenomen: Al-
gemeene ontwapening en bij de eerste
poging tot oorlog algemeene werksta
king. De landsverdediging kan dus ge
schrapt worden en daarvoor behoeven
we dan onze mlllioenen niet meer weg
te werpen.
Want wegwerpen, dat was het en nu
komt spr. met de vroeger reeds aange
duide uitspraken.
Hij haalt daarvoor aan wat Colijn
(minister van oorlog) in „Stemmen des
tijds" in 1917 schreef. Hij leest uit het
rapport der legercommissie voor, en
haalt uitspraken aan van onzen bevel
hebber van leger en vloot gedurende
den oorlog,generaal Snijders, van J.
Burger luit.-gen., commandant van het
veldleger, van Colemans Bijnen ge-
pens. luit. gen., van den secretaris der
Veréeniging „Ons leger" en van nog
meer anderen en allen komen hierin
overeen, dat ons leger in '14 niet klaar
was, in den oorlog niet klaar gekomen
is en na den oorlog nog dieper wegzonk,
zoodat men van totale weerloosheid
bijna spreken mag en het misdadig zou
zijn met zoo een slecht uitgerust troepje
den strijd aan te binden.
Dan maar liever totale opruiming
van alles en laat Nederland nu maar
eens het voorbeeld geven dan volgen er
wel meer en zoo niet, welnu dan is er
nog niets over boord, we kunnen ons
toch niet verdedigen. En als we hooren
en lezen, hoe de eerstvolgende oorlog
gevoerd zal worden, dan rillen we tot
op het gebeente en kunnen niet anders
dan de pogingen toejuichen van hen, die
den oorlog onmogelijk willen maken.
Op ten strijde voor de algemeene ont
wapening!
Voor het debat gaven zich 3 personen
op: Rem, Verné en Roschard, die door
spreker uitvoerig beantwoord werden.
Hierna sloot de voorz. na tot aanslui
ting bij de S. D. A. P. opgewekt te heb
ben, de vrij goed bezochte maar zeer
goed geslaagde vergadering.
De afd. „Velseroord" der S. D. A.
P. zal op Maandag 29 Jan. a.s. in café
„Flora" eene openbare vergadering hou
den waar als spr. zal optreden de heer
C. Werkhoven, Partij-Secretaris te Am
sterdam met het onderwerp „Strijd of
Berusting".
SANTPOORT.
In het verslagje over de rede van Dr.
v. d. Bergh van Eysinga over Rome, staat
dat Jeruzalem in 70 vóór Christus verwoest
werd. Dat zal de spreker wel niet gezegd
hebben, immers gebeurde dit in 70 nè
Christus.
Er staan nog een paar fouten in het
verslagje Kardinaal Merry del Val is geen
S t a a t s-s e c r e t a r i s, maar secretaris der
„Roomsche curie", of Pauselijke regeering.
Tenslotte moet Via Apia zijn Via Appia.
VISSCHERIJ.
Gedurende de maand December
van het jaar 1922 zijn te IJmuiden aan
den rijksvischafslag aangekomen 211
Holl.sche stoomtrawlers met f 513.461
besomming tegen in December van
1921 231 stoomtrawlers, die f 733.589 be-
somden en gedurende het geheele jaar
1922 2724 Ilollandsche stoomtrawlers
met f 6288.868 besomming tegen in het
geheele jaar 1921 2041 stoomtrawlers
met f 5.843.041 besomming. Verder
kwamen van de trawlvisscherij in De
cember van 1922 te IJmuiden binnen:
84 zeil loggers met f 40.382 besomming
tegen in December 1921 64 schepen met
f 35.109 besomming en in geheele jaar
1922 kwamen 1848 zeiltrawlers binnen
met f 768.893 besomming tegen in 1921
1420 zeilloggers met f 837933 besom
ming;
5 sleepboottrawlers, die f 4868 besom-
den tegen in December 1921 2 sleepboot
trawlers met f 779 besomming en in
het geheele jaar 1922 96 sleepboot traw
lers met f 86.426 besomming tegen in
1921 45 sleepboottrawlers met f 60047
besomming;
48 motorkusttrawlers met f 1253 be
somming tegen 26 dier vaartuigen in
December van het jaar te voren met
f 1549 besomming en in het geheele af
geloopen jaar 1543 motortrawlers met
f 127.837 besomming tegen 1724 dier
vaartuigen met f 240.556 besomming in
1921;
16 zeilkustvisschers met f 323 besom
ming tegen 43 zeilkustvisschers in De
cember 1921 met f 990.besomming en
in het afgeloopen jaar 246 zeilkustvis
schers, die f 7074.besomden tegen
1035 dier vaartuigen in 1921 met
f 43.881 besomming;
25 open booten met f 397.besom
ming tegen in December van het voor
gaande jaar 7 open booten met f 88.—
besomming en in het afgeloopen jaar
150 open booten met f 1533.besom
ming tegen 208 gelijke vaartuigen met
f 3842.besomming in 1921;
4 motorloggers met f 2770.besom
ming tegen in December van 1921 3 mo
torloggers met f 1983.besomming en
in 1922 totaal 74 motorloggers met
f 41.771 besomming tegen 49 dier vaar-
tuigen met f 36.600 besomming in 1921;
Van vreemde nationaliteit kwamen
van de trawlvisscherij in December
van het vorige jaar binnen 124 Duit-
sche stoomtrawlers met f 284.059 be
somming, tegen 19 Duitsche stoom
trawlers met f 40.614 besomming in De
cember 1921 en in het geheele afgeloo
pen jaar 1109 Duitsche stoomtrawlers,
die f 2.325.101 besomden tegen 565 dier
schepen met f 1.611.648 besomming in
het jaar 1921;
3 Duitsche motortrawlers met f 1505.-
besomming tegen in December van het
voorafgaande jaar 1 Duitsche motor
trawler met f 2328.besomming en in
het geheee afgeloopen jaar 15 Duitsche
motortrawlers, die f 8175.besomden
tegen 52 dier vaartuigen met f 62.249
besomming in 1921;
3 Engelsche stoomtrawlers met
f 14.702 besomming tegen 1 Engelsche
stoomtrawler met f 3465.besomming
in December 1921 en in het geheele af
geloopen jaar 13 Engelsche stoomtraw
lers met f 44.744 besomming tegen 57
dier schepen met f 50.061 besomming
in het jaar 1921;
Deensche visschersvaartuigen kwa
men er in December van 1922 niet aan
de markt tegen 3 Deensche motortraw
lers in December 1921 met f 5109.be
somming en in het afgeloopen jaar
kwamen hier aan de markt 73 Deen
sche motortrawlers met f 77.399 besom
ming tegen 105 Deensche schepen met
f 166.000 besomming in 1921;
Van de beugvisscherij kwamen in
December van het afgeloopen jaar hier
binnen 1 stoombeuger met f 1695.en
12 zeilbeugers (sloepen) met f 16.363^
besomming tegen in December van het
voorafgaande jaar 8 stoombeugers met
f 20.108 besomming en 15 zeilbeugers
met f 24.450 besomming en in het jaar
1922 kwamen hier binnen 97 stoombeu
gers met f 223.738 besomming en 161
zeilbeugers met f 256.759 besomming
tegen 144 stoombeugers met f 439.529
en 167 zeilbeugers met f 284.054 besom
ming in 1921;
Van de haringvisscherij kwamen in
December van het afgeloopen jaar hier
binnen 3 zeilloggers met f 10.233, 1 mo-
torlogger met f 1613.en 17 Engelsche
stoomharingdrifters met f 29.988 be
somming tegen in December 1921
1 stoomlogger met f 2025-, 9 zeiloggers
met f 19.248, 2 motorloggers met f 6397
en 40 Engelsche drifters met f 43.671
besomming tegen in het geheele afge
loopen jaar 2 stoomloggers met f 1959:-,
12 motorloggers met f 45.247, 57 zeil
loggers met f 137.067, 7 open booten
met f 112.— en 258 Engelsche stoom-
drifters met f 281.486 besomming tegen
10 stoomloggers met f 42.346 besom
ming, 28 motorlogers met f 135.496 be
somming, -161 zeilloggers met f 578.431
besomming, 13 open booten met f 214.
besomming en 501 Engelsche stoom
haringdrifters met f 516.292 besom
ming.
De in consignatie aangevoerde zen
dingen brachten ia December 1922 op
f 9484.in December van 1921 f 16.116
en in het geheeele voorafgaande jaar
f 286.908 tegen f 340.547 in het jaar 1921.
De totaalopbrengst van de in Decem
ber van 1922 aangevoerde visch be
draagt f 933.104 tegen in December van