IJmuider Courant
Zaterdag 26 Mei 1923. Tweede blad.
PREDIKBEURTEN
VOOR ZONDAG A.S.
IJMUIDEN.
NED. HERV. KERK.
10 uur: Ds. van Oostrom Soede.
SchaaicoJlecte voor de Kerk.
5 uurDs. Erdman.
Zaterdagavond 8 uur Bidstond.
Doopsgez. Gem. Afd. Prot. Bond.
10.30 uur: Ds. Luikinga.
GEREF. KERK.
10 uur: Ds.Lammertsma,vanAppingedam.
5 uurDezelfde.
CHR. GEREF. KERK.
10 uur: Preeklezen.
5 uur: Idem
LEGER DES HEILS.
7 uur: Bidstond.
*0 uur: Heiligingsdienst.
3 uurOpenluchtmeeting, Velseroord.
8 uurHeilssamenkomst.
VELSEROORD.
NED. HERV. KERK.
10 uur: Ds. Eggink, van Velsen.
5 uur: Dezelfde.
GEREF. KERK.
10 uur: Ds. Wissink.
5 uurDezelfde.
VELSEN.
NED. HERV. KERK.
10 uur: Ds. Kroese, van Velseroord.
WIJKEROOG.
GEREF. KERK.
10 uur: Ds. Boerkoel.
5 uur: Dezelfde.
SANTPOORT.
NED. HERV. KERK.
10 uurDr. O. A. v. d. Bergh van Eysinga.
EVANGELISATIE.
10 uurDe heer D. Scholtz, te Amsterdam.
OFFICIEEL.
Bekendmaking Drankwet.
Burgemeester en Wethouders der gemeente
Velsen brengen ter openbare kennis, dat op
18 Mei 1923 bij hen is ingekomen een
verzoekschrift van
Johannes Leonard us van Egmond van be
roep koopman, wonende te Wijkeroog om
verlof voor den verkoop van uitsluitend
alcoholvrijen drank in de navolgende loca-
liteitde winkel, van het perceel, plaatselijk
gemerkt L 275 en gelegen aan den Wijker-
straatweg aldaar.
Binnen twee weken na de dagteekening
dezer bekendmaking kan een ieder tegen
het verleenen van dit verlof schriftelijk
bezwaren bij Burgemeester en Wethouders
inbrengen.
Velsen, den 24 Mei 1923.
Burgemeester en wethouders voornoemd,
de secretaris, de burgemeester,
J." KOSTELIJK. RIJ KENS.
DE RAAD OM.
NABETRACHTING.
Of 't met breed, dan wel smal gebaar
is geweest, moge thans buiten beschou
wing blijven, het feit is er. De raacl is
om. En niet twijfelachtig, doch met
een flinke meerderheid, 12 tegen 9. Bij
de uitbreiding van den raad met 4 ze
tels baalde links geen pover krukje en
rechts vier stevige leunstoelen binnen.
Onze voorspelling, dat we meerdere
nieuwe gezichten op de fraaie fau
teuils zouden zien is niet alleen be
waarheid, doch heeft zelfs onze prog
nose verre overtroffen. Vier nieuwe ge
zichten. En van de vier nieuwe zetels
drie bezet door Christelijk Histori-
schen, want al mogen nu de Soci's en
de Katholieken ieder een plaatsje meer
gekregen hebben, ongetwijfeld is het
verlies van den Vrijheidsbond ten goe
de gekomen aan de Christelijk Histo-
rischen. In het kamp der laatste is de
vreugde groot en terecht al is er niette
min een klein smaakje aan de voor
keurverkiezing van den heer Van der
Steen.
Bij de Sociaal-Democraten zijn in de
afgeloopen zittingsperiode de heeren
Davidson en Baarda gewogen doch te
licht bevonden. Bij de Katholieken de
heer Diependaal en bij de Vrijz. Demo
craten de heer Peek. Van deze achter
het net visschenden, zien wij het minst
gaarne gaan de heer Davidson, die ons
steeds een. sympathiek raadslid is ge
weest. Misschien vleit hem dit compli
ment onzerzijds niet bijzonder, wij
meenen wat we zeggen. In den heer
Baarda verliest de S. D.A. P. niet veel;
de Katholieken niet in den heer Die
pendaal en de Vrijz. Demomcraten niet
in den heer Peek
Van de nieuw gekozenen zijn twee!
over de plankenkoorts heen; de heeren
Schuitenmaker en Bosman, beide
Vrijz.-Dem.; die reeds eer in het cere-
gestoelte hebben getroond. Van heide
samen ging in den raad niet het ge
zag uit, hetgeen van den heer Net-
scher alleen uitging. Laat ons hopen,
dat hierin verbetering zal komen en
deze afgevaardigden meer dan vroeger
het gehoor van den raad en van B. en
W. zullen weten af te dwingen.
Niet minder dan acht nieuw gekoze
nen zullen met meer of minder vrij
moedigheid hun entrée joyeuse in den
raad maken en de Vrijheidshond, die
bijna knock out uit den ring is gekomen
zal zijn eenigen ziel in lijdzaamheid
bezitten; het eendenjong tusschen de
kipkuikens. We hebben de beste ver
wachtingen van den nieuwen raad en
de nieuw gekozenen, doch velen der
laatsten zijn ons te weinig bekend, om
te dien opzichte eenigszins gerust te
zijn.
De Vrijheidsbond alleen heeft, on
danks de uitbreiding een verlies te
boeken. De heer Poortenaar, die gedu
rende zijn korte zittingsperiode tijdens
de zittingen in alle talen heeft gezwe
gen, is een te weinig krachtige persoon
lijkheid gebleken om den Vrijheids
bond uit de put te houden. Wij hadden
gaarne anders gezien en den heer Tu-
senius een krachtige rechterbuurman
toegewezen gezien; een die in vrijzin
nig opzicht wat meer toenadering had
betoond tot de Vrijz.-democraten. Van
den heer Tusenius persoonlijk is zulks
niet te verwachten, tenzij hij da,ar nu
den steun zal gaan zoeken, over welks
gemis hij zich beklaagd heeft.
Twaalf rechts, negen links. Toch hef
fe men van zekere rechtschezijde het
jubelllied niet te hoog aan. De sterke
Christelijk Historische tractie is niet
Anti-revolutionair, noch veel minder
Katholiek gezind en schaarde zich in
den beginne aan den oud-Liberale kant
Mogen allen met overtuiging en zon
der aanzien des persoons en der partij
het waarachtig gemeentebelang steeds
voor oogen houden en daaraan per
soonlijke inzichten weten ten offer
te brengen. Dan zijn we gerust.
VERSLAG DER VEREENIGING
VAN REEBSRS VAN
VISSCHEFaSVAARTUIGEN
TE IJMUIDEN OVER 1922.
II.
Hoewel er in Engeland geen bijzon
dere omstandigheden voorkwamen, die
het voor vreemde schepen meer dan
gewoon voordeelig maakten om in En
geland te markten en ondanks de nog
altijd groote schaduwzijde verbonden
aan het varen op vreemde havens,
heeft toch een deel van de vloot van
tijd tot tijd gebruik gemaakt van En-
gelsche havens. De actie van een deel
der factors uit Huil leidde er toe, dat
thans ook meerdere schepen, in tegen
stelling met vroeger van deze havens
gebruik maakten.
De moeilijkheden die de Hollandsche
schepen in 1921 ondervonden, deden
zich in 1922 niet weder voor. Toch wer
den de Hollandsche schepen ongaarne
gezien, hetgeen 't best blijkt hieruit,
dat thans op andere wijze aan de Ne
derlandsche -schepen moeilijkheden in
den weg werden gelegd, n.l. door be
langrijk hoogcrc ijsprijzen te bedingen
en door hoogere loonen voor het bun
keren van kolen in rekening te brengen
Ofschoon dit zoo voor het oog niet
zulke overwegende bezwaren schijnen
te zijn, bleek toch dat deze bezwaren,
gezien de geringe winstkans, voor ve
len groot genoeg waren om zoo min
mogelijk van deze havens gebruik te
maken.
De hooge loodsgelden, die na den oor
log op den Humber werden geheven,
bleven ook in 1922 nog met volle kracht
op de Nederlandsche visscherssche-
pen drukken.
De hooge loodsgelden die na den oor
log op den Humber werden geheven,
bleven ook in 1922 nog met volle kracht
op de Nederlandsche visschersschepen
drukken.
Aan den strijd daartegen is evenwel
in 1922 een eind gekomen door de tot
standkoming van de nieuwe Pilotage
Act voor de Humber 1922. Daar deze
wet evenwel eerst per 1 Januari 1923 in
werking trad, heeft de Nederlandsche
visschersvloot daarvan in 1922 nog
geen gunstige gevolgen kunnen onder
vinden.
In hoeverre de actie op verzoek van
de Reedersvereeniging te IJmuiden
door de Directie van Oeconomische
Zaken gevoerd, mede heeft gewerkt tot
totstandkoming of vervroegde tot
standkoming dezer wet, is moeilijk uit
te maken, maar met dank mag worden
erkend wat Oeconomische Zaken in
deze heeft gedaan.
Snurrevaadvisscherij. In den loop
van het jaar zijn pogingen aangewend
om van de Regeering subsidie te ver
krijgen voor proefnemingen met de
snurrevaad, waarvoor de medewerking
werd ingeroepen van den Visscherij-
raad en speciaal van de twee IJmui
der leden van den Visscherijraad. De
beslissing, waarop lang werd gewacht,
was tenslotte afwijzend, daar inmid
dels van reederszijde reeds een paar
proefnemingen waren aangevangen.
Over de resultaten dezer proefnemin
gen valt nog niet te oordeelen, daar de
ze laat in het seizoen zijn genomen en
kort hebben geduurd. Verwacht mag
echter worden, dat die in het voorjaar
op ruimer schaal weder zullen worden
genomen. Inmiddels is ook speciaal
voor deze visscherij voor IJmuider re
kening in Engeland een houten stoom-
driftcr aangekocht.
Vreemde aanvoeren. Niet minder
dan in het vorig jaar heeft zich-in de
IJmuider haven doen gelden het be
zwaar der dumping door Duitsche
visch, in hoofdzaak door do komst van
Duitsche trawlers in de IJmuider ha
ven en in 2e instantie door invoer uit
Duitschland.
In het geheele jaar kwamen 1085
Duitsche trawlers te IJmuiden en los
ten daar 11.719.963 K.G. visch, terwijl
de verdere invoer uit Duitschland in
Nederland nog bedroeg 1.809.000 K.G.
Het per 1 Januari 1922 in Duitsch
land bestaande uitvoerverbod van
visch werd per 1 Februari 1922 opge
heven en werd per 25 September 1922
weer van kracht. De aanvoeren ver
deelden zich over het jaar als volgt:
Trawlers K.G. visch andere
invoer K.G.
April
76
939.977
Maart
106
1.504.782
Februari
82
1.250.204
257.000
Januari
6
43.089
Mei
106
909.280
143.000
Juni
117
822.647
156.000
Juli
79
1.051.368
134.000
Augustus
66
824.621
332.000
September
45
651.226
287.000
October
120
1.365.526
November
158
1.336.610
December
124
1.020.633
Totaal
1085
11.719.963
1.309.000
Was in den winter 1921/1922 gedu
rende het Duitsche uitvoerverbod het
getal te IJmuiden komende Duitsche
trawlers naar verhouding gering, na
de hernieuwde inwerkingstelling in
September is daarentegen de» komst
der Duitsche booten plotseling weder
sterk toegenomen, mede tengevolge
van de daling der valuta in dien tijd.
In totaal werd door deze 1085 booten
besomd een bedrag van f 2.296.630.
hetgeen overeenkomt met gemiddeld
f 2116.per reis, welk bedrag, ook al
zijn er een aantal IJslandreizen onder
begrepen, voor de Duitsche trawlers
als zeer voldoende loonend mag worden
aangenomen.
Waar dooreen genomen de Holland
sche trawlers een belangrijk liooger
besomming noodig hadden om loonend
te kunnen varen was het natuurlijk
gevolg dat een deel der vloot ook dit
jaar moest opgelegd blijven, aangezien
een in de vaart brengen van meer Hol
landsche schepen, de Duitsche schepen
niet zou hebben geweerd, maar de
vischprijzen nog meer zon hebben ge
drukt, met dit gevolg, dat de eigen ver
liezen nog vergroot zouden zijn.
Door de Reedersvereeniging is 'n den
loop van dit jaar herhaaldelijk en met
klem bij de Regeering aangedrongen
op maatregelen om aan den onhoudba-
ren toestand te IJmuiden een eind te
maken, maar tot nu toe zonder gevolg.
De gevraagde maatregelen werden
van de hand gewezen en door de Re
geering werd alleen een voorstel ge
daan dat de Reedersvereeniging met
de Duitsche Reedersvereeniging een
overeenkomst zou sluiten, omtrent een
beperking van de vaart der Duitsche
trawlers te IJmuiden, welk voorstel
evenwel onaannemelijk werd geacht.
Behalve de aandrang door de Ree
dersvereeniging op de Regeering uitge
oefend, is ook van particuliere reeders
zijde gezorgd, dat de Duitsche pers,
Duitsche vischhandel en Duitsche con
sumenten ingelicht werden in hoe ern
stige mate voedselontlioiiding in
Duitschland zelf het gevolg was van
het markten der Duitsche trawlers in
Holland.
De aandrang echter, die van Duitsche
zijde op de Duitsche Regeering is uit
geoefend is niet bij machte geweest
verandering in den toestand te bren
gen.
Wordt vervolgd.
INGEZONDEN
Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.
De heer Schilling en zijn tegenstanders
Geachtp Redactie!
Tot mijn spijt ben ik genoodzaakt U
eenige plaatsruimte te verzoeken, wel
ke ik hoop, dat U mij wel zult willen
afstaan en waarvoor ik U bij voorbaat
mijn dank betuig.
Waardeering van de levensbeschou-'
wing zijns tegenstanders is de laatste
jaren niet de groote kracht van den
heer Schilling. Zoo ook thans weer ten
aanzien van de Vrijzinnig-Democraten
Blijkbaar zonder er maar verder hij
na te denken en zonder te begrijpen,
dat hij daarmede kan kwetsen, verkon
digt hij op een politieke vergadering te
IJmuiden zoo maar eventjes, dat de
Vrijzinnig-Democraten beter doen te
verdwijnen en de conservatieven onder
hen zich hij den Vrijheidsbond moeten
aansluiten en de democraten bij deze
partij, blijft volgens den heer Schilling
wel geen anderen weg open dan zich
aan te sluiten bij de alleenzaligmaken
de democratie, de S D. A. P.
Dit schijnt voor den heer Schilling
slechts een klein stapje. Of de leiders
en grondleggers zijner partij het hier
mede wel eens zijn, zoeke hij maar
eens na en dan zal hij bemerken, dat
er tusschen vrijzinnig-democraten en
sociaal-democraten een diepgaand
verschil in levensbeschouwing bestaat.
Tusschen twee haakjes zij den heer
Schilling er op gewezen dat gelukkig
door de oprichting van den Vrijheids
bond wij behoudende elementen, die
vroeger in de V. D. kiesverecnigingen
huisden, zijn kwijtgeraakt. Zuiverings
processen ondergaat iedere partij wel
eens. De S. D. A. P. heeft daar óók on
dervinding van.
Ik kan den heer Schilling evenwel
de verzekering geven, dat onze levens
beschouwing minstens zoo hecht is,
als van welken S. D. A. P.'er dan ook.
Hij moet derhalve begrijpen, dat men
andersdenkenden kwetst door te spre
ken op de wijze, als hij heeft gedaan.
Wij zijn vrijzinnigen, omdat wij
wars zijn van gewetensdwang, onder
welke schoone leuze die ook verborgen
wordt, en wij willen, dat de staat zich
vrij zal houden van elke bevoorrech
ting van godsdienstige leerstellingen
of van kerkgenootschappen, welke die
leerstellingen belijden.
En onze vrijzinnigheid doordringt
tevens onze democratie, waardoor wij
ons stellen tegenover de sociaal-demo
craten, die op maatschappelijk terrein
een even stram dogma, een even stroef
leerstelsel er op na houden, als
i'oomsch-kaiholieke en orthodox-pro-
testantsche ten aanzien van het gods
dienstige.
Daarom achten wij de sociaal-demo
craten ook onvrijzinnig te zijn. Ook zij
zeggen: „buiten ons geen heil". Aan
ieder, die het sociaaldemocratische
stelsel niet aanvaardt, wordt door hen
de naam democraat ontzegd, gelijk de
rechtzinnige kerkgenootschappen den
naam „christen" onthouden aan ieder,
die hun speciale „christendom" niet
belijdt.
Wij ontkennen niet, dat er ook nog
andere democraten zijn dan wij zeiven.
Wij trekken de democratische gezind
heid van de sociaal-democraten even
min in twijfel als die der christen-de
mocraten, R.K. Volkspartij enz., maar
verlangen van onzen kant niet te wor
den verketterd op grond van een spe
ciaal democratisch secte-dogma.
Onze democratie is een andere, dan
die der S. D. A. P. Wij vleien ons, dat
zij er niet minder om is.
Wij trachten in- en op den grondslag
van onze tegenwoordige maatschappij
de maatschappelijke ontwikkelings-
voorwaarden voor allen gelijk te ma
ken, terwijl de sociaal-democraten het
privaateigendom van de productie
middelen willen zien afgeschaft en
meenen, dat alleen door een allengs
ernstiger, breeder en dieper strijd der
maatschappelijke klassen vooruitgang
is te verkrijgen.
Ik zal dit diepgaand "verschil in le
vensopvatting hier niet verder uitwer
ken, doch het is den lezer wel voldoen
de duidelijk, dat er trots de wensch
van den heer Schilling nog wel heel
lang vrijzinnig-democraten zullen blij
ven bestaan en wij maar niet één, twee,
drie naar de S D. A. P. overloopen.
Daarvoor is het verschil in uitgangs
punt te groot.
Vervolgens weder een lichtvaardige
opmerking van den heer Schilling in
het verslag van zijn rede te Santpoort.
Daar staat:
„Wel wilde spr. het even hebben over
de Vrijzinnig-Dem. Partij, die in een
strooibiljet mededeelde, waaraan zij al
zoo had medegewerkt of het initiatief
genomen had. Spr. wilde er echter
even op wijzen, hoe weinig de opstel
lers van dit paihflet hieraan hadden
medegewerkt en hem, die zulks nog
wel gedaan had, den Raad uithouden.
Voorts zette spr. even recht, waarom
de S. D. A. P. aan de straatbelasting
had medegewerkt."
Ook dit kan weder niet door den beu
gel, want wij willen dan hier verkla
ren, dat de opstellers van dit strooi
biljet reeds aan deze zaken mede
werkten door woord en geschrift on op
andere wijze van af het jaar 1907. Min
stens zoo hard als de heer Schilling.
De heer Schilling schijnt een zeer
zonderling denkbeeld te hebben over
bet werken van een raadslid. Als zij
aan iets hebben medegewerkt mogen
zij zich, dat tot een persoonlijke eer re
kenen en hebben de kiezers dan maai
de verplichting om zoo iemand ten al
len tijde weder candidaat te stellen?
Meenen de heeren raadsleden, dat zij
alleen de gemeente regeereir? Of is er
ook nog zoo iets als een kiesvereni
ging, een partij programma, e.d.? I)e
heer Schilling legge deze vragen eens
aan den heer Landeweert voor en be-
moeie zich daama met de interne aan
gelegenheden van een andere partij,
die naar hem bekend kan zijn mot een
bloedend hart een beslissing had te ne
men.
Getuigde het wel van kiesheid om
deze kwestie aan te roeren? Of meende
de heer Schilling hiermede te Sant
poort en paar stemmetjes te winnen?
Dan is toch niet alles geoorloofd.
Met betrekking tot de Straatbelasting
had ik gaarne de uiteenzetting van den
heer Schilling wel eens willen verne
men.
Hij denke er dan aan, dat hij mij zal
moeten aantoonen, dat deze straatbe
lasting is een belasting naar draag
kracht. Niet op zijpaadjes, doch aan
toonen, dat het is .een belasting naar
draagkracht.
Wellicht dat ik dan mijn actie tegen
dezen vorm van belasting staken zal.
Doch ik vrees.
Hoogachtend,
JAC. DE NOBEL.
De nederlaag van den Vrijheidsbond.
Aan wien de schuld?
Mijnheer de Redacteur!
Het Bestuur van de Vrijzinnige Kies-
vereeniging „Burgerplicht" te Sint
poort, eene afdeeling van den Vrij
heidsbond, gevoelt zich tegenover bet
Vrijheidsbonddenkend publiek ver
plicht in het kort uiteen te zetten, aan
wien de nederlaag te danken is, waar
om de heer L. Poortenaar niet meei
herkozen is als lid voor den gemeente'
raad.
Voorop willen we, aan de band der
uitgebrachte stemmen in het licht stel
len, dat ware er samenwerking geweest
tusschen de afdeelingen IJmuiden en
Santpoort, de heer L. Poortenaar wel
herkozen was geworden. Immers den
5den zetel werd door de C. LI. gewon
nen met een rest van 94 stemmen. I)ie
partij bracht 2050 stemmen uit, den
kiesdeeler was in deze stemming 489,
dus voor 4 zetels waren 4 X 489 1956
stemmen rioodig. Alzoo bleven er ovei
2050 min 1956 94 stemmen. Voor die
94 stemmen kreeg die partij den vijfden
zetel, omdat dit sternmental de groot
ste rest van alle partijen was, die vooi'
zetels in aanmerking kwamen. Ware
nu de lijst 6a de lijst van de afdee
ling van den Vrijheidsbond te Sant
poort "(Vrijzinnige Kiesvereeniging
„Burgerplicht") met die van IJmuideu
verbonden geweest, dan had het tota
le stemmenaantal van heide afdeelin
gen 127 (uitgebracht op lijst 6a Sant
poort) -f 532 op lijst 8 (IJmuiden) 659
bedragen de heer K. H. Tusenius
had herkozen geweest en voor den lieer
L. Poortenaar had bovendien een rest
overgebleven van 659 min 489 170
stemmen, dus een rest, die 76 stemmen
meer bedroeg dan die der C. LI., waar
door de zetel, die nu aan de C. II. is
toegewezen, den heer L. Poortenaar ten
deel was gevallen.
Schriftelijk en meermalen mondeling
is door het Bestuur van „Burgerplicht"
aan de afdeeling IJmuiden, toen voor
genoemde afdeeling geen overeenstem
ming mogelijk bleek omtrent^ de rang
schikking der nummers der in te die
nen candidatenlijst, verzocht geworden
de lijsten, uit het oogpunt van partij
belang te verbinden, hetgeen steeds
halsstarrig door den voorzitter van de
afdeeling IJmuiden werd geweigerd.
Na die herhaaalde weigering is het
bestuur van „Burgerplicht" er toe moe
ten overgaan, omda/t ze nooit alléén
50 van den vermoedelijken kiesdee
ler kon halen, aansluiting te zoeken bij
den partij, die 'het dichtst in beginselen
naast haar stond, nl. bij den V. D.
Op deze toedracht van zaken het vol
le licht te laten schijnen, opdat (looi
de leden van de afdeeling IJmuiden
van den Vrijheidsbond en ook door de
Vrijheidsbonddenkende kiezers in de
geheele gemeente Velsen, geen verkeer
de gevolgtrekkingen kunnen gemaakt
worden, kwam ons bestuur zeer ge-
wenscht voor.
U dankzeggende, mijnheer de Re
dacteur, voor de verleende plaatsruim
te, zijn we met gevoelens van hoog
achting, namens het Bestuur van de
Vrijzinnige Kiesvereeniging „Burger
plicht" te Santpoort,
Jan van der Lijn, voorzitter.
C. H. B. Lonbar Petri, secretaris