ORGAAN VOOR DE GEMEENTE VELSEN
Verschijnt Woensdags Zaterdags
No. «6
Zaterdag* 85 Augustus 19SS
8e Jaargang
IJMUIDER COURANT
Abor aemtntiprijif 1.— P«r 3 nmnden, franco pirpoit f I.3B
Aboi nementcn worden aanfenomen aan het Bureau en bij de
Auer ten. Tot plaatten van advertentlên van Buiten de gemeente
VELDEN la dit blad ia ultaluitend gerechtigd het Advertentie-
bureau P. F. C.ROELSE, 1JMUIDEN. -
Advertentlên uiterlijk In te zenden
WOFNSDAO tot Q uur v.m. en VRIjDAOS tot 4 uur n.m.
Uitgave van de N. V. UITGEVERS Mij. „IJMU1DEN"
ADRES VOOR REDACTIE EN ADMINISTRATIE
N. V. DRUKKERIJ SINJEWEL
Willemiplein 11 Telefoon 153 IJmuiden
Ingeionde mededoelingea 40 cta. per regel Advertenties van 11. en m. B regels
f 1. iedere regel meer 20 ets. Compaet gezette adyertenties yan 1 t. en m. 6
regels fl.SB, iedere regel meer SB ets. Kleine adyertenties en familieberichten
zoomede yereeniglngs adyertenties uit de gemeente, uitsluitend bij yooruitbeta-
ling, yan 1 tot en met 6 regels f0,76, iedere regel meer 16 ets. Bij niet oontante
betaling worden de gewone prijzen berekend Adyertenties <radres bureau yan.
dit blad' 10 ets. extra; roor bezorging yan op adyertenties ingekomen brieyen
wordt 10 ets, in rekening gebraeht Bovenstaande regelprijzen worden met
Bots. verhoogd voor advertenties yan buiten de gemeente Yelsen
DIT HUMMER BESTAAT UIT TWEE
BLADEN. EERSTE BLAD
DRINGEND VERZOEK
oa M| varhulxlmg hat oude en
het nieuwe adres, NIET aan
den loofer, dooh aan ons ha
res a WILLEKSPLEIN 11, op te
■even De Administratie.
Kleine Advertenties
en Familieberichten kosten bl|
VOORUITBETALING
sleehtslS Cent par regaL
VAN PEN WACHTTOREN.
De kwade tijd voor den landbouw.
In Rusland, Duitschland, Oostenrijk
en Hongarije ondergaan de landbou
wers het minst den zwaren nood, waar
in deze landen verkeeren. Er zijn er
zelfs velen, die ervan profiteeren. Het
leek in den eersten tijd der malaise in
ons land ook wel, dat de nijverheid en
de handel de klappen zouden krijgen,
maar de landbouw buiten schot blijven.
De magere jaren voor den landbouw
zijn echter ook gekomen.
Er zijn kinderen, die om een kleinig
heid moord en brand schreeuwen; men
laat ze schreeuwen, men weet wel, dat
er niets aan de hand is, al gillen ze nog
zoo hard. Maar het gevaar bestaat, dat
zij geen hulp krijgen bij een ongeluk,
als ze met reden schreeuwen. Zoo gaat
het den landbouwenden stand ook
eenigszins. Het klagen zit den boeren
in het bloed. Ze hebben ook in de beste
mobilisatiejaren steen en been geklaagd
over de maximumprijzen, die de re
geering veel te laag stelde, over distri
butiemaatregelen, waardoor zij de vrije
beschikking over hun producten verlo
ren enz. enz. Ondertusschen hebben
velen hunner in die jaren een aardig
kapitaaltje gevormd. Het vorige jaar
begon echter de malaise ook voor hen
en dit jaar belooft ook een slecht jaar
voor hen te worden. Maar velen geloo-
ven het niet. „Die boeren klagen im
mers altijd; ze zijn als varkens, die al
knorrende vet worden!"
Ongetwijfeld hebben de boeren thans
veel reden, om te klagen. Jonge boeren,
die hun vee en werktuigen heel duur
hebben moeten koopen en veel te hoog
hebben gehuurd, verkeeren thans op
een scherpe helling naar den onder
gang. Koemelkertjes, gaardeniers zon
der kapitaal, om het te kunnen uitzin
gen, weten niet, hoe ze de hooge huren
zullen betalen. Op de algemeene verga
dering der Overijselsche Landbouw-
maatschappij deed de voorzitter, de
heer B. W. ter Kuile een ernstig beroep
op de landheeren, om niet de hoog
ste huren te zoeken, noch publiek te
verpachten, waardoor zij wel direct
voordeel hebben maar hun landerijen
verwaarloosd worden, maar om billijk
te zijn tegenover den verhuurder, de
zen liefst te houden, daardoor aan het
land te binden, zoodat hij zich inspant,
om het in goede orde te houden en te
krijgen.
De heer ter Kuile klaagde over de re
geering, die den landbouw te weinig
in den nood helpt. Hij eischte van de
regeering steun hij het zoeken van den
weg naar verbetering en vooruitgang.
Door den landbouw te verbeteren en de
opbrengst van eigen bodem te vermeer
deren, bewijst men de geheele natie
een dienst; immers dan behoeven er
minder millioenen aan het buitenland
uitgegeven te worden, om ons volk van
voedsel te voorzien.
Op deze zelfde vergadering sprak de
ing. J- J. C. Sandberg over emigratie
mogelijkheden voor jonge landbouwers
Hij stelde daarbij hooge eischen voor
het welslagen van den 'landverhuizer.
Hij moet zich aan een vreemde omge
ving kunnen aanpassen. Hij moet veel
doorzettingsvermogen hebben. Niet al
leen de man maar ook de vrouw moet
deze eigenschappen bezitten. Vakbe
kwaamheid is noodig, kennis ook dei;
vreemde taal. De landverhuizer moet
van landbouw en veeteelt beiden op de
hoogte zijn. Hij moet handig wezen en
zichzelf kunnen redden, zijn eigen tim
merman zijn en verstand hebben van
landbouwmachines. Hij moet als
knecht beginnen, eerst de toestanden
in den vreemde leeren kennen en dan
pas kan hij met zijn kapitaal een eigen
bedrijf beginnen.
Waar alle deze voorwaarden noodig
zijn, om als landverhuizer vooruit te
komen, kan men de emigratie geen uit
weg voor den landbouw noemen uit de
moeilijkheden van dezen tijd. Men kan
ook gerust zeggen, dat een jonge land
bouwer, die al deze eigenschappen be
zit, hier ook wel de handen uit de
mouw kan steken en er wel komen zal.
De malaise werkt als een storm; de
zwakste hoornen worden er het eerst
door gebroken en de sterken blijven
staan, hoe erg hij ook woedt.
De automobielenkoning Ford.
Ford is een der rijkste en populairste
mannen van Amerika. Hij verstaat de
kunst, om van zich te laten spreken én
is een der candidaten voor het presi
dentschap van de Ver. Staten, die een
goede kans heeft. Hij is een voortreffe
lijk zakenman en een fantast. De kruis
tocht voor den vrede, die hij organiseer
de tijdens den oorlog, zijn reis met een
aantal journalisten naar het vechten
de Europa, was een kinderlijke onder
neming. Alsof door eenige verstandige
en welmeenende woorden en geschrif
ten de geweldige oorlogsstorm zou gaan
luwen! Juist om zijn invallen en han
delen in spontane opwelling twijfelt
men, of Ford een goede staatsman zal
blijken te zijn. Het is ook-wel mogelijk,
dat bij zelf lieverautomobielenfabri
kant blijft dan het ongekroonde hoofd
te worden van Amerika.
Een bijzonder aardige trek in Ford is
zijn eerbied voor zijn moeder en het
ouderlijk thuis. Hij heeft het geheel la
ten herstellen in zijn ouden vorm. Met
veel moeite heeft hij een kachel en an
dere meubelen gevonden, zooals ze een
50 jaar geleden in zijn ouderlijk thuis
gebruikt werden. Nu en dan brengt hij
met zijn familie een gezelligen avond in
de oude huiskamer door en zingt dan
oude liederen bij het orgel, waarom zijn
moeder vaak de haren vereenigde. Zoo
is hij de apostel der huiselijkheid, ter
wijl hij door zijn goedkoope auto's
steeds meerderen het tehuis tot een
soort stopplaats gemaakt heeft op een
rustelooze automohielreis. Amerikaan-
sche bladen geven foto's van het ouder
lijk tehuis van Ford en vertellen er al
lerlei aardige bijzonderheden van.
Booze menschen beweren, dat dit al
les niets dan handige reclame is voor
den adspirant-president der Ver. Sta
ten. Harding wordt tegenwoordig wel
afgebeeld op een trator in 't korenveld
Maar waarom zou het ouderlijk tehuis
met al zijn herinneringen voor een man
als Ford niet waarlijk een heiligdom
kunnen zijn en deze man, die steeds
midden in de belangstelling der wereld
staat, het niet heerlijk vinden te genie
ten van de stilte en gezelligheid van de
plaats, waar hij vader en echtgenoot
en niets meer is en behoeft te zijn?
De dollar is zoek.
Er worden reusachtig veel papieren
dollars uit Amerika uitgevoerd. Ze
worden buitengewoon gretig gevraagd
in de landen, wier valuta ziek is. In een
groot deel van Europa is de dollar so-
lieder dan de eigen munt of het eigen
papier: marken, kronen, roebels en ook
al de francs. Waarschijnlijk zijn er nog
andere redenen, waarom de dollar in
Amerika al meer uit het geldverkeer
geraakt.
Er zijn in Amerika 13 millioen auto
mobielen; maken de eigenaars daarmee
een tocht eenige tientallen kilometers
van huis, dan nemen ze allicht eer. hon
derd dollar mee, om klaar te zijn, als
er onderweg een ongeluk gebeurt, een
band kapot raakt enz. Zoo wordt er een
groote som aan de circulatie onttrok
ken.
Nog een reden voor de zeldzaamheid
van de dollar in zijn eigen land is ge
legen in den steun, van vele emigran
ten, die zich uit Europa in Amerika ge
vestigd hebben, aan hun achtergeble
ven familie. Er zijn millioenen brieven
met dollar-biljetten naar Duitschland
en Rusland. Geldzending per brief is
niet aan te bevelen. Duizenden afzen
ders klagen erover bij het bestuur der
Amerikaansche posterijen, dat hun
brieven onderweg geopend werden en
zonder geld ter bestemder plaatse kwa
men.
De hoofdoorzaak echter van de ver
dwijning van de dollar is de sterke
vraag naar dit geld in de landen, waar
het eigen geld steeds minder waard
wordt. Vooral de biljetten van één dol
lar worden veel gevraagd, meer dan die
van twee, vijf en tien. Die van twintig
en vijftig vertegenwoordigen een te
groote waarde en vallen daarom hui
ten het bereik der meeste valutalijders.
Het is eigenaardig, dat in het buiten
land het papier-geld van Amerika meer
waard is dan de gouden munt van de
zelfde waarde. Een vijf dollarbiljet is
vijfen twintig cent meer waard dan
een vijf dollarstuk van goud. Men ver
klaart dit uit de willekeurige waarde,
door de regeeringen aan het goud toe
gekend. Amerikaansche toeristen ne
men daarom ook papier-geld meer naar
Europa.
Banken en crediet-instellingen heb
ben ook massa's papieren dollars noo
dig voor handelstransacties. Door dit
alles is er gebrek gekomen aan geld in
de wereld, waar welvaart heerscht, ter
wijl er in Europa armoe is vooral in de
landen, waar te veel geld is!
Geef het publiek, wat des publieks is.
Minderwaardige stukken, dolle dra
ken en flauwe kluchten, die echter
trekken, worden wel kasstukken ge
noemd. Gezelschappen, die werkelijk
kunst geven en de kunst dienen, moe-
te u soms wel een paar van dergelijke
stukken op hun reportoire zetten, op
dat hun finantieele uitkomsten niet al
te slecht worden. De ware kunst tracht
het publiek tot zich op te heffen en wil
niet tot het publiek en haar gebrekki-
gen, vaak bedorven smaak neerdalen.
Men kan dat in het algemeen van de
bioscoop niet zeggen; deze geeft het pu
bliek, wat des publieks is, dol fantas
tische verhalen van liefde en misdaad,
zotternijen, die van onmogelijkheden
aan elkander hangen. Stukken, waar
bij men wegsmelt in tranen of stuipen
krijgt van het lachen.
Daarbij graag wat gewaagde toonee-
len, slaapkamergeheimen enz. Dat
mag het groote en toch zoo kleine pu
bliek graag; daarvoor bestormt men de
bioscopen. En dat is wel het grootste
kwaad er aan verbonden. De bioscoop
is zuiver een commercieele zaak zoo
goed als een likeurstokerij of een siga
renfabriek en dezen leveren ook, wat
het publiek graag lust en koopt.
De vorige week is in Londen de groot
ste bioscoop van Europa geopend; er is
plaats voor 3000 menschen en er hoo
ren wachtzalen bij, waar er 2000 gebor
gen kunnen worden. De directeur heeft
eerst een studiereis door Amerika ge
maakt en daar vele bioscoopinrichtin
gen bezocht. Volgens hem bezoekt 22
der bevolkng daar iedere week de bios
coop, welk getal voor Engeland slechts
3 is. Hij hoopt met zijn nieuw bios
cooppaleis het bezoek op Ameri-
kaansch peil te brengen. Er is geen
geld gespaard, om alles aantrekkelijk
te maken; zoo is er een orgel van
f 100.000 geplaatst.
Deze bioscoop zal niet de smaak en
de kennis van het publiek veredelen en
vermeerderen; de directie gaat uit van
de leuze: Wij zullen bet publiek geven
wat het verlangt.
Dat belooft wat moois! De verlan
gens van het publiek op dit gebied
strekken zich toch uit naar het onwaar
achtige en bedorvene, mits het maar
prikkelt. Het is wel goed, dat de over
heid het allerergste verbiedt.
't Is jammer, dat de bioscoop zoo ge
heel een geldzaak is geworden; werd ze
gericht op den zin van schoonheid en
de belangstelling op natuur- en men-
schenwereld, dan zou ze prachtig werk
kunnen doen. Dit gebeurt ook nu wel
hier en daar; er zijn schoolbioscopen,
er worden wetenschappelijke films ge
geven; er zijn onder de vele slechten
ook wel enkele bijzonder goeden. Maar
over het geheel doet de bioscoop thans
veel meer kwaad dan goed, omdat zij
het publiek geeft, wat des publieks is.
Gezonde productie en gezonde
arbeiders.
Een fabrikant past goed op zijn ma
chines; ze worden op tijd schoonge
maakt, ze mogen niet roesten, ze wor
den voortdurend geolied en gepoetst.
Een fabrikant bracht ons eens in de
machinekamer zijner fabriek en zei
met trots: Het is hier even keurig en
netjes als in mijn salon. En inderdaad
alles glom en blonk, de muren en de
vloer waren met tegels bedekt, die wel
iederen dag met zeepwater schenen af
genomen te worden.
Maar een verstandige fabrikant past
evenzeer goed op zijn levend materiaal,
want dat is ook in belang van zijn zaak
Ford gebruikt de zuilen in zijn fabrieks-
zalen voor ventilatie, ze zijn hol en
voeren de bedorven lucht weg en laten
de versche binnen. Hij keurt het af de
arbeiders te laten werken tusschen
machines, die te dicht op elkaar staan
dan beweegt de arbeider zich niet ge
makkelijk en is er onnoodig gevaar
voor ongelukken Maar zijn de machines
te ver van elkaar verwijderd, dan wordt
de arbeidskracht verkwist. De arbeider
moet geen vierkanten duim ruimte
meer of minder hebben, dan behoeft, is
een der stellingen van Ford.
Het lawaai in metaalfabrieken is een
noodzakelijk kwaad maar een kwaad
is het, want het werkt afmattend. Men
moet zich er voortdurend tegen verzet
ten en hoe moeder men is, hoe minder
kracht daartoe, hoe onaangenamer en
pijnlijker lawaai op ons werkt.
Ford verzekert, dat hij zelf niet te
gen eentonigen arbeid kan, maar dat
de meesten zijner arbeiders er geen last
van hebben. Anderen meenen, dat gees
telijke traagheid, sufheid het gevolg is
van eentonigen arbeid. Ford eischt van
zijn arbeiders veel eentonigen arbeid,
In een half uur wordt in zijn fabriek
een heele auto gemaakt. Dat is alleen
mogelijk, door een sterke verdeeling
van arbeid. Hier is een arbeider, die
dag in dag uit niets doet dan banden
omslaan, daar verlakt een ander weer
spatschermen enz. Het werk wordt ten
slotte als in een droom verricht. Plet
komt ons waarschijnlijk voor, dat de
helderheid en opgewektheid van geest
daarbij toch wel schade moeten onder
vind.
Overigens is het een ware stelling,
dat de arbeiders, die in alle opzichten
goed behandeld worden en zich geluk
kig gevoelen, ook het beste werk zullen
leveren: een waarheid, waarmee nog
lang niet alle werkgevers rekening hou
den. „Gezonde arbeiders geven ook ge
zonde productie" is een waarheid, die
wel boven iedere fabriek en werk
plaats gebeiteld mocht worden.
De gewapende vrede.
Onder het stelsel van den gewapen
den vrede hebben we den grootsten en
rampzaligsten oorlog gekregen, die de
geschiedenis ooit gekend heeft. Euro
pa was reeds voor den oorlog aan een
gewapend legerkamp gelijk. Overal in
de groote steden zag men de groote ka
zernes en zag men de troepen marchee
ren en overal hing over de zeeën een
zwarte walm uit de schoorsteenen der
oorlogsschepen. Heel die levende en
doode oorlogsmachinerie kon -door een
kleinen schok aan den gang gebracht
worden: een machinerie, die leven,
welvaart en geluk der volkeren zou ver
malen.
De schok is gekomen; de aanleiding
tot den oorlog, de moord van den Oos
tenrijkschen kroonprins is niet de oor
zaak maar wel de aanleiding van den
oorlog geweest.
HET CONSULTATIEBUREAU
zal geopend zijn Woensdagmiddag van
3 uur, Willemsbeekweg 42, Velser-
oord.
Het onderzoek is kosteloos en ge
schiedt door Dr. Anema uit Haarlem.
Voorzitter van het Consultatiebureau
aldaar.
Tijdens den oorlog is beloofd en heb
ben we gehoopt, dat na den oorlog door
een volkenbond de gewapende vrede
overbodig zou wórden. Men zou gelei
delijk gaan in de richting van ontwa
pening; op den duur zou de Volken
bond het opperste gezag en de opperste
rechtspraak uitoefenen, steunend op de
kracht van een internationaal politie-
leger, maar de dwaze en gevaarlijke
wedstrijd in bewapening zou ophou
den.
Het is anders uitgekomen. Europa
lijkt na den oorlog nog meer op een le
gerkamp dan voor den oorlog. Duitsch
land is wel ontwapend, maar het
zwaard is alleen uit de Duitsche vuist
geslagen, de oorlogszucht is sterker
nog in het Duitsche hart dan voor '14.
Door een onderzoek, ingesteld op
last van den Volkenbond is gebleken,
dat bijna alle staten thans meer uitge
ven voor hun legers en vloten dan voor
14. Frankrijk streeft ernaar de eerste
militaire mogendheid te zijn en te blij
ven van Europa. Engeland heeft pas
versterking van zijn luchtvloot aange
kondigd, omdat het voor Frankrijk al
thans in de lucht niet wil onderdoen.
Er is tusschen de groote mogendheden
een vlootvacantie ingesteld op de con
ferentie van Washington, maar de ge
weldige vloten van Japan, Amerika en
Engeland blijven een dreigend gevaar
voor den wereldvrede. Ons landje doet
ook al mee aan den wedstrijd in bewa
pening. Ook wij geven meer uit voor
militaire doeleinden als voor den oorlog
zelfs ruim 50 meer. Bovendien stelt
de regeering ondanks den berooiden
toestand der schatkist straks de vloot-
plannen aan de orde. We zien niet in,
dat de kans om uit den oorlog te blijven
er iets minder door wordt, eer het te
gendeel, wanneer we onze koloniën
gaan beschermen met eenige schepen,
die zeer veel geld zullen kosten maar
tegenover de vloten der groote mo
gendheden weinig of niets beteekenen.
„Een natie, die zich ontwapent, pleegt
zelfmoord. Men kan even goed de poli
tie naar huis sturen, als de kazernes
sloopen en de oorlogsschepen voor oud
roest verkoopen. Als men den vrede
wil, moet men mogelijke vijanden op
een afstand houden door een stevig
middel van verweer".
Deze argumenten hebben een schijn
van recht. Maar menk an er een argu
ment tegenover plaatsen, dat sterker is
dan zij tezamen. Wanneer de volkeren
ieder voor zich den vrede wil bewaren
door zich militair sterk te maken, dan
zal de een altijd nog een beetje sterker
wllen zijn dan de ander, om des te ze
kerder van don vrede te zijn, dan is on
vermijdelijk een tegen elkaar opbieden
in militaire kracht en dan is oorlog het
eind zoo goed als er brand komt, wan
neer men aan alle kanten van een buis
een heel klein vuurtje aanlegt.
Er zijn zeker ook gewichtige argu
menten tegen beperking van bewape
ning en ontwapening in te brengen.
Maar het stelsel van vrede door ver
trouwen en recht, door onderlinge
overeenkomst biedt meer kans den
oorlog verre te houden dan de gewa
pende vrede. Daarom verkiezen we
den laatste niet langer, maar verwer
pen dien ook met onze rede. Met ons
hart wenden we ons onmiddellijk tot
den vrede, die steunt op vertrouwen en
recht en onderlinge overeenkomst. Hij
is zedelijk veel schooner en zuiverder
dan de gewapende vrede. Immers deze
doet denken aan een geheelonthouder
met een flesch jenever in den zak, aan
een zendeling, die geschriften van
Buchner en Haeckel colporteert. Over
de politieke kwestie der vlootwet wordt
heel veel geschreven. Afgezien daarvan