Srsa
«saSfflWse
zij iets beter. Gemiddeld per reis
dag vingen onze stoomtrawlers, welke
kier te lande hun vangsten aanvoerde?;,
slechts 991 K.G. (verleden jaar Augus
tus 1118 K. G.); hun gemiddelde reis
dag-besomming was in beide tijdper
ken gelijk n.l. f 257. De hoeveelheid en
opbrengst van hun totalen aanvoer
hier te lande bedroegen respectievelijk
1.495.000 K.G. en f 387.300 tegen 1.985.000
K.G. en f 457.000 in Augustus 1922. In
het geheel waren 85 stoomtrawlers in
de vaart, waarvan 9 uitsluitend en 17
gedeeltelijk hun vangsten in Engeland
losten. Verleden jaar Augustus namen
89 stoomtrawlers aan de visscherij deel
waarvan 7 uitsluitend en 11 gedeeltelijk
bun vangsten in Engelsche havens
aanbrachten. Ook de in Engeland ver
kregen resultaten waren niet gunstig.
De aanvoer door Duitsche stoom
trawlers bleef nog vrij gering n.l.
123.000 K.G. in 12 reizen.
Aan de visscherij met de zeevisc.hze
gen (snurrevaad) namen 2 stoom- en 2
motorvaartuigen deel; de eerstgenoem
den vingen en besomden per reisdag
resp. 786 K.G. en f 182, de laatsten 426
K.G. en f 136. De hoeveelheid en op
brengst van hun gezamenlijken aan
voer bedroeg respectievelijk 64.000 K.G
en f 16.600.
De beugvisscherij werd uitgeoefend
door 1 stoom- en 1 motorvaartuig en 11
zeilschepen, verleden jaar Augustus al
leen door 9 zeilschepen. De zeilschepen
vingen en besomden dit jaar gemiddeld
meer. De hoeveelheid en opbrengst der
aangevoerde beugvisch bedroegen res
pectievelijk 86.500 K.G. en f 31.300 (ver
leden jaar Augustus 81.000 K.G. en
f 27.400).
Aan de drijfnetvisscherij op haring
namen deel 36 stoom-, 19 motor- en 194
zeilloggers, (verleden jaar Augustus 31
stoom-, 14 motor- en 204 zeilloggers.
De vangsten bleven toenemen. Zij be
droegen gemiddeld per reisdag voor de
stoomloggers 1970 K.G. (verleden jaar
Augustus 1584 K.G.), voor de motorlog-
gers 1197 K.G. (verleden jaar Augustus
903 K.G.) en voor de zeilloggers 975 K.G.
(verleden jaar Augustus 613 K.G.). Op
merkelijk was intusschen ook deze
maand de buitengewoon geringe vangst
van volle haring. De prijs van deze ha
ringsoort kon zich in verband hierme
de goed handhaven. Voor de maatjes
haring bleef de prijs echter aanvanke
lijk zeer laag. Niet weinig droeg daar
toe bij het feit, dat de Duitsche impor
teurs einde Juli en begin Augustus er
vaak niet in konden slagen, Holland-
sche deviezen voor don aankoop der ha
ring machtig te worden.
Later herstelde de handel op Duitsch-
land zich allengs en stegen dientenge
volge de prijzen der maatjesharing.
Hieraan en aan de betere vangsten was
het te danken dat de motor- en zeillog
gers per saldo gemiddeld nog meer be
somden dan in Augustus 1922. Hun ge
middelde reisdagbesomming bedroeg
n.l. respectievelijk f 119 en f 97 (f 117
en f 78 in Augustus van het vorige jaar).
De gemiddelde reisbesomming van de
stoomloggers was thans iets kleiner n.l.
f 194 tegen f 205 in Augustus 1922.
De hoeveelheid en opbrengst der aan
gevoerde drijfnetvisch bedroegen res
pectievelijk 8.620.000 K.G. (waarvan
85.877 kantjes haring) en f 853.200
en f 803.000, waarvan
haring) in Augustus
(6.279.000 K.G.
61.783 kantjes
1922.
Gedurende
de maand Augustus
van dit jaar zijn te IJmuiden aan den
rijksvischafslag aangekomen 194
stoomtrawlers met f 395.482 besomming
tegen in Augustus van hett vorig jaar
236 stoomtrawlers met f 459.212 besom
ming en in de eerste 8 maanden van
dit jaar 1428 stoomtrawlers met
f 3.125.992 besomming tegen in gelijk
tijdvak van het vorig jaar 1773 stoom
trawlers, die f 4.079.633 besomden.
Verder kwamen van de trawlvissche
rij in Augustus van dit jaar aan de
markt: 168 zeilloggers met f 55.270 be
somming tegen 155 dier vaartuigen met
f 47.371 besomming in Augustus van
het vorig jaar en in de eerste acht
maanden van dit jaar 1339 zeilloggers
met f 607.510 besomming tegen in de
eerste acht maanden van het vorig jaar
1345 zeilloggers met f 594.615 besom
ming; 2 sleepboottrawlers met f 844 be
somming tegen in Augustus van het
vorig jaar 9 sleepboottrawlers, die
f 99.84 besomden en in de eerste 8 mild.
van dit jaar 35 sleepboottrawlers met
f 25.773 besomming tegen in gelijk tijd
vak van het vorig jaar 66 dier vaartui
gen met f 66.028 besomming;
515 motorkustvisschers met f 40.842
besomming tegen in Augustus van het
vorig jaar 289 dier vaartuigen met
f 21.876 besomming en in de eerste acht
maanden van dit jaar 2150 motorkust
vaartuigen met f 128.803 besomming
tegen in gelijk tijdvak van het vorig
jaar 966 dier vaartuigen met f 88.838
besomming;
91 zeilkustvisschers, die f 1997 be
somden tegen 44 zeilkustvisschers met
f 1247 besomming in Augustus van het
vorig jaar en in de eerste acht maanden
van dit jaar 254 zeilkustvisschers met
f 4530 besomming tegen 130 dier sche
pen in de eerste acht maanden van het
vorig jaar met f 3915 besomming;
10 open booten met f 113 besomming
tegen in Augustus van het vorig jaar
5 open booten met f 38 besomming en
in de eerste acht maanden van dit jaar
271 open booten met f 2433 besomming
tegen in gelijk tijdvak van het vorig
jaar 90 open booten met f 839 besom
ming;
10 motorloggers met f 3764 besom
ming tegen in Augustus van het voriw
jaar 5 dier schepen, die f 2256 besom
den en in de eerste acht maanden van
dit jaar 80 motorloggers, die f 46.244
besomden tegen in gelijk tijdvak van
het vorig jaar 51 motorloggers met
f 27.003 besomming.
Van vreemde nationaliteit kwamen
in Augustus van dit jaar aan de markt
alhier 12 Duitsche stoomtrawlers met
f 27.714 besomming, 5 Duitsche motor
trawlers met f 3636 en 19 Deensche
motortrawlers met f 23.649 besomming
tegen in Augustus van het vorig jaar
70 Duitsche stoomtrawlers met f 116.479
16 Deensche motortrawlers met f 20.186
besomming en 1 Egelsche stoomtraw
ler, die f 4-491 besomde en in de eerste
acht maanden van dit jaar 540 Duit
sche stoomtrawlers met f 1.348.028 be
somming, 6 Engelsche stoomtrawlers
met f 4408 besomming, 14 Duitsche mo
tortrawlers met 12.273 en 66 Deensche
motortrawlers met f 74.981 besomming
tegen in de eerste acht maanden van
het vorig jaar 652 Duitsche stoomtraw
lers met f 1.332.276, 49 Deensche motor
trawlers met f 49.635 en 1 Engelsche
stoomtrawler met f 4-491 besomming'.
Van de beugvisscherij kwamen in
Augustus van dit jaar hier aan de
markt 2 motorbeugers met f 1427 en
20 zeilbeugers met f 26.505 besomming
tegen in Augustus van het vorig jaar
17 zeilbeugers, die f 21.700 besomden en
in de eerste acht maanden van dit jaar
186 stoombeugers met f 378.504 besom
ming, 139 zeilbeugers (sloepen) met
f 173.677 en 14 motorbeugers met
f 14.419 besomming tegen in de eerste
acht maanden van het vorig jaar 94
stoombeugers met f 219.635 en 117 zeil
beugers met. f 192.077 besomming.
Van de haringvisscherij kwamen in
Augustus van dit jaar hier binnen 22
zeilloggers met f 27.218. en 2 motorlog
gers met f 594 besomming tegen in
Augustus van het vorig jaar 15 zeillog
gers, die f 32.660 besomden, 2 motorlog
gers met f 7805 besomming en 1 Engel
sche stoomharingdrifter, die f 1254 be
somde en in de eerste acht maanden
van dit jaar 1 stoomlogger met f 137, 4
motorloggers met f 2105, 38 zeilloggers
met f 55.589 en 10 Engelsche stoomdrif-
ters met f 19.507 besomming tegen in
gelijk tijdvak van het vorig jaar 2 mo
torloggers met f 7805, 17 zeilloggers
met f 38.193, 7 open booten met f 112 en
13 Engelsche stoom drifters met f 15.390
besomming.
De in consignatie aangevoerde visch
zendingen brachten in Augustus van
dit jaar op f 9707. in Augustus van het
vorig jaar f 58.032 en in de eerste acht
maanden van dit jaar f 207.193 tegen
in gelijk tijdvak van het vorig jaar
f 164.404. De opbrengst van de in Au
gustus van dit jaar aangevoerde visch
bedraagt f 618.770, die van Augustus
van het vorig jaar f 804.600 terwijl de
totaalopbrengst van alle in de eerste
acht maanden van dit jaar aangevoer
de visch bedraagt f 6.232.115 tegen in
de eerste acht maanden van het vorig
jaar f 6.844. 897.
Koninklijke Nederlandsche Hoog
ovens en Staalfabrieken.
Aan het verslag over het boekjaar
1922-1923 van de Kon. Ned. Hoogovens
en Staalfabrieken is het volgende ont
leend:
Gedurende het geheele verslagjaar is
de bouw met volle kracht voortgezet
en met uitzondering van de kooks-
ovens met bijbehoorende inrichtingen
grootendeels tot een einde gebracht.
Een langdurige staking in den zomer
van 1922 en moeilijkheden, voortvloei
ende uit de Ruhr-bezetting e.a. veroor
zaakten eenige vertraging; zeer aan
zienlijke vertraging ondervond verder
de afwerking van de los- en opslagkra
nen, welke door den buitenlandschen
leverancier meer dan een jaar te laat
werden afgeleverd. Overigens was het
erloop der bouwwerkzaamheden in al
le opzichten bevredigend. De haven
met toebehooren, kranen, opslagplaats,
de geheele hoogoveninstallatie met
gasreiniging, bunkers en giethallen, de
centrale met ketelhuis, watergas- en
windleidingen, zoutwatervoorziening
en rioleeringen enz. waren in Juni 1923
vrijwel geheel gereed, zoodat.in die
maand en ook in Juli het proefbedrijf
van alle mechanisme en electrische on-
derdeelen kon plaats vinden. Het re
sultaat van dat proefbedrijf was gun
stig. De bouw van de kooksfabrieken
met de kolenverwerking, kookszeverij
enz. vorderde bevredigend, zij het ook
met eenige vertraging uit den ongere-
gelden wereldtoestand voortvloeiende;
de voltooiing mag vóór het einde van
1923 worden verwacht. Ten behoeve
van de woningvoorziening werden 46
s'tcenen arbeiderswoningen en 4 ambte-
naarswoningen gebouwd, terwijl de
goedkeuring der regeering werd ver
kregen voor den bouw van een 50-tal
woningen op den voet van de Woning
wet, waarvoor ook door de maatschap
pij steun wordt verleend. Met de provin
ciale en gemeentelijke Electriciteits
Mij. (P.E.G.E.M.) kwam een overeen
komst tot stand voor de levering van
stroom, in onze Centrale op te wekken
met behulp van het overtollige gas.
Betreffende de aanverwante onderne
mingen waarin de maatschappij heeft
deelgenomen wordt het volgende ver
meld:
Ned. Staalfabrieken voorheen De Muinck
Keizer.
Gedurende het geheele verslagjaar
had de staalfabricage uitsluitend met
den clectro-oven plaats; na afloop .van
hot verslagjaar, sinds April van dit jaar
kon het bedrijf der Martin-ovens in vol
len omvang worden ter hand genomen.
Een groot gedeelte van het vervaardig
de staal vindt thans in den vorm van
knuppels afzet in het buitenland. De
walserij was het geheele jaar in bedrijf
voor de vervaardiging van stafijzer.
Als gevolg van de Ruhr-bezetting was
gedurende korten tijd de vraag naar
stafijzer tegen oploopende prijzen zeer
levendig. De vraag is echter den laat
sten tijd weer zeer verminderd. De af
zet van staalgietwerk toonde nog geen
noemenswaardige verbetering. Over lied
boekjaar 1921/22 kon geen dividend wor
den uitgekeerd.
Société Anonyme Carrières de Namêche.
Ook over het afgeloopen boekjaar
moest, na voldoende afschrijving, een
klein verlies geboekt worden.
Phoenix A. G.
Het bedrijf was tot Februari van dit
jaar in alle onderdeelen zeer levendig.
De bezetting van de Ruhr veroorzaakte
allengs vermindering van werkzaam
heden en ten slotte stilstand in ver
scheidene afdeelingen. De nadeelige
gevolgen van de Ruhr-bezettiing voor
het geheele bedrijfsleven in Europa,
doen zich natuurlijk het sterkst gevoe
len in de direct bij deze bezetting be
trokken ondernemingen. Intusschen
kunnen wij verklaren dat de reëele
waarde van ons bezit de boekwaarde
belangrijk overschrijdt. Over 1921/22
keerde de Phoenix 50% dividend uit,
Het aandeelenkapitaal werd in den
loop van het jaar met 25 millioen Mark
nominaal vergroot tot R. M. 300 milli
oen. Evenals het vorig jaar wordt de
winst-saldo over het afgeloopen jaar,
te weten f 31.351 (190.528) afgeschreven
op het hoofd „deelneming in aanver
wante ondernemingen".
De balans per 31 Maart 1923 bevat de
volgende cijfers:
Activa: aandeelhouders nog te
storten f 2.950.000 (7.375.000). kosten van
voorbereiding en oprichting f 774.230
(674.443), terreinen, kantoorgebouw en
woonhuis f 1.743.827 (1.741.729), bouw-
rekening f 11.444,310 (6.157.990), deelne
ming in aanverwante ondernemingen
f 9.315.629 f9.432.640),' debiteuren
f 157.955 (130.341), kas en kassiers
4.030.116 (4.917.882).
Passiva: aand. kapitaal gewoon
geplaatst f 29.500.000 (onv.), preferent
f 625.000 (onv.), reserve f 10.448 (onv.),
afschrijving op deelneming in aanver
wante ondernemingen f221.880 (190.528)
crediteuren f 58.741 (98.551).
De verlies- en winstrekening bevat in
het credit: baten uit deelneming in
aanverwante ondernemingen f 149.373
(125.511, interest f 189.281 (224.312), ex
ploitatie terreinen en opstallen en di
verse huren f 12.138 (13.541), totaal
350.793 (363.364), .en in het debet:
algem. onkosten f 319.442 (266.869), af
schrijving op deelneming in aanver
wante ondernemingen f 31.351 (96.495).
DE ZEEONGEVALLENWET EN
HAAR WERKING.
Onder dit opschrift treffen wij in het
jaarverslag over 1922 der Vereeniging
„Zee-Risico" omtrent den omvang der
ongevallenverzekering in het zeevaart-
bedrijf de volgende zeer belangwekken
de beschouwingen aan, waarop wij wel
zeer sterk de aandacht vestigen van on
ze lezers.
Art. 1 der Zeeongevallenwet 1919 ver
klaart als verzekerd de bemanning der
zeevaartuigen en hen, die op of aan de
zeevaartuigen in dienst der reederij
werkzaam zijn. Dientengevolge moet
„Zee-Risico" als met krachtens die wet
verzekerd beschouwen dat personeel
van het zeevaartbedrijf, wier werk
zaamheden hen niet met het zeeschip
in aanraking brengen.
Daar verder de zee-reederijen slechts
voor haar stuwadoorsbedrijf onder de
industrieele Ongevallenwet vallen en
haar zeevaartbedrijf uitdrukkelijk van
de verzekering krachtens die wet is
b"fkt-/rhot\noIdseonR?svcrzekcri"ss-
werkzaam, geen sch-ï,<liU bed,^'f
verlcenen. schadeloosst«lling
walrttZVe?ekfndeèrnnoVfnWerkncme^
kantoorpersoneel het^ Wh WOr'lf'n hct
neel van de verknlaatSen "1SC,h p,', so-
10ToendenZ -Zijn dus Sloten^ dCr
in werWn™rm°enge,VaI]Pmv''t (192l>
minste ten aanriTZÏ? dat tcn'
personoel waarhii h t te('hmseh
verzekerd zijn hot meest a6'"'* aan
daar de werkzmnVhta gevoeld,
ongevallen meeb^en™ aI eens
[mg een einde zou nfmen rr 'f gU,t ■1"i-
'JJk besluit immers tèr fomnk-
art. 4 del- n "«voering van
onder de ver* kortn Jkrn'1IT™
o.a. „de werkzaam^ tHe Wat
on onderhouden van "Ie" herste»p"
dan ton behoeve van r PPn' and<n'S
O. W loen an ?en (nigevolgo do
derneming" on<;
een zekere ómWLhij'^««""heden
betreffende ™aag van he? °1con des'
recderijen antwoordde de MiSiS "do
Arbeid, dat, naar ziiw 1 er van
deze bepaling inderdaadTn T"*' door
'•mg van het technisch 1 ve™>ko-
reederijen werd voorzien del'
voort metaal'V' Evenwel ging
jnj de Ongevallenwet ^"'uitdrukk61
deel uitmaakte. werkplaatsen
Dat standpunt der R V R wordt a
hfn Cpn'raIen Raad van Beroep fC R i
waarvarf Opraken!
willen vermeldeneCmge in het kort'
B. ter uitvoering van dat arfii-Ai
XrTk,,.a0clTinfr iS °P ~nrt;e
lenwet rn T, Z" andere ongeval
lenwet (C. R. d.d. 16 Nov. 1922 D No.
de'getroffene leemte' "aar
tens de Z O VTalq ke6ring krach-
doon gelden. 9 aansPraak kan
In een tweede geval ontzegde de C
LTrV'wToï dat h1' k^
den eiseh tot schndeloossTeïlTng"an epn
mmermn in dienst van een reoderii
Sn den wllChaVe" 'n °en werkplaats-
aan den wal een ongeval overkwam.
C R. dd. Februari 1923 No 6131
Zooals wij evenwel boven hebben ge
zien kent de Z. O. tv. ,9,9 in dergeiifkc
gevaUen geen uitkeering toe: getroffe
ne immers behoorde niet tot de beman
mng noch had hij op of aan het zee-"
vaartuig zijn werk.
Fr bestond dus eenige reden voor de
verwachting, dat, wanneer voor d™ c
?óif ,0TTTn va?t tp staan, dat in geJ
troffbovengenoemde de ge-
ÓnS aan d",7' W' aanspraak
op uitkeermg kon ontleenen, dat col
lego zou aannemen, dat de O W van
va?IS"?*'* zoodat dan ten aanzien
tan het technisch personeel de O W
enrn°de w) e'kf™'dp" aanvullen.
In de laatste door ons te noemen uit-
spraak echter beschaamt de C R die
verwachting (C. R. d.d. 15 Maart D No
Het betrof hier wederom een timmer
man, in dienst van een reederij, wien
n de werkplaats aaii den wal een onge-
valoverkwam. Door den getroffene
had onauhf V°-r<3'-dat hij Seen recht
had op uitkeering ingevolge de Z. O W
1919 en dat dus de C. R. hem, in tegen
stelling met hetgeen dat college in de
hiervoor genoemde uitspraken had hc-
n w fohodeloosstelling Krachtens de
O. 1921 behoorde toe te kennen. Dc
C7 blijkbaar inzag dat hij ten
onrechte 111 het vorige door ons ge
noemde geval recht op uitkeering in
gevolge de Z. O. W. had aangenomen
grondt thans niet daarop zijn afwijzing,
maar ontzegt den eisch nochtans, over-
wegende, dat de werkzaamheden van
dit technisch personeel, voorzoover be-
hoorend tot de onderhoudswerken, deel
uitmaken van het ingevolge art. 12 der
O. W. 1921 met verzekeringsplichtit?
zeevaartbedrijf dat wel in het K.I3.
ter uitvoering van art. 4 der O W 1921
vermeld wordt het herstellen en onder
houden van schepen, maar (dat) de
werkzaamheden van het technisch per
soneel eener scheepvaartonderneming,
als hier bedoeld, alleen daaronder kun
nen begrepen worden, voorzoover zij
geen onderdeel zyn van het in de
scheepvaartonderneming uitgeoe^nd
zeevaartbedrijf, dat volgens de uitdruk
kelijke bewoordingen van art. 12 der
O. W. 1921 niet verzckeringsplichtig is.
In dc laatste uitspraak huldigd de
Centrale Raad van Beroep dus geheel
het door het Bestuur der Bijksverzeke-'
ringsbank ingenomen standpunt.
Derhalve blijft dc leemte in haar ge
heel bestaan. Niemand dan de Wetge
ver kan die leemte aanvullen; en her
haaldelijk is dan ook door belangheb-
bonden, ook door Zce-Risico, op wets
wijziging aangedrongen. Bij het tor
perse gaan van dit verslag is het ons
bekend, dat de Regeering voorbereiden
de stappen heeft genomen om de be
doelde wijziging tot. stand te doen ko
men; wij hopen, dat de zaak spoedig-
haar beslag zal hebben gekregen, tege
lijk met de opneming der geneeskundi
ge behandeling in de Wet.
Aan het verslag over 1922 van de
vereeniging „Zee-Risico" ontleenen we
nog de volgende bijzonderheden.
Geneeskundige behandeling. Van
den aanvang af is het als een bezwaar
gevoeld dat de wet niet in de genees
kundige behandeling voorziet. Dc le
den der Haringvisscherij-Onderlinge
en der Visch vaart-Onderlinge IJmuiden
hebben dat bezwaar ondervangen door
in een Aanvullende Regeling de ge
neeskundige behandeling op te nemen.
Ook bij dc grootcre reederijen, die voor
het meerendeel als direct-a.angeslot.e-
nen het risico uit de Zee-Ongevallon-
wet voortvloeiende, dragen, is het vrij
wel regel dat zij de kosten der genees
kundige behandeling van de'ongevals
patiënten op zich nemen, uitgaande
van het standpunt dat hiermede niet
alleen het belang van de patiënten ge
baat is, doch ook indirect van degene
die de kosten der verzekering draagt.
Voor dc ziekteregeling van de Visch-
vaart-Onderlinge IJmuiden worden in
den loop van 1922 in behandeling geno
men 409 ziektegevallen, waarvoor een
totale uitkeering werd verleend van
f 16.683.76.
Beroepsreeht. In 1922 werden
evenals in de beide voorafgaande jaren
hij den kantonrechter geen vorde
ringen, de toepassing der Zeeongeval-
lenwet betreffende, tegen Zee-Risico in
gesteld. Des te meer werd gebruik ge
maakt van de bestaande scheidsge
rechten.
Bij hot. Scheidsgerecht voor de Zoe-
visscherij werden in 1922 vijf geschil
len aanhangig gemaakt; bij dat voor do
Koopvaardij tien. In elk van dc jaren
1920 en 1921 waren slechts drie geschil
len behandeld; blijkbaar wordt dus de
gelegenheid tot arbitrage meer alge
meen hekend.
Bij bet, ter perse gaan van 't verslag
was van 15 geschillen van 1922 slechts
één niet geheel afgehandeld.
Va?i de 15 zaken betrof één de dag-
loonberekening, vier betroffen het kost
winnerschap, vijf dc invnliditoitsschat-
t.ing, twee de vraag of het letsel een ge
volg was van het ongeval, terwijl bij
de drie overige zaken hot geschil daar
over liep, of het ongeval, dat den dood
van den schepeling had veroorzaakt,
hem „in dienst van het zeevaartuig"
had getroffen.
Sedert de Scheidsgerechten in wer
king traden, zijn tot 1923, 21 geschillen
in behandeling genomen, waarvan er
thans 20 zijn afgehandeld. In 5 geval
len werd de .vordering van den eischer
geheel of ten deele toegewezen; in 15
gevallen werd het standpunt der direc
tie onveranderd bevestigd.
Dagloontabellen. Sedert in 1919 bij
ministeriëele beschikking de dagloonen
zijn vastgesteld, aan de hand waarvan
de uitkeeringen ingevolge de wet bere
kend moeten worden, is èr samen
gaande met den minderen bloei van
scheepvaart en visscherij een vrijwel
algemeene daling in de loonen ingetre
den, die voor de eene categorie van
schepelingen of visschers grooter is
dan voor de andere. Gevolg hiervan is
dat.thans in meerdere gevallen de uit
keering, die bij een ongeval genotf-n
wordt, hooger is dan het werkelijk ver
diende loon, hetgeen zeker een onge-
wenschte toestand is.
Het Bestuur van de Vereeniging van
Reeders van Visschersvaartuigen te
IJmuiden en het Hoofdbestuur der
Reedersvereeniging voor de Nederland
sche Haringvisscherij hebben daarin
aanleiding gevonden een verzoek tot
den Minister te richten om tot herzie
ning van de bestaande loontabellcn
over te gaan, welke aangelegenheid
thans bij het betreffende departement
in behandeling is.
Het Consultatie-Bureau van de Ver
eeniging tot bestrijding der tuberculose
is voortaan gevestigd Briniostraat, Vel-
seroord, vlak bij het station Velsen.
Eiken Woensdag van 23 wordt
hier spreekuur gehouden. Het onder
zoek is kosteloos en geschiedt door Dr.
Anema van Haarlem.
Ouders laat vooral uw kinderen on
derzoeken!