Srsa «saSfflWse zij iets beter. Gemiddeld per reis dag vingen onze stoomtrawlers, welke kier te lande hun vangsten aanvoerde?;, slechts 991 K.G. (verleden jaar Augus tus 1118 K. G.); hun gemiddelde reis dag-besomming was in beide tijdper ken gelijk n.l. f 257. De hoeveelheid en opbrengst van hun totalen aanvoer hier te lande bedroegen respectievelijk 1.495.000 K.G. en f 387.300 tegen 1.985.000 K.G. en f 457.000 in Augustus 1922. In het geheel waren 85 stoomtrawlers in de vaart, waarvan 9 uitsluitend en 17 gedeeltelijk hun vangsten in Engeland losten. Verleden jaar Augustus namen 89 stoomtrawlers aan de visscherij deel waarvan 7 uitsluitend en 11 gedeeltelijk bun vangsten in Engelsche havens aanbrachten. Ook de in Engeland ver kregen resultaten waren niet gunstig. De aanvoer door Duitsche stoom trawlers bleef nog vrij gering n.l. 123.000 K.G. in 12 reizen. Aan de visscherij met de zeevisc.hze gen (snurrevaad) namen 2 stoom- en 2 motorvaartuigen deel; de eerstgenoem den vingen en besomden per reisdag resp. 786 K.G. en f 182, de laatsten 426 K.G. en f 136. De hoeveelheid en op brengst van hun gezamenlijken aan voer bedroeg respectievelijk 64.000 K.G en f 16.600. De beugvisscherij werd uitgeoefend door 1 stoom- en 1 motorvaartuig en 11 zeilschepen, verleden jaar Augustus al leen door 9 zeilschepen. De zeilschepen vingen en besomden dit jaar gemiddeld meer. De hoeveelheid en opbrengst der aangevoerde beugvisch bedroegen res pectievelijk 86.500 K.G. en f 31.300 (ver leden jaar Augustus 81.000 K.G. en f 27.400). Aan de drijfnetvisscherij op haring namen deel 36 stoom-, 19 motor- en 194 zeilloggers, (verleden jaar Augustus 31 stoom-, 14 motor- en 204 zeilloggers. De vangsten bleven toenemen. Zij be droegen gemiddeld per reisdag voor de stoomloggers 1970 K.G. (verleden jaar Augustus 1584 K.G.), voor de motorlog- gers 1197 K.G. (verleden jaar Augustus 903 K.G.) en voor de zeilloggers 975 K.G. (verleden jaar Augustus 613 K.G.). Op merkelijk was intusschen ook deze maand de buitengewoon geringe vangst van volle haring. De prijs van deze ha ringsoort kon zich in verband hierme de goed handhaven. Voor de maatjes haring bleef de prijs echter aanvanke lijk zeer laag. Niet weinig droeg daar toe bij het feit, dat de Duitsche impor teurs einde Juli en begin Augustus er vaak niet in konden slagen, Holland- sche deviezen voor don aankoop der ha ring machtig te worden. Later herstelde de handel op Duitsch- land zich allengs en stegen dientenge volge de prijzen der maatjesharing. Hieraan en aan de betere vangsten was het te danken dat de motor- en zeillog gers per saldo gemiddeld nog meer be somden dan in Augustus 1922. Hun ge middelde reisdagbesomming bedroeg n.l. respectievelijk f 119 en f 97 (f 117 en f 78 in Augustus van het vorige jaar). De gemiddelde reisbesomming van de stoomloggers was thans iets kleiner n.l. f 194 tegen f 205 in Augustus 1922. De hoeveelheid en opbrengst der aan gevoerde drijfnetvisch bedroegen res pectievelijk 8.620.000 K.G. (waarvan 85.877 kantjes haring) en f 853.200 en f 803.000, waarvan haring) in Augustus (6.279.000 K.G. 61.783 kantjes 1922. Gedurende de maand Augustus van dit jaar zijn te IJmuiden aan den rijksvischafslag aangekomen 194 stoomtrawlers met f 395.482 besomming tegen in Augustus van hett vorig jaar 236 stoomtrawlers met f 459.212 besom ming en in de eerste 8 maanden van dit jaar 1428 stoomtrawlers met f 3.125.992 besomming tegen in gelijk tijdvak van het vorig jaar 1773 stoom trawlers, die f 4.079.633 besomden. Verder kwamen van de trawlvissche rij in Augustus van dit jaar aan de markt: 168 zeilloggers met f 55.270 be somming tegen 155 dier vaartuigen met f 47.371 besomming in Augustus van het vorig jaar en in de eerste acht maanden van dit jaar 1339 zeilloggers met f 607.510 besomming tegen in de eerste acht maanden van het vorig jaar 1345 zeilloggers met f 594.615 besom ming; 2 sleepboottrawlers met f 844 be somming tegen in Augustus van het vorig jaar 9 sleepboottrawlers, die f 99.84 besomden en in de eerste 8 mild. van dit jaar 35 sleepboottrawlers met f 25.773 besomming tegen in gelijk tijd vak van het vorig jaar 66 dier vaartui gen met f 66.028 besomming; 515 motorkustvisschers met f 40.842 besomming tegen in Augustus van het vorig jaar 289 dier vaartuigen met f 21.876 besomming en in de eerste acht maanden van dit jaar 2150 motorkust vaartuigen met f 128.803 besomming tegen in gelijk tijdvak van het vorig jaar 966 dier vaartuigen met f 88.838 besomming; 91 zeilkustvisschers, die f 1997 be somden tegen 44 zeilkustvisschers met f 1247 besomming in Augustus van het vorig jaar en in de eerste acht maanden van dit jaar 254 zeilkustvisschers met f 4530 besomming tegen 130 dier sche pen in de eerste acht maanden van het vorig jaar met f 3915 besomming; 10 open booten met f 113 besomming tegen in Augustus van het vorig jaar 5 open booten met f 38 besomming en in de eerste acht maanden van dit jaar 271 open booten met f 2433 besomming tegen in gelijk tijdvak van het vorig jaar 90 open booten met f 839 besom ming; 10 motorloggers met f 3764 besom ming tegen in Augustus van het voriw jaar 5 dier schepen, die f 2256 besom den en in de eerste acht maanden van dit jaar 80 motorloggers, die f 46.244 besomden tegen in gelijk tijdvak van het vorig jaar 51 motorloggers met f 27.003 besomming. Van vreemde nationaliteit kwamen in Augustus van dit jaar aan de markt alhier 12 Duitsche stoomtrawlers met f 27.714 besomming, 5 Duitsche motor trawlers met f 3636 en 19 Deensche motortrawlers met f 23.649 besomming tegen in Augustus van het vorig jaar 70 Duitsche stoomtrawlers met f 116.479 16 Deensche motortrawlers met f 20.186 besomming en 1 Egelsche stoomtraw ler, die f 4-491 besomde en in de eerste acht maanden van dit jaar 540 Duit sche stoomtrawlers met f 1.348.028 be somming, 6 Engelsche stoomtrawlers met f 4408 besomming, 14 Duitsche mo tortrawlers met 12.273 en 66 Deensche motortrawlers met f 74.981 besomming tegen in de eerste acht maanden van het vorig jaar 652 Duitsche stoomtraw lers met f 1.332.276, 49 Deensche motor trawlers met f 49.635 en 1 Engelsche stoomtrawler met f 4-491 besomming'. Van de beugvisscherij kwamen in Augustus van dit jaar hier aan de markt 2 motorbeugers met f 1427 en 20 zeilbeugers met f 26.505 besomming tegen in Augustus van het vorig jaar 17 zeilbeugers, die f 21.700 besomden en in de eerste acht maanden van dit jaar 186 stoombeugers met f 378.504 besom ming, 139 zeilbeugers (sloepen) met f 173.677 en 14 motorbeugers met f 14.419 besomming tegen in de eerste acht maanden van het vorig jaar 94 stoombeugers met f 219.635 en 117 zeil beugers met. f 192.077 besomming. Van de haringvisscherij kwamen in Augustus van dit jaar hier binnen 22 zeilloggers met f 27.218. en 2 motorlog gers met f 594 besomming tegen in Augustus van het vorig jaar 15 zeillog gers, die f 32.660 besomden, 2 motorlog gers met f 7805 besomming en 1 Engel sche stoomharingdrifter, die f 1254 be somde en in de eerste acht maanden van dit jaar 1 stoomlogger met f 137, 4 motorloggers met f 2105, 38 zeilloggers met f 55.589 en 10 Engelsche stoomdrif- ters met f 19.507 besomming tegen in gelijk tijdvak van het vorig jaar 2 mo torloggers met f 7805, 17 zeilloggers met f 38.193, 7 open booten met f 112 en 13 Engelsche stoom drifters met f 15.390 besomming. De in consignatie aangevoerde visch zendingen brachten in Augustus van dit jaar op f 9707. in Augustus van het vorig jaar f 58.032 en in de eerste acht maanden van dit jaar f 207.193 tegen in gelijk tijdvak van het vorig jaar f 164.404. De opbrengst van de in Au gustus van dit jaar aangevoerde visch bedraagt f 618.770, die van Augustus van het vorig jaar f 804.600 terwijl de totaalopbrengst van alle in de eerste acht maanden van dit jaar aangevoer de visch bedraagt f 6.232.115 tegen in de eerste acht maanden van het vorig jaar f 6.844. 897. Koninklijke Nederlandsche Hoog ovens en Staalfabrieken. Aan het verslag over het boekjaar 1922-1923 van de Kon. Ned. Hoogovens en Staalfabrieken is het volgende ont leend: Gedurende het geheele verslagjaar is de bouw met volle kracht voortgezet en met uitzondering van de kooks- ovens met bijbehoorende inrichtingen grootendeels tot een einde gebracht. Een langdurige staking in den zomer van 1922 en moeilijkheden, voortvloei ende uit de Ruhr-bezetting e.a. veroor zaakten eenige vertraging; zeer aan zienlijke vertraging ondervond verder de afwerking van de los- en opslagkra nen, welke door den buitenlandschen leverancier meer dan een jaar te laat werden afgeleverd. Overigens was het erloop der bouwwerkzaamheden in al le opzichten bevredigend. De haven met toebehooren, kranen, opslagplaats, de geheele hoogoveninstallatie met gasreiniging, bunkers en giethallen, de centrale met ketelhuis, watergas- en windleidingen, zoutwatervoorziening en rioleeringen enz. waren in Juni 1923 vrijwel geheel gereed, zoodat.in die maand en ook in Juli het proefbedrijf van alle mechanisme en electrische on- derdeelen kon plaats vinden. Het re sultaat van dat proefbedrijf was gun stig. De bouw van de kooksfabrieken met de kolenverwerking, kookszeverij enz. vorderde bevredigend, zij het ook met eenige vertraging uit den ongere- gelden wereldtoestand voortvloeiende; de voltooiing mag vóór het einde van 1923 worden verwacht. Ten behoeve van de woningvoorziening werden 46 s'tcenen arbeiderswoningen en 4 ambte- naarswoningen gebouwd, terwijl de goedkeuring der regeering werd ver kregen voor den bouw van een 50-tal woningen op den voet van de Woning wet, waarvoor ook door de maatschap pij steun wordt verleend. Met de provin ciale en gemeentelijke Electriciteits Mij. (P.E.G.E.M.) kwam een overeen komst tot stand voor de levering van stroom, in onze Centrale op te wekken met behulp van het overtollige gas. Betreffende de aanverwante onderne mingen waarin de maatschappij heeft deelgenomen wordt het volgende ver meld: Ned. Staalfabrieken voorheen De Muinck Keizer. Gedurende het geheele verslagjaar had de staalfabricage uitsluitend met den clectro-oven plaats; na afloop .van hot verslagjaar, sinds April van dit jaar kon het bedrijf der Martin-ovens in vol len omvang worden ter hand genomen. Een groot gedeelte van het vervaardig de staal vindt thans in den vorm van knuppels afzet in het buitenland. De walserij was het geheele jaar in bedrijf voor de vervaardiging van stafijzer. Als gevolg van de Ruhr-bezetting was gedurende korten tijd de vraag naar stafijzer tegen oploopende prijzen zeer levendig. De vraag is echter den laat sten tijd weer zeer verminderd. De af zet van staalgietwerk toonde nog geen noemenswaardige verbetering. Over lied boekjaar 1921/22 kon geen dividend wor den uitgekeerd. Société Anonyme Carrières de Namêche. Ook over het afgeloopen boekjaar moest, na voldoende afschrijving, een klein verlies geboekt worden. Phoenix A. G. Het bedrijf was tot Februari van dit jaar in alle onderdeelen zeer levendig. De bezetting van de Ruhr veroorzaakte allengs vermindering van werkzaam heden en ten slotte stilstand in ver scheidene afdeelingen. De nadeelige gevolgen van de Ruhr-bezettiing voor het geheele bedrijfsleven in Europa, doen zich natuurlijk het sterkst gevoe len in de direct bij deze bezetting be trokken ondernemingen. Intusschen kunnen wij verklaren dat de reëele waarde van ons bezit de boekwaarde belangrijk overschrijdt. Over 1921/22 keerde de Phoenix 50% dividend uit, Het aandeelenkapitaal werd in den loop van het jaar met 25 millioen Mark nominaal vergroot tot R. M. 300 milli oen. Evenals het vorig jaar wordt de winst-saldo over het afgeloopen jaar, te weten f 31.351 (190.528) afgeschreven op het hoofd „deelneming in aanver wante ondernemingen". De balans per 31 Maart 1923 bevat de volgende cijfers: Activa: aandeelhouders nog te storten f 2.950.000 (7.375.000). kosten van voorbereiding en oprichting f 774.230 (674.443), terreinen, kantoorgebouw en woonhuis f 1.743.827 (1.741.729), bouw- rekening f 11.444,310 (6.157.990), deelne ming in aanverwante ondernemingen f 9.315.629 f9.432.640),' debiteuren f 157.955 (130.341), kas en kassiers 4.030.116 (4.917.882). Passiva: aand. kapitaal gewoon geplaatst f 29.500.000 (onv.), preferent f 625.000 (onv.), reserve f 10.448 (onv.), afschrijving op deelneming in aanver wante ondernemingen f221.880 (190.528) crediteuren f 58.741 (98.551). De verlies- en winstrekening bevat in het credit: baten uit deelneming in aanverwante ondernemingen f 149.373 (125.511, interest f 189.281 (224.312), ex ploitatie terreinen en opstallen en di verse huren f 12.138 (13.541), totaal 350.793 (363.364), .en in het debet: algem. onkosten f 319.442 (266.869), af schrijving op deelneming in aanver wante ondernemingen f 31.351 (96.495). DE ZEEONGEVALLENWET EN HAAR WERKING. Onder dit opschrift treffen wij in het jaarverslag over 1922 der Vereeniging „Zee-Risico" omtrent den omvang der ongevallenverzekering in het zeevaart- bedrijf de volgende zeer belangwekken de beschouwingen aan, waarop wij wel zeer sterk de aandacht vestigen van on ze lezers. Art. 1 der Zeeongevallenwet 1919 ver klaart als verzekerd de bemanning der zeevaartuigen en hen, die op of aan de zeevaartuigen in dienst der reederij werkzaam zijn. Dientengevolge moet „Zee-Risico" als met krachtens die wet verzekerd beschouwen dat personeel van het zeevaartbedrijf, wier werk zaamheden hen niet met het zeeschip in aanraking brengen. Daar verder de zee-reederijen slechts voor haar stuwadoorsbedrijf onder de industrieele Ongevallenwet vallen en haar zeevaartbedrijf uitdrukkelijk van de verzekering krachtens die wet is b"fkt-/rhot\noIdseonR?svcrzekcri"ss- werkzaam, geen sch-ï,<liU bed,^'f verlcenen. schadeloosst«lling walrttZVe?ekfndeèrnnoVfnWerkncme^ kantoorpersoneel het^ Wh WOr'lf'n hct neel van de verknlaatSen "1SC,h p,', so- 10ToendenZ -Zijn dus Sloten^ dCr in werWn™rm°enge,VaI]Pmv''t (192l> minste ten aanriTZÏ? dat tcn' personoel waarhii h t te('hmseh verzekerd zijn hot meest a6'"'* aan daar de werkzmnVhta gevoeld, ongevallen meeb^en™ aI eens [mg een einde zou nfmen rr 'f gU,t ■1"i- 'JJk besluit immers tèr fomnk- art. 4 del- n "«voering van onder de ver* kortn Jkrn'1IT™ o.a. „de werkzaam^ tHe Wat on onderhouden van "Ie" herste»p" dan ton behoeve van r PPn' and<n'S O. W loen an ?en (nigevolgo do derneming" on<; een zekere ómWLhij'^««""heden betreffende ™aag van he? °1con des' recderijen antwoordde de MiSiS "do Arbeid, dat, naar ziiw 1 er van deze bepaling inderdaadTn T"*' door '•mg van het technisch 1 ve™>ko- reederijen werd voorzien del' voort metaal'V' Evenwel ging jnj de Ongevallenwet ^"'uitdrukk61 deel uitmaakte. werkplaatsen Dat standpunt der R V R wordt a hfn Cpn'raIen Raad van Beroep fC R i waarvarf Opraken! willen vermeldeneCmge in het kort' B. ter uitvoering van dat arfii-Ai XrTk,,.a0clTinfr iS °P ~nrt;e lenwet rn T, Z" andere ongeval lenwet (C. R. d.d. 16 Nov. 1922 D No. de'getroffene leemte' "aar tens de Z O VTalq ke6ring krach- doon gelden. 9 aansPraak kan In een tweede geval ontzegde de C LTrV'wToï dat h1' k^ den eiseh tot schndeloossTeïlTng"an epn mmermn in dienst van een reoderii Sn den wllChaVe" 'n °en werkplaats- aan den wal een ongeval overkwam. C R. dd. Februari 1923 No 6131 Zooals wij evenwel boven hebben ge zien kent de Z. O. tv. ,9,9 in dergeiifkc gevaUen geen uitkeering toe: getroffe ne immers behoorde niet tot de beman mng noch had hij op of aan het zee-" vaartuig zijn werk. Fr bestond dus eenige reden voor de verwachting, dat, wanneer voor d™ c ?óif ,0TTTn va?t tp staan, dat in geJ troffbovengenoemde de ge- ÓnS aan d",7' W' aanspraak op uitkeermg kon ontleenen, dat col lego zou aannemen, dat de O W van va?IS"?*'* zoodat dan ten aanzien tan het technisch personeel de O W enrn°de w) e'kf™'dp" aanvullen. In de laatste door ons te noemen uit- spraak echter beschaamt de C R die verwachting (C. R. d.d. 15 Maart D No Het betrof hier wederom een timmer man, in dienst van een reederij, wien n de werkplaats aaii den wal een onge- valoverkwam. Door den getroffene had onauhf V°-r<3'-dat hij Seen recht had op uitkeering ingevolge de Z. O W 1919 en dat dus de C. R. hem, in tegen stelling met hetgeen dat college in de hiervoor genoemde uitspraken had hc- n w fohodeloosstelling Krachtens de O. 1921 behoorde toe te kennen. Dc C7 blijkbaar inzag dat hij ten onrechte 111 het vorige door ons ge noemde geval recht op uitkeering in gevolge de Z. O. W. had aangenomen grondt thans niet daarop zijn afwijzing, maar ontzegt den eisch nochtans, over- wegende, dat de werkzaamheden van dit technisch personeel, voorzoover be- hoorend tot de onderhoudswerken, deel uitmaken van het ingevolge art. 12 der O. W. 1921 met verzekeringsplichtit? zeevaartbedrijf dat wel in het K.I3. ter uitvoering van art. 4 der O W 1921 vermeld wordt het herstellen en onder houden van schepen, maar (dat) de werkzaamheden van het technisch per soneel eener scheepvaartonderneming, als hier bedoeld, alleen daaronder kun nen begrepen worden, voorzoover zij geen onderdeel zyn van het in de scheepvaartonderneming uitgeoe^nd zeevaartbedrijf, dat volgens de uitdruk kelijke bewoordingen van art. 12 der O. W. 1921 niet verzckeringsplichtig is. In dc laatste uitspraak huldigd de Centrale Raad van Beroep dus geheel het door het Bestuur der Bijksverzeke-' ringsbank ingenomen standpunt. Derhalve blijft dc leemte in haar ge heel bestaan. Niemand dan de Wetge ver kan die leemte aanvullen; en her haaldelijk is dan ook door belangheb- bonden, ook door Zce-Risico, op wets wijziging aangedrongen. Bij het tor perse gaan van dit verslag is het ons bekend, dat de Regeering voorbereiden de stappen heeft genomen om de be doelde wijziging tot. stand te doen ko men; wij hopen, dat de zaak spoedig- haar beslag zal hebben gekregen, tege lijk met de opneming der geneeskundi ge behandeling in de Wet. Aan het verslag over 1922 van de vereeniging „Zee-Risico" ontleenen we nog de volgende bijzonderheden. Geneeskundige behandeling. Van den aanvang af is het als een bezwaar gevoeld dat de wet niet in de genees kundige behandeling voorziet. Dc le den der Haringvisscherij-Onderlinge en der Visch vaart-Onderlinge IJmuiden hebben dat bezwaar ondervangen door in een Aanvullende Regeling de ge neeskundige behandeling op te nemen. Ook bij dc grootcre reederijen, die voor het meerendeel als direct-a.angeslot.e- nen het risico uit de Zee-Ongevallon- wet voortvloeiende, dragen, is het vrij wel regel dat zij de kosten der genees kundige behandeling van de'ongevals patiënten op zich nemen, uitgaande van het standpunt dat hiermede niet alleen het belang van de patiënten ge baat is, doch ook indirect van degene die de kosten der verzekering draagt. Voor dc ziekteregeling van de Visch- vaart-Onderlinge IJmuiden worden in den loop van 1922 in behandeling geno men 409 ziektegevallen, waarvoor een totale uitkeering werd verleend van f 16.683.76. Beroepsreeht. In 1922 werden evenals in de beide voorafgaande jaren hij den kantonrechter geen vorde ringen, de toepassing der Zeeongeval- lenwet betreffende, tegen Zee-Risico in gesteld. Des te meer werd gebruik ge maakt van de bestaande scheidsge rechten. Bij hot. Scheidsgerecht voor de Zoe- visscherij werden in 1922 vijf geschil len aanhangig gemaakt; bij dat voor do Koopvaardij tien. In elk van dc jaren 1920 en 1921 waren slechts drie geschil len behandeld; blijkbaar wordt dus de gelegenheid tot arbitrage meer alge meen hekend. Bij bet, ter perse gaan van 't verslag was van 15 geschillen van 1922 slechts één niet geheel afgehandeld. Va?i de 15 zaken betrof één de dag- loonberekening, vier betroffen het kost winnerschap, vijf dc invnliditoitsschat- t.ing, twee de vraag of het letsel een ge volg was van het ongeval, terwijl bij de drie overige zaken hot geschil daar over liep, of het ongeval, dat den dood van den schepeling had veroorzaakt, hem „in dienst van het zeevaartuig" had getroffen. Sedert de Scheidsgerechten in wer king traden, zijn tot 1923, 21 geschillen in behandeling genomen, waarvan er thans 20 zijn afgehandeld. In 5 geval len werd de .vordering van den eischer geheel of ten deele toegewezen; in 15 gevallen werd het standpunt der direc tie onveranderd bevestigd. Dagloontabellen. Sedert in 1919 bij ministeriëele beschikking de dagloonen zijn vastgesteld, aan de hand waarvan de uitkeeringen ingevolge de wet bere kend moeten worden, is èr samen gaande met den minderen bloei van scheepvaart en visscherij een vrijwel algemeene daling in de loonen ingetre den, die voor de eene categorie van schepelingen of visschers grooter is dan voor de andere. Gevolg hiervan is dat.thans in meerdere gevallen de uit keering, die bij een ongeval genotf-n wordt, hooger is dan het werkelijk ver diende loon, hetgeen zeker een onge- wenschte toestand is. Het Bestuur van de Vereeniging van Reeders van Visschersvaartuigen te IJmuiden en het Hoofdbestuur der Reedersvereeniging voor de Nederland sche Haringvisscherij hebben daarin aanleiding gevonden een verzoek tot den Minister te richten om tot herzie ning van de bestaande loontabellcn over te gaan, welke aangelegenheid thans bij het betreffende departement in behandeling is. Het Consultatie-Bureau van de Ver eeniging tot bestrijding der tuberculose is voortaan gevestigd Briniostraat, Vel- seroord, vlak bij het station Velsen. Eiken Woensdag van 23 wordt hier spreekuur gehouden. Het onder zoek is kosteloos en geschiedt door Dr. Anema van Haarlem. Ouders laat vooral uw kinderen on derzoeken!

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1923 | | pagina 3