VELSEN
ORGAAN VOOR DE Gi
No. 18
Woensdag 2 Januari 1924
9e Jaargang
Verschuilt Woensdags Zaterdags
IJMUIDER COURANT
Abor nementiprijifl.per 3 miindtn, franco per poat f 1.35
Abor nementen worden aangenomen aan hel Bureau en bij de
Agenten. Tot plaatsen van advertentiin van Buiten de gemeente
VELSEN in dit blad is uitsluitend gerechtigd bet Advertentie-
bureau P. F. C. ROELSE, IJMUIDEN.
Advertentiên uiterlijk in te zenden
WOENSDAG tot 0 uur v.m. en VRIJDAGS tot 4 uur n.m.
Uitgave van de N. V. UITOEVERS Mij. .IJMUIDEN"
ADRES VOOR REDACTIE EN ADMINISTRATIE
N.V. DRUKKERIJ SINJEWEL
Willemsplein 11 Telefoon 153 IJmulden
lipoid, tnodedeelingea 40 eta. p« 1.5.I - Adrntmtie. v.» 1s
1, S?, «t»- Compset gelette »dv«rt«ntie> rei 1 t.eem. 6
regel» f 1.26, iedere regel meer SI cta. Klaina advertentie» en familieberiehten
.drerteiitiei vit de ge.ee.te, ïitelaitead bg voonutb.ta-
K t r j a 1 - *?6, iad®ra ra*al meor tl et». Bfi niet eontaite
diti"bl»d-Wl°Ó'T'." f'S"° "°lni Ad"r,"ti" '»d'« ren
Jï li ,Xt?; .'oor hsMreilf TM. op «dTorteotio. ingoko.en brieven
«"eb h' 1,1 J"*""1' gebrncnt Bovensta,ode regelparen worden .et
Set., verhoogd voor ndvertent.ee vnn bniton de gemeente Veloen
DRINGEND VERZOEK
om bij verhuizing bat oud# en
hst nieuw# adres, NIET aa>
dei. Iooper, doch man ons bu
rsa a WILLEMSPLEIN 11, op ts
■«ven D# Administratis.
Klein# Advertentia#
en Familieberichten kosten b»
VOORUITBETALING
slechtslS Cent per regel,
VAN DEN WACHTTOREN. j
Noordpool naar de cel.
erick A. Cook, die de vlag
ren en strepen op de Noord-
e en zich een weg vocht te- j
gvareu en bezwaren van een
ij's sneeuw heen naar zijn
ans vocr jaren in de gevan- j
eeft n°&" een andere ontdek-
i dan der Noordpool; hij
ik t, h< 'e men me^ m0°ieJ va^_ j
uitzicht on in prospectussen
lit petroJe.im, v'e^s uitgeputte bron-
len miIiioene'n kan tooveren. Hij heeft
ïespec uï *erd °P "e manie van sommi- j
[c i^-.vh^nen, om hun geld in obscure
mdernërningen te wagen en in een j
mar weken schatrijk te willen worden.
Dat laatste vurig gehoopte gevolg blijft
^chter geregeld uit.
Dr. Cook is veroordeeld tot een boete
van f 30000 en een gevangenissraf van
/eertien jaar en negen maanden. Zeker
ïou hij gaarne de boete verdubbeld
zien, als hem daarvoor de laatste straf
vverd kwijt gescholden. Hij heeft het pu
bliek weten te bewegen hun aandeelen
in soliede petroleummaatschappijen te
:*uilen tegen aandeelen in ondernemin
gen, die wellicht nog een weinig olie
maar zeker geen winst meer geven. Het
ts een kunst., het publiek tot zulke
stommiteiten over te halen. Maar het
Is aan Cook en zijn kornuiten gelukt.
£ijn medewerker, alias oplichter S. E.
T. Cox, die een bekend aviateur is en
pet.roleumhronnon per vliegtuig be
zocht, heeft een boete van f 20000 en een
gevangenisstraf van acht jaar gekre
gen. 't Is voor hem met vliegen gedaan T
Cox heeft een „verleden". Dat hebben
we allemaal, maar als het zoo nadruk-
ikelijk meegedeeld wordt, is er aan dat
verleden gewoonlijk een luchtje.
AL,
Hij werd als jongen van vijftien jaar
al veroordeeld wegens valschheid in ge
schriften, later werd hij wegens ver
schillende misdrijven opnieuw veroor
deeld. Hij was verbonden aan een aan
tal ondernemingen, die aan de aandeel
houders groot verlies opleverden. Cook
en Cox verstonden vooral de kunst bij
zonder goed, om de menschen.op winst
belust lekker te maken. Ze schreven
wonderen over de ondernemingen,
waarvoor ze aandeelhouders zochten.
Een typisch staaltje van hun stijl:
Zijt gij zeker, dat gij eigenaar van
een oliebron zoudt willen worden? Zijt
gij er absoluut zeker van, dat gij de ver
antwoordelijkheid zoudt willen dragen,
een millionair te zijn?
De rechter heeft Dr. Cook bijzonder
streng toegesproken: „De twintigste
eeuw had reden trotsch op u te zijn.
Eens gaf de geschiedenis ons Ananias
en Sapphira. Zij zijn vergeten, maar we
hebben Dr. Cook nog. Cook, uw zaken
zijn zoo verfoeilijk rot, dat de leden der
rechtbank verplicht waren de zakdoek
voor hun neus te houden, toen zij ze
bloot leiden. Ik weet, dat gij uw slecht
verworven vermogen hebt verborgen,
het zal aan uw vrouw en dochter niet
veroorloofd zijn, het aan te raken. Gij
hebt dit geld van weduwen, en weezen
gestolen."
Cook de grootste ontdekker der vo
rige eeuw en Cox beroemd vliegenier in
Amerika en Frankrijk hebben zeker ge
toond, dat zij scherp van verstand en
sterk van wil zijn, maar wat baat dit,
indien het karakter niet deugt: dan
werken immers verstand en wil ten
kwade in plaats van ten goede. Beter
dom en rechtschapen dan geniaal maar
een hooswicht.
De ex-kroonprins thuis.
De verwachting, dat de terugkomst
van den jongen Wilhelm het begin zou
zijn voor het. herstel van den troon der
T-Iohenzollerns, is bedrogen uitgekomen.
Men schijnt in Duitschland minder no
titie van den ex-kroonprins te nemen
dan in het buitenland. Een parlement
met. parijverhoudingen, die het, zwak
maken, het volk bijna wanhopig door
de duurte der levensmiddelen en de
goedkoopte der Ma,rken. een ministi'i-
eele crisis, die tot een zwakke oplossing
heeft geleid, waarlijk de toestanden
zijn in Duitschland niet ongunstig voor
een poging, om de monarchie te herstel
len. Maar al ging het gerucht, dat de
ex-kroonprins apartementen in Berlijn
gehuurd had en dus niet van plan was
als een rustige heereboer te Oels te blij
ven leven, er is geen enkel teeken, dat
het volk terugverlangt naar de heer
schappij der Hohenzollerns. De vader
heeft afgedaan en is te oud en de zoon
is niet populair.
In Engeland dringen sommige bla-
den aan op betere verhouding tusschon
Frankrijk en Engeland. Ze noemen al
leen ledige en vertrouwelijke uren ge
schikt, om eens wat herrie met elkaar
te maken. Maar de toestand der wereld,
het gevaar bovenal van een nieuwen
oorlog uit wraak, door Duitschland te
beginnen, eischt eendracht tusschen de
twee groote staten, die door het Kanaal
en door een zee van strubbelingen en
onaangenaamheden van elkaar ge-
scheiden zijn. Allicht zouden de Hohen-
j zollerns bereid zijn, hun volk in een
oorlog te leiden, om de verloren groot
heid en macht te herwinnen. Wel is
ook de ex-kroonprins een vrij onhetee-
kenende figuur, maar in de historie is
wel vaker een kleiné persoonlijkheid
gebruikt, om een groote onderneming
te beginnen. Daarom is een eensgezind
geallieerd front noodzakelijk.
Vele andere bladen in Engeland en
Frankrijk zien echter in den terugkeer
van Wilhelm Jr. geen gevaar. Hij is im
mers als een gewoon Duitsch burger
weergekomen en beloofde zich van po
litiek te zullen onthouden. Een opmer
king, die zeker niej, geheel van waar
heid ontbloot is, wordt gemaakt door de
Daily Telegraph: De ex-kroonprins
heeft een boek geschreven, wat een ge-
luk is voor zijn vijanden. Hij heeft dat
i boek door een Joodschen journalist la-
i ten schrijven en daardoor de ergernis
van den Pruisischen adel opgewekt.
Verder worden in dit boek herhaaldelijk
de beste Pruisische .tradities geschon
den. De schrijver oefent kritiek uit op
zijn vader, den keizer en oppersten
krijgsheer en heeft andere goden van
het Jonkerdom aangerand. I-Tij uit in
zijn geschrift ook demokratische ge
voelens en pleit voor een grondwet in
1 den geest van de Engelsche.
De Duit^hers zullen Wilhelm Jr. wel
j stil in Oels bij zijn koeien en paarden
en hazen en fazanten laten, wat voor
het geluk van beiden ook het beste is.
De deugd der spaarzaamheid.
De deugden lijken ook wel tijden te
hebben, dat ze in de mode zijn en dan
weer tijden, dat ze verouderd schijnt n.
In onze jonge jaren vverd bijna ieder
kind aangespoord tot spaarzaamheid.
Ieder had zijn spaarpot en vaak con
dikke ook. Thans behoort de spaarpot
in de speelgoedwinkels tot de weinig
gevraagde artikelen. Wie geeft zijn
kind op Sinterklaas nog een spaarpot
cadeau? In ons schoollokaal stond een
groote bak met veertig hokjes en gleuf
jes en nummertjes. Meester had den
sleutel van deze miniatuur-safe. Onze
centen waren daar ook safe in. We
konden ze er niet weer uit krijgen. Eens
in het jaar werden de hokjes geledigd
en de bedragen op een spaarbankboekje j
overgeschreven. Zoo kregen we lang- 1
zamerhand een zoet kapitaaltje van
eenige rijksdaalders, hijeengespaard 1
van centen, die anders naar den
snoepwinkel verhuisd waren. Er zullen
tegenwoordig wel niet veel onderwij
zers zijn, die als bankier van hun klas
se optreden cn aldus gelden in deposi
to nemen. Van de spaarzegels wordt
een spaarzaam gebruik gemaakt.
Tn het Tijdschrift voor Ervaringsop-
voeding klaagt de heer II. A. Bokhorst
erover dat de school de kinderen tegen
woordig eer verkwistend dan zuinig
maakt. De leermiddelen worden gratis
verstrekt. Op de lagere school staat,
zoo noodig, het middagmaal klaar en
kleeren zijn ter beschikking. Verschei
dene ouders protesteeren tegen het te
lage schoolgeld. De leerlingen wennen
eraan, dat de staat voor hen zorgt. Is
hun schrift vol, dan krijgen jje een
nieuw, pen stuk een nieuw, boek weg
of bedorven een nieuw enz. Het: Leer
ontberen! Leer u behelpen! is lang ver
geten wijsheid. Het gaat op deze „Ver-
schaf-maar-raak-manier" nooit goed.
De regeering werkt zoo de verspilling
in de hand.
Was de heer Bokhorst wat spaarza
mer geweest met zijn afkeer van goede
maatregelen, die ook het arme kind in
de gelegenheid stellen te leeron, dan
zou hij de deugd der spaarzaamheid
beteren dienst bewezen hebben. Want
hij heeft in zoo verre gelijk, dat de
spaarzaamheid tegenwoordig in min
achting is.
Iloe is dat te verklaren? Ook de
spaarzaamheid heeft haar zedelijke ge
varen. Het sparende kind kan daardoor
geldgierig worden en het geld verzame
len als het hoofddoel van het leven be
schouwen gaan. Spaarzaamheid on gie
righeid zijn niet onafscheidelijk als
licht en schaduw, maar de laatste
dringt, zich allicht in het gezelschap
der eerste. Daarbij komt nog, dat
spaarapostels vaak de wijsheid verkon
digen, dat met spaarzaamheid de soci
ale kwestie zou zijn op te lossen en
ieder arme mede door spaarzaamheid
zich vooruit zou kunnen werken. Door
te groote waarde en beteekenis aan het
sparen toe te kennen, heeft men deze
deugd in miscrediet gebracht.
Maar niettemin is ze een deugd en de
kinderen mogen wel leeren, dat de
oude wijsheid: „Wie het kleine niet
eert, is het groote niet weerd" en „lede
ren dag een draa'dje is een hemdsmouw
in het jaar" inderdaad nog wijsheid is.
Spaarzaamheid is ook daarom goed,
omdat ze samengaat met overleg, zorg
voor de toekomst en dus levensernst.
Tn menig gezin neemt de verzekering
de plaats van de „oude kous" in. Welnu
verzekering is een andere vorm van
spaarzaamheid, die door het gezamen
lijk dragen van lasten en kwade kan
sen aan haar reeds vanaf den eersten
dag zoo noodig de waarde geeft van een
goed dak, dat tegen iederen storm be
schermt.
De huiswerkplaag.
De kinderen komen van school en de
eerste vraag is: Veel werk van avond?
In den repetitietijd is vhet antwoord
zuchtend of morrend: Een heele boel,
ik kom nooit klaar! Er zijn dagen,
waarop er voor hen werkelijk geen uur
tje voor spel, lezen of niets doen over
blijft. De vluggen slaan er zich wel
doorheen, maar de middelmatigen, die
de overgroote meerderheid vormen,
hebben het werkelijk te zwaar. Voor de
ouders is het huiswerk ook een plaag.
Ze moeten de kinderen aansporen toch
hun best te doen en soms ook hun zeg
gen, toch met het werk op te houden,
omdat het anders weer veel te laat
voor hen wordt. Er zijn werkzame, am-
bitieuse kinderen, die niet achter wil-
RONDOM DE WERELD.
door M. B. O. Jr.
(N?.dri;k verbod' n).
20 Juli 1923.
Nadat we om 8 uur opgestaan wa
ren, brachten we den morgen door met
naar een hond te zoeken. We liepen
naar verschillende hondenasyls, doch
:alhoewel men de naam „Ilondenasyi"
jmet groote letters op een bord voor 't
gebouw had hangen, een hond was niet
,te vinden. Zonder hond kwamen we te
lgen 1 uur weer bij onze "woonplaats"
terug. We genoten daar een stevigen
maaltijd, die ons goed smaakte na de
lange wandeling. Tegen 2 uur waren
'we gereed om te vertrekken. We na
men hartelijk afscheid van de familie
waar we gelogeerd hadden en daarna
de ransels op den rug maar weer op
stap. Op de Place Rogier gekomen zijn
de, sloegen wij rechtsaf, den steil om
hoog loopenden weg langs de mooi aan
gelegde Jardin Botanique. Na een klim
'van een half uur kwamen we op den
Steenweg van Leuven. Een mooie bree-
de straatweg. Het was verschrikkelijk
warm, we transpireerden dan ook erg,
zoodat onze kleeding al spoedig door
nat was. Na een marsch van 4 uren met
verschillende rustpoozen, bereikten we
net dorpje St. Etienne. Dit dorpje is ge
bouwd aan den Leuvenschen Steen
weg. Aan beide kanten van den weg
een rij huizen. Wanneer men aan 't be
gin van het dorp is dan ^aat de weg
plotseling diep glooiend naar beneden,
om daarna weer langzaam om hoog te
gaan. Een prachtig panoramagezicht
krijgt men daardoor van het dorpje.
Precies in de diepte ligt de kom van 't
dorp. Aan 't begin van 't dorp vroegen
we aan 'n boer die voor z'n huis stond,
of hij geen stukje grond voor ons wist
om te kampeeren. Hij bood ons een
stukje tuingrond aan, 't welk gelegen
was achter den heg langs den weg. Wij
accepteerden dit en sloegen vlug onze
tent. op. Nadat alles gereed was en we
ons kamp geslagen hadden ging G voor
't eten zorgen. De menschen waren
zeer vriendelijk voor ons en stonden
toe dat onze kok G. 't eten kookte bin
nen op 't fornuis. Wanneer G. ons riep
voor 't eten, lieten wij ons dit, bestaan
de uit aardappelen, spinazie en bief
stuk, goed smaken. Daarna gingen we
onze kaarten verkoopen in 't dorp.
Daarbij kwamen we te hooren, dat er
juist een week te voren twee Denen op
de fiets gepasseerd waren, die wilden
de reis om de wereld maken in 4 jaar,
65.000 K.M., geen klein beetje als de
aarde rond is 42.000 K.M. Enfin, mis
schien zullen wij die lui nog wel eens
ontmoeten. Er zullen er trouwens wel
meer zijn. Nadat we aan alle menschen
van 't dorp, want alle huizen liepen
leeg om ons te zien, kaarten hadden
verkocht, gingen wij weer terug naar
onze tent, waar we spoedig onder de
dekens kropen daar we den volgenden
morgen zeer vroeg op moesten om on
zen weg te vervolgen.
21 Juli 1923 1923.
Om half vijf in den morgen kwam een
madame ons koffie brengen, hetwelk
zij beloofd had. Wij stonden onmiddel
lijk op en lieten ons de warme koffie
goed smaken. Daarna gingen wij ons
wasschen onder de pomp. Toen ons toi
let voleindigd was, hetwelk nooit lang
duurt, braken wij onze tent af en pak
ten onze ransels. Om half zeven waren
we klaar om te vertrekken. Heerlijk
was deze ochtend, prachtig zomerweer,
nog geen last van den zon, dus lekker
koel. We hadden een marsch voor de
borst van ongeveer 40 K.M. We daalden
af naar het dorp en om daarna weer
i naar hoven te steigen. Wanneer we dit
punt bereikt hadden, zagen wij weer
een zelfde heuvel voor ons. Dus maar
i weer dalen en stijgen. Onder dit kwa-
men wij iemand tegen die ons vertelde,
dat we dit dalen en stijgen de eerste 80
K.M. zouden houden. Een beste troost
was dat. Enfin we moesten vooruit, dus
mareheeren maar. Na een uur in dezen
heerlijken ochtend gemarcheerd te
hebben, bereikten we het dorpje Cor-
t.enherg. We vroegen naar den secreta
ris. We stonden vlak voor zijn huis.
Meneer sliqp nog, doch z'n vroeuw noo-
digde ons uit in de kamer te wachten,
wat wij aannamen. Inwendig'moesten
wij om het geval lachen. Daar zaten we
nu om half acht in den morgen mid
den in België bij een secretaris in huis
te wachten, tot deze beliefde op te staan.
We deden op dit. moment zooveel dienst
als wekker.
„Schitterende betrekking hebben
wij", zei R. „daar dragen we de wijd-
sche naam van porder",
j Terwijl we daar zoo zaten, vroeg de
vrouw des huizes of we geen lust had-
den in een glas bier. Nu dat kon ze goed
geraden hebben na deze ochtendmarsch
I Doch wanneer we gedacht hadden een
heerlijke Amstel- of Heinekenspils te
krijgen, dan sloegen we de plank mis.
Ze schonk drie glazen in. Het vocht
dat de naam bier moest dragen had
een melkachtige kleur. G. die niet bang
voor vergiftiging scheen te zijn, nam
met mannenmoed het glas en dronk.
Direct daarop proesten wij het uit van
't lachen. Het gezicht wat hij trok deed
mij denken aan iemand die dacht dat
hij suiker had in z'n koffie en 't bleek
zout te zijn. Gelukkig was de gelukkige
geefster van dit heerlijke vocht niet in
de kamer.
„Nou, wat dat voor bier is, mag Joost
weten", zei G. „het lijkt wel azijn."
R. en ik namen voorzichtig een klein
mondje om de smaak te weten, doch
brrr wat een bocht. We keken
rond of er geen plaatsje was waar we
dit azijnwater konden deponeeren en
zagen de gootsteen in de keuken. Spoe
dig waren de glazen leeggegooid. Juist
bijtijds had G. dit volvoerd, want Me
neer de Secretaris kwam binnen.
„Ohwel, heeren, waaraan heb ik 't
geluk u zoo vroeg bij mij te zien, begon j
deze te redeneeren.
„Ach het is niet veel, wat wij verlan- j
gen meneer de .secretaris", antwoordde
G. „Wilt u onze hoeken even afteekenen j
j dat wij te Cortenberg gepasseerd zijn?" j
De secretaris keek ons aan alsof hij j
wilde zeggen, moest ik daarvoor m'n 1
bed uitkomen. Enfin hij stempelde de
boeken af. Daarna kreeg hij de bier-
flesch in 't oog.
„Ehwel, mijne heeren, laten we nog
eens drinken op 't vervolg van uw reis".
De schrik sloeg ons al om 't hart, dat
we dat vocht naar binnen moesten wer
ken. Gelukkig redde G. ons met de
woorden:
„Neemt u ons niet kwalijk mijnheer,
maar we drinken niet te veel, wanneer
we weer op weg moeten voor de trans
piratie".
„Zooals u wilt, dan zal ik er zelf een
drinken op uw gelukkige reis", ant
woordde de secretaris en in een teug
dronk hij zijn glas leeg.
„Wilt u zoo goed zijn, om ons de naam
mede te deelen van dat bier?" vroeg ik
hem.
„Dit bier is een specialiteit van deze
streek en wordt gebrouwd te Leuven,
vandaar de naam Leuvensch bier", was
z'n antwoord.
Nu wij konden de smaak niet roemen
van de menschen die in deze streek
woonden en ik raad u aan lezers en le
zeressen wanneer u ooit in België eens
komt, vraag nooit naar Leuvensch
Bier.
De Wereldreizigers.
Wordt vervolgd.