S. SMIT G. W. BöTTGER I V. WED. 0RSTE1 IJmuider Drogisterij FLU WEEL EN J. Th. KORT AIEGANG 24 - TELEFOON Ho. 592 Boekhandel P F. C. |oelse.|TwMdeb9!™^k8PrS8TOri»8|,«- HAARLEM A S IdiirM is I lid par for r WOLLEN - GESTIKTE n r II r &S O I DONZEN EN MOLTON IJ L IV L 11 O gak. »$k. Cvcpshaep Vulpollooden 'a Drukkerij Sinjewel u n u li echt Cuïemborgsch Ameublement Kpplfhawdel C. W. 1. BE YMES. dvertent Ié» voor d© IJmmder Courant Boekhandel HAAIMAN, YefcevoordJ BONIUUERKSTER Wtllfólmioaltfide 11 huls, l.o. het Postkantoor Dr. Brunsche Watten Windsels Pleisters Thermometers Irrigatoren Slangen Spuiten Breukbanden Buikgordels Elastieken Kousen Verbandkisten en Trommels (volgens Arbeidsinspectie) enz. enz. Aanbevelend, Wij bieden u een prachtsorteering moderne ruiten, ejfen en gewerkte Pluche Astracan enz. enz. Aanbevelend, lel. 421-Pr. Hendrikstr. C 83-85 Langeveerstr. 22-26-27-29 Haarlem. Het beste adres voor Ltidsehe wollen dekens ook groote maten. Specialiteit in Witte en {eagerflanellen, Jaeger Baai, Molton. fk ia ja. I NIEUW MODEL, voorhanden in den H wWHSU ww f jBH ^,et weEens verbouwing! Met verlagen verdient u geld, Grootste sorteering ierplaatsein i-.. verbouwen kost geld. Hiermede maak ik het geachte publiek bekend, dat mijn oude! aanbieding, welke de heer Braam in zijn winkel heeft opgehangen, I geen waarde meer heeft, daar de prijs van een (Swan - Caw Waterman Wahl Baby-Caw Standard e.a.j| 'Willemsplein 11 en 16 Tel. 153 ij i 't t t t t t t t i 5 t Levert alle Boek- en Handelsdrukwerken spoedig, net afgewerkt en tegen billy kst berekende prijzen V 2 2 t 2 t 2 t 2 t 2 nu geen f 39 7S is, zooals in genoemde zaak, doch bij mij j j maar f 34 9S kost en dan alleen in de beste kwaliteit j j door mij verkocht wordt. ïaÖM?8T.EM 10 vasIHOOB.D. j» Aileenverkoop der echte Culemborgsche Oud-Hollandsche Meubelen. kunnen tot Dinsdagsavonds en Vrijdagsavonds nog gebracht worden bij Vakkundige behandeling. Veranderen en repareeren van alle soorten BONTWERKEN. Speciale inrichting voor het verwerken van BONTMANTELS. tegenover Station.- GEMENGD NIEUWS. De palingvisscherij in Nederland. 't Is een algemeene klacht in de krin gen der palingliandelaars, dat liet met den palinghandel in Holland een ver keerden kant uitgaat. Was 't een jaar terug de Duitsche paling, die de prijzen der Hollandsche drukte, tlians is het, naar de Tel. ver neemt, de Deensche, die de Holland sche in de knel brengt. Bekend is, dat de Duitsche paling in enorme hoeveelheden werd ingevoerd, hetgeen mogelijk was door den stand der Mark. Na het. stabiliseer en van de goudmark in Duitschland is daarin verandering gekomen en onze oostelij ke buren vinden weer voldoende afzet gebied in eigen land. Men kan dan ook zeggen, dat de invoer van Duitsche pa ling zoo goed als opgehouden heeft. Maar daarna is de druk gekomen van anderen kant en hebben, zooals ge zegd, de Denen op onzen palinghandel hun stempel gezet. Met motorschoeners worden geregeld duizenden ponden paling aangevoerd. Men bezigt daarvoor schoeners, die van een bun voorzien zijn en welke vaar tuigen vermoedelijkk dienst hebben gedaan voor ,de Deensche snurrevaad- visscherij. De motorschoeners vallen zoowel te Nieuwedi'ep als te IJmuiden binnen en hun lading vindt aanstonds gereeden aftrek, omdat de Denen voor lageren prijs kunnen leveren dan waarvoor de Hollandse-hé paling hier valt te betrek ken. Dat moge wel is waar den consument ten goede komen, doch de Nederland- sche palinghandel ondervindt er do na- de el i go gevolgen van. Want niet alleen, -dat de Denen ons land voor een dèel' voorzien van paling, doch zij brengen hun waar ook in En geland en in België ter markt. Hetgevolg daarvan is, dat de uit voer van paling naar die beide landen uit Holland nagenoeg/is opgehouden. Was het tot dusverre Holland dat de Londensche en Brusselsche markt in hoofdzaak van paling voorzag, thans hebben -de Denen die markten voor een goed deel veroverd. Men schrijft dit aan twee oorzaken toe. In de eerste plaats aan den stand van de Deensche Kroon en in de twee de plaats aan 't feit, dat in Denemarken meer paling wordt gevangen dan in Nederland. Vooral dezen zomer heeft zich dat sterk laten gevoelen, omdat er overal hier te lande bijzonder weinig paling is gevangen. De oorzaak van dit ver schijnsel is moeilijk aan 'te geven, -doch verondersteld wordt, dat door het voortdurende wegvisschen van kleine paling, de voortplanting van dat visch- product getadig is verminderd. De minimum-maat hier te-lande is vastgesteld op 25 c.M. en er zijn des kundigen, die deze maat veel te klein t vinden, omdat zij de palingteelt daar- door bedreigd achten. De palingsoort van 25 c.M. heeft na tuurlijk niet veel handelswaarde en wordt daarom vooral geconsumeerd door mens oh en met kleine beurzen. Het gevolg daarvan is, dat er groote quanta van dat soort gevraagd wor den. Eerder toch koopt men in die kringen een pond van dat. kleine goed:, ten -eerste omdat het lager in prijs is en ten tweede omdat het meer uitdeelt" De minimum-maat waarop de Deen- sche paling mag worden gevischt, is 35 c.M. Wat is daarvan het gevolg? Ten eerste, dat de paling in Dene- j marken beter tot de ontwikkeling komt en meer gelegenheid heeft tot voortplanting, die de aanwezigheid van een constante palinghoeveelheid in de vischwateren bevordert. Ten tweede, dat de gevangen visch meer gelijkmatig van groote is, waar door dus ook een meer constante han- delsprijs kan worden verkregen. Datzelfde is met de Hollandsche pa ling niet het geval, omdat zich daar- tusschen steeds een /groote hoeveelheid kleiner, minder soort paling bevindt, die het noodig maakt, dat de visoh zorgvuldig wordt gesorteerd. Van een constante marktwaarde voor een zekere hoeveelheid paling kan dus, om de bovengenoemde reden, bij de Hollandsche soort moeilijk spra ke zijn. Nu zou men veronderstellen, dat de palinghandelaars voor het vischpro- duct minder zouden gaan besteden om de concurrentie van de Denen het hoofd te kunnen bieden. Doch daarvan schijnt geen sprake te zijn, omdat het aantal handelaren zóó groot is, -dat door de onderlinge con currentie den vissciher een goede prijs wordt betaald. Met leede oogen wordt gezien, dat de Denen de Hollanders van de buiten- landsche markten nagenoeg hebben verdrongen en stemmen zijn reeds op gegaan om wettelijke bepalingen ter verhooging van de minimummaat der te vangen paling. Doch dat ontmoet tegenstand van de zijde der hinnenvisschers, die -op haar beurt zich daardoor in haar belangen geschaad zouden achten. Het is een moeilijke kwestie, die ver dient, van alle kanten hekeken te wor den. Feit is echter, dat de Denen hier ge regeld enorme hoeveelheden paling aanvoeren en het schijnt, dat hun wa teren voorzien zijn van een onuitputte- lijken palingvoorraad. Gaan de boomien verdwijnen? De mcnsch ziet, wat hij wil zien. Er is \eel. geschreven over de sterfte on der de boomen; nu kijken we er eiken boom opaan, of hij ook ziek is en als we een paar do ode takken ontdekken j dan zeggen we: Daar heb-je er weer een! We vergeten, dat er vroeger ook vele boomen op sterven na dood waren- en dat boomen met vele kale endoode takken altijd voorkomen. Maar de klachten over de kwijnende boomen zijn zoo algemeen, dat we het ver schijnsel niet op deze wijze kunnen wegredeneeren. Verschillende oorza ken worden genoemd: de droogte der laatste jaren, de felle koude van -den vorigen winter, zwammen, de verzou ting van den bodem en de draadlooze Verder nog de benzinedampen en stof wolken der auto's en het herhaaldelijk omwoelen van den bodem aan den voet der hoornen voor gas, water, elec- triciteit, rioleering enz. Als men al de ze gevaren voor de boomenwereld op somt, verwondert men zich, 'dat er nog een hoorn groen is. De Haagsche arts G. J. de Groot, die in vele landen gereisd heeft, verzekert, dat de hoornen door geheel Europa lij dende zijn. Hij geeft er een wel wat al te dramatische beschrijving van. Zoo spreekt hij van een treurspel onder de hoornen, dat snel zijn ontknooping te gemoet gaat. Het Haagsche bosch doet, hem denken aan de slagvel-den van N.- Frankrijk. Het groote en sterke is in de natuur gedoemd te verdwijnen. Het lijdt de ne derlaag in den strijd tegen- het kleine en zwakke. Bovendién ontketent de men-soil door allerlei ontdekkingen ge vaarlijke krachten, die hij -daarna niet meer meester kan worden. De boomen zijn de reuzen in het plantenrijk en zij hebben volgens Dr. de. Groot hun [angsten tijd. gehad; hij -vreest vóór een boomloozen tijd, die komt. Vele planten en dieren van reus achtige afmetingen zijn uitgestorven of op het punt van .heengaan:. In de museums kan men de enorme geraam tes zién der voorwereldlijke monsters. Neushoorns, walvissc'hen, olifanten, gorilla's worden hoe langer hoe zeld zamer. De laatste exemplaren blijven alleen, omdat zij met wetenschappelijk doel beschermd worden. Dit zelfde is het geval met sommige der hoogste' boomsoorten. Dé reusachtige conife- de Sequoia's van Californië -zijn bijna verdwenen, in de natuurparken wor den zij in stand gehouden. In het plantenrijk, zoo redeneert Dr. de Groot, zijn alle boomen de reuzen. Zij schijnen thans aan het uitsterven te zijn. Dr. -de Groot vermoedt, dat dé eiectrische toestands-veranderingen daarvan de schuld zijn. Hij eindigt zijn. sombere voorspelling aldus: „Wanneer wij weten, hoe dag en nacht zonder onderbreking radiogolven in alle mo gelijke lengten in onzeatmosfeer el kaar kruisen, dan verdient het aanbe veling, -dat een zoo algemeene nieuwe toestand, die samengaat met zulke op merkelijke -verschijnselen in de boo menwereld, ten- deze onderzocht wor den." tiet komt ons voor, dat deze dokter wat al te pessimistisch- oordeelt. Wij vreezen -niet voor een aarde zoo kaal als de schedel, die men niet meer hij -de halve maan kan vergelijken, maar die het beeld van de volle maan laat zien. De boomen zullen blijven, ons rust en schaduw bieden, ons beschermen -te gen de felheid van storm- en zomerzon, ons verheugen met zoete geuren en tal van planten- en bloemen, die alleen in de bosschen voorkomen, afgezien nog van het groote nut der hoornen als bouwmateriaal on als stof voor de pers. Zonder hout toch geen papier, althans niet het goedkoope, dat we voor cl kranten noodig hebben. We vreezen niet, -dat er een boom looze tijd zal komen-. Wie een boom kweekerij doorwandelt, ziet niets dai jonge, frissche kracht. Het is daar eer wonder en heerlijkheid van groei. Als cle lucht niet, meer deugde voor d( groote boomen, -clan zouden de boomen kinderen het niet zoo goed maken. Pas aangelegde parken- en tuinen, ..bei plantingen van bermen enz. spreken ook van. een goede toekomst der boo, mén. Als. -de omstandigheden, welkei dan ook, zoo slecht zijn voor de volwas sen boomen, zou het jonge -goed niet zoo dieren, ais thans in den regel he geval is. Als de ouden niet in het leven kun nen- blijven, geen kans. hebben de ouden zeke Een degenslikker onder de herkauwer Een melkkoe van den landbouwer A v. B. te Schijndel werd ongeveer eer jaar geleden ziekelijk en bleef sinds' dien voortsukkelen; de toestand vai het dier was echter niet ernstig -genoej om veeartsenijkun-dige hulp in te roe pen. Een maand geleden kreeg de ko echter een gezwel onder -den buik. D dierenarts, dr. Bloem, uit Veghel weri geraadpleegd, die constateerde, da het dier een scherp voorwerp moes hebben ingeslikt. Het gezwel werd me zalf bewerkt en dezer dagen kwam d punt van een mes te voorschijn. Op nieuw werd dr. Bloem geroepen, dij met veel moeite uit het gezwel e'ei broodmes van 241/2 c.M. lengte te voor schijn haalde, waarvan het ongeveej 3 centimeter breede lemmet, gehee! verroest was, terwij] -het heft gehee! gaaf was gebleven. De koe verkeert thans weer in blaj kenden welstand en geeft een normal] kwantum melk. Tel. (BESTELT UW DRUKWERK BIJ DE N.V. DRUKKERIJ SINJEWEL IJMUIDEN. WILLEMSPLEIN.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1924 | | pagina 12