jjmuider Courant
Z»terdag
13 Juni 1925.
2e blad
ppEDIKBEUHTEN
VOOR ZONDAG A.S.
IJMUIDEN
NED. HERT. KERK
Ds. van Ooitrom Soede.
„ur Ds. Erdman.
Bediening v«" den H. Doop.
NOODKERK (Koning WUlamshuIs)
uur: De Heer Vermeulen.
Zjterdagsvond 8 uur: Bidstond,
.„dagavond 8 uurKerkeraadsverga-
dering,
p(0pgg«z. Gem. Aid. Piot Bond.
■«uur: Da. Haars, van Nieuwe Niedorp,
GEREF. KERK.
Ds. Joh. Jansen.
1Ur: Dezelfde.
CHR. GEREF. KERK.
«uur: Ds. T. A. Bakker,
uur: Dezelfde.
2VANGELISATIE HOOGEBERG.
...««morgen 10 uurSamenkomst.
JLmiddag 12 uur: Zondagschool,
oidigavond 7.30 uurSamenkomst.
Spreker: B. |enninga.
[dagavond Openlucht Samenkomst op
het Koningsplein.
[Dinsdagavond 7.30 uurMeisjeskrans
voor meisjes vanaf 12 jaar.
onderdagavond 8 uur: Bijbelbespreking.
VELSEROORD.
NED. HERT. KERK
uur: Ds. W. Kroese.
GEREF. KERK.
Dun: Ds. JC. Brussaard van Bloemendaal,
Sin
I uur:
Dezelfde.
VELSEN
NED. HERT. KERK
Ds. F. Postma van Haarlem.
WIJKEROOG.
GEREF. KERK.
uur: Ds. J. D. Boerkoel.
uur: Dezelfde.
SANTPOORT
NED. HERT. KERK
uur: Prof. Dr. O. A. van den Bergh
van Eysinga.
LOKAAL BETHEL.
5 uurde heer L. N. Smelik.
0 uurDezelfde.
EVANGELISATIE,
uurDs. Erdman te IJmuiden.
BEVERWIJK.
DOOPSGEZINDE GEMEENTE,
uur: Ds. van Calcar.
OFFICIEEL.
DIENSTPLICHT.
jmjringsregister en alphabetisch register.
Ie burgemeester van Velsen maakt be
ll, dat het inschrijvingsregister voor de
ling 1926 met bet daaruit opgemaakt
nbetisch register gedurende tien dagen,
12 Juni tot en met 21 Juni as, ter
«eniesecretarie voor een ieder ter in-
ligt.
gen deze registers kan binnen dien
bewaar worden ingebracht bij een
tsdenen omkleed verzoekschrift. Dit
bij den burgemeester, ter secretarie
k gemeente worden ingediend. Aan
mzoeker wordt een bewijs van ont-
|il afgegeven. De burgemeester zendt
verzoekschrift aan den Commissaris der
ingindeze beslist bij een met redenen
i leed besluit.
:l verzoekschrift behoeft niet gezegeld
k
11 Juni 1925.
De Burgemeester,
J. P. HANDORAAF l.b.
HINDERWET.
lemeester en wethouders der Gemeente
brengen ter openbare kennis dat Ier
eniesecretarie ter inzage ligt een
>k met bijlagen van de Continental
em Company, te Rotterdam, om ver
is lol het oprichten van eene onder
is benzinebewaarplaats met boven
zie aftapinrichting op het perceel
ml bekend Gemeente Velsen, afd.
n. Sectie I No. 355 en plaatselijk
«als Willemsplein. Op Vrijdag, den
1925, dei voormiddagi te elf uren,
1 Oemeentehuize gelegenheid bestun
'waren tegen dit verzoek in fe brengen
j* mondeling en schriftelijk toe te
den 12 Juni 1925.
Weester en wethouders voornoemd,
ecretaris, da burgemeester,
STEL1JK. J. P, HANDORAAF, l.b.
Het bedrijf Openbare Werken te Velsen.
Gedurende deze vergadering zullen
belanghebbenden van 11 tot 11.30 uur
in de gelegenheid worden gesteld de
commissie te spreken. Schetsontwer
pen, die men aan het oordeel der com
missie wenscht te onderwerpen, wor
den uiterlijk tot 17 Juni, n.in. 4 uur,
bij den secretaris ingewacht.
Velsen, 13 Juni 1925.
De secretaris der commissie,
J. ARENDS.
kennisgeving.
tennis van belanghebbenden
®wacht, dat de vergadering der
'Walscommissie zal worden ge-
°P Donderdag 18 Juni 1925,
9.30 uur, ten kantore van
Hugo Grotius en zijn land.
Nederland vangt heden door de
Grotius-tentoonstelling te 's-Gravenha-
ge in nationale kring, zoo straks ge
volgd door het buitenland, de herden
king van Hugo Grotius aan.
Niet den man, dien wij kennen uit de
vaderlandsche geschiedenis, en die ter
willen van zijn politiek-godsdienstige
overtuigingen, naar Loevestein werd
verbannen, vanwaar hij ontvluchtte
om vervolgens als banneling in den
vreemde te leven en te sterven. Maar
den man, die in Parijs in 1625 zijn
werk: „De jure belli 'ac pacis" hande
lende over het „recht van den oorlog
en den wede" schreef en daarmede het
moderne volkenrecht, gelijk wij het in
dezen tijd meer dan tevoren zien uit
groeien en ontwikkelen, grondvestte.
Grotius heeft in dat boek den oorlog
als rechtsmiddel veroordeeld; onweer
legbaar aangetoond, èn op historische,
èn op moreele èn op juridische gron
den, dat in een geschil tusschen twee
Staten evenmin als tusschen twee
personen de kracht van het door een
van beiden te ontwikkelen geweld be
slissend kan en mag zijn.
Reeds vóór hem waren er geleerden,
philosophen en moralisten geweest, die
algemeene regelen van moraal in de
verhoudingen der volken hadden na
gespeurd. Maar en hierin ligt voor
een deel de groote beteekenis van het
werk van Grotius zijn voorganger
deden dat op algemeene overwegingen
Grotius grondvestte de wetenschap van
het volkenrecht; toonde aan, dat er een
zoodanige afzonderlijke wetenschap is,
en heeft daardoor tot haar ontvvikke
ling bijgedragen.
Men moge over deze ontwikkeling in
de sedert verioopen drie eeuwen min
der of meer optimistisch denken de
ontwikkeling zelve kan men niet ont
kennen, en juist diegenen, die haar als
niet voldoende beschouwen, moeten
zich in de eerste plaats doordringen
van de noodzakelijkheid om, ter wille
van het algemeen welzijn en het rechts
bewustzijn der wereld, die ontwikke
ling te versterken en te versnellen.
Men noemt Nederland het land van
Grotius. Omdat Grotius in Nederland,
toevallig geboren werd? Neen, maar
omdat men het niet uitsluitend als toe
val beschouwd, dat juist een jurist van
Hollandschen huize van die dagen het
volkenrecht in zijn pricipieele strek
king aan de wereld kwam ontdekken.
In Grotius' tijd waren de Nederlanders
meer nog dan in de eeuwen tevoren
de „schippers van Europa".
De uitvinding van het haringkaken
door Willem Beukelszoon van Bier
vliet, die aan de ontwikkeling der
scheepvaart op omliggende landen
zulk een stoot gaf, heeft, indirect na
tuurlijk, geleid tot de uitwisseling van
producten door middel van de stout
moedige, voor niets terugdeinzende, en
ergieke Nederlanders van de vijftiende
en de zestiende eeuw.
Zij kwamen, lang voordat andere
volken uit het Westen deze zee bevoe
ren, in de Middellandsche zee en aan
den Levant; zij waren de eersten, die
toegang tot de Scandinavische havens
wisten te verkrijgen, en de voortbreng
selen van dat land brachten naar En
geland en elders. Moest niet voor de
Nederlanders van die dagen als een
levensbelang gelden, dat in het ver
keer der volken, primitief opgezet en
ontwikkeld, zekere algemeene regelen
werden erkend? Moest niet de aan
dacht van een zoon van dat land.
scherpzinnig als Grotius, getrokken
worden door het bestaan, het onwille
keurig en onbewust naleven van zulke
regelen? Grotius heeft, zou men dit
maar meenen, zeker niets kunstma
tigs geschapen ten behoeve van zijn
cosmopolitisehe landgenootenware
het door hem naar voren gebrachte
kunstmatig geweest, de tijd, die alles
dat onecht is verwoest, had het niet
laten bestaan. Maar Grotius heeft,
juist omdat zijn blik door de omgeving
van zijn land gescherpt was als die
van geen ander, gezien, lang voordat
anderen het zagen en gevoelden, dat er
is een volkenrecht, zijnerzijds op gron
den van natuurrecht gevestigd, maar
voortspruitend uit gewoonten en ge
bruiken.
Daarom en niet om het toch altijd
min of meer toevallige feit, dat Grotius
er is geborenwordt Nederland thans
meer en meer geheeten het land van
Grotins, Daarom, en ook omdat Neder
land sedert 1899, toen de eerste Vredes
conferentie te 's-Gravenhage werd ge
houden, is geworden de zetel van het
werk van Den Haag; de zetel van het
land, waar de rechtsontwikkeling
het Hof van den Volkenbond, in de
Academie voor Internationaal Recht
en andere instituten haar beste uitin
gen vindt.
Den Haag, onze residentie, is sedert
1899 zetel van het Permanente Hof van
Arbitrage, een lichaam, waarvan dan
op zichzelf weinig kracht moge uit
gaan, maar dat niettemin een novum
werd in de betrekkingen der volkeren.
Den Haag is sedert ruim drie jaren -de
zetel van het belangrijkste orgaan, dat
de Volkenbond telt: van het Hof, dat
in die eerste drie jaren door een Neder-
landsch jurist van grooten naam werd
gepresideerd.
Als men Grotius met den Volken
bond samenbrengt, dan bedenke men
wel, dat niets, hem daarmede verbindt
dan de prindpieele gedachte. In den
loop der eeuwen zijn er tal van publi
cisten geweest, die ontwerpen hebben
gemaakt voor een organisatie der Sta
ten; ontwerpen, die voortijdig moesten
heeten op een oogenblik, dat nauwe
lijks de zelfstandige Staat leefde in de
gedachten der menschen.
Grotius behoefde zulk een Staten-
organisatie niet om zijn volkenrecht
ingang te doen vinden; hij geloofde
in de levenskracht van zijn eigen
schepping.
Maar de Volkenbond, gelijk deze
thans als een eerste, zwakke po
ging om die gedachten van vorige eeu
wen -te verwezelijken is ontstaan,
verwezenlijkt voor een deel, een groot
deel zelfs, Grotius' leer. De politiek
heeft in de eeuwen, die het uitkomen
van Grotius' boek van jdiit oogenblik
scheiden, zijn leer veelal verstooten:
niet op het recht baseerde men zich.
maar op de macht. De Volkenbond
draagt als meest levenskrachtige kiem
in zich den wensch om anders te han
delen, om recht boven macht te stellen.
In den Volkenbond zijn, voorloopig
nog theoretisch, zoo straks wellicht
practisch, alle Staten gelijk, hetzij
groot of klein, hetzij machtig of wei
nig machtig. De Volkenbond aanvaardt
de leer van Grotius nog niet ten volle;
wel theoretisch, maar niet practisch.
Nog is niet erkend Grotius' beginsel,
da,t slechts die oorlog gewettigd is, die
wordt gevoerd tegen den Staats-mis"-
dadiger, den overtreder van het vol
kenrecht.
Het Protocol, een vorig jaar te Genè-
ve gesloten, zette een goeden stap in
die richting; nog is het te vroeg geble
ken, maar ook de uitwerking van dat
Protocol zal zich doen gelden!
Nederland, dat een traditie heeft op
het gebied van het ri cht tusschen de
volken, hepft ook in den Volkenbond
een taak te vervullen. Men behoeft
maar de namen te noemen van een
Van Karnebeek, een Loder, een Eysin
ga, een Limburg, een Van Rees, en tal
van anderen, die in verschillende or
ganen van dien Volkenbond hun goede
krachten aan zijn werk hebben gege
ven op een wijze, die tegelijk hen en
ons land eerde. Maar al was, wat zij
deden, niet alleen persoonlijk, al kon
en kan dit worden opgevat als te ge
schieden namens ons land hun
werk leefde en leeft niet in de harten en
de hoofden van ons volk. Juist dat moet
anders worden; anders worden in het
land van Grotius; in het land, vanwaar
de eerste gedachte aan de grondbe
grippen voor dezen Volkenbond is uit
gegaan.
Een dag als deze is geschikt om zich
van zijn nalatigheid bewust te worden,
en tot het inzicht te komen, dat ook
van een klein volk en zoo heel klein
zijn wij niet eens een groote kracht
ten goede kan uitgaan, indien maar
werkelijke overtuiging fn dat volk
leeft. Overtuiging wint niet veld uit
sluitend door het aantal dergenen, die
haar aanhangen; overtuiging wordt
ook gedragen door haar intensiteit.
Van de „Vereeniging voor Volken
bond en Vrede", te 'sGravenhage ge
vestigd, van welke het presidium ach
tereenvolgens in de handen van bekwa
me juristen en staatslieden als de hee-
ren Limburg en Treub verbleef, is de
gedachte van de nationale herdenking
van Grotius' meesterwerk uitgegaan.
Die „Vereeniging voor Volkenbond en
Vrede" kortweg V. E. V. genoemd, wil
den Volkenbond zijn streven, zijn re
sultaten voorzoover bereikt nader
brengen tot Nederland en tot het Ne-
derlandsche volk. Maai' om dat te kun
nen doen, behoeft zij steun; steun, die
een ieder, groot of klein, arm of rijk,
haar geven kan. Steun, die kan komen
van dengene, -die overtuigd is van de
beteekenis van den Volkenbond, even
als van dengene, die deze beteekenis
nog niet ziet, maar haar wel wenscht.
Steun, die alleen moet uitblijven van
degenen, die principieele tegenstanders
zijn van samenwerking der volken,
van verzoening van tegenstrijdige be
langen, van het stellen van geordend I
recht in de plaats van het ongeordend j
geweld. Zijn er dezulken na de ernstige I
lessen, die de groote oorlog met zich i
heeft gebracht, zij behooren dan tot j
degenen, die in deze vereeniging niet i
thuis behooren. Maar de anderen, zij
kannen steunen: door toetreding tot
het lidmaatschap, door hun schouders
te zetten onder het vormen van plaat
selijke afdeelingen, door huu arbeid
en hun persoonlijkheid aan die Ver
eeniging te geven.
Heeft men zich wel afgevraagd, of in
deze plaats een afdeeling van de V. E.
V. bestaat? Het antwoord zal luiden,
gelijk het zoo dikwijls luidt: de be
langstelling ervoor is hier ter plaatse
wel, maar niet in die mate, dat een af
deeling recht van bestaan zal hebben.
Welnu, als dat zoo is, dan juist moet
er een afdeeling komen, om die belang
stelling te ontwikkelen, haar te bren
gen in liet kader van geheel Nederland.
Laten dan degenen, die er iets voor ge
voelen, om zulk een afdeeling te helpen
oprichten, daarvan aan de „Vereeni
ging voor Volkenbond en Vrede", te
's Gravenhage kennis geven, opdat die
mededeeling komt tot de leiders van de
V. E. V., die dan niet zullen aarzelen
zich met hen in verbinding te stellen.
Op die wijze, door althans iets te
doen wat de krachten van zelfs den
meest bescheidene niet te boven gaat,
kan ieder heden getuigen, dat hij het
goede wil in internationale richting;
dat hij een waar kind is van het land
van Grotius!
Vereeniging voor Volkenbond en Vrede.
Secretariaattan van Nassaustraat 93,
's-óravenhage.
SPORT.
PLAATSELIJK NIEUWS.
Turn vereeniging „IJmuiden".
Onze eerste wandeltocht zit er op en
ik geloof wel te mogen zeggen dat deze
tocht een groot succes is geworden.
Ten eerste al het aantal deelnemenden,
met niet minder dan 38 dames en hee
ren hebben we getippeld; een gezelli
ge, opgewekte club, waar de echte
turnersgeest heerschte. Van het begin
tot het eind is er gefloten, gezongen en
mondharmonica gespeeld. Dit laatste
wel niet altijd in de marschmaat, maar
dat gaf niets, want dank zij het onuit
puttelijk commando „links, rechts!'
van een der heeren, was het gewoon
onmogelijk om niet in de maat te loo-
pen. Nadat er op het Willemsplein
eerst een foto was gemaakt van het
heele stel, vertrokken we om kwart
over acht langs den straatweg naar de
pont. In Velseroord probeerden we nog
door veel lawaai en een langgerekte
druk op de huisbel, onze makker Bijl
wakker te maken, maar het lukte niet,
hij kwam tenminste niet opdagen. De
eerste kleine rust werd gehouden op
een weggetje met veel gras te Wijk aan
Duin. Hier werd de eerste blaar gecon
stateerd en pogingen aangewend de
twee persoons harmonica te bespelen
Verder dan de eerste regel van het
„Turnlied" brachten ze het niet. Na 10
min. weer op weg, langs den Zeeweg
naar Wijk aan Zee. Dat was een warm
stukje. Gelukkig dat hier de groote
rust op volgde, welke in den tuin van
„De Tuinberg" gehouden werd. Heer
lijk koel was het daar onder -de hooge
boomen en groote parapluie's; toen de
dorst gelescht was en een 2 uurtje ge
rust, werd door verschillende dames
en heeren de reis naar den uitkijktoren
ondernomen. Of het er niet mooi was
weet ik niet, maar ze waren alweer
heel gauw terug.
Na een uurtje stapten we weer op en
liepen onder vroolijk gezang en het ge
not van diverse versnaperingen die de
rondte deden, langs den z.g.n. binnen
weg en de Breesaap tot Pension Lub
bers, waar opnieuw gerust werd en
aangevallen op alles wat drinkbaar
was. Langer dan 20 min. konden we
hier niet blijven, daar we 1.20 uur weer
op het Willemsplein moesten zijn, met
het oog op de eisch voor de vaardig-
heidsproef. Alvorens we vertrokken
sprak de heer Driessen nog een paar
woordjes over het genoegen van dezen
tocht en een opwekking aan allen voor
onze volgende tochten en besloot met
een hoera-tje voor T. V. IJ. en de bonds
klap, waar allen natuurlijk luid mee
instemden. Het laatste stukje even
flink aangestapt en precies op tijd en
allen nog frisch en voldaan kwamen
we bij ons eindpunt aan. En, naar ik
hoop, allen met het vaste voornemen
de volgende tochten ook mee te maken.
Er hebben zich voorloopig al vast 15
liefhebbers opgegeven. Wie volgt?
De data's voor de volgende tochten
zijn reeds vastgesteld en wil ik ze u
hier even meedeelen, opdat een ieder
daarmede rekening kan houden. Den
eerstvolgenden tocht houden we op
Zondag 21 Juni, den tweeden 5 Juli en
den laatsten 19 Juli. Houdt deze och
tenden dus vrij.
21 Juni is het plan in de richting
Santpoort te wandelen en vandaar den
terugweg door Velserbeek te nemen.
De heeren moeten nu 5 K.M. verder
wandelen dan de dames en komen
daarom reeds om half zeven op het
Willemsplein te samen. Vandaar uit
worden dan eerst die 5 K.M. geloopen
en komen zij om half acht de dames
van het Willemsplein halen, die daar
dan reeds bij elkaar gekomen zijn. We
rekenen weer ongeveer één uur terug
te zijn. Allen dus tot 21 Juni.
Turnia.
IJMUIDEN
Voor de Christelijke Historische
Kiesvereeniging trad Woensdagavond
in het gebouw v. Chr. Belangen, in een
openbare vergadering op de heer If. W.
Tilanus, lid der Tweede Kamer, om te
spreken over: Ontwapening, in ver
band met de internationale ontwikke
ling. De vergadering was matig be
zocht. De voorzitter, de heer J. C. Dun
nebier, sprak in zijn openingswoord
zijn leedwezen er over uit dat niet
meerderen belangstelling toonden voor
dit belangrijke onderwerp, maar kon
het begrijpen met het oog op de tempe
ratuur, die uitnoodigdc tot wandelen
in de natuur.
De lieer Tilanus, het woord verkrij
gende, begon met er op te wijzen dat
hij slechts een onderwerp van beperk
te strekking had, in tegenstelling met
de gewoonte om in verkiezingsvergade
ringen de algemeene politiek te bespre
ken. Die beperking verhindert om
over vele dingen te spreken, die dat ze
ker wel waard zijn, doch geeft tevens
gelegenheid meer in de diepte van een
ingewikkeld vraagstuk door te dringen.
Hij kan thans achtereenvolgens het
principe en de practische mogelijk
heid van ontwapening meer uitvoerig
bespreken. Daarbij herinnert hij er
eerst aan dat het streven om, althans
onder de christenvolken, in het vervolg
oorlogen te voorkomen, niet nieuw is,
maar steeds mislukte. Toen in den
kerstnacht van liet jaar 800 paus Leo
III Karei de Groote tot keizer van de
christenlanden kroonde had dat de
bedoeling door het brengen van de
hoogste wereldmacht in een hand,
voortaan oorlogen onder de christen
heid te voorkomen.
In de plaats echter van den vrede te
bevorderen werd deze daad juist aan
leiding tot het dualisme tusschen de
geestelijke en de wereldlijke macht, om
de pioriteit, waarover eeuwen gestre
den is in den invertituurstrijd. Herhaal
delijk zijn daarna opnieuw dergelijke
pogingen met hetzelfde resultaat on
dernomen. Het laatst bij het verdrag
van Aken in 1818.
Als men thans voor ontwapening
pleit zijn daarbij die dat doen op' prin
cipieele gronden, er zijn ook die niet
zoo diep gaan. Deze laatsten zal hij de
zen avond niet weerspreken, het gaat
om het principe. Tot de niet principi
eele rekent hij o.a. het gevoelsargu
ment, door prof. van Embdcn o.a. zoo
sterk naar voren gebracht, dat b.v. de
verschrikkingen van den komenden
gasoorlog fel belicht. Het zou hem an
ders niet moeilijk vallen daar nog veel
ergere dingen van te vertellen, op
grond van zijn studie als leeraar aan
de Kon. Militaire academie.
Op principiëele gronden wordt de
ontwapening bepleit als men zegt dat
alle geweld uit den booze is of met het
motief dat de rechtsverhoudingen tus
schen de volken onderling, b.v. dooi
den volkenbond, zoodanig ontwikkeld
zijn, dat de oorlog overbodig wordt.
Wat het eerste betreft, het is volko
men waar en de christen mag zeer ze
ker geen oorlog wenschen. Doch de
wereld ligt verzonken in de macht der
zonde en, als de Bijbel, in Jesaja, het
vrederijk beschrijft, vind men niet al
leen de gezindheid der mensehen an
ders, doch ook de natuurorde der din
gen. In deze bedeeling blijkt steeds nog
weer geweid noodig te zijn, tengevolge
der zonde in den mensch. Voor het
rechtsargument gaat spr. de organisa
tie van den volkenhond na. Waarom,
zoo zegt men, zou men niet kunnen
spreken van de Vereenigde Staten, al
was het alleen desnoods maar van
Europa, zooals dat thans is in Amerika,
waar alle onderlinge vragen langs ju-
ridischen weg worden beslist. Doch
men begint dan gewoonlijk al met te
vergeten dat men in Amerika niet
vindt die rassentegenstellingen, ge
sterkt door het historisch gewordene.
Hier zouden b.v. Germanen en Romei
nen, met hunne verschillende neigin
gen moeten worden verbonden in een
staat. Daarin schuilen uiteraard groo
te moeilijkheden. De beide voorstellen
der volkenbond om te komen tot be
perking der bewapening, dat der ga
rantieverdragen en het protocol van
Genève, waren dan in den grond daar
op gebaseerd dat de staten een leger
macht behielden, om daarmede de iri
het ongelijk gestelde staat te kunnen
dwingen. En zoo zou het kunnen zijn,
bij aanvaarding van die voorstellen,
dat onze zonen hun bloed moesten of
feren om een overtreder te dwingen,
die wellicht in onze oogen nog volko
men gelijk kon hebben bovendien.
Het heeft spr. getroffen dat er een
groote overeenkomst bestaat tusschen
het tractaat van Aken uit 1818 en het
protocol. Beiden trachten, door machts
politieke uitingen der groote wereld
machten, den vrede te verzekeren. Het
protocol door, in die gevallen waarin
geen arbitrage obligatoire (verplichte
arbitrage) bestaat, de bemiddelingspo
gingen te stellen onder leiding van den