jmuider Courant
,0 1 Augustus 1925. 2e blad
pBEDlKBEURTEN
VOOR ZONDAG A.S.
IJMUIDEN
ned. hert. kerk
Dr. K. J. Brouwer,
Zendingi-Director te Oegstgeest.
(Collecte voor de Zending).
L> Ds. T. J. van Oostrom Soede.
JODKBRK (Koning Wllltnuhnla)
De heer O. Severs.
(Uililuitend voor jongens en meisje»
yan 14 tot en met 18 jaar),
utdlgavond I uurBidstond.
I*z. Gem. Aid. Prot, Bond.
pm: Mevr. Mooij van Bussum.
oeref. kerk.
Ds. Meyeringh v. Katwijk a. d. Rijn.
Dezelfde.
cbr. geref. kerk.
Ds. T. A. Bakker.
„I Dezelfde.
jangelisatie hoogeberg.
«morgen 10 uur: Samenkomst,
igmiddag 12 uur: Zondagschool,
liigivond 7.30 uurSamenkomst.
Mker: B. jenninga.
iiajvondOpenlucht-Samenkomst op
het Koningsplein,
tisdagsvond 7.30 uurMeisjeskrans
voor meisjes vanaf 12 jaar.
lardagsvond 8 uur: Bijbelbespreking.
VELSEROORD.
ned. hert. kerk
Ds. IJzerman van Wons.
geref. kerk.
p: Ds. Tbielen, van Maasland,
ii: Dezelfde.
TELSEN
ned. hert. kerk
ur; Dr. P. A. Klap van Amsterdam.
WIJKEROOG.
geref. kerk.
n: De heer Telder, beroepen pred.
te Vianen.
d: Dezelfde.
SANTPOORT
ned. hert. kerk
liProf. Dr. O. A. v. d. Berg v. Eyiinga.
Collecte Orgelfonds.
lokaal bethel,
uur De heer L. N. Smelik.
uur: Ds. O. B. Wurth van Oost- en
West-Souburg.
evangelisatie.
urt Ds. Voorsteeg te Katwijk aan Zee.
BEVERWIJK.
100psgezinde gemeente,
irDs. Wuite, van Leiden.
Reedersveree nig in g voor de
ederlandsche haringvisscherij.
(Vervolg).
heer Joh. Poortman te Maassluis bracht
s de commissie voor het nazien van de re-
rapport uit; spr. verklaarde de rekening
de te hebben bevonden en adviseerde de
het bestuur voor het gevoerde be-
e dechargeeren, waartoe werd besloten,
had de installatie plaats van het
loemde lid van het hoofdbestuur den heer
chter Uitdenbogaardt te Maassluis,
contributie der gewone en algemeene le
wd op voorstel van het hoofdbestuur voor
reer vastgesteld op f 10 per schip,
uitvoerige discussie ontstond over de
voortgaande knoeierijen in den haring-
I en de schier onoverkomenlijke moeilijk-
om daaraan paal en perk te stellen. liet
«stuur verklaarde zich gaarne bereid,
poging om daartoe te geraken te steunen,
kwestie der „pufvisscherij" en de overbe
ds! van de Noordzee werd breedvoerig
j»en. De vergadering drong er bij het
«stuur op aan, stappen bij de regeering te
ten einde het politietoezicht ten Oosten
wggersbank gedurende de maanden Sep-
ÊP en October zoo uitgebreid mogelijk te
omdat juist in die maanden daar vis-
en de stoomtreilers en snurrevaaders
ringvisschers onmogelijk maken de net-
Me zetten, aangezien er niet tegenop wordt
vischwant geheel te vernielen of een-
I ai te kappen,
A W. Schip pers, te Rotterdam, hield ver-
V» inleiding over het nieuwe zeerecht
Noordzeevisscherij.
vroeger aldu9 spr. wel eens twij-
of het zeerecht, zooals dit beschre-
1 in het tegenwoordige tweede boek van het
'w van Koophandel, wel toepasselijk is op
«evisscherij. Voor dien twijfel was reden,
1 het 2de Boek nergens ook maar met een
woord over de visscherij sprak en bij tal
bepalingen den wetgever kennelijk alleen
°pvaardij voor oogen stond. Niettemin res-
•ren de zeevisscherij-vaartuigen volgens een
lDte Jurisprudentie onder de zeeschepen en
waart,
twijfel daarover echter houdt op indien
nieuwe wet op het zeerecht raadpleegt,
«gever geeft allereerst eene definitie van
Pen n.l. alle vaartuigen, hoe ook ge
il it wordengebruikt tot de vaart ter
Qaartoe bestemd zijn. Daaronder valt dus
.Visschersvaartuig.
l Ien 1vln^ men ook in de wet het zee-
herhaaldelijk genoemd, in het
f Uoordat hier en daar voor de zeevis-
Mtaigea bijzondere regelingen zijn ge-
Uit het een zoowel als het ander volgt dat de
zeevisscherij met schepen ressorteert onder het
nieuwe zeerecht dat, loopt het niet tegen, wel
licht met 1 Januari 1926 reeds in werking treedt.
Wanneer ik spreek van het nieuwe zeerecht
mag ik niet verzwijgen dat de nieuwe wet niet
volledig is; sommige deelen blijven voorloopig
onveranderd, o.a. de arbeidsovereenkomst tus-
schen schepeling en reederij, de zeeverzekering,
de averijgrosse en de averij particulier. De eer
ste daarvan, de arbeidsovereenkomst, is echter
reeds in bewerking voor een afzonderlijk ont
werp.
De nieuwe wet heeft getracht tal van strijd-
vragen ter zijde te stellen en het zeerecht te
doen aansluiten aan de eischen van den tegen-
woordigen tijd.
Na een definitie te hebben gegeven van een
schip en' een zeeschip, heeft de nieuwe wet om
schreven wat onder een Nederlandsch zeeschip
moet worden verstaan. Hierbij worden strenge
eischen gesteld, vooral om te voorkomen dat een
schip z.g. Nederlandsch is, maar inderdaad be
hoort aan een Nederlandsche naamlooze ven
nootschap, waarvan de bestuurders en/of de
aandeelhouders meerendeels vreemdelingen zijn.
Dit kan niet meer. Overigens behoef ik daarover
niet verder uit te weiden, want de nieuwe wet
zegt uitdrukkelijk dat de vereischten om Ne
derlandsch schip te zijn niet op visschersvaar-
tuigen toepasselijk zijn. De vraag is dan: wat is
dan een Nederlandsch visschersvaartuig?
Mijns inziens beslist hier de visscherijwet, al
thans geeft zij eene aanwijzing. Deze wet zegt
in art. 6 dat een visschersvaartuig geacht wordt
in Nederland thuis te behooren indien het kan-
toor van den eigenaar van het vaartuig in Ne
derland is gevestigd.
Dit correspondeert met het Tractaat van
1882, regelend het politietoezicht op de Noord
zee, dat in art. 6 zegt: „de visschersschepen dra
gen het letterteeken van de haven waar zij
thuis behooren".
Tot heden werd er een register voor alle zee
schepen gehouden. Bij de nieuwe wet wordt
voor de zeevisschersvaartuigen een afzonderlijk
register ingevoerd en in tegenstelling met de
groote vaart zal men niet verplicht zijn de vis-
schersvaartuigen in te schrijven. Een visschers
vaartuig kan dus ingeschreven worden of niet,
doch als het is ingeschreven gaat de eigendom
alleen over door overschrijving en kan er hypo
theek op genomen worden. Is het niet ingeschre
ven dan kan het door feitelijke levering over
gaan, doch kan er geen hypotheek op gegeven
worden, doch zou het verpand kunnen worden
als roerend goed.
Beduidende wijziging is gebracht in de be
voorrechte schulden op schepen, n.l. schuldvor
deringen die vóór andere crediteuren gaan.
Volgens de tegenwoordige wet komen er eerst
10 preferenties, dan de nog onbetaalde kooppen
ningen en de hypotheek en daarna alle andere
scheepsschulden.
De nieuwe regeling is als volgt: le. zijn prefe
rent de kosten van uitwinning; 2e. de vordering
van kapitein en bemanning op hun loon c.a.; 3e
het loon wegens verleende hulp en kanaal- en
havengelden, scheepvaartrechten; 4e, vordering
wegens aanvaring.
Dan volgt hypotheek en daarna komen alle
andere scheepscrediteuren.
Men ziet, de nieuwe wetgever heeft het begin
sel dat scheepscrediteuren op het schip vóór an
dere crediteuren gaan behouden, doch de volg
orde zeer gewijzigd en eigenlijk groote oprui
ming gehouden onder de preferenties.
In het bijzonder vestig ik er de aandacht op
dat de reparaties, de aanbouw en de koopprijs
van het schip geheel achteraan zijn gekomen,
terwijl een nieuwe preferentie, die wegens aan
varing, als no. 4 optreedt.
Door de nieuwe regeling is vooral de positie
van den hypotheekhouder verbeterd. Dat aanva-
ringsschade preferent is verklaard is m,i, vooral
te danken aan de pogingen die aangewend wer
den om een uniforme internationale regeling te
treffen omtrent de scheepsschulden.
De positie van bovengenoemde vier preferen
ties en de .hypotheek is ook daardoor versterkt,
doordat is bepaald dat de gerechtigden zich op
het schip kunnen verhalen in wiens handen het
zich ook bevindt wat bij de huidige wetgeving,
zoo niet uitgesloten, dan toch moeilijk was te
bereiken.
De nieuwe wet regelt ook opnieuw de reederij.
Hieronder moet niet verstaan worden, wat wij
er in het dagelijksch leven ondar verstaan, n.l,
het bedrijf verbonden aan de exploitatie van het
schip, doch het uitsluitend geval dat een schip
aan verschillende personen in eigendom toebe
hoort, die het, anders dan in vennootschap, ge
meenschappelijk exploiteeren.
Die zuivere reederijen, met schepen die dus
niet toebehooren aan één persoon, een naam
looze vennootschap, vennootschap onder firma,
enz,, zijn bij de visscherij evenals bij de groote
vaart steeds zeldzamer geworden, doch ze zijn
er nog en daarom heeft de wetgever gemeend
haar innerlijke verhoudingen beter te moeten
omschrijven; vooral zijn in de nieuwe regeling
de rechten van de minderheid beter beschermd
dan tot heden.
De derde titel van de nieuwe wet is gewijd
aan de rechten en plichten van den kapitein.
Tal van bepalingen spreken voor zichzelf en be
vatten meerendeels bepalingen, die toch zouden
gelden al zouden het niet omschreven zijn; zoo
b.v, „de kapitein voert het schip, de geheele be
manning is hem ondergeschikt", enz.
Belangrijker is, dat de scheepsverklaring, die
voortaan voor een notaris zal worden afgelegd,
haar bijzondere bewijskracht zal verliezen. Zoo
als men weet, levert thans de tijdig afgelegde
scheepsverklaring bewijs, behoudens tegenbe
wijs; voortaan zal de rechter aan de scheepsver
klaring zooveel bewijskracht toekennen als hij
redelijk zal vinden. Bij de groote vaart wordt de
aflegging van de scheepsverklaring alleen voor
geschreven indien zich op de reis bijzondere
omstandigheden hebben voorgedaan. Bij de vis
scherij is de verplichting tot het afleggen van
een scheepsverklaring geheel opgeheven.
Men ziet het: de scheepsverklaring, en niet
ten onrechte, is in discrediet geraakt.
De nieuwe wet gooit één instituut overboord,
t.w. het abandon, het recht om afstand te doen
van het schip (en vracht) ten behoeve van de
crediteuren, waarmede tevens de scheepsschul
den te niet gaan. Dit recht, meermalen uitge
oefend, schiep allerlei moeilijkheden, doordat
de wet niet het rechtskarakter nader geregeld
had, zoodat er plaats was voor allerlei opvat
ting en daardoor allerlei geschil. De een vatte
het op als een in betaling geving, een ander als
boedelafstand, nog weer een ander als over
dracht aan de crediteuren, etc.
Al heeft de wetgever het abandon over boord
geworpen, toch is de grondslag, de beperkte aan
sprakelijkheid, behouden gebleven. Men heeft n.l.
naar analogie van het Engelsche stelsel bepaald
(art. 320a v. v. Rechtsv. [nieuw]) dat bij schade,
berokkend aan lading, vervoerde personen of
door aanvaring, de reederij haar aansprakelijk
heid kan beperken tot f 50 per M3 netto inhoud
van het schip, vermeerderd met wat voor de be
weegkracht van den bruto inhoud is afgetrokken.
De wetgever is hier kennelijk onder den invloed
gekomen van het streven tot een internationale
regeling op dit stuk, waarbij de Engelschen sterk
aandringen op het bepalen van een fixum, tegen
over het conti&e&iale etelsel san afstand.
LUNCHROOM WESTERVELD
Driehuis.
TUINCONCERT
ZONDAG A.S.
van 36 uur, 8—10.30 uur.
Van belang is zeker op te merken, dat degene,
JliV£nj recht gebruik wil maken, het benoo-
digd bedrag ter griffie van de rechtbank, waar
onder het schip is ingeschreven, tegelijk met zijn
verzoek tot rangregeling moet deponeeren.
Uitvoerig is voorts in de nieuwe wet het ver
ft? R I m ïCn en Personen in den titel VI A
?o -^: l fn onderwerp dat ook aanzienlij-
ke wijziging heeft ondervonden is de aanvaring
Tot recht verstand breng ik in herinnering dat
Y,IaJ 6 aan,vanné tusschen schepen tot
heden was als volgt: le. het schip dat alleen
schuld heeft draagt alle schade; 2e. als beide
ter In11 *1i hcbben de aanvaring aan lou-
trLrJ1Si W1,ten' draagt iedcr sch'P e'gen
afifn i f" nocfh,schuld. noch toeval is en
alzoo de oorzaak twijfelachtig, wordt de schade
samengevoegd en m evenredigheid tot de waarde
van schepen en ladingen gedragen, 4. als een te
bekwamer plaats gemeerd schip werd aangeva-
ïïhin UU j i7?? dat s?hiP- moet het andere
schip althans de helft van de schade van het ge
meerde schip dragen ook al heeft het aanvaren
de schip geen schuld.
Deze regeling bevredigde niet. Men is er nooit
goed achter gekomen wat het verschil was tus
schen aanyanng door toeval en aanvaring zonder
schuld of toeval. Ook is het niet bevredigend dal
een schip dat door force majeure, en dus buiten
schuld, een gemeerd schip aanvaart, toch de helft
"°^A.nerrg0eT?en' Daarbii komt dat, zooals bekend,
in 1910 te Brussel een internationaal verdrag tot
stand is gekomen, regelende de aanvaring.
Uit den aard heeft de wetgever dit verdrag ge
volgd en uitgewerkt. De nieuwe regeling is nu als
volgt: le. is de aanvaring te wijten aan de schuld
van éen partij, dan draagt deze alle schade; 2e.
is zij toe te schrijven aan toeval, overmacht, of
ts de oorzaak twijfelachtig, dan draagt ieder
eigen schade; 3e. hebben beide partijen schuld,
dan dragen partijen gezamenlijk de schade naar
gelang het gewicht van hun fouten. De rechter
bepaalt ieders aandeel. Als de rechter geen kans
ziet ieders aandeel te bepalen, dan draagt ieder
schip een gelijk deel.
Deze regeling is èn duidelijk, èn billijk. Zooals
men ziet is betaling van halve schade bij aan
varing zonder schuld verdwenen.
Ook in een ander opzicht is de aanvaring beter
geregeld. Volgens de wet en jurisprudentie gol
den de aanvaringsregelen van het Wetboek van
Koophandel alleen voor schepen die beslist met
elkaar in botsing kwamen en dus niet b.v. als
schip A. door te snol te varen schip B tegen schip
C deed aanvaren of schip A niet tegen een schip
maar tegen een havenwerk aanvoer. In een der-
gelijk geval moest men zijn steun zoeken in het
burgerlijk recht.
De nieuwe wet schrijft voor dat de aanvarings
bepalingen ook in die gevallen toepasselijk zijn.
Een eenigszins zonderlinge bepaling vindt men
in het nieuwe art. 538, hetwelk zegt dat als een
schip gesleept wordt en door schuld van het slee-
pende schip in aanvaring komt, het gesleepte
schip hoofdelijk mee aansprakelijk voor de scha
de is. Ik noem die bepaling zonderling omdat
vooral daar waar de sleepboot geheel de leiding
heeft, er toch weinig aanleiding bestaat om het
gesleepte schip zonder schuld aansprakelijk te
stellen.
Ik zeide zoo straks dal &rt. 540 K. voorschrijft
halve schadevergoeding indien een schip zonder
schuld een te bekwamer plaatse vastgeineerd
schip aanvaart. Daarvoor is in de plaats geko
men dat eén schip dat aanvaart tegen een, zoo-
noodig behoorlijk verlicht, vast of te bekwamer
plaatse vastgemaakt voorwerp, aansprakelijk is
voor de schade, tenzij blijkt dat het aanvarend
schip geen schuld had. Hier wordt dus terecht
een rechtsvermoeden van schuld aangenomen,
doch den betrokkene de gelegenheid gelaten zich
te disculpeeren.
Tenslotte nog een woord over het hulp- en
bergloon.
Hieromtrent bestaat, zooals men weet, even
eens een tractaat (van 1910). Dit tractaat, hetwelk
alleen toepasselijk is bij hulpverleening tusschen
schepen van verschillende nationaliteit, is in ve
le opzichten gevolgd.
Zoo is in de nieuwe wet ook vervallen het on
derscheid tusschen hulp- en bergloon, zoodat
geen onderscheid gemaakt wordt of het schip al
of niet verlaten is en dit ook geen invloed heeft
op de belooning. Er wordt dus voortaan alleen
van hulploon gesproken. De oude wet kende loon
alleen toe als de in gevaar zijnde schepen wer
den gebracht óf „op een veilige plaats in zee" óf
„in eene behouden haven". Deze enge redactie
heeft er toe geleid dat men wel eens een hulp-
loonactie heeft ontzegd aan een schip dat dagen
een ander schip hielp, doch dicht bij de kust ge
komen het schip verloor en een ander schip hel
even binnen bracht.
De nieuwe wet spreekt alleen van „hulp met
gunstig gevolg verleend". Ook hij dus die hulp
verleent doch het schip niet binnenbrengt heeft
recht op loon mits de hulp gunstig gevolg heeft
gehad.
In de oude wet vindt men allerlei factoren, die
bij de berekening van het loon in aanmerking ko
men, zooals tijd, het aantal van de bemanning, de
waarde van de schepen, het gevaar, etc. Ook in
het tractaat vindt men dergelijke grondslagen.
Terecht breekt de nieuwe wet met dit stelsel; het
is te eng; naar billijkheid kunnen allerlei andere
factoren in aanmerking komen, b.v. de schade
die men in de uitoefening van zijn bedrijf heeft
geleden.
De nieuwe wet zegt dan ook kortweg: „Het
hulploon wordt, ingeval van geschil, door den
rechter naar billijkheid vastgesteld".
De eenige grens is: de waarde van de geredde
zaken; daar mag het hulploon niet boven gaan.
Er is dikwijls strijd geweest over de vraag wien
het hulploon toekomt: aan de reederij, den kapi
tein of de bemanning? Of aan ieder wat?
De nieuwe wet lost deze strijdvraag op en
kent aan alle drie een deel toe, doch de reeder
is bevoegd om met de wederpartij het hulploon te
regelen of gerechtelijk te doen vaststellen.
Als reeder, kapitein en bemanning het over de
verdeeling niet eens worden, wordt de verdee
ling door den rechter vastgesteld op verzoek van
de meest gereede partij,
Geheel nieuw is de bepaling dat ook loon be
taald wordt voor het redden van opvarenden van
een schip, onverschillig of zij zich nog op dat
schip bevinden of niet.
Echter is de vergoeding, die niet ten laste van
den geredde (die er mee gered en tegelijk geru
ineerd kon zijn) begrepen in het hulploon en in
elk geval niet hooger dan f 300 per persoon. Men
zou wel kunnen vragen of een menschen-leven
althans in tal van gevallen niet meer waard is,
doch de wetgever heeft natuurlijk ook rekening
gehouden met de belangen van de reederij aan
welke hulp is verleend. Stelde men geen maxi
mum dan zou men b.v. bij het oppikken uit zee
van een artiest als Mengelberg, of een veel belo
vend kamercandidaat die het benoodigde stem-
mencijfer echter nog niet heeft kunnen halen, al
te exorbitante eischen kunnen stellen.
Voor het hulploon mag men de goederen onder
zich houden of beslag leggen tot cautie is ge
steld; gelukkig voor de opvarenden is dit te hun
nen opzichte niet bepaald.
Ik mag niet nalaten ten slotte als mijn overtui
ging uit te spreken dat ook de zeevisscherij, inet
wier belangen rekening is gehouden, door deze
nieuwe wet zeer zeker zal zijn gebaat ön levens
hulde te brengen aan prof. Molengraaf, die door
zijn uitstekend ontwerp en al zijn bemoeiingen
voor de totstandkoming, de geestelijke vader van
deze wet is. N Rott. Ct.
PLAATSELIJK NIEUWS.
IJMUIDEN
Voor het Mulo-examen, diploma
A, zijn te Alkmaar geslaagd A. M. P.
Dik, H. W. Koningsteyn, C. Oort en T.
Peek, allen alhier.
Van school A hebben dit jaar 12
leerlingen deelgenomen aan het M. U.
L. O.-examen, die allen een diploma
verwierven. De namen der geslaagden
zijn: N. Bais, J. Broek, R. Dekker, A.
Dik, G. Hoogendijk, N. Hoogenwerf, A.
Langbroek, R. Licht, H. Koningstein,
N. Kroone, C. Oort en Tr. Peek.
De autobus, welke den dienst
KatwijkIJmuiden onderhoudt, is
weer omgeslagen. Het gebeurde thans
nabij den „Ruygen hoek1' onder Noord
wijkerhout. De bus was vol passagiers,
waarvan er eenige werden gewond
door de glasscherven der gebroken rui
ten. Ernstige kwetsuren liep gelukkig
niemand op, zoodat ook dit ongeval
nogal gunstig afgeloopen is.
Gevonden voorwerpen en dieren.
Een horloge, een kind er dekentje, een
gordijn, een koperen gewicht, een
geitje, een beugeltaschje, een kijker,
een portemonnaie met inhoud, twee
huissleutels, een dameshorloge, een
transportrijwiel, een portemonnaie met
inhoud, een sjaal, een ceintuur, een
damestaschje met inhoud, twee kippen
Vereeniging „Onder Ons
Voor het a.s. speelseizoen heeft het
Bestuur van bovengenoemde vereeni
ging een overeenkomst gesloten met
het „Schouwtooneel" te Amsterdam
voor het geven van 3 voorstellingen te
IJmuiden, en wel op 27 October, 8 De
cember en 2 Februari e.k.
Het speelseizoen zal op 27 October
a.s. worden geopend met de opvoering
van „Haar Groote Dag", tooneelspel in
3 bedrijven door H. A. van der Feen. In
clit stuk speelt Mevrouw van der
Horst—van der Lugt Melsert de hoofd
rol en de heer J. B. Schuil, de bekende
tooneelrecesent schreef indertijd over
het stuk als volgt:
„Mevr. van der Horst heeft zich de
zeldzame gelegenheid tot sterk drama
tisch spel niet laten ontnemen. Zij
heeft den bijna onmenschelijken strijd
prachtig gegeven. Zij, die op het too-
neel direct spel willen zien, zullen van
dit tooneelspel genieten omdat Mevr.
van der Horst hierin in haar volle
kracht is. Voor de knappe tragedienne
van het Schouwtooneel was het een
„Groote Dag". Als geheel een opvoering
met prachtige speelmomenten van een
sterk speelstuk, dat bij het publiek
blijkens de vele keeren „halen" zeer
warme waardeering vond."
Omtrent de beide andere door het
Schouwtooneel te brengen stukken
worden nog onderhandelingen ge
voerd. Waar het Schouwtooneel bij
„Onder Ons" steeds groote successen
mocht boeken met de gebrachte too-
neelwerken, vertrouwen wij, dat in het
а.s. seizoen de leden van „Onder Ons"
weer eenige prettige avonden in het
vooruitzicht hebben.
VELSEROORD.
Maandagavond is op den hoek
van Stationsweg en Kalverstraat een
14-jarige jongen, S. genaamd, aange
reden door een motorrijder, waarbij
de fiets van den jongen geheel ver
nield werd. De motorrijder zou de
schade vergoeden.
VELSEN.
CONCERT
te geven door de
Harm.-Vereen. „Kunst na Arbeid*',
Dir. de 'heer H. Amse,
hedenavond half acht, in het Park
Velserheek.
PROGRAMMA:
1. Boute en Train, Marsch,
Many Wijngaard.
2. Fantaisie sur l'Opera Tancréde,
G. Rossini.
3. Messidor Ouverture,
Fernand Andrieu.
4. Vooruit, Marsch, D. Bouwens.
PAUZE.
5. Radio Marsch, W. van Hoeren.
Ouverture Fédérale, L. Blémont.
7. Eloa Ouverture, F. Mourgeu.
8. Florica, Valse, L. Golesteanu.
9. Tout Charnay pas Reboublé,
A. Delbecq.
Ringrijderij.
In de Donderdagavond gehouden
vergadering van de ringrjjdevsvereeni-
ging „De Prins", welke zeer druk was
bezocht, zijn na een geanimeerde ge-
dachtenwisseling, de volgende beslui
ten genomen. In de eerste plaats wordt
het aanal prijzen voor dames en heeréti
gebracht van 8 op 14, zonder dat dit aan
de waarde der uit te loven prijzen ten
nadeele zal komen. Zooals bekend mag
worden verondersteld, zijn de prijzen
steeds waardevol.
Verder zijn kunstvoorwerpen aange
boden door de heeren K. de Boer en H.
H. Meyer, welke worden beschikbaar
gesteld voor het mooist versierde rij
tuig en het mooist getuigde paard, ter
wijl eveneens zal worden gelet op de
costumes der rijders en rijderessen.
Voorts heeft nog de heer .T. Kuiper,
de eigenaar van hotel „De Prins", een
zilveren wisselbeker beschikbaar ge
steld, deze beker moet tweemaal ach
tereens of driemaal in het geheel wor
den gewonnen door denzelfden persoon
om in het bezit, van den winnaar te ge
raken.
De ringrijderij zal worden gehouden
op 19 Augustus en samenvallen met de
feesten der winkeliers vereeniging al
hier. De feesten en de hieraan verhon
den optocht, zullen worden opgeluis
terd door de bekende Beiersche Kapel.
Zooals men dus ziet, doet de vereeni
ging alles, wat in haar vermogen is, om
de feesten weer even zoo tot hun recht
te doen komen als vorige jaren.
Het uitstekende terrein en de goede
organisatie zullen wel weer veel lief
hebbers doen deelnemen.
Mooi succes der Gezondlieiscommissie.
Naar wij vernemen is bij do Gezond
heidscommissie alhier bericht ingeko
men van den Inspecteur der Volksge
zondheid, dat op een conferentie, die
29 Juli plaats heeft gehad tusschen
eenerzijds den hoofdingenieur van den
Rijkswaterstaat in het arrondissement
Noordzeekanaal, den heer ICesner, di
recteur der R. I. Z. A. (Rijksbureau v.
inspectie en zuivering van afvalwater),
en bovengenoemde inspecteur der
Volksgezondheid en anderzijds de di
rectie van de N.V. Ver. Kon. Papierfa
brieken der firma Van Gelder Zonen,
genoemde directie onomwonden de
gegrondheid van de ingekomen klach
ten omtrent de verontreiniging van het
water van het Noordzeekanaal toegaf
en beloofde binnen 6 maanden een
voorstel te zullen doen, omtrent te ne
men maatregelen, om daarin verbete
ring te verkrijgen.
DRIEHUIS
Door den Architect W. M. Dudok,
te Hilversum, is namens de Vereeni
ging voor Facultatieve Lijkverbran
ding, aan A. van Hoften, Aannemer,
Paul Krugerkade 25 te Haarlem, opge
dragen het bouwen van een „Columba
rium" nabij het Crematorium op de
Begraafplaats „Westerveldi" voor den
som van f 59.249.
SPORT.
KORFBAL.
Propaganda.
De propaganda-commissie van den H. K. B. ver
zoekt ons het volgende betreffende den stand der
propaganda mede te deelen.
In Halfweg is thans door de voetbalclub „Half
weg Vooruit" een korfbal-afdeeling opgericht.
De oefeningen vinden voorloopig op Dinsdag- en
Donderdagavonden plaats. Op laatstgenoemde
avonden wordt onder leiding van een der leden
van de propaganda-commissie geoefend. Ook de
voetbalclub „T. H. B." heeft een korfbal-afdeeling
opgericht, welke op Dinsdagavonden en even
eens onder leiding van een lid der propaganda-
commissie oefent.
In beginsel werd besloten om aan het verzoek
van „T. H. B." tot het organiseeren van een pro-
paganda-wedstrijd HaarlemAdvendo op haar
terrein te Heemstede te voldoen.
Op verzoek van „de Kraaien" te Hillegom werd
besloten aan deze club alle medewerking bij de
aldaar te voeren propaganda te verleenen. Het
H. K. B.-bestuur zal o.a. in overweging worden
gegeven om op 30 Augustus a.s. te Hillegom een
wedstrijd Haarlem-Den Haag om den Stads
editie-korfbalbeker te doen plaats hebben.
Aan Ulysses zal worden verzocht mede te dee
len, of de commissie haar op eenigerlei wijze bij
de propaganda kan steunen.
Ter vergadering bleek, dat de groote clubs
Haarlem en Advendo in ledéntal goed vooruit
gaan. Haarlem heeft bovendien een sterke adspi-
rauten-afdeeling. Ook van N. V. kwamen gunsti
ge berichten omtrent ledental, aantal adspiran-
ten, enz, in.
Turnvereenlflliifl „IJmuiden".
Mogen we de belangstellenden voor
de fietstocht nog even herinneren dat
het vertrek bepaald is op morgenoch
tend 7 uur van het Willemsplein?
Traditiegetrouw gaan we ook dit
jaar weer eens naar Bergen. In ieder
geval verwachten we dat de deelnc-
j mers van onze vorige fietstocht naar
Noordwijk, welke zoo goed geslaagd is,
I ook nu weer present zullen zijn.
1 Indien de weersgesteldheid zulks
I toelaat zijn we van plan in een van de
badplaatsen een bad te nemen, zoodat
de liefhebbers daarvoor verzocht wor
den hun zwempak mede te nemen.
1 Ditmaal dus niet per „beenenwagen",
zoo U ziet, maar per fiet9 „Voor elck
wat wills"! Veel plezier, lui!
i SparUcus.