üeisjes
IJ. V, V. STORMVOGELS
V. I. 0. S.
TREKVOGEL?1.
Viascherjj en Scheepvaart
kans behield. Deze plaatst den bal achter. Vai
de uittrap af neemt de Iinkerwing het leder mee.
Den voorzet mist Houtkamp, waarna Blinkhóff
hard inschiet. Van den Brink is echter in vorm
en stopt ook dit schot. Dan scoort 't Gooi uit
door de Valenca genomen corner door Meinsma
op fraaie wijze den gelijkmaker (11). En voor
men goed en wel van de schrik bekomen is, pro
fiteert de rechterwing der bezoekers van een
traag aanvallen van Bakker en voltrekt Meilof
hel vonnis. (12).
Dit is den Stormvogels toch wel wat al te bar
en verwoed vallen zij aan. Alleen Visser is thans
totaal de kluts kwijt, waar tegenover staat, dat
Oldenburg steeds beter werd, vooral, nadat hij op
prachtige wijze had gelijk gemaakt (22). Hij
zendt nog tai van mooie schoten in. Een dezei
stopt Van Schaick nog juist voor de doellijn, v.
Brink toonde zich in deze periode een uitstekend
doelman.
Aan den overkant heeft 't Gooi bepaald pech,
wanneer Wentink tegen de lat kopt. Den terug-
springenden bal zal Meilof juist inschieten, als
Bakker hem zulks belet en aldus een vrij zeker
doelpunt voorkomt. Als dan Thyssen nog
schot van Takes vallend heeft gestopt kondigt
Israels het einde aan.
OFFICIEELE MEDEDEELINGEN.
Uitslagen j.l. Zondag gespeelde wedstrijden.
Stormvogels I't Gooi 2-
Blauw-Wit IIIStormvogels II 2-
Stormvogels IIIStormveld I 0
E. D, O. VStormvogels IV 4
V, S, V, IIIStormvogels V 05
A.s. Zondag wordt gespeeld,
STORMVOGELS III—HALFWEG II 12 uur.
STORMVOGELS IV—V. V. H. II 12 uur,
STORMVOGELS V—V. S. V. III 2 uur.
OFFICIEELE MEDEDEELINGEN.
Wedstrijden van Zaterdag 7 Nov. uitgesteld.
Voor Zaterdag is vastgesteld:
Kennemerland IVios I 2.30 uur.
Vios IIKennemerland II 2,30 uur.
Voor het eerste elftal vertrek van de brug om
1.30 uur. Allen present.
OFFICIEELE MEDEDEELINGEN.
De wedstrijden van Zaterdag 7 November zijn
vanwege de weersgesteldheid uitgesteld.
Voor Zaterdag 14 November is vastgesteld.
Ulysses ITrekvogels I 2,30 uur.
Trekvogels IIH. A. M. I. T. 2.30 uur.
Mocht het eerste elftal spelen, waarop de kans,
in verband met,.de slechte kwaliteit van het Ulys-
ses-terrein niet groot is, is het vertrek gesteld op
'kwart voor twee per auto vanaf de brug.
Voor het tweede elftal rekenen wij op de eerste
overwinning.
GEMENGD NIEUWS.
Er is geen deugdelijker middel voor
bet verkrijgen en behouden van een
fraaie Huid van Handen en üelaat, dan
30 60-90 ct.
KAMER VAN KOOPHANDEL.
In een concept-schrijven, gericht aan den
minister van Financiën spreekt de Kamer van
Koophandel als haar oordeel uit, dat zij in het
adres van de IJmuider Vischhandelvereeniging de
bezwaren van genoemde vereeniging inzake de
artikelen tarbot en tong ten volle onderschrijft en
dringt er mitsdien met die vereeniging op aan,
deze artikelen van het gewijzigd ontwerp-Zegel-
wet te schrappen.
De afdeeling Handel en Nijverheid van het
Departement van Arbeid, Handel en Nijverheid
deelt mede, dat de invoerverboden in DuitschTand,
behoudens enkele uitzonderingen, met ingang van
1 October zijn opgeheven; zoomede verschillende
invoerverboden op alcoholhoudende dranken en
producten.
De K. v. K, wijst in een concept schrijven,
gericht aan den Spoorwegraad, op de slechte ver
binding in de ochtenduren tusschen IJmuiden-
Veisen eenerzijds en UtrechtEdeArnhem
derzijds. De ochtend sneltrein naar Arnhem, trein
43, vertrekt om 8.30 v.m, uit Amsterdam Centraal
Station, terwijl op hetzelfde moment in Amstcr-
U dam aankomt trein 2106/2206, die aansluit op trein
2304, welke om 7.27 v.m. uit IJmuiden vertrekt.
De eerste tuberculose-film.
In een der zalen van „De Twee Steden" op het
Buitenhof te 's Gravenhage werd Maandagmiddag
naar de Tel. meldt, door de Ned. Centr. Ver. tot
Bestr. der Tuberculose voor tal van genoodig-
den de Eerste Nederlandsche Tuberculose Film
vertoond.
De Beschermvrouwe der vereeniging H, M, de
Koningin-Moeder vereerde deze bijeenkomst met
haar tegenwoordigheid. Uit.de geneeskundige we
reld waren tal van bekende figuren aanwezig w.o
generaal-majoor Sckuijver, inspecteur van der
Geneeskundigen Dienst bij de Landmacht, Schout
bij nacht P. J. Vastenau, inspecteur van den Gë-
neesk. Dienst van de Zeemacht, baron Röell, twee
de voorzitter van het Roode Kruis.
De heer J. B. F. van Gils, secretaris-pennning-
meester der vereeniging,. sprak een kort woord
ter inleiding. Hij wees er op, dat in ons land
reeds vroeger luberculose-films zijn vertoond. Zij
waren echter alle van vreemden oorsprong, er
waren daarom in verschillende opzichten voor on-
zen landaard minder geschikt. Het bestuur der
vereeniging was zich wel de propagandistische
kracht van de rolprent in den strijd tegen de tu
berculose bewust, maar beschikte niet over de
noodige geldmiddelen.
Toen een bescheiden fondsje bijeen was, werden
de heeren Putto en Van Staveren, de directeur
van den Gemeentelijken Schoolbioscoop, en spre
ker tot filmcommissie aangewezen. Die opdracht
wits niet zoo heel eenvoudig. Wie eenig begrip
heeft of wel eens gehoord heeft van de reusachti
ge bedragen, die voor films besteed worden, zou
verstomd staan, als hij het betrekkelijk luttele be
drag vernam, waarmede zij moesten beginnen. Bij
de beoordeeling van het werk moet men daarmee
rekening houden. Het moge al waar zijn, dat op
een film alles te bereiken en te verwezenlijken is,
de waarheid van deze stelling is dan toch recht
streeks afhankelijk van het geld, dat men ervoor
- beschikbaar heeft.
Nog in ander opzicht had de commissie móeir
lijkheden te overwinnen. Ten einde de belang
stelling der toeschouwers gespannen te houden,
moest er een draad, een geschiedenisje door de
film loopen. Dit verhaaltje mocht echter vooral
niet hoofdzaak worden, en geen afbreuk doen aan
het hygiënisch-opvoedkundig karakter van de film.
Het zou gemakkelijk geweest zijn, ook al bleef
men strikt bij het onderwerp, n.l. de tuberculose
en hare bestrijding, een sterk dramatisch beeld
op te hangen. Het onderwerp leent zich daar bij
Uitstek toe. Maar waar men er steeds tegen moet
waken, de z.g, „tuberculosevrees" op te wekken,
mocht men ook dien weg niet uitgaan. De schets
van de film is na eenige voorbesprekingen ont
worpen door het lid der commissie, de heer Put
to. Onnoodig te zeggen, dat tijdens de uitvoering
van onze plannen nog al eens verandering en wij
ziging in details noodzakelijk bleek. Maar in
Jroote lijnen is toch de opzét, zooals hij in het
jegin was ontworpen, gevolgd
Aan welwillende, belanglooze medewerking heeft
het de filmcommissie niet ontbroken. Allen, die
rechtstreeks of zijdelings aan Jiet welslagen van
ons werk hebben bijgedragen brengt de commissie
hier graag nog eens openlijk dank, in het bijzon
der aan den heer Willy Mullens, die met zooveel
kennis van zaken en met zooveel toewijding zijn
beste krachten aan de film heeft gegeven, Hoe
grooter die moeilijkheden werden, des te grooter
werd ook de ambitie van den heer Mullens. Het
leek soms, of het slagen van dit werk voor hem
een eerezaak was,
Spr. vroeg ten slotte aandacht voor de film,, die
een krachtig wapen zal blijken in den strijd tegen
de tuberculose.
De film, die vervolgens werd afgedraaid, draagt
tot titel: Achter de wolken schijnt de zon. Ze geeft
allereerst het armoedige interieur van de -«woning
van een schoenmaker, die zelf ziek le bed ligt.
Vader heeft tuberculose en kan slechts met veel
moeite zijn werk doen, wat in de huiskamer ge
schiedt te midden van het gezin. Vader spuwt er
lustig op los en is zich van het gevaar daarvan
voor zijn kinderen niet bewust. Een dochtertje
vertoont reeds verschijnselen der gevreesde ziek
te en de .schoolarts raadt aan haar te laten on
derzoeken. Eerst wil de vader er niet van weten,
toevallig raak't hij in een tuberculose-mu-
seum verzeild en ziet daar de gevolgen der ziekte
in schrille kleuren gefeekend. Dan komt hij tot
inzicht van 't gevaarlijke karakter der t.b.c. en
hij spoedt zich naar huis, vastberaden zich en zijn
kinderen te laten onderzoeken.
Het geneeskundig onderzoek wijst uit, dat va
der in een sanatorium moet worden opgenomen
en zijn dochter den boer op moet in de vrije na
tuur.
Eenige maanden later. Vader is prachtig voor
uitgegaan en op weg naar beterschap. Hij beseft
thans ten volle de waarheid in 'i versje:
Reinheid op lichaam, voeten, handen,
Reinheid van uw ooren, neus en tanden,
Reinheid levert op den duur gewin,
Reinheid zij de trots van uw gezin!
Ook het dochtertje is geheel opgeknapt en ein
delijk ziet men het gezin weer geheel compleet
en gezond rond de tafel in de huiskamer. De zon,
die achter de wolken was schuil gegaan, straalt
weer in vollen luister
Eenvoudig maar treffend is deze geschiedenis op
de film weergegeven. De beelden zijn sober maar
duidelijk .en spreken tot den toeschouwer.
Ongetwijfeld zal er van deze rolprent een groo-
te propagandistische kracht uitgaan.
Katwijk getransporteerd. Op hetzelfde schip was
de matroos H., die op zee door het rollen van
een watervat over het dek, aan zijn been gewond
was. H. werd onder behandeling van Dr. R.
steld.
Van de IJmuider haringvloot kwam sedert
de vorige opgave binnen de stoomlogger Maria
Anna Klein IJ.M. 330 met 220 kantjes volle en
160 kantjes steurharing.
Het hoofdbestuur van de hoofdafdeeling
zoetwatervisscherij der Ned, Heidemaatschappij
heeft in een adres aan den minister van landbouw
verzocht, een onderzoek te doen instellen naar
het voorkomen van dolfijnen ,op de benedenrivie
ren en naar de door deze aangerichte schade en,
zoo noodig, maatregelen te treffen om de schade
i deze dieren te beperken. Ook bestrijding van
de steeds talrijker wordende zeehonden acht het
hoofdbestuur in het belang van de visscherij.
- Hevige stormen hebben de Zuidelijke er
Oostelijke kusten van Engeland geteisterd, en ve
le schepen verkeerden in moeilijkheden. Vooral
ten opzichte van de haringvloot van Yarmouth en
Lowestoft, die in de Noordzee door den storm
werd overvallen, wordt groote bezorgdheid ge
koesterd. Tot Zaterdag toe zijn echter geen be
richten over verliezen binnengekomen.
- De „Morning Post" verneemt uit Hickling
(Norfolk), dat de rivierarm aldaar groote overeen
komst vertoont met een doode zee.
Duizenden visschen, vooral paling, brasem en
zeelt, drijven aan de oppervlakte. Het water
scheen onder zijn bewoners slechts dood en ver
derf te kunnen verspreiden.
De malaise in het haringvisscherij-
bedrijf.
Het gaat met de haringvisscherij niet naar
wensch. Er is een ernstige malaise in het bedrijf,
waarvan de gevolgen nu reeds merkbaar zijn en
die zich weldra sterker zullen accentueeren,
De voorspelling der reeders, die wij indertijd
weergaven in onze artikelen over het Schevening-
sche haringvisscherijbedrijf, n.l. dat nu, na de
moeilijke na-oorlogsche jaren, een betere tijd
voor het bedrijf zou aanbreken, blijkt niet be
waarheid te zullen worden. Integendeel, het heeft
er veel van, dat 1925 een der slechtste jaren voor
de visscherij zal worden.
Het „Visscherijblad" vertelt, dat in dit jaar, aan
de visscherij deelnamen 59 stoom-, 36 motor- en
381 zeilschepen, welker productievermogen dus
gelijkgesteld moet worden met dat van 589 zeil-
ggers.
Dit jaar heeft deze heele vloot tot heden lom
streeks einde October) aangevoerd een hoeveel
heid van ongeveer 214,330 kantjes haring, en ver
leden jaar bedroeg de totale aanvoer tot denzelf
den datum ongeveer 383,400 kantjes.
Uit deze cijfers volgt, dat tot heden de gemid
delde aanvoer per zeillogger heeft bedragen 364
kantjes, per motorlogger 619 kantjes, en per
stoomlogger 910 kantjes haring; tegen verleden
op denzelfden datum per zeillogger 762
Onbewaakte overwegen.
Van de zijde van hét R. K. W, V. wordt aan
,De Maasbode" gemeld:
Naar aanleiding van het request, dat door het
R.K. Werkliedenverband gezonden werd aan de
Directie der Nederlandsche Spoorwegen en den
minister van Waterstaat omtrent de onbewaakte
overwegen, ontving het Verbond van verschillende
zijden bewijzen van instemming. Daarbij zijn er,
waarin zonder meer de wenschelijkheid wordt ge
uit, dat hét verzoek succes moge hebben, maar
ér zijn er ook bij, waarin wordt medegedeeld, dat
langs den door het Verbond aangegeven weg een
oplossing zou zijn te verkrijgen en zelfs bepaalde
systemen, worden aanbevolen.
Het blijkt, dat het vraagstuk in breeden kring
als urgent wordt aangevoeld.
De directie der Nederlandsche Spoorwegen
lieeft ook geantwoord en wel in het volgende:
„In antwoord op nevenaangehaald schrijven dee-
len wij u mede, dat er voor de waarschuwing bij
onbewaakte overwegen door middel van lichtsei
nen of schellen reeds verschillende inrichtingen
zijn uitgedacht of beproefd.
Wij zijn echter van meening, dat deze het gevaar
bij onbewaakte overwegen vergrooten, omdat zul
ke automatische toestellen niet zoodanig tte ma
ken zijn, dat weigeren is buitengesloten en dat in
dit geval het publiek, dat op de toestellen ver
trouwt, zich aan een grooter gevaar blootstelt dan
wanneer men weet op eigen oplettendheid te zijn
aangewezen.
Wij zijn daarom niet voornemens tot toepassing
van zulke toestellen over te gaan."
't Spreekt vanzelf, zoo besluit de mededeeling
van het R, K. W. V., dat met dit antwoord niet
als afgedaan kan worden beschouwd.
Men denke zich van een standpunt, als door de
Directie dér Nederlandsche Spoorwegen ten op
zichte van de onderhavige kwestie ingenomen, de
consequenties eens in.
De
Export naar Engeland.
K. v. K. te Rotterdam vestigt de aandacht
van belanghebbenden bij den export naar Enge
land er op, dat zij hun goederen, als daarop eenig
etiket of merk met Engelsche woorden voorko
men, moeten merken: „Made in Holland" en wel
op duidelijk zichtbare wijze. Wanneer er een eti
ket gebruikt is met woorden of zelfs één woord in
de Engelsche taal, dan moet dit etiket en wel op
dezelfden kant als dien, waarop de Engelsche
woorden staan, met den naam van het land van
herkomst gemerkt worden. De te dien opzichte
bestaande bepalingen in Engeland worden met
groote strengheid toegepast.
VISSCHERIJ.
De logger Willy K.W. 61 van de Mij. Voor
uitgang, kwam Zondag binnen met den schipper
gekwetst, wat ontstaan was bij het verwerken
van de reep. De man werd naar zijn woning in
cantjes, per motorlogger 1295 kantjes, en per
stoomlogger 1885 kantjes haring.
In 1924 namen aan de haringvisscherij deel 55
stoom-, 30 motor- en 315 zeilschepen, welker ge
zamenlijk productievermogen gelijk gesteld moet
worden met dat van 503 zeilloggers.
Statistisch is voorts vastgesteld, dat in de laat
ste jaren de vangst-capaciteit van stoom-, motor
en zeilharingschepen zich onderling verhoudt als
25 17 10. De stoomschepen toonen dus een
vangstvermogen, dat 21/n maal zoo groot is als
dat der zeilschepen, terwijl dit vroeger niet meer
dan 11/„ maal -zoo groot was.
Er zijn verschillende oorzaken aan te wijzen,
welke debet zijn aan deze, voor de zeilvaartui-
gen inzonderheid, minderwaardige vangsten en
bedrijfsuitkomsten.
Wij hadden dezer dagen aldus lezen wij in de
Haagsche Courant, een onderhoud met den heer
L. J, van Gelderèn, directeur van een der groot
ste reederijen te Vlaardingen en voorzitter der
Reedersvereeniging, die ons over een en ander
interessante mededeelingen deed.
Hij stelde voorop, dat in de eerste plaats de
oorzaak van het kwaad móet worden gezocht in
den achteruitgang van den vischstand, tenminste
op die plaatsen, waar men sinds jaar en dag zijn
netten uitwierp, n.l. om den Noord, op de Dog-
gersbank en onder de Engelsche kust. Hoe die
vermindering van- het haringtal te verklaren valt,
is niet met zekerheid te zeggen. De wetenschap,
die zich met het verschijnsel bemoeit, weet er
voorloopig nog geen antwoord op te geven en zal,
naar men vreest, dit wellicht eerst gevonden heb
ben, als het pleit reeds beslecht is.
Maar ook de practijk zoekt vergeefs naar een
goede verklaringen kan slechts enkele factoren
met zekerheid vaststellen.
In de eerste plaats behoort hiertoe de trawl
visscherij, welke door Hollandsche, Engelsche,
maar vooral Dnitsche schepen wordt beoefend.
Wij wezen daar in onze vroegere artikelen reeds
öp.
De langs den zeebodem voortgesleepte zware
netten vernielen oji hun weg al het broed der
haring en schelvisch en beletten daarmede de
teelt van jonge dieren. Bovendien wordt onherstel
bare schade toegebracht aan de flora op den bo
dem, welke dienstig is aan de zuurstofvoorziening
van het water.
De singelvisscherij of snurrevaat, vooral door
Deensche visschers beoefend, is r-.instcns even
verderfelijk voor het haringbroed, maar niet zoo
gevaarlijk, omdat'.slechts weinig vaartuigen er aan
deelnemen.
Dan is er de pufvisscherij, die evenwel minder
de haringvisscherij, dan \yel die op bot tn schol
schade berokkent. Puf is het eendenvoer, dat bij
tienduizenden. K.G. in de eendenparken te Volen-
dam wordt verbruikt en bestaat uit nulUoeneu on-
dermaatsche vischjes, piepjonge botjes, scholletjes
scharretjes. Al dit onvolwassen goed wordt
door kustschokkers weggevangen en aan de
markt gebracht of onderhands verkocht.
Door den directeur van de IJmuider haven zijn
indertijd schrikbarende cijfers gepubliceerd be
treffende deze roofvisscherij, die, wanneer er niet
spoedig maatregelen tegen getroffen worden, on
herstelbare schade dreigt aan te richten.
Al een paar jaar geleden is de Regeering op dit
gevaar geattendeerd en heeft men haar verzocht
een verbod tot het aanvoeren en verkoopen van
ondermaatsche visch uit te vaardigen. Maar tot op
heden blijkt er niets aan te worden gedaan en
woekert het kwaad steeds voort. Aan bet depar
tement is men wellicht d# meening toegedaan, dat
een zoodanige regeling internationaal behoort te
zijn, wil zij eenig nuttig effect sorteeren, maar
daar staat weer tegenover, dat toch één land het
eerste moet zijn, om de gewenschte maatregelen
te nemen, opdat daarna de andere zouden volgen.
Om dezelfde reden is ook moeilijk de moorden
de trawlvisscherij aan banden te leggen. De zee is
internationaal en vrij en alleen onderlinge samen
werking der belanghebbende naties kan hier ver
betering brengen.
Dit wat betreft de waarneembare factoren voor
den achteruitgang van den vischstand. Maar er is
meer. De haring blijkt haar vaste paaigronden te
hebben verlaten en het opsporen van de nieuwe
broedplaatsen is nog niet gelukt.
Vroeger voer men zonder verwijlen en met de
beste kansen op een goede vangst naar den Noord
in het begin van het seizoen, om met de haring
xnede zuidwaarts af téb zakken, naar de Doggers-
bank, de Engelsche kust en het Kanaal. Nu zijn
de vangsten hier juist heel gering geweest en
sommige reizen zelfs mislukt. Bovendien bleek het
product aanmerkelijk minder van kwaliteit, dan
dat van het vorig jaar.
Daarentegen blijkt de visscherij in het Kanaal,
welke voorheen van weinig beteekenis was, dit
maal zeer gelukkig, ofschoon slechts stoomsche-
pen hiervan ten volle kunnen profiteeren, wijl de
zeilers in verband met storm en stroom slechts
sporadisch een kans kunnen wagen,
De diepte, waarop de haring zwemt, blijkt mede
onberekenbaar en op plaatsen, waar vroeger het
drijfnet het best bruikbaar was, is nu een diep-
hangend net noodzakelijk. Het omgekeerde doet
zich even zoo vaak voor. Op ettelijke wijzen wordt
zoodoende de visscher van de wijs gebracht en
zijn zekerheid en vertrouwen ondermijnd. De vis
scherij wordt èen 'lukraak uitwerpen van de net
ten, op hoop van zegen.
Ook aan de veranderde richting der zeestroo-
mingen en de daarmee gepaard gaande tempera
tuurswisseling, schrijft men de vermindering van
den vischstand toe. Voorts schijnt het plankton, de
microscopische, vischachtige diertjes, welke de
haring tot voeding strekken, sterk te verminderen,
hetgeen evenzeer een nadeeligen invloed uit
oefent.
Het abnormale weer der laatste jaren, de voch
tige, zachte winters en de daarop heel veel gelij
kende zomers, mist evenmin zijn invloed en zoo
zouden, zonder eenigen twijfel nog verscheidene
andere factoren zijn aan te voeren.
Met de slechte vangsten gaan bedenkelijke be
drijfsuitkomsten hand in hand, hoewel dit laatste
zijn oorzaken ook nog ergens anders in vindt.
De haringvisscherij, en hierop legde de heer
van Gelderen den nadruk, is voor een belangrijk
deel niet met haar tijd meegegaan. Evenals de
loggers de lichte bommen verdrongen, eischen nu
de stoomschepen hun plaats op en blijkt het te
vens, dat de zeilvaartuigen hun tijd hebben gehad.
Vooral nu de haring over de geheele Noordzee
moet worden gezocht, komt het des te sterker
uit,, dat de stoomers door hun veel grooter snel
heid van beweging, alles voor hebben op de zei
Iers. Dit verschil spreekt zelfs zoo sterk, dat,
waar de zeilloggers nagenoeg zonder uitzondering
verliezen opleveren, de stoomschepen het bedrijf
nog rendabel kunnen houden, zij het ook, dat de
uitkomsten beneden peil blijven.
Zeilschepen voor de visscherij moeten uit den
tijd worden geacht, temeer, waar het behoud er
van door de abnormaal hooge kosten van zeilen
en touwwerk permanent groote uitgaven zal blij-
:n eischen.
De arbeidswetgeving oefent eveneens op eer
seizoenbedrijf als de visscherij een funesten in
vloed. De hooge gages der schepelingen, welke
overigens toch in overeenstemming met de alge-
meene kosten van levensonderhoud zouden zijn
gebracht, spelen in dit verband geen overwegende
rol. Bedenkelijker staat de zaak t. a. van de pre
mie op de verplichte ouderdomsverzekering, wel
ke voor iederen schepeling moet worden betaald,
en de groote uitkeeringen bij overlijden op zee.
Aan den wal ondervinden de schippers dage
lijks de nadeelen van den beperkten arbeidstijd.
Spoedreparaties, welke met het oog op het aan
stonds weer uitvaren naar den vischgrond, ónmid
Waar gesproken wordt van de
hun tijd gehad hebben, dient dit i>;„!
lijk te worden opgevaf. Een feit is l alk
zoover en zoolang de huidige toestand
de grootendeels verlaten aloude va V°°
de daarmede gepaard gaande moeilik
zeer verspreid liggende en moeilijk v
len tegenwoordige verblijfplaatsen d» 1
vinden en te bereiken, de zeilloger ni
lijk zal kunnen rendeeren en de mogelv6
dit vischschip-type om met succes H
uit te oefenen, ver ten achter staat
en stoomschip,
Mocht er in dezen toestand echter
wending komen, wat mogelijk is, en
de visscherij kwantitatief verbeteren
plaatsen zich stabiliseeren, dan zou
volstrekt niet onbruikbaar zijn.
Wat aangaat den loontoestand deze li
al ook betrekking op en werkt y?
de werkzaamheden aan den wal, als d
der kuipers, boetsters, van het waW8
inzonderheid de kosten van reparatie
wing der schepen.
Tevens vestigt de heer van Gèldéten o
dacht op het hand over hand toenéJ
schijnsel van den invoer van in Engelam
brachte en hier geïmporteerd wordende
welke op sommige tijdstippen zeer beL,
de prijzen' der Holandsche aanvoer
nlaag drukt.
Daargelaten of hiertegen moet Worde,,,
den, moet het importeeren van vreemd
die hier als Hollandsch product wordf
en geëxporteerd, bij den toch reedUrnslig1
stand in het visscherijbedpijf, als een f.
scbouwd worden, welke op de wajtlje
eigen product- en daardoor op de reAi30
het bedrijf, een nadeeligen invloed uH0ty
De Raad voor de Scheepvaart U
spraak gedaan inzake de machines^
boord van het stoomvisschersvaarluig
van
IJ.M. 36.
De Raad is van oordeel, dat dit om
veroorzaakt, doordat met den stoom»
meegekomen in den H. D. cylinder, welk
dringen van water op zijn beurt veroon fc
door de hevige slingering, welke het sci 3
te. Dit ongeval ware voorkomen, indien
ders van boven waren voorzien van
kleppen, welk veiligheidsmiddel op kleit
pen meestal wordt toegepast. Een geval
onderhavige, dat zeer gemakkelijk lol li
persoonlijke ongelukken had kunen leideal),
wel aan, dat die veiligheid ook op. kleine
ten zeerste aanbeveling verdient.
Het optreden van den eerste machinist
se moet worden geprezen. Hij heeft ojJ i,
ongunstige omstandigheden en met ba (p,
hulpmiddelen een hulpdeksel gemaal) m
thuisreis op M. en L.-cylinder gemaakt,
Gisteravond ontdekte het havehpervc |ii
de Zuidzijde der visschershaven dat /i
drifter Annie IJ.M. 8, begon te zinken,
was dien dag gerepareerd en nu was err
blijven openstaan. De schipper werf
schuw, die de fout herstelde. Voor den
werd de Annie in de haringhaven op In
gezet en hedenmorgen leeggepompt, Das |j,
alles in orde is, kan het vaartuig nogb-e
visscherij vertrekken.
SCHEEPVAART.
IJmuiden. Aangekomen 8 Nov,: Trits
Ms. politie-kruiser, Noordzee.
Vertrokken 7 Nov.: Eretza Méndi, al,hq,
ledig; 8 Nov, Triton, politiekruisér, ..Nooil
Velsen. Aangekomen 11 Nov.: Törel
Archangel, papierhout, Papierfabriek;
Vertrokken 7 Nov.: Plawsworth, st„ G
niuth, ledig; 6 Nov.: Kalö, st., Amsterdam
lading; 10 Nov.: Slesvig, st., Hoek van
ledig.
dellijk zouden moeten gebeuren, blijven nu niet
zelden een of meer dagen achterwege, wat een In de week van 2 tot 9 November ILr
mislukte reis tot gevolg kan hebben, j te IJmuiden door de Nóordzeeslujzenfisd
Een andere oorzaak van de malaise is voorts de j zee 67 stoomschepen en 2 zeelifchktsïvta
buitengewoon kostbare exploitatie. Met de snelle 56 stoomschepen en 3 zeelichters,
stijging der bedrijfskosten is de prijs van de haring
niet geliik op gegaan. De prijzen zijn verhoogd,
maar niet in die mate, dat het huidige bedrijf daar
door behoorlijk winstgevend kon worden ge
maakt. Bovendien, is het debiet sterk verminderd
sinds Duitschland per 1 October invoerrechten op
haring heft. Voor dien datum heeft dit land zich
blijkbaar volgekocht, zoodat er nu heel weinig
vraag naar het product is. Waar Duitschland tot
nog toe voor bijna 70 pCt. onze vischaanvoeren
betrok, ligt het voor de hand, dat de schade.; wel
ke de visscherij-maatscnappijen door de protectie-
niaatregelen ondervinden, heel hoog is.
Toch behoeft dit laatste nadeel niet vermanent
op het bedrijf te blijven drukken en wanneer de
Nederlanders evenveel visch gaan eten als Duit-
schers, Franschen, en Engelschen, kan de vissche
rij juist in de behoefte voorzien en is export over
bodig geworden.
De Duitsche overheid maakt veel «reclame voor
het gebruik van visch en heeft daarmee prachtige
resultaten bereikt. In Engeland is de visch even
zeer een geliefd volksvoedsel en de speciale
visch-restaurants worden druk Bezocht. Frank-
ijk zag zijn verbruik sinds 1913 bijna verdubbeld.
Niet alleen intense propaganda, maar ook de
edewerking der spoorwegdirecties, die maatre
gelen nemen om het vervoer te bespoedigen en
te verbeteren door het in gebruik stellen van ge
ïsoleerde öf koelwagens, draagt er toe bij om het
vischverbruik te doen vermeerderen.
Volgens de door het Centraal Bureau voor de
Statistiek samengestelde handelsstatistiek over
trof in 1924 de uitvoer van versche zeevisch den
invoer met rond 201/o millioen K.G. bruto, of, de
tarra op 25 pCt. berekend, rond 151/,, millioen
K.G. netto, zoodat van den totalen aanvoer van
ond 371/., millioen, ongeveer 22 millioen: K.G,
in ons land zou zijn gebleven.
De bevolking van ons land gedurende 1924 op
omstreeks 71/, millioen stellend, volgt uit een
INGEZONDEN.
Buiten verantwoordelijkheid der Rethcl
Hulpverleening aan onze laadp
ln het Ruhrgebiad gedurendeI
aanstaanden winter.
voudig deelsommetje dat het gebruik per jaar en
per hoofd slechts pl.m. 3 K.G. bedroeg.
Het Britsche ministerie van Landbouw
Visscherij berekende in zijn laatste jaarverslag het
jaarlijksch verbruik per hoofd aan versche visch
ln Engeland op 383/, pond.
Voor Frankrijk geeft het volgende staatje de
toeneming van het verbruik sinds 1913 aan.: In
1913 bedroeg de eonsumptie 85.400 ton; in 1922
137.200 ton; in 1923 154.000 ton en ln 1924
171.000 ton; of per hoofd resp, ongeveer 2,27,
3.43, 3.85 en 4.27*/n K.G., alzoo bijna een verdub
beld kwantum.
In Duitschland is de stijging van het verbruik
op 60 pCt. te stellen, waardoor een gemiddelde,
veel hooger dan in ons land, is bereikt.
Men is in visscherij-kringen van oordeel, dat de
Nederlandsche Regeering nog heel veel in deze
'ichting, ten bate der visscherij kan doen. Ander
zijds ligt het ook op den weg der visscherij-maat-
schappijen om maatregelen te nemen, welke lei
den kunnen tot vermeerdering van het vischver
bruik in ons land.
Daarmee zal de malaise zonder twijfel voor een
belangrijk deel kunnen worden opgeheven.
Ter aanvulling en nadere verklaring van een der
passages in ons artikel over de malaise in het ha
ringvisscherijbedrijf, verzoekt ons de heer van
Gelderen», voorzitter der Reedersvereeniging voor
de. Nederlandsche Haringvisscherij, nog het vol
gende te melden.
Ongetwijfeld zullen thans door
maatregelen voor den aanstaanden winteri
troffen, t.w. het in voorraad nemen va
stoffen, aardappelen en verdere winterprov
Ook het Comité ter Uitzending van Nd
sche Kinderen. DORTMUND-'s GRAVE?
Beschermheer: Mr, W. J. Baron van
heeft getracht in dien geest maatregelen
fen, want, alhoewel de economische li«
in Duitschland zich ten gunste keeren, W
toch nog zeer vele arme en behoeftigeJ»
LANDSCHE gezinnen in het RURHGEMfi!
die niet in de gelegenheid zijn voor w1
te zorgen en waarvoor het Comité zicl^
gevoelt om met hulpverleening te blijiw
gaan-
Het Comité heeft het voornemen
reeds eenige malen, is geschied, binnenkot!
een zending kleeding, dekens, ent naa
mund te zenden, teneinde onze arme P1
ten aldaar, nog eens in den zwaren en S»
strijd om het bestaan tegemoet té konie^
Natuurlijk zal dit plan door ieder rw»1
Nederlander worden toegejuicht, ^maar L
mité hoopt, dat men het niet bij BijvalsW
zal laten, doch dat men zijn sympathie*
doel ook door het zenden, yan giften en P
gedragen onder- en bovenkleeding, .osa'
lijk zal toonen.
Indien het Comité niet in de gelegenDe.
gesteld om deze hulpactie door te
zijn deze ongelukkige menschen onge.OT
doemd om met hongerige magen en in C0--
winter door te worstelen.
Vertrouwende, dat ditmaal wei
bereid zal zijn om te offeren, doet het
beroep op Uwe liefdadigheidszin, .en
dat het vertrouwen in de Nederlandscne
niet beschaamd zal worden.
Giften en kléedingzendingen kunn
gericht aan het Algemeen-rSecretariaa
Comité, Stortenbekerstraiat 21 te s
Bij voorbaat hartelijk dankend, ver
Hoogacht
C. F. POORfl'
Algemeen-^
,e be<