üeisjes IJ. V, V. STORMVOGELS V. I. 0. S. TREKVOGEL?1. Viascherjj en Scheepvaart kans behield. Deze plaatst den bal achter. Vai de uittrap af neemt de Iinkerwing het leder mee. Den voorzet mist Houtkamp, waarna Blinkhóff hard inschiet. Van den Brink is echter in vorm en stopt ook dit schot. Dan scoort 't Gooi uit door de Valenca genomen corner door Meinsma op fraaie wijze den gelijkmaker (11). En voor men goed en wel van de schrik bekomen is, pro fiteert de rechterwing der bezoekers van een traag aanvallen van Bakker en voltrekt Meilof hel vonnis. (12). Dit is den Stormvogels toch wel wat al te bar en verwoed vallen zij aan. Alleen Visser is thans totaal de kluts kwijt, waar tegenover staat, dat Oldenburg steeds beter werd, vooral, nadat hij op prachtige wijze had gelijk gemaakt (22). Hij zendt nog tai van mooie schoten in. Een dezei stopt Van Schaick nog juist voor de doellijn, v. Brink toonde zich in deze periode een uitstekend doelman. Aan den overkant heeft 't Gooi bepaald pech, wanneer Wentink tegen de lat kopt. Den terug- springenden bal zal Meilof juist inschieten, als Bakker hem zulks belet en aldus een vrij zeker doelpunt voorkomt. Als dan Thyssen nog schot van Takes vallend heeft gestopt kondigt Israels het einde aan. OFFICIEELE MEDEDEELINGEN. Uitslagen j.l. Zondag gespeelde wedstrijden. Stormvogels I't Gooi 2- Blauw-Wit IIIStormvogels II 2- Stormvogels IIIStormveld I 0 E. D, O. VStormvogels IV 4 V, S, V, IIIStormvogels V 05 A.s. Zondag wordt gespeeld, STORMVOGELS III—HALFWEG II 12 uur. STORMVOGELS IV—V. V. H. II 12 uur, STORMVOGELS V—V. S. V. III 2 uur. OFFICIEELE MEDEDEELINGEN. Wedstrijden van Zaterdag 7 Nov. uitgesteld. Voor Zaterdag is vastgesteld: Kennemerland IVios I 2.30 uur. Vios IIKennemerland II 2,30 uur. Voor het eerste elftal vertrek van de brug om 1.30 uur. Allen present. OFFICIEELE MEDEDEELINGEN. De wedstrijden van Zaterdag 7 November zijn vanwege de weersgesteldheid uitgesteld. Voor Zaterdag 14 November is vastgesteld. Ulysses ITrekvogels I 2,30 uur. Trekvogels IIH. A. M. I. T. 2.30 uur. Mocht het eerste elftal spelen, waarop de kans, in verband met,.de slechte kwaliteit van het Ulys- ses-terrein niet groot is, is het vertrek gesteld op 'kwart voor twee per auto vanaf de brug. Voor het tweede elftal rekenen wij op de eerste overwinning. GEMENGD NIEUWS. Er is geen deugdelijker middel voor bet verkrijgen en behouden van een fraaie Huid van Handen en üelaat, dan 30 60-90 ct. KAMER VAN KOOPHANDEL. In een concept-schrijven, gericht aan den minister van Financiën spreekt de Kamer van Koophandel als haar oordeel uit, dat zij in het adres van de IJmuider Vischhandelvereeniging de bezwaren van genoemde vereeniging inzake de artikelen tarbot en tong ten volle onderschrijft en dringt er mitsdien met die vereeniging op aan, deze artikelen van het gewijzigd ontwerp-Zegel- wet te schrappen. De afdeeling Handel en Nijverheid van het Departement van Arbeid, Handel en Nijverheid deelt mede, dat de invoerverboden in DuitschTand, behoudens enkele uitzonderingen, met ingang van 1 October zijn opgeheven; zoomede verschillende invoerverboden op alcoholhoudende dranken en producten. De K. v. K, wijst in een concept schrijven, gericht aan den Spoorwegraad, op de slechte ver binding in de ochtenduren tusschen IJmuiden- Veisen eenerzijds en UtrechtEdeArnhem derzijds. De ochtend sneltrein naar Arnhem, trein 43, vertrekt om 8.30 v.m, uit Amsterdam Centraal Station, terwijl op hetzelfde moment in Amstcr- U dam aankomt trein 2106/2206, die aansluit op trein 2304, welke om 7.27 v.m. uit IJmuiden vertrekt. De eerste tuberculose-film. In een der zalen van „De Twee Steden" op het Buitenhof te 's Gravenhage werd Maandagmiddag naar de Tel. meldt, door de Ned. Centr. Ver. tot Bestr. der Tuberculose voor tal van genoodig- den de Eerste Nederlandsche Tuberculose Film vertoond. De Beschermvrouwe der vereeniging H, M, de Koningin-Moeder vereerde deze bijeenkomst met haar tegenwoordigheid. Uit.de geneeskundige we reld waren tal van bekende figuren aanwezig w.o generaal-majoor Sckuijver, inspecteur van der Geneeskundigen Dienst bij de Landmacht, Schout bij nacht P. J. Vastenau, inspecteur van den Gë- neesk. Dienst van de Zeemacht, baron Röell, twee de voorzitter van het Roode Kruis. De heer J. B. F. van Gils, secretaris-pennning- meester der vereeniging,. sprak een kort woord ter inleiding. Hij wees er op, dat in ons land reeds vroeger luberculose-films zijn vertoond. Zij waren echter alle van vreemden oorsprong, er waren daarom in verschillende opzichten voor on- zen landaard minder geschikt. Het bestuur der vereeniging was zich wel de propagandistische kracht van de rolprent in den strijd tegen de tu berculose bewust, maar beschikte niet over de noodige geldmiddelen. Toen een bescheiden fondsje bijeen was, werden de heeren Putto en Van Staveren, de directeur van den Gemeentelijken Schoolbioscoop, en spre ker tot filmcommissie aangewezen. Die opdracht wits niet zoo heel eenvoudig. Wie eenig begrip heeft of wel eens gehoord heeft van de reusachti ge bedragen, die voor films besteed worden, zou verstomd staan, als hij het betrekkelijk luttele be drag vernam, waarmede zij moesten beginnen. Bij de beoordeeling van het werk moet men daarmee rekening houden. Het moge al waar zijn, dat op een film alles te bereiken en te verwezenlijken is, de waarheid van deze stelling is dan toch recht streeks afhankelijk van het geld, dat men ervoor - beschikbaar heeft. Nog in ander opzicht had de commissie móeir lijkheden te overwinnen. Ten einde de belang stelling der toeschouwers gespannen te houden, moest er een draad, een geschiedenisje door de film loopen. Dit verhaaltje mocht echter vooral niet hoofdzaak worden, en geen afbreuk doen aan het hygiënisch-opvoedkundig karakter van de film. Het zou gemakkelijk geweest zijn, ook al bleef men strikt bij het onderwerp, n.l. de tuberculose en hare bestrijding, een sterk dramatisch beeld op te hangen. Het onderwerp leent zich daar bij Uitstek toe. Maar waar men er steeds tegen moet waken, de z.g, „tuberculosevrees" op te wekken, mocht men ook dien weg niet uitgaan. De schets van de film is na eenige voorbesprekingen ont worpen door het lid der commissie, de heer Put to. Onnoodig te zeggen, dat tijdens de uitvoering van onze plannen nog al eens verandering en wij ziging in details noodzakelijk bleek. Maar in Jroote lijnen is toch de opzét, zooals hij in het jegin was ontworpen, gevolgd Aan welwillende, belanglooze medewerking heeft het de filmcommissie niet ontbroken. Allen, die rechtstreeks of zijdelings aan Jiet welslagen van ons werk hebben bijgedragen brengt de commissie hier graag nog eens openlijk dank, in het bijzon der aan den heer Willy Mullens, die met zooveel kennis van zaken en met zooveel toewijding zijn beste krachten aan de film heeft gegeven, Hoe grooter die moeilijkheden werden, des te grooter werd ook de ambitie van den heer Mullens. Het leek soms, of het slagen van dit werk voor hem een eerezaak was, Spr. vroeg ten slotte aandacht voor de film,, die een krachtig wapen zal blijken in den strijd tegen de tuberculose. De film, die vervolgens werd afgedraaid, draagt tot titel: Achter de wolken schijnt de zon. Ze geeft allereerst het armoedige interieur van de -«woning van een schoenmaker, die zelf ziek le bed ligt. Vader heeft tuberculose en kan slechts met veel moeite zijn werk doen, wat in de huiskamer ge schiedt te midden van het gezin. Vader spuwt er lustig op los en is zich van het gevaar daarvan voor zijn kinderen niet bewust. Een dochtertje vertoont reeds verschijnselen der gevreesde ziek te en de .schoolarts raadt aan haar te laten on derzoeken. Eerst wil de vader er niet van weten, toevallig raak't hij in een tuberculose-mu- seum verzeild en ziet daar de gevolgen der ziekte in schrille kleuren gefeekend. Dan komt hij tot inzicht van 't gevaarlijke karakter der t.b.c. en hij spoedt zich naar huis, vastberaden zich en zijn kinderen te laten onderzoeken. Het geneeskundig onderzoek wijst uit, dat va der in een sanatorium moet worden opgenomen en zijn dochter den boer op moet in de vrije na tuur. Eenige maanden later. Vader is prachtig voor uitgegaan en op weg naar beterschap. Hij beseft thans ten volle de waarheid in 'i versje: Reinheid op lichaam, voeten, handen, Reinheid van uw ooren, neus en tanden, Reinheid levert op den duur gewin, Reinheid zij de trots van uw gezin! Ook het dochtertje is geheel opgeknapt en ein delijk ziet men het gezin weer geheel compleet en gezond rond de tafel in de huiskamer. De zon, die achter de wolken was schuil gegaan, straalt weer in vollen luister Eenvoudig maar treffend is deze geschiedenis op de film weergegeven. De beelden zijn sober maar duidelijk .en spreken tot den toeschouwer. Ongetwijfeld zal er van deze rolprent een groo- te propagandistische kracht uitgaan. Katwijk getransporteerd. Op hetzelfde schip was de matroos H., die op zee door het rollen van een watervat over het dek, aan zijn been gewond was. H. werd onder behandeling van Dr. R. steld. Van de IJmuider haringvloot kwam sedert de vorige opgave binnen de stoomlogger Maria Anna Klein IJ.M. 330 met 220 kantjes volle en 160 kantjes steurharing. Het hoofdbestuur van de hoofdafdeeling zoetwatervisscherij der Ned, Heidemaatschappij heeft in een adres aan den minister van landbouw verzocht, een onderzoek te doen instellen naar het voorkomen van dolfijnen ,op de benedenrivie ren en naar de door deze aangerichte schade en, zoo noodig, maatregelen te treffen om de schade i deze dieren te beperken. Ook bestrijding van de steeds talrijker wordende zeehonden acht het hoofdbestuur in het belang van de visscherij. - Hevige stormen hebben de Zuidelijke er Oostelijke kusten van Engeland geteisterd, en ve le schepen verkeerden in moeilijkheden. Vooral ten opzichte van de haringvloot van Yarmouth en Lowestoft, die in de Noordzee door den storm werd overvallen, wordt groote bezorgdheid ge koesterd. Tot Zaterdag toe zijn echter geen be richten over verliezen binnengekomen. - De „Morning Post" verneemt uit Hickling (Norfolk), dat de rivierarm aldaar groote overeen komst vertoont met een doode zee. Duizenden visschen, vooral paling, brasem en zeelt, drijven aan de oppervlakte. Het water scheen onder zijn bewoners slechts dood en ver derf te kunnen verspreiden. De malaise in het haringvisscherij- bedrijf. Het gaat met de haringvisscherij niet naar wensch. Er is een ernstige malaise in het bedrijf, waarvan de gevolgen nu reeds merkbaar zijn en die zich weldra sterker zullen accentueeren, De voorspelling der reeders, die wij indertijd weergaven in onze artikelen over het Schevening- sche haringvisscherijbedrijf, n.l. dat nu, na de moeilijke na-oorlogsche jaren, een betere tijd voor het bedrijf zou aanbreken, blijkt niet be waarheid te zullen worden. Integendeel, het heeft er veel van, dat 1925 een der slechtste jaren voor de visscherij zal worden. Het „Visscherijblad" vertelt, dat in dit jaar, aan de visscherij deelnamen 59 stoom-, 36 motor- en 381 zeilschepen, welker productievermogen dus gelijkgesteld moet worden met dat van 589 zeil- ggers. Dit jaar heeft deze heele vloot tot heden lom streeks einde October) aangevoerd een hoeveel heid van ongeveer 214,330 kantjes haring, en ver leden jaar bedroeg de totale aanvoer tot denzelf den datum ongeveer 383,400 kantjes. Uit deze cijfers volgt, dat tot heden de gemid delde aanvoer per zeillogger heeft bedragen 364 kantjes, per motorlogger 619 kantjes, en per stoomlogger 910 kantjes haring; tegen verleden op denzelfden datum per zeillogger 762 Onbewaakte overwegen. Van de zijde van hét R. K. W, V. wordt aan ,De Maasbode" gemeld: Naar aanleiding van het request, dat door het R.K. Werkliedenverband gezonden werd aan de Directie der Nederlandsche Spoorwegen en den minister van Waterstaat omtrent de onbewaakte overwegen, ontving het Verbond van verschillende zijden bewijzen van instemming. Daarbij zijn er, waarin zonder meer de wenschelijkheid wordt ge uit, dat hét verzoek succes moge hebben, maar ér zijn er ook bij, waarin wordt medegedeeld, dat langs den door het Verbond aangegeven weg een oplossing zou zijn te verkrijgen en zelfs bepaalde systemen, worden aanbevolen. Het blijkt, dat het vraagstuk in breeden kring als urgent wordt aangevoeld. De directie der Nederlandsche Spoorwegen lieeft ook geantwoord en wel in het volgende: „In antwoord op nevenaangehaald schrijven dee- len wij u mede, dat er voor de waarschuwing bij onbewaakte overwegen door middel van lichtsei nen of schellen reeds verschillende inrichtingen zijn uitgedacht of beproefd. Wij zijn echter van meening, dat deze het gevaar bij onbewaakte overwegen vergrooten, omdat zul ke automatische toestellen niet zoodanig tte ma ken zijn, dat weigeren is buitengesloten en dat in dit geval het publiek, dat op de toestellen ver trouwt, zich aan een grooter gevaar blootstelt dan wanneer men weet op eigen oplettendheid te zijn aangewezen. Wij zijn daarom niet voornemens tot toepassing van zulke toestellen over te gaan." 't Spreekt vanzelf, zoo besluit de mededeeling van het R, K. W. V., dat met dit antwoord niet als afgedaan kan worden beschouwd. Men denke zich van een standpunt, als door de Directie dér Nederlandsche Spoorwegen ten op zichte van de onderhavige kwestie ingenomen, de consequenties eens in. De Export naar Engeland. K. v. K. te Rotterdam vestigt de aandacht van belanghebbenden bij den export naar Enge land er op, dat zij hun goederen, als daarop eenig etiket of merk met Engelsche woorden voorko men, moeten merken: „Made in Holland" en wel op duidelijk zichtbare wijze. Wanneer er een eti ket gebruikt is met woorden of zelfs één woord in de Engelsche taal, dan moet dit etiket en wel op dezelfden kant als dien, waarop de Engelsche woorden staan, met den naam van het land van herkomst gemerkt worden. De te dien opzichte bestaande bepalingen in Engeland worden met groote strengheid toegepast. VISSCHERIJ. De logger Willy K.W. 61 van de Mij. Voor uitgang, kwam Zondag binnen met den schipper gekwetst, wat ontstaan was bij het verwerken van de reep. De man werd naar zijn woning in cantjes, per motorlogger 1295 kantjes, en per stoomlogger 1885 kantjes haring. In 1924 namen aan de haringvisscherij deel 55 stoom-, 30 motor- en 315 zeilschepen, welker ge zamenlijk productievermogen gelijk gesteld moet worden met dat van 503 zeilloggers. Statistisch is voorts vastgesteld, dat in de laat ste jaren de vangst-capaciteit van stoom-, motor en zeilharingschepen zich onderling verhoudt als 25 17 10. De stoomschepen toonen dus een vangstvermogen, dat 21/n maal zoo groot is als dat der zeilschepen, terwijl dit vroeger niet meer dan 11/„ maal -zoo groot was. Er zijn verschillende oorzaken aan te wijzen, welke debet zijn aan deze, voor de zeilvaartui- gen inzonderheid, minderwaardige vangsten en bedrijfsuitkomsten. Wij hadden dezer dagen aldus lezen wij in de Haagsche Courant, een onderhoud met den heer L. J, van Gelderèn, directeur van een der groot ste reederijen te Vlaardingen en voorzitter der Reedersvereeniging, die ons over een en ander interessante mededeelingen deed. Hij stelde voorop, dat in de eerste plaats de oorzaak van het kwaad móet worden gezocht in den achteruitgang van den vischstand, tenminste op die plaatsen, waar men sinds jaar en dag zijn netten uitwierp, n.l. om den Noord, op de Dog- gersbank en onder de Engelsche kust. Hoe die vermindering van- het haringtal te verklaren valt, is niet met zekerheid te zeggen. De wetenschap, die zich met het verschijnsel bemoeit, weet er voorloopig nog geen antwoord op te geven en zal, naar men vreest, dit wellicht eerst gevonden heb ben, als het pleit reeds beslecht is. Maar ook de practijk zoekt vergeefs naar een goede verklaringen kan slechts enkele factoren met zekerheid vaststellen. In de eerste plaats behoort hiertoe de trawl visscherij, welke door Hollandsche, Engelsche, maar vooral Dnitsche schepen wordt beoefend. Wij wezen daar in onze vroegere artikelen reeds öp. De langs den zeebodem voortgesleepte zware netten vernielen oji hun weg al het broed der haring en schelvisch en beletten daarmede de teelt van jonge dieren. Bovendien wordt onherstel bare schade toegebracht aan de flora op den bo dem, welke dienstig is aan de zuurstofvoorziening van het water. De singelvisscherij of snurrevaat, vooral door Deensche visschers beoefend, is r-.instcns even verderfelijk voor het haringbroed, maar niet zoo gevaarlijk, omdat'.slechts weinig vaartuigen er aan deelnemen. Dan is er de pufvisscherij, die evenwel minder de haringvisscherij, dan \yel die op bot tn schol schade berokkent. Puf is het eendenvoer, dat bij tienduizenden. K.G. in de eendenparken te Volen- dam wordt verbruikt en bestaat uit nulUoeneu on- dermaatsche vischjes, piepjonge botjes, scholletjes scharretjes. Al dit onvolwassen goed wordt door kustschokkers weggevangen en aan de markt gebracht of onderhands verkocht. Door den directeur van de IJmuider haven zijn indertijd schrikbarende cijfers gepubliceerd be treffende deze roofvisscherij, die, wanneer er niet spoedig maatregelen tegen getroffen worden, on herstelbare schade dreigt aan te richten. Al een paar jaar geleden is de Regeering op dit gevaar geattendeerd en heeft men haar verzocht een verbod tot het aanvoeren en verkoopen van ondermaatsche visch uit te vaardigen. Maar tot op heden blijkt er niets aan te worden gedaan en woekert het kwaad steeds voort. Aan bet depar tement is men wellicht d# meening toegedaan, dat een zoodanige regeling internationaal behoort te zijn, wil zij eenig nuttig effect sorteeren, maar daar staat weer tegenover, dat toch één land het eerste moet zijn, om de gewenschte maatregelen te nemen, opdat daarna de andere zouden volgen. Om dezelfde reden is ook moeilijk de moorden de trawlvisscherij aan banden te leggen. De zee is internationaal en vrij en alleen onderlinge samen werking der belanghebbende naties kan hier ver betering brengen. Dit wat betreft de waarneembare factoren voor den achteruitgang van den vischstand. Maar er is meer. De haring blijkt haar vaste paaigronden te hebben verlaten en het opsporen van de nieuwe broedplaatsen is nog niet gelukt. Vroeger voer men zonder verwijlen en met de beste kansen op een goede vangst naar den Noord in het begin van het seizoen, om met de haring xnede zuidwaarts af téb zakken, naar de Doggers- bank, de Engelsche kust en het Kanaal. Nu zijn de vangsten hier juist heel gering geweest en sommige reizen zelfs mislukt. Bovendien bleek het product aanmerkelijk minder van kwaliteit, dan dat van het vorig jaar. Daarentegen blijkt de visscherij in het Kanaal, welke voorheen van weinig beteekenis was, dit maal zeer gelukkig, ofschoon slechts stoomsche- pen hiervan ten volle kunnen profiteeren, wijl de zeilers in verband met storm en stroom slechts sporadisch een kans kunnen wagen, De diepte, waarop de haring zwemt, blijkt mede onberekenbaar en op plaatsen, waar vroeger het drijfnet het best bruikbaar was, is nu een diep- hangend net noodzakelijk. Het omgekeerde doet zich even zoo vaak voor. Op ettelijke wijzen wordt zoodoende de visscher van de wijs gebracht en zijn zekerheid en vertrouwen ondermijnd. De vis scherij wordt èen 'lukraak uitwerpen van de net ten, op hoop van zegen. Ook aan de veranderde richting der zeestroo- mingen en de daarmee gepaard gaande tempera tuurswisseling, schrijft men de vermindering van den vischstand toe. Voorts schijnt het plankton, de microscopische, vischachtige diertjes, welke de haring tot voeding strekken, sterk te verminderen, hetgeen evenzeer een nadeeligen invloed uit oefent. Het abnormale weer der laatste jaren, de voch tige, zachte winters en de daarop heel veel gelij kende zomers, mist evenmin zijn invloed en zoo zouden, zonder eenigen twijfel nog verscheidene andere factoren zijn aan te voeren. Met de slechte vangsten gaan bedenkelijke be drijfsuitkomsten hand in hand, hoewel dit laatste zijn oorzaken ook nog ergens anders in vindt. De haringvisscherij, en hierop legde de heer van Gelderen den nadruk, is voor een belangrijk deel niet met haar tijd meegegaan. Evenals de loggers de lichte bommen verdrongen, eischen nu de stoomschepen hun plaats op en blijkt het te vens, dat de zeilvaartuigen hun tijd hebben gehad. Vooral nu de haring over de geheele Noordzee moet worden gezocht, komt het des te sterker uit,, dat de stoomers door hun veel grooter snel heid van beweging, alles voor hebben op de zei Iers. Dit verschil spreekt zelfs zoo sterk, dat, waar de zeilloggers nagenoeg zonder uitzondering verliezen opleveren, de stoomschepen het bedrijf nog rendabel kunnen houden, zij het ook, dat de uitkomsten beneden peil blijven. Zeilschepen voor de visscherij moeten uit den tijd worden geacht, temeer, waar het behoud er van door de abnormaal hooge kosten van zeilen en touwwerk permanent groote uitgaven zal blij- :n eischen. De arbeidswetgeving oefent eveneens op eer seizoenbedrijf als de visscherij een funesten in vloed. De hooge gages der schepelingen, welke overigens toch in overeenstemming met de alge- meene kosten van levensonderhoud zouden zijn gebracht, spelen in dit verband geen overwegende rol. Bedenkelijker staat de zaak t. a. van de pre mie op de verplichte ouderdomsverzekering, wel ke voor iederen schepeling moet worden betaald, en de groote uitkeeringen bij overlijden op zee. Aan den wal ondervinden de schippers dage lijks de nadeelen van den beperkten arbeidstijd. Spoedreparaties, welke met het oog op het aan stonds weer uitvaren naar den vischgrond, ónmid Waar gesproken wordt van de hun tijd gehad hebben, dient dit i>;„! lijk te worden opgevaf. Een feit is l alk zoover en zoolang de huidige toestand de grootendeels verlaten aloude va V°° de daarmede gepaard gaande moeilik zeer verspreid liggende en moeilijk v len tegenwoordige verblijfplaatsen d» 1 vinden en te bereiken, de zeilloger ni lijk zal kunnen rendeeren en de mogelv6 dit vischschip-type om met succes H uit te oefenen, ver ten achter staat en stoomschip, Mocht er in dezen toestand echter wending komen, wat mogelijk is, en de visscherij kwantitatief verbeteren plaatsen zich stabiliseeren, dan zou volstrekt niet onbruikbaar zijn. Wat aangaat den loontoestand deze li al ook betrekking op en werkt y? de werkzaamheden aan den wal, als d der kuipers, boetsters, van het waW8 inzonderheid de kosten van reparatie wing der schepen. Tevens vestigt de heer van Gèldéten o dacht op het hand over hand toenéJ schijnsel van den invoer van in Engelam brachte en hier geïmporteerd wordende welke op sommige tijdstippen zeer beL, de prijzen' der Holandsche aanvoer nlaag drukt. Daargelaten of hiertegen moet Worde,,, den, moet het importeeren van vreemd die hier als Hollandsch product wordf en geëxporteerd, bij den toch reedUrnslig1 stand in het visscherijbedpijf, als een f. scbouwd worden, welke op de wajtlje eigen product- en daardoor op de reAi30 het bedrijf, een nadeeligen invloed uH0ty De Raad voor de Scheepvaart U spraak gedaan inzake de machines^ boord van het stoomvisschersvaarluig van IJ.M. 36. De Raad is van oordeel, dat dit om veroorzaakt, doordat met den stoom» meegekomen in den H. D. cylinder, welk dringen van water op zijn beurt veroon fc door de hevige slingering, welke het sci 3 te. Dit ongeval ware voorkomen, indien ders van boven waren voorzien van kleppen, welk veiligheidsmiddel op kleit pen meestal wordt toegepast. Een geval onderhavige, dat zeer gemakkelijk lol li persoonlijke ongelukken had kunen leideal), wel aan, dat die veiligheid ook op. kleine ten zeerste aanbeveling verdient. Het optreden van den eerste machinist se moet worden geprezen. Hij heeft ojJ i, ongunstige omstandigheden en met ba (p, hulpmiddelen een hulpdeksel gemaal) m thuisreis op M. en L.-cylinder gemaakt, Gisteravond ontdekte het havehpervc |ii de Zuidzijde der visschershaven dat /i drifter Annie IJ.M. 8, begon te zinken, was dien dag gerepareerd en nu was err blijven openstaan. De schipper werf schuw, die de fout herstelde. Voor den werd de Annie in de haringhaven op In gezet en hedenmorgen leeggepompt, Das |j, alles in orde is, kan het vaartuig nogb-e visscherij vertrekken. SCHEEPVAART. IJmuiden. Aangekomen 8 Nov,: Trits Ms. politie-kruiser, Noordzee. Vertrokken 7 Nov.: Eretza Méndi, al,hq, ledig; 8 Nov, Triton, politiekruisér, ..Nooil Velsen. Aangekomen 11 Nov.: Törel Archangel, papierhout, Papierfabriek; Vertrokken 7 Nov.: Plawsworth, st„ G niuth, ledig; 6 Nov.: Kalö, st., Amsterdam lading; 10 Nov.: Slesvig, st., Hoek van ledig. dellijk zouden moeten gebeuren, blijven nu niet zelden een of meer dagen achterwege, wat een In de week van 2 tot 9 November ILr mislukte reis tot gevolg kan hebben, j te IJmuiden door de Nóordzeeslujzenfisd Een andere oorzaak van de malaise is voorts de j zee 67 stoomschepen en 2 zeelifchktsïvta buitengewoon kostbare exploitatie. Met de snelle 56 stoomschepen en 3 zeelichters, stijging der bedrijfskosten is de prijs van de haring niet geliik op gegaan. De prijzen zijn verhoogd, maar niet in die mate, dat het huidige bedrijf daar door behoorlijk winstgevend kon worden ge maakt. Bovendien, is het debiet sterk verminderd sinds Duitschland per 1 October invoerrechten op haring heft. Voor dien datum heeft dit land zich blijkbaar volgekocht, zoodat er nu heel weinig vraag naar het product is. Waar Duitschland tot nog toe voor bijna 70 pCt. onze vischaanvoeren betrok, ligt het voor de hand, dat de schade.; wel ke de visscherij-maatscnappijen door de protectie- niaatregelen ondervinden, heel hoog is. Toch behoeft dit laatste nadeel niet vermanent op het bedrijf te blijven drukken en wanneer de Nederlanders evenveel visch gaan eten als Duit- schers, Franschen, en Engelschen, kan de vissche rij juist in de behoefte voorzien en is export over bodig geworden. De Duitsche overheid maakt veel «reclame voor het gebruik van visch en heeft daarmee prachtige resultaten bereikt. In Engeland is de visch even zeer een geliefd volksvoedsel en de speciale visch-restaurants worden druk Bezocht. Frank- ijk zag zijn verbruik sinds 1913 bijna verdubbeld. Niet alleen intense propaganda, maar ook de edewerking der spoorwegdirecties, die maatre gelen nemen om het vervoer te bespoedigen en te verbeteren door het in gebruik stellen van ge ïsoleerde öf koelwagens, draagt er toe bij om het vischverbruik te doen vermeerderen. Volgens de door het Centraal Bureau voor de Statistiek samengestelde handelsstatistiek over trof in 1924 de uitvoer van versche zeevisch den invoer met rond 201/o millioen K.G. bruto, of, de tarra op 25 pCt. berekend, rond 151/,, millioen K.G. netto, zoodat van den totalen aanvoer van ond 371/., millioen, ongeveer 22 millioen: K.G, in ons land zou zijn gebleven. De bevolking van ons land gedurende 1924 op omstreeks 71/, millioen stellend, volgt uit een INGEZONDEN. Buiten verantwoordelijkheid der Rethcl Hulpverleening aan onze laadp ln het Ruhrgebiad gedurendeI aanstaanden winter. voudig deelsommetje dat het gebruik per jaar en per hoofd slechts pl.m. 3 K.G. bedroeg. Het Britsche ministerie van Landbouw Visscherij berekende in zijn laatste jaarverslag het jaarlijksch verbruik per hoofd aan versche visch ln Engeland op 383/, pond. Voor Frankrijk geeft het volgende staatje de toeneming van het verbruik sinds 1913 aan.: In 1913 bedroeg de eonsumptie 85.400 ton; in 1922 137.200 ton; in 1923 154.000 ton en ln 1924 171.000 ton; of per hoofd resp, ongeveer 2,27, 3.43, 3.85 en 4.27*/n K.G., alzoo bijna een verdub beld kwantum. In Duitschland is de stijging van het verbruik op 60 pCt. te stellen, waardoor een gemiddelde, veel hooger dan in ons land, is bereikt. Men is in visscherij-kringen van oordeel, dat de Nederlandsche Regeering nog heel veel in deze 'ichting, ten bate der visscherij kan doen. Ander zijds ligt het ook op den weg der visscherij-maat- schappijen om maatregelen te nemen, welke lei den kunnen tot vermeerdering van het vischver bruik in ons land. Daarmee zal de malaise zonder twijfel voor een belangrijk deel kunnen worden opgeheven. Ter aanvulling en nadere verklaring van een der passages in ons artikel over de malaise in het ha ringvisscherijbedrijf, verzoekt ons de heer van Gelderen», voorzitter der Reedersvereeniging voor de. Nederlandsche Haringvisscherij, nog het vol gende te melden. Ongetwijfeld zullen thans door maatregelen voor den aanstaanden winteri troffen, t.w. het in voorraad nemen va stoffen, aardappelen en verdere winterprov Ook het Comité ter Uitzending van Nd sche Kinderen. DORTMUND-'s GRAVE? Beschermheer: Mr, W. J. Baron van heeft getracht in dien geest maatregelen fen, want, alhoewel de economische li« in Duitschland zich ten gunste keeren, W toch nog zeer vele arme en behoeftigeJ» LANDSCHE gezinnen in het RURHGEMfi! die niet in de gelegenheid zijn voor w1 te zorgen en waarvoor het Comité zicl^ gevoelt om met hulpverleening te blijiw gaan- Het Comité heeft het voornemen reeds eenige malen, is geschied, binnenkot! een zending kleeding, dekens, ent naa mund te zenden, teneinde onze arme P1 ten aldaar, nog eens in den zwaren en S» strijd om het bestaan tegemoet té konie^ Natuurlijk zal dit plan door ieder rw»1 Nederlander worden toegejuicht, ^maar L mité hoopt, dat men het niet bij BijvalsW zal laten, doch dat men zijn sympathie* doel ook door het zenden, yan giften en P gedragen onder- en bovenkleeding, .osa' lijk zal toonen. Indien het Comité niet in de gelegenDe. gesteld om deze hulpactie door te zijn deze ongelukkige menschen onge.OT doemd om met hongerige magen en in C0-- winter door te worstelen. Vertrouwende, dat ditmaal wei bereid zal zijn om te offeren, doet het beroep op Uwe liefdadigheidszin, .en dat het vertrouwen in de Nederlandscne niet beschaamd zal worden. Giften en kléedingzendingen kunn gericht aan het Algemeen-rSecretariaa Comité, Stortenbekerstraiat 21 te s Bij voorbaat hartelijk dankend, ver Hoogacht C. F. POORfl' Algemeen-^ ,e be<

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1925 | | pagina 2