T Woensdag 13 Januari 1926. 2e blad HINDERWET. Burgemeester en wethouders der gemeente Velsen, brengen ter openbare kennis dat ter Ge meentesecretarie ter inzage ligt een verzoek met bijlagen vaq de Koninklijke Nederlandsche Hoog- ovens en Staalfabrieken te Velsen om vergunning t tot het plaatsen van twee motoren van 3 P.K, I voor het aandrijven van roetkrabbers en twee motoren van 90 P.K. voor den zuigtrek in het perceel kadastraal bekend gemeente Velsen, sec tie A No. 1022 en plaatselijk bekend wijk M j (ketelhuis). Op Woensdag, den 20 Januari 1926, des voor middags te elf uren, zal ten Gemeentehuize gele genheid bestaan om bezwaren tegen dit verzoek in te brengen en deze mondeling en schriftelijk toe te lichten. Velsen, den 26 Januari 1926. Burgemeester en wethouders voornoemd, de secretaris, de burgemeester, J. KOSTELIJK. RIJKENS. HINDERWET. Burgemeester en wethouders der gemeente Vel sen brengen ter openbare kennis, dat de beslis sing op het verzoek van de Bataafsche Import Maatschappij te Amsterdam om vergunning tot het in gebruik nemen van een benzinetankwagen tje met een inhoud van x 230 Liter, op het per ceel, kadastraal bekend gemeente Velsen, afdee- ling IJmuiden, Sectie I, No. 2118, plaatselijk bé kend Bloemstraat, wijk C no. 59, door hen is ver daagd op grond dat het technisch onderzoek nog niet is geëindigd Velsen, den 2 Januari 1926. Burgemeester en wethouders voornoemd, de secretaris, de burgemeester, J. KOSTELIJK. RIJKENS. VAN DEN WACHTTOREN. Duitschland in de wereld der wetenschap geboycot? De Duitsche trots heeft een geduch- ten knak gekregen, maar een mensch kan in zijn vernedering trotsch blijven en meent dan allicht, dat hij door ieder verongelijkt en vermeden wordt. Dat gevoel hebben sommige Duische ge leerden tJhans. Prof. Karo van Halle heeft een brochu re geschreven met den titel: „De intel- lektueele oorlog tegen Duitschland". Men behoeft de brochure niet te lezen. De titel zegt al genoeg. De Fransche minister van onderwijs de Monzie heeft een waardig en ridder lijk antwoord op deze brochure gege ven. Hij noemt de Franschen vrijhan delaars in menschelijke gedachte. Zoo waren de Franschen er voor dat in het Intern. Instituut voor Intellekt. Samen werking een zetel aan een Duitscher werd aangeboden. Ook heeft de Monzie bevolen, dat aan alle Duitsche geleer den, kunstenaars en schrijvers alle ge legenheid gegeven zal worden, om de Fransche congressen bij te wonen en aan Fransche instellingen deel te ne men en dat zal geschieden in den geest van een goeden Europeeschen kame raadschap. Ook in de wereld van wetenschap en kunst uit zich nog wel eens de oude haat tegen den verslagen vijand. De Monzie schrijft, dat de reuk van het slachthuis nog over de Westersche at mosfeer hangt. De regeering kan geen heerschappij voeren over zielen in rouw en de harten niet veranderen. Daarmee erkent hij dus, dat hier en daar nog wel bezwaar is, om de con necties in de wereld der wetenschap en kunst met Duitschland weer aan te knoopen. Maar gelukkig beginnen al meer de geleerden en de kunstenaars elkander over den Rijn de hand te rei ken. En het is zeker schromelijk over dreven te spreken van een boycot der Duitsche wetenschap door de vroegere vijanden. Tegen de traditioneele tuberculosebestrijding. In het Orgaan der Ned. Ver. tot Be strijd. der Tuberc. staat een ingezonden stuk van Dr. H. W. Blote, dat zeker niet alleen onze aandacht zal hebben getrokken. Deze arts neemt daarin zeer kras positie tegen de gebruikelij ke wijze van tuberculosebestrijding. De hedendaagsche bestrijding berust op het voorkomen der besmetting, om zoo doende de gevreesde ziekte uit te roeien. Dr. Blöte acht dit faliekant verkeerd. Hij herinnert aan een studie in het Med. Weekblad van zijn hand, waarin hij tot de slotsom komt, dat men de be volking een slechten dienst zou bewij zen, als men haar vrij kon maken van de tuberculose door consultatiebu- reaux, huisbezoeksters, woningdesin- fectie en sputumprophylaxe. Hij schrijft zelfs van een groot onheil, dat zoo over ons volk gebracht zou worden. Waarschijnlijk houdt deze dokter veel van krasse wonderspreukige uitspra ken. Zijn bedoeling is, dat het volk zijn belangrijken graad van immuniteit (onvatbaarheid), ten gevolge van de in fectie met tuberkelbacillen, behouden moet. Plij zou daarom alle eonsultatie- bureaux in hun tegenwoordigen vorm willen opheffen. Ook het geld voor de huisbezoeksters acht hij weggegooid. Dr. Blöte wil dus de immuniteit ver- stérken en de voorwaarden daartoe ver beteren. Met dat wapen wil hij de ge vreesde en algemecne ziekte bestrijden. Wat is nu aan te bevelen, tegen de besmetting te beschermen, de ziekte vooral bij het kind aan te vallen, gelijk de school van Prof. Scheltema wil of de onvatbaarheid sterk te maken? Zou het niet verstandig zijn het een te doen en het ander niet te laten! Bij een brand kan de een raden met den motorspuit te werken, de ander zal voor de brand slangen zijn op de brandkraan beves tigd, een derde den brand willen beper ken door een muur omver te werpen. Laat men alles tegelijk doen; er zijn handen genoeg. De methode van Dr. Blöte alleen is zeker niet zonder gevaar. Het is min of meer het stelsel van laten doorzieken. De sterksten zullen door hun immuniteit veilig zijn, de zwak ken ten gronde gaan. Toch schuilt er echter ondanks de groote overdrijving wel eenige waarheid in zijn critiek op de traditioneele bestrijding. De trek der Joden naar de steden het grootst. Bijna nergens vindt men thans Joden meer op het platteland; de meeste Jo den wonen in de groote steden. Voor het Genootschap van Joodsche Weten schap heeft de heer F. Boekman over de verspreiding der Joden over ons land interessante bijzonderheden meege deeld. Nooit en nergens is het platte land bij de Joelen als woonplaats ge liefd geweest. Sommigen schrijven dit toe aan rasseneigenschappen; het rus tige land zou niet passen bij de bewe- gelijkheid der Joelen. Anderen en ook de heer Boekman zoeken hier econo mische oorzaken. In Amsterdam wo nen de meeste Joden, te weten 10 der bevolking. In de laatste eeuw is er een aanzienlijke verschuiving der Joden naar de groote steden^ geweest. De grootste daling der Joodsche bevolking- toont Friesland. In '20 woonden 82 der Joden in Noord- en Zuid-Holland; in 1830 was dit cijfer slechts 34 In '20 was 77 der Joden burger der vier grootste steden. Op het platteland woonde er in '20 slechts 2 meer. In de handelscentra is de Joodsche bevol king het sterkst toegenomen. Dit staat in verband met de economische revo lutie door het verkeerswezen, het bank wezen, groot-industrie enz. De Joden zijn daar, waar zij zaken kunnen doen. Zij kunnen zich uit de groote steden snel verplaatsen. In de dorpen hebben filialen van groote zaken, coo perate en crediethanken hun concur rentie aangedaan. Misschien heeft ook de meerdere beschaving en het levens gemak der steden hen getrokken. In welstand zijn zij niet weinig toegeno men. Het geboortecijfer is bij hen sterk gedaald. Dat de Joden een zakenvolk zijn, moet niet alleen uit hun onrustige, levendige aard toegeschreven worden.. Oudtijds werd hun landbezit verboden; de Jood als boer Jcomt daardoor bijna niet voor. Hij heeft zich op' den handel geworpen niet alleen door zijn -chran- derheid, maar ook noodgedwongen. Want van afkomst is de Jood een land bouwer en veehouder. En de Joden, die naar het heilige land terugkeeren, wijden zich daar ook voornamelijk aan tuinbouw en landbouw. Hier gelijk el ders hebben zij zioh op den kleinhan del geworpen en met succes. Zij vor men een groot deel onzer groote-zaken- mannen en bankiers. PLAATSELIJK NïEUWS. IJMUIDEN. We zaten Woensdagavond op een vergade ring te Velseroord, om verslag te maken. De re denaar en zijn onderwerp boeiden onze gedach ten. Plotseling hoorden we een luiden knal, iets als een kanonschot ging door ons hoofd. Maar we mochten en wilden niet nadenken over hei onverklaarbare buiten, we hadden slechts den spreker te volgen. Tot een deur open werd ge daan en als een rauwe kreet naar Pinnen klonk: „ze zeggen dat de hoogoven in de lucht gevlogen is en alle menschen gaan naar den kanaalkant, of ze iets kunnen zien. Nog steeds hoort men het ijzer wegvloeien." Even schrikte de vergadering op van dat be richt, toen zou de spreker zijn interessante rede vervolgen. Kort bij ons zat een collega-verslaggever. Even keken we elkander aan, daarna stonden we op en verlieten de zaal. De spreker zou wel uitge sproken raken, ons wenkte de plicht van nieuws-reportagewerk, het nazoeken van het vreeselijke onbekende. Weldra waren we op straat. In de verte hoorden wij duidelijk het ge signaleerde sissen. Om ons heen zagen we een paniekstemming. Al wat loopen kon, bewoog zich naar. het kanaal. De vlugsten hadden een fiets gegrepen en ieder met groote vaart in de richting van de plaats des onheils. Op den hoek Kanaalweg—IJmuiderweg stonden zooveel men schen, dat men bijna niet passeeren kon. Terwijl we den weg naar IJmuiden volgden maakten wij opmerkingen en gevolgtrekkingen. Blijkbaar wist niemand veel van het ongeval af en het suizen was verstomd. De een vertelde dat er iets op het werk van de Ballast Mij. gebeurd was, de ander begreep precies dat een ketel ge- sprongen moest zijn. Een derde dacht dat een locomotiei te water was gereden. Een bewoner van den weg had de ontploffing gehoord en di rect daarna een hevig opschietende vuurstraal gezien. Als geruststellend teeken merkten wij op dat de lichtlijn niet onderbroken was en geen vuur of onrust was waar te nemen, zoodat we reeds vermoedden dat de ramp niet zóó groot zou zijn, als men eerst dacht. Inmiddels kwamen we te IJmuiden over de Julianakade en het viel ons op dat, zoodra we lusschen den stroom menschen uit Velseroord waren vertrokken, er van een paniekstemming geen sprake meer was. We ontmoetten rustige wandelaars, die in beide richtingen gingen. We kwamen in onze woning, waar men zich, na onze mededeeling dat er een ongeluk aan de hoog ovens gebeurd moest zijn, herinnerde een knal gehoord te hebben, waaraan men geen aandacht had geschonken. Nog meer bevreemdde het ons toen men-aan het bureau van politie ons ver zekerde dat men daar niets gehoord had en slechts zijdelings van een ongeluk had hooren spreken. Bij de sluizen stonden, als steeds, eenige vlet- terlieden grappen te verkoopen en in een wacht lokaal zagen we menschen, die meer belangstel ling toonden voor schoppen-aas dan voor het vreeselijke ongeluk, dat zoo dichtbij had plaats gevonden. Ja, bij de nieuwe sluis vertelde ons een man dat hij wel iets gehoord had over een ongeluk maar dacht dat het niet zoo erg was, I Wij waren verbaasd. In Velseroord zagen we een paniek, hier was het: hoe meer naderbij, des te rustiger. Alleen wat meer fietsers dan gewoon op dit uur in de donkere boschlanen. Op den hoek der Hoflaan konden wij het bedrijf in actie zien. Het was hetzelfde van altijd. De hoogovens en windverhitters stonden als steeds, ze waren dus niet in de lucht gevlogen; ja het laden en lossen was gewoon doorgegaan. Eindelijk waren we aan den ingang. Ja, er was iets gebeurd. Wat het precies was, kon de portier ons niet zeggen, wel wist hij dat een paar mannen, die zich eénigszins bezeerd hadden, zoo juist loopende vertrokken waren. Maar ook hij had opgemerkt hoe ver weg zich een panische schrik van de menschen had meester gemaakt, zelfs uit Bloe- mendaal had men getelefoneerd om inlichtingen over de gehoorde exploisie, die hier nauwelijks hoorbaar was geweest. Na eenigen tijd wachten verscheen een der leiders van het bedrijf, Ir. Teiynk, die het onder zoek had ingesteld. Toen deze bekomen was van de verbazing, dat eenige persraenschen om een zoo nietige zaak op dit uur daar aanwezig waren, gaf hij ons op zijn gewone, welwillende wijze, een verklaring van het gebeurde. Een der blaasvormen was stuk gesprongen. Met behulp van die blaasvormen wordt koude lucht in de windverhitters gevoerd. Dat stuk springen is op zichzelf volstrekt niet ernstig, al leen doordat er verbinding komt tusschen de buitenlucht en het inwendige, stroomen verschil lende gassen naas buiten, die het gesis hebben veroorzaakt. Doordat ze er toevallig vlak bij wa ren, hebben vier der werklieden van die gassen in hun gelaat gekregen en lichte verwondingen op- geloopen. De fabrieksverbandmeester kou ze echter voldoende helpen, waardoor niet. eens ge neeskundige hulp noodig was. Het bedrijf kon gewoon voortgaan, i Dat was dus alles. Onze moeite om zoo spoe dig, mogelijk het terrein van de ramp te berei ken was dus vrij schraal beloond, gelukkig voor onze medemenschen. I Op den terugweg kwamen we een troepje slroc- 'pers tegen, blijkbaar verbaasd over deze late wandelaars. Zouden ze dezen nacht meer succes hebben dan wij? Over de zaak zelve hebben we nog een oogen- blilc nagedacht. De meest aannemelijke verkla ring voor het feit dat men ver-weg de knal zoo veel erger hoorde dan dichtbij schijnt ons te zijn dat het geluid, als een golf, over IJmuiden is ge gaan om later weer dichter bij de aarde te ko men, terwijl ook de windrichting wel zal hebben meegewerkt. Voor de Haarlemsche rechtbank moest Vrij dag terecht staan de Chineesche varensgezel Chow-Ming. Beklaagde was echter niet versche nen. Hem was ten laste gelegd dat bij in IJmui den opium en morphine had ingevoerd. Getuige B. had in een luchtkoker van een schip der Maat schappij „Nederland" te Amsterdam twee pakjes ruwe opium en een fleschje met morphine gevon den. Daar deze getuige Chow-Ming niet had ver hoord, kon verder geen licht op de zaak worden geworpen. De Chinees scheen echter verklaart* te hebben dat hij de hoeveelheden opium cn jmorphine uit Hamburg had meegebracht. Het schip waarop hij zich bevond, had de route Oost-IndieHamburg- Amsterdam afgelegd. Het O.M. achtte het ten laste gelegde bewezen en eischte een boete van f 100 subs. 10 dagen. Tot een maand gevangenisstraf werd Chcw- Ming veroordeeld. De in beslag genomen goede ren werden verbeurd verklaard. Dammen. De D.C.IJ. speelde dezer dagen haar 13de ronde der competitie. In groep I won Joh. Kramer van den sterk spe lenden P. Schaap in een zeer fraai gespeelden wedstrijd. H. Muller won door zijn goede spel van H. Schaap, waardoor deze een goede stap deed naar de bovenste plaats. In groep II won J. Snijders van W. de Graaf, eerstgenoemde had er zin in, daar hij nadien nog een uitgestelde partij wist te winnen van D. Ter horst. Uitslag der partijen van 29 December: Groep I. G. v. ZantenG. Kroon uitgest. H. SchaapP. Schager 20 P. SchaapH. Muller uitgest. D. OttJoh. Kramer 02 W. KemiulcP. Kemink 20 H. GroenendijkP. Visser uitgest. Groep II. J. SnijdersD. Terhorst 20 C, StrijkerJ. Wartenhorst 20 P. v. d. VeldeJ. Geiteman uitgest. L, WartenhorstA. Schager 20 W. de Graaf—J. Ruiten uitgest. Uitslag der partijen op 5 Januari: Groep I. W. KeminkG. v. Zanten 20 P. Kemink—D. Ott uitgest. Joh, KramerP. Schaap 20 H. MullerH. Schaap 20 P. SchagerH. Groenendijk 02 P. VisserG. Kroon 20 Groep II. W. de GraafJ. Snijders 02 J. RuitenL. Wartenhorst uitgest. A. SchagerP. v. d. Velde 20 J. GeitemanC. Strijker 02 J. WartenhorstD. Terhorst 20 VELSEROORD. De heer en mej. van Laar, wonende Kanaal- weg alhier, hopen op 23 Januari hun gouden hu welijksfeest te vieren. Reorganisatie van den R.K. Volksbond. Donderdagavond heeft de afdeeling van den R.K. Volksbond een vergadering gehouden ter be spreking van de reorganisatie va:, den R.K. Volks bond alhier. De heer Angenent, van liet hoofdbestuur, hield een inleiding, waarin hij er op wees, dat men, staande de vergadering, nog niet tot reorganisa tie kan komen. Wit men deze afdeeling gaan re- organiseeren, dan dienen de plaatselijke omstan digheden te worden bezien en dan blijkt, dat er andere afdeelingen bij betrokken worden. We hebben hier in de gemeente Velsen drie zelfstandige afdeelingen van den Ned. R.K. Volks bond, n.l. te IJmuiden, Velseroord en Wijkeroeg. Nu is dit op zich zelf niet zoo kwaad, en de vraag zou gesteld kunnen worden, oi het niet beter is, dezen toestand te bestendigen. In het verleden zijn wel eens moeilijkheden ondervonden en wan neer we de zaak goed bekijken aldus spr. dan moeten we tot de conclusie komen, dal er, bij een nauwere samenwerking, goed werk had kunnen worden gedaan. Er zijn moeilijkheden in het verleden geweest, doch er doen zich heden ook moeilijkheden voor. Spr. las de grondslagen voor, welke zijn vast gesteld voor reorganisatie van afdeelingen. Het is echter niet onmogelijk dat zij in de toekomst noeilijkheden meebrengen, omdat het Doorluchtig Episcopaat ze nog r.ict heeft goedgekeurd. Spr. j |af 'n duidelijke uiteenzetting van de beteekenis |van deze grondslagen en beantwoordde daarna de vraag: hoe dient de reorganisatie tot stand te komen. Volgens spr. is er maar een goede weg, ïamelijk: één volksbond voor de geheele gemeen te Velsen. Dus niet meer 3 zelfstandige afdeelin gen te IJmuiden, Velseroord en Wijkeroog. Dan vangt men alle vakveréenigingen onder één be stuur samen en kan er gemakkelijk een bestuurs raad gevormd worden. Aan deze centralisatie zijn verschillende voor- deelen verbonden. Men zal meer en voldoende kracht kunnen ontwikkelen bij de behartiging van plaatselijke belangen, wanneer gerequesireeid moet worden naar de autoriteiten. En de grens kwestie die al zooveel moeilijkheden bracht, zal vervallen. Weliswaar is het een bezwaar, dat men met een uitgestrekt rayon te doen heeft en voor het be stuur zal het niet gemakkelijk zijn, voldoende con tact met de leden te houden hetzelfde wat men in de groote steden ondervindt. Daar is men aan de moeilijkheid tegemoet gekomen door het vormen van z.g. „kringen", die zooveel mogelijk parochiaal worden ingericht. Hetzelfde zal men hier ook kunnen doen. Spr. zette de beteekenis en de taak van deze kringen uiteen en vroeg hiervan het oordeel van de vergadering voor dit plan. Een der aanwezigen merkte op, dat te Jan Gijzenvaart (gemeente Velsen) een afdeeling bouwvakarbeiders bestaat, waarvan de leden ge deeltelijk tot de parochieën Schoten en Bloemen- daal behooren. Een eigenaaridge moeilijkheid! De heer Angenent legde er echter den nadruk op, dat men zich dezen avond alleen bezig moest houden met de vereeniging van de 3 afdeelingen; later kan men de vorming van de kringen onder de oogen zien. Voorts merkt spr, nog op, dat er een uniforme contributieregeling zal moeten komen, terwijl de vraag moet worden beantwoord, waar de zelel zal zijn gevestigd. Hierover zullen de andere af deelingen mede hebben te oordeelen. Voor het oogenblik moet evenwel een principiëele beslis sing worden genomen; eerst dan kan met de an dere afdeelingen in overleg worden getreden. Nadat de geestelijke adviseur verklaard had, zich met het principe geheel te kunnen vereeni gen, keurde de vergadering met algemeene stem men het plan tot reorganisatie goed en machtigde het bestuur de noodige slappen te doen, die tot de samenvoeging kunnen leiden. Hierna wordt de vergadering gesloten. N. Haarl. ^Ct, VELSEN. Arbeidsbemiddeling Valser.. Als werkloos ingeschreven 9 Jan. 1926. 2 letterzetters, 14 schilders, 21 timmerlieden, 5 metselaars, 1 mach. houtbewerker, 1 kuiper, 1 boormeester, 5 bankwerkers, 1 loodgieter, 2 voorslaanders, 2 chauffeurs, 3 stokers, 1 bakker, 1 sigarenmaker, 4 macrozen, 3 kantoorbedienden, 90 diversen. Burgerlijke Stand Velsen. Geboorten: A. M. de Bruijnde Boer, z.; D. BakkerSikkerk, d.; J. HartogBlinkhof, z.; A. C. QuakkelaarOverbeeke, d.; P. Altink-Luik, d.; C. C. M. OlivierMos, z.; K. BroekStam, d.; G. ZeilmakerPost, d.; L. W. RoetmanAcker- man, z.; J. M. MinderhoudGunst, d.; A. F. de Wit—Kok, z. Ondertrouwd: N. J. Zuurbier en E. C. v. d. Meij; H. Schaap en A. E. C. Luster; C. Spoel- stra en M. Gravemaker; A. C. Lap en A. A. Bruin. Gehuwd: S. de Koning en M. de Bruijn; J. van Deursen en H. Blootshoofd; A. A. M. van Weezenbeek en A. M. Thoolen. Bevolking der gemeente Velsen op 31 Dec. 1925. Mannen Vrouwen totaal, 16301 15831 32132 De bevolking is dus in het jaar 1925 toegenomen met 1055 zielen. Na gehouden aanbesteding is het lossen en vervoeren van materialen ten behoeve van het bedrijf Openbare Werken, gedurende het eerste halfjaar 1926, als volgt gegund: de perc. 1, 2 en 3 aan F. W. Kochx te Driehuis; perc. 4 aan G. Spanjaard te Santpoort; de perc. 5, 6, 7 en 8 en A 1, Bl, B2, B3, B4 en B5 aan Gebr. Boon te IJmuiden en de perc. A5, Cl, C2, C3 en C4 aan J. v. d. Veldt te Santpoort. Naar Kenn. verneemt, zijn de Ver, Kon. Pa pierfabrieken der Firma van Gelder Zonen, al hier, overgegaan tot het aanschaffen van een zie kenauto voor hel vervoer van zieken en gewon den, zoodat men niet meer afhankelijk behoeft te zijn van den een of anderen stalhouder. Onder voorzitterschap van den heer H. J Weenink, hield de afd. Velsen-IJniuiden van den Algemeenen Bond van Politiepersoneel in Neder land Vrijdagavond een openbare propaganda- vergadering waar de heer Leeuwis, lid van hei H.B. sprak over „Waarom en hoe georganiseerd". Spr. begon naar Kenn. meldt, zijn rede met e. n historisch overzicht van den toestand der a-bci- ders en ambtenaren voor den lijd toer. er van eenige beduidende organisatie sprake was. A ar* dezen toestand is gelukkig thans cw. einde ge komen, in de eerste plaais door het krachtdadig optreden der arbeidersbeweging, waartoe «eiuk- cig de ambtenaren en het overheidspersoneel, zich ook voelt aangetrokken. Door den druk der omstandigheden zegt spr. was de regeering ook voor ons in 19tS vrijgevig cn hadden de ambtenaren hun belang begrepen' en hun organisaties op peil gehi udeii, dan zouden er niet nu weer zoovele verslechteringen zijn in gevoerd. Uitvoerig behandelt de heer Leeuwis de beteekenis van den S-urendag, dit is van de grootste beteekenis voor de ontwikkeling onzer klasse zegt spr. en zijn belang voor de arbeiders klasse zal zich op den duur zeker laten gevoelen. Ook hel overheidspersoneel zal meer cn meer tot de erkenning moeten komen dal elke verbete ring van hunne positie van de bezittende klasse, dit is voor hen de regeering, zal moeten worden afgedwongen. Met kleine, categorische bondjes komen wij er niet meer, deze kunnen niets doen dan verzoeken en nog eens verzoeken, en komt er niets van, dan kan men even gerust weer het -ioofd in den schoot leggen. Alleen sterke organisatie, ook van overheids personeel, is in staat iets voor zijn leden ie doe De A. B. v. P. in. N. heeft dit begrepen cn zich daarom aangesloten bij het A.C.O.P. de grooie centrale van overheidspersoneel in Nederland met ruim 33000 leden, terwijl er ook ernstige pogin gen worden aangewend om Internationaal de po litiemannen te organiseeren. Financieel is ook de A. B. de éenige organisatie die wat presterren kan en het is daarom, aldus eindigde spr. de plicht van eiken politieagent, voor dezen Bond propa ganda te maken. Een luid en dankbaar applaus volgde op deze rede. De vergadering was uitste kend bezocht. SANTPOORT. Donderdagavond vergaderde de onlangs op gerichte Gymnasliekvereeniging in „De Wcy- man", o.m. ter vaststelling van statuten en huis houdelijk reglement. Besloten werd de vereni ging te noemen „Santpoortsche Turnvereenigirg" Het bestuur werd uitgebreid met den heer Pels, zoodat het thans bestaat uit de dames Kooper en Bremerkamp en de heeren Ouwerkerk, Volmer en Pels. Dezer dagen is met eenige feestelijkheid het Tehuis geopend, dat de Vereeniging ter Be scherming van Joodsche Meisjes zich hier ge slicht heeft. Toen de voorzitster, mej, D. Sanson, de talrijke aanwezigen verwelkomde, aldus meldt het „Hbl. kon zij onder hen in het bijzonder noemen den opperrabijn I. van J. Palache en A. S. Onderwij zer, rabbijn S. Pb. de Vries Mzn. te Haarlem, dr, J, H, J. Vos, wethouder van Amsterdam, prof. dr. J. L. Palache, mr. A. J. Feith, kinderrechter te 's Gravenhage, A. J. Mendes da Costa, namens het Portug. Israël. Kerkgenootschap en de Ver. hulp voor onbehuisden, te Amsterdam, A. de Li ma Hzn., voorzitter van de Joodsche gemeente te Haarlem, A. van Creveld Mzn., lid van de centr. commissie tot de algemeene zaken van het Ned. Isr. Kerkgenootschap. De voorzitster las vervol gens voor de ingekomen berichten van verhinde ring, waaronder er waren van den minister van 'Justitie en van B. en W. van Velsen; waarna de secretaresse mevrouw mr. S. J. van Creveld Meijers enkele ingekomen stukken voorlas. De opperrabbijn de heer Onderwijzer, hield nu een uitvoerige rede waarin hij het Hebreeuwsche woord tsenieoetb tot punt van uitgang nam. Dat woord, zei spr., is een van de kostbaarste juwee- len aan de kroon van het Jodendom; het is der vrouwen recht en luister. Komende tot de eman cipatie der vrouwen, wees spr. op het gevaar, dat daarin schuilt voor de zwakken. En spr. bracht in verband daarmee hulde en dank aan de vrouwen, die de zware taak hebben op zich ge nomen dit tehuis te leiden, waarin de geest des Jodendoms zou leven. Rabbijn De Vries, uit Haarlem, wees er op, dat er een tijd was, waarin de Joden over het begrip vallen en vallenden gaarne heengingen. Die gees tesgesteldheid is nog niet geheel verdwenen. Maar wij Joden, zei spr., konden ons ook niet permitteeren gevallenen te hebben, omdat de daad van den enkeling gewoonlijk aan de gemeen schap wordt verweten. Dit tehuis zal trachten de gevallenen weer op te richten; 'spr. zou daartoe zijn krachten gaarne bijdragen, „Sta op maagd Israëls", zij het devies van dit huis, In de plaats van prof. D. Simons, die wegens ongesteldheid verhinderd was, sprak prof. dr. Pa lache namens de Mij. tot Nut der Israëlieten in Nederland. Spr. bracht gelukwenschen over en zei te hopen, dat deze inrichting er lang een zou blijven van bescheiden omvang. Dr. Vos, die eveneens zijn gelukwenschen aan bood, herinnerde er aan, dat de zorg als dié hier geboden zal worden, nog niet oud is. Een 5060 jaar geleden stelde men op de zonde straf; eersi in het laatst van de vorige eeuw zijn het sociale gevoel en het sociale bewustzijn wakker gewor den. Spr. hoopte, dat de steun voor dit tehuis niet alleen zou komen van godsdienstige, maar ook van psychiatrische zijde. Mevr. Ch, Polak—Roosenburg sprak vervol gens namens de Vereeniging voor Onderlinge Vrouwenbescherming; waarna de heer Ouenaller, namens den Armenraad te Amsterdam en a.s voorzitter van de Unie voor ongehuwde moeders hartelijke woorden van waardeering uitsprak. Namens de afd. Amsterdam der recipieerende vereeniging voerde mevr. C. Wijzenbeek ^an~ ken het woord, en nadat uit naam van de afdee lingen Amsterdam, Haarlem en Den Haag bloe men aan de voorzitster en de secretaresse waran aangeboden, spraken nog eenige dames en hee ren gelukwenschen uit. Ten slotte dankte de voorzitster, en zij vergat niet haar erkentelijkheid te uiten voor de giften geschonken door Haarlemsche winkeliers en par ticulieren, Het Tehuis is gevestigd in de voormalige villa „Oakwood", gelegen in de nabijheid van het sta tion. De woning is ruim en gezellig en zal als tehuis aan de verwachting zeker beantwoorden. Wij teekenen hier nog bij aan, dat in dit Te huis worden opgenomen, meisjes, die niet meer leerplichtig zijn, doch wier geestestoestand van dien aard is, dat zij hulp en leiding niet kunnen .ontberen. De meisjes moeten onder leiding van

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1926 | | pagina 5