Jongens
PUftOt.
PLAATSELIJK NIEUWS.
IJMUIDEN.
Wijziging vischafslag te IJmuirten.
Het voornemen bestaat enkele dagen van de
volgende week den verkoop van de viscb in de
i ijksvischhallen wederom bij wijze van proef, doch
dan op grooten schaal, te houden op een daartoe
aan te wijzen afgesloten ruimte in de hal.
Deze proeven worden genomen om te onderzoe
ken of in de toekomst afslag zaj kunnen plaats
hebben in op zichzelf staande afslaglokalen met
aanwending van electrische mijntoestellen.
Op deze proefdagen zullen niet een klein aan
tal, zooals tijdens den vorigen proef, doch alle
binnen zijnde stoom- en zeiltreilers (uitgezonderd
de kustvisschers) op bovengenoemde wijze wor
den afgeslagen, met dien verstande, dat telkens
de vangsten van 10 schepen volgens orde van
binnenkomst zullen worden verkocht en tusschen
eiken verkoop weder gelegenheid zal worden ge-
ge ven de vangsten te bezichtigen van de volgen
de aan de beurt zijnde 10 schepen.
Door de IJmuider Vischhandelvereeniging zijn
praktische aanteekenboekjes voor de handelaren
beschikbaar gesteld, waarin deze vooraf anntee-
keningen kunnen maken van de hoeveelheden,
kwaliteiten en den te besteden prijs van iedere
vischsoort door een schip aangebracht.
Concert
Fischman-Emmering-Rodriguez.
Naar wij vernemen zal het concert der dames
Fischman, Emmering en van den heer Rodriguez,
welke in Januari plaats had, op veler verzoek
herhaald worden. De solisten komen evenwel met
een geheel nieuw programma. Daar het grootste
deel der plaatsen reeds thans besproken is, twij
felen wij niet of het kunstenaars-trio zal ditmaal
voor een uitverkochte zaal optreden. De uitvoe
ring is vastgesteld op Donderdag 8 April in het
Gebouw voor Christ. Belangen.
Men zie verder de advertentie In dit blad,
Zang-concours.
Men meldt ons:
De Chr. Zangvereeniging „Halleluja", dir. Theo
van Zutphen, is voornemens 2den Pinksterdag
deel te nemen aan het concours te Wassenaar.
Daar het haar gelukt is in 1924 een 1ste prijs te
behalen in Gouda (4e afd.) en in 1925 een 1ste
prijs in Hilversum (3de afd.) zal zij dit jaar uitko
men in de 2de afd.
Voor dames vanaf 16 en heeren vanaf 17 jaar be
staal nog gelegenheid zich aan te melden als lid.
Repetities worden gehouden des Dinsdagsavonds
in de bewaarschool naast het Gebouw voor Chr.
Belangen.
Onder leiding van den heer Theo van Zutphen
is ook dit koor geworden een der vooraanstaan
de vereenigingen in deze gemeente. Wij vertrou
wen dat het van Zutphen wederom zal gelukken
om met dit koor op 2den Pinksterdag een eersten
prijs te behalen, zoodat het een volgend concours
in de 1ste afd. zal kunnen uitkomen,
VELSEN.
Het zwanenpaar in Velserbeek.
Voor het nieuwe zwanenpaar is een gelegen
heid voor broeden gemaakt, die voor de herten
onbereikbaar is. De gedragingen van de vogels
zijn van dien aard, dat men gegronde verwach
tingen mag koesteren omtrent hun broeden.
Instituut voor Arbeid so ntwikkeling.
Woensdagavond hield de heer R. J. Zuide-
ma van Beverwijk in ..Bloemoord" te Wijkeroog
voor de Afd. Velsen van hel Instituut voor Ar-
beidsontwikkeling eene lezing over ,,De leugen
van het Materialisme".
De heer Klimp opent de bijeenkomst met een
woord van welkom. Hij wijst er op, dat den so
cialisten gewoonlijk verweten wordt, dat zij
slechts streven naar behartiging van materieele
belangen, terwijl vele partijgenooten er zich op
verheffen, dat zij slechts materialisten zijn, In elk
geval is het wenschelijk, dat de stoffelijke belan
gen goed behartigd worden, daar het anders zeer
bezwaarlijk zou gaan de geestelijke te verzorgen.
De spreker zou misschien wel zeggen wat hem in
dit opzicht het beste scheen.
Spreker begon met een beroep te doen op on
ze fantasie. Als, zegt hij, eens een matroos op een
oceaanstoomer in een diepen hypnotischen slaap
gebracht en daarna in een vreemd land aan wal
gezet werd, waar hij na wakker gemaakt te zijn,
zich niets meer van vroeger herinnerde, dus om
zoo te zeggen in eens een nieuw bestaan begon,
wat zou die man vreemd opzien! Hij zou van het
hem omringende heel weinig begrijpen, en als hij
een beetje wijsgeerig was aangelegd, zou hij al
maar trachten het hoe en waarom te weten te
komen.
In een dergelijk geval verkeeren ook wij. Velen
beseffen dat niet, omdat ze niet nadenken en alles
maar aanvaarden, maar de denkers, de vorschers
stellen zich met het enkel maar voortleven niet te
vreden, zij vragen naar het hoe en waarom en
komen hoe langer hoe meer tot de overtuiging,
dat we in raadselen rondwandelen. Wij zien het,
maar doorgronden het niet is hun slotsom.
Bovendien bedriegen onze zintuigen ons ook)
nog. zoodat de oplossing nog bemoeilijkt wordt.
Ons oog bedriegt ons, als we meenen dat de
zon s morgens als een schijf uit hef oosten ver
rijst en s avonds in het westen ondergaat.
Ons gevoel bedriegt ons, als we den vingertop
branden en meenen, dat we daar pijn hebben.
Verwijder de zenuw en het branden doet geen
pijn meer,
AI te vaak geven onze zintuigen ons verkeerde
denkbeelden, zoodat hij, die alleen gelooft aan
datgene, wat hij daarmee waarnemen kan, zal zich
dikwijls in 't eind bedrogen vindem_
Het materialisme, zegt spreker, is de leer der
slof. Voor den materialist is de mensch de schei
kundige verbinding van eenige stoffen, waaruit de
geest ontstaat, dus de stof is de hoofdzaak, de
geest bijzaak.
Hierna legt spreker uit, dat het geluid een pro
duct is van onze geesteswerkzaamheid, evenals
het licht.
't Zijn geen dingen, geen stoffen, geen realitei
ten, 't zijn slechts voorstellingen.
Onze zintuigen zijn nog slechts gereedschappen
met een beperkt vermogen, ze zijn slechts afge
stemd op eene bepaalde soort van trillingen.
Wordt een voorwerp, bijv. een vioolsnaar in
trilling gebracht, dan worden die trillingen over
gebracht door de lucht naar ons gehoorapparaat
waar dan de gehoorzenuw de boodschap naar de
hersenen geleidt en de gewaarwording van ge
luid doet ontstaan, maar is dat getal trillingen
beneden 32 of boven 36000 per seconde, dan hoo-
ren we niets.
Met het zien is het iets dergelijks. Zien doen
we iets, als het aantal ethertrillingen per sec.
tusschen ae getallen 380 millioen en 760 millioen
ligt. j
Ons hooren en ons zien zijn dus begrensd, met
behulp van kunstig samengesteld gereedschap
kunnen we de grenzen uitbreiden, maar bereiken
ze toch eindelijk weer en moeten dan erkennen,
dat we hoorende doof en ziende blind zijn.
Onze waarnemingssfeer is bovendien neg be
grensd door het aantal zintuigen. Hadden we er
nog 1 of meer bij, wat zou dat een uitbreiding ge
ven. Om hiervan eenig denkbeeld te krijgen,
moeten we ons maar eens voorstellen, hoe veel we
moeten missen door 1 der 5, die we thans hebben,
te verliezen. Of beter nog, laten we ons eens voor
stellen, dat iemand zat te vertellen uit zijn ge
zichtswereld aan iemand, die het gezichtszintuig
nooit bezeten had. Deze zou er niet aan kunnen
gelooven en alles voor phantasie houden.
Zoo staan wij nu ten opichte van hen, die er
een zesde zintuig op na zouden houden. En er
zijn er, die beweren, dat de menschen dat een
maal zullen krijgen, ja dat er al zijn, die ver een
zesde zintuig kunnen beschikken, de clair voy-
anten, de helder zienden.
Hoé het ook zij, we kunnen ons indenken, dat
we bij het bezit van andere zintuigen de wereld
anders zouden zien en bij meer zintuigen, dingen
gewaar worden, waarvan de stoutste phantast nu
nog niet zou kunnen droomen.
Hetgeen we waarnemen, zegt spreker na de
pauze, geeft ons de stof tot denken. Newton zag
een appel vallen en kwam door denkan tot be
langrijke natuurkundige wetten. Wie of wat denkt
er in ons. Dacht Aristoteles, dat-het hart de ze
tel van de denkfunctie was, thans zijn we het er
wel over eens, dat de hersenen deze plaats ver-
De materialist zegt. de hersenen zijn het, die
denken, de spiritualisten zeggen, de geest doet bet
door de hersenen als middel te gebruiken,
Hersenen, oogen en ooren denken, zien en
hooren niet, maar zijn de gereedschappen er
voor. r
De materialist zegt, dat geest .en henaam onaf
scheidelijk verbonden zijn, de goede of slechte ge
steldheid van het eene gaat altijd gepaard aan die
van het andere. Nu zegt spreker, dat de feiten
hiermee in tegenspraak zijn.
Slechts in een gezond lichaam een gezonde
ziêi" is een uitspraak, die spreker niet meer voor
waar aanneem?. De geschiedenis van Stadhouder
Willem II 1650—1702 bewijst immers het onware
ervan! Hoe meer hersenen, hoe meer verstand is
ook een zeer bekende uitspraak, waarvan spre
ker ook de waarde ontkent. Met vele voorbeel
den toont hij aan, dat zijn twijfel op goede gron
den berust.
Groote geleerden bleken dikwijls een hersenge
wicht beneden het middelmatige te bezitten, ter
wijl omgekeerd het grootste gewicht bij een idioot
aangetroffen werd.
Het hersengewicht bij wonderkinderen zal toen
zeker wel beneden dat van een gewoon middel
matig volwassen mensch blijven!
Het verstand komt met de jaren en groeit, bloeit
en vervalt met het stoffelijk lichaam is volgens
spr. ook een uiting, waaraan sterk getwijfeld mag
worden en vindt bewijzen voor zijne meening in
het voorkomen van wonderkinderen en van grijs
aards, die tot in den hoogen ouderdom nog in het
bezit waren van hun groot en onverzwakt ver
stand, j
Ja, spreker haalt voorbeelden aan, dat men
schen, die tijdens hun leven groote verstande
lijke gaven ten toon gespreid hadden, na hun
dood bij operatie in het bezit waren van zeer
zieke hersenen, waaruit men bijna besluiten zou,
dat hersenen en verstand weinig met elkaar te
maken hebben,
Spr. zegt de geest is de meerdere van het li
chaam. Hij wordt niet aangedaan door groote
veranderingen, die het stoffelijk omhulsel steeds
ondergaat. Na eenige jaren hebben wij een uieuw
stoffelijk omhulsel gekregen, maar de geest is on
veranderd en staat boven de stof.
Het moderne zielkundige onderzoek heelt de
doodsklok geluid over het materialisme. Iemand,
die onder hypnose gebracht is, bewijst vaak in het
bezit van zijn gewoon gezonden geest te zijn .ter
wijl de functiën van het stofelijk omhulsel bijna
geheel buiten werking gesteld zijn, ja het ge
beurt dikwijls, dat die geest dan kwaliteiten ver
toont, uitgaande boven bet gewone niveau.
Een mensch, zegt spreker, is een geest in een
stoffelijk omhulsel, dat hem slechts ïjdelijk tot
woonplaats dient. In het geestelijke ligt de ware
adeldom van den mensch!
Het heelal is een organisatie, die door een or
ganische kracht moet samengesteld zijn, evengoed
als een uurwerk een maker gehad moet hebben,
hoe men die kracht betitelen wil, dat is een ding
van minder belang, maar men moet tot de over
tuiging van haar bestaan komen.
Het geestelijke is primair, alles heeft een gees
telijk fondament. Het geestelijke is het oorspron
kelijke, het stoffelijke is het latere, het sccon-
^Ten slotte wijst de spreker er op, dat de voort
gezette onderzoekingen van geleerden gebracht
hebben tot de uitspraak, dat er geen stof is, maar
dat alles teruggebracht wordt tot energie. De
electronentheorie heeft een totalen omkeer ge
bracht en ziedaar de grootste veroordeeling van
het materialisme.
Een luid applaus toonde den spr. dat hij een
aandachtig en dankbaar gehoor gevonden had.
Nadat nog eenige hem gestelde vragen waren
beantwoord dankte de heer Klimp den
dema voor zijn boeiende voordracht en wilde de
aanwezigen waarschuwen voor eenzijdigheid. Wie
alleen aan de vervulling van stoffelijke behoeften
denkt, of alleen zich .met het mystieke bezig
houdt, gaat zich te buiten, bet eene kan met het
andere gepaard gaan en daar zal men zich het
beste bij bevinden.
De bijeenkomst was door een dertigtal dames en
heeren bezocht.
Donderdagmorgen ontlastte zich een flinke
donderbui, die voor de geioovers aan de uitspraak
van oude weerprofeeten een onaangename ver
rassing was, want: Donder in het dorre hout,
geeft een voorjaar schraal en koud. Voor anderen
is bet al weer een buitenkansje want: Bij donder
in Maart, pak je elft bij den staart, wat wijst op
een rijken elftvangst,
B&volking.
Bevolking der gemeente Velsen op 1 Maart
1926: T*i
Mannen Vrouwen Totaal
16428 15904. 32442
De bevolking is dus sinds 1 Januari j.l. met 200
zielen toegenomen.
De N. Hl. Crt. schrijft:
In het ziekenhuis „St. Joannes de Deo is ter
verpleging opgenomen de Zeereerw. Pater i ille_
mans van de orde van de Missionarissen van het
H Hart van Jezus procurator van het Missiehuis
te Velsen—Driehuis. Zijn Eerw. moet dezer dagen
een niet-ernstige operatie ondergaan.
Het Departement der Ned. Mij. voor Nijver
heid en Handel zal candidaat stellen als lid van de
Kamer van Koophandel en Fabrieken te Haarlem
voor het grootbedrijf (vacature F. H. Meijer) de]
heer J. H. A. Kruimel te Bloemendaal, directeur
der Kon. Papierfabrieken van Gelder Zonen.
stoeien en ravotten graag, maar
vallen en bezeeren zich dan ook
dikwijls. Zorg daarom altijd in huis
voor een doos
Doos 30 ct.
Bedoelde tusschentijdsche verkiezing heeft
plaats op 10 Maart a.s.
Donderdag 11 Maart houdt de afd. Velsen
van de Ned. Ver, van Fabrieksarbeiders, haar
jaarvergadering in „Bloemoord" te Wijkeroog.
Buiten de gewone werkzaamheden, bevat de
agenda o.m. jaarverslag van secretaris en pen
ningmeester, verslag controle commisise en be
stuursverkiezing. Kenn.
Woensdag had op den Wijkerstraatweg, op
den hoek der Burgemeester Weertsslraat te Wij
keroog, een aanrijding plaats tusschen een vracht
auto geladen met melk en een wielrijdster. De
schuld van het ongeval is volgens Hl, Dbl. aan
onvoorzichtigheid van de wielrijdster te wijten,
daar zij met veel vaart de Burg, Weertsstraat uit
kwam en niet oplette.
De chauffeur stopte doch kon niet voorkomen
dat het meisje onder den auto raakte. Het liep
echter bijzonder goed af, wel was de fiets ge
ducht gehavend, maar het meisje bleef tenminste
oogenschijnlijk ongedeerd, hoewel ze erg zenuw
achtig deed van den schrik,
Woensdagmiddag rende een ijlbode het dorp
Velsen door, aldus vertelt Hl. Dbl., om den opper-
brandmeester de tijding te brengen, dat „het"
Hotel in brand stond. Sedert het eenige hotel dat
ons dorp had langen tijd geleden in vlammen op
ging, is nu „het" hotel te vinden op Velserbeek".
Dreigde dit hetzelfde lot van ,,De Prins" te on
dergaan?
Onze ijlbode vond den opperbrandmeester niet
thuis. Deze was echter in de nabijheid, zoodat hij
met bekwamen spoed de noodige maatregelen
ging nemen. In de allereerste plaats moesten na
tuurlijk de brandmeesters worden gewaarschuwd.
Aangezien onze brandmeesters ook maar gewone
menschen zijn, waren ook deze niet dadelijk te
vinden, zoodat de opperbrandmeester, geassi
steerd door zijn knechts, er maar alléén op uit
trok. Zoo spoedig mogelijk werd onze motorspuil
uit het magazijn gereden. Dan komt de eerste
moeilijkheid; dat is het vervoer van de spuit naar
het tooneel des onheils. Het onhandige ding weegt
een paar ton, zoodat eerst een paard gerequi-
reerd moest worden. Brandend van ongeduld werd
in 't brandende" hotel de komst van de spuit
afgewacht. Het duurde vijf minuten, tien minuten,
een kwartier, ja eindelijk, daar kwam de spuit
het park binnenrollen.
Snuivend stak de opperbrandmeester zijn neus
in den wind. Het was alles frissche leniegeur wat
hij opsnoof; geen spoor van een brandlucht. Maar
niettegenstaande dat werd met onverminderden
ijver de tocht voortgezet.
Vóór het hotel aangekomen bleek dra, dat het
met den brand zoo erg niet was; spoedig bleek
zelfs, dat er heelemaal geen brand was. Nochtans
werden de slangen uitgerold en de motorpomp
aangedraaid, zoodat er water kon worden gege
ven. Het geen men dan voor de goede orde ook
maar deed, gelukkig niet in het knetterende vuur
van een gebouw in lichtelaaie, maar gericht op
een denkbeeldigen vijand, neervallende op versch
geplante rozenstruiken en bloeiende sneeuwklok
jes.
Een half uurtje was verloopen sedert van het
hotel uit het looze alarm bij wijze van proefne
ming de wereld was ingezonden,
Door de afd. Velsen van het Instituut voor
Arbeidersontwikkeling, is voor Maart het vol
gende programma samengesteld;
Woensdag 17 Maart draait in „Flora" te Vel-
seroord, de film van de Verbruikscoöperaties in
Nederland, waarbij de leden van het Instituut
zeer waarschijnlijk tegen gereduceerden prijs toe
gang hebben. Hierover zijn de onderhandelingen
gaande.
Woensdag 24 Maart spreekt, eveneens in „Flo
ra" te Velseroord, de heer G. Klimp van IJmui-
den over Nederlandsche Letterkunde.
Op 31 Maart in het „Koning Willemshuis" te
IJmuiden, Dr. B. Premsela van Amsterdam, over
„Sexueele Opvoeding der kinderen." Kenn.
DRIEHUIS.
In de Dinsdag gehouden jaariijksche alge-
meene vergadering werden ds balans cn de winst
en verliesrekening over 1925 goedgekeurd.
Overeenkomstig het bestuursvoorstel is het
dividend bepaald op 14 op de aaudeelen en
f 70 per bewijs van deelgerechligd'neid. De heer
R. Voute, periodiek aftredend, werd als bestuurs
lid herkozen.
SANTPOORT.
Juist door het feit dat we nog een
kleine drie w-ken van de intrede der lente
verwijderd zijn, valt het op, hoe weiland
en de vroege spinazie reeds beginnen te
groeien en hier en daar het hout reeds
begint uit te loopsn. We! een vroeg voor
jaar.
De N. Vlaard. Ct, vervolgt haar serie artikelen:
,De noodige maatregelen."
De stoomtreilvisscberij is ee2 nog jong bedrijf,
dat echter een geweldigen opgang heeft gemaakt,
doordat het met betrekkelijk eenvoudige en weinig
kostbare hulpmiddelen in staat bleek groote
vischvangsten te behalen. Het is, naar onze mee
ning, tijdens dit kortstondig bestaan echter reeds
bewezen een dier technische aanwendingen te
zijn, waardoor aan de natuur der dingen dermate
geweld wordt aangedaan, dat totale ontwrichting
en ten slotte een totaal averechtsch resultaat er
het gevolg van moeten zijn.
De toenemende bevolking, .de toenemende wel-
I vaart en dus ook toenemende consumptie dezer
bevolking leidden tot vindingen ter verhooging
van de productie.
j Daar kwam bij dat de voortschrijdende tech
;niek in staat stelde tot langduriger bewaring van
visch in verschen staat en haar verzending over
grooteren afstand, zoodat ook bet rayon der con
sumptie bevolking voortdurend grooter werd
Dit alles verklaart de opkomst en de uitbrei
ding der stoomtreilvisscherij up de Noordzee,
I niet alleen in Nederland, maar evenzeer in de
j andere, aan de Noordzee grenzende landen.
Maar de natuur geeft steeds nadrukkelijker te
kennen, dat zij haar eigen grenzen heeft, welke
ze niet straffeloos laat verkrachten.
Al sluiten we hiervoor onze oogen potdicht en
al stoppen we beide ooren toe, die waarschuwing
staat niettemin dreigend voor ons.
I De moderne stoomtreilvisscherij is een bedrijf,
[dat de bronnen van de vruchtbaarheid der visch-
wateren aantast.
Desgelijks is ook de snurrevaad-visscherij, welke
uitgeoefend wordt aan het anker, in een cirkei;
als zeker wordt aangenomen dat, wanneer dit
driemaal gebeurt, de plaats totaal doodgevischt is.
Geheel- anders is het gesteld met de drijfnet-
de beugvisscherij.
i Met het drijfnet en de beug kan zeer scherp
[worden gevischt; er kunnen, als er maar vol
doende visch aanwezig is, groote kwantiteiten
imee gevangen worden.
Er kan ook onvolwassen visch mee worden op
gehaald.
Maar beide vischmethoden lasten de natuurlijke
'productiviteit van de vischwateren niet aan,
[Paai- en broedplaatsen laten ze onaangeroerd;
J vernieling en vernietiging hebben er niet door
plaats.
I Eeuwen lang zijn deze visscherijen uitgeoefend,
zonder dat de Noordzee teekenen van uitputting
(vertoonde, en zonder dat ook de vaste viscb-
gronden het bleken op te geven.
I Maar eenige tientallen jaren van moderne vis
scherij hebben deze euvelen reeds vel bloot-
Yisschv:ry cn
WATERSTAND IJMUIDEN.
Maart 1926 H. water L. wi'er
Dagen v.m. n.m. v.m. n.m.
6 7 10 7 32 2 38 3.04
7 L.K. 7.54 8 23 3.14 3.45
8 8 51 9 32 4 03 4 42
9 10.15 11.10 5.13 608
10 11 55 6.53 7 48
11 0 36 1.04 8.22 9.02
12 1 36 1.55 9 26 9.58
13 2 24 2.43 10.18 10.48
VISCHOMZET.
De omzet in de rijksvischhallen te IJmuiden
bedroeg in Februari van dit jaar f 1.159.335.
tegen f 1,223.287.in Februari van het vorig jaar.
En nu is onze eenvoudige vraag, of dat toch
niet veel te denken geeft.
Wijst dit niet een bepaalde richting aan, waarin
moet worden gezocht om de oorzaak, of althans
een oorzaak op te sporen van datgene, wat tegen-
I woordig iedereen, hier te lande zoowel als elders,
[zorg inboezemt?
Er is hierover de laatste jaren reeds zooveel
geschreven, ook in dit blad, dat wij het thans
overbodig achten in nadere bijzonderheden te
treden, of allerlei feiten aan te voeren ten be-
looge, dat de treilvisscherij onvermijdelijk funeste
gevolgen voor den vischrijkdom en een ongestoor
de vischproductie moet hebben
Naar we meenen wordt dit ook niet ontkend.
Wij althans hebben hierover ook meermalen van
gedachten gewisseld met mannen uit het stoom-
treilvisscherijbedrijf, die grif toegeven dat er
grond bestaat voor onze opmerkingen en aan
duidingen.
Maar wat wil men? Die stoomtreilvisscherij is
,er tegenwoordig nu eenmaal, en de tijd zal wel
|leeren, waar we ten slotte aanlanden.
De snurrevaadvisscherij neemt nu ïeeds niet
meer tóe, gaat eer achteruit, en wie weet of een
zelfde proces zich niet ten opzichte van de treil-
visscherij zal openbaren.
Zoo wordt geredeneerd.
Ingrijpen echter moet men niet; een nu eenmaal
|bestaand bedrijf mag niet bemoeilijkt worden.
Uitzieken dus!
Plet is óns standpunt niet.
Het is een economische dwaalleer. Onmetelijke
[rijkdommen moeten dus eerst verloren gaan, een
tijd van voortgaand verval moet worden doorge
maakt, alvorens genezing kan intreden of op ge
nezing mag worden aangestuurd.
I Ook wij meenen, dat de stoomtreilvisscherij
niet meer dan volstrekt noodig is beperkt mag
worden;- doch indien mocht blijken een onder
zoek is daar voor noodig dat beperking in het
[algemeen belang, ook in dat der treilvisscherij
zelf, nocdig is, dan is het een onverdedigbaar
verzuim deze na te laten.
Men geve toch vooral geen voet aan de opvat
ting, dat dus de treilvisscherij bemoeilijkt, en
zelfs vernietigd zou moeten worden ten behoeve
van de haring- en beugvisscherij, want niets is
onjuister.
Indien kon worden vastgelegd dat weliswaar de
haring- en beugvisscherij tot den ondergang ge
doemd waren, maar dat zonder gevaar voor blij
vende uitputting der zee de stoomtreilvisscherij
ongestoord in stand kon blijven en nog tot verdere
uitbreiding kon worden gebracht, dan was het
lot van de beide eerstgenoemde visscherijen be
slist.
Zij hadden te verdwijnen.
Maar zoo is de situatie geenszins.
Zien wij de teekenen juist, dan sleept de tegen
woordige wijze van uitoefening der stoomtreil
visscherij volstrekt niet alleen haring- cn beug
visscherij mee naar den ondergang, maar doet zij
dit ook zichzelf.
Omgekeerd kan onmogelijk gezegd of veron
dersteld worden, dat de haring- en beugvisscherij
van dreigende beteelcenis zijn voor de treilvissche-
rij.
Ook hierbij moet dus goed onderscheid, scherp
[gedacht en logisch geredeneerd worden, om niet
jtot onjuiste conclusies en dus het innemen van een
onjuist standpunt te komen,
Op den enkelen grond, dat blijvende belangen
moeten domineeren boven lijdelijke, mag van de
stoomtreilvisscherij verlangd worden mede te wer
ken tot een onderzoek en tot mogelijke maatrege
len, als uitvloeisel daarvan.
Met het bovenstaande hebben we niet de bedoe
ling willen hebben als onbetwistbaar vast te stel-
jlen, dat de stoomtreilvisscherij de eenige oorzaak
is van de huidige malaise; wel hebben we haar
aangewezen als zeer waarschijnlijk een buitenge
woon voorname oorzaak.
I Er kan echter ook nog op andere verschijnselen
[gewezen worden; maar daar over in een volgeed
opstel,
De toestand in het
N oor dzeeharingbedrijf
De Vlaard. Crt. vervolgt haar artikel over ,,De
noodige maatregelen."
Het is nog niet zoo lang geleden, dat we in
dit blad uitvoerig besproken hebben het rapport
van den heer Dr. Tesch over de Pufvisscherij in
Nederland (men raadplege de nummers van 241
December 1925 en 1 Januari 1926). 1
Wij zullen dus niet in herhaling vervallen, doch
herinneren er aan dat in dit rapport verbid
en beschamende cijfers worden gegeven b;
fende deze opzettelijke uitmoording op onze
ten en in onze binnenzee.
De wereld der visscherij vormt wel een
bijzondere gemeenschap; immers ook na r,
catie van deze gegevens is het muisstil geb||
gaat men zijn dagelijkschen gang van meest
en moeilijkheid, en blijkt van geen enkel,
tant verzet, van geen enkelen stap ter onrah
lijke beëindiging van dit ongehoorde schat
Somwijlen vraagt men zich toch af, of de r,
slreeks belanghebenden bij het voortbestai.
den duurzamen bloei der zeevisscherij de gen
welke hen bedreigen, dan niet willen zien!
Beseft men dan niet levendig, dat er na
daag toch nog meer dagen komen, en dat b
de toekomst niet goed kan gaan indien dasj
in het heden niet reeds met aanwending vat
krachten voor wordt gezorgd?
Er wordt gemopperd, geklaagd en gerede!
men wrijft elkaar over en weer inconsequt
aan; wat de een tracht op te bouwen wordt
den ander onverbiddelijk tegengewerkt en
gehaald en intusschen zakken we al ?t
naar beneden.
Wat zou er toch bij eendrachtig aanpak]«
eerlijke, openhartige erkennning der werl
heid veel gewerkt en verbeterd kunnen vj
wat zou er door de visscherijmenschen, we
ze voldoende offervaardigheid bezaten voe
instandhouding van een krachtige, parate
nisatie, mooi en vruchtdragend werk vej
kunnen worden!
Maar wat is dit allemaal anders en mindt
wat zitten we diep in den put, waar heuse)
mand ons zal komen uithalen, tenzij we zeil
nen de maatregelen te willen accepteeren,
om er ooit weer uit te komen.
En zoo gaat dan ook de nestvisscherij inae
gestoord voort, als armzalig hulpbedrijf vai
weinig-schitterende eendenhouderij, en hét
te Noordzeevisscherijbedrijf, eenmaal
lands glorie en welvaart, ligt te zieltogen.
De mooie studie van Dr. Tesch blijft onjt
door de visscherijmenschen, die zich klaarl
lijk niet in é$- die soesah kunnen begeven,
Straks mopperen ze weer op de tegeerin)
niets doet; de regeering, die dit rapport doe;
van haar deskundigste ambtenaren heeft doei
maken, maar die na verschijning er van v;
doodsche stilte opmerkt in de kringen der
kelijke zeevisscherij, waar men toch had k:
verwachten dat onmiddellijk op Jen kettb;
sprongen zou zijn.
Zou het nu zulk een wonder zijn, .als dis
regeering hieruit concludeerde dat het m;
schadelijkheid van de nestvisscherij toch 1
blijkelijk zoo'n vaart niet loopt?
Er is nog meer, waarop gewezen moet wc
Een klacht van de praktische visscherlieds
treft zeer in het bijzonder de tonijnen, welke
grooteren getale de Noordzee onveilig mak',
er groote verwoestingen aanrichten onder d;
ring.
De tonijn is in de Noordzee een visch vi
laatste vijftien jaren; vroeger kwam hij y
voor en behoorde hij meer zuidelijk thuis.
Hij is in de Noordzee voor het eerst in 190!
gemerkt, in den beginne bij het z.g. Diepe
op en om Doggersbank, maar tegenwoordig
hij zelfs ook al bij Shetland. De tonijn vere
soms in groote massa's, waar de haring is;
vlucht naar de diepte, zoodat de tonijn in dt
le mate schadelijk is voor de haringvisschei
de eerste plaats doordat hij zich in hooit
met haring voedt en in de tweede plaats t
dat de haring uit vrees naar de diepte scnii
dan dus met de drijfnetten niet meer te bet
tigen is.
Van de zijde der visschers is ons welü..
kerd, dat ze de nelten niet schieten, als er
nen in de buurt zijn, daar dit toch bij voo;
vergeefs zou zijn; liever zoeken ze dan maï
dere vischplaatsen op, maar dit wordt
voortgaande verspreiding van deze vissche:
jaar tot jaar moeilijker.
Sommigen achten deze visch voor de haré
scherij zoo schadelijk, dat de stoomtreilvir
rij daarbij in het niet zinkt; er werd reeds
mindering in den haringstand geconstateerd;1
dat de schadelijkheid der treilvisscherij gel!
was.
Het voedsel van den tonijn bestaat voor
lijk uit jonge visch (haring, bolk en mak
naast den tonijn is het vooral de bonte viscb,
ke reeds veel langer in groote groepen
Noordzee voorkomt, die veel schade aan de
ringstand en den verderen vischstand toebc
De haringvisschers hebben vaak "ondervc
dat de tonijn door hun netten heenschiet, j
vens leert de ervaring dat in deze netten
gevangen wordt als de tonijnen in de buur!
terwijl daarnaast geconstateerd is dat ten
tijd de treilers, die er vlak bij waren, veel n
bemachtigden.
Dit laatste lclo.pt op die andere ervaring
de haring en andere visch uit angst naar bei
schiet.
Ook voor de beugvisscherij is de tonijn sc:
lijk; wel verslindt hij voornamelijk haringen
zoozeer rondvisch, maar wel verjaagt hij ook
laatste en is hij dus een beletsel voor de
visscherij.
Wij achten het verklaarbaar, dat aangedn:
wordt op verjaging, als 't kan uitroeiing, va:
tonijn in de Noordzee. Dit zal vermoedelijk
verre van eenvoudig werk zijn, maar in èH
val is de zaak belangrijk genoeg, dat er de
ciale aandacht eens aan wordt gewijd,
En ook hiervoor geldt, dat dit niet is eet
perkt Nederlandsch belang, doch dat het ii
internationaal vraagstuk, dat langs den wcj
internationaal overleg en door international!
menwerking ter hand genomen behoort te
den.
Trouwens, geen enkel onderwerp, de
scherij rakende, is van beperkt-nationaal ki
ter.
Intusschen neemt dit niet weg, dat toch i
samenwerking, overeenstemming, gelijkheid
doel op nationaal terrein verkregen moet
den, voordat met vrucht van Nederalndscie.
het vraagstuk in zijn geheel voor de intemaii'
vierschaar kan worden gebracht.
Maar op dit beperkte nationale terrein be
zooveel verdeeldheid, naijver en kunstmatig
genstellingen, dat het voorshands nog hop
lijkt op verandering en verbetering, op eecd
tige actie te hopen.
Niettemin achten wij, in het aangezicht v:
vele hoogst verontrustende verscuijnseleni
lijd voor deze eendracht nu langzamerhand
wel rijp.
Ons dunkt, het moet nu eindelijk mogelijk
ken een gezamenlijke krachtige, doelbewust
concrete actie op touw te zetten!
Wie pakt de koe bij de horens?
Wie is bereid tot medewerking?
Dimdag was hier de eerste Ijs'
trawler van dit seizoen binnen, een Duiü
Het was de S. O. 99, „Frida", uit I
die een vangst van 1400 manden ven
kabeljauw aanbracht. Blijkbaar weri
niet hoog gewaardeerd, want het
tesomde slechts ruim f 4300.—.