HOCKEY
HANDBAL
WANDELSPORT.
KORFBAL
LUCHTVAARTNIEUWS
Het Geheim van de Zee.
Pas Vijftien jaar
geleden....
Draadloos voetbal.
F ET NIEUWE DAGBLAD
V. S. V. 2—Blauw Wit 3 (5—0)
Wederom hebben de V. S. V.-reserves een
groote overwinning behaald en als ze zoo
blijven spelen, maken ze ongetwijfeld een
goede kans op de bovenste plaats.
In de verdediging is vooral Van der
Griendl Jr., een krachfe van beteekenis,
maar ook J. Wey speelt een goede back
partij. Hiermede is in hoofdzaak de „nul"
der Blauw-Witters verklaard. Wel onder
namen ze soms in het middenveld goed
opgezette aanvallen, doch in de buurt van
het doel gekomen, bleef bovengenoemd
backstel toch de baas, zoodat doelman Ro
sier het niet al te lastig kreeg.
Ondanks haai' meerderheid zag het er
aanvankelijk niet naar uit, dat V.S.V- met
sprekende cijfers zou gaan winnen. Met de
rust was de stand dan ook nog maar 10.
Na de rust werd de meerderheid beter
uitgedrukt en werd de stand opgevoerd tot
50, waartegenover Blauw Wit geen te-
genpunt kon stellen. Het- merkwaardige was
wel, dat alle 5 de voorhoedespelers van V.
S. V. één doelpunt voor hun rekening
namen.
Q. S. C.—-De Kennemers (17)
Voor de rust zag het er niet naar uit dat de
Kennemers zouden winnen, daar de Wormer-
veerders werkten als paarden. De Kenne
mers-achterhoede had dan ook de handen
vol. Toch wist de mid-voor der gastheeren
zijn club de leiding te geven (10).
De Kennemers werken hard voor den gelijk
maker. Dit gelukt Horeman na een goed door
Groot genomen hoekschop (11). Q.SC. zet
ér dan alles op, doch de Kennemers-verdedi
ging is op haar post.
Na de rust een geheel ander beeld, want nu
Is Kennemers technisch veel sterker en is de
Q.S.C.-ploeg blijkbaar uitgespeeld. Aanval op
aanval wordt op haar ondernomen; succes
kan niet uitblijven. Groot zorgt voor den eer
sten goal; Brethouwer voert den stand tot
13 op. De thans goed spelend/; Kennemers-
middenlinie stuwt haar aanval steeds op en
niet zonder succes. Groot, Brethouwer, Schip
pers en Horeman voeren den stand tot 17
op, zonder dat de Q.S.C.-voorhoede het
Blansjau erg lastig maakt. Met een fraaie
71 zege verlaten de Kennemers het terrein,
hun kansje op het kampioenschap behou
dende.
HAARL. VOETBALBOND.
De Uitslagen.
OM DEN BEKER:
Hillinen 2Spaarnevogels 21
Hillegom H—D.I.O. 3—5
IA.:
DamiatenHaarlem 42
RipperdaR.C.H. 3 82
IB.:
Stormvogels 3—Zandvoort 2 12
I.V.O.Bloemendaal 2 42
Schoten 2—E.H.S. 3—2
R.C.H. 4—Haarlem 4 2—6
IIB.:
D.I.O. 2Bloemendaal 3 22
Stormvogels 4DB.K. 32
nc.:
Bloemendaal 4—Zeemeeuwen 3 34
no.:
Hoarlem 3aZeemeeuwen 4 82
m A.:
EJD.O. 5—Halfweg 2 13—2
niB.:
E.H.S. 2—Riperda 2 1—7
Zandvoort 4D.I.O. 3 40
HID.:
Beverwijk 4Schoten 4 12
mE.:
Swastika 3—Bloemendaal 5 24
m H.:
Spaarnevogels 3—V.S.V. 5 51
in L:
E.D.O. 6—Kinheim 6 191
III J.:
R.C.H. 8—Kinheim 4 12—3
JUNIORES.
Afd. A.:
R.CH. a—Kennemers a 41
Bloemendaal a—V.V.B. 34
Afd. B.:
Haarlem b—R.C.H. b 5—3
Afd. C.:
H.F.C.Bloemendaal c 5—0
Haarlem cSpaarnevogels 2—3
Afd. D.:
R.CH. c—E.D.O. b 7—2
ADSPIRANTEN:
R.CH. c—Ripperda 20
EJD.O. d—R.C.H. d 0—4
DERDE KLASSE.
Strawberries 2Bloemendaal 4 (80)
In een technisch goed gespeelden wedstrijd
hebben de clubs de punten gelijk gedeeld.
Door het gladde veld en de goede verdedi
gingen, zijn de Aimsterdamsche en Beverwij k-
sche voorhoeden er niet in geslaagd te doel-
intrad. Het slechte terrein deed vooral veel
punten zoodat het einde met blanke stand
afbreuk aan het spel, doch desondanks was
het een zeer goede wedstrijd.
De stand der twee bovenste clubs is thans:
gesp. gew. gel. verl. pnt. gem.
Bloemendaal 3 6 5 0 1 10 1.67
Strawberries I 7 42 1 10 1.43
Noord-Holl. Hockeybond
StrawberriesAmsterdam 4 (00)
Ondanks het technisch overwicht zijn de
Bloemendalers er niet in geslaagd te winnen,
doch met een nederlaag teruggekeerd. De
Bloemendaalsche voorhoede was niet tegen
het sterke achtertrio opgewassen, terwijl de
Beverwij ksche voorhoede voor de Bloemen-
daalachterhoede te sterk bleek. Reeds na
vijf minuttn leidde Strawberries met 10,
welke voorsprong geleidelijk vergroot werd,
zoodat de rust met 60 intrad.
Na rust wisten de Beverwijkers er nog twee
goals bij te voegen, zoodat einde met 80 in-
jtrad.
MAANDAG 30 NOVEMBER 1931
H. B. S. 4Strawberries 3 (04)
Over het algemeen genomen hadden de
Santpoorters wel een tegenpuntje verdiend,
maar de Beverwijksche verdediging was in
goeden vorm, ofschoon H. B. S. wel pech had.
Meteen na de bully ontwikkelt zich een
goed open spel, waarna Strawberries uit
een goed schot van Sloten de leiding neemt.
Voor de rust wordt er nog een doelpunt bijge
voegd, waarna meteen gedraaid werd. Voor
het einde weet Strawberries den voorsprong
nog te vergrooten, zoodat het einde met een
4—0-overwinning voor de Beverwijkers aan
breekt.
De Uitslagen.
WESTELIJKE AFDEELING.
Ie Klasse:
Amsterdam—Bloemendaal 50
M. H. C.—Hilversum 1—2
Haagsch Lyceum—H. D. M. 1—3
H. O. C.—Togo 2—1
PROMOTIE-AFDEELIN G.
HD.M. II—H. Lyc n 2—2
Gooi IGooi II 10
Hilversum nVictoria 20
UtrechtAmsterdam III 1—5
2e Klasse:
Bloemendaal II—Hilversum HE 20
Hilversum IVAmersfoort 12
Be Fair-Amsterdam Et 61
LarenM. H. C. II 60
AlkmaarD. St. H. C. 31
Victoria IILeiden 27
Togo II—H. O. C. II 3—3
3e Klasse:
StrawberriesAmsterdam IV 00
H. B. S. II—Alkmaar H 12—2
Amsterdam V—Be Fair H 130
OOSTELIJKE AFDEELING.
Ie Klasse:
Deventer I—Deventer II 80
Zutphen—Nijmegen 31
Hengelo-Arnhem 0—0
ZUIDELIJKE AFDEELING.
Breda—Middelburg 4—0
Hilburg—H. T. C. C. 1—4
E. M. H. C.—Cad. H. C. 3—4
H. T. C. C. H—M O. P. I 0—1
DAMES.
Ie Klasse:
H. O. C.—Togo 4—0
R. W.—BJD.H.C. 2—2
H. L. C.Gooi 0—5
Hilversum—Leiden 80
OVERGANGSKLASSE.
Laren—B.D.H.C. n 1—0
2e Klasse:
Gooi III—Amsterdam III 07
FitBJD.H.C. IV 1 1—3
HJ3.S.H.D.M. H 1—2
H. L. C. II—Victoria 0—2
(De Crt.)
(HEEREN).
A. H. C. 2Lijnden 1 (07)
Lijnden loopt hard van stapel, maar de
verdediging van A.H.C. is op haar hoede. Van
beide zijden worden aanvallen opgezet, maar
zonder succes. Langzamerhand komt Lijnden
er steeds meer in; meestal wordt er op de
helft van A.H.C. gespeeld. Door uitstekend
keepen van Hats is de stand tot drie minu
ten vóór rust nog 00. Dan weet Liefhart
kort na elkaar twee maal te scoren voor
Lijnden I (02). Na rust is A.H.C. er heele-
maal uit. Aanvallen der roodwitten komen
sporadisch voor. Liefhart (3 maal), v. d.
Hor en Buis voeren den stand successievelijk
op tot 0—7, waarmee het einde kwam.
Afstandsmarschen.
De eerste Haarlemsche Wandelvereeniging
houdt Zondag 6 December een afstandsmarsch
van 45 K.M. en op Zondag 20 December haar
sluitingsmarsch van 50 K.M. Beide marschen
moeten geloopen worden om in aanmerking
te komen voor de prestatie-medaille.
ZilvermeeuwenB. E. P. (20)
Als de scheidsrechter beginnen fluit, komt
door een slechten beginworp van Zilver
meeuwen, de B. E. P.-aanval direct in actie.
Het Zilvermeeuwen-middenvak werkt goed
door. De aanval werkt te langzaam om di
rect succes te hebben.
Het spel gaat vlug op en neer, met B. E.
P. iets in de meerderheid. De enkele kansen,
die Kooiman krijgt gaan door slecht schieten
verloren. Rust komt met blanken stand.
Na de rust pakt B.E.P. flink aan; door be
ter middenvakspel is de bal steeds in haar
aanval. Niettegenstaande dit overwicht heeft
Zilvermeeuwen in een goed opgezetten aan
val het eerste succes met een mooi schot van
Van den Broek. B.E.P. is even teleurgesteld
door dit onverwachte succes en wanneer even
later Broeksma den stand op 2—0 brengt, is
B.E.P. geslagen.
Zilvermeeuwen 2D. S. V. 1 (02)
Als scheidsrechter Arends om 12.15 begin
nen fluit, ontwikkelt zich direct een op en
neergaand spel. De D.S.V.-aanval is gevaarlijk
en schept zich goede kansen. De Meeuwen-
aanval speelt te weinig samen om succes te
hebben.
Rust komt met blanken stand.
Na de rust heeft D.S.V. succes met een
goed gericht schot. De Meeuwen-aanval speelt
nu beter, maar ziet geen kans een doelpunt
te fabriceeren. Weer is het D. S. V. die haar
leiding vergroot 02.
De vakwisseling brengt geen verbetering in
den Meeuwen-aanval zoodat een tegenpunt
uitblijft. Eindstand 0—2.
Luchtvaart in Canada.
Canada is, door de geografische ligging en
bodemgesteldheid een sprekend voorbeeld hoe
het vliegtuig als verkeersmiddel vóór kan zijn
op andere middelen van vervoer.
Aanleg van spoorwegen, van automobiel-
wegen, vraagt hooge geldelijke offers en zoo
zou dit een speculatieve onderneming kun
nen worden. Intusschen was het voor het
exploiteeren van den rijkdom aan mineralen
in het land noodig om over een beter vervoer
middel te beschikken dan de hondenslee in
den winter en de cano in den zomer; het
aangewezen middel werd het vliegtuig. Door
het groot aantal meren in het Noordelijk ge
bied, werden de kosten van de exploitatie van
luchtroutes tot een minimum beperkt, 's Zo
mers konden de vliegtuigen als drijvertoestel
worden Ingericht en in de winterperiode
werd het landen op de bevroren meren moge
lijk door de landingsgestellen te voorzien van
ski's. Zoo gaf het luchtverkeersmiddel de mo
gelijkheid om met zeer weinig kosten en na
genoeg zonder risico het uitgestrekte mijnge-
bied te prospecteeren en met de exploitatie
van de rijkdommen aan te vangen. Zijn de
exploratiewerkzaamheden voldoende voortge
schreden, dan kan de oeconomische expansie
van het land den aanleg van goede wegen,
later van spoorwegen noodig maken. We zien
hier dus het vliegtuig als pionier voor de wel
vaart van een zeer uitgestrekt gebied.
Het ertsgebied strekt zich uit van de N.W
hoek van het N.W. territorium tot in den Z.O.
hoek van de provincie Quebec en men vindt
daar goud-, zilver- en kopermijnen. Spoor
wegen zijn slechts een klein gedeelte van
dit uitgestrekte mijngebied aangelegd, zoodat
toen begin 1928 door de leidende Mijnbouw
Maatschappijen tot een intensieve en uitge
breide exploratie werd besloten moest men
naar andere middelen van vervoer uitzien.
Hierbij kwam nog dat In een jaar slechts 4
maanden geschikt zijn voor mijnontginning,
zoodat ook uit dien hoofde de hondenslee of
cano te weinig rendement opleverde. Een
sterke luchtvloot werd door twee der voor
naamste mijnbouwmaatschappijen aange
kocht en in bedrijf gesteld. Bij de exploitatie
had men met groote moeilijkheden te kam
pen; door de zoo zeer van het normale lucht-
verkeersbedrijf verschillende omstandigheden
moest men het bedrijf op andere leest
schoeien. Het materiaal moest vrijwel het ge-
heele jaar bulten blijven; reparaties en revi
sies moesten worden uitgevoerd bij zeer lage
temperaturen en door de moeilijke routes,
moest de gronddienst zeer nauwgezet worden
uitgevoerd.
Den vliegers wachtte een moeilijke taak:
groote afstanden over vrijwel onbewoond
land moesten dagelijks worden gevlogen;
kaartenmat-eriaal was gebrekkig, magnetische
kompassen waren vrijwel onbruikbaar.
Met tien vliegtuigen werd in de zomer
periode de transportdienst geopend; op ver
schillende plaatsen werden depots van be-
drijfsstoffen en kleine reparatie-bedrijven in
gericht, zoodat gaandeweg vluchten over
grootere afstanden konden worden onder
nomen.
In 1929 werd een aanvang gemaakt met de
ontginning van koper aan de „Coppermine
River", daarbij gebaseerd op „Baker Lake".
Bij een der eerste expedities verdwaalden
enkele vliegtuigen die door het slechte weer
genoodzaakt waren in de nabijheid van Vic-
torialand te landen. Niet minder dan 40
vliegtuigen werden uitgezonden om de 8 ver
miste leden van de expeditie op te zoeken;
een kostbare geschiedenis, wanneer men be
denkt dat voor die hulpexpeditie een bedrag
van 50.000 noodig was. Men vond de acht
leden in den besten welstand in een Eskimo-
dorp.
Ondanks de financieele depressie in 1930
werd de arbeid voortgezet. De „Dominion
Explovers Ltd." had de ontdekking gedaan
dat aan de Oostkust van „Great Bear Lake"
(ongeveer 12 mijl ten Zuiden van den Pool
cirkel) radium houdend erts (uranite) was
gevonden. Hoewel men hier sceptisch tegen
over stond was exploratie toch de moeite
waard, omdat in dezelfde streken rijke zil
veraders werden ontdekt.
Deze vliegdienst eischt wel bijzondere types.
Het meermotorige vliegtuig is hier niet op
zijn plaats, de behandeling is te ingewikkeld.
De voorverwarming van den motor eischt
reeds twee uren en dat is te meer bezwaarlijk
omdat de vliegdagen zoo kort zijn. Noodig
zijn gemakkelijk te vliegen vrachtvliegtuigen
met kleine landingssnelheid, een actie radins
van rond 600 mijlen en een betalenden last
van 18 K.G. per P.K., dus voor een skilan-
dingsgestel 1500 K.G. en voorzien van drijvers
1100 K.G. Een kruissnelheid van 100 mijl
moet verder kunnen worden bereikt.
Tot dusverre zijn in gebruik Fokker Uni
versal, Junkers en Fairchild alle voorzien van
luchtgekoelde motoren van 400 P.K.
De uitrusting van de bemanning vraagt ook
speciale aandacht. Elk toestel moet voorzien
zijn van nooduitrusting en een gereedschaps
kist. De eerste bestaat uit 2 geweren met
munitie, voedsel voor een maand, sneeuw-
schoenen; de gereedschapskist heeft diverse
onderdeelen om zelf kleine reparaties te kun
nen verrichten en een pomp met 20 M. slang
voor het bijvullen uit de benzinevaten, wan
neer bij een depot wordt geland. Indien repa
ratie niet mogelijk is hebben de vlieger en
mecanicien het prettige vooruitzicht van een
wandeling van een paar honderd mijl om
hulp te vinden.
Ondanks de moeilijkheden zijn de vervoer-
cijfers gunstig en heeft het transportbedrijf
zich gunstig ontwikkeld. In 1931 werden
160.000 mijl afgelegd zonder een ernstig acci
dent en werd 200 ton aan betalenden last
vervoerd.
„Gevlogen" zwaluwen.
De Deutsche Luft Hansa publiceerde kor
telings het verslag van den piloot Baur, die
eenigen tijd geleden een vloot van Noord-
Europeesche zwaluwen op den trek naar het
Zuiden behulpzaam was, toen de plotselinge
koude deze nijvere trekvogels belette de
Beiersche Alpen over te vliegen. Zooals wij
weten hadden verschillende dierenvrienden
de tusschenkomst van de Vereeniging voor
Dierenbescherming ingeroepen om door mid
del van de Pers en van den Radio omroep de
bevolking op te wekken om vermoeide zwalu
wen op te vangen en deze te transporteeren
naar het vliegveld bij München vanwaar een
vliegtuig der D.L.H. de diertjes naar Milaan
zou overbrengen.
Inderdaad hebben velen aan dien oproep
gehoor gegeven zoodat er in totaal 1500 zwa
luwen werden overgebracht. Bij het vertrek
was het weer al beter (7 graden warmte) en
de vogels werden al levendiger, Dit bleef zoo
tot een hoogte van 4000 M. werd bereikt; on
danks een temperatuur van plus 20 graden in
de cabine werden de dieren rustig, waar
schijnlijk door gebrek aan zuurstof. Van dit
waardevolle middel konden evenwel geen
vogelporties worden verstrekt. Gedurende de
daling kwamen zij weer bij en tjilpten naar
hartelust, zoodat zij bij aankomst in het
warme Milaan weer geheel fit waren, en ook,
zoo gauw de kooien werden geopend, aan
stonds op eigen wieken het luchtruim kozen.
Als bij den aankomst van „prominente"
1 luchtreizigers te doen gebruikelijk- werden
ook deze zwaluwen door vele Italiaansche
soortgenooten begroet, die hen een alleszins
passende lunch aanboden. De maaltijd
smaakte buitengewoon, gezien het feit dat zij
meerdere dagen hadden moeten vasten.
Het verhaal vermeldt nog dat bij aankomst
van de douane het grootste gedeelte van de
passagiers bereids gevlogen was.
liet vliegtuig in dienst van de
kolonisatie.
Voor dit doel werd op verzoek van een Ar-
gentijnsche Maatschappij het vliegtuig kort
geleden toegepast in het grensgebied tus-
schen Argentinië en Bolivia. Dit grensgebied
is vrijwel geheel bedekt met ontoegankelijk
oerwoud en behalve de rivier de Pilcomayo is
het ook zeer arm aan water. Tot dusverre
werd alleen het land langs de rivier bebouwd
en op groote schaal voor veeteelt gebruikt.
Teneinde de ontginning uit te breiden was
het van belang, wetenschap te verkrijgen om
trent de aanwezigheid van water. Daartoe
werd een vliegtuig van de Boliviaansche
luchtverkeersmaatschappij gecharterd om de
verkenning uit de lucht uit te voeren. De
bemanning van een Junkers machine ont
dekte op verschillende plaatsen kudden van
afgedwaald vee, dat zich een weg had weten
te banen door het oerbosch naar plaatsen
waar zij water vonden, plaatsen, welke aan
de maatschappij niet bekend waren. Het mes
sneed zoo van twee kanten, want men vond
niet alleen water, waardoor dus het arbeids
veld van de kolonisatie maatschappij kon
worden uitgebreid, doch bovendien was het
mogelijk de afgedwaalde kudden weder op
te vangen.
V. d. ABEELEN.
Een diepe teleurstelling maakte zich van
ons meester, toen we na een langen, ver-
moeienden tocht de visschershut hadden be
reikt, waarover we in zulke geheimzinnige
termen hadden hcoren spreken, reeds van
den dag af, dat we gevijven in Perico, een
plaatsje ergens aan de Spaansche kust, wa
ren aangekomen. Daar stonden we nu en
zelfs Hendrik, die zich het meest enthou
siast had betoond, om hierheen te gaan, kon
niemand of niets aanwijzen, voldoende, om
ons voor onze moeite schadeloos te stellen.
„Inderdaad, heeren", zei plotseling iemand
die achter ons was binnengekomen, „het ver
haal van den blauwen haai is merkwaar
dig!"
We keerden ons gezamenlijk om, als ma
rionetten, die aan een touwtje vastzaten en
daardoor zagen we gelijktijdig het meest
zonderlinge personage, dat we nog ooit in
ons leven hadden ontmoet. Ik schatte den
onverwachten spreker op honderd jaar,
maar het was mogelijk, dat ik hem te kort
deed. Zijn gezicht had hij een gezicht?
was één rimpel, van zijn voorhoofd af tot
onder zijn mond en zijn handen waren
het handen? leken op stokjes, waarmee
Japanners zoo handig kunnen manoeuvree
ren. Zijn jak was van blauwe stof, zijn
broek kleurde oranje en om zijn middel
droeg hij een gordel, waarvoor een antiquair
ongezien twintig gulden bieden zou en ge
zien en gekocht nog voor geen honderd gul
den afstond.
Hendrik herstelde zich het eerst van den
schrik en terwijl hij het air aannam van
iemand die wel wist wat hij deed, zei hij:
„Gelukkig, dat we u nog aantreffen. We
kwamen uw hut eens bekijken".
De oude man deed iets met zijn gelaat,
want de rimpels verschoven, maar of dat
lachen was kon niemand er uit maken.
„Een goed idee, jongetje", zei de man en ik
heb Hendrik nog nooit zoo zien kleuren, als
op het oogenblik, dat een oude visscher Hen
drik Koolmans, den bekenden advocaat, een
jongetje noemde. „U komt natuurlijk", ging
hij onverstoorbaar voort, „om het veriaaal
van den blauwen haai te laooren. Ze hebben
jullie daar in het dorp wat voorgepraat,
maar je gelooft het niet? Dan moet je eens
luisteren.
Vorigen zomer is het gebeurd. Twee man
nen en één vrouw kwamen hier in het dorp
hun vacantie doorbrengen, misschien, om
dat het in hun land te warm, misschien om
dat het er te koud was. Hier dicht bij sloe
gen ze hun tenten op, zoodat ik ze, om zoo
te zeggen, den heelen dag met mijn oogen
kon volgen, 'n Enkelen keer deed ik wel eens
een boodschap voor hen in het dorp en 'n
enkelen keer maakten ze wel eens 'n praatje
met me, maar overigens heten we elkaar met
rust. Ik ben oud, héél oud en op mijn rust
gesteld, en zij waren jong, zeer jong en wat
zouden wij elkaar dus te zeggen hebben?
Had ik hun moeten vertellen, dat een oud
man, zooals ik ben, wéét, dat twee mannen
rondom één vrouw altijd moet leiden tot een
gespannen verhouding, tot verraadHad
ik moeten sprekenMoeten waarschuw
wen misschien?
Ik kookte mijn potje in mijn hut en liet
hen het hunne koken op hun plaats en ik
verzweeg, wat ik eiken dag duidelijk zag:
dat het mis moest loopen. Als je zoo oud
bent, dan heb je geleerd in de blikken van
de menschen te lezen en ik zag, hoe die
mannen elkaar strak aankeken, zoodra de
vrouw niet in hun midden was, ik zag, hoe
zij zich beheerschten, als de vrouw terug
keerde, maar ik zag ook, dat hun dat eiken
dag meer moeite kostte en ik wist dat ze
dat niet zouden volhouden. Er moest iets
gebeuren, iets geweldigs, want liefde en haat
zijn voor eiken tijd en voor ons allen ge
lijk en met hen was het niet anders, dan
het al geweest was zoovele, zoovele jaren
terug.
Op een morgen ging ik naar een dier man
nen toe en waarschuwde hem voor een blau
wen haai, dien ik op de kust had gezien. Ge
vaarlijke beesten, leiblauw van boven, wit
van onderen, precies zeekleurig, zoodat je ze
haast niet opmerkt. Totdat het gebeurt
Geen enkele zwemmer heeft tegen hen een
schijn van kans. Ik wist het en ik waar
schuwde één van de mannen. Dat moest ik
toch zeggen.
Op den middag van dien zelfden dag hoor
de ik den man, dien ik gewaarschuwd had,
aan den andere voorstellen naar gindische
rots te zwemmen. Het werd, tot uitbundig
plezier van de vrouw, een weddenschap. Om
beurten zou gezwommen worden en de an
dere zou het éérst gaan. Ik wist, wat dit be-
teekenie, want hier door mijn venster zag ik
den blauwen haai, die loerde, loerde, wachtte
op prooi. Ik mocht niet langer zwijgen, want
wat die eene man bedoelde was zoo intens
laag, dat ikMaar ik ging niet, want
het was de vrouw, die de volgorde verander
de. Ze deed het met een lach, met 'n prik
kelende lach, waartegen redeneeren nutte
loos was. Ze stond er op. ze wou het: hij
ging. Zelfs nu nog, na wat ik weet van zijn
lage bedoeling, moet ik hem de eer geven,
die hem toekomt: hij ging, nadat hij, onge
zien door den ander, de vrouw even over
haar gouden haren had gestreeld. En ik
stond voor mijn venster, maar mijn woede
was nog niet voldoende bekoeld om hem te
gen te houden, hem desnoods met geweld
tegen te houden. Ik liet hem gaan, het
noodlot tegemoet, dat hij voor den ander
had bedoeld.
Ze zijn dien zelfden avond heengegaan,
die ééne man en die ééne vrouw, maar,
jongetje, weet je, wat me nu zoo kwelt
dag aan dag en nacht aan nacht.zoo
Kranten
knipsels
uit 1916.
30 November 1916.
180 schepen verloren.
Volgens het Journal of Commerce" te
Neiv-York hebben de verschillende oorlog
voerenden in de eerste 27 maanden van den
oorlog 1820 schepen, 3.328.584 ton, tot zinken
gebracht.
Hevige brand te IJmuiden.
Men meldt otis uit IJmuidenVannacht
te ongeveer ruim 1 uur brak een felle brand
Uit aan de zuidzijde van de visschershaven
te IJmuiden in de magazijnen van de Agen
tuur en Handelmaatschappijgevestigd aan
de Trawlerkade no. 52-54, waarin gevestigd
zijn een filiaal van de stoom touwslagerij
en spinnerij, voorheen onder de firma J. M.
v. d. Lely te Maassluis, van stoomspülen
van Ellott en Currood Lvitd. en een depot
van the Continental Petroleum Company.
Door den zeer brandbaren inhoud der ma
gazijnen stond binnen een half uur het ge-
heelc magazijn in lichte laaie. De brand is
ontstaan op de boeterij en werd het eerst
ontdekt door den particulieren nachtveilig
heids. Zooals gewoonlijk op kleine plaatsen
waren de brandbluschmiddelen eerst laat ter
plaatse zoodat het ruim een uur duurde, eer
er water gegeven kon worden. De boeterij
en de zoutpakhuizen zijn geheel uitgebrand,
terwijl van de overige magazijnen slechts in
hoofdzaak de muren zijn blijven staan. Alles
was verzekerd. De oorzaak is nog onbekend.
Vader had op Zondagmiddag
Zijn ontvanger afgesteld.
Voor den groot-en voetbalwedstrijd
Op 't Parijsche voetbalveld.
Want daar streed de Fransohe toeurpioeg
Tegen Nêerland's voetbalelf,
En dat vader dat moest hooren,
Sprak, ais u hem kenit, vanzelf.
Vader hoorde het Wilhelmus,
Dat gespeeld werd vóór begin
En daarna de Marseillaise,
Pa was er al volop in.
Toen de stem zei: .beide ploegen'
Staan strijdwaardig opgesteld
En, de aftrap is gegeven
Werd er aan de dour gebeldi
Moeder, met de kind-ren -bezag
Riep: Doe jij het* even, man,
Pa ging zwijgend naar de voordeur,
Zooals slechts een v-ader kan.
Het was iemand, die den weg vroeg
Naar een ander deel der stad,
't Duurde zeker tien minuten.
Voor hij Pa begrepenhad.
Toen pa weder was .gezeten,
Hoorde hij wat ver gebrul
En de stem: Voor hen die laat zijn,
Ik herhaal, het is één-nul.
Het bleef vader nog verborgen
Wie zoo leidde in het spel,
Maar hem troostte de gedachte,
Ach, dat hoor ik straiks nog wél,
Vader zette zich tot luisteren,
Toen de vrede werd verscheurd
Door igekrijsoh en hij ging kijken,,
Wat er nu weer was gebeurd.
Jantje, van de trap gevallen*
Produceerde wild gehuil.
Vader moest het ventje troosten,
In zijn schrik en met zijn buil.
Na een tijd werd. Jantje kalmer,
Vader zag zijn kans weer schoon.
Maar, net voor hij op zijn stoel zat,
Ratelde de telefoon
Vo<xr de rust geheel hersteld was
Duurde wel een stijf kwartier,
In Parijs was 't toen ook rusten.
En de stem zei: stand één—vierI
Even later kwam de buurman
Op bezoek, met buurman's vrouw.
Vader moest naar het salon toe,
Boe ongaarne hij ook wou.
En daar zat hij, schijnbaar rustig,
Maar inwendig steeds in draf,
Want daar, in de kamer naast hem,
Speelde zich de wedstrijd af.
En toen vader weer tenslotte
Van zijn buren was bevrijd,
Was de radio allang weer
Aan de dansmuziek .gewijd
Vader had van heel den wedstrijd
Nog geen tiende deel gehoord,
Hij wist niet wie had gewonnen,
Dus laat staan wie had gescoord
Moeder zei tenslotte zuchtend-:
Hè, wat jij daar toch in ziet,
Op je vrijen Zondagmiddag,
Voetbal voetbal, anders niet.
P. GASfUS.
kwelt, dat de menschen in het dorp zeggen,
dat ik gek geworden ben? Weet je, waar ik
steeds en immer weer over moet nadenken,
totdat mijn oude, oude kop uit elkaar dreigt
te springen? Het is steeds hetzelfde en het
is dit: wat het toch beteekenen mag, dat ik
op dienzelfden avond den man, die met de
vrouw heenging, tot haar hoorde zeggen:
Je wist het toch óók, je zag hem toch
óók, hij had het ons toch verteld
TON RUYGROK.
DE HELDEN VAN HET WITTE
DOEK.
Wat zij verzamelen.
Charles Farrell, de filmacteur, die vaak
met Janet Gaynor samenspeelt heeft groote
belangstelling voor boeken en bezit een
fraaie collectie van eerste uitgaven. Warner
Baxter verzamelt tooneelprogramma's en
heeft van elk stuk, dat hij gezien heeft, er
een bewaard. James Dunn heeft tallooze hel
gekleurde dassen, terwijl Sally Eilers een
koffer vol oude kleinoodiën en sieraden be
zit. Will Rogers verzamelt lasso's en paar
dentuig van eiken vorm en grootte, en Janet
Gaynor heeft een bijzonder mooie collectie
glaswerk, een der mooiste van de Vereenigde
Staten.