De herstelconferentie.
VRAAGT S POOR V GESTAMPTE M U IS J ES
a
ca
ca
H
a
JAC.vTOORJ2
X
O
O
a
a
a
n
a
ca
De hoofdprijs.
Het Mysterie der
Eeuwige Jeugd
IJMUIDER COURANT
ZATERDAG 9 JULI 1932
ONVERWACHTE WENDING
TE LAUSANNE.
Overeenstemming aanstaande
Jeksf der overeenkomst zou zoo goed
als vastgesteld zijn.
LAUSANNE, 8 Juli (VX>.) De toestand
op de herstelconferentie te Lausanne heeft
in den nacht van Donderdag op Vrijdag een
onverwachte wending genomen. Overeen
stemming tussehen alle ter conferentie ver
tegenwoordigde mogendheden en het tot
stand komen eener definitieve regeling van
het Duitsche herstelvraagstuk worden on
middellijk aanstaande geacht.
De Britsche minister van buitenlandsche
zaken Simon en de Engelsche kanselier van
de schatkist, Neville Chamberlain, begaven
zich nog om 2 uur in den afgeïoopen nacht
na het onderhoud met den Duitschen Rijks
kanselier Von Papen en den Duitschen mi
nister van buitenlandsche zaken, Von Neu-
rath, eerst naar de Fransche en vervolgens
naar de Italiaansche en Belgische delegatie.
De conferentie duurde tot 4 uur in den
ochtend. Naar gemeld wordt zou in deze
conferenties de definitieve tekst van de her
stelovereenkomst zoo goed als vastgesteld
zijn.
LAUSANNE. 8 Juli (WolffbureauV. Het
bezoek van Rijkskanselier von Papen en den
Duitschen minister van buitenlandsdhe zaken
von Neurath, bij de Britsche delegatie, duurde
tot over eenen des nachts. De besprekingen
werden tenslotte niet meer met MaoDonald
gevoerd, maar met den Britsdhen (minister
van Financiën, Neville Chamberlain.
Na afloop van de besprekingen kencsfliet-
sten de Duitschers den inhoud ais: Nieuwe
formules, nieuwe probeersels.
Na het bezoek van de Duitschers gingen
Sir John Simon en Neville Ohamlberlain van
Ouiohy naar Lausanne om weer met
de Franschen te onderhandelen.
De samenkomst begon om half twee en
scheen een goed verloop te hebben.
In Engelsche kringen verluidde, dat men
het viijwel eens was geworden over een
formule ering, die voor beide partijen aanvaar-
baar was.
Wat waarschijnlijk te
Lausanne bereikt is.
POLITIEKE QUAESTIES BUITEN HET
VERDRAG GELATEN.
LAUSANNE, 8 Juli. (VD.)' In de vroege
ochtenduren van heden begaven de Duitsche
Rijkskanselier von Papen en de Duitsche
Rijksminister van buitenlandsche zaken von
Neuradt, zich weer naar het Hotel Beau
Rivage, waar MacDonald, Simon en Neville
Chamberlain gelijktijdig afzonderlijk bespre
kingen hielden, eenerzijds met Von Papen
en Von Neuradt en anderzijds met Herriot en
Germain Martin, om den definitieven tekst
van de eindformule der conferentie op te
stellen.
Hoewel tot dusverre nog geen definitieve
beslissingen zijn genomen met betrekking tot
de hoogte en de bijzondere voorwaarden van
de door Duitschland te verrichten betalingen
zijn de tegenstellingen toch niet meer van
belang.
Naar den toestand van Vrijdagochtend kan
verwacht worden dat de volgende regeling
tot stand zal komen:
De 12 aan de conferentie te Lausanne deel
nemende mogendheden sluiten een overeen
komst, die uit een inleiding en een recht-
streeksch herstelverdrag tussehen Duitsch
land en de overige staten bestaat.
Alle politieke quaesties zullen uit het ver
drag gelaten worden daar over de Duitsche
eischen tot schrapping van Hoofdstuk vm
van het verdrag van Versailles (schadever
goedingen, de quaestie van de schuld aan
den oorlog en de quaeste van de erkenning
der Duitsche gelijkgerechtigdheid inzake be
wapening) geen overeenstemming kan wor
den bereikt.
In verband hiermede zijn ook alle andere
clausules inzake den poliiieken wapenstil
stand met de verplichting der mogendheden
zonder wederzijdsche goedkeuring geen en
kele van belang zijnde quaestie op te los
sen, ingetrokken.
Het verdrag inzake het herstelvraagstuk
regelt de slotbetaling op grond van het be
kende Laytonplan, volgens hetwelk de slót-
betaling van Duitschland zal geschieden in
den vorm van obligaties der Duitsche regee
ring die op de internationale kapitaalmarkt
gedeeltelijk tegen 90 pet. en voor een ander
deel tegen 95 pet. zullen worden geplaatst.
Over de bijzondere bepalingen inzake de
uitgifte van deze obligaties duren de bespre
kingen nog voort. Het definitieve bedrag van
de slotbetaling staat tot dusver nog niet vast.
Van Duitsche zijde wordt een maximum be
drag van 2.6 milliard Mark genoemd, terwijl
de Fransche regeering vasthoudt aan 3 mil
liard Mark. Aan Duitsche zijde is men van
meening, dat de herstelbetalingen van
Duitschland definitief met ingang van 1 Juli
1932, het einde van het Hoover moratorium,
als geëindigd moeten worden beschouwd en
dat Duitschland daarom alleen verplicht is
de in den loop van dit jaar schuldig gebleven
bedragen terug te betalen. Dit bedrag zou met
inbegrip van de rente en onder voorwaarden
dat geen betalingen in geld, doch uitsluitend
de uitgifte van obligaties tegen 90 pet. zal
plaats hebben ongeveer 2.6 milliard be
dragen.
De algemeene principiëele politieke kwes
ties worden uitsluitend in de inleiding ge
noemd, zonder verwijzing noch naar hoofd
stuk 8 van het verdrag van Versailles, noch
naar een bepaling omtrent de gelijkgerech
tigdheid van Duitschland inzake het bewape
ningsvraagstuk.
De definitieve formuleering van de inlei
ding maakt op het oogenblik nog een on
derwerp van bespreking uit tussdhen de
Duitsche en geallieerde delegaties. Evenwel
kan worden aangenomen dat in deze in
leiding zal worden gewag gemaakt van de
volledige opheffing van het systeem der her-
stelsdhulden evenals van de nog te ge
schieden regeling der politieke vraagstuk
ken. De inleiding zal verder de gebruikelijke
verklaring over de vredelievende samenwer
king der volkeren, gerechtigheid, verzoening
en de noodzakelijkiheid van het herstel van de
politieke en economische orde bevatten.
Men verwacht, dat nog in den loop van
heden de tegenstellingen zoowel over het be
drag der slotbetaling door Duitschland als
over den definitieven tekst van de inleiding
zullen worden opigcheven.
Behalve de algemeene overeenkomst tot re
geling van het henstelvraagstu k tussehen
Duitschland en de mogendheden schuld-
eisöhers zal nog een afzonderlijke overeen
komst worden gesloten inzake de regeling
van het Europeesche herstelvraagstuk. Vol
gens deze overeenkomst zullen de schadever
goedingen voor Oost-Europa voorloopig tot
15 Dec. worden uitgesteld, terwijl op de
komende economische wereldconferentie een
com,missie tot definitieve regeling van deze
kwestie- zal worden ingesteld).
Daarnaast zal verder nog een overeen
komst worden gesloten tussehen de mogend
heden schulideischers ter regelng van het
vraagstuk der inter-gealleerde oorlogsschul
den, terwijl hieraan een protocol over de
houding van Engeland en Frankrijk inzake de
ratificatie der overeenkomsten van Lausanne
zal worden toegevoegd. De overeenkomst met
Duitschland bevat geen beguiling omtrent
een verband tussehen de ïntergeallieerde
schulden en de Duitsche herstelbetalingen
en beperkt zich tot de gebruikelijke clausule
van de ratificatie van deze overeenkomst door
de wetgevende lichamen.
OVEREENKOMST OP ALLE PUNTEN.
LAUSANNE, 8 Juli. Reuter meent te
weten, dat een overeenkomst op alle pun-
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
NEDERLAND EN BELGIë.
BESPREKINGEN IN DE BELGISCHE KAMER.
BRUSSEL, 8 Juli. (Reuter.) Bij de debat
ten over de begrooting van buitenlandsche
zaken in P-e^ische kamer zei de minister
voor het transportwezen, Forthomme, die
minister Hymans verving, dat de Belgische
regeering steeds moeite doet om de betrek
kingen met Nederland te verbeteren. De af
gevaardigde de Kerckhove d'Exaerde ver
klaarde een voorstander te zijn van over
eenkomsten met de landen ten noorden van
België, maar op voorwaarde dat er maatre
gelen genomen zouden worden om den Belgi
schen landbouw te [beschermen. Spreker
drong er op aan dat de overeenkomsten die
met Nederlandwaren afgeslotên, over de af
vloeiing van het Vlaamsche land, zonder ver
wijl in toepassing gebracht zouden worden.
De frontist Vos zeide, dat de economische
belangen van België sterk gediend zouden
zijn door een politiek van goede verstand
houding met Nederland. Spreker wenschte
ook, dat men thans van de heerschende cri
sis die zoowel Rotterdam als Antwerpen
treft, gebruik maakte om den verwerpelijken
wedijver tussehen die twee esteden uit den
weg te ruimen.
Een specialiseering van de twee havens
zou 'n middel kunnen zijn om tot 'n nieuwe
regeling tussehen de concurrenten te komen.
NIEUWE MAATREGEL DER
SPOORWEGEN.
GERIEFELIJK VOOR BEWONERS VAN
HAARLEM-NOORD.
Men deelt ons mede, dat van Zondag 10
Juli as. af tussehen 9.00 uur en 17.00 uur
aan den achterin (uit) gang van het station
te Haarlem, plaatskaarten zullen worden
verkocht voor Overveen, Zandvoort-Bad,
Bloemendaal, Santpoort, Driehuis—Wester-
veld, Velsen—Zeeweg, Velsen—IJmuiden
Oost, IJmuidenCasembrootstraat, IJmui
denJulianakade, IJmuiden, VelsenHoog
ovens en Beverwijk.
Vooral voor bewoners van Haarlem-Noord
kan deze maatregel niet anders dan zeer
geriefelijk zijn.
BURGERLIJKE STAND
HAARLEM, 8 Juli.
Ondertrouwd 7 Juli: J. A. v. d. Berg en
A. M. Komen; J. L. W. J. A. Schlatmann en
J. H. M. Driessen; G. A. de Bock en N.
VerdelH. W. J. Hooning en M. Dik; W. S.
Meijers en M. Hartendorp; N. G. Roosjen en
M. Ott; B. J. Nieuwenburg en J. H. Baas; P.
Koopman en J. T. Uljee; W. G. A. M. van
Willige en J. Philips.
Getrouwd 7 Juli: O. Z. van Sandick en B.
M. Korremans; B. Weber en E. M. Bakker; T.
A. Weimar en C. D'hont; W. v. d. Heuvel en
E. J. van Nimwegen; M. Smits en M. Smal-
legange; J. W. Hasselmeijer en G. Scherpen-
huijzen; C. van Cuijlenborg en D. Frazer.
Bevallen 6 Juli M. Vink—Wegman, z.; M.
C. KraaijenhagenHarfst, z.; A. M. van
SteynenGeutskens, d.
Overleden 5 Juli: W. C. MooijmanOdink,
79 jaar; Brouwersplein; 6 Juli: C. Vens—
Buijs, 76 j., Jansstraat.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
DE WERELDVLUCHT
VAN GRIFFIN EN MATTERN.
Vliegtuig bij noodlanding vernield.
NEW YORK, 8 Juli (Reuter). Grif fin en
Mattern waren op vijftig mijl afstand van
Minsk genoodzaakt een noodlanding te ma
ken, omdat een controle-apparaat weigerde.
De machine is vernield.
MOSKOU, 8 Juli (Reuter). De nood
landing had plaats in den nacht van Woens
dag op Donderdag te Borissow bij Minsk.
Beide vliegers hebben enkele kwetsuren
opgeloopen.
58
a
o
H
64
V<
H
(De organisatoren van de Iersche
sweepstakes, aandeelhouders
der Hospital Trusts Ltd. te
Dublin, hébben daaraan tot-
nutoe ongeveer 4 millioen gul
den verdiend).
Zet een loterij op pooten
Met een wel gevulde pot,
Bied aan heele drommen gokkers.
Deelgenootschap in je lot.
Toover gouden alpengroepen
Voor hun gretig starend oog.
Maak vooral de vetste kluiven
Super-watertandig hoog.
Laat wat paarden erom rennen,
Maar geef zelf daar niets voor uit,
Je bent zelf al te voïhandig
Met het tellen van de buit.
Later zit je, zij 't figuurlijk,
Toch het stevigste te paard,
Zonder noodzaak om te rennen
En dat is het meeste waard.
Als de zaak is afgeïoopen,
Dan betaal je uit de pot.
En je hebt een groepje winnaars,
Opgetogen met hun lot.
Zij die nietig zijn gebleven.
Zitten niet verslagen neer,
De fortuin was hun ongunstig,
Strakjes komt hun kans wel weer.
Enfclenzatten erdoor waannpjes
In, de rest blijft in de kou.
Maar de permanente hoofdprijs
Familiaar gezegd) is jou!
En het is bij loterijen,
Heel gewoon dat het zoo gaat,
Vraag dat maar eens in vertrouwen
Aan den Nederlandschen Staat.
UIT HAARLEM
REORGANISATIE BURGERLIJK
ARMBESTUUR.
Omzetting in een dienst voor
Maatschappelijk Hulpbetoon.
ZAL DE STEUN THUIS BEZORGD WORDEN?
Thans is in druk verschenen het reeds
eenigen tijd geleden door ons uitvoerig aan
gekondïgde voorstel van B. en W. van Haar
lem tot reorganisatie van het Burgerlijk
Armbestuur.
B. en W. herinneren aan de discussie in
den raad van 9 Juli 1930 over de toen aan
hangige voorstellen inzake de reorganisatie
plannen. Wij zouden zoo merken B. en W.
nu op niet andermaal tot den raad geko
men zijn, ware het niet, dat door de zeer
groote toeneming van het aantal gesteunden,
waarvan een groot gedeelte voortkomt uit
andere kringen dan voorhen, de werking van
het Burgerlijk Armbestuur zoodanig van we
zen is veranderd, dat deze in geenen deele
meer beantwoordt aan de bedoeling die ten
opzichte daarvan immer bij den raad heeft
voorgezeten en dat deze werking die speciale
voordeelen en eigenschappen mist, waarop de
tegenstanders van een wijziging der organi
saties zich immer hebben beroepen.
Het aantal ondersteunden is zoozeer ge
stegen, dat het persoonlijk contact, den
zonder eenig voorbehoud erkenden ijver en
toewijding van de leden ten spijt, in het al
gemeen niet meer kan geschieden en het
aantal te behandelen gevallen in de verga
deringen van het bestuur is zoo groot, dat,
tenzij bij wijze van uitzondering, een vrucht
bare bespreking niet meer mogelijk is en de
behandeling in de meeste gevallen practisch
beteekent het sanctionneeren van de mee
ning van het betrokken lid.
Het praktisch individueel beslissings
recht van de leden geeft, noch ten opzichte
van het belang van den ondersteunde, noch
ten opzichte van het belang der gemeente
financiën voldoenden waarborg en schept
bovendien groote ongelijkheid.
Achten B. en W. derhalve een reorganisa
tie noodzakelijk en urgent om redenen voor
komende uit de eischen die aan een behoor
lijke regeling van de burgerlijke armenzorg
moeten worden gesteld, daarnevens mag niet
worden voorbijgezien, dat het ontbreken
van een directe en feitelijke zeggenschap
over de besteding van de voor de armenzorg
benoodigde gelden, die tot zulk een hoogte
zijn opgevoerd, dat zij een overwegenden in
vloed hebben cp de algemeene gemeen te fi
nanciën, naar hun overtuiging niet wel ver-
eenigbaar is met de financieele verantwoor
delijkheid tegenover de gemeente van den
Raad en bijzondler van het dagelijksch be
stuur. Dit klemt te meer nu in de huidige om
standigheden deze verantwoordelijkheid wel
het meest drukt en de zwaarste eischen stelt.
Wat voorts betreft de bezwaren ten aan
zien van de beperking van de taak van Maat
schappelijk Hulpbetoon, die een gedeelte van
den Raad destijds weerhouden hebben zijne
goedkeuring aan deze reorganisatie te hech
ten, deelen B. en W. mede, dat zij zich heb
ben voorgenomen om te zijner tijd, zoo ae
thans voorgestelde wijziging in feite heeft
plaats gehad, een onderzoek in te stellen of
en op welke wijze het arbeidsterrein van den
dienst kan worden uitgebreid tot onderdoe
len van Maatschappelijk Hulpbetoon, met
medewerking van particuliere instellingen op
dit gebied.
Nu aan den dienst een afdeeling „Verhaal"
zal zijn vei-bonden, komt het B. en W. ge-
wenscht voor dat ook het onderzoek voor
verhaal wegens geneeskundige armenzorg
aan. die afdeeling wordt opgedragen.
Bovendien hebben zij gemeend om prakti
sche redenen, met name om aanspraak te
kunnen blijven maken op rijkssubsidie een in.
stelling van weldadigheid in het leven te
moeten roepen voor de verzorging van voog
dijkinderen.
Teineinde echter de gewenschte eenheid
in de uitoefening van de burgerlijke armen
zorg te behouden stellen zij voor het bestuur
dezer instelling te doen bestaan uit leden
van de commissie van bijstand voor Maat
schappelijk Hulpbetoon en den directeur van.
Maatschappelijk Hulpbetoon.
B. en W. overwegen voorts om, zoo de Raad
zich met het voorstel kan vereenigen, een
regeling te treffen, waarbij de ondersteu
ning wekelijks bij de ondersteunden tehuis
wordt bezorgd.
Het schijnt, naar B .en W. meenen, dat
daaraan wel bepaalde voordeelen verbonden
zijn. Vooreerst voor de ondersteunden zelf,
voor wie deze regeling minder onaangenaam
is dan de verplichting om zich wekelijks
voor het ontvangen van steun naar een be
paalde plaats te begeven. Vervolgens wordt
er op deze wijze een regelmatig contact on
derhouden, dat vanzelfsprekend van meer
beteekenis is, dan. het contact dat er is, bij'
het uitkeeren van den steun, indien er velen
staan te wachten en ten slotte wordt daarbij
concentratie van een groot aantal gesteun
den op één plaats zooveel mogelijk vermeden
hetgeen voor de administratie en speciaal
voor den loketdienst groote vereenvoudiging
zou medebrengen.
In de door B. en W. ingediende ontwerp
verordening op den dienst voor Maatschap
pelijk hulpbetoon lezen wij in art. 2, dat B.
en W. in het beheer van den diienst zullen
bijgestaan worden door een commissie van
bijstand, als bedoeld bij art. 60 der Gemeen
tewet.
Artikel 6 bepaalt:
In zeer bijzondere gevallen indien het
verstrekken van ondersteuning als zeer drin
gend is te beschouwen kan de Directeur,
in afwachting van de beslissing van Burge
meester en Wethouders, voorloopig onder
steuning toekennen.
Het toezicht op de ondersteunden kan.
volgens art. 8 ook worden opgedragen aan
vrijwillige verzorgers.
Deze worden benoemd en ontslagen door
Burgemeester en Wethouders.
In art. 13 lezen wij:
De steun aan werklooze arbeiders, die zich
tegen geldelijke gevolgen van werkloosheid
hebben verzekerd, maar die nog niet trek
baar, dan wel uitgetrokken zijn, wordt zoo
veel mogelijk behandeld, afgescheiden van
de andere gevallen van ondersteuning.
In het tehuis voor ouden van dagen zul
len in het algemeen alleen opgenomen wor
den zij, die op andere wijze minder goed
kunnen worden ondersteund. De beslissing
over de opneming behoort bij B. en W.
B. en W. bepalen ook welke kinderen in
het kindertehuis zullen opgenomen worden,
en welke in gezinsverpleging zullen worden
gegeven.
Bij aanneming van het voorstel van B- en
W. zullen met ingang van den dag waarop
het besluit in werking treedt, onder dank
zegging voor bewezen diensten de leden van
het armbestuur ontslagen worden. Dit zijn
de heeren M. Emans, W. A. J. van de Kamp,
F. Keerwolf, H. J. Kien, M. L. A. Klein, J. Vis
ser en G Wolzak en mej. W. G. van Vliet.
DE BELASTINGEN IN 1933.
EEN VERDUBBELING DER PROVINCIALE
OPCENTEN.
In het loopende belastingjaar worden door
de provincie Noord-Holland 16 opcenten op
de belasting geheven. Mr. J. B. Bomans, het
lid van Gedeputeerde Staten, dat de finan
ciën behandeld, heeft in de Prov. Staten zit
ting medegedeeld, dat te voorzien is dat in
het jaar 1933 door de provincie meer dan 30
opcenten geheven zullen moeten, worden.
FEUILLETON
(„LUZIFERS' ENDE")
Een emotioneeïe roman
door WALTHER KLOEPFFER.
22)
N'a den arbeid moest Sander voortdurend
aan het gehoorde denken, 't Was me wat
fraais! Lux en de Jap hadden daar in alle
gemoedrust een misdaad besproken, waarop
minstens tien jaar Sing-Sing stond. Men-
scheroof. En nu begon hij Peter's verdwij
ning te begrijpen. Arme jongen. Barak II
diende om besmettelijke zieken te isoleeren
En zouden de zieken op een schip gebracht
worden? Waarschijnlijk werden ze naar het
eiland vervoerd van die Mr. Hangman, naar
het eiland, waarop ook Peter gevangen werd
gehouden.
Klaus kreeg een idee. Als hij eens de plaats
van een der zieken innam en zich naar het
onbekende eiland liet brengen. De zaak was
niet van gevaar ontbloot, maar wie niet?
waagt, wint niets.
Een kwartier later stond hem het plan
kant en klaar voor oogen. Een verdraaid
aardig plannetje. Indien hij slechts een beetje
geluk had.
Klaus werkte aan zijn plan. Eerst een
brief aan Inez met de mededeeling, dat hij
gedurende een paar weken op reis moest:
zijn moeder was ernstig ziek. Deze leugen
was niet te vermijden. Na een paar harte-
üjks woordjes sloot hij met de verzekering
dat hij spoedig zou terugkomen. Vervolgens
ging hij Lux reisverlof verzoeken. Hij wilde
om geen argwaan, te verwekken, er niet met
de noorderzon van door gaan.
Dr. Lux keek vreemd op.
„Je wilt naar Europa, Bender? En ik dacht
dat je geen reisgeld had".
„Mijn broer heeft het mij telegrafisch ge
zonden".
„Zoo, dan is het goed. Wanneer kom je
terug?"
„Over een week of vijf, dokter".
„Ik wil het hopen. Goede reis". Daarmede
was de zaak afgeïoopen.
KLaus maakte dat hij weg kwam. Van het
eerste beste telegraafkantoor verzond hij het
volgende telegram:
Mevrouw Gussy Sander. Primzregenten-
strasse, München.
Ben Peter op het spoor. Wees niet onge
rust, indien eenige weken zonder bericht
Moed houden.
Groeten. Je Zwager.
Later begaf hij zich naar zijn hospita, de
weduwe Watson, bij wie nog steeds zijn eene
koffer stond; die met den vreemden inhoud.
Hij huurde de kamer voor een maand en
deponeerde in een kist zijn radiotoestel uit
het hospitaal, 's Nachts verwijderde hij de
koperdraden op het dak der kliniek. Niets
mocht hem verraden. Uit een linnenkast stal
hij een gestreepte kiel met dito broek, zooals
de niet-betalende verpleegden die droegen
Men kon nooit weten.
Klokslag twee uur sloop bij den tuin door
en naar barak n. Een der vensters stond
op een kier. Klaus wachtte. Tegen drie uur
verscheen Dr. Lux en Klaus zag door het
venster, hoe hij acht der tien patiënten
een injectie gaf. De menschen schenen reeds
onder den invloed van een slaappoeder te
zijn, want ze maakten geen enkele beweging
toen de injectienaald hen in den arm drong.
Bij 'de deur zei Lux tot den ziekenverpleger:
„Smith ©ver een half uur kun je de kerels
in de kisten stoppen. Ze krijgen ziekenhuis-
kleeren aan. Goeden nacht".
„Allright, doctor!"
Een kwartier later trad Smith naar buiten
en liep naar den zijmuur der barak, waar de
houten apenkooien stonden. Hij opende de
deksels. Een oogenblik later kwam hij terug
met een der patiënten over den schouder.
Hij legde den man in de eerste kist. Ver
volgens bracht hij de zeven overige patiën
ten. en legde steeds twee in een kist. De
vijfde kist Weef leeg. Klaus vernam het
dichtslaan der deksels en het sluiten der
hangsloten. Dan werd alles rust.
Nu kwam het er op aan. Klaus liep snel
naar zijn kamer, ontdeed zich van zijn
costuum, trok het patiëntenpak aan, sloot de
kamer af en liep weer even snel terug naar
barak H.
Hij stapte in de vijfde kist, liet het dekse;
voorzichtig vallen en probeerde het hangslot
te sluiten, door een stuk staaldraad door
een der luchtgaten aldus te „bewerken".
Na de veertiende poging gelukte het hem.
Hij zat thans als een muis in den val. Ten
slotte onderzocht hij zijn „bagage" nog eens:
een brawning, een Zweedsche dolk, een bos
loopers, een zaklantaarn, een sigarenaan
steker, pij,p en tabak. Een flinke som geld
was niet vergeten. Tot zijn geluk had zijn
gestreepte linnen broek diepe zakken. Een
prima loopend armbandhorloge maakte hem
compleet".
Met een blik op de radiumwijzers stelde
nij vast, dat het tegen vier uur liep. Hij
peinsde: „Die brave Peter heeft er geen flauw
idee van, in welk een toestand ik me voor
zijn plezier bevinda De koekoek mag weten
waarheen ik nu gesleept wordt. En er hangt
hier een parfum! Millefleurs is er nog niets
bij!"
Klaus vocht als een vertwijfelde tegen een
niesprikkeL De minuten kropen voorbdj als
zieke slakken. Eindelijk klonk in de verte
het ramoer van een zware lastauto.
Kort daarop vernam hij het geluid van
voetstappen en de onaangename stem van
Ishi:
Daar staan de kisten. Maar vooral voor
zichtig behandelen.
Wat hij verder zei ging voor Klaus verlo
ren, want plotseling voelde hij, hoe zijn kist
opgenomen en in een vrachtauto geladen
werd. Uren lang duurde de rit. Eindelijk, op
Sander's horloge stond het zeven uur, stopte
de auto. De kisten werden afgeladen en op
een schip gebracht, zooals Klaus duidelijk
aan de schommelende beweging van zijn
„woning" merkte. Door middel van een kraan
werden de kisten in een ruim gehéschen, waar
het naar gloeiende machine-olie stonk.
Gelijktijdig werd het stikdonker.
Vijf minuten later sliep Sander, die reeds
acht en veertig uur niet uit de kleeren was
geweest, als een marmot. Het was niet een
zijner geringste talenten, dat. hij zelfs onder
dergelijke omstandigheden kon slapen.
Als laatste van een groepje, in gestreepte
ziekenhuiskieeren gekleede mannen, liep
Klaus over een weg, die naar het hospitaal
van het Isla del diabolo voerde. Het was
een treurige stoet. Achteraan kwamen Ishi.
de gele kapitein en een uitgemergelde kerel,
die met .governor" werd aangesproken. Aan
zijn commandostem herkende Klaus hem
zonder moeite als de beruchten Mr. Hang
man van golflengte 2210.
Gedurende den marsch door de havenbuurt
gaf Klaus zijn oogen terdege den kost. Op
den hoek van een straat stond een donker,
zeldzaam mooi meisje, waarschijnlijk een
Singaleesche, en keek met onverholen
nieuwsgierigheid naar den vreemden troep
Het meisje stond tegen een dadelpalm ge
leund: een safraangele sarong omhulde haar
slanke gestalte. De weelderige, blauw-zwarte
haren droeg ze ia t midden gescheiden.
Toen Sander voorbij kwam, scheen ze zich
to verbazen. Deze krachtige man paste niet bij
de overige lieden, voor het grootste deel
wandelende ruïnes. Zijn mannelijke trekken
imponeerden haar. Ze keek hem doordrin
gend aan en lachte hem toe. Hij knikte
vriendelijk terug.
De governor, die dit intermezzo niet ont
gaan was, riep haar woedend toe:
„Scheer je weg, Atimeh! Je weet, dat ik
dat lanterfanten niet wil zien!"
De koffiebruine oogen van het meisje
schoten vuur Ze zei echter niets, boog het
hoofd en verdween in een okergeel geverfd
huisje met groene jaloezieën.
Hoe langer de tocht duurde, hoe grootor
Klaus' verbazing werd. De gedachte, in
Peter's nabijheid to zijn, ontroerde hem hef
tig. Toen de kleine troep door de midden-
stad trok, werd men begroet door een cor-
verdoovend lawaai van gierende stoomflui
ten, mokerende harr:rs en rammelende ket
tingen Hier bevond men zich in een om
geving, waar het hooglied van den arbeid
gezongen, neen gebruld werd. Daarbij een
mengelmoes van alle rassen en volkeren der
aarde, die het onmogelijk maakte, de ethno-
grafie van het eiland slechts in de verte
te benaderen. Chineez-en en Japanners, Ne
gers en Europeanen, Roodhuiden en Malelers
alLes krioelde hier door elkaar. Hetgeen Klaus
bijzonder trof, was de omstandigheid, dat ai
deze mensehen even vlijtig en ingespannen
werkten. Luiaards scheen men hier niet te
kennen. Een eigenaardige stad!
Eindelijk bereikten zij de bovenstad waar
de verschillende klinieken en laboratoria
stonden. Voor een dezer gebouwen bleven
ze staan. Een aantal In het wit gekleede zie
kenverplegers kwam naar buiten, kreeg van
Mr. Hangman verschillende opdrachten en
weldra werden de patiënten van elkaar ge
scheiden, om naar verschillende zalen te
worden gebracht.
(Wordt vervolgd