Goede vlootorganisatie in Indië. tjMUIDHR COURANT ZATERDAG 11 FEBRUARI 1933 Hoe de eenheden zich samentrokken. De spanning gebroken. Commandant Eikenboom tweemaal gewaarschuwd Over de ontmoeting van het eskader met np Zeven Provinciën meldt de speciale ver- van Aneta nog, dat deze zich ont wikkelde volaens het ontworpen programma De bom. van 50 K.G. is gevallen op een no* niet bekende plaats. Bij bet begin van de operaties ontwikkel de zich de ontmoeting conform het van te voren ontworpen programma. Hr. Ms. kruiser Java" bleef met de torpedobootjagers, on- Hprzeebooten gereed om in actie te komen op verren afstand, terwijl de Dornier Wall- vlicbooten over „De Zeven Provinciën" heen vlogen. Bij deze vluchten werd de bom uitge- WNa6radiotelegrafischen eisch van overgave van der eskadercommandant ging de beman- ninj, ongewapend in de booten. Inmiddels voer het eskader in formatie op naar het muiterschip. Indien de overgave van het muiterschip niet onmiddellijk gevolgd zou zijn dan had men een zwaarder bom geworpen, nl. een van 200 K.G. gewicht van welke soort de vlieg- booten er verscheidene meevoerden voor alle omstandigheden. Aneta verneemt van officieele zijde dat al hoewel daartoe geen rechtstreeksche aanlei ding of aanwijzingen waren, en uitsluitend als voorzorgsmaatregel bij het vertrek uit Soerabaja, maatregelen getroffen zijn om de Inlandsche bemanning van de torpedoboot- ,Piet Hein" en „Evertsen" en een deel van deze bemanning van Hr. Ms. „Java" hoofdzakelijk te vervangen door Europeanen. Aneta bevestigt ook, dat bij aankomst van het eskader te Tandjong-Priok gevankelijk een Europeesche kwartiermeester en twee schepelingen uit het eskader zijn afgevoerd, zulks als resultaat, van een telegram van de commissie van onderzoek in zake de gebeur tenissen bij de Marine te Soerabaja. Het verslag van Aneta's specialen corres pondent aan boord van Hr. Ms. „Java" be helst de volgende bijzonderheden van de overgave van het muiterschip, Aan het drama van Hr. Ms. „De Zeven Pro vinciën" kwam hedenmorgen een einde, toen Hr. Ms. kruiser „Java", „De Zeven Provinciën" sommeerde om zich over te geven. De bemanning van Hr. Ms. „De Zeven Pro vinciën" heeft langs radiografischen weg de goede ontvangst van deze sommatie erkend, vervolgens hebben de muitelingen tot drie malen toe het antwoordtelegram uitgezon den, inhoudende de geseinde bekendmaking van'hun voornemens, welke tekst gevolgd wercl. door dé'woorden „'Ons niet hinderen". Aan de gewonden werd onmiddellijk ge neeskundige hulp verleend -door de omlig gende marineschepen. De brand werd blijkbaar gebluscht. De mui tende bemanning blijft voorloopig aan boord van het schip. Aldaar worden de belhamels uitgezocht. Ontbinding van de strijdmacht. BATAVIA, 10 Februari (Aneta). De Dornier Wall-vliegbooten, die aan de expeditie tegen „De Zeven Provinciën" hebben deelgenomen zijn. met uitzondering van de D 35, die in de buurt blijft, terugge keerd naar Telok Betong. TELOK, BETONG, 10 Februari (Aneta). Hedenmiddag om twee uur keerden zes van de acht vliegbooten, die aan de expeditie te gen de „De Zeven Provinciën" hebben deel genomen, terug naar Tandjong-Priok. De vliegboot D 35 blijkt beschadigd te zijn en moet op een nieuwen motor wachten. De D 16 vertrekt morgen met den com mandant van het eskader aan boord van hier. Betoogingen van trouw. Te Makassar, Pontianak en Padang zijn aanhankelijkheidsbetoogingen gehouden, die door duizenden bezocht waren. Opruiing. SOERABAJA, 10 Februari (Aneta). De hoofdredacteur van het alhier verschij nende dagblad „Soeara Oemoem", de heer Tjindar Boemi, werd heden gearresteerd we gens een opruiend artikel in zijn blad. BATAVIA, 10 Februari (Aneta). De divisie-commandant, deelt ter voorko ming van valsche geruchten mede, dat he denmorgen op de corridor en op de tafel van den compagniescommandant alsmede in de chambree van de 1ste Europeesche com pagnie, van het tiende bataljon en voorts op het publicatiebord drie met wit krijt geschre ven opschriften zijn aangetroffen, waarvan het schrift uitwijst dat zij door één persoon zijn geschreven. Deze opschriften luiden: „Leve de Zeven Provinciën", „Ik wil geen broe dermoord", „Leve de Marine" en „Weg met het leger". Als gevolg van liet een en ander is de Euro peesche compagnie op haar eigen verzoek onder commando van den compagniescom mandant naar den Regimentscommandant getrokken om haar spijt en verontwaardiging over het gebeurde te betuigen. Verschillende aanwijzingen omtrent de identiteit van den dader zijn beschikbaar. De onderofficieren behoorende tot de af- deeling mariniers te Rotterdam, bij den af bouw van de onderzeebooten te Rotterdam en Torpedo-atelier te Hellevoetsluis publiceeren een motie van onvoorwaardelijke trouw aan het gezag. MEDAN. 10 Februari. (Aneta). Men meldt ons. dat de Atjeh-correspondent van de Deli-Courant aan zijn blad seint, dat de zeelieden en stokers van Hr. Ms. De Ze ven Provinciën", die aan land zijn achterge bleven, order gekregen hebben van den mi litair-commandant, Kolonel Behrends, om patrouillediensten te verrichten, zulks in sa menwerking met de marechaussées. De pa trouilles worden uitgevoerd in de richting .yan Tjalong en Tang-Geumpang;. Hierbij wordt gemeld, dat de inheemschen aan dit bevel hebben gehoorzaamd, doch dat alle Europeesche manschappen geweigerd hebben aan dit bevel te voldoen. Zij werden daarop allen gearresteerd. Van officieele zijde wordt dit bericht ech ter tegengesproken. Men deelt aan Aneta mede. dat het bericht van de „Deli-Courant" onjuist is, dat er geen kwestie is geweest van het niet gehoorzamen aan bevelen, dat de Europeesche schepelin gen echter slechts gedurende korten tijd pa trouillediensten verrichtten aangezien er wei nig tijd was. Ten rechte, aldus deelt men ons mede, is slechts een Europeesche schepeling gearres teerd en wel wegens dronkenschap. Hoe het de Aldebaran verging. BATAVIA, 10 Februari (Aneta). Wij vernemen thans de bijzonderheden van de vervolging van Hr. Ms. ..De Zeven Provin ciën" door den gouvernementsstoomer „Al debaran". Onmiddellijk toen de „Aldebaran" „De Ze ven Provinciën" in zicht kreeg werd van af den gouvernementsstoomer met de vlaggen het signaal gegeven: „Wij hebben u iets te zeggen". De bemanning van „De Zeven Provinciën" antwoordde hierop met een dreigement voor het geval de „Aldebaran"' langszij zou komen. Van de „Aldebaran" werd door den verrekij ker geconstateerd, dat aan boord van „De Zeven Provinciën" voorbereidingen werden getroffen om uitvoering aan dit dreigement te geven, indien dat noodzakelijk mocht zijn. Vervolgens radiografeerde het zendstation van „De Zeven Provinciën", dat de beman ning besloten had naar Soerabaja door te varen, aan welk bericht de bijzonderheden waren toegevoegd, die reeds eerder zijn ge seind. Na ontvangst van deze berichten heeft de „Aldebaran" een draadloos telegram afge zonden aan den luitenant ter zee H. L. van Boven, die zich aan boord bevond van het muiterschip. In dit telegram werd den officier verzocht te trachten de bemanning te overreden. In antwoord hierop kwam een telegram van „De Zeven Provinciën", waarin deze zee-officier antwoordde, dat dé bemanning bleef volhar den in haar houding. Nog weer later zond „De Zeven Provinciën" een radiogram af aan de „Aldebaran", waarin gevraagd werd waarom de „Aldebaran" stoom de met gedoofde lichten. Op dit telegram heeft de „Aldebaran" geen antwoord gegeven. De heer Eikenboom geen commandant meer. De speciale correspondent van De Telegraaf telefoneert nóg, dat gebleken 'is, dat com mandant Eikenboom zelfs van twee zijden is gewaarschuwd, dat het aan boord van „De Zeven Provinciën" niet pluis was. Ook den vlootvoogd, schout-bij-nacht Osten, was het bekend geworden, dat vermoedelijk ernstige dingen te gebeuren stonden en hij vond hier in aanleiding, den heer Eikenboom onmid dellijk te verwittigen. „Wees op uw hoede" seinde schout-bij- nacht Osten den commandant van „De Ze ven Provinciën", doch ook deze goedgemeen de waarschuwing trof geen doel. Zoo kon het gebeuren, dat de commandant zich, ondanks de twee hem geworden waar schuwingen, toch aan land begaf en den rad draaiers aan boord van zijn schip vrij spel liet. De heer Eikenboom zal dan ook na het voorgevallene niet opnieuw met een comman do worden belast. Terwijl wij hedenochtend, vervolgt de cor respondent,. te Tandjong Priok in de grootst mogelijke spanning wachtten op de schaars binnenkomende berichten over de ont knooping van het drama, arriveerde op de reede reeds de torpedojager „Piet Hein", met aan boord den officier, die door de bom, welke „De Zeven Provinciën heeft getroffen, werd gewond. In den loop van den avond zal de „Piet Hein" worden gevolgd door de ove rige torpedojagers. Zij zullen de dood en mee brengen, die het avontuur heeft geëischt. Van de overige officieren, -die door de muiters aan boord van De Zeven Provinciën gevangen werden gehouden, is intusschen een telegram ontvangen: „Alles wel!" Ondragelijke spanning. De correspondent van het Handelsblad te Batavia telefoneert: De spanning te Batavia was gisteravond nadat bekend was geworden, dat in den loop van den dag het eskader was uitgevaren van Priok, tot het ondragelijke gestegen. Deze spanning is nu ten einde, doch men is diep onder den indruk van het feit, dat het einde slechts mogelijk is geweest ten koste van slachtoffers. De spanning in de stad was tijdens de ochtenduren tot het kookpunt gestegen, te meer daar allerlei geruchten de ronde deden over onrust in het leger. Deze geruchten blijken terug te brengen te zijn, tot het eene geval insubordinatie, waarover de be trokken compagnie op eigen verzoek ver ontschuldigingen is gaan aanbieden bij den regimentscommandant. Goede geest in het leger. De goede geest in het leger openbaarde zich verder bij het vertrek van de Menado- neesche compagnie van het 10de bataljon, die de muiters gaat bewaken op het eiland Onrust, waar deze voorloopig worden op gesloten. Deze compagnie vertrok onder donderend gejuich. Zij ging rechtstreeks per trein naar Priok, een bijzondere lijn, wegens een dérail lement, dat zich gisteren om het emplace ment van Manggarai heeft voorgedaan en waarbij men aan sabotage heeft gedacht. In tijden van spanning gaan de gedachten ech ter wel eens al te vlug in de richting van misdaad. De verklaring van den vlootvoogd in den Volksraad, die in de diepste stilte werd ont vangen en waarover niet werd gedebatteerd, maakte een rustigen indruk. De publieke opinie richt zich nu de zoo noodige ontspanning is ingetreden, in de eerste plaats tegen de Europeesche schepe lingen, die aan de muiterij hebben deelge nomen, en tegen den commandant, die goe den raad in den wind sloeg. Kolonel Van Duim. Over den commandant van het Java- eskader kapitein ter zee M. H. van Duim, schrijft de Tel. nog, dat hij thans boven aan de ranglijst staat, en weldra tot schout bij nacht zal worden bevorderd. Kolonel Van Duim staat bij de marine bekend als een streng en rechtvaardig officier, bij wien de dienst boven alles gaat. Vóór hij naar Indië ging, was hij hier te lande commandant van het artillerie-instruc tieschip „Gelderland", aan boord waarvan ook een strenge tucht heerschte. Kapitein ter Zee Van Duim. die thans 53 jaar oud is. is van het jaar 1900 in de marine Hij is officier in de Orde van Oranje-Nassau Hij was vroeger een bekend schermer en draagt ook de gouden medaille van het Ne- derlandsch Olympisch Comité. O.a. maakte hij in 1924 deel uit van de Nederlandsche scliermequipe op de Olympische Spelen te Parijs. OVERZICHT VAN HET HEELE AVONTUUR. VIJF DAGEN VRIJBUITERIJ. BATAVIA. 10 Februari (Aneta). Aan de mededeelingen, die door den commandant van de zeemacht in de zitting van den Volks raad van heden zijn gedaan is nog het volgende te ontleenen als samenvatting van de gebeurtenissen aan boord van „De Zeven Provinciën". Op Zaterdag 4 Februari j.l. te ongeveer tien uur des avonds is de muiterij aan boord van Hr. Ms. „De Zeven Provinciën" uitge broken. Het schip lag toen geankerd op de reede van Oleh-Leh. De commandant en een deel van de officieren, onderofficieren en de be manning waren aan land toen de schepelin gen, die aan boord waren achtergebleven bezit namen van de geweren, zich voorzagen van munitie en de officieren en onderoffi cieren overweldigden nadat zij de lichten hadden uitgedraaid. De eerste berichten maakten er alleen mel ding van, dat de Inlandsche schepelingen in muiterij waren gekomen, maar later kwam aan het licht, dat ook de Europeesche sche pelingen aan de muiterij deelnamen. Aldebaran teruggewezen. Het schip moet de reede van Oleh Leh om ongeveer twee uur in den Zondagmorgen verlaten hebben en werd anderhalf uur later gevolgd door den gouvernements stoomer „Aldebaran", aan boord waarvan zich de commandant van De Zeven Pro vinciën, de kapitein-luitenant ter zee P. Eikenboom, bevond met verscheidene offi cieren en schepelingen, gewapend met kara bijnen. Onmiddellijk daarna kwam de „Al debaran" dicht genoeg bij De Zeven Pro vinciën" dat verbinding door middel van vlag gesignalen mogelijk was. De commandant van de „Zeven Pro vinciën, trachtte in verbinding te komen met zijn schip, dat echter absoluut weigerde welke weigering begeleid werd door bedrei gingen. Hierop heeft de „Aldebaran" den af stand met „De Zeven Provinciën" vergroot en zij vervolgde het schip langs de Westkust van Sumatra, gedurende al dien tijd de auto riteiten op de hoogte stellende van de positie. De officieele rapporten houden in, dat zich aan boord van het muiterschip bevonden 16 officieren, 9 Europeesche en 3 Inlandsche onderofficieren, 44 Europeesche korporaals en minderen en 184 Inheemsche korporaals en minderen. Uitgebreide maatregelen. Inmiddels waren de autoriteiten en scheep vaartmaatschappijen gewaarschuwd. De es kadercommandant, die zich met den kruiser „Java" en de torpedobootjagers „Evertsen" en „Piet Hei" op de reede van Bonthain (Gelebes) bevond kreeg order zoo spoedig mogelijk naar Tandjong Priok te vertrekken. De commandant der Marine te Soerabaja kreeg order twee onderzeebooten uit te rus ten met oorlogtorpedo's en deze beide sche pen in gereedheid te houden voor uitvaren. Tegelijkertijd kreeg de commandant order drie Dornier Wall-vliegbooten gereed te maken, beladen met bommen en deze naar Tandjong Priok te zenden. De scheepvaartmaatschappijen kregen het advies om haar schepen eemigen tijd dn Sabang aan te houden en ze overigens op veiligen afstand te doen blijven, wanneer zij in het gezicht mochten komen van het muitende oorlogsschip. Deze schepen kregen ook een waarschuwing door de draadlooze telegraaf. De gouverneur van Sumatra's Oostkust te Medan en de residenten van Sumatra's Westkust en Tapanoell kregen telegrafische waarschuwingen met het oog op de voor zorgsmaatregelen, die onmiddellijk geno men moesten worden. Voorts kregen de Nederlandsche consulaire ambtenaren te Colombo, Penang en Singa pore bericht omtrent het gebeurde met het verzoek de locale autoriteiten te waarschu wen. Op 5 Februari te 4.30 des namiddags werd een draadloos bericht opgepikt van de muiters waarin verklaard werd, dat het reisdoel van het schip Soerabaja was en de bedoeling van de actie de vrijheid te verkrijgen van de te Soerabaja gearresteerde marineschepelin gen. Voorts gaven zij hun voornemen te kennen om koopvaardijschepen te berooven, indien zij die mochten tegenkomen, voor het geval zij gebrek aan voedsel zouden hebben. Deze en dergelijke telegrammen, die natuurlijk on beantwoord bleven, werden met eendge va riatie uitgezonden, maar opgemerkt werd, dat de min of meer bombastische stijl van de aanvankelijke telegrammen op den duuj- ge wijzigd werd. Een complicatie deed zich voor door den geringen brandstofvoorraad van de „Aldebaran". Hierdoor was eerdere aflos sing door de „Eridanus" noodzakelijk, welk schip gestationneerd was te Padang. De hulp van de Kon. Paketvaart Mij. werd ingeroepen Men verzocht haar, om haar stoomschip „Heemskerck" dat op 6 Februari in de mor genuren te Sinkel werd verwacht, tijdelijk ter beschikking van de regeering te stellen totdat de „Eridanus" aangekomen zou zijn. Aangezien „De Zeven Provinciën" haar koers later veranderde, in Oostelijke richting ging varen in plaats van bewesten het eiland Simeuloe en aangezien de „Heemskerck" geen radio-installatie aan boord had, ont moette laatstgenoemd schip de „Aldebaran" niet. Dit heeft echter geen ongunstige ge volgen gehad. De „Aldebaran" die het y bevel had om tot het uiterste vol te houden werd afgelost door.de „Eridanus" en juist op tijd. Eerstgenoemd schip voer toen naar Padang en keerde vervolgens naar Oleh Leh terug. Laat in de avonduren van 9 Februari werd de ..Eridanus" afgelost door de „Orion" die uit Tandjong Priok was gekomen. Natuurlijk was het noodzakelijk een einde te maken aan de reis van het muiterschip en wel zoo spoedig mogelijk. Verschillende moeilijkheden deden zich voor en een daarvan was het feit, dat de meest nabije marinekrachten ongeveer 1500 mijlen weg waren, terwijl het eskader zich te Boutham op een afstand van 2000 mijlen bevond. Daarom kwam een snelle actie, ge wapend met bommen, het eerst in aanmer king. Brandstofvoorziening van deze vlieg tuigen was noodzakelijk en daarvoor zijn onmiddellijk maatregelen getroffen. Benzine en olie zijn altijd in voorraad te Tandjong Priok en in Padang. Voor de zwaar geladen vliegtuigen was extra brandstofvoorziening tusschen Tandjong Priok en Emmahaven noodzakelijk en daarom werd brandstof en olie gezonden naar Oosthaven (Zuid-Suma- tra) uit Tandjong Priok en naar Veeckers- baai op het Zuider Pagai-eiland uit Padang. Men oordeelde een bommenaanval zonder meer niet aan te raden. Ofschoon de „Zeven Provinciën niet modern is, heeft het schip een zware bewapening. Een mislukte of slechts half geslaagde aanval moest voorko men worden. Bescherming van Padang. Toch was het voor de verdediging van Pa dang noodig daarheen vliegbooten te zenden uit Soerabaja. De mijnenleger „Gouden Leeuw", die onlangs te Tandjong Priok was aangekomen uit Holland, was ter beschik king van de marineautoriteiten, maar het schip was te licht bewapend om bij een even- tueele sommatie kracht bij te zetten. Toch werd dit schip 6 Februari naar de Westkust van Sumatra gezonden voor eventueele as sistentie. Voorzorgen en maatregelen voor Padang waren inderdaad noodzakelijk, aan gezien, indien de „Zeven Provinciën" haar oorspronkelijke ronde had vervolgd, een ac tie tegen deze stad zou kunnen plaats vin den. De eerste groep Dornier-Wallvliegbooten vertrok uit Soerabaja in den morgen van 6 Februari, volkomen uitgerust en arriveerde te Tandjong Priok in den namiddag van denzelfden dag. Vandaar vertrokken ze op 7 Februari via Oosthaven naar Veeckersbaai en naar Padang. Intusschen voer de „Zeven Provinciën" be westen de eilanden. Indien het muiterschip Padang genaderd zou hebben, zou een bom aanval hebben plaats gehad na de somma tie „Wijzig uw koers". Toen het oorlogsschip Padang voorbij was gevaren, werden de vlieg tuigen teruggeroepen naar Oosthaven, zoodra het gevaar beschouwd werd als te zijn ge weken. De „Gouden Leeuw" verliet Emma haven op 8 Februari 's morgens en voegde zich bij de „Eridanus" op den avond van den zelfden dag. Tactische organisatie. Verdere concentratie van marine-eenhe den had van dat oogenblik geregeld plaats. Op 8 Februari arriveerde de tweede groep Dornier Wallvliegbooten te Tandjong Priok op 9 Februari gevolgd door een derde groep bommenwerpers. De concentratie van luchtstrijdmiddelen, die beschouwd .werd als een noodzakelijke vóóractie was voltooid op 9 Februari' te Oöst- haven. De onderzeebooten K VII en KXI met oorlogstorpedo's verlieten Soerabaja op 6 Fe bruari en arriveerden op 9 Februari te Tand jong Priok. Vandaar gingen zij naar straat Soenda op denzelfden avond. Het eskader bestaande uit de kruiser „Java", de torpedo bootjagers „Evertsen" en „Piet Hein" arri veerde 7 Februari te Soerabaja, teneinde het inlandsch deel der bemanning voor een deel tc vervangen door Europeanen. Dit deel werd namelijk beschouwd als on betrouwbaar. Tezelfder tijd werd de brand stofvoorraad aangevuld. Het eskader kon denzelfden dag naar Priok vertrekken en ankerde in den avond van 8 Februari op de reede van Priok. Na een besprekjng tusschen vlootvoogd en eskadercommandant verlieten de schepen de reede in den morgen van 9 Februari naar straat Soenda. Het was hedenmorgen 9 uur toen de eerste sommatie door de vliegbooten plaats had. Op dat oogenblik was e„De Zevn Provinciën" den Westelijken ingang van straat Soenda gena derd. Op de eerste sommaties antwoordden de muitelingen met hun welbekend telegram en het verzoek het schip niet te hinderen. Om 9.18 werd „De Zeven Provinciën" getrof fen door een bom uit een Dornier Wall-vlieg boot, die 18 mannen doodde en 25 verwondde. Onmiddellijk daarna heesch „De Zeven Provinciën" de witte vlag. Brand brak uit aan boord. Particuliere hulp. De „Gouden Leeuw", de „Orion" en de par ticuliere sleepboot „Kraus", welk laatste schip op eigen gelegenheid en initiatief naar Straat Soenda was gekomen en assisteerde, waren in de nabijheid. De „Kraus" redde vier personen, die over boord waren gesprongen, uit het water en gaf ze over aan de „Java". De muitelingen zullen opgesloten worden op het eiland „On rust'' en zullen daar onder voortdurende be waking staan. Het onderzoek zal zoo spoe dig mogelijk beginnen. Onrust-deportatie-eiland. BATAVIA, 10 Februari. (Aneta) Een detachement infanterie is heden van 't garnizoen Meester-Cornelis uitgerukt naar Tandjong-Priok, alwaar het gedirigeerd is ter bewaking van de muiters op Onrust. Het eilandje Onrust, aldus vermeldt de Tel. er van, ligt in het Westen van de Baai van Batavia, ruim 3 uur varens ten N.W. van In- dië's hoofdstad. Het heeft een oppervlakte van ruim 9 hectaren. Tijdens het bewind van de Oost-Indische Compagnie was het van grooter beteekenis dan tegenwoordig. Toen was er een groote scheepstimmerwerf en een tuighuis. De schepen van de Com pagnie konden daar worden hersteld. Het had den naam ongezond te zijn. De laatste 20 jaar is het quarantainestation voor de haven van Tandjong Priok. Goed overlegde aanval. Over den eigenlijken aanval heeft com mandant Osten volgens Aneta in den Volks raad nog meegedeeld, dat de aanval gepro jecteerd was in drie phasen. Deze bestonden uit ten eerste een aanval met bommen uit Dornier Wall-vliegbooten. ten tweede een aanval met oorlogstorpedo's en ten derde een aanval met geschut. Deze volgorde werd door de autoriteiten ge kozen door de overweging eenerzijds, dat de bomaanval reeds daarvóór, n.l. bij de nade ring van de vliegbooten, een dieper indruk maakt en anderzijds uit de overweging, dat de kruiser „Java", bewapend met middelbaar geschut en hebbende een betrekkelijk lichte pantsering, niet mocht worden blootgesteld aan het zware geschut, dat „De Zeven Pro vinciën" voert. 21 dooden? De correspondent van de Maasbode tele foneerde nog: Volgens geruchten zijn van de zwaarge wonden nog drie personen overleden, waar door het aantal dooden stijgt tot 21. De dooden worden met den torpedojager „Evertsen" aangebracht op het eiland „On rust" om daar begraven te worden. De ge wonden komen Vrijdagavond te Batavia aan. Het is zoo goed als zeker, dat de gevangen officieren zich aan boord van „De Zeven Provinciën" vrij mochten bewegen. Of eenigen hunner aandeel hadden in de navigatie, zij het ender dwang van de muiters, staat op het moment nog niet vast. Zaterdagmiddag komen de gevangenen op het eiland „Onrust" aan. Hand in eigen boezem. BATAVIA, 10 Februari. (Aneta.) De „Java-bode" vraagt na de critieken die in het buitenland zijn geoefend op ons ko loniaal beleid of de Engelsche pers niet eens moet letten op de troebelen in eigen kolo niën. Het blad zegt dat uit de opmerkingen die door de „Angriff" zijn gemaakt, blijkt dat men zich in het buitenland bezig houdt met de vraag of wij wel in staal zijn met eigen kracht „oplaaiend" vuur te blusschen. Het blad adviseert den Europceschen en inlandschen extremisten, die opmerking in hun ooren te knoopen. Gelukkig is Holland nog stevig in het zadel, doch wanneer het, wat de hemel verhoede, niet in staat zou zijn de orde te handhaven, dan zullen de on- rus'tstokers eventueel de gelegenheid krijgen het liedje der conspirateurs uit „La Fille de madame Angot" aan te heffen dat luidt: „Ce n'était pas la peine de assurément de chan ger de gouvernement". Integendeel, verklaart het. blad, men zou er dan geweldig mee achteruit gaan. Het „Nieuws van den Dag van Ned.-Indië" critiseert eveneens den commentaar van de „Evening Standard". De hooge Britten, die Indië in de laatste jaren hebben bezocht we ten wel beter. Het blad meent, dat wij geen lesjes van buitenlanders noodig hebben, wier falen in elk opzicht in de laatste decennia juist voor ons Nederlanders als een baken in zee is ge weest, een falen, dat ons gevaarlijke klippen heeft doen vermijden. Drukte tc Amsterdam. Te Amsterdam lieten de bladen Vrijdag den geheelen morgen extra-edities en bulle tins verschijnen die natuurlijk gretig gele zen werden. Dank van „Onze Vloot". De Kon. Vereeniging „Onze Vloot" heeft een telegram gezonden aan den minister van defensie, waarin zij twijfelende aan de be trouwbaarheid van een belangrijk deel van het militaire marinepersoneel beneden den rang van officier, de regeering dank betuigt voor haar krachtige houding en den hart- grondigen wensch uitspreekt, dat de door de regeering bevolen en nog te nemen maatre gelen mogen leiden tot een spoedig herstel van orde en tucht op de Nederlandsche vloot en gerustheid van de Nederlandsche natie omtrent de gezindheid van het gansche ma rinepersoneel dat zich te scharen heeft ach ter het wettig gezag wil de zeemacht aan haar doel in belang van ons dierbaar vader land, het rijk in- en buiten Europa, kunnen beantwoorden. „Krankzinnige zorgeloosheid" Het Handelsblad ontleent aan een lange beschouwing van La Nation Beige het vol gende „Men staat toe, dat er vakvereenigingen van zeelieden zijn aan boord van de Neder landsche oorlogsschepen. Het is ongehoord, maar het is inderdaad zoo. Er bestaat bij de zeemacht een gezag, dat zich kan verzet ten tegenover het militaire gezag, tegenover de macht van den Staat. Een muiterij, die altijd te vreezen is, maar zich overigens slechts zou beperken tot een individuoele beweging, neemt hier het karakter aan van een oproer, van te voren beraamd en geor ganiseerd. Ten slotte zal men verbaasd zijn te vernemen dat „De Zeven Provinciën tot artillerie-schoolschip diende voorin heemsche schepelingen. Dit brengt het geheele kolonisatieprobleem aan het wankelen evenals de quaestie van de Europeesche politiek ten opzichte der Aziaten, waarvan steeds duidelijker blijkt, dat zij den opstand voorbereidt die onze be schaving in gevaar zal brengen. De Hollan- lers leeren den Javanen kanonnon bedie nen. Met een zorgeloosheid, die aan het krank zinnige grenst, leeren de Hollanders een pantserschip bedienen en het spelenderwijs gevechtklaar maken aan den inlander die den eerste den besten blanke, al is hij ongelet terd en van minderwaardig allooi, kan dwin gen hem uit den weg te gaan en voor hem de houding aan te nemen van een verne derden slaaf. Is het dan te verwonderen, dat deze Inlanders op een gegeven moment er van door gaan met het speelgoed dat hun is toevertrouwd, en lust krijgen hun blanke meesters, die zij minachten, te toonen, hoe zij van de lessen hebben geprofiteerd? Laten wij voor onze Hollandsche buren, in het belang van de goede orde en in dat dei- blanken, die zij zoo ernstig in opspraak hebben gebracht, hopen, dat dit alles zal ein digen met een snelle onderdrukking en zon der dat er ernstige dingen gebeuren. Het gaat hier niet alleen om het prestige van Neder land, maar om dat van het Westen dat be trokken is bij dit belachelijke avontuur. De Hollanders zullen deze les niet te duur heb ben betaald als zij er voordeel uit trekken". Vergadering van het Cambo. In den Helder heeft Donderdagavond het Cambo, comité uit de marinebonden verga derd. De vergadering was alleen toegankelijk voor militairen in uniform, ook niet voor de pers. Er was veel politie op de been. Aan de Msb werd het volgende meegedeeld: De vergadering was buitengewoon druk be zocht. Als spreker trad op de heer P. S. van der Vaart, socialistisch wethouder van Den Helder en bestuurder van het „Cambo". Spr. crïtiseerde de houding van den minister van Defensie, omdat de indruk gewekt was, dat de salariskorting niet zou doorgaan en eerst bij de aangekondigde salarisherzie ning nader zou worden toegepast. Verder werd critiek uitgeoefend op het niet toestaan van een audiëntie bij den mi nister. Muiterij afgekeurd. Sprekende over de muiterij werd een zoo danig optreden sterk afgekeurd, maar men vestigde er de aandacht op, dat door

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1933 | | pagina 7