ONZE LEZERS
In en om Cenève.
In liet holst van den nacht...
De wolf.
COURANT VRIJDAG 24 MAART 1933
De Oud-Strijders bij Henderson.
IJMUIDER
Een ontroerende demonstratie.
(Bijzondere correspondentie.)
Genève, Maart.
wa de emotioneele zitting, den vorigen
n nderdag. van de Algemeene Commissie der
ontwapeningsconferentie, waarin Ramsay
ïfecdonald, na vier Geneefsche dagen van
Saadslaging, overpeinzing en noesten ar-
hpid zijn plan vergezeld van een welgemeen-
v -gde, aan de vergadering voorlegde, wer
den op'voorstel van Henderson de verdere
rekingen een volle week opgeschort om
an de landen den tijd te verschaffen, dit
nieuwe ontwapeningsplan in extenso te be-
ctudeeren.
Behalve de schaarsche gedelegeerden ver
pacht voor enkele hun werk voortzettende
kleinere commissies, eenige in perskamer en
bar rondboemelende journalisten die zich van
de hun eigen geworden gewoonte, 's morgens,
jniadags en 's avonds, hunne schreden
naar het ontwapeningsgebouw te richten,
niet meer konden losmaken, vertoonde zich
dé laatste dagen vrijwel niemand in de gedu
rende de laatste maanden zoo drukbezochte
conversatiehall; de krantenkiosk was geslo
ten de juffrouw van de cigarettenkiosk had
vacantie, tot 24 Maart zou het ontwape-
ningsgebouw rust hebben. Althans, zoo dacht
men, en de zich in de loop der Maandagmor
gen 'naar het gebouw aan de quai Wilson
begevende journalisten, stapten welgemoed
de van hare delegatie-autos verlaten ingang
binnen, ervan overtuigd, dat vijf minuten
voldoende zouden zijn om zich van de laat
ste nieuwtjes betreffende 's werelds gang
van zaken te voorzien.
Vagelijk verbaasd over de aan de heropen
de boeken kiosk uitverkochte couran
ten, trok vervolgens het roode licht op het
leege vergaderingbord het teeken van een
inzitting zijnde vergadering, commissie
de aandacht, daarna een applaus, een ge
juichzeldzaam in deze omgeving van
zwaarwichtige beraadslagingen.
„Mr. Henderson ontvangt de oud-strijders",
lichtte de de ingangsdeur van zaal G. bewa
kende portier toe, en opende dezen
deur die toegang gaf tot een overvolle ruim
te. In de zaal, waar eenige dagen geleden
Mac Donald de gedelegeerden ter Ontwa
peningsconferentie eenige wijze woorden
kwam toespreken, in de zaal waar sinds eind
Januari dag in, dag uit, leden der Alge
meene-, politieke- en luchtvaartcommissie
hunne discussies over al of niet'afschaffen,
al of niet beveiligen, hielden, zaten nu, om de
gedelegeerdentafels op de stoelen der dele
gatie- en secretariaatsleden, op publieke tri
bune, jazelfs perstribune, de oudstrijders.
Was dit alles werkelijkheid? Of was het
een droom, een visioen van een gedelegeerde
ontwapeningsconferentie, die, na veer?,
tien maanden ontwapeningsconferentie, dooi
de oudstrijders ter verantwoording werd ge
roepen, om hen het nut, de vruchten van
zijn arbeid aan te toonen? Of, waren .de
oudstrijders, ontevreden over den gang' van
zaken, gekomen, om in plaats van de door
ieder land aangewezen gedelegeerden, zelf de
discussies over ontwapening voort te zetten?
Neen, niets van dit alles was het geval:
„Wij, vertegenwoordigers van 12 millioen
oudstrijders", sprak hun eèrste woordvoerder,
„zijn naar Genève gekomen, om zooveel ons
dat mogelijk is bij te dragen tot het succes
van een vredesorganisatie. Wij vertegen
woordigen oudstrijders van 15 verschillende
naties die in den laat sten oorlog tegen elkaar
gevochten hebben. Wij komen nu bij u, Mr.
Henderson, om u, als bescheiden bijdrage
voor het slagen der conferentie, een resolutie
aan te bieden, in onze gister gehouden ver
gadering bij acclamatie aangenomen door
85 vereenigingen."
„Het vorige jaar, Mr. Henderson", ver
volgde de tweede spreker „bij de opening
van de ontwapeningsconferentie zijn wij bij
u gekomen met onze wenschen en verwach
tingen. De tijd heeft deze, helaas, niet ver
vuld, en vandaag zelfs, schijnt het ons, of
het laatste sprankje hoop, dat ons nog rest
te, vervlieden zal. Maar daar dit niet mag
gebeuren, hebben wij ons gewend tot de
oorlogsslachtoffers, de verminkten, de wedu
wen, de weezen.Hier zijn wij nu,.... wij willen
geen oorlog meer.
Inderdaad, daar waren ze, de oud-strijders,
de weduwen en weezen. Grijsaards, mannen
van middelbare leeftijd; vele, vele vermink-
FEUILLETON
Naar het Duitsch bewerkt door
J. VAN DER SLUYS.
(Nadruk verboden).
5)
.Met een bekommerden zucht richtte hij
ach op en streek ontstemd met de rechter
band over het voorhoofd. Hij moest iets doen,
dat zag hij heel goed in, maar wat? Hij be
vond zich in een vreemd huis in het holst
]'an den nacht alleen met een doode, die
tot enkele uren geleden een volkomen vreem
oe voor hem geweest was. Het noodlot dreef
beleen wonderlijk spel met hem! Hij pijnig
de zijn hersens met de vraag, welke vreemde
tragedie zich hier afgespeeld had, terwijl hij
de kamer naast-aan sliep dacht aan de
vrouwengestalte, die als een geestverschijning
*as gekomen en gegaan. Voor alles wilde hij
zekerheid hebben, of hij inderdaad met den
doode alleen was. De door niets verstoorde
stilte begon sr.vaar op hem te drukken het
Wasgele gedicht van den overledene in het
schemerig halfdonker, de kleine rustig-'oran-
oende vlam van het nachtlicht, de vorme
loze schaduwen in de hoeken, het had alles
Zo° iets spookachtigs, dat zelf de stalen
zenuwen van den jongen privaat-docent, er
£jnv.loed van ondergingen.
Hij ging naar de andere kamer terug om
sijn electrische zaklantaarn te halen en op
?.e tienen, als om een slapende niet te storen,
hij naar het portaal. Enkel om een men-
scnelijke stem, al was het dan maar zijn
te hooren, riep hij of er iemand was.
Het verwonderde hem echter niet, dat het
sul bleef, hij had geen antwoord verwacht,
len overvloede ging hij naar de keuken en
ten, die door gemis van ledematen of oogen
de hulp van anderen noodig hadden om hun
plaats in de zaal te vinden, die ondanks de
voor hen zoo bezwaarlijke reis, naar Genève
waren gekomen om door hun stem mede te
helpen een lot aan hen ten deel gevallen, aan
anderen te besparen.
En getuigd hebben ze van hun wenschen
voor den vrede hun haat, hun afkeer van den
oorlog; met stormachtig applaus en gejuich
onderstreepten ze de verklaringen van hun
woordvoerders: „regeling der geschillen
door verplichte arbitrage", wenschen wij,
„geen oplossing der geschillen door geweld".
Wij, oud-strijders, slachtoffers van den
oorlog smeeken om vrede, te verwezenlijken
door veiligheid naast ontwapening; wij
eischen de vernietiging van particuliere wa
penindustrie en wapenhandel"en als
kinderen zaten ze te snikken onder de eenvou
dige, gevoelvolle woorden van den presi
dent ter ontwapeningsconferentie, die on
danks zijn slechte gezondheid, al zijn tijd
en al zijn krachten besteedt om te werken
voor zijn zoo moeilijk te verwezenlijken
idealen.
Per extra treinen voorzien van plakkaten
„a bas la guerre" zijn de oud-strijders naar
hunne divere woonplaatsen teruggekeerd en
hunne demonstratie hoort tot het verleden.
Zal hun ontroerende actie eenigen invloed
hebben, zal ze weerklank vinden bij de rest
der menschheid of is het zijn van oud-strij
der een vereischte om actief te reageeren
tegen het in de wereld voortwoekerende
kwaad? 24 Maart beginnen de beraadslagin
gen over het nieuwe ontwapeningsvoorstel,
een laatste poging tot het slagen der confe
rentie. Moge de rest der volkeren hun stem
laten hooren als de 14 millioen oud-strijders.
ENGELSCH-RUSSISCHE
SPANNING.
DREIGENDE VERBREKING VAN ALLE
BETREKKINGEN.
LONDEN, 23 Maart (V.D.) Het Engelsche
kabinet heeft in zijn zitting van gisteravond
o.a. ook besproken de bestaande spanning
tusschen Engeland en Sovjet-Rusland. Volgens
de Daily Mail en de Morning Post zou de mo
gelijkheid besproken zijn van een invoer
verbod voor Russische goederen, doch een be
sluit hieromtrent werd niet genomen.
De Times schrijft dat, wanneer de Sovjet-
autoriteiten het proces tegen de employés der
Engelsche firma Vickers op de gebruikelijke
Russische wijze zouden voortzetten, dit tot
een volkomen breuk zou moeten voeren zoo
wel ten aanzien van de diplomatieke, als van
de handelsbetrekkingen. Wanneer Amerika de
erkenning met Moskou overweegt, zal het
zeker met dergelijke gebeurtenissen rekening
houden.
PjH.O.II.I. KOMT SCHITTEREND DOOR.
BATAVIA, 23 Maart (Aneta). De P.H.O.
H.I. komt thans volgens radioluisteraars op
25.17 Meter schitterend door, beter dan
Daventry.
Batzoudt U zoo'n fietser of automo
bilist -wel willen toeschreeuwen
als hij zonder noodzaak op het midden
of links van den wég rijdt. Geeft
het goede voorbeeld: Houdt rechts!
23
zocht, of zich daar ook nog een deur bevond,
die straks zijn opmerkzaamheid misschien
ontgaan was. Maar het resultaat was nega
tief: behalve hemzelf was er geen levend
wezen in het appartement aanwezig.
Daarop keerde hij nog eenmaal naar het
bed terug, nam met eerbiedigen schroom de
beide handen van den doode, die zijn strijd
gestreden had, en vouwde ze op het laken
tezamen. Het was .de eenige liefdedienst, die
hij den vreemde, wiens pad op zulk een zon
derlinge wijze het zijne gekruist had, nog kon
bewijzen.
Het was Erich Roggenbach thans duidelijk,
hoe hij verder te handelen had. Zooals de
meeste groote étagewoningen in het Westen
van Berlijn, zou er ook hier stellig een portier
zijn en deze moest hij in de eerste plaats
op de hoogte stellen van het gebeurde. Ver
der was hij van plan te wachten tot er een
dokter kwam, al was het alleen maar voor
zijn eigen gemoedsrust. Hij kon toch moeilijk
hier vandaan gaan, zonder betrouwbare in
lichtingen over de doodsoorzaak.
Verloren in zijn allesbehalve-plezierige
overpeinzingen draaide hij werktuigelijk de
kruk van de portaaldeur om en wat er toen
gebeurde, bracht hem tot de werkelijkheid
terug. Verschrikt deed hij een stap achter
uit, toen de deur bij zijn onwillekeurige be
weging openging, en onthutst staarde hij
naar de donkere trap. Toen keerde hij snel
naar de kamer terug.
Hij was er zeker van, dat hij den sleutel,
waarmee hij na het vertrek van den uitheem-
schen bezoeker, de buitendeur gesloten had,
op een van de boeken op tafel had gelegd.
En op diezelfde plaats bleek hij nog te lig
gen! Beiersdorf was het dus niet geweest, die
de deur had geopend, het zou immers wel
heel onwaarschijnlijk zijn, dat de zieke den
sleutel op precies dezelfde plek teruggelegd
had, waar hij hem had gevonden. Niet alleen
dat dus een andere de sleutel moest gevon
den hebben maar hij had bovendien met zijn
eigen oogen een vreemde in de woning ge-
Charles E. Mitclielde gewezen president van
de National City Bank te Neio-York, is
wegens belastingontduiking gearresteerd.
NIEUWE PROTESTEN TEGEN
JODENVERVOLGING.
GROOTE DEMONSTRATIE IN ENGELAND?
LONDEN, 23 Maart (Reuter). De Duitsche
ambassadeur te Londen, von Hösch, heeft
den secretaris van de anti-oorlogsfederatie
bij zich ontvangen, die informaties kwam in
winnen over de positie van de Joden in
Duitschland en over het lot van eenige schrij
vers, communistische leiders en pacifisten.
De secretaris verklaarde, dat de Joodsche
bevolking een demonstratie op groote schaal
voorbereidde en dat er over boycot werd ge
sproken.
De ambassadeur beloofde hierover bij de
bevoegde autoriteiten te Berlijn rapport uit
te brengen.
Vastendag' in Amerika.
NEW-YORK. 22 Maart (Reuter). De ortho
doxe organisaties van Joden in de Vereenig-
de Staten hebben den 27en Maart geprocla
meerd tot een vastendag, als protest tegen
de vervolging van Joden in Duitschland.
Poolsch protest
WARSCHAU, 23 Maart (Reuter). De
Poolsche consul te Essen heeft bij de autori
teiten van Duisburg geprotesteerd tegen de
mishandeling van rabbijn B.ereisch door een
troep geüniformeerde Hitlei'ianen, die even
eens het lokaal, waar de Joodsche gods
dienstoefening werd gehouden in hetzelfde
gebouw plunderden en vernielden.
Nieuwe terreurdaad
WARSCHAU, 23 Maart (Reuter). In den
afgeloopen nacht heeft een 15-tal personen
het huis van den katholieken geestelijke
Osinski te Botryn in Oost-Pruisen aangeval
len en deur en vensters vernield. Vermoede
lijk was de aanval veroorzaakt door de pro
paganda van het nationalistische blad Allen-
steiner Zeitung.
KerrI commissaris voor Justitie
BERLIJN, 23 Maart (Wolff). De vice-
kanselier Voh Papen heeft in 'zij ii kwaliteit
van Rijkscommissaris voor Pruisen den voor
zitter van den Pruisischen Landdag KerrI be
noemd tot Rijkscommissaris van de Pruisische
justitie.
SIAM ERKEND MANDSJOEKWO.
TOKIO, 23 Maart (V.D.) Het Japansche
ministerie van Buitenlandsche Zaken beves
tigt dat de geruchten volgens welke Siam
voornemens zou zijn, den staat Mandsjoekwo
te erkennen, juist zijn.
ONTWAPENINGSCONFERENTIE
GAAT DOOR.
MACDONALD'S PLAN ONDER HANDEN.
GENèVE, 23 Maart (V. D.) De hoofdcom
missie van den Volkenbond heeft hedenmor
gen in een zitting die nauwelijks een kwar
tier duurde zonder discussies in strijd met
den oorspronkelijken wensch der Engelsche
en Italiaansche regeering en de aankondi
ging van den voorzitter Henderson, de voor
genomen verdaging der Ontwapeningsconfe
rentie tot na Paschen verworpen en beslo
ten terstond te beginnen met de algemeene
beschouwingen over het nieuwe Engelsche
plan.
zien die vrouwengestalte was geen pro
duct van zijn overprikkelde fantasie, geen
verschijning uit een verwarde droom ge
weest. En na dit raadsel van de geopende
deur, werd zijn verlangen, om licht te bren
gen In de gebeurtenissen van dezen nacht nog
grooter dan tevoren. Hij nam den sleutel van
de tafel en nadat hij de deur van het por
taal achter zich dichtgetrokken had, deed
hij deze op slot. Toen begon hij zijn onder
zoekingstocht naar de woning van den por
tier. Aan de deur, die uit het achterhuis naar
de binnenplaats leidde, ontdekte Roggenbach
een bordje met het opschrift; „Portier" en
een pijl eronder. Hij zette zijn wandeling in
de aangegeven richting voort en kwam bij
éen trap, die naar een woning in het sous-
terrein voerde. Daar hij geen bel of iets van
dien aard kon vinden, klopte hij luid en her
haaldelijk aan een der vensters en het
duurde niet lang, of er werd binnen licht
aangestoken en het onvriendelijke, slaperige
gezicht van een man, die haastig enkele
kleedingstukken had aangeschoten, werd aan
het opgeschoven raam zichtbaar.
„Wat is er aan de hand?" klonk het norsch.
„Wie is daar?"
Roggenbach liet zich door deze ontvangst
niet uit het veld slaan.
„U zult naar buiten moeten komen", zei hij
beleefd maar nadrukkelijk. „Meneer Beiers
dorf is zooeven overleden en er moet direct
een dokter gehaald worden. U weet hier in
de buurt natuurlijk wel een dokter te wonen".
De portier, wreed in zijn zoete rust ge
stoord, was blijkbaar meer geërgerd dan ge
schokt door de tijding van Beiersdorf's plot-
selingen.dood en een nijdig gebrom was voor-
loopig het eenige antwoord. Maar opeens
klonk in de kamer, een vrouwenstem, waar
van de bezitster zich angstvallig voor de
blikken van den nachtelijken bezoeker
trachtte te verbergen. De vrouw, klaarblijke
lijk de echtgenoote van den portier, spoorde
haar man aan voort te maken en zoo gauw
hij kon met. d:n dokter terug te komen. Toen
NA DE OVERSTROOMINGEN.
BANDOENG, 23 Maart (Aneta). De
Staatsspoor bestelde bij de machinefabriek
Braat te Soerabaja een dubbele brug ter ver
vanging van den vernielden dubbele brug bij
K.M. 57.
Twee pijlers hiervan zullen worden gerem
placeerd door een.
Hedenmorgen waren in het Krawangsche
de telegraaf- en telefoonverbindingen van
Batavia met Semarang. Soerabaja en Ban
doeng ten deele provisioneel hersteld.
In den loop van den dag zou de heele bun
del verbindingen weder in bedrijf komen.
HET TESTGEVAL TE BATAVIA.
BATAVIA, 23 Maart (Aneta). Over het
pestgeval in het gezin van een conducteur
van de S.S. kan worden gemeld, dat de In-
heemsche oom van den conducteur Van dei-
Plas door pest werd aangetast.'Hij bleek af
komstig te zijn uit Oedjoengbroeng.
De familie Van der Pias bleef onder obser
vatie, doch practisch blijkt geen gevaar aan
wezig.
Een ander verdacht geval bij de S. S. werd
te Mangarai gerapporteerd. De patiënt werd
in de C.B.Z. onderzocht, doch bij dit onder
zoek is geen pest gebleken.
CENSUUR OP TOEGEZONDEN KRANTEN?
BATAVIA, 23 Maart (Aneta). Het lid van
van den Volksraad, de heer De Dreu, heeft
een schriftelijke vraag ingediend over late
ontvangst van „Het Volk" en de tijdschrif
ten de „Sociaal-Democraat" en de „Socialis
tische Gids".
De heer De Dreu vraagt of deze bladen
eerst door de politie worden ingezien, zoo ja
welke nummers niet aan de abonnés mogen
worden uitgereikt en op grond van welke
bepalingen de aanhouding dezer drukwer
ken plaats vindt.
In de schriftelijke vraag wordt de wettig
heid van dezen maatregel betwijfeld en ver
zocht aan de toepassing daarvan een einde
te maken.
BURGERLIJKE STAND
HAARLEM, 23 Maart.
Ondertrouwd 22 Maart: J. H. Bernard en
C. P. M. Huis in 't Veld; J. M. Looman en
C. M. Maerten; P. H. Meijers en A. M.
Schaap; C. Mooij en M. J. Linthorst; C. Lui-
ting en C. F. Horeman; Z. Kruijswijk en B.
Schrijers; J. van der Wetering en A. J. Koop
man; L. J. M. Defize en J. M. Hekking.
Getrouwd 22 Maart: J. W. M. Voets en A.
Withaar; A. H. Blansert en K. Koning; R.
Wever en A. Klomp; C. P. Hogendoorn en
H. C. Kaper; J. Fensen en A. Silvis; J. H. v.
d. Veldt en C. M. Kuiper.
Bevallen 20 Maart: S. MeijerZuiver, d.;
T. KroeseGoebel, z.; 21 Maart: F. v. d. Berg
v. d. Berg, d.; K. W. v. d. HamBuis, d.; P.
M. BalmMesman, z.; 22 Maart: S. J. Bor-
kentWeetman, z.
Overleden 20 Maart: P. PI. Meijnema, 54
j., Wester houtpark; A. van Daalen—Hoff,
Nassaulaan; 21 Maart_P._A. Bosse, 51 j., Nas-
'saustraat; M. de Koning, 70 j., KL Houtweg.
Luitenant Baillie-Steicartde gevangene van
den Tower" (links) op weg naar de recht
zitting. Hij zoordt, zooals men weet be
schuldigd van landverraad.
kwam zij in een wollen shawl gehuld te
voorschijn.
„Zal ik met u mee naar boven gaan?" bood
ze aan.
Erich Roggenbach gaf een kort bevestigend
antwoord en samen bestegen ze de trappen.
„Wanneer is hij gestorven, die arme me
neer Beiersdorf?" hernam de vrouw na en
kele oogenblikken.
De jongeman voelde weinig lust om haar
nieuwsgierigheid te bevredigen en trachtte
haar af te leiden door een wedervraag.
„Meneer Beiersdorf is niet getrouwd, niet
waar?"
„Hij moest niets van trouwen hebben. En
fin, ieder mensch heeft zijn eigenaardig
heden. In het begin mocht ik geen woord
zeggen, als ik boven was en meestal ging hij
uit, tot ik klaar was met de kamers".
Roggenbach wilde graag wat meer weten
van het leven van den zoo plotseling over
leden' zonderling en hij merkte dat hij bij
zijn begeleidster aan het goede adres was.
Een ding interesseerde hem vooral.
„Plad hij heelemaal geen nabestaanden",
„niemand, die hem af en toe kwam opzoe
ken? Een zuster misschien
„Neen, ik heb nooit iemand bij hem gezien
en mijn man en mijn kinderen evenmin. Er
is altijd iemand van ons voor in de loge",
voegde ze er verduidelijkend aan toe. „Hebt
u den sleutel?"
Ze hadden Beiersdorf's woning bereikt en
Roggenbach wilde de deur openen.
,.Ik heb vannacht toevallig bij meneer
Beiersdorf geslapen", vond hij het thans noo
dig haar even in te lichten.
„Hij voelde zich onwel en ik heb hem naar
huis gebracht. Maar hij wilde er niet van
hooren, dat ik een dokter zou roepen. Hij zei,
dat hij heel dikwijls aanvallen had".
„Dat is ook zoo. Hij stak in een slecht vel.
Neen, die is dood, daar kan geen dokter
meer wat aan doen", vervolgde ze, toen ze
achter Roggenbach de kamer was binnenge
gaan en op het bed toeloopend een blik, een
(Te Rotterdam is een wolf uit
den dierentuin ontsnapt.)
Er 's alevel wat bijzonders
In een stad als Rotterdam,
Waar een dierentuin bewoner
Nu weer plots de pooten nam.
Alle oma's van roodkapjes
Doen de deuren stijf op slot,
Als zij denken aan het sprookje,
Huiveren zij voor haar lot.
Alle brave herdershonden
Kijken extra lief en tam,
Om niet op een wolf te lijken
In het jagend Rotterdam.
En natuurlijk staat het ondier
Nu wel in een kwaad gerucht,
Maar toch is de Rotterdammer
Voor dien wolf niet erg beducht,
Als 't een leeuw was of een tijger
Was men meer gealarmeerd,
Wolven van de deur te houden
Heeft men echter wel geleerd.
P. GASUS.
DOODSTRAF TOEGEPAST.
BATAVIA, 23 Maart (Aneta). Heden
morgen 6 uur 15 vond de executie plaats van
den moordenaar van mevrouw Rijkhof, Ab-
doel Gani. De terechtstelling werd bijgewoond
door den assistent-resident, den reger.\ den
adjunct-hoofdajaksa, den directeur van de
gevangenis en den gevangenisdokter.
aan het woord....
Ingezonden
Voor den inhoud dezer rubriek stelt de
Redactie zich niet verantivoordelijk.
Van ingezonden stukken, geplaatst of niet
geplaatst, wordt de kopij den inzender niet
teruggegeven.
HET WILLEM DE ZWIJGER-
COMITé.
Zeer geachte Redactie,
Heden bereikte mij een circulaire van het
„Willem de Zwijger Comité", afd. IJmuiden-
West.
Plet plan, daarin medegedeeld, heeft mijn
sympathie, maar onaangenaam heeft het me
getroffen, dat in dit Comité wel een aantal
schoolhoofden zitting heeft; daarentegen
geen enkele klasse-onderwijzer. De onderwij
zers mogen blijkbaar wel medewerken tot het
doen slagen van de feestjes, maar ze zitting
te geven in het voorbereidend comité is te
veel eer.
Volgens de circulaire zijn alle schoolhoof
den en het onderwijzend personeel bereid ge
vonden mede te werken. Dat is eenigszins
diplomatiek uitgedrukt. Moet men er uit af
leiden dat niet alle klas$e-onderwijzers bet
plan willen steunen? En vindt men het dan
niet noodig de voorstanders uit den onder
wijzerskring officieel te erkennen? En hoe is
het te verklaren dat mij persoonlijk niet ge
vraagd is, of ik bereid ben mede te werken.
Misschien dat men zooiets overbodig vindt,
soit; maar hoe kan de circulaire dan van
„bereidheid, enz." spreken; ook bij de onder
wijzers.
Plet is er me allerminst om te doen bij een
nationale herdenking de tegenstelling
hoofdklasse-onderwijzer te laten dominee-
ren. Echter maakt de circulaire zelf de on
derscheiding: schoolhoofdonderwijzend
personeel. Afgezien van het feit, dat het on
juist is uitgedrukt (of geven de schoolhoof
den geen onderwijs?), gaat het toch niet aan
een onderscheiding in twee categorieën van
medewerkenden te maken en dan verder de
eene greep als een „quantité-négligeable" te
beschouwen
Tegen zoo'n tactiek meen ik te mogen pro
testeeren. Of ze voortspruit uit achterlijk
conservatisme of uit zekere dictatorale nei
gingen, die vraag laat ik liever onbeant
woord. Volgens Dr. Coliin waren de gebeur
tenissen op de „Zeven Provinciën" geen inci
dent maar een symptoom, ik wil eindigen met
in deze betrekkelijk kleine kwestie, de vraag
te stellen: Incident of symptoom?
Met beleefde dank voor de plaatsing,
Hoogachtend.
K. ROOSJEN,
Onderwijzer a/d Geref. Ulo,
IJmuiden-West.
wonderlijk mengsel van schuwheid en
nieuwsgierigheid, op den overledene had ge
worpen. De privaat-docent was bij de tafel
blijven staan en staarde half afwezig naar
den wirwar van boeken, manuscripten en
tijdschriften. Plotseling gingen zijn oogen
wijd open en zijn mondhoeken begonnen te
trillen. Het pakket, dat hij voor den doode
in bewaring zou nemen, het had daar gele
gen hij wist stellig, dat hij het op tafel
had neergelegd. En nu was het weg
In hevige opwinding begon hij te zoe
ken; alles, papieren, boeken, couranten, haal
de hij overhoop maar zonder resultaat.
En niet alleen dat hij niet vond wat hij zocht,
hij deed nog een andere ontstellende ontdek
king: ook het medicijnfleschje met den zil
veren huls was verdwenen. Hij liep naar het
muurkastje, waar hij het op verzoek van
Beiersdorf uitgenomen had, maar noch het
fleschje, noch het pakket, dat voor den over
ledene zooveel had beteekend, bevonden zich
erin. Iemand moest beide weggenomen heb
ben, terwijl hij sliep en de dievegge kon
slechts de geheimzinnige bezoekster, die hij
in half-wakenden half-slapenden toestand
gezien had, geweest zijn.
„Bent u er heel zeker van, dat meneer
Beiersdorf geen relaties met een of andere
vrouw onderhield?" vroeg Roggenbach plot
seling, en hij wist zijn nervositeit zoo slecht
te verbergen dat de portiersvrouw hem ver
wonderd aankeek. „Hebt u ooit gemerkt, dat
hij damesbezoek ontving"
„Wat denkt u wel? We hebben hier een
fatsoenlijk huis", was het geprikkelde ant
woord. „Zooiets wordt hier niet geduld; en
wat meneer Beiersdorf betreft, ik zou mijn
hand voor hem in het vuur durven steken.
Ik heb u straks al gezegd, dat hij van vrou
wen niets moest hebben".
(Wordt vervolgd).