De staking in het Visscherijbedrijf.
In het holst van den nacht...
De Nieuwe brug over de Ringvaart.
X een buitengewone vergadering van 'de
TS.K, Middenstandisvereeniging „de Hanze"
jyërden Woensdagavond in het K.S.A.-gebouw
de diploma's uitgereikt aan de leerlingen der
Handelsavondschool „de Hanze". Bij deze bij
eenkomst waren de directeur en leeraren, als
mede de leerlingen en vele ouders tegenwoor
dig. De voorzitter van „de Hanze" de heer N.
j. Out, opende deze bijeenkomst en sprak
^voorden van hartelijken dank tot de leeraren
yoor de moeite, welke zij zich getroost heb
ben om de leerlingen te onderwijzen en feli
citeerde vervolgens de leerlingen, die voor
het diploma in aanmerking kwamen. Daarna
gaf spreker het woord aan den heer Van
pessel, directeur van de school, die het jaar
verslag uitbracht. In totaal hadden 52 leer-
ligen den afgeloopen cursus bezocht, terwijl
de resultaten van het onderwijs zeer bevredi
gend waren. Twaalf leerlingen behaalden
het einddiploma. Bij afwezigheid van eenige
officieele persoonlijkheid werd de heer Ver
meulen, één der leeraren, bereid gevonden
de diploma's uit te reiken. Deze merkte daar
bij op, dat hij in de drie maanden, geduren
de welke hij aan deze school verbonden is,
altijd met genoegen geconstateerd heeft,
dat er met zeer veel vlijt door de leerlingen
gewerkt werd. Vervolgens reikte hij de diplo
ma's uit aan: J. Aris, mej. N. Braun, mej. B,
van Duyn, mej. A. Huyer, mej. B. Schelvis,
J. Spruit, C. Tijms, J. Veldt, W. Vendel G. v.
d. Wel, J. de Wit en W. Zonneveld. Aan één
leerling kon geen diploma worden toegekend.
IJMUIDER .COURANT DONDERDAG 6 APRIL 1933
TWEEDE BLAD
BEVERWIJK
Een groote verbetering.
De vroegere brug over de Ringvaart van
den Zuidwijkermeerpolder verkeerde al sinds
geruimen tijd in een desolaten toestand. Niet
alleen dat het houten bouwwerk ernstig aan
verval van krachten laboreerde, maar ook
moest het brugdek niet meer in staat worden
geacht het steeds toenemende verkeer, dat
vooral van en naar de Zaanstreek in om
vang is toegenomen, op behoorlijke wijze te
verwerken. Meerder malen ontstonden op
de brug critieke situaties, omdat twee voer
tuigen elkander op het smalle rijdek niet
konden passeeren. Op de voetgangers was
zelfs in het geheel niet gerekend, zij moesten
maar zien op welke wijze zij het veege lijf
wenschten te bergen. Meestal geschiedde dit
door een overhaaste vlucht naar den weg.
Een andere kans was er niet, tenzij men
een bad in het ondiepe vaarwater wilde ris-
keeren. Het polderbestuur heeft toen be
sloten een nieuwe brug te doen bouwen, die
zich beter bij de verkeerseischen zal aanpas
sen. Door financieele medewerking van de
gemeente Beverwijk werd het bovendien mo
gelijk, dat aan beide zijden van het rijdek
een verhoogd voetpad voor de wandelaars
werd aangebracht. Het geheel werd een ver
betering, waarvoor allen, die den toch naar
den polder of naar Beverwijk moeten onder
nemen, erkentelijk zijn. Hierboven geven wij
een kiekje van de, nieuwe brug, die al eeni-
gen tijd in gebruik is.
HANDELSAVONDSCHOOL
,yDE HANZE".
UITREIKING DER DIPLOMA'S
De directeur van de school, de heer Van.
Gessel, noemde het behalen van het diploma
een mijlpaal in het leven van de leerlingen
en hij wenschte hun veel durf toe om in de
practijk de op den cursus verworven theore
tische kennis productief te maken. Voorts
bracht spreker ook zijn hartelijken dank voor
de zeer goede medewerking, welke van de
zijde van het bestuur en van de leeraren was
ondervonden. Eén der leerlingen, heeft na
mens zijn klasgenooten aan de leeraren dank
gebracht voor het genoten onderwijs, waarna
de heer Schelvis als tolk van de aanwezige
ouders woorden van dank sprak en daarbij
den wensch uitte, dat deze cursus op den
ingeslagen weg zal worden voortgezet.
Bevorderd werden van de eerste naar de
tweede klasse: W. Appel, L. Beentjes, J. Blee-
ker, L. Burger, J. Dobber, H. Duyn, S. v. Duyn,
P. Haazevoet, I. Henneman, C. Henriet, C.
Hoens, C. Jansen, A. Mulders, H. de Nijs, C.
Schaaper, C. de Smit, J. de Smit, C. Spran-
gers, F. Stolk, mej. A. Tabak, G. Timmer, J.
Tolk, S. Wentink en W. de Wildt. Niet bevor
derd 1 leerling.
Bevorderd van de 2de naar de 3de klasse:
J. Boon, D. Heinekamp, J. Hommes, P. v.d.
Loos, D. v. d. Molen, H. Niesten, J. Tromp, G.
Welp, F. Wentink en mej. C. Wesseling.
BENOEMING VAN EEN NIEUWEN
BURGEMEESTER
Het .tijdstip, waarop een nieuwe burge
meester voor deze gemeente zal worden be
noemd, begint te naderen en vanzelfspre
kend gaan de ingezetenen zich afvragen
welke sollicitanten tot de gegadigden be-
hooren, aan wie eventueel de voorkeur zal
worden gegeven, Uit de beste bron verne
men wij, dat het burgemeesterschap van
onze gemeente blijkbaar zeer gewild is; al
thans volgens de ons verstrekte inlichtingen
is het aantal liefhebbers zeer groot. Uit vrij
wel alle oorden van het land zijn sollicitaties
binnengekomen. In het stadium, waarin
deze voor onze gemeente zoo belangrijke
aangelegenheid verkeert, lijkt het ons niet
gewenscht namen te noemen. Wel kunnen
wij mededeelen, dat zich ook enkele beken
de burgemeesters uit Noord-Holland onder
de sollicitanten bevinden, terwijl ook eenige
Beverwijkers naar de betrekking mededin
gen. Het moet vrij zeker worden geacht, dat
gelet op de samenstelling van den gemeen
teraad en de godsdienstige en politieke over
tuiging van de bevolking, een katholieke
burgemeester zal worden benoemd. Blijkens
onze informaties zal deze benoeming niet
lang op zich laten wachten.
WIJDINGSAVOND NED. HERV. KERK.
Het Ned. Herv. Kerkelijk Zangkoor alhier
hoopt op Woensdag 12 dezer, in samenwer
king met de Chr. Muziekclub „Concinere"
beide onder leiding van den heer D. Klut een
wijdingsavond te houden in de Ned. Herv.
Kerk. Voorganger zal zijn Ds. Krijger, terwijl
mej. Nelly Swaan van IJmuiden-Oost haar
welwillende medewerking verleent. Schrift
lezing, solo-, koorzang zoo mede orkestmuziek
wisselen elkander af.
Bij de programma-indeeling is goeddeels
de volgorde van Bach's Matthaus-Passion
gevolgd.
Enkele deelen van Haydn's „Sieben Worte
der Erlössers am Kreuze" worden ingelasc'nt.
Reeds eerder gaven beide vereenigingen
een soortgelijken avond. Ongetwijfeld zullen
velen zulk een passie wijdingsure op prijs
stellen en door hun tegenwoordigheid blijk
geven het loffelijk streven van de vereenigin
gen te waardeeren.
Het aanvangsuur is ten gerieve van de
neringdoenden op 8.15 (20.15) gesteld. De toe
gang is vrij. Bij den ingang der kerk wordt
aan de bezoekers een overzicht uitgereikt,
waaruit de volgorde van het geboaene blijkt.
VERKOOPING
Ten overstaan van den te Velsen geves-
tigden notaris G. D. Boerlage werd Woens
dagmiddag n Hotel Oud Meersteyn in het
openbaar verkocht:
lo. Bouw- en weiland genaamd „de Gras-
boschjes" aan den Wijkermeerweg, alhier,
samen groot 32480 M2. De veiling geschiedde
in 20 perceelen, afzonderlijk en gecombi
neerd, van verschillende grootte. De eind-
combinatie, welke was opgeboden tot f 31.348
werd bij afslag niet afgemijnd.
2o. Een perceel tuingrond nabij de Creutz-
bergerlaan te Wijk aan Zee en Duin, groot
4371 M2. De perceelen A en B. samen groot
3544 M2. staande op f 3390 werden op f 1 af
gemijnd door den heer Outenaar te Wijk
aan Duin. Opbrengst f 3391. Perceel C groot
827 M2. opgeboden door D. Teer tot f 775
werd bij afslag niet gemijnd, evenmin als de
combinatie der 3 perceelen, welke in totaal
op f 4166 stond.
3o. Een werkplaats met 4 gewezen wonin
gen, stalling, hooiberg en erven, samen
groot 536 M2.. opgeboden tot f 8100, bij af
slag niet gemijnd. Een en ander was eigen
dom van den heer J. J. Bisschop.
HET VERKEER NAAR HET NOORDEN.
Het steeds toenemende snelverkeer heeft
tot gevolg gehad, dat zeer veel verkeerswegen
in Beverwijk en omgeving belangrijke ver
beteringen moesten ondergaan. De groote
verkeersweg naar het Noorden moest al sedert
langen tijd niet meer in staat worden geacht
het enorm toegenomen asverkeer behoorlijk
en bovenal veilig te doen verwerken. Onder
den rook van Alkmaar werd deze Rijksstraat'
weg belangrijk verbreed en voorzien van een
aaneengesloten wegdek. Thans wordt van
wege den Rijkswaterstaat tusschen Beverwijk
en Castricum een gedeelte van den weg in
orde gemaakt. De verbreeding wordt daar
aan beide zijden van het bestaande tracé l
vonden, voornamelijk met de bedoeling, om
de bochten weg te nemen. Eenige woningen
werden daartoe onteigend en afgebroken, o.a.
het bekende jachthuis van de familie van
Tuyl, die in deze omgeving haar jachtterrein
had. De weg zal op deze hoogte over flinken
afstand een groote verbetering ondergaan,
Niet alleen, dat de rijweg wordt voorzien van
een gesloten bedekking, maar het feit, dat
een tweetal vrij sterke bochten uit den weg
zullen verdwijnen is zoo mogelijk van nog
grooter belang voor het intensieve verkeer.
Aan beide zijden van den weg worden de be
kende tegelrijwielpaden aangeisgd. Hoewel
de werkzaamheden thans in een snel tempo
worden voortgezet, zal het wel zomer worden,
wanneer dit gedeelte van den Rijksweg naar
Alkmaar geheel gereed is.
Intusschen blijft het nog steeds onzeker,
hoe te Beverwijk de aansluiting van den pri-
mairen weg tot stand zal komen. In het plan
van het destijds gevormde Comité van Actie
uit de ingezetenen was deze nieuwe verkeers
weg ontworpen achter den Wijkerstraatweg,
over de Scheybeeckweide en de „Halve Maan"
om ten slotte onder de gemeente Heemskerk
aansluiting te krijgen op het oude tracé. In
tusschen was gebleken dat hot oorspronke
lijke plan, om de binnenhaven te dempen
geen doorgang behoefde te vinden. Wel zijn
van de zijde der spoorwegen tegen dit plan
bezwaren ingebracht, omdat het minder ge
wenscht moet worden geacht, dat een hoofd
verkeersweg voor het station langs zou loo-
pen. Volgens het derde ontworpen plan zou
de primaire weg aan de andere zijde van den
spoorweg komen, waarvoor dan over het
vaarwater De Pijp een brug zou moeten wor
den gebouwd. Ook volgens dit ontwerp zou de
primaire weg op het bestaande tracé onder
Heemskerk aansluiten. Hoewel de Rijkswater
staat over deze belangrijke aangelegenheid
nog stee'ds geen beslissing heeft genomen,
moet deze nu toch spoedig afkomen. Intus
schen is de afsluitdijk bij Wieringen voor
autoverkeer opengesteld, zoodat het in den
lijn der verwachtingen ligt, dat daardoor een
toename van het verkeer naar en van het
Oosten des lands zal ontstaan. Daarom ook is
verbetering van den geheelen weg naar Alk
maar een zaak, welke steeds urgenter wordt
evenals de beslissing ten opzichte van den
aanleg van een primairen weg, die in ieder
geval zoo dicht mogehjk langs de kom van
Beverwijk zal gaan.
HET AFSCHEID VAN DEN
BURGEMEESTER
EEN HULDIGING.
Naar wij vernemen zal burgemeester Jhr.
J. C. W. Strick van
Linschoten bij zijn
afscheid als burge
..meester van Bever
wijk naast de hul
diging door de ge-
heele bevolking ook-
een huldebetuiging
van de zijde dei-
ambtenaren in ont
vangst hebben te
nemen. Dezer dagen
werd ter voorbe
reiding daarvan een
vergadering gehou
den van de hoofden
van openbare diensten en van de hoofden
van scholen. In deze bijeenkomst werd beslo
ten den burgemeester bij zijn vertrek een
huldeblijk aan te bieden. Voor de uitvoering
van dit plan werd een commissie benoemd,
waarin zitting kregen de heeren G. K. de
Bie, P. Timmer en A. A. Post.
Jhr. J. C. W. Strick
van Linschoten.
De IJmuider Federatie verzoekt de
Vischhandelvereenigmg haar stand
punt te herzien. Door J. A. Brand-
steder, secretaris IJmuider Federatie
Toen eindelijk het resultaat van de onder
leiding van Burgemeester Rambonnet ge
voerde onderhandelingen bekend werd
heerschte er in IJmuiden algemeene teleur
stelling over de mislukking van die onder
handelingen en tevens verwondering over
het feit dat de IJmuider Federatie zeer ver
was gegaan om een oplossing van het con
flict mogelijk te maken over de onverant
woordelijke starheid bij de reeders. die de
onderhandelingen hadden aanvaard zonder
bereid te zijn ook maar één stap te doen in
de richting van de tegenpartij. Dit laatste
vooral trok de agemeene aandacht. Zóó sterk
dat een medewerker van een der plaatselijke
bladen schreef: „M.i. is er van onderhande
lennimmer sprake geweest, want nietwaar,
één der partijen had zich toch hij voorbaat
reeds gebonden, en was niet meer vrij om te
onderhandelen''t Is moeilijk kaartspelen,
als men de troeven niet meer in handen
heeft"
Zoo sterk was het algemeen besef dat de
IJmuider Federatie al het mogelijke had
gedaan om een eind aan het conflict te
maken dat diezelfde medewerker heusch
geen vriend van de IJmuider Federatie en
een warm verdediger vande belangen van
den vischhandel naar aanleiding van de
gevoerde onderhandelingen schreef: ,.Het
Zwarte Schaap" (bedoeld wordt de IJmuider
Federatie Br.) heeft, zooals ik in de bladen
lees, er nu eens géén schuld aan. 't Lijkt er
bedenkelijk veel op, dat de reeder naar Velsen
is gegaan met de voorop gezette bedoeling
iedere mogelijke overeenkomst tegen te
houden".
Zoo is 't! Deze medewerker, die steeds
blijk gegeven heeft zoo na verwant te zijn
aan vischhandelkringen besluit zijn be
schouwing met den volgenden raad;
„M.i. moet de IJm. Federatie ten spoedigste
de staking opheffen en met de reeders af
zonderlijke contracten afsluiten op de basis
als In haar rondschrijven van 3 Maart is uit
eengezet. De reeders, die door verkeerd ge
voerde politiek met enkel oud roest in hun
maag zitten, blijven dan vanzelf buiten be
schouwing. Evenzoo die reederijen, waarvan
de zakelijke opzet niet deugt.
Welaan IJmuider Federatie, laat zien, dat
ge ook buiten de Reedersvereeniging een
resultaat voor Uw leden kunt bereiken.
Van handelaarszijde vernam ik, dat ze U
dankbaar zal zijn (ruim dat geschilletje met
den handel uit de wereld!)"
Hier kwam dus weer de gedachte van het
afsluiten van afzonderlijke contracten naar
voren, hetgeen de IJmuider Vischhandelver-
eeniging in de eerste dagen der staking door
ruw ingrijpen belet had, maar waarvoor de
handel ons nu, volgens dezen warmen ver
dediger van den vischhandel, dankbaar zou
zijn. Ruim toch dat geschilletje (let wel: ge
schilletje!) met den handel op!
Welnu de IJmuider Federatie heeft op
aandrang van vele kanten een loyale poging
daartoe ondernomen. Zij richtte n.l. op 9
Maart den volgenden brief aan het bestuur
van den Vischhandelvereenigmg:
Mijne Heeren,
„Eenige dagen geeden zonden wij U enkele
exemplaren van de door ons d.d. 3 Maart
j.l. uitgegeven circulaire, waarin wij mede-
deeling deden omtrent de onder leiding van
den Burgemeester van Velsen met het bestuur
der Reedersvereeniging gevoerde onderhan
delingen.
Uit deze circulaire zal U gebleken zijn, dat
door ons bestuur belangrijke stappen zijn ge
daan ten einde tot de oplossing van het con
flict te komen. Teven zal het U duidelijk ge
worden zijn dat door het bestuur der Ree
dersvereeniging geen enkele tegemoetkoming
werd betoond.
Desondanks zijn wij van oordeel dat vele
reeders met ons het einde van deze staking
wenschen en de door ons bestuur aangegeven
voorstellen, daarvoor een goede grondslag
achten. z
De oplossing van het conflict wordt dan
ook vooral in dit stadium ernstig belemmerd
door het vroeger door uwe vereeniging ge
nomen besluit om de visch van booten welker
eigenaren met onze organisatie een contract
afsloten, niet te koopen.
Daar nu toch ook vooral de vischhandel
lijdt onder de gevolgen van de staking, zou
den wij gaarne van U vernemen of het naar
Uw oordeel geen aanbeveling zou verdienen
Uw standpunt ten deze te wijzigen, ten einde
daardoor een ernstige belemmering voor de
spoedige oplossing van het conflict weg te
nemen, gelijk dat onzerzijds werd gedaan
door een niet onbelangrijk deel van ons aan
vankelijk standpunt prijs te geven.
Gaarne Uw antwoord tegemoetziend", enz.
Hier werd dus de leiding der IJmuider
Vischhandelvereenigmg de gelegenheid ge
boden de gemaakte fout te herstellen zonder
iets van haar prestige in te boeten. Men had
kunnen zeggen: Ons besluit was juist, nu
echter de IJmuider Federatie bewezen heeft
daadwerkelijk mee te willen werken aan de
oplossing van het conflict, willen ook wij,
de vischhandel, niet langer deze oplossing in
den weg staan. Waar de Reedersvereeniging
niet wil, moeten maar afzonderlijke contrac
ten een oplossing brengen. In ieder geval
koopen wij visch, ongeacht door welke traw
lers deze aan de markt wordt gebracht.
Had men zoo gesproken op dit psycholo
gisch juiste moment, zonder eenige -twijfel
waren er dan reeders geweest die bereid wa
ren met de IJmuider Federatie in zee te gaan.
Ei- zou visch zijn aangevoerd en de duur van
het conflict zou belangrijk zijn beperkt.
Zoo als een ezel zich niet tweemaal aan
denzelfden steen stoot, de IJmuider Visch
handel bekrachtigde opnieuw haar vroeger
genomen besluit door op een brief der
IJmuider Federatie d.d. 11 Maart het vol
gende te antwoorden:
Mijne Heeren,
Wij kwamen in het bezit van Uw brief dd. 9
dezer, van welks inhoud wij kennis namen.
In antwoord hierop wensehen wij voorop
te stellen, dat Uwe uiteenzettingen ons in de
hoogste mate verwonderen, aangezien, door
den vischhandel in de actie te betrekken,
Uwe organisatie door Uw willekeurig op
treden het huidige conflict reeds in den
aanvang op zeer onverantwoordelijke wijze
verscherpt heeft.
Het bevreemdt ons daarbij, dat U thans
aan de nooden van den handel begint te
denken, temeer daar U toch zoo goed als wij
behoort te weten, dat de vischhandel over
eenige weken, vooral ook door algemeene
malaise en door allerlei buitenlandsche in-
voerbelcmmeringen, voor het grootste ge
deelte wordt gaande gehouden voor het aan
houden van personeel en ter bestrijding van
andere bedrijfskosten.
Uwe opvattingen in het algemeen en de
motiveeringen neergelegd in Uw brief kunnen
ons bestuur dan ook vooralsnog geen aanlei
ding geven haar standpunt in dezen te
wijzigen".
Ziehier de wijze waarop het bestuur der
IJmuider Vischhandelvereenigmg met eigen
en anderer belangen omspringt.
Naar onze overtuiging zullen de reeders, die
aanvankelijk voornemens waren een contract
met de IJmuider Federatie af te sluiten, goed
doen zich niet langer te laten afschrikken
door de houding van de leiding der Visch
handelvereenigmg.
Met de IJmuider Federatie is thans ge
makkelijk tot overeenstemming te komen en
de IJmuider Vischhandelvereenigmg moet
dan maar eens voor de conseouenties ge
plaatst worden, zulks ter illustratie van haar
bedevaarttochten naar de verschillende
departementen in Den Haag.
En zoo men dat niet wenscht te riskeeren,
dan maar naar Rotterdam of naar het bui
tenland met de visch. Terreur, ook van dien
kant, behoeft men zich niet te laten welge
vallen.
Bij de oplossing van het conflict stellen de
reeders den eisch, zooals thans reeds door
hen aan den Rijksbemiddelaar werd bericht;
..geen rancune van de zijde der IJmuider
Federatie, ook niet tegenover anders georga
niseerde werknemers". Wij onderzij ds zullen
den eisch stellen; geen rancune, ook niet van
de zijde van den vischhandel tegenover met
ons gecontracteerde reederijen.
*)Dit slaat op de geheime overeenkomst
reeds in de eerste dagen van Januari tus
schen reeders en Christelijken Bond gesloten,
waarbij de eersten zich verbonden nimmer
gunstiger voorwaarden aan de IJmuider
Federatie toe te staan dan per contract met
de leiding va nden Christ. Bond was overeen
gekomen, in ruil waarvoor de leiding dei-
Christelijke organisatie garandeerde dat de
booten dan ook zouden varen!
Dit feit kwam tijdens de onder
handelingen vast te staan en maakte een op
lossing onmogelijk.
VERKEERSREGELING
Bij de stoomponten, waar altijd een groot
aantal auto's vrachtwagens enz. moet wach
ten, stonden deze wel eens wat al te veel door
elkaar. Men heeft nu op de straat lange en
breede streepen van roode verf gemaakt, om
aldus een betere verkeersregeling te krijgen
en de bestuurders beter rechts te doen
houden.
BERI-BERI ONDER DE MUITERS.
INLANDERS OP ONRUST AANGETAST.
BATAVIA, 5 April (Aneta). Onder de
Inheemsche gearresteerden op het eiland
Onrust werden verscheidene gevallen van
beri beri geconstateerd.
Dit verschijnsel is zoo merkwaardig dat de
chef van het Militair Hospitaal te Batavia,
kolonel dr. J. M. Elsliout persoonlijk naar
het eiland Onrust is vertrokken.
De gevangenen klaagden óver moeilijk loo-
pen, verschijnselen welke alleen onder de
Inheemsche arrestanten van „De Zeven Pro
vinciën" werden geconstateerd.
Juist omdat de Marine-schepelingen ge
wend zijn aan andere voeding en zouden te
rugvallen bij gevangenisvoeding, werd voor
hen een overgangsvoeding samengesteld. De
rijst, die de arrestanten krijgen, is dezelfde
als die welke aan de troepen op Onrust wordt
verstrekt.
De Europeanen op Onrust hebben van de
beri beri-verschijnselen geen last.
De lijders zijn naar Batavia overgebracht
ter observatie. De gezondheidstoestand op
het eiland is verder gunstig. Kolonel Els-
hout verklaart over de ligging van de arres
tanten dat zij gehuisvest zijn in goed ge
ventileerde barakken.
FEUILLETON
Naar het Duitsch bewerkt door
J. VAN DER SLUYS.
(Nadruk verboden).
J6)
Be beide jonge meisjes waren in een dergelijk
gezelschap begrijpelijkerwijs niet het middel
punt van de conversatie en aan dat feit had
Erich waarschijnlijk de bijzonder vriendelijke
begroeting van de zijde van Lizzy Delvendal
te danken. Op haar gewone vroolijke manier
zocht zij hem dadelijk in een gebabbel over
alle mogelijke onbeteekenende onderwerpen
te betrekken wilde weten, hoe hem „den
verschrikkelijk vervelende muziekavond bij
de Von Pueh\'orf's", zooals zij het uitdrukte,
bevallen was en trachtte hem een oordeel
over verschillende van de aanwezige jonge
dames en hun toilet te ontlokken. Hoe aardig
bij de humoristische wijze, waarop zij haar
opmerkingen ten beste gaf, bij hun vorige
ontmoeting ook gevonden had, thans was het
hem niet mogelijk op haar schertsenden toon
in te gaan. Want de onmiskenbaEe terug
houding, waarmee Traute Falkenhayn hem
behandelde, deed hem zoo pijnlijk aan, dat
hij er nog meer dan te voren naar verlangde
datgene uit den weg te ruimen, wat dreigde,
een onoverkomelijke muur tusschen hen te
worden.
Hoewel hij het zichzelf niet wilde beken
nen, deed het hem bijzonder veel genoegen
dat Dr. Römhild zich niet onder de gasten
bevond. Nog meer vreugde gaf het hem, dat
de enkele jeugdige bezoekers zich blijkbaar
veel meer tot Lizzy's vroolijk gepraat, dan
tot de rustige, ernstige waardigheid van
Traute aangetrokken voelden en hij hoopte
daardoor te eerder kans te krijgen een paar
woorden onder vier oogen met Traute te
kunnen wisselen. Wat hij haar zeggen zou,
hoe hij zijn zonderlinge houding begrijpelijk
zou trachten te maken, wist hij nog niet pre
cies, maar één ding stond vast voor hem
hij moest haar spreken onverschillig, hoe
zij zijn verklaring mocht opnemen. Zelfs op
gevaar af, dat ze hem als een lastige bemoei
al van zich zou afstooten.
Zoo gauw hem dat, zonder onbeleefd te
zijn, mogelijk was, maakte hij zich van het
vroolijke groepje, dat zich om Lizzy Delven
dal gevormd had, los. Daar Traute juist met
twee andere jonge meisjes, die hem als in
tieme vriendinnen van haar waren voorge
steld, stond te praten, liep hij een kleinen
salon binnen, die grensde aan de groote ka
mer, waarin het gezelschap bijeen was en
waarin zich op het oogenblik niemand be
vond. Op een ebbenhouten tafeltje lag een
foto-album en Erich Roggenbach had de
overtuiging geen indiscretie te begaan, door
erin te bladeren. Het bevatte voornamelijk
familiepotretten, beginnende met vergeelde,
ouderwetsche fotografieën, die klaarblijkelijk
Traute's grootouders voorstelden, en hun be
kroning vindend in een serie beeltenissen
van het meisje zelf op verschillende leeftij
den. Natuurlijk vond hij ook veel gezichten
van vrienden of verwanten, die hem volko
men onbekend waren en dus onverschillig
lieten, maar nadat hij eenige bladen had om
geslagen, bleef zijn verraste blik rusten op
een foto, die hem hoogelijk interesseerde. Hij
twijfelde geen moment: dit was de vlasblon
de jongeman, die dien nacht bij het verne
men van Beiersdorf's doodsbericht zoo" hevig
geschrokken was. En hetgeen onder het por
tret geschreven stond, vormde wel een zon
derlinge tegenspraak met wat Roggenbach
bij zijn vorig bezoek onwillekeurig uit den
mond van den heer des huizes opgevangen
had.
„Aan zijn hooggeschatten weldoener en
vaderlijken vriend in trouwe liefde en dank
baarheid". Gerard Meuven."
De nadering van luchtige voetstappen deed
hem zich omkeeren en er trok een diepe blos
over zijn gezicht, toen hij Traute Falkenhayn
onverwachts voor zich zag.
Ook zij kon een zekere.... bevangenheid
niet verbergen maar ze beheerschte zich toch
heel wat beter dan Erich Roggenbach. Maar
zij had op den drempel al kunnen zien,dat
zij met hem alleen zou zijn. En dat zij toch
was binnengekomen dat ze dit alleen zijn
met hem niet trachtte te ontgaan, dat wees
erop, dat zij eveneens prijs stelde op een ver
klaring en op toenadering.
Maar ze liet het aan hem over, een gesprek
te beginnen. Zij was naast hem komen staan
en keek zwijgend naar de beeltenis, die zoo
zeer zijn belangstelling had gewekt. En in zijn
verwarring, die het hem onmogelijk maakte,
de juiste woorden te vinden, voor wat hem op
de tong brandde, greep hij naar het eerste
onderwerp, dat hem te binnen schoot en
naar het portret wijzend, zei hij, onzeker en
aarzelend sprekend:
„Ik geloof, dat ik dezen heer ken. Is het
een familielid van u?"
Traute keek hem aan, in haar oogen een
onuitgesproken vraag, die hij niet begreep.
En er verliepen eenige seconden, voor zij, op
rustigen toon, antwoordde:
„Ja, heel in de verte. Maar wij kennen el
kaar van jongs af, mijn vader heeft voor zijn
opvoeding gezorgd; zijn ouders zijn gestor
ven, toen hij nog een kind was. Het is een
uitstekende opname, vindt u niet? De goede
moderne fotografen zijn in hun soort toch
werkelijk kunstenaars. Alleen een eerste
rangsportretschilder zou in staat zijn, om
behalve een absolute gelijkenis, zoo'n karak
teristiek beeld vol uitdrukking te geven"»
Het was duidelijk dat zij het gesprek op
een ander onderwerp wilde brengen. Maar
Erich was geen bijster geschikt partner voor
een opgewekte conversatie. Bij ieder woord
nam zijn verlegenheid en verwarring toe; hij
werd zich meer en meer bewust van de on
mogelijkheid om met haar te spreken over
wat hem bezwaarde, terwijl hij van aange
zicht tot aangezicht met haar stond en haar
warme, diepe, klankvolle stem hoorde. In elk
woord dat hij zeggen zou, moest een schan
delijke verdachtmaking liggen. En toch
moest hij zijn houding verklaren, zich ver
ontschuldigen, zonder haar opnieuw te kren
ken. Wanhopig pijnigde hij zijn hersens om
het verlossende woord te vinden en zijn
aandacht was nauwelijks bij het gesprek.
Hij gaf korte, afwezige antwoorden, en
wanneer hij een oogenblik zijn best had ge
daan zichzelf tot meer belangstelling te dwin
gen, verviel hij al gauw weer tot zijn vorige
verstrooidheid.
Het zou begrijpelijk geweest zijn, als ze een
abrupt einde aan het onderhoud had ge
maakt en hem den rug toegekeerd had, maar
ze gaf zich integendeel de grootste moeite
om het telkens stokkend gesprek weer te
doen vlotten. Er was iets pathetisch in haar
hardnekkige pogingen om de conversatie met
Erich Roggenbach gaande te houden.
Drie-, viermaal veranderde ze van onder
werp, en zich inspannend iets te kiezen,
waarvan ze kon aannemen, dat het hem in-