HET NIEUWE AVONDBLAD
13e JAARGANG No. 153
DINSDAG 7 MEI 1933
IJMUIDER COURANT
ABONNEMENTEN: per week 10 ets,, per maand
40 cents plus 2y cents incasso, per kwartaal 1.20
plus 5 cents incasso, losse nummers 3 cents.
Kantoor: Kennemerlaan 42 - IJmuiden - Telef. 521
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Uitgave Lourens Coster, Maatschappij voor Courantuitgaven en Algemeene Drukkerij N.V.
Directie: P. W. PEEREBOOM en ROBERT PEEREBOOM
ADVERTENTIEN: 1—5 regels ƒ0.75. Elke regel meer
15 ct. Bij abonnement belangrijke korting. Adverten
ties van Vraag en Aanbod 1-3 regels 25 ct., elke regel
meer 10 ct. Ingezonden medeüeelingen dubbele prijs.
ALLE ADVERTENTIëN, OPGEGEVEN VOOR DIT BLAD WORDEN KOSTELOOS OPGENOMEN IN DE NEVEN-EDITIE HET NIEUWE AVONDBLAD DE KENNEMER COURANT.
Alle abonnés van dit blad zijn, zoodra zij 14 dagen als zoodanig in de registers
zijn ingeschreven en verder op voorwaarden, die van tijd tot tijd gepubliceerd
en ten kantore van dit blad gratis verkrijgbaar zijn. kosteloos verzekerd tegen
de gevolgen van ongevallen voor de navolgende bedragen:
2000.— bij algeheele invaliditeit; 600.— bij overlijden; 400.— bij verlies van
een hand, voet of oog; 250.bij verlies van een duim; 150.— bij verlies van
een wijsvinger; 100.— bij breuk van boven- en/of onderarm; 100.— bij breuk
van boven- en/of onderbeen; 50.— bij verlies van een anderen vinger. Tenge
volge van spoor-, tram- of autobusongeval; f 5000.— bij overlijden van man en
vrouw beiden; 3000.— bij overlijden van den man alleen; 2000.— bij over
lijden van de vrouw alleen Opvarenden van visschers-, marine-vaartuigen
enz. 400.— bij verdrinkingsdood door ongeval tijdens de vaart, tot een
maximum van 2000indien hetzelfde ongeval den dood van vijf of meer
abonnés mocht tengevolge hebben.
Alleen de abonnêfe' zelf is verzekerd, behoudens het vermelde omtrent spoor-,
tram- of autobusongevallen. Polis is niet noodig. Uitkeeringen krachtens
deze verzekering worden gewaarborgd door de Nieuwe H.A.V.-Bank te
Schiedam.
Twee Gedachten.
In dc veelbewogen tijden, die wij beleven
sinds 1 Augustus 1914, is nu een nieuwe phase
ingetreden. De ergste was de eerste, waarin
gedurende vier jaar en Z>/2 maand een ont
zaglijke vernietiging van menschenlevens en
materiëel werd voltrokken. Toen het einde
lijk uit was met de slachting, barstte men
een oogenblik in vreugde los. bekoelde al
toen zes maanden onderhandelen tot een
vredesvei'drag leidden, waarvan zelfs toen al
begrepen werd dat het vol tekortkomingen
en nieuwe gevaren zat, en begon daarna aan
den nasleep. Daar zitten we nog middenin.
Als o.a. de Nederlandsche staatsfinanciën er
thans slecht voorstaan komt dat niet door
slecht beheer gedurende de laatste jaren,
maar door het feit dat de mobilisatie ons
land belast heeft met een schuldenlast, die
boven zijn capaciteit ging en die nog steeds
een geweldigen druk op de staatsbegrooting
uitoefent. In andere landen doet zich het
zelfde verschijnsel voor, bij de ex-oorlog-
voerders in nog veel erger mate, omdat die
eenvoudig met gelei gesmeten hebben. Dit is
alleen een financiëele kant van de zaak
Over de ontzaglijke demoralisatie, die de
oorlog in de geheelc wereld teweeg heeft ge
bracht. zal ik nu maar niet meer opnieuw
gaan uitpakken.
Door allerlei ellendes heen is het nu in de
wereld gekomen tot een herleving van het
op-de-spits-gedreven nationalisme, dat op
botst tegen het internationalisme van al die
genen, die begrijpen dat internationale sa
menwerking noodzakelijk, broodnoodig, urgent
is om weer eenige orde in den chaos te kun
nen scheppen. Zoo ontwikkelen zich twee ge
dachten naast elkaar, en in hun consequen
ties: in strijd met elkaar. Men hinkt op twee
gedachten.
Nu heeft de Duitsche nationaal-socialisti-
sche revolutie de vreemdste wanbegrippen
doen ontstaan, niet alleen in dat land, maar
ook bij velen daarbuiten. In Duitschland is
via de steeds groeiende macht van de twee
extremistische richtingen, de tegenstelling
fascist-communist op de spits gedreven en
overheerscht al het andere. Dit heeft, na de
overwinning van uiterst-rechts, geleid tot een
wilde Hetze tegen ieder die niet instemde
met het uiterste nationalisme. Met het on
zinnige gevolg, dat het begrip „internationa
lisme" met „communisme" werd vereenzel
vigd, idat pacifisten, eenvoudig omdat zij den
volkenstrijd willen verhoeden waaruit, al de
ellende: is voortgekomen, als misdadigers in
de gevangenis werden gesmeten, dat kortom
de malste begripsverwarring is gegroeid. Als
of er geen ander internationalisme bestaat
dan dat van den communist! Alsof de ultra-
nationalistische dictators niet zelf in de on
verbiddelijke noodzaak verkeeren.een
internationale politiek te volgen! Waarin zij
intusschen door velen onder hun wilde vol
gelingen geducht worden belemmerd.
Zij moeten intusschen wel. De internatio
nale handel, het internationale crediet zijn
bestaansvoorwaarden voor alle volken. Door
een wilde protectiepolitiek heeft men ze groo-
tendeels vernietigd. Nu moeten ze worden
hersteld, en internationalisten als MacDonald
geholpen door den Italiaanschen dictator
Mussolini en. clen Amerikaanschen president
Roosevelt doen wanhoopspogingen om
een Economische Wereldconferentie te doen
slagen. Waarbij zij tevens nogwanhopiger
pogingen doen om tot althans gedeeltelijke
ontwapening te komen. Want zonder afschaf
fing van moordtuig blijft het wantrouwen
zóó intens heerschen, dat van slooping van
de tariefmuren heelemaal geen sprake kan
zijn. Dit kan men aan de meerderheid van
volken als het Engelsche, het Fransche, het
Amerikaansche wel duidelijk maken, evenals
aan de meerderheid van het Nederlandsche
volk. Maar het ziet er anders uit in landen
waar de leer der extremistische tegenstel
lingen overheerscht, waar de parlementaire
regeeringsvorm nog nimmer heeft kunnen
slagen en waar men inplaats van de eene
ijzeren vuist zich alleen de andere kan
voorstellenDaar redeneert men in de
superlatief en tracht te handelen in de su
perlatief. Het is een onomstootelijk feit dat
in deze tijden alle naties onderling afhan
kelijk zijn voor hun welvaart. Daar is niets
meer aan te veranderen. Zoo is het interna
tionale handelsverkeer nu eenmaal gegroeid,
zóó zijn landbouw en industrie ontwikkeld.
Alle takken van nationaal bedrijfsleven, in
ieder land, zijn afhankelijk van hun export.
Geen enkele kan bestaan van zijn binnen-
landschen omzet alleen. Vele gaan, als zij
daarop drijven moeten, in korten tijd ten
gronde. Dit ziet men nu al in verscheidene
gevallen gebeuren. Werd het proces conse
quent doorgezet, dan zou men in ieder land
een steeds verschrikkelijker desorganisatie
krijgen, en dit alleen terwille van het fictie
ve denkbeeldwe kunnen wel voor onszelf1
zorgen, we kunnen in ons eigen onderhoud
voorzien, we hebben het buitenland niet
noodig.
De verdere desorganisatie te voorkomen,
een verder afglijden van het hellende vlak te
voorkomen, is het doel van de Economische
Wereldconferentie. Dat deze, bij de heer-
schende mentaliteit in sommige landen
en In sommige kringen in andere landen
een spoedig resultaat zal bereiken is uitge
sloten. De kans is evenwel groot dat men
haar niet zal durven opheffen als zij een-
maal begonnen is. Evenmin als men de Ont
wapeningsconferentie durft op te heffen of
den Volkenbond te ontbinden.
Want begeleid door het nationalistisch la
waai blijft dat internationalisme dat met
communisme niets uitstaande heeft, ondanks
alle leugens die erover gedebiteerd worden,
zich ontwikkelen. Het gaat langzaam, maar
het stopt niet. Er was een tijd, vóór den oor
log, waarin de internationale conferenties
tusschen regeeringen tot de hooge uitzonde
ringen behoorden. Er kwam een volgende
tijd, na den oorlog, waarin zij steeds talrij
ker werden en büna "üe mislukten. En daar
op volgde de huidige periode, waarin zij
grootendeels permanent zijn geworden. Mi
nisters van Buitenlandsche Zaken, die vroe
ger op hun departementen zaten, instructies
aan gezanten stuurden en zelf alleen over
de grenzen kwamen bij een officiéél ko
ninklijk bezoek aan de een of andere hoofd
stad, zijn tegenwoordig veel meer bui
tenslands dan thuis. Hun premiers zijn, in
de meeste gevallen, ook maanden per jaar
op zakenreis. Ettelijke gedelegeerden en
ambtenaren hebben hun taak geheel buiten
de grenzen gevonden. En de resultaten zijn
nog niet groot, maar de hoofdzaak is ten
slotte men moet wel doorgaan, het kan niet
anders, er is geen andere uitweg meer.
Daarom moet ik zoo hartelijk lachen als ik
„internationalisten"' met „communisten" hoor
vereenzelvigen. Alle regeeringen bestaan in
zekeren mate reeds uit internationalisten
omdat het niet anders kan. Uit eigenbelang,
zooals iedere staat alleen en uitsluitend han
delt op grond van eigenbelang. De onbaat
zuchtige mensch doet zich in bepaalde om
standigheden (tijdelijk) voor. De opofferende
mensch bestaat heeft in alle tijden bestaan
(herinner u Willem de Zwijger). Maar de on
baatzuchtige en opofferende staat heeft zich
nog nimmer ter wereld vertoond.
Aan dit besef heb ik ook altijd mijn hoop
op ontwapening ondergeschikt gemaakt.
Moest ontwapening ontstaan uit de opoffe
ringsgezindheid, de edelmoedigheid en de
menschenliefde van staten, dan zou ik de
hopeloosheid van de zaak onmiddellijk er
kennen.
Mijn redeneering is evenwel: het is hun
eigenbelang, en op den duur zal dit zoo sterk
worden beseft, dat het er van komt. test is
hun eigenbelang, omdat men een oorlog" niet
meer winnen, alleen nog maar verliezen
kan, hetgeen de laatste oorlog voor al zijn
deelnemers glashelder bewezen heeft. T"te is
hun eigenbelang, omdat de voorbereiding voor
hun zelfvernietiging zóó kostbaar is, dat. de
berooide staatsfinanciën het niet lijden kin
nen. Nuchter-zakelijk geredeneerd is er voor
geen enkelen staat een slechter, onvoordeeli-
ger zaak te maken dan het voorbereiden tut
den oorlog, behalve één. Dat is de oorlog rui'.
Op dezen grond blijf Ik vertrouwen op ont
wapening als eindresultaat van al de "tor-
men van dezen tijd. Niet omdat de mensc.hen
er de staten toe zullen nopen op grond van
humanitaire overwegingen, maar omdat het
eigenbelang er de staten toe zal dwingen, en
de menschheid daarvan profijt trekken. Ge-
voelsredeneeringen kent de Staat niet. Zake
lijk eigenbelang des te meer.
En nu kunnen sommige ultra-nationalis
ten razen tegen de pacifisten, en hun oor
spronkelijk „scheldwoord" idealist ver
vangen door „communist" aan het adres van
menschen, die een grondigen afkeer van de
Russische methodes koesteren.maar het
zal hen weinig baten. Met schelden komt men
er evenmin als met oorlogvoeren.
Dat helpt allemaal niets. Het beste is
heusch nuchter te blijven, zijn koel verstand
te gebruiken, en deze nuchtere waarheden
te erkennen:
le alle naties zijn voor haar welvaart on
derling afhankelijk;
2e oorlogsvoorbereiding en tariefmuren
vernietigen indirect en direct die welvaart;
3e het internationalisme groeit met den
dag in de schepping van steeds meer perma
nente internationale organen, die hun werk
en hun doel niet meer kunnen loslaten.
Wie dit niet inziet komt achter de feiten
aan, beseft niet wat gegroeid is, en is een
halve eeuw te laat geboren. Overigens wensch
ik niets meer dan dat de menschheid van
den oorlogsgruwel bevrijd zal worden, om
dat ik deze stomme, brute moordpartijen
haat en den eerbied voor eigen en anderer
leven als een heilige zaak beschouw. Dit is
natuurlijk erg „idealistisch". Na het zake
lijk betoog van zooeven zij het mij vergeven
Ieder heeft zoo zijn „zwakheden", en het is
nu eenmaal in Nederland nog niet zoover,
dat oorlogsbestrijders als misdadigers opge
sloten worden, en hun schrifturen vernietigd.
R. P.
IJMUIDEN
VERJAARDAG PRINSES JULIANA.
VEEL VLAGGEN UIT
TWEE ZEER DRUK BEZOCHTE
BIJEENKOMSTEN
Wat dezen bijzonderen verjaardag van
Prinses Juliana kenmerkte, was het aantal
vlaggen, dat veel grooter was dan andere
jaren. Vooral aan den havenkant wapperden
tal van vlaggen vroolijk in de frissche voor
jaarskoelte.
Bijzondere feestelijkheden vonden er over
dag niet plaats. Des avonds werden echter
bijeenkomsten gehouden, die waren georga
niseerd door de plaatselijke Oranjevereeni-
gingen.
In het gebouw voor Chr. Belangen
De „Oranje-avond" in het gebouw voor
Chr. Belangen is uitstekend geslaagd. Het ge
bouw was tot in de uiterste hoeken bezet,
terwijl sommigen zich nog met een staan
plaats moesten tevreden stellen, toen vanaf
het met de vaderlandsche kleuren versierde
podium de heer D. Selling de aanwezigen
welkom heette en na gemeenschappelijk zin
gen van Psalm 68:10 met gebed opende.
De voorzitter der Oranjevereeniging, de
heer P. Heere hield een inleiding over gezag
en gezin, waarna het Jeugdkerkkoor, dat een
voornaam aandeel tot het welslagen van den
avond bijdroeg, eenige vaderlandsche liede
ren zong.
De heer Selling heeft een kort „Oranje
woord" gesproken, daarin wijzend op den on
verbreekbaren band, welke door de eeuwen
heen, reeds bestaan heeft tusschen den
Nederlandsche Staat en het Huis van Oranje.
Ter staving van zijn woorden haalde spr. uit
onze vaderlandsche geschiedenis meerdere
voorbeelden hieromtrent aan.
De regeering der Oranjevorsten en -vorstin
is immer een zegen voor Nederland geweest,
mede doordat zij naast trouwe Vaderlanders
ware Christenen geweest zijn. Spr. sprak den
wensch uit, dat deze band tot in lengte van
dagen zou mogen blijven voortbestaan.
Onder veel bijval hebben de dames van het
bovengenoemde kerkkoor een zangspelletje:
Een landelijke Koorrepetite geheeten, voor
gedragen. De verschillende liederen werden
door mevr. Doevendans—Oortwijn aan de
piano begeleid.
De heeren C. Mets en Sj. Doevendans gaven
eenige nummers piano en viool ten beste, er
werd een tableau c vertoond, een verloting
tot dekking van onkosten ontbrak ook niet,
kortomer werd een gevarieerd programma
geboden, dat bij de aanwezigen, getuige het
applaus, zeer in den smaak viel.
In de Herv. Kerk Kalverstraat
De bijeenkomst, die Chr. Oranjevereeniging
had belegd in de Herv. Kerk, Kalverstraat is
eveneens uitstekend geslaagd.
Het kerkgebouw was tot in alle hoeken
bezet. Ds. Chr. W. J. Teeuwe opende de ver
gadering met het voorlezen van Psalm 124
en na in geEfêd te zijn voorgegaan sprak hij
zijn blijdschap uit over het feit dat op dezen
eersten Meidag zich velen hebben opgemaakt
om te herdenken den geboortedag van kroon
prinses Juliana.
Allereerst zong het Chr. gemengd zangkoor
„Nieuw Hosanna" een tweetal liederen van
Valerius, waarna de muziekvereeniging „Con-
cinere" een potpourri van Christelijke liede
ren speelde.
Als eerste spreker trad op de heer B. Schip
per, hoofd der P. Vermeulenschool, die tot
onderwerp had: „Om des gewetens wille".
Spreker liet als in een revue het leven van
Willem de Zwijger passeeren. Ofschoon de
tijd voor den spreker beknopt was, wist hij
in korten tijd veel te zeggen van den prins.
Van den prins als elfjarigen knaap aan het
hof van Keizer Karei de vijfde tot aan het
oogenblik dat hij in 1584 in Delft werd ver
Vierhonderd Berlijnsche politie-agenten volgen met het oog op de a.s. Olympische Spelen in i
Berlijn cursussen in Engelsch, Fransch en Gpaansch,
moord, liet de heer Schipper de prins van
Oranje als iemand zien die heeft gestreden
voor de vrijheid van het geweten.
Na den heer Schipper vergastte Nieuw Ho
sanna de aanwezigen weer op een tweetal
liederen, waarna de heer K. J. Nay, hoofd
der Emmaschool, sprak over „Juliana van
Oranje".
Spreker noemde eerst den naam van de
prinses: Emma Maria Wiihelmina Louise
Juliana prinses van Oranje. Hij zeide. dat de
eerste twee namen die zijn van haar beide
grootmoders, dan Wiihelmina en Louise de
Coligny en Juliana van Stolberg. Na eerst in
't kort te hebben verteld wat koningin Emma
en koningin Wiihelmina, alsook Louise en -Ju
liana voor ons volk zijn geweest, stond de
heer Nay stil bij het leven van de prinses
waarin, hij haar huldigde als een waardige
telg uit het roemrijke geslacht der Oranjes.
Nieuw Hosanna en Concinere deden zich
hierna weer hooren. „Een potpourri van va
derlandsche liederen werd door Concinere
ten gehoore gebracht, waarbij het publiek
niet kon nalaten, de bekende liederen mee
te zingen. Tot slot van dezen goed geslaagden
avond had Ds. Teeuwe tot uitgangspunt:
„maar God zal mij regeeren, waarna met ge
meenschappelijk gezang en gebed deze avond
gesloten werd.
Op het Willemsplein.
Op het Willemsplein gaf Wiihelmina" haar
traditioneel concert, dat door velen beluisterd
•werd.
AFSCHEID BRIGADE-COMMANDANT
Maandagmiddag hebben gemeente- en
rijkspolitie in de bovenzaal van „Kennemer-
hof" afscheid genomen van den brigade
commandant den heer A- J. Rijnders, die dien
dag den dienst met pensioen ging verlaten.
De heer Rijnders die vergezeld was van z'n
vrouw en dochter werd.namens de gemeente
politie en de brigade Rijksveldwacht welkom
geheeten door den heer H. Roelofs, inspec
teur tit- der gemeentepolitie, die hem met
eenige welgekozen woorden het feestgeschenk
bestaande uit een fauteuil en een rooktafel
aanbood.
De scheidende functionaris werd daarna
toegesproken door den commissaris van po
litie, den heer D. de Ridder. Deze zeide, dat
hij den lieer Rijnders steeds heeft gekend
als een braaf politieman, dien hij reeds leerde
kennen in Breda, Later toen hij den heer
Rijnders in IJmuiden ontmoette, bewees deze
iemand te zijn, die steeds op buitengewone
wijze zijn plicht deed. Zijn plichtsbetrachting
werd ook van hoogerhand gewaardeerd. Nu
hij aan het eind van z'n loopbaan is geko
men, wenschte de heer de Ridder den heer
Rijnders toe, dat hij nog vele jaren met z'n
echtgenoote van zijn welverdiend pensioen
mag genieten.
De heer A. Engels, een der leden van de
brigade der Rijksveldwacht dankte den heer
Rijnders voor hetgeen hij voor de brigade
heeft gedaan. Ook de heer Engels sprak den
wensch uit, dat de heer Rijnders met z'n ge
zin nog lange jaren van zijn pensioen mag
genieten,
Daarna sprak de heer S. Boerema, plaats
vervanger van den heer Rijnders. De heer
Boerema zeide, dat hij dezen gedurende vele
jaren heeft bewonderd als een dienstgetrouw
Rijksveldwachter. De heer Rijnders heeft
veel aan den weg getimmerd en had daar
door veel bekijks; daarom was zijn loopbaan
niet altijd zonneschijn. Hij heeft op vele
moeilijkheden gestuit, maar steeds hield hij
het hoofd omhoog. Namens de brigade en
het detachement zegde hij den heer Rijnders
dank voor de prettige samenwerking, die
steeds heeft bestaan en hij hoopte dat deze
nog vele jaren in gezondheid van zijn wel
verdiend pensioen mag genieten.
De heer J. Bontenbal sprak er zijn vreugde
over uit, in de gelegenheid te zijn gesteld, in
dezen kring aanwezig te mogen zijn. Niet al
leen uit persoonlijke sympathie, maar ook
als oud-kameraad uit- den tijd, dat hij met
den heer Rijnders als onderofficier heeft ge
diend wilde spreker gaarne het afscheid bij
wonen. De heer Bontenbal wees op de ge
meenschap. die er bestaat tusschen de oud
onderofficieren en de politie, vooral in deze
dagen. Naast de politie staan zeker de oud
onderofficieren, waar het betreft de handha
ving van orde en gezag op de eerste plaats.
Als voorzitter van de afdeeling Kennemerland
der Vereeniging van oud-onderofficieren,
durft hij te zeggen, dat hij de meeste ver
eering heeft voor het werk van den heer
Rijnders. Ook de heer Bontenbal eindigde
met de beste wenschen voor hem en zijn
gezin.
De heer de Ridder huldigde daarna me
vrouw Rijnders, die hij een fraaie bloemen
mand aanbood.
De heer Rijnders kreeg daarna het woord.
Het is zeker dat ik hier met gemengde ge
voelens sta. zeide hij. Er is moeilijk een
woord te vinden, dat meer waar is. Hij zeide,
niet geweten te hebben, dat zijn afscheid
hem zoo „dwars in den maag" zou zitten- Als
12-jarige jongen droeg hij reeds de glimmen
de knoopen op z'n uniform en steeds heeft
hij maling gehad aan het burgerpakje. Spre
ker staat perplex van de wijze waarop men
nu afscheid neemt en hij is daarvoor zeer
dankbaar. Hij dankte den heer Roelofs voor
zijn welkom en den commissaris voor diens
hartelijke woorden. Voorts herinnerde hij er
aan. dat hij den commissaris reeds in Breda
leerde kennen. Allen, die hem gehuldigd
hebben draagt hij kameraadschappelijke ge
voelens toe, gevoelens, zooals die in den
dienst worden geleerd, waardoor een kame
raadschap ontstaat, die men alleen bij sol
daten kan vinden. De heer Rijnders sprak
ten slotte den wensch uit, dat liet allen, die
hem gehuldigd hebben, wel mag gaan en
dat ieders wenschen in vervulling mogen
gaan.
De commissaris sprak daarna een woord
van welkom tot den heer Boerema, daarbij
den wensch uitsprekende, dat hij met hem
op dezelfde wijze mag samenwerken in het
belang van de handhaving van de veiligheid
en de orde in de gemeente. Hij wenschte den
heer Boerema toe. dat hij hier met vrouw en
kinderen mag vinden, wat hij verwachtte.
De heer Boerema ontving daarna uit han
den van den commissaris een fraaie bloemen
mand.
De heer Boerema was zeer aangenaam
verrast voor deze hulde, waarvoor hij har
telijk dankte. Hij hoopte op dezelfde wijze
als in de drie maanden van zijn detacheering
voort te gaan en dat de band tusschen rijks-
en gemeentepolitie steeds sterker mag wor
den. Ook namens den heer Rijnders dankte
de heer Boerema de heeren, die deze bijeen
komst hebben georganiseerd.
Hiermede was de plechtigheid geëindigd.
Zij werd bijgewoond door een groot deel van
de in IJmuiden aanwezige politiemacht,
HET 1-MEIFEEST DER S. D. A. P.
1100 BEZOEKERS IN THALIA
Het Meifeest der SJD.A.P. slaagde, dank
zij het mooie we^r en een goede organisatie
uitstekend. Reeds 's morgens 9 uur kwamen
eenige honderden kinderen op het Velser-
duinplein bijeen, waarna deze onder leiding
van de S. D. Vrouwenclub en met. bege
leiding van muziek naar het feestterrein
achter „Kriemhilde" nabij de halte „Zeeweg"
trokken.
Het Meifeest werd geopend met samen
zang. waaraan de IJniuider Volksstem onder
leiding van den heer J. Post, haar mede-
merking verleende.
Tot diep in den middag bleef oud en jong
bijeen. Men vermaakte zich met spel en
dans, terwijl de verschillende cultureele orga
nisaties het een en ander ten beste gaf. Voor
al de Sportbond en de A. J. C. weerden zich
geducht.
Het voornaamste punt van het programma
van den dag was wel de optocht, die om
half zeven op het Tiberiusplein werd opge
steld. De deelneming was dit jaar zeer groot
en- omstreeks 7 uur trok een lange stoet dooi
de straten met als einddoel Thalia. In den
stoet, die'met de tientallen kleurrijke vlag
gen een vroolijken indruk maakte, liepen met
het bestuur van de Plaatselijken Raad, de
muziekvereeniging „Voorwaarts", de verschil
lende vakorganisaties, de A.J.C., de afdeelin-
gen der partij, de IJniuider Volksstem en de
cultureele organisaties. De N.A.S.B. sloot met
een frissche groep den stoet. Alle onderdeelen
liepen achter hun banieren.
Overal waar de stoet passeerde, was veel
belangstelling.
In Thalia.
Langzaam trokken tegen 8 uur de deel
nemers aan den optocht Thalia binnen. Spoe
dig bleek, dat de groote zaal veel te klein
was om aan allen een plaats te bieden en
dat ook de kleine zaal noodig was, die ook
weldra geheel gevuld was zoodat zeker elf
honderd personen aanwezig waren toen in de
groote zaal de heer Van Hameien en in de
kleine zaal de heer J. de Waal de aanwezi
gen welkom heette.
De hear van Hameien wees er op, dat zoo
wel het aantal deelnemers aan het kindei«
feest als aan den optocht grooter was daA
ooit.
Nadat de Harmonie „Voorwaarts" eenige
nummers had gespeeld kwam eerst de Man
dolineclub „Excelsior" op het tooneel. die op
zeer verdienstelijke wijze van haar kunnen
blijk gaf.
Bij een der liederen zegde een declamatrice
de verzen.
Toen kwam een groepje A. J. C.'ers ten
tooneele. die dansen uitvoerden.
Bijzonder mooi was het optreden van den
Arbeiders Sportbond. Een groep turners
werkte aan het hoogrek en bewees tot uit
stekende prestaties in staat te zijn. Een
groep turnsters had tot oefenstof knots-
zwaaien gekozen, en wel met verlichte
knotsen hetgeen ophet donkere fond een
schitterend effect maakte.
Tusschen de verschillende nummers van
het programma door, sprak de heer J. v. d.
Veer een woord van aanbeveling voor de
steunactie van het N.V.V. ten bate van de
staking in het visscherijbedrijf.
De heer F. A. Hof hield daarna een pro
pagandistische rede, waarin hij er op wees,
dat het Meifeest dit jaar onder zeer moeilijke
omstandigheden wordt gevierd. Hij zeide dit
in verband met het gebeurde in Duitschland.
Spreker verwachtte weinig van het fascisme.
Ook Mussolini, zeide spr. heeft er weinig
van terecht gebracht. Officieel zijn er in
Italië 1 millioen werkloozen. in werkelijkheid
zijn er twee of driemaal meer. Op het vorig
budget was een tekort van 550 millioen gul
den, op het loopende budget is het tekort
nog grooter. De heer Hof besprak daarna
de verkiezingen, over welks resultaat spreker
niet ontevreden was.
Spreker's rede oogstte een luid applaus.
Eenige Haarlemsehe partijgenooten gaven tot
slot van den avond een bijzonder goed ge
slaagde opvoering van „Soldaten" van A. van
Collem, een gedicht dat als tooneelstuk werd
gegeven.
De heer van Hameien sprak een slotwoord
en een aanbeveling voor ae bij den uitgang
te houden collecte voor de staking.
In de nevenzaal, die zooals reeds is opge
merkt, eveneens meer dan vol was, werd on
geveer hetzelfde programma uitgevoerd. Hier
trad nog op de IJmuider Volksstem.
De opvoering van „Soldaten" voor de be
zoekers 'van de nevenzaal geschiedde in de
groote zaal, nadat de bijeenkomst aldaar ge
ëindigd was.