DRAG HARLAN Inbraak op kasteel Nijenrode opgehelderd. Kasteelheer in het complot en gearresteerd. HET RAADHUIS VAN WIJK AAN ZEE EN DUIN. 1JMUIDER COURANT VRIJDAG 12 MEI 1933 TWEEDE BLAD Alles vooraf in scène gezet. dit jaar ook weer via den particulier detec tive J. gebeurd. Ook in dit geval speelde J. weer de rol van den pienteren en ijvcrigen, doch uiterst geheimzinnigien detective. Het lezen van Conan Doyle, Edgar Wal lace en Oppenheim schijnen hun invloed niet te hebben gemist. Hij zou ook om deze partij op te sporen weer geweldige onderzoekingen hebben gedaan. Zoo had hij bijv. het verhaal gedaan, dat in het bosch in de nabijheid van de Hollandsche Rading in den omtrek van Utrecht, zooveel stappen links en zooveel stappen rechts, de buit in een greppel lag be graven. Het behoeft geen betoog dat deze verhalen slechts in het vruchtbaar brein van dezen detective bestonden en de schilderijen reeds lang op een veilig plekje in zijn kantoor waren opgeborgen. Door deze verschillende verklaringen hoopte het bewijs tegen den kasteelheer zich op en Dinsdagavond besloot de justitie haar laatsten slag te slaan in den vorm van ae arrestatie van O. De Officier van Justitie Mr. van Thiel. de chef van de centrale recherche, de heer Posthuma, en de beide rechercheurs de hee- ren Loman en Weilé, begaven zich in den laten avond per auto naar het kasteel. Op hun vordering ontsloten zich onmiddel lijk de groote kasteelpoorten, doch het bleek dat de vogel gevlogen was. Noch de portier, noch de tuinman, noch een der andere leden van het uitgebreide personeel, wisten te vertellen, waar hun heer en meester zich ophield. Juist arriveerde de groote auto van den heer O., waarin zich alleen zijn chauffeur bevond. Deze bleek spoedig geneigd om in lichtingen te geven. Hij vertelde dat zijn meester zich op het oogenblik in den Haag bevond, waarheen hij juist uit Duitschland was teruggekeerd Hij was teruggekeerd, omdat zijn vrouw- haar arm had gebroken. Zoo speelt dus ook weer het toeval een rol in deze langen tijd zoo mysterieuze geschiedenis. Onmiddellijk begaven de beide rechercheurs zich naar den Haag, waar hij werd gear resteerd. Het hoeft geen betoog dat zoowel de justitie als de politie hier uitstekend werk heeft verricht. Vooral dat nu duidelijk uitkomt welke rol B., die ook in connectie staat met M. G., den „Al Capone" van Am sterdam. in de onderwereld van Amsterdam speelt. De instructie in deze zaak is nog in vollen gang. Het materiaal dat zoowel door het par ket als door den rechter-commissaris moet worden verwerkt is overstelpend groot. De eerste weken zal dan ook van de be handeling in openbare zitting wel geen sprake kunnen zijn. Echter vermocht deze teleurstelling niet den ijver der Wegen-Commissie te doen lu wen; in hetzelfde jaar werd in Wassenaar door den Bond en de gemeente een teersteen- slagweg aangelegd. Ondanks den oorlog bleef de commissie nut tig werk verrichten. De Bond gaf ten behoeve der wegenverbete ring uit een bedrag van rond 400.000. Aan den aanleg van rijwielpaden heeft de Bond sedert 1892 zijn bijzondere aandacht ge wijd en schatten gelds besteed. De oprichting van rijwielpadvereenigingen. op initiatief van den A. N. W. B„ heeft ten gevolge gehad, dat in verschillende gedeelten van ons land netten van vrijliggende rijwiel paden zijn aangelegd met subsidie van den Bond, welke paden zich slingeren door bos- schen en duinstreken en over heide. Op deze paden vindt de wielertoerist zichzelf terug; vèr van het stadsgewoel en het enerveerende moderne verkeer op de groote wegen; hij vindt daar de rust en voelt zich* één met de natuur. Sedert 1910 heeft de A. N. W. B. aandacht geschonken aan de belangen der ruiters, voor wie tengevolge van het toenemende snel verkeer op de groote wegen, afzonderlijke pa den steeds meer urgent werden. De A. N. W. B. is de eenige toeristen- er verkeersbond, die de ontwikkelings-geschie- denis van de auto heeft beleefd. In 1886 meldde het Bondsorgaan: „Voor vrienden van de vélocipède-sport zal het van belang zijn te vernemen dat een groote voor uitgang op dit gebied te vermelden is, n.l. door een uitvinding van de firma Benz en Co. te Mannheim. Er wordt in deze fabriek te genwoordig een driewielige vélocipède ge maakt, die door een motor, in constructie overeenkomend met den gasmotor, gedreven wordt. Het heele voertuig is niet veel grooter dan een gewone tricycle en maakt een zeer aangenamen en eleganten indruk". Ruimschoots werd aandacht geschonken aan de techniek van de automobiel. Zoo was ook in dit opzicht de Bond de eerste, die aa het zich in vlug tempo ontwikkelend snelver- voermiddel aandacht schonk en de eerste -bc oefenaars van het automobilisme en van de motorsport leverde. En al mogen er sedert aiidere vereeni- gingen met meer beperkte taak voor automo bilisten en motorrijders zijn opgericht, het meerendeel der Nederlandsche toeristen en weggebruikers, die van auto of motorfiets gebruik maken, is lid van den, A. N. W. B.. die voor een luttele contributie het meest geeft en op het gebied van wegenverbetering, verkeer en toerisme van zijn oprichting af gangmaker is geweest (Wordt vervolgd DAMMEN. LIGTHART HERSTELT ZICH, DE JONG FAALT! De traditie getrouw heeft de Jong het in het kampioenschap van IJmuiden niet tot de finale kunnen brengen, ondanks'zijn 2 winstpartijen tegen Ott en Kramer. Voor Bais was dit een meevallertje, daar hij zeer slecht stond, nog had de Jong 2 keer de kans er een remise uit te halen doch de zenuwen speelden de hoofdrol, en na een keurig eind spel wist Bais zich zoo goed als zeker te plaat sen voor de finale. Op merkelijk is het suc ces van deze speler in dit tournooi. ukel is weer Dukel! Kraai kreeg, reeds na een half uur spelen den ..damdood". Ott hield even langer vol. resultaat echter hetzelfde. Nu alleen nog de Jong! zal die ook zoo'n wil lig slachtoffer zijn? Kramer stelt erg teleur, hij kan beter, vooruit! een goede eindspurt. Schaap slaagde er in een remise te' foreeeren tegen Bais. In de B-groep zit nog geen schot, Ligthart leed een plotselinge nederlaag tegen van der Velde, toen kwam echter de fighting spirit terug en hij slaagde erin óm twee rivalen te kloppen. Smit en Koetsier, Hij moet echter van Versteeg ook winnen om zich te plaatsen hier is alles nog mogelijk. Zelfs de kleine Suik begint zich te roeren. Koetsier remise, van der Velde geslagen, zet door Kees! Op van der Velde na hebben allen, nog een kans; jammer is het dat Versteeg achter is. Post en Ligthart zijn zeker favoriet, met Versteeg als gevaarlijke „outsieder". Opvallend is het slechte spelpeil; er gaat haast geen partij voorbij of er wordt geblunderd. De stand is thans: A-groep; gesp. gew rem. verl.pnt. B. Dukel 5 5 0 0 10 C. Bais 5 3 1 1 7 K. de Jong 5 2 1 2 5 A. Kraai 4 2 0 2 4 D. Ott 4 1 0 3 2 H. Schaap 4 0 2 2 2 J. Kramer 3 0 0 3 0 B-groep: A. Ligthart 5 2 2 1 6 C. Suik 5 1 3 1 5 A. Post 3 1 2 0 4 J. Smit 3 1 I 1 3 Versteeg 1 1 0 0 2 L. Koetsier 3 O 2 1 2 P- v. d. Velde 4 1 0 3 2 Nog acht andere arrestaties. Amsterdamsche onderwereld werkte mee AMSTERDAM, 11 Mei (V.D.) Op 29 Ja nuari van het vorig jaar had op het kasteel .Nijenrode", in de nabijheid van Breukelen, Ben inbraak plaats, waarbij eenige schilde rijen en een aantal miniaturen van zeer hooge waarde werden gestolen. Reeds onmiddellijk was de geheele zaak om geven door flen waas van geheimzinnigheid, en thans is het de Amsterdamsche Justitie en de centrale recherche te Amsterdam, onder leiding van inspecteur Postuma, met behulp van zijn rechercheurs de Weile en Loman gelukt, d/n sluier van geheimzinnig heid die over dit misdrijf hing. op te lichten. Er is komen vast te staan, dat de geheele inbraak een in elkaar gezet plan was, waar van de verzekeringsmaatschappij tot een bedrag van 70.000 gulden de dupe is geworden. De Justitie heeft thans in totaal gear resteerd de drie inbrekers, het geestelijk hoofd der inbrekers een bekend heler, die nog on langs werd veroordeeld, een particulier detec tive en zijn secretaresse, benevens een tus- schenpersoon tusschen de dieven en den heer K. een bekende van den heer M. O. v. N., den bewoner van het kasteel. Ook deze beide laatste personen zijn ge arresteerd, zoodat in totaal negen personen lijn gearresteerd. Er kwamen eenige maanden 'geleden ten Ërket geruchten binnen, dat een groot aan- valsche Turmac-bons, die gefabriceerd warén in België, hier te lande in omloop wa len. De valsch-geldcentrale, waaronder deze laak ressorteerde, stelde een onderzoek in. het politie-onderzoek leidde tot een huiszoe king bij den particulieren detective J.. in de wandeling en. in de onderwereld betiteld met den naam „Dikkie Bigmans". Bij deze huis zoeking in de woning aan de Stadhouders kade werden twee miniaturen gevonden, af komstig uit het kasteel „Nijenrode" en op 29 Februari van het vorig jaar gestolen. Naar alle waarschijnlijkheid is de inbraak op het kasteel in elkaar gezet werk geweest. De detective en zijn assistente, de 28-jarige mej. A. N„ werden gearresteerd. Het spoor werd hardnekkig door justitie en politie ge volgd, en de detective zoowel als zijn assisten te legden later voor de politie en den rechter commissaris een bekentenis af. De inbraak in het kasteel Nijenrode was „een kunstje geweest" op grond van de door dit tweetal afgelegde verklaringen werden weer twee huiszoekingen gedaan, een in Den Haag onder leiding van den Officier van Justitie te Amsterdam Mr. Dr. A. van Thiel en een in Amsterdam. In Den Haag werden huiszoekingen ver richt bij J. W. W. die vroeger een buiten be woonde in de nabijheid van Naarden en O. A. die houder van renstallen was. Te Amsterdam werd huiszoeking verricht bij zekeren W. in de Van Woustraat. Deze man is een „Manusje van alles", die reeds in allerlei zaken en ondernemingen heeft ge werkt. Hij is een „zakenvriend" van K. uit Den Haag. De huiszoeking in de Van Woustraat lever de nieuw materiaal in den vorm van twee belangrijke brieven, achter een spiegel van de kast in de slaapkamer. Het bleken concep ten te zijn van chantagebrieven aan den heer O., bewoner van het kasteel. Deze brie ven waren geschreven door K. te Den Haag. Uit de verhooren van K. en W. bleek vooral door de verklaringen van W. dat zij de scha kel hadden gevormd tusschen den bewoner van het kasteel en de kraker-combinatie, be staande uit den békende B en drie zware jongens. W. heeft volledig bekend, dat hij in op dracht van K. die weer gehandeld heeft in overleg met O., zich in verbinding met de drie inbrekers heeft gesteld. Twee van dit drietal zijn bekende inbrekers, terwijl de derde een zgn. „gabber" (een inbreker in opleiding) is. De inbrekers die kort geleden zijn gear resteerd. hebben volledig bekend, gedurende de verhooren voor politie en rechter-commis saris hebben zij tot in details verteld hoe de inbraak heeft plaats gehad. Zij waren voorzien van een situatiekaart waarop de verschillende toegangen tot het groote kasteel nauwkeurig waren aangegeven. Zij zijn binnengedrongen door een raam van een hoekzaal. Dit raam was voorzien van glas-in-lood-ruitjes en ook hierin voorzagen de informaties. Zij hadden n.l. opdracht het derde ruitje van boven en het vierde ruitje van onder te verbreken, zoodat zij door hun hand er doos te steken den grendel weg kon en schuiven. Er was afgesproken, dat op 29 Februari de „stoot" zou plaats hebben, doch vooraf had- FEUILLETON door CHARLES ALDEN SELTZER Naar het Amerikaansch dcor HENRI VAN DE WEG. 3) De stem van den man klonk heesch; hij Wilde blijkbaar zoo min mogelijk zeggen en wierp tersluiks angstige blikken naar den voet van de rots. waar Dolver had gestaan. De onrustige houding van zijn tegenstan der ontging dezen niet. Argwanend keek hij om zich heen. In een oogwenk was hij uit het zadel en stond hij dreigend voor Laskar. „Leg je wapens en patronen onder mijn paard", beval hij scherp. „Er gebeurt hier iets, wat ik niet weet. Ik moet eens even gaan kijken". Hij zag toe hoe de man zijn patroongordel losgespte en dien, de revolver nog in den holster, in het zand wierp bij de hoeven van Fantoom. Vervolgens stapte hij op den kerel toe, dreigend met een van zijn revolver, en streek met zijn vrije hand over diens kleeren om te weten of hij nog andere wapens droeg Toen hij niets vond, bukte hij zich en raapte den de inbrekers zich degelijk op de hoogte gesteld, of de zaak niet ineen was gezet om hen in den val te laten loopen Hoewel het binnenplein dik met grint is belegd en het verbreken van de glas in lood raampjes wel leven maakte, hoorde dc kasteelbewoner die n.b. vlak boven de be wuste kamer sliep niets van het geval. .t$ehalve van instructies hoe binnen te ko men. was den inbrekers ook nauwkeurig ge zegd wat zij van de kunstschatten moesten meenemen. Een gedeelte van de antiquiteiten behoort na melijk aan de fa. Goudstikker, die dit kasteel gedeeltelijk als showroom gebruikt. Den inbrekers was gezegd dat zij de schil derijen moesten hebben die onder „roetmop", 'n makkelijk te herkennen schilderij, hingen Daar deze kamer vrij dicht aan den hoofd-' weg is gelegen, hebben de uitgenoodigde in brekers de gordijnen maar dicht geschoven, wat ook weer met lawaai gepaard ging. ,.hefc leken wel vloerkleeden" verklaarden de hee- ren voor de rechter-commissaris. Voorts hebben de inbrekers voor den rech ter-commissaris nadrukkelijk verklaard zich precies aan de instructies te hebben gehouden en 5 schilderijen en een aantal miniaturen die klaar waren gezet hebben weggenomen. Alles was zoo geprepareerd, dat alle vergissingen waren uitgesloten. De miniaturen gingen in een zak en de kostbare schilderijen werden achterop de fiets gebonden en zoo ging het hoofdstad-waarts. Het gestolen goed werd naar den ouden bekende van politie en justitie B. gebracht, die de inbrekers uitgestuurd had. Toen was het wachten op geld. Er was geaccordeerd, dat verschillende inbrekers 12.000 gulden te verdeelen zouden krijgen. De betaling trai neerde echter op dusdanige wijze, dat zij als schadeloosstelling er zelfs nog 8000 gulden oplegden, doch de heer O. zat vrijwel op zwart zaad. zoodat van betaling niets kwam. B. en zijn inbrekersstaf werden ongeduldig. Aanvankelijk besloten zij om zich schadeloos te stellen voor zoover het mogelijk was door het goud van de miniaturen te sloopen Eindelijk kwam 1500 gulden binnen. De Haagsche K. kreeg f 500, de man die als tus- schenpersoon tusschen K. en B. was opge treden ontving eveneens f 500, terwijl voor B. en zijn inbrekers de laatste f 500 werd afgestaan. Een maand lang werd er levendig onder handeld. Min of meer bedekte bedreigingen aan het adres van den kasteelhouder ble ven niet uit, doch geld kwam er niet op tafel. B. en zijn inbrekers zaten toen met hun ge stolen waar opgescheept, want zoowel de schilderijen als miniaturen zijn van zoo danige bekendheid in de wereld van den kunsthandel, dat een eenigszins loorlende verkoop absoluut onmogelijk was zonder ge snapt te worden. Nu komt de volgende schakel in deze Edgar Wallace-story. B. zocht contact met de particuliere de tective J., wetende, dat deze nog al eens door verzekeringsmaatschappijen wordt belast met het opsporen van gestolen goed. Deze J. stelde zich op zijn beurt weer in verbinding .net de verzekeringmaatschappij. Het gestolen goed was zeer hoog (voor eenige tonnen) verzekerd en het was de bedoeling om na de uitbetaling van het verzekeringsbedrag de schilderijen en de miniaturen te vernietigen zoodat iedere kans, dat zij weer op de proppen zouden ko men, weg was. Intusschen werd door de verzekeringsmaat schappij een belooning van 10.000 gulden uitgeloofd. De dieven brachten hun buit naar den particulieren detective en deze volgde de gewone methode. Op zeer geheimzinnige wijze opende hij de onderhandelingen met de Verzekeringmaatschappij. Op donkere avonden en op verlaten wegen werden afspraken gemaakt. J. kwam dan vergezeld van eenige gemaskerde mannen in een auto aanrijden en toonde voor de ruiten een schilderij om dan ijlings weg te rijden. Zijn geheele bedoeling was hiermede om te bewijzen, dat hij de buit op het spoor was en ijverig bezig was de zaak in het reine te brengen. Een derde gedeelte van de partij kwam ten slotte in Maart van het vorig jaar via den particulieren detective bij de verzekering maatschappijen terug. De detective bedong voor zijn bemoeiingen 3500 gulden, terwijl f 10.000 door de verzekering werd uitbe taald. Dit geld werd verdeeld onder B. (hoofd der inbrekers) en de drie anderen. De inbre kerscombinatie zat nu min of meer in hun maag met twee derde van de buit. Intusschen moesten de verzekeringsmaatschappijen over de brug komen. Zij boden aan den heer O. v- N. tegen wien toen al eenig vermoeden bestond dat de zaak niet geheel in orde was, doch tegen wien de justitie geen enkel be wijs had, een dading aan van 70.000 gulden. Toen kwam tenslotte het tweede pak schil derijen aan de beurt. Dit was in het begin van Dolvers revolver en gewessr op, die gevallen waren, en wierp deze eveneens onder zijn paard. „Wacht hier, terwijl ik een onderzoek in stel", kommandeerde hij. Met enkele stappen was hij de andere zijde van de rots. Hij liep kalm verder, al waren zijn spieren gespannen en zochten zijn oogen de omgeving af, om eventueele ver rassingen te voorkomen. Maar hij had nog geen twaalf stappen gedaan of reeds hield hij stil, een bittere trek om den mond, een strakke houding. Want, dicht tegen de rots, in een holte, die beschutting verleende tegen de kogels, welke men op hem had gericht, lag een man, uit gestrekt op zijn linkerzijde. Hij moest ongeveer vijftig jaar zijn; zijn gezicht droeg een uitdrukking van pijn. Grijs en bestoven was zijn baard, wit zijn haar; hij zag er uit of men hem door het zand had ge sleept. Een hoed droeg hij niet en had slechts één schoen aan. De voet was met zakdoek verbonden en op dien doek kleurden donkere bloedvlekken. Het hemd van den man hing van voren open en de ruiter zag in de borst, bij de hartstreek, een gapende verwonding. Klaar blijkelijk had hij getracht die wond te ver- verzorgen, want van zijn hemd was een stuk linnen gescheurd om als verband te kunnen dienen. De linkerzijde van de onbekende scheen. DE A. N. W. B. VIJFTIG JAAR. EEN EN ANDER*UIT DE BONDS- GESCHIEDENIS. Nadat het wedstrijdwezen, waarin misbrui ken waren geslopen, welke de ontwikkeling der vereeniging als Toeristenbond belemmer den, in 1898 was afgevoerd van de lijst der Bondswerkzaamheden, kon de A. N. W. B. zich uitsluitend wijden aan de bevordering van het toerisme. In snel tempo werden de Bondsbemoeiingen uitgebreid. Het is niet doenlijk hiervan een volledig denkbeeld te geven in een kort be stek. Doch enkele grepen uit de zoo rijke Bondsgeschiedenis mogen niet achterwege blijven. 1889. Instelling der Wegen-commissie, wel ke in 1898 een afzonderlijke tak van dienst van den A. N. W. B. werd. 1892. Proeven met een stoomwals op een nieuw aangelegden grintweg te Maastricht. 1899. De Bond verleende een crediet van 1500.om van Bondswege een proef van verbetering te geven van de route Hillegers- bergBergschenhoek. 1900. Een Bondssubsidie beschikbaar gesteld als bijdrage in de kosten van verharding van een zandweg tusschen Hoogezand en Slochte- ren (Knijoslaan)mits op dien weg nimmer tol van wielrijders zou worden geheven. Aan de gemeente Schoterland kende de Bond een bijdrage toe in de kosten voor de vervanging van vlonders door bruggen in een wegje in de Bovèn-Knijpe. 1904. Eerste proeven met het stofvrij maken van wegen, welke proeven steeds werden uit gebreid, langer dan tien jaar aaneen. Wanneer wij in het archief de mededeeling vinden, dat in 1906 in de Tweede Kamer bij den Minister erop aangedrongen werd, om te doen onderzoeken, hoe de wegen ingericht kunnen worden voor het gebruik van auto mobielen, door deze wegen aanmerkelijk te verbreeden, dan zou men, nu, 27 jaar later, oppervlakkig beschouwd, aan een grapje den ken! Tegen wegenvernielingen en wegen veront reiniging trok de Bond herhaaldelijk te velde. De verbreeding van den rijksweg Den Haag- Den Deyl, waar van het toenemende verkeer de noodzakelijkheid duidelijk aantoonde, vormde sedert 1908 een der punten van het rijkbeladen programma der Wegen-Com missie. In 1912 werd door het Bondsbestuur een Hoefbeslag-Commissie ingesteld om tot een voor paarden en wegen beter hoefbeslag te komen. De urgentie der wegverbetering deed het Bondsbestuur ertoe besluiten in 1914 eén aan vraag te richten tot den Rijkswaterstaat om 25.000 beschikbaar te stellen voor het aan leggen van modelwegen in een zestal provin ciën ter lengte van 1 K.M. elk. Jammer genoeg werd deze aanvraag afgewezen, zoodat elke aanschouwelijkheid, elk tastbaar voorbeeld voor de richting, die men op het gebied van wegenverbetering moest inslaan, bleef ont breken. verlamd, want zijn arm lag vreemd gedraaid de palm van de hand naar boven gekeerd. Toen de ruiter echter naderde, was de man bezig, een tot prop gefrommeld stuk papier in den cylinder van de revolver te doen. Hij had het wapen naar zich gelegd in het zand en nu werkte hij onhaudig met zijn rechterhand. Toen hij den ruiter zag kreunde hij en keek wantrouwend op. „Zelfs daarvoor krijg ik geen kans, hè?", zeide hij, starend naar het papier en de re volver. „Het loopt heelemaal mis!" Hij zonk achterover, nog eenigszins steu nend op zijn rechter elleboog en keek strak naar den ruiter als een gewond dier naar zijn vervolgers. „Vooruit dan maar", hoonde hij. „Ga je gang! Ik hoorde dat beest Dolver tegen je praten. Jij bent Drag Harlan vechter, vo gelvrije, bandiet. Ik heb van je gehoord",, ging hij voort, toen hij zag hoe woede Harlan overmeesterde, „je naam zegt al genoeg. Je hebt zeker nog wel een kogel voor me over". Harlan liet zijn wapen zakken. „Je praat wonderlijk vader". Een koel glim lachje bracht een sombere uitdrukking op zijn gezicht. „Als je het weten wilt", voegde hij er aan toe, „ik heb zooeven Dolver uit zijn lijden geholpen!" „Dat hoorde ik" verklaarde de man, bitter lachend. „Ik heb je verstaan; hij heeft een vriend van je vermoord, of zoo iets. Dat is natuurlijk een persoonlijke kwestie. Maak er Wij geven hier een kiekje van het vriende lijke raadhuis der gemeente Wijk aan Zee en Duin, dat gelegen is aan den hoofdvér- keersweg naar Wijk aan Zee. Bij den bouw van dit raadhuis in 1908 heeft het toenmalige gemeentebestuur niet kunnen vermoeden, dat het aantal inwoners in zoo'n snel tempo zou toenemen. Van 400 zielen groeide de bevol king in een luttel aantal jaren tijds aan tot ruim 7000 inwoners. De. administratie der ge meentelijke huishouding nam daardoor even eens in omvang toe, met het gevolg, dat de beschikbare ruimte te klein werd, om alle onderdeelen van het gemeentelijk bestel te kunnen bevatten. Met veel overleg en in letterlijken zin „passen en meten" 'gelukte het tot dusver met de beschikbare ruimte te woekeren. Tot voor kort werd ook de inge bouwde woning in het raadhuis bewoond door een der gemeente-werklieden. Het woonhuis voldeed echter lang niet meer aan de eischen, die daaraan vooral in onze dagen mogen gesteld worden en vooral de bekrompen ruimte was daarmede in strijd. Het wordt dan ook thans niet meer bewoond. De daardoor in het gemeentehuis vrijgekomen ruimte kon het gemeentebestuur uitnemend benutten. Hierin kon o.a. Bouw- en Woningtoezicht worden ondergebracht. Tot nu was deze dienst gehuisvest in een particuliere woning. Voor het oogenblik is daarin dus voorzien, maar toch zal het raadhuis niet geheel meer aan de eischen tegemoet kunnen komen. Bij den bouw van dit gemeentehuis is er verder blijkbaar op gerekend, dat de Wijk aan Dui- ners voor de vergaderingen hunner vertrou wensmannen, niet veel belangstelling zouden toonen. De publieke tribune is althans slechts op een bescheiden bezoek berekend. In de huidige tijdsomstandigheden worden dikwijls zulke belangrijke vraagstukken aan de orde gesteld wij noemen slechts de werkloozen- maar hoe eerder hoe liever een eind aan. Ik zou je zeer verplicht zijn als je het meteen deed, want het loopt toch* af. Het gat in mijn borst, dat ik vannacht opliep, terwijl ik sliep, is afdoende, ook als j- er je niet meer bemoeit". Na een oogenblik rusten omdat hij op adem moest komen, begon de man weer te spreken, scheldend op zijn would-be moorde naars. Toen plotseling klonk van de andere zijde van de rots een vloek, onmiddellijk ge volgd door een gil. De gewonde richtte zich op en keek Harlan vragend aan: „Wat gebeurt er?" Harlan ver voerde zich niet. „Dat zal Laskar wel zijn", antwoordde hij langzaam. „Ik heb zijn wapens en die van Dolver achtergelaten onder de hoede van Fantoom mijn paard. Laskar probeerde ze terug te krijgen en daar maakte Fantoom waarschijnlijk bezwaar tegen. Hij deed een paar stappen achteruit en keek om de rots. Lasker lag in het zand, kreunend van pijn, terwijl Fantoom snuivend stond boven de wapèns en den man kwaad aardig in het oog hield. Harlan keerde terug naar den gewonde en zag, dat deze was gaan liggen en hijgend ademhaalde. Gedurende enkele oogenblikken bleef hij staan; toen knielde hij naast hem neer in het zand en lichtte het hoofd op. De oogen waren gesloten. Harlan vleide het hoofd weer neer zorg dat tegenwoordig heel dikwijls de pu blieke tibune totaal is „uitverkocht" en dat soms vleen moeten worden teleurgesteld. De beschikbare ruimte is slechts berekend op een vijftien- hoogstens twintigtal plaatsen. Bo vendien moeten degenen, die belangstellen in de verrichtingen der vroede vaderen zich tevreden stellen met een staanplaats. Indien de belangstelling van de zijde van het publiek niet al'te groot, heeft de burgemeester mees tentijds de vriendelijke attentie, om het audi torium stoelen te laten aanbieden, een geste, die natuurlijk op hoogen prijs wordt gesteld. Voor enkele jaren heeft dit raadhuis, dat er na 25 dienstjaren nog zeer jeugdig uitziet, op de nominatie gestaan om te verdwijnen. De Rijkswaterstaat had namelijk den primai- ren weg voor snelverkeer zoodanig geprojec teerd, dat hij in rechten lijn de tuingronden doorsneed. Volgens dit plan had ook het gemeentehuis dienen te verdwijnen. Burge meester Rothe is het geweest, die deze aan slag op zijn mooiee raadhuis heeft weten te voorkomen. Deze weg zou ter hoogte van het buiten „Westerhout" van Jhr. G. Boreel den weg naar Wijk aan Zee snijden. Het hoofd der gemeente wist den Waterstaat er van te overtuigen, dat de weg juist tusschen raadhuis en de koetshuizen van Westerhout door zou kunnen gaan. Deze aanslag is ten slotte afgeweerd. Dit wegenplan is, zooals onze lezers weten, vervangen door een drietal andere projecten, waaruit nog steeds geen keus is gemaakt. Intusschen doet het raadhuis nog altijd dienst en de fusie-stormen, welke zoo af en toe' opstaken hebben het nog steeds niet kunnen deren. Het resultaat van de jongste poging, om tot vereeniging van Beverwijk en Wijk aan Zee en Duin te komen, ligt nog in het duister van de toekomst verscholen. en onderzocht de borstwonde. Hoofdschuddend stond hij op, liep naar Fantoom om water te halen, waarmede hij het vuil en blad van de wond afwaschte. Op nieuw schudde hij het hoofd. Binnen weinige oogenblikken zou het afloopen, Maar Harlan goot wat water in den half geopenden mond en waschte 's mans gezicht. Nog lang, nadat Harlan dit had gedaan, bleef de man verlamd en roerloos liggen, al sloeg hij van tijd tot tijd de oogen op en wist hij dus, wat er met hem gebeurde. De zon ging onder, een gouden bol, die wegzonk achter de toppen der verre bergen; gloeiend rood brandden de wolken, die weg zeilden over zeeën van kleur. Harlan sloeg den gewonde en Laskar gade. Laskar kreunde nog steeds, totdat Harlan tenslotte naar hem toe liep cn hem een ver- achtelijken schop gaf. „Sta op, lafaard!" beval hij. Laskar kwam wankelend overeind, kreunend en zijn borst vasthoudend waar de hoeven van Fantoom hem hadden geraakt. Smeekend keek hij naar den reus, die voor hem stond, die onge roerd door het toonbeeld van wanhoop, voor zich uitstaarde. Toen hij merkte dat Harlan niet de minste sympathie toonde, vloekte hij. Dit bezorgde hem een felle bedreiging van Harlan. „Hou je stil of ik laat Fantoom op je los! Je dacht dat ik medelijden zou hebben? Heb jij medelijden gehad met den man, die daar

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1933 | | pagina 5