UIT HET BUITENLAND HET PROCES TE LEIPZIG. het belangrijkste nieuws Sir John Simon en Dr. Dollfuss spreken voor de Volkenbondsvergadering. Pleidooi van den Britschen minister voor spoedige sluiting van hef ontwapenings verdrag. Dollfuss roept den steun van den Volkenbond in voor den economischen wederopbouw van hef Donaubekken. GENèVE. De algemeene beschouwingen ter plenaire bijeenkomst van den Volkenbond werden Woensdagmiddag geopend door den Engel- schen minister van Buitenlandsche Zaken, Simon, die zeide, dat' de Volkenbondsvergade ring' gelegenheid biedt voor een overzicht van den algemeenen toestand en de vooruitzichten van den Volkenbond. Het afgeloopen jaar geeft aanwijzingen voor een begin van eco nomische saneering. Evenwel kan deze eco nomische saneering nimmer doorzetten zon der gelijktijdige verbetering van den politie- ken toestand. De vraag is thans, hoe de econo mische saneering verder kan worden bevor derd. Niets is van grooter waarde dan een spoedig algemeen ontwapeningsverdrag. De geest van wederzij dsche concessies en samen werking, welke in een overeenkomst inzake de regeling en de controle der bewapeningen tot uitdrukking komt, stemt overeen met de drin gendste behoefte der wereld. De groote mogendheden aldus Simon, heb ben geprobeerd de hinderpalen uit den weg te ruimen om het reeds door de ontwapenings conferentie aangenomen ontwerpverdrag in een vorm te brengen welke in overeenstem ming is met den toestand. Deze arbeid wordt thans met grooten ernst en innige overtuiging- voortgezet. Hoe groot de moeilijkheden ook zijn, het beslissende doel blijft steeds slechts een verdrag tot stand te brengen. Het is denk baar dat door wijzigingen van het verdrag het plan van een ontwapening in etappen ge makkelijker zal kunnen worden uitgevoerd. Een eerste zekere etappe voor de ontwape ning zou reeds een ontzaglijke bijdrage betee- kenen voor de schepping van vertrouwen. In dezen tijd zou een vérgaande ontwapening- kunnen worden overeengekomen. De omvang dezer ontwapening zou in het verdrag zelf moeten worden vastgelegd. Zonder de veilig heidskwestie weer op het tapijt te brengen, is het toch duidelijk, dat juist thans het ver trouwen moet worden hersteld. Dit vertrouwen ontstaat slechts uit de verzekering van den vrede. Een goede buur te zijn, is niet alleen een menschelijke, maar ook een internationale deugd. Met alle krachten zoo besloot Simon moet getracht worden, zoo snel mogelijk een ont- apeningsverdrag te sluiten in een vorm, selke zich het beste aanpast bij den huidigen toestand. Ook de Oostenrijksche bondskanselier Doll fuss heeft Woensdag in de Volkenbondsver gadering-, die overvol was, een redevoering ge houden .Evenals op de economische conferen tie te Londen werd hij door de geheele ver gadering met demonstratief aanhoudenden bijval begroet. De leden der Duitsche en der iïongaarsche delegaties onthielden zich van bijvalsbetuigingen. De bondskanselier zeide: Nimmer was het belangrijker dan thans zich te bezinnen, dat aan gene zijde van de staats grens menschen wonen, die in hetzelfde ge loof aan de menschelijke lotsbestemming en de menschelijke plichten zijn verbonden. Niet in den strijd tegen elkander, slechts in de door God gewilde samenwerking kunnen de staten de groote taken van onzen tijd op lossen. De geestelijke en materieele reorgani saties moeten in de verschillende staten in overeenstemming met hun geschiedenis wor den voltrokken. Oostenrijk heeft de groote taak aangevat zijn bedrijfsleven aan te passen bij de zoo ge heel gewijzigde toestanden. Het was van het begin af duidelijk en het bleek steeds op nieuw, dat de economische ontwikkelings mogelijkheid van Oostenrijk niet kan worden verzekerd zonder de vergrooting van zijn af zetgebieden. Wat wij eischen en moeten be reiken is, dat alle staten van ons zoo veel koopen als wij van hen koopen en dat deze nivelleering niet door een vermindering van onzen invoer, maar door een vergrooting van onzen uitvoer geschiedt. De Oostenrijksche regeering heeft er naar gestreefd de aanbe velingen van Stresa in praetijk te brengen, niettemin was het resultaat bij verre niet voldoende, en dit geldt niet alleen voor Oos tenrijk, maar ook voor de andere Donau- staten. Niettemin zullen de besluiten van Stresa, waaromtrent vijftien Europeesehe staten overeenstemming hebben bereikt een goed uitgangspunt vormen voor verdere acties. Oos tenrijk wendt zich tot den Volkenbond met het verzoek door zijn groot moreel overwicht deze pogingen in ieder opzicht te bevorderen. Het betreft hier immers niet alleen de econo mische consolideering van Oostenrijk, maai den economischen wederopbouw van het Donaubekken. De Volkenbond heeft ons onder de moeilijkste omstandigheden reeds zoo veel waardevolle moreele en practische hulp ver schaft, dat Oostenrijk behoort tot de staten, die bijzonder overtuigd zijn van de nood' ^ge lijkheid en de beteekenis van het forum van den Volkenbond te Genève. Nog deze week een voorstel "in De Graeff inzake de jodenkwestie? be Tel. verneemt uit Genève: De Neder- mdsche delegatie schijnt thans definitief bisloten te hebben, de kwestie der Duitsche uitgeweken Joden voor de veertiende Assem blee te brengen. Naar alle waarschijnlijkheid zal minister De Graeff dit voorstel indienen tijdens de rede, die hij aan het einde dezer week voor de plenaire zitting zal houden. Over het algemeen wordt het indienen van dit voorstel te Genève zeer toegejuicht, te }ueer, daar het, zooals reeds gemeld,in de bedoeling der Nederlandsche delegatie ligt, de kwestie uitsluitend van technisch-econo- juisch standpunt te behandelen. Echter ver- keelt men zich hier niet, dat tijdens de be handeling ter Asseemblée toch groote kans bestaat, dat de politiek in de debatten be trokken wordt, hetgeen een funesten invloed zou hebben op de sfeer, waarin de voorbe sprekingen der ontwapeningsconferentie worden gehouden. Opening of liquidatie. Naar, volgens Reuter, door een hooggeplaatst ambtenaar der schatkist werd medegedeeld, zullen alle nog gesloten zijnde banken in de Vereenigde Staten worden gemachtigd, vóór 1 Januari a.s. haar loketten te herope nen, dan wel geliquideerd worden. Japansche vliegtuigen bom bardeeren Chineescke troepen. Het telegraaf agentschap Sjimboen Rengo deelt mede, dat Woensdag Japansche bom bardementsvliegtuigen de troepen van gene raal Fang Sjen Woe op ongeveer 41 K.M. van Peking met bommen hebben-bestrooid. De Chineesche troepen hebben de Japansche vliegtuigen beschoten. Mandsjoekwo verzoekt Japan troepen te zenden. Mandsjoekwo heeft de Japansche regee ring verzocht de militaire bewaking van den Noord-Mandsjoerijschen Spoorweg te ver sterken in verband met de concentratie van het Roode Leger aan de Russisch Mandsjoe- rijsche grens. De Japanners hebben besloten versterkingen te zenden. Oostenrijk. De Heimwehren bij het Vaderlandsche front. Gisteren is een vergadering van Landslei- ders der Heimwehren gehouden, waar het besluit genomen werd de Heimwehren aan te sluiten bij het Vaderlandsche Front. MEXICAANSCHE WESTKUST ZWAAR GETEISTERD. Ook de stad Ayutia vernietigd? HET WATER WAST. NEW YORK, 27 September (V.D.) Uit Tampico (Mexico) wordt gc«neld, dat de rivie ren Panuco en Tameso door overvloedigen regenval verder zijn gewassen en de straten der stad opnieuw onder water hebben gezet, zoodat de opruimingswerkzaamheden ernstig' worden bemoeilijkt. Tot nu toe werden te Tampico en Gardenas 78 dooden geborgen. Men vreest evenwel, dat een groot aantal lijken onder het puin der huizen is begraven of door de rivieren zijn meegespoeld. De dooden worden direct ver brand ten einde ieder gevaar voor de ver spreiding van besmettelijke ziekten te voor komen. Naar uit Mexico voorts verluidt, is ook de westkust van Mexico ernstig door den wervel storm geteisterd. De stad Ayutia (staat Guerrero) zou zijn overstroomd en geheel ver nield. Hoeveel personen om het leven zijn ge komen en hoe groot de materieele schade is, is nog niet te overzien, daar de verbindingen zijn verbroken. De stad Tehuantepec heeft hulpcolonnes verzocht om de bevolking te evacueeren, daar de rivier Suchiate dreigend is gewassen en buiten haar oevers is getreden. MEXICO-STAD, 27 Sept. (V.D.) De door den onophoudelijken regenval gezwollen rivie ren Tamesi en Panuco bedreigden de door den wervelstorm reeds bijna geheel verwoeste stad Tampico opnieuw. Tot dusverre zijn in de ver woeste stad 60 dooden geborgen. Twee man nen die van de verwarring gebruik wilden maken om te plunderen zijn gefusileerd. Men is er thans in geslaagd het spoorwegverkeer tusschen Monterrey en Tampico te herstellen. VEERTIEN MIJNWERKERS IN JAPAN- SCHEN KOLENMIJN OMGEKOMEN. TOKIO, 27 September (V. D.) Veertien mijnwerkers zijn gedood en vijftien gewond bij een ontploffing welke gisteravond plaats vond in een kolenmijn te Foekoeoka (Koes- j oe) De Zuid-Afrikaan Te Water, die tot voor zitter van de Volkeribondsvergaderi^n is be noemd. Dimitroff het woord ontnomen. Rechter van instructie constateert dat Van der Lubbe hulp moet hebben gehad. In het vervolg van de zitting van Woens dag vroeg beklaagde Dimitrof f of bij het verhoor van de politie ook een Nederlandsche tolk aanwezig was. Getuige Heissing ontkent dit, en verklaart, dat v. d. Lubbe zeer goed Duitsch verstond. Zelfs taalkundige fijnheden hegreep hij, en wat hij voor onjuist hield, heeft hij onmid dellijk gemeld. Toen Dimitroff hiermede niet tevreden was verklaarde de voorzitter, dat beide commis sarissen verklaarden, dat v. d. Lubbe uitste kend Duitsch spreekt. Niettegenstaande dat kon de rechter van instructie toch de aan wezigheid van een tolk noodzakelijk achten. Dr Sack zegt vervolgens, dat uit de ge tuigenverklaringen blijkt, dat de drie ge noemde branden zeker door beklaagde alleen zijn gesticht. Getuige is hier nog van overtuigd. Ook is volgens hem beklaagde geen pyromaan. De politieke grond is zeker de hoofdzaak voor zijn daad geweest. Vervolgens wordt de beambte Marowski gehoord, die v. d. Lubbe heeft verhoord over zijn gesprekken op straat met de arbeiders. Beklaagde heeft hem medegedeeld, dat de arbeider Bienge gezegd heeft, dat openbare gebouwen in brand moesten worden gesto ken. Beklaagde zeide hierop: Dat moet ge beuren. Bij dit verhoor heeft beklaagde her haaldelijk geaarzeld. Ook bij het herkennen van de foto's van hen, die aan dit gesprek deelnamen. Beklaagde heeft verder gezegd, dat men een revolutie moest ontketenen, om het volk wakker te schudden. Bienge zei, dat men alle S. A.-lieden met benzine moest over gieten en aansteken, hetgeen beklaagde be vestigde. Zelfs heeft hij niets omtrent brand stichten gezegd. Ook ontkende beklaagde een lidmaatschaps kaart van de K.P.D. uit zijn zak te hebben gehaald. Dit heeft de arbeider Panknin gezegd. De behandeling wordt voor een korte pauze onderbroken. Na de middagpauze wordt het verhoor in zake het gesprek voor het kantoor van Maatschappelijk Hulpbetoon voortgezet. Van der Lubbe heeft verscheidene dingen ontkend. O.a. dat hij daarbij bij Bethger ge geten heeft. Toen echter vrouw Bethger op het politiebureau verscheen was het eerste woord van Van der Lubbe: Wat bent u ma ger geworden. Hij had zich ven-aden en toen men hem hierop wees begon hij te lachen en zei: „Ik heb gelogen". Toen men hem dit verbood wilde hij in het geheel niets meer zeggen verklaarde getuige. Het O. M. verklaart dat hem uit het getuigen verhoor blijkt dat beklaagde eerst eenige be zwarende getuigenissen heeft afgelegd doch deze later weer heeft herroepen. Hij vraagt zich af of dit een verdedigingsmiddel van ge tuige is. Beklaagde Dimitroff vraagt nu aan getuige waarom geen Nederlandsche tolk bij dat ver hoor aanwezig was. Op de vraag van den voorzitter waarom hij steeds deze.vraag her-, haalt, zei beklaagde dat hij het eigenaardig vindt dat bij hem van het eerste oogenblik een Buigaarsche tolk aanwezig was, terwijl hij toch minstens even goed Duitsch spreekt als Van der Lubbe. Getuige Heissig zegt dan dat Dimitroff bij zijn eerste verhoor verklaarde in het geheel geen Duitsch te verstaan. Dimitroff schreeuwt „Dat is niet waar". Getuige Marowski verklaart van een even- tueele medeplichtigheid van Dimitroff niets geweten te hebben. Hij heeft ook v. d. Lubbe niet naar Dimitroff gevraagd, maar hem de algemeene vraag gedaan of hij medeplichti gen heeft gehad. Van der Lubbe heeft deze vraag ontkennend beantwoord en ook bij de andere foto's gezegd, dat hij de daarop voor komende personen niet kende. Dimitroff roept dan luide: „Ik ben nooit' met Van der Lubbe geconfronteerd!" De president: „Dat heeft ook niemand be weerd. Omdat men bij u ansichtkaarten vond met het slot en den Rijksdag er op, heeft men deze kaarten aanvankelijk als bezwarend materiaal beschouwd. Deze getuige heeft ech ter daarmede niet te maken. Is wijs verdere vragen van u af. Ik heb mij er van overtuigd, dat u ook thans weer misbruik maakt van het recht vragen te stellen". Verdachte Torgler; Getuige Marowski heeft gezegd, dat v. d. Lubbe het plan te kennen heeft gegeven op de communistische verga dering in het Sportpaleis te debatteeren. Het is echter verboden, dat een communist op de vergaderingen van zijn eigen partij bij de discussies het woord neemt. Van der Lubbe's voornemen kon dus slechts beteekenen, dat hij een afwijkende opvatting wilde uiten. Ik zou getuige Marowski willen vragen, of hij dit niet uit v. d. Lubbe's uitlating heeft ge concludeerd. Getuige: Ik heb aangenomen, dat hij com munist is, maar dat niet wil toegeven. Over hetgeen hij op de vergadering wilde zeggen, heb ik niet mét hem besproken. Dan wordt de rechter van instructie Reichs- gerichtrat Vogt, die het geheele voor-onder zoek heeft geleid, gehoord. Ik heb hem gezegd, dat alle deskundigen het er over eens zijn, dat het technisch een voudig onmogelijk is, dat Van der Lubbe den brand alléén heeft gesticht op de wijze, zoo als hij het voorstelt. Ik heb hem gezegd en dat vond hij bijzonder onaangenaam dat hij gepoogd heeft met behulp van een vuurmaker de gordijnen bij den Westelijken ingang der groote zaal in brand te steken, maar dat deze gordijnen op die manier on mogelijk in brand gestoken, konden worden. Van der Lubbe, zoo heb ik gezegd, uit alle feiten blijkt toch, dat ge onwaarheid spreekt, wat aangaat de al of niet medeplichtigheid van andere personen bij den Rijksdagbrand. Daarop heeft v. d. Lubbe geantwoord: „Ja, dat kunnen de deskundigen wel zeggen, maar ik ben van meening, dat het toch brandt". Ik antwoordde, ge kunt u zelf er van over tuigen, dat het gordijn niet zoo maar in brand vliegt. Toen keek v. d. Lubbe verbaasd en zeide: „Ja, dan ben ik er misschien toch niet geweest. Het was niet mogelijk, aldus de rechter van instructie, iets positiefs uit verdachte te krijgen; ik kan mij voorstellen, dat de ern stige feiten die ik hem onder het oog heb gebracht aanleiding zijn, dat hij nu besloten heeft niets te zeggen onder den indruk, dat men hem toch niet gelooft. Dat is mijn ver klaring voor zijn huidig gedrag. Ik moet nog zoo ging de rechter van instructie voort op een belangrijk feit wij VELSEN DIEFSTAL VAN RIJWIELEN. Een bewoner van Driehuis heeft bij de po litie aangifte gedaan van diefstal van een rijwielmerk van het rijwiel van zijn zoontje op de binnenplaats van school K. Aan de zelfde school as ten nadeele van een te Vel- sen woonachtige scholier eveneens een rij wielmerk ontvreemd. zen, dat in de protocollen niet tot uiting komt, n.l. dat v. d. Lubbe blijkbaar ook be neden in de hal bij portaal II van den Rijks dag is geweest. Toen ik hem hiernaar vroeg zeide hij zich te herinneren in een vertrek te zijn geweest waarin zulke groote beelden stonden, een soort museum. Op dit punt heeft hij m.i. waarheid gesproken. Als het er echter op aankwam vast te stellen of er meer per sonen bij hem waren, heeft hij onwaarheid gesproken. Wanneer geconstateerd moest worden, dat v. d. Lubbe de groote held was, die wat gedaan had, zeide hij de waarheid. Op een vraag van dr. Sack over het ge drag van Torgler, antwoordde getuige, dat Torgler geen moeilijkheden heeft veroorzaakt en altijd beleefd en voorkomend is geweest. „Ik moet echter met alle beslistheid verkla ren: er kan geen sprake van zijn, dat ik van meening ben, dat hetgeen Torgler mij ver teld heeft overeenkomt met de waarheid". Dr. Sack: Hebt u gepoogd, onder mede- deeling, dat Torgler al bekend had, ver dachte v. d. Lubbe er toe te brengen zijner zijds te zeggen, dat Torgler medeplichtig is aan den rijksdagbrand? Getuige Vogt: Opdat er geen verkeerde indruk ontstaat verklaar ik met alle beslist heid, dat ik nooit of te nimmer iets gedaan heb wat in strijd zou zijn met de eer van een Duitschen rechter. De president laat nu v. d. Lubbe voor de rechterstafel komen en vraagt hem of hij iets te zeggen heeft over de getuigenis van den rechter van instructie. Van der Lubbe blijft bijna een minuut lang met gebogen hoofd zwijgend staan en zegt dan: „Neen". Dimitroff: Heeft getuige als rechter van instructie op 1 April een mededeeling laten publieeeren, waarin gezegd wordt, dat Dimi troff, Popof en Tanef samen met v. d. Lubbe den brand in den Rijksdag gesticht heb ben? Ik vraag: Ja of neen! (beweging en vroolijkheid onder het publiek). President: Dimitroff, ik heb nu geduld genoeg met je gehad; als je geen anderen toon aanslaat dgm moogt ge in het geheel geen vragen meer stellen. Kort daarna roept DimitroffMijn vraag is verkeerd begrepen. Ik heb heelemaal niet ge sproken over den beweerden aanslag maar over het feit, dat nog voor den aanvang van het voor-onderzoek door den rechter van in structie een categorische bewering over mijn deelneming aan den Rijksdagbrand is ver spreid. Ik wil daarmede bewijzen, dat het een tendentieus onderzoek was, 'n misleiding der openbare meening. Bij deze woorden onderbreekt de president den verdachte en roept hem toe: „Dat duld ik niet langer, houdt uw mond". Als Dimitroff verder gaat met zijn opmer kingen roep de president: Halt. Luidkeels verwijt Dimitroff den rechter van instructie, dat zijn instructie onjuist, tendentieus en ruw is geweest. De president treedt dan energiek op. Agen ten pakken Dimitroff bij den arm en trekken hem op zijn stoel neer. Het Hoi verlaat de zaal, terwijl Dimitroff blijft schelden. Na een pauze verschijnt de senaat weer en doet de president mededeeling van het besluit, dat verdachte Dimitroff het woord is ontnomen. Verder wordt hem medegedeeld, dat hij direct zal worden weggeleid, als hij nog een woord zegt. De zitting wordt daarop tot heden moTgen verdaagd. (Zie ook elders in dit nummer). IJMUIDEN DIEFSTAL VAN GEREEDSCHAPPEN. Ten nadeele van een timmerman te IJrnui- den is in den nacht van 25 op 26 September timmergereedschap ontvreemd, dat was op geborgen in een houten keet, staande op het bouwterrein aan den Stationsweg. De daders verschaften zich toegang tot de keet door de pennen uit de scharnieren van een deur te verwijderen. .Ten nadeele van een bewoner van IJmui den is uit den Rijks Visehhal een rijwiel ont vreemd. Verder heeft ook een bewoonster van IJmuiden aangifte gedaan van diefstal van een rijwiel, dat zij had geplaatst voor een perceel aan de Julianakade te IJmuiden. STAKENDE SCHOOLKINDEREN. Hedenmorgen (Donderdag) vond in Hotel de Prins een vargadering plaats van de In- spetie van het Lager Onderwijs 'te Alkmaar met het personeel der Openbare Lagere en Bijzondere Scholen in deze gemeente. Als ge volg van deze gebeurtenis waren alle scholen in deze gemeente gesloten en hadden de kin deren dus vrij af. Een tweetal onderwijzers van school C namen echter aan de bespre king niet deel, zoodat hun school niet geslo ten was. Dit was echter niet naar den zin van de leerlingen en het gevolg was, dat zij weigerden naar school te gaan. HELSCHE MACHINE ONTPLOFT. Twee dooden in Joegoslavisch koffiehuis. HET WERK VAN MACEDONIëRS. BELGRADO, 27 September (V. D.) Naar uit Gewgeli wordt gemeld, is Dinsdag voor een koffiehuis een helsche machine ontploft, waarbij twee personen werden gedood en vijf ernstig gewond. Een officieel bericht meldt hierover het volgende: De eigenaar van het koffiehuis bemerkte voor zijn inrichting een verdacht voorwerp en hij waarschuwde een politieagent. Beiden constateerden, dat het een ontplofbaar lichaam betrof. Dit ontplofte plotseling en beide personen werden op slag gedood. Vijf bezoekers van het koffiehuis werd ernstig ge wond. Het gebouw werd ernstig beschadigd. Men meent te doen te hebben met een helsche machine, welke door Macedonische benden over de grens naar Zuid-Slavië is ge smokkeld. De ontploffing zou zijn teweeg gebracht om, volgens de lerng van de Bel grader „Prawda", de verbetering der be trekkingen onder de Balkanstaten te ver ijdelen. ARISCH EN NIET-ARISCH. DUITSCH MINISTER ACHT DOORVOERING IN HET ZAKENLEVEN ONDOENLIJK. De rijksminister van economische zaken heeft naar het Alg. Handelsblad verneemt een verordening uitgevaardigd, waarin hij doet opmerken, dat in het bedrijfsleven het maken van onderscheid tusschen arische en niet-arische of niet geheel arische firma's en dit speciaal bij het aanknoopen van commer- cieele betrekkingen, niet door te voeren is. Het maken van een dergelijk onderscheid met het doel niet-arische firma's te boycotten zou noodzakelijkerwijs tot ernstige storingen van het economisch herstel aanleiding geven, wat een ongunstigen invloed op de arbeids markt zou uitoefenen. De minister voegt er aan toe, dat zoowel volgens zijn meening als volgens die van den rijksminister van propaganda geen re den bestaat handelend op te treden tegen een firma, zoolang deze niet tegen de wettelijke bepalingen handelt of zoolang haar houding niet in strijd is met de eer van den koopman. MOORD IN DEN IJPOLDER. Minnenijd de oorzaak? Mysterie in een schuur aan den Hoornweg. Terugkomende van een bruiloft brachten hedennebt omstreeks half èen een jonge man en no een ander hun meisjes naar huis aan dien Hoornweg dn den Grooten IJpolder. Thuisgekomen ging deze een oogen blik in de schuur terwijl zijn* vriend achter de boerderij verbleef.Toen eerstgenoemde nog slechts een oogenblik in de schuur' was, werd er op de deur geklopt waarop hij de schuur opende. Direct daarop trad iemand de schuur binnen, die hem met een zak lantaarn belichtte waarop hij hem dood schoot. De dader nam direct daarop de vlucht. Het meisje dat zich met den jongeman in de schuur bevond kon omtrent den dader geen enkele inlichting verschaffen. Alleen heeft zij verklaard dat de jongeman den dader nog toevoegde: „Arte, dat moet je niet doen," Gedurende den geheelen nacht heeft de politie een zeer uitgebreid ondersoek 'inge steld dn dén geheelen polder. Ook heeft zij het dorp Halfweg afgezet. Tot nu toe echter zondier eenig resultaat. Het onderzoek duurt nog voort. UIT HAARLEM HET HAARLEMSCHE TAXI BEDRIJF. DE GEMEENTERAAD STELT EEN SNORVERBOD VAST. Na een uitvoerige discussie heeft de Haar- lemsobe gemeenteraad Woensdagmiddag een voorstel van B. en W. aangenomen om voor taxi's een snorverbod uit te vaardigen. Voor het taxibedrijf zal voortaan de volgen de regeling gelden: Burgemeester en Wethouders verbinden in gevolge art. 7 A. P. V. aan elke standplaats vergunning zekere voorwaarden, met betrek king tot de deugdelijkheid van het materiaal, de arbeidsvoorwaarden van het personeel, de tarieven en eventueele andere punten betref fende de openbare orde. Op de standplaatsen komen derhalve alleen en tot een beperkt aantal die taxi's, welke aan de door Burge meester en Wethouders gestelde voorwaarden voldoen. Rijden op den openbaren weg met eenig kenteeken mogen allen, die door Burgemees ter en Wethouders bekend te maken voor waarden in acht nemen. Het „snorren", d.w.z. rondrijden, kennelijk speurend naar klanten, is aan alle auto's, ook de door het gemeentebestuur erkende taxi's, verboden. Het bezigen echter van een kentee ken, dat een terugkeerende taxi „vrij" is, zal mogelijk zijn, doch uitteraard alleen aan der gelijke erkende taxi's. Aan „aanroepen van de zijde van het publiek" kan dus gevolg worden gegeven en wel op elk punt van den openbaren weg, maar practiseh alleen door die voertui gen, welke hetzij als stationneerbedrijf, hetzij anderszins door de overheid zijn erkend. HET VERHUREN VAN GEMEENTEGEBOUWEN. VOORTAAN NIET MEER AAN COMMUNISTEN. In de raadszitting van Woensdagavond heeft de burgemeester, de lieer C. Maarschalk me degedeeld, dat B. en W. besloten hebben geen gemeentegebouwen of terreinen meer beschik baar te stellen van de communistische en aanverwante partijen of vereenigingen, omdat zij het in strijd achten met het algemeen be lang een gemeentegebouw of een -terrein ter beschikking te stellen van hen die zich als voornaamste doel voor oogen stellen de daad werkelijke omverwerping der bestaande ge zagsverhoudingen, welke B. en W. juist ge roepen zijn te handhaven. Over deze verklaring werd breedvoerig ge discussieerd. Daarom verwijzen wij naar het uitvoerige' raadsverslag. Tenslotte werd met 20 tegen 9 stemmen een motie der communisten verworpen om den maatregel van B. en W. ongedaan te maken. Voor deze motie steden de communisten en de leden der S. D. A. P.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1933 | | pagina 3