MET BRANDPROCES
TE BERLIJN.
De Fransche wetenschappen in rouw.
Anti Joodsche betooging
in Haifa.
UIT HET BUITENLAND.
Na het uittreden van Duitschland uit den Volkenbond.
Norman Davis naar Amerika terug. Passieve houding
van Amerika en Japan ten opzichte van de Ont
wapeningsconferentie. Uit Berlijn: Overeenstemming
tusschen Duitschland en Rusland inzake het conflict
met de journalisten.
HET belangrijkste nieuws
GENEVE.
Maandagavond werd door de Amerikaan
sche delegatie medegedeeld, dat Norman Da-
yjg die de Amerikaansche regeering ter
ontwapeningsconferentie vertegenwoordigt,
reeds Woensdagavond de terugreis naar de
Vereenigde Staten zal aanvaarden en voor
loopt niet te Genève denkt terug te kee-
xen.
■Deze mededeeling heeft te Genève groot
opzien gebaard. Tot het vertrek van Norman
Davis is pas in de avonduren besloten na tal
van directe telefoongesprekken met de Ame
rikaansche regeering. Norman Davis heeft
zijn regeering het voorstel gedaan terug te
keeren en hij heeft vanavond daarvoor toe-
stemming gekregen.
Woensdag begeeft Norman Davis zich naar
parijs Vrijdag zal hij zich naar New-York in
schepen.
Van Amerikaansche zijde wordt er de na
druk op gelegd, dat het vertrek van Norman
Davis ten nauwste verband houdt met den
huidigen toestand ter Ontwapeningsconfe
rentie. Na het uittreden van Duitschland
uit den Volkenbond en het verlaten der Ont
wapeningsconferentie zouden de Amerika-
i een opklaring van den toestand in Eu-
_ra noodzakelijk achten. Onder deze om
standigheden wil Norman Davis door zijn
aanwezigheid geen druk uitoefenen op de
Europeesche mogendheden.
Norman Davis heeft in de laatste dagen
breedvoerige besprekingen gehad met den Ja
panschen ambassadeur Sato, waarin zekere
overeenstemming tusschen de Amerikaan
sche en Japansohe regeering werd bereikt in
zoo verre, dat onder de huidige omstan
digheden een zekere passieve houding dezer
beide groote mogendheden bij den huidigen
stand der Ontwapeningsconferentie doelma
tig schijnt.
De Amerikaansche regeering zal zich ter
Ontwapeningsconferentie laten vertegen
woordigen door haar gezant te Bern, Wil
son, die evenwel niet over uitgebreide vol
machten beschikt.
DUITSCHLAND.
Officieel wordt te Berlijn medegedeeld:
Nadat het bekende journalistenconflict in
den laatsten tijd herhaaldelijk een voor
werp van diplomatieke besprekingen tus
schen Duitschland en Sovjet-Rusland had
gevormd, heeft over deze aangelegenheid
rt geleden een bespreking plaats gehad
sschen den rijksminister van buitenland
se zaken, Freiherr von Neurath en den
ussischen ambassadeur, Sjintsjoek. Daarbij
overeenstemming bereikt over de bijleg
ging van het conflict.
Uitgangspunt en basis van de overeen
stemming is het accoord der beide regeerin-
gen over het punt, dat de uitoefening der
wederzijdsche betrekkingen onaangetast
most blijven door het onderscheid der re
geringssystemen in de beide landen. De
journalisten der Sovjet Unie zullen hun
werkzaamheden in Duitschland en de Duit-
sche journalisten hun werkzaamheden in
de Sovjet Unie weer uitoefenen. In opdracht
van den senaatspresident zullen de verte
genwoordiger van het Tass-agentschap en de
vertegenwoordigster van de Iswestija toe
gangskaarten krijgen voor het rijksdag
brand proces.
Engels
Internationale conferentie voor
hulpverleening aan de Joden.
Het vraagstuk van de hulpverleening aan
de Duitsche Joden wordt thans overwogen
door een internationale conferentie, welke
deze week te Londen gehouden wordt en
waaraan gedelegeerden van Joodsche organi
saties uit de meeste Europeesche landen en
Amerika deelnemen.
Nederland wordt, aldus verneemt de Tel.
uit Londen, vertegenwoordigd door prof. D.
Cohen uit Amsterdam en mevr. Van Thyn.
In de onder voorzitterschap van den heer
Neville Laski gehouden openingszitting wees
deze op de ernst van het probleem der Jood
sche vluchtelingen uit Duitschland. Dit aan
tal wordt thans geschat op 65.000, waarvan
25.000 zich in Frankrijk bevinden, 6500 in
Palestina, 45U9 in Polen, 4000 in Cecho-
slovakije, 2500 in Nederland, 2500 in Enge
land en 2000 in België en Zwitserland elk.
De overige 16.000 zijn over de geheele
wereld verspreid.
Ongeveer 8000 van deze vluchtelingen zijn
geheel van middelen verstoken en dezen wor
den ondersteund door de verschillende vluch
telingencomité^. In verschillende landen is
thans reeds een bedrag van 525.000 pond ver-
Turkije.
De herdenking van de stichting
der republiek.
V. D. meldt uit Ankara:
Ter gelegenheid van den tienden verjaardag
van de stichtine van de Turksehe republiek
heeft Moestafa Kemel Pasja in tegenwoor
digheid van de groote Nationale Vergadering
het diplomatieke corps ontvangen.
In antwoord op de gelukwenschen van den
Doyen van het corps, de ambassadeur der
Sovjet-Unie, Socrit-sj, zeide Kemal onder an
dere; „Onze buitenlandsche politiek is nooit
afgeweken van de lichtlijnen, die de repu
bliek zich bij haar stichting heeft getrokken.
Ik zie de welvaart en de ontwikkeling van ons
land altijd slechts binnen het creatieve kader
der overige volken. Mogen onze regeeringen
°°hin de toekomst blijk geven van hun nauwe
saamhoorigheid."
Na afloop van de ontvangst werd een pafade
gehouden waaraan ruim 30.000 soldaten en
vele duizenden padvinders en padvindsters
deel namen. Ook hier hield Kemal Pasja een
rede, waarin hij zei, dat de grondslagen der
Turksehe republiek het heroïsme in de hooge
cultuur van he1- Turksehe volk en zijn dapper
leger moesten zijn.
Hij was ervan overtuigd, dat de beschaafde
wereld steeds meer zou inzien, dat het Turk
sehe volk verdiende, als een groote mogend
heid te worden behandeld.
De geheele stad was feestelijk versierd en
des avonds geïllumineerd.
Frankrijk.
Eerste kabinetsraad der
regeering-Sarraut.
De Fransche ministers hebben Maandag
middag hun eersten kabinetsraad gehouden
om de groote richtlijnen voor de regeerings
voorstellen uit te werken.
Maandagochtend heeft minister president
Sarraut het onderzoek naar den economi-
schen toestand voortgezet. Hij heeft o.m.
vertegenwoordigers van den bond van aan
nemers van openbare werken ontvangen
om zich met hen te onderhouden over het
plan der nationale outillage en de bestrijding
der werkloosheid. Voorts heeft hij geconfe
reerd met een vertegenwoordiger van de
Fransche exporteurs over de uitvoer mogelij k-
heden, terwijl hij ten slotte een bespreking
heeft gehad met den president van de Pa-
rij sche Handelsbamer, die tegelijkertijd
voorzitter is van den Raad van voorzitters
van Kamers van Koophandel in geheel
Frankrijk.
Dimitrof en Torgler tezamen gezien
BERLIJN, 30 Oct. (W. B.) Na de pau
ze deelt de president mede dat de rechtbank
geen bezwaar heeft het verzoek van ver
dachte Dimitroff in te willigen om de poli-
tie-foeambten van Henningdorf en het per
soneel van het asyl aldaar als getuigen te
hooren, ten einde te vernemen met wie v.d.
Lubbe daar contact heeft gehad en wat hij in
Henningdorf den avond van den 28sten Fe
bruari en den daarop volgenden nacht heeft
uitgevoerd.
Als volgende getuige wordt dan gehoord
dr. Ruppin, nationaal-socialistisch rijksüag-
lid, die mededeelt, dat hij op 27 Februari om
ongeveer 2 uur 's middags met de lift naar
de»2de verdieping is gegaan waar zijn werk
kamer ligt. Toen hij voorbij eenige commu
nistische werkkamers kwam, zag hij, dat die
kamers vol menschen waren. Hij hoorde ge
roezemoes van stemmen. Toen hij voorbij
was, ging een deur open en kwam een man
met donker haar en een grauw gezicht naar
buiten, die den anderen kant opging. Getuige
had de foto's der communistische afgevaar
digden nagegaan, maar onder hen dezen
man niet gevonden.
President: „Hebt u naderhand iemand
herkend?"
Getuige: „Neen."
De volgende getuige, Olga Derx, was als
stenotypiste werkzaam bij den secretaris van
de communistische fractie Kollnen.
President: „Een getuige heeft gezegd, dat
„op Dinsdagmorgen uit kamer 53a alle, niet
aan den Rijksdag behoorende voorwerpen
zijn verwijderd."
Get.: „Daar weet ik niets van."
Op verdere vragen van advocaat Sack ver
klaart zij beslist, dat zij slechts met een
schrijfmachine in kamer 53a heeft gewerkt.
De foto van v. d. Lubbe is aan get. voorge
legd; zij heeft hem niet herkend als een per
soon, die reeds in den Rijksdag geweest is.
O.M.: „Gij hebt gezegd, dat Torgler Maan
dag naar Chemnitz zou gaan."
Get.: „Dat had ik zoo gehoord."
O.M.: „Waarom is deze reis achterwege
gebleven?"
u-et.: „ik veronderstelde, omdat nij nier
wat te doen had in verband met de terug
gave van het materiaal."
In antwoord op vragen van dr. Teichert,
verklaart get., dat zij geen der Bulgaarsche
beklaagden ooit voor den brand gezien
neeit.
Beklaagde Dimitrof: „Hebt u bij Torgler
ooit vreemdelingen gezien, vreemdelingen in
het algemeen, niet alleen woeste Bulgaren
zooals Dimitrof?" (Vroolijkheid).
Get.: „Neen, ik heb er geen gezien".
Op een vraag van advocaat Sack verklaart
get., dat beide telefoontoestellen in de fractie
kamers 9 en 9b in den laatsten tijd vaak
slecht gewerkt hebben. Aan Torgler heeft zij
op den dag van den brand niets opvallends
bemerkt. Hij heeft er niet anders uitgezien
als steeds.
O. M.: „Zijn des Maandags in kamer 9 en
9b telefoongesprekken gevoerd?"
Get.: ,Ja, zooals altijd".
•O. M.: „De telefoon heeft dus gewerkt?"
Get.: „Ja".
Beklaagde Torgler maakt dan tegen ver
schillende getuigenverklaringen, welke de af-
geloopen dagen zijn afgelegd, bezwaar, en-
verklaart dat hij op 27 Februari het rijksdag
gebouw tusschen 11.50 's morgens en 8.20 des
avonds geen seconde verlaten heeft. Alle
andere mededeelingen moeten op een ver
gissing berusten.
Getuige Hartmann. beambte bij den Prui-
sischen landdag, deelt mee, dat zij den 27sten
Februari om 11 uur 's morgens afgevaardigde
Koenen met een metgezel in de lift aange
troffen heeft.
Toen zij bij de politie een foto van v. d.
Lubbe gezien had, was haar de gelijkenis van-
dezen met Kcenen's metgezel opgevallen. Met
zekerheid kan zij echter de identiteit van
beide pei'sonen niet constateeren.
V. d. Lubbe wordt met getuige geconfron
teerd die herhaalt dat zij niets met zekerheid
kan verklaren; toch gelooft zij niet, dat zij
zich vergist.
Dimitrof: .Getuige heeft steeds gezegd, dat-
zij het gevoel heeft gehad, dat het v. d. Lubbe
geweest is. Tegen een gevoel kan men niets
doen, maar hoe kan men zulk een gevoel
aanvoeren om te beweren, dat de metgezel
van Koenen, v. d. Lubbe was? Ik wil getuige
niet beleedigen, maar het lijkt mij, dat we
hier te doen hebben met een vrouwelijken
Bogun". (Vroolijkheid).
De president roept Dimitrof toe, dat hij
slechts vragen mag stellen en niet zulke uit
weidingen mag doen.
Getuige, dr. Dröscher, de medewerker van
getuige Weberstedt, verklaart, dat hij in den-
namiddag van den brand om 3 3/4 uur in den
rijksdag was. Bij het binnenkomen in de hal
had hij een sterke lucht geroken, een soort
Jaslucht, misschien benzine. Hij maakte den
portier daarop opmerkzaam en wees hem op
het gevaar van gasvorming.
De beambten stelden mij gerust, aldus gin;
getuige verder, en zeiden mij, dat het niets
bijzonders was.
President: „U hebt bij den rechter van in
structie iets meegedeeld over een persoon, die
gezien is door u".
Getuige: „Ik werd door den rechter van in
structie opgeroepen voor een verhoor. Toen ik
aankwam, zag ik daar verschillende personen
onder bewaking. Toen een dier personen mij
aankeek, schrok ik, en ik werd aan iets her
innerd, dat diepen indruk op mij gemaakt
had, zoodat ik in het bureau van den rechter
van instructie dadelijk ongevraagd zeide:
„Wat zijn dat voor Bulgaren daar buiten,
dat is toch Dimitrof uit Sofia, dien ik ken
van foto's en dien heb ik in het gebouw ge
zien". Ik herinner mij, dat ik hem boven op
onze étage met Torgler gezien heb. 0.a. zeide
ik, dat ik hem kende, omdat ik hem op foto's
van de daders van den aanslag op de kathe
draal van Sofia gezien heb".
President: „Inderdaad is een Dimitrof in
het proces wegens den aanslag op de kathe
draal veroordeeld. Die heette echter Stefan
en deze heet George. Stefan Dimitrof is bij
verstek ter dood veroordeeld. Gelijkt naar
uw meening die Dimitrof op dezen Dimitrof?
Get.: „Die gelijkenis is mij dadelijk opge
vallen al droeg hij ook als ik me niet sterk
vergis, op de foto een baard".
President: „Gelooft u dat het dezelfde per-r
soon is?"
G-et.: „Dat kan ik niet beslist zeggen, maar
ik ben er vrij zeker van".
President: „Hebt u in dezen man dengene
herkend, dien u in den Rijksdag gezien hebt?'
Get.: „Ja zeker, beslist. Torgler stond voor
de deur van zijn kamer en Dimitrof leunde
naast hem tegen den wand. Dat moet eenige
dagen voor den brand geweest zijn. Ik heb
beiden opgenomen en ergerde mij er over
dat een Duitsche afgevaardigde met een bui
tenlander onderhandelde.
President: „Hebt u hem toen reeds als den
dader van Sofia herkend?"
Getuige: „Neen, toen niet".
Dimitrof moet opstaan en de president
vraagt nog eens, of getuige, Dimitrof zeker
herkent.
Getuige„Ja".
Dimitrof: „Heel zeker?"
Getuige: „Heel zeker".
Dimitrof gaat lachend zitten. De president
wendt zich tot beklaagde en zegt dat zijn op
treden heel onbehoorlijk is. Als Dimitrof daar
op wil antwoorden, ontneemt de president
hem het woord.
President: „Wat heeft verdachte Torgler te
zeggen naar aanleiding van deze getuigenver
klaring?"
Torgler: „Ik heb lang er over nagedacht
met wien ik in het Rijksdaggebouw samen
geweest kon zijn, welke persoon men zou
kunnen verwisselen met Dimitrof. Alleen een
man van de Imprekor (een Russisch tele-
graafagentschap)die ik alleen bij den naam
Julius ken, komt in aanmerking voor die ge
lijkenis. Die bedoelde persoon had echter
niets te maken met mij, hij had alleen te
maken met Neubauer en Halle. Het is echter
waar dat ik ook wel eens met hem gesproken
heb. Hij is Hongaar of Oostenrijker en lijkt
wel wat op Dimitrof. Hij heeft echter een
voller gezicht.
Dimitrof: „Wanneer ik verklaar sinds 1921
nooit meer in den Rijksdag geweest te zijn en
dat ik Torgler voor het eerst in mijn leven te
Leipzig in de gerechtszaal heb gezien, dan is
dat de waarheid. Ik geloof dat hier een per
soonsverwisseling in het spel is. Ik moet
echter tevens zeggen dat alle nationaal-so-
cialistische oogen in dit proces door een don
kere bril zien. Daarom protesteer ik tegen die
verklaring".
De president ontneemt verdachte Dimitrof
het woord.
Torgler: „Ook ik wil verklaren dat ik nooit
met Dimitrof in het Rijksdaggebouw ben ge
weest en dat ik hem voor het eerst in de ge
rechtszaal te Leipzig heb gezien".
Het proces wordt dan verdaagd tot Dinsdag
Bij den dood van Paul Painlevé en Albert Calmette.
Hun belangstelling voor
Nederland.
(Van onzen Parijschen correspondent).
Anderen hebben er zich on get wij fed. mede be
last om in deze kolommen den levensloop te
schetsen van den politicus Paul Painlevé, van
den man die tot vijftien maal toe Fransch
minister was en die. vooral in de moeilijke
oorlogsjaren toen hij onder Clémenceau het
opperste legerbestuur moest hervormen zulk
een enorm ingrijpenden maatregel nam,
welke tenslotte tot de overwinding moest lei
den: de benoeming van Foch tot generalissi
mus. Wij. onzerzijds en vooral waar het
ons gegeven was om meermalen Paul Pain
levé te benaderen, evenals trouwens professor
Albert Calmette mogen hier in het kort
nagaan welke de - verdiensten zijn van
de beide geleerden, die we op denzelfden dag,
rnet slechts een droeve tusschenpooze van
één uur moesten verliezen.
Dat het ons gegeven was om beide emi
nente geleerden herhaaldelijk te ontmoeten
kwam, omdat heiden groote bewonderaars
waren van Nederland en dat zoowel Painlevé
als Calmette getrouw alle wetenschappelijke
experimenten in ons land, en speciaal in Lei
den volgden. Het enorme werk van een Lo-
rentz, van een Onnes, van een Keesom, van
een Hugo de Vries, het werd in spanning ge
volgd door Painlevé en Calmette. En wanneer
Madame Curie terugkeerde uit Leiden dan
waren zij de eersten om navraag te doen, om
te informeeren ..wat nieuws er onder de zon"
is. Héél het intellectueele leven van Neder
land stond m him volle belangstelling, en
daaruit kwam een ware sympathie voor ons
land voort.
Het is dan ook niet alleefi in parlementai
ren kring dat Parijs hedenochtend 't plotse
ling overlijden van Paul Painlevé met ontstel
tenis vernam. De ochtendbladen hadden wel
vermeld dat hij sedert enkele dagen bedlege
rig was (en dat Calmette sedert Vrijdag griep
had) maar niemand vermoedde dat de Fran
sche wetenschappen zoo wreed, in zulk een
kort tijdsverloop in rouw zouden worden ge
dompeld. In het quartier-Latin, rond en in
de Sorbonne, heerschte ontsteltenis. In lucht
vaart-kringen was de ontroering niet minder
groot. Het Institut Pasteur, zoodra men daar
het been gaan van Calmette vernam, liet da
delijk de gordijnen zakken ten teeken van
rouw. Van alle regeeringsgebouwen werd on
middellijk de vlag half stok uitgestoken;
reeds was het protocol in de weer voor een
officieel bezoek van rouwbeklag van den Pre
sident van de Republiek en van minister
president Sarraut.
Paul Painlevé was van bescheiden afkomst,.
Wars van elke grootdoenerij maakte hij er
nimmer een geheim van dat zijn vader een
eenvoudig teekenaar in een drukkerij was,
voor wien het een groote opoffering was om
ziin zoon, Paul, iets meer te laten leeren.
Maar al dadelijk onderscheidde hij zich on
het gemeenteschooltje van de Rue Dufour,
als buitengewoon helder van geest en uiterst
ijverig, zoodat hij met een studiebeurs naar
het lyceum Saint-Louis en van daar naar
Louis-le-Grand werd gestuurd. Painlevé, na
dat hij als nummer één zijn studies op het
lyceum heeft volbracht, gaat nu, weer met
een beurs naar de Ecole Normale Supérieure
(waar Herriot mede-leerling is) en legt zich
steeds meer toe op de studie van technische
vraagstukken. Hij vindt een bescheiden
plaats op een fabriek, maar hij vestigt in
wetenschappelijken kring zoo de aandacht op
zich, dat de Universiteit van Rijssel hem. als
hij nog geen dertig jaar is, aanbiedt om pro
fessor te worden. De Sorbonne laat hem maar
héél kort in het Noorden en nauwelijks en
kele maanden later volgt zijn aanstelling als
hoogieeraar aan de grootste Fransche uni
versiteit. In het buitenland heeft men met be
langstelling de studies van den jongen pro
fessor gevolgd en één Jaar later wordt hij
benoemd tot professor aan de universiteit
van Stockholm. In de geleerde wereld wordt
het een ware strijd om Paul Painlevé te „ver
overen". Zijn wetenschappelijke werken,
.Lecons sur l'intégration des équatlons de la
mécanique", „Lecons sur le frottement",
„Lecons sur la théorie des équations diffe
rentielies" trekken zoo zeer de aandacht dat
de Académie des Sciences hem als bewijs van
waardeering inschrijft als lid, als „Onsterfe
lijke".
De grootste verdienste van Painlevé is. dat
hij zich van het begin af aan met hart en
ziel toelegt op het vraagstuk van de lucht
vaart. In de lang voorbije jaren dat Wilbur
Wright zich bij Auvours oefent, is het Pain
levé die de aërodynamische wetten bestu
deert en de ..zwaarder-dan-de-lucht-theorie"
verdedigt. Hij is de eerste passagier van
Wright en van Farman. Ais jaren na dien,
prof. Einstein ziin opzienbarende relativi-
teits-theorie openbaart dan is het Paul Pain
levé die dadelijk naar den Duitschen geleer
de reist om persoonlijk met hem te soreken
met het doel om deze geweldige theorieën in
details te begrijpen en nader bekend te ma
ken.
We hebben zoo Juist een met zorg verbor
gen gehouden bericht vernomen: de jonge
keizer van Annam is ongeveer een maand
geleden gebeten door een hond, die bij nader
onderzoek alle symptomen van dolheid had.
In allerhaast werd de monarch naar Saigon
vervoerd om daar op het Institut Pasteur te
worden behandeld. De keizer is thans volko
men genezen. En de stichter-oprichter en
eerste directeur van het Instituut te Saigon
was Professor Calmette. Hij verricht-te daar
in de verre kolonie zulk een enorm werk, dat
het Institut hem in 1899 naar Oporto zond
om aldaar de pest-bestrijding te bestudeeren.
Wonderlijke coïncidentie: ook nu weer v/as
Rijssel de eerste Fransche stad die den ge
leerde aanzocht om daar te komen en de lei
ding op zich te nemen van het anti-tuber
culose instituut en later van het sanatorium
van Montigny. Maar de hoofdstad eischt de
groote mannen op en Albert Calmette wordt
benoemd tot onder-directeur van het Insti
tut Pasteur.
In tegenstelling slechts met Painlevé (met
i wien hij trouwens zeer bevriend was) heeft
Calmette zich nimmer met de politiek willen
bemoeien; de droeve herinnering aan den
moord op zijn broer den directeur van de
Figaro, aan den vooravond van den oorlog,
was niet vreemd aan dezen afkeer. Zijn eeni
ge distractie was om samen met zijn vriend
Painlevé 's avonds naar een goed concert in
de Salie Pleyel te gaan.
FRANSCH VLIEGTUIG MET EEN
VOGEL IN BOTSING.
PARIJS. 30 October (V. D.) De Fransche
vlieger de Verneilh en diens mecanicien zijn
Maandagochtend bij een vliegtuigongeluk in
de buurt van Dijon om het leven gekomen'.
De radiotelegrafist is min of meer ernstig
gewond.
De Vemeilh was Zaterdag met een 3 moto-
rig vliegtuig „Biarritz" uit Tunis te Dijon aan
gekomen en Maandagochtend van Dijon ge
start naar Parijs. Om 10 uur 13 meldde hij
draadloos, dat aan boord alles wel was. Daar
na hoorde men eenigen tijd niets van hen.
Toen werd bekend dat De Verneilh met zijn
toestel in den mist tegen een vogel opge
vlogen was, welke botsing het noodlottige
gevolg zou hebben gehad. Aan boord bevon
den zich drie personen.
Hoewel ongelukken met vliegtuigen als ge
volg van het aanvliegen van zeer groote Al
penvogels tot de zeldzaamheden behooren, is
het niet uitgesloten, dat bij een dergelijke
botsing de schroef en de motor van een
vliegtuig worden vernield. Tot- nu toe was
dat evenwel nog slechts het geval met lichte
sportvliegen.
Algemeene staking in Damascus
uitgebroken
Doodenaantal tot 33 gestegen.
BIJ TURKIJE'S JUBILEUM. De president Moestafa Kemal Pasja en zijn paleis te Angora
JERUZALEM, 30 October (V.D.) De span
ning in Palestina duurt voort. Het aantal doo-
den bij de onlusten is gestegen tot 33.
Op een vergadering van het Arabische Exe
cutieve Comité is overwogen bij den Volken
bond te protesteeren. Alle poorten van Jeru
zalem worden door de politie, welke niemand
laat binnenkomen of vertrekken, bewaakt.
Engelsche onderdanen zijn opgeroepen om
politiediensten te verrichten.
Te Haifa is de opwinding onder de Arabie
ren zeer groot. Bij een straatbetooging werd
Maandag, evenals in 1929 geroepen: „Doodt
de Joden". Een deputatie van Arabische vrou
wen is door den Hooge Commissaris ontvan
gen. Zij hebben geprotesteerd tegen het bloed
vergieten.
De algemeene staking duurt nu reeds drie
dagen onafgebroken voort. Alle Arabische
winkels zijn nog steeds gesloten.
Ook te Damascus, de hoofdstad van het
Fransche mandaatgebied Syrië is een alge
meene staking geproclameerd ten teeken van
sympathie met de Palestinensische Arabieren.
In alle moskeeën t-e Damascus zijn de bij de
onlusten gedoode Arabieren herdacht. De
Fransche autoriteiten hebben alle Arabische
bladen verboden.
Het Deensche schip „Polnia", waarmede 900
Joodsche emigranten zich naar Palestina wil
len begeven, moest op last der Palestinen
sische autoriteiten koers zetten naar Egvote.
De Egyptische regeering zou den Joden even
min toestaan te debarkeeren.
De groote feestelijkheden, welke Dinsdag
zouden plaats vinden ter gelegenheid van de
opening van de nieuwe haven van Haifa zijn
EEN INTERNATIONALE
CONFERENTIE TE TOKIO?
V. D. meldt uit Tokio:
Volgens uit Foekoei ontvangen persberich
ten is generaal Araki, de minister van Oorlog,
die thans aldaar vertoeft in verband met de
groote militaire manoeuvres, voor de bijeen
roeping van een internationale conferentie
te Tokio vóór het jaar 1935 ten eind:
1) Een duurzamen vrede in het Verre
Oosten te vestigen;
2) De vlootverdragen te herzien;
3) Het negenmogendheden verdrag hl
overeenstemming te brengen met de werke
lijke toestanden in het Verre Oosten en
4) Een niet-aanvalspact met Rusland tot
stand te brengen.
Indien de voorstellen vasten vorm zullen
aannemen, zullen uitnoodigingen worden ge
zonden aan Engeland, Amerika, Frankrijk,
Italië, Duitschland, Nederland, Rusland,
Siam, ïndië, Afghanisten en Mandsjoekwo.
VOETBAL
FABRIEKSCOMPETITIE.
V.G.fi. I—POLAK EN SCHWARTZ. (0—0).
V.G.S. I bond Zaterdagmiddag j.l. den
strijd aan tegen Polak en Schwartz. (Lak
fabriek Zaandam). Van der Lëe (V.G.S.),
die geruimen tijd niet van de partij is ge
weest. had weder de voetbalschoenen aan
getrokken, doch verleerd was hij het nog
niet, wat zeer dikwijls bleek in zijn mooie
afgemeten voorzetten.
Het spel gaat op en neer: aan beide kan
ten corners en eenige vrije schoppen, doch
doelpunten blijven uit. Vel krijgt eenige
prachtige kansen; hij benut deze niet. Rust
gaat in met gelijk spel.
Na de thee is V.G.S. het eerste kwartier
veel sterker. Vel, die weder een kans krijgt
voor open doel, wordt op het laatste oogen-
blik gehinderd.
Stals speelde een sublieme partij. Het ein
de is in het zicht en nog steeds is de score
blank. Aan weerszijden' wordt de laatste mi
nuten gestreden om het winnende puntje.
Dit blijft echter uit.
Scheidsrechter Bierman leidde dezen
wedstijd.