doel (*d HET NIEUWE AVONDBLAD De verbetering van bet Noordzeekanaal. Indien gij nog niet zijt geabonneerd op de Um uider Courant '18e JAARGANG No. 361 VRIJDAG 5 JANUARI 1934 IJMUIDER COURANT ABONNEMENTEN: per week 10 ets., per maand 40 cents plus 2y2 cents incasso, per kwartaal 1.20 plus 5 cents incasso, losse nummers 3 cents. Kantoor: Kennemerlaan 42 - IJmuiden - Telef. 521 Verschijn! dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Uitgave Lourens Coster, Maatschappij voor Courantuitgaven en Algemeene Drukkerij N.V. Directie.- P. W. PEEREBOOM en ROBERT PEEREBOOM ADVERTENTIEN: 1—5 regels f 0.75. Elke regel meer 15 ct. Bij abonnement belangrijke korting. Adverten ties van Vraag en Aanbod 1-3 regels 25 ct., elke regel meer 10 ct. Ingezonden mededeeiingen dubbele prijs. ALLE ADVERTENTIëN, OPGEGEVEN VOOR DIT BLAD WORDEN KOSTELOOS OPGENOMEN IN DE NEVEN-EDITIE HET NIEUWE AVONDBLAD DE KENNEMER COURANT. Alle abonnés van dit blad zijn, zoodra zij 14 dagen als zoodanig in de registers zijn ingeschreven en verder op voorwaarden, die van tijd tot tijd gepubliceerd en ten kantore van dit blad gratis verkrijgbaar zijn. kosteloos verzekerd tegen de gevolgen van ongevallen voor de navolgende bedragen: f 2000.bij algeheele invaliditeit; 600.bij overlijden; 400bij verlies van een hand, voet of oog; 250.bij verlies van een duim; 150.— bij verlies van een wijsvinger; 100.bij breuk van boven- en/of onderarm; 100.bij breuk van boven- en/of onderbeen; 50.bij verlies van een anderen vinger. Tenge volge van spoor-, tram- of autobusongeval; 5000.— bij overlijden van man en vrouw beiden; 3000.bij overlijden van den man alleen; 2000.bij over lijden van de vrouw alleen. Opvarenden van visschers-, marine-vaartuigen enz. 400.bij verdrinkingsdood door ongeval tijdens de vaart, tot een maximum van 2000indien hetzelfde ongeval den dood van vijf of meer abonnés mocht tengevolge hebben. Alleen de abonné(e) zelf is verzekerd, behoudens het vermelde omtrent spoor-, tram- of autobusongevallen. Polis is niet noodig. Uitkeeringen krachtens deze verzekering worden gewaarborgd door de Nieuwe H.A.V.-Bank te Schiedam. IJMUIDEN. Het vraagstuk der oeververbinding. De Rijkswaterstaat zweert bij bet pontveer, maar waarom geen brug of tunnel? Een vloot van vijf of zes ponten dreigt de scheepvaart te heiemmeren. Zooals wij gisteren reeds hebben gemeld, zal 19 Januari a.s. door den Rijkswaterstaat worden aanbesteed het leveren van drie stoomponten. met toebehooren voor het Noordzeekanaal. Het zullen, zooals welhaast van zelf spreekt, vrijvarende ponten worden en wel van hetzelfde type als de thans in Velsen in dienst zijnde. Met deze aanbesteding wordt weer eens de aandacht gevestigd op de kwestie van de verbetering van het Noordzeekanaal en alles wat daarmede verband houdt. Zooals bekend, is men reeds gedurende vele jaren bezig, de bodembreedte van het kanaal te brengen van 50 op 75 M., opdat het kanaal met zijn tijd mee blijft gaan, dw.z. bevaarbaar blijft voor de groote zeeschepen, die de oceanen door klieven. Met de verbeteringswerken is men thans zoover, dat de oeverwerken en andere kunst werken, als aanlegsteigers enz. gereed zijn. Dat van de kanaalverbreeding voor den leek zoo weinig te zien is komt, doordat de bag- gerwerken nog moeten worden uitgevoerd. Zijn wij goed ingelicht, dan zullen deze wer ken in den loop van dit jaar worden uitge voerd. Het struikelblok. Het bovenstaande geldt niet voor het ge deelte van het kanaal, dat is gelegen tus- schen het pontveer en de spoorbrug. Dit deel is als het ware te beschouwen als het strui kelblok in de uitvoering der kanaal/werken. Vreemd is dit niet, immers heeft men hier te doen met drie kwesties; de oplossing van elk dezer vormt een belangrijk: en moeilijk vraagstuk, dat de ingenieurs heel veel hoofd brekens heeft gekost. Welke deze kwesties zijn? We hebben er reeds eerder het een en ander over gezegd: over het verplaatsen van de pont, het ver- breeden van het kanaal voor de papierfa briek, zoodanig dat de industrie haar werk onbelemmerd kan voortzetten en over de spoorbrug. Deze drie kwesties zijn onafschei- denlij k van elkaar; als men een er van ter hand neemt, kunnen de andere niet onge daan blijven. Het schijnt, dat thans ook deze plannen, waaromtrent wij vroeger al eens het een en ander mededeelden, vastgesteld zijn. Die van de spoorbrug en de verbreeding van de pa pierfabriek zijn nog gehuld in een waas van geheimzinnigheid. Van de spoorbrug weten we alleen, dat het de bedoeling is, er nog een doorvaartopening bij te leggen. Van het pont veer zijn wij echter in staat, het een en an der mede te deelen. Groote uitbreiding van het pontveer. De richting van den nieuwen weg Haarlem Velsen geeft reeds aan, dat het pontveer Oostwaarts verlegd zal worden. Het veer zal komen ongeveer op de plaats van den loswal der gemeente, welke loswal natuurlijk ver dwijnt. Ten behoeve van de binnenscheep vaart wordt ten Oosten van de nieuiwe pont havens een haven aangelegd. Hierdoor wordt voorkomen dat de schepen in het 'kanaal moeten laden of lossen. Ze zullen in de toe komst rustig in het haventje vastgelegd kun nen worden. Hiermede zal in een lang ge- koesterden wensch worden voorzien. Het pontveer zal echter belangrijk uitge breid worden, opdat in de toekomst met meer dan drie ponten tegelijk gevaren kan wor den. De nieuwe steigerinrichting zal van dien aard worden, dat met vijf a zes ponten tege lijk gevaren kan ivorden. Dat kan dus een drukte worden op het Noordzeekanaal wan neer eenmaal de plannen tot uitvoering zijn gekomen en de drukte langs den weg het noodzakelijk maakt, dat de veerdienst op volle capaciteit gaat werken. Waarom geen brug of tunnel? Het zal bij velen ongetwijfeld verwondering baren, dat men bij den Rijkswaterstaat zoo angstvallig vasthoudt aan het pontveer als middel der oeververbinding. Dit is nog des te meer te verwonderen, omdat overal elders in ons land de regeering er op uit is, de pont diensten te doen verdwijnen en te vervangen door vaste bruggen. Vooral in Velsen met het drukke scheepvaartverkeer moet het als zeer ongewenscht worden beschouwd, dat de ka naalkruising door groote losvarende ponten, thans reeds zoo hinderlijk, intensiever wordt en wel zoodanig, dat bij vollen dienst steeds twee of drie ponten op weg zullen zijn van den eenen oever naar den anderen. Men denke zich eens in, welke obstakels dit kun nen zijn voor de scheepvaart en omgekeerd welk een beletsel het zeeverkeer oplevert voor een regelmatig verkeer van oever tot oever. En dan is ook de financieele kant van het vraagstuk zeer belangrijk. De uitbreiding van den veerdienst eischt een aanzienlijke uit breiding van het personeel, aanschaffing van nieuw en kostbaar materiaal en daar door verhooging van de kosten voor rente en aflossing. Het legt groote lasten op de ge meente voor bewaking en de kosten voor het wachten der autobestuurders enz. zijn niet bij benadering te schatten evenmin als de kosten, veroorzaakt door stagnatie van het scheepvaartverkeer. En het is juist deze fac tor die doet vermoeden, dat de gemeente Amsterdam, die een groot deel van de kosten der kanaalverbetering betaalt en als eerste belanghebbende te beschouwen is, wel een hartig woordje zal meespreken als de tijd daar is, dat er zal worden beslist over de kwestie der oeververbinding. De oplossing van het vraagstuk der oever verbinding, een oplossing die als afdoende beschouwd kan worden, is nog altijd een tun nel, of voor het geval tunnelbouw te duur mocht zijn een brug, waar de schepen zon der het tuig te strijken kunnen passeeren. Een dergelijke brug zou een vrije doorvaart- hoogte moeten hebben van 50 a 60 M. en in verband daarmede aan weerskanten opritten van 1500 a 2000 M. lengte. Dit is thans, door dat het vrije veld ten N. en ten Z. van het kanaal ruimte hiervoor biedt, nog uitvoer baar; wanneer eenmaal de bebouwing zich tot het polderland gaat uitbreiden, want aan de Noordzijde, vooral na gereedkoming van den aansluitingsweg is hgt maken van een brug uitgesloten. Het vraagstuk der oeververbinding is onge twijfeld een moeilijk vraagstuk, een vraag stuk dat men voor het geheele kanaal als één geheel moet zien. De drukte wordt steeds grooter, zoowel te Velsen als in Buitenhui zen, waar de nieuwe wegen steeds meer ver keer zullen trekken, als te Zaandam. Alleen een tunnel, of desnoods een brug kan een afdoende oplossing brengen. Wij willen tenslotte nog opmerken, dat zoo wel brug als tunnel bestemd zijn voor het doorgaand verkeer. Voor het locale verkeer zal in elk geval het in de vaart houden van een kleine pont noodig zijn. DE ONDERHANDELINGEN IN HET VISSCHERIJBEDRIJF. EEN RUMOERIGE VERGADERING. De vergadering die gisteren door de IJmuider Federatie in Thalia was belegd, was druk be zocht. De aanwezige zeelieden waren zeer ontstemd over de voorstellen der Reeders in zake de loonsverlaging en het bestuur werd geen critiek gespaard -over het feit, dat het op deze voorwaarden onderhandelingen had gevoerd. Velen gaven er de voorkeur aan, de staking te proclameeren. Een door het bestuur opgestelde motie werd tenslotte in stemming gebracht. De stem ming mislukte echter, omdat het grootste deel der leden vóór de stemming de vergadering had verlaten. CONCERT „CRESCENDO". GEVARIEERD PROGRAMMA. In het Thalia Theater gaf de Oud-Katho lieke Zangvereeniging „Crescendo" onder lei ding van haar directeur den heer Joh. Tol haar we zouden haast zeggen „traditioneel" winterconcert. Want deze uitvoeringen zijn in de O. K. zangerswereld langzamerhand 'n tra ditie geworden, welke het publiek, te oordeelen naar den luiden bijval bij de vele nummers van het royale programma, niet graag meer zou willen missen. De gezellige, huiselijke sfeer waarin „Crescendo" concerteert draagt daartoe veel bij. De vice-voorzitter van het koor de heer K. Wijker heette de in goeden getale opgekomen Dit blad is verreweg het goedkoopste en heeft de hoogste gratis ongevallenverzekering. De abonnementsprijs bedraagt slechts een dubbeltje per week! Onze lezers zijn tegen ongevallen verzekerd tot een bedrag van vijf duizend gulden! Profiteert zonder uitstel van deze belangrijke voordeelen. De IJMUIDER COURANT geeft MEER voor MINDER geld. Zendt nog heden onderstaand biljet ingevuld aan ons kantoor KENNEMERLAAN 42, IJMUIDEN. Ondergeteekende wenscht zich te abonneeren op de IJMUIDER COURANT per week (10 cents) per maand (40 cents) per 3 maanden (120 cents) adres: Doorhalen wat niet wordt verlangd. belangstellenden hartelijk welkom. Crescendo, dat (vergissen wij ons niet) een flinke versterking in ledental heeft onder gaan, zong ter inleiding den Avondzang van P. v. d. Roovaart en het bekende Domine Salvam Fac van Giesen, dat door het opdrij ven der sopranen niet zeer welluidend werd gezongen. Men hoede zich voor te luid zingen, iets waar de tenoren zich nog wel eens aan schuldig willen maken, terwijl dit register toch bevredigend bezet is. Het ensemble, dat zoowel in het vrouwen- als mannenkoor goed materiaal heeft staan heeft sinds haar vorig concert niet te ont kennen vorderingen gemaakt en doet, gezien de prestaties van dit concert nog veel ver wachten. Directeur Tol, die als van ouds zeer muzikaal leidde, laat goed genuanceerd zingen, terwijl ook de uitspraak zijn volle aandacht heeft. Toch is men ons inziens nog te veel naar het forte georienteerd, iets dat thans, nu Cres cendo zoo uitstekend bezet is, niet meer noodig is. Zeer goede kwaliteiten gaf ons Abt's Avond lied, terwijl ook Ons Lied van de Zee frisch en goed aangevoeld gezongen werd. Hèt succes voor de uitvoering was wel Wierts' populaire compositie De Wilgen, dat den bijval oogstte, welk het terecht verdiende. Dit lang niet gemakkelijke werk heeft het koor er dan ook, mede door de stevige directie van den dirigent, zeer goed afgebracht. Een mondaccordeongezelschap bracht een aantal nummers ten gehoore. Er werd krachtig geapplaudisseerd, maar o.i. was dit meer dan het gezelschap verdiende. Wel verdient de leider allen lof voor het doorzettingsvermogen om zooiets tot stand te brengen. Jammer echter, dat men zijn energie niet geeft aan het bespelen van een muziek instrument, dat hoe eenvoudig ook, meer be vrediging geeft en waarmede men het dilet tantisme in de muziek meer dienen zal. Als bijzondere attractie bracht de avond een zeer geanimeerde Crescendo-verloting onder leiding van Pastoor Rinkel, een gevarieerde filmvoorstelling en een gezellig bal, welke ieder voor zich de stemming verhoogden. W. Het Noor&zeekanaal met 'de papierfabriek. DE HARINGVISSCHERIJ. De ruim 60.000 kantjes, welke de Reeders- vereeniging voor de Nederlandsche haring- visscherij tijdens het laatste gedeelte van de teelt-1932 door gebruikmaking van een Rijkscrediet van f 550.000 uit de markt had genomen, teneinde een prij zendebacle te voorkomen, waren reeds in Maart tot bevre digende prijzen van de hand gezet. Ook voor het overige was er bij het begin van de nieuwe teelt nagenoeg geen oude haring meer in voorraad. Dit kan als een gunstige omstandigheid beschouwd, worden. Anderzijds waren de vooruitzichten voor den afzet van het product echter verre van gunstig. In het begin moest deze, naar men weet, hoofdzakelijk in het buitenland plaats vinden. Verleden jaar heeft men in die periode de pekelharing daar tot vrij goede prijzen aan den man kunnen bren gen. De schepen waren toen echter vrij laat en aanvankelijk niet met de volle vleet uitgevaren en de vangsten waren voor dat deel van het seizoen toen zeer matig. Men vroeg zich echter met zorg af, wat er zou gebeuren, indien dit jaar de vangsten in dat jaardeel ruimer waren. In verband hiermede besloten de reeders ook dit jaar de visscherij niet te vroeg te beginnen. Een regeling werd gemaakt, krachtens welke op 9 Mei, 6 Juni, 26 Juni en 3 Juli telkens een vierde deel van de vloot in de vaart zou komen en tot 6 Juni niet de volle vleet ter visscherij zou wor den meegenomen. Slechts enkele reederijen hielden zich niet aan deze regeling. Verscheidene reeders achtten ook deze maatregel nog niet voldoende en drongen aan op regeeringssteun, hetzij door het ga randeeren van een deel van den koopprijs bij verkoopen aan Sovjet-Rusland, waarvan er reeds een had plaats gehad, hetzij in an deren vorm. Een plan om weder een rijks crediet te verleenen voor het uit de markt nemen van haring, die minder dan een be paalden prijs opbracht, kwam aanvankelijk niet tot uitvoering. De bedoeling was dat de maatjesharing, welke krachtens die re geling zou worden aangekocht, in koelhui zen zou worden opgeslagen en later als koelhuismaatjes hier te lande in den han del zou worden gebracht. Over het algemeen lieten de prijzen veel te wenschen over, vooral voor de volle ha ring. Tot October waren de vangsten daar bij niet groot, n.l. gemiddeld per reisdag voor de stoomloggers rond 1130 kg. en voor de motorloggers 1030 kg. In October ver anderde dit ten eenenmale: de gemiddelde reisdagvangst der stoomloggers was toen 3155 kg. en die der motorloggers 1980 kg. Als gevolg van deze veel ruimere vangsten daalden de prijzen evenwel op katastrofale wijze. Terwijl de gemiddelde waarde per 100 kg. tot October op f 11.90 (verleden jaar f 16.30) geschat kan worden bedroeg zij in October naar schatting f 8.05 (verleden jaar f9.70). In verband met deze daling van de prijzen werd van 17 tot 26 October te Sche- veningen geen afslag gehouden. De onderhandelingen met de regeering omtrent steunmaatregelen waren intusschen voortgezet, zonder evenwel erg te vlotten. Een moeilijkheid bleek, dat enkele reeders, die van het Rijkscrediet van het vorige jaar gebruik hadden gemaakt, in gebreke waren, gebleven, hun hieruit voortvloeiende gelde lijke verplichtingen na te komen. Deze aan gelegenheid werd ten slotte geregeld en op 10 November werden de belanghebbenden het met de regeering eens over een nieuwe steunregeling. Die regeling gold dit jaar al leen voor de Engelsche-wal-visscherij. Te vens werd echter den grondslag gelegd voor toekomstige regelingen. De Stichting welke werd opgericht, blijft n.l. voortbestaan en kan in de toekomst nieuwe credietmaatre- gelen met de regeering sluiten. Tot 27 December bedroeg de haringvoor- raad van de Stichting otngeveer 10.000 kantjes. Een andere belangrijke maatregel, welke met de steunregeling samenhangt, is, dat de regeering in het vervolg den datum van opening en sluiting van het haringseizoen zal vaststellen. Dit jaar deed zij dit reeds door het sei zoen op 4 December te sluiten. Alle haring schepen moesten dus op dien datum binnen zijn, om hun laatste pekelharing te lossen en het was verboden, na dien datum ver- sche haring, waarvan de aanvoer niet on der het verbod viel, aan den wal te zouten. De sluiting van het seizoen was niet over bodig. De totale aanvoer van gezouten ha ring werd dit jaar op 650.000 kantjes ge schat, terwijl hij het vorige jaar niet meer dan rond 544.600 kantjes bedroeg. Boven dien gaf de Kanaalvisscherij nog groote vangsten. Hoeveel ongunstiger dit jaar de uitkom sten der visscherij waren dan in 1932 en hoe noodig het dus was, dat er hulp kwam, kan wel hieruit worden afgeleid, dat de gemid delde reisdagbesomming tot November voor de stoomloggers geschat kon worden op f 175 tegen f 290 in het overeenkomstige tijdperk van 1932 en dat voor de motorlog gers dez-e bedragen respectievelijk f 166 en f 185 waren. Onder Nedelandsche vlag voeren 38 stoom- en 181 motorvaartuigen (verleden jaar 39 stoom- en 191 motorloggers) en onder Pool- sche vlag 4 stoom- en 19 motorloggers (ver leden jaar 4 stoom- en 4 motorlogger). Laatstgenoemde schepen voerden rond 60.000 kantjes, in 1932 rond 19.000 kantjes aan. De groei van dit gemengd Poolsch-Ne- derlandsche bedrijf is kenschetsend voor den ongunstige?! toestand van onze haring- visscherij. (Het Visscherij bedrijf.) S.S. „WATERLAND" GESTRAND. Tengevol&e van den mist uit de koers geraakt. DRIE SLEEPBOOTEN MET 2500 P.K. IN ACTIE. Het van New-Castle-en-Tynè naar Amster dam bestemde ss. Waterland van de Shipping and Coal Company, groot bruto 1107 ton en in 1915 gebouwd, is gisterenavond 6 uur 1 1/2 K.M. bezuiden de Zuidpier aan den grond, geloopen. Het vaartuig, dat geladen is met steen kolen was door den aanhoudenden dikken mist eenigermaté uit den koers gezet. Door de zware mistbanken was het vaar tuig van den wal af eerst niet. waarneem baar, doch door het afsteken van vuurpijlen en het geven van signalen op de stoomfluit werd de aandacht van de kustwacht getrok ken. Op het bericht van de stranding voeren onmiddellijk de sleepbooten Nestor en Sten tor van Bureau Wijsmuller uit, van wier diensten de kapitein van de Waterland met het oog op het verwachte slechte weer uit het Zuidwesten en het vallend water besloot gebruik te maken. De sleepbooten trachten een verbinding met het gestrande schip middels de eveneens ter assistentie uitgevaren reddingboot Neel- tje Jacoba tot stand te brengen, teneinde zoo spoedig mogelijk met het lossleepen te be ginnen. Dat de Waterland, die bij hoog water ge strand is, zich op deze open plek in een ge vaarlijke positie bevindt, bleek wel uit het feit, dat de Neeltje Jacoba ten gevolge van de zware deining en de talrijke ondiepten niet langszijde komen kon, zoodat men een vlet als comminucatiemiddel gebruiken moest Door dat de vooruitzichten van het weer ongunstig waren en het schip namiddernacht tevens begon te werken besloot bureau Wijs muller meer sleepkracht te ontbieden. De hulp werd ingeroepen van de in Den Helder gestationneerde sleepboot Drente die full speed van Den Helder vertrok en hedenmor gen half zes op de strandingsplaats arri veerde. Ook de Drente bracht onmiddellijk een sleeptros op de Waterland uit, zoodat binnen korten tijd met 2500 I.P.K. getrokken werd. Nader vernemen wij, dat het gestrande s.s. Waterland hedenmorgen bij hoog water is vlot gesleept. Het stoomschip is inmiddels hl IJmuiden binnen gekomen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1934 | | pagina 1