DALADIER BEHAALT DE
MEERDERHEID.
CRITIEKE DAGEN TE PARIJS.
buitenland.
Driemaal de vertrouwenskwestie gesteld.
Heftige scènes op straat.
Verscheidene doodengroot
aantal gewonden.
PARIJS, 6 Februari (V. D.) Er heerschte
feen nerveuse spanning vanmiddag toen de
regeering-Daladier zicli aan het parlement
voorstelde. Toen de regeering de zittingszaal
binnenkwam werd zij door de afgevaardigden
der linkerzijde toegejuicht, terwijl afgevaar
digden der rechterzijde opmerkingen maak-
ten.
Minister president Daladier betrad direct
het spreekgestoelte en las de regeeringsver-
klaring voor. Hierbij werd hij herhaaldelijk
van rechts geïnterrumpeerd, terwijl de lin
kerzijde dan met bijval antwoordde.
Enkele malen moest Daladier zijn redevoe-
rng even onderbreken, éénmaal was het
rumoer zelfs zoo groot, dat de president der
Kamer zich genoodzaakt zag de zitting te
schorsen nog voordat de premier zijn ver
klaring had afgelegd.
Na de hervatting der zitting kon de minis
ter-president zijn redevoering beëindigen.
De socialisten hebben in hun heden ge
houden fractiezitting besloten vóór de re-
geering-Daladier te stemmen. Zij hebben alle
door hen ingediende interpellaties terugge
nomen. Léon Blum zal slechts de houding
van zijn groep'vóór de stemming uiteenzetten.
Voor de regeling van de orde op straat zijn
extra maatregelen genomen. Niemand mag
zich in de buurt van het Kamergebouw op
houden, tenzij hij in het bezit is van toe
gangsbewijzen voor de Kamer.
Nadat de regeeringsverklaring in de Kamer
was voorgelezen maakte de president van de
Kamer bekend, welke interpellaties waren
ingediend.
De minister-president verklaarde accoord
te gaan met de directe behandeling der in
terpellaties van Dommange, Ibarnegaray en
Franklin Bouillon, zoomede met die van de
communisten, terwijl hij de verdaging eischte
van alle andere interpellaties. Aan dit voor
stel verbond Daladier de kwestie van ver
trouwen.
De Kamerpresident kondigde hierop aan,
dat een voorstel was ingediend ter zake van
hoofdelijke stemming. Aangezien hij evenwel
de door dit voorstel vereischte handteeke-
ningen niet kon lezen, moest de zitting even
worden onderbroken.
Na de hervatting der zitting verklaarde
Bouisson, dat het voorstel reglementair is en
om vier uur begon de stemming, welke on
geveer 45 minuten in beslag nam.
Nog nimmer is een regeeringsverklaring
onder zulke onrustige omstandigheden voor
gelezen als die van Daladier vanmiddag.
Eenige afgevaardigden hebben geroepen:
Vive Chiappe, terwijl de socialisten en com
munisten zijn arrestatie eischten.
Toen vervolgens afgevaardigde Henri Haye
persisteerde bij zijn voorstel hoofdelijk te
stemmen over de toelatng van zijn interpel
latie, doch Daladier ter vermijding van over
bodig tijdverlies voorstelde de behandeling
van alle interpellaties te verdagen brak een
ontzettend rumoer uit.
Tardieu betrad hierop het spreekgestoelte,
doch hij kon niet aan het woord komen.
Den president bleef niets anders over dan
de zitting opnieuw te schorsen.
Na een korte pauze werd de zitting voort
gezet.
Tardieu protesteerde tegen de door den
minister-president voorgestelde verdaging-
van alle interpellaties. Hij werd- tijdens zijn
toelichting voortdurend geïnterrumpeerd.
Hierop werd overgegaan tot stemming over
het voorstel te verdagen. De minister-presi
dent had opnieuw de kwestie van vertrouwen
gesteld.
De premier zeidie o.m. in zijn verklaring:
Daladier's verklaring.
„Sedert een maand heeft het schandaal
dat uit eenige individueele zwakeheden is ont
staan, het werk van de Kamer verlamd, de
partijen tegenover elkaar gesteld, het land
gedemoraliseerd en de tegenstanders van de
regeering gelegenheid te geven aanvallen te
hervatten, die de waakzaamheid der repu
blikeinen in het verleden kon afslaan.
Wij kunnen slechts uit deze atmospheer.
waarin men niet ademen kan, komen, wan
neer wij met moed en energie volledige klaar
heid brengen.
Tegenover het onrustige en verdeelde
Europa bevestigen wij opnieuw den wik tot
vrede en veiligheid van Frankrijk, welke po
litiek in twee begrippen lean worden samen
gevat: Internationale samenwerking en na
tionale arbeid, trouw aan den Volkenbond en
onze beproefde vrienden. In het bewustzijn,
dat Frankrijk een te ondubbelzinnig bewijs
van zijn streven naar vrede heeft geleverd
dan dat het iets van het oordeel der volkeren
te vreezen zou hebben, zullen wij noch uit
blindheid, noch uit zwakheid de verantwoor
delijkheid op ons nemen, ons land te zamen
met geheel Europa in nieuwe rampen te laten
lijden. De vrede is een ideaal. Het is niet vol
doende dit ideaal slechts te wenschen, doch
men moet het met eerlijk werken verwezen
lijken.
In moeilijke tijden hebben onze groote voor
vaderen de energie gehad de democratische
methoden te handhaven. Thans moeten de
vereenigde republikeinen hun voorbeeld vol
gen wanneer zij den bloei van «eït der wei
nige nog in vrijheid geregeerde landen, die
op de wereld zijn overgebleven, willen ver
zekeren. In het belang van het vaderland
doen wij een beroep op uw eensgezindheid".
Daladier in de
meerderheid.
PARIJS, 6 Februari. De Kamer heeft in
haar zitting van heden de door den minister
president Daladier aan het voorstel tot ver
daging van alle interpellaties, behalve die
van Dommange, Ybamegaray, Franklin
Bouillon en de communisten, verbonden
kwestie van vertrouwen goedgekeurd met 283
tegen 196 stemmen.
De Kamer heeft daarop met 322 tegen 264
stemmen haar vertrouwen uitgesproken in
de regeering Daladier. Om half negen pl. tijd
werd begonnen met de stemming over uit
stel 'der behandeling van alle interpellaties.
De regeering had bij dit voorstel opnieuw de
kwestie van vertrouwen gesteld. Zij bleef op
nieuw in de meerderheid en wel met 360 te
gen 220 stemmen.
De Kamer is verdaagd tot Donderdag.
De betoogingen beginnen weer.
PARIJS, 6 Febr. CV.D.) Op de Place de la
Concorde hebben de betoogers hedenavond
een autobus in brand gestoken. Die ruiten van
de autobus werden ingeslagen en de glasscher
ven benut als projectielen tegen de politie. Aan
beide kanten vielen gewonden. Verschillende
manschappen van de garde répuiblicaine
moesten zich met ernstige hoofdwonden on
der geneeskundige behandeling stellen. Ook
verschillende paarden werden gewond.
Over de geheele linie werd de politie terug
gedrongen. Teneinde de menigte te beletten
de brug, die naar de Quay d'Orsay leidt te
overschrijden en zich naar de Kamer te bege
ven, bood zij de opdringende massa krachtig
tegenstand en zag zich tenslotte genoodzaakt
van de vuurwapenen gebruik te maken. Tegen
acht uur werden een honderdtal schoten ge
lost. Afgevaardigden en voetgangers vluchtten
achter de groote ijzeren hekken van het Ka
mergebouw, welke onmiddellijk gesloten wer
den. Vele nieuwsgierigen namen de wijk in
het ministerie van buitenlandsche zaken.
De stemming is meer dan opgewonden, met
steenen, knupnels en zelfs met scheermessen
trekken de betoaeers od de oolitie af. Tal van
agenten van politie zijn gekwetst.
Slagveld op het Place
de la Concorde.
Tegen 21 uur 30 liepen de betoogingen op
het Place de la Concorde geleidelijk af. De
demonstranten trokken in lange rijen langs
de Madeleine, waar bereden garde républi-
caine verscheidene malen op de menigte in
reed om deze te verspreiden. De Place de la
Concorde biedt het uiterlijk van den daar
geleverden strijd. Op drie plaatsen branden
de overblijfselen van omgegooide auto's. Een
soort barricade, die de betoogers gevormd
hadden met uitgetrokken boomen en andere
voorwerpen strekt zich uit tot dicht bij de
brug. Af en toe ziet men een Roode Kruis
wagen met gewonden over het plein rijden.
Een paar ruiterlooze paarden galoppeeren
zonder zadel en teugels voort, totdat zij dooi
de politie gevangen worden. Het plein ligt
bezaaid met stukken ijzer, glassplinters en
steenen, die tot projectielen hebben gediend.
Het ministerie van marine op den hoek van
de Place de la Concorde en de Rue Royale
vertoont nog de sporen van een bestorming,
verscheidene ruiten zijn vernield. Terwijl een
golvende menigte de politie handen vol werk
geeft op de place de la Madeleine, rukt van de
groote Boulevards een nieuwe stoet oudstrij
ders op, wier vlaggen door de massa juichend
worden verwelkomd. Luid schallende spreek
koren juichen ononderbroken: „Vive Chiap
pe".
Voor het Théatre des ambassadeurs is weer
een autobus, de derde reeds, in bra-nd ge
stoken. Op de CShamps Elysêes demonstreeren1
oud-strijders en camelots du roi, de eersten
dragen blauw-wit-roode vlaggen en opschrif
ten mee. Een straatredenaar verklaart: „Wij
willen geen partijen meer, wij willen geen be
driegers in de Kamer. Wij willen slechts één
éénig Frankrijk zijn, zooals wij zouden zijn,
wanneer het tot een oorlog tegen de „boches"
zou komen. Wij kunnen ons zelf regeeren.
Naar de Kamer!"
Na beëindiging van de Kamerzitting was
het Kamergebouw bijna aan alle kanten door
betoogers omringd. Hierop werd bevel ge
geven de wandelgangen en de zittingszaal te
ontruimen. Alle lichten aan den voorkant van
het gebouw worden gedoofd en de vooringan
gen naar de Kamer werden gesloten. De af
gevaardigden, toeschouwers en journalisten,
die deelgenomen hadden aan de zitting,
moesten het gebouw aan den achterkant ver
laten.
Inmiddels is het op de Champs Elysées we
derom tot een heftige botsing gekomen tus-
schen betoogers en politie. Er wordt weer ge
schoten.
Herhaaldelijk charges.
PARUS, 6 Februari. In de late avond
uren ontstaan op de Champs Elysées en de
Place de la Concorde weer ernstige botsin
gen. Bereden garde républicaine chargeert
herhaaldelijk en wordt door de betoogers be
kogeld met alle mogelijke projectielen, Op
de groote boulevards is het tot botsingen
gekomen tusschen een communistiscben stoet
en een afdeeling oudstrijders. De communis
tische betoogers schreeuwden hun leuze
„Chiappe in de gevangenis", terwijl de an
dere betoogers schreeuwden: „Daladier moet
neergeschoten worden".
Na den kabinetsraad verklaarde de minister
van justitie, dat hij een onderzoek zou in
stellen tegen onbekenden wegens benadeeling
van de veiligheid van den staat, ophitsing
tot moord, tot handtastelijkheden en brand
stichting.
Tienduizend man ter
bewaking van Parijs.
De onderstaatssecretaris van den minister
president, Martinot-Depiat, heeft zich per
soonlijk tegenover de demonstranten ge
plaatst en toen men hem daarop persoonlijk
tegenover de demonstranten geplaatst en
toen men hem daarop aansprak verklaarde
hij: „In zulke gevallen moet men zijn plicht
doen, maar men doet het met een bloedend
hart".
De nieuwe prefect van politie van Parijs,
Bonnefoy Sibour, die het optreden van de
politie leidt, verklaarde: „Ik heb vandaa;
10.000 man ter bescherming van Parijs tot
mijn beschikking. Ik zal nog meer man
schappen oproepen, wanneer dat in de eerst
volgende dagen noodig zal zijn. De politie
macht moet meester blijven van het ter
rein".
Om 10 uur werd voor het kamergebouw een
afdeeling infanterie opgesteld om voior alle
gevallen gereed te zijn.
De incidenten van hedenavond hebben reeds
tot protesten van kamerleden en stedelijke
afgevaardigden geleid. De kamerleden, die
Parijs in het parlement vertegenwoordigen,
zijn, vergezeld door eenige gemeentelijke af
gevaardigden naar den minister-president ge
gaan, teneinde bij hem stappen te doen in
verband met de onlusten.
Een verklaring van
Daladier voor de pers.
Om 23 uur 15 (Fransche tijd) heeft de
eerste minister Daladier de pers een verkla
ring verstrekt, waarin hij zeide: „De oproep
tot rust en koelbloedigheid, die de regeering
hedenmorgen in de pers heeft gepubliceerd
is door de oudstrijders opgevolgd, die gewei
gerd hebben zich aan te sluiten bij beroeps-
agitatoren. Daarentegen hebben sommige
patriottenbonden steeds weer opgeruid tot
opstand, en getracht een coup de force uit
te voeren tegen het republikeinsche regiem en
zijn met revolvers eii messen gewapend tegen -
de politie opgetreden.
Dank zij de kalmte en koelbloedigheid van
de handhavers van de orde zijn deze aan
vallen afgeslagen en hebben de onruststokers
hun doel niet bereikt. De noodige maatregelen
om iedere nieuwe poging te voorkomen, zijn
genomen".
Zes dooden, zeshonderd gewonden.
Volgens de laatste mededeelingen van de
prefectuur van politie zijn bij de betoo
gingen van vannacht 600 personen gewond.
Het aantal dooden wordt officieel op he
denmorgen met 6 aangegeven. Het aantal ar
restaties bedraagt ruim 300.
Herriot gemolesteerd.
„Le Jour" meldt dat Herriot, toen hij gis
teravond het Kamergebouw verliet, door een
groep betoogers is herkend en ingesloten en
met vuistslagen en trappen bewerkt. Pas na
eenige minuten kon hij door politiebeambten
van zijn aanvallers worden bevrijd.
Hongarije.
Betrekkingen met Rusland
hersteld.
Naar het Hang. Korr.-Bureau uit Rome
verneemt, is daar door den Hongaarschen ge
zant en den Russischen ambassadeur een ver
drag onderteekend, waardoor de diplomatieke
betrekkingen tusschen Hongarije en de Sow-
jet-Unie worden hersteld.
EngelamcL
spoedig mogelijk naar Parijs, Rome, en Ber
lijn zal begeven ten einde het Britsche stand
punt uiteen te zetten en zich er van te ver
gewissen. welke houding de andere regee
ringen jegens het Britsche memorandum
aannemen.
DeitscMsmd.
„Er zijn nog slechts
Duitschers"
Officieel wordt medegedeeld, dat Dr. Frick
op grond van art. V van de .Wet op de re
constructie van het Rijk een verordening
heeft uitgevaardigd, waarin wordt bepaald,
dat de onderdaanschap van Duitsche landen
vervalt.
Van nu af aan bestaat nog slechts Duit
sche staatsburgerschap (Rijksonderdaan).
De regeeringen der landen treffen iedere be
slissing op dit gebied van nu af aan namens
en in opdracht van het Rijk. waarbij evenwel
het Duitsche staatsburgerschap slechts mag
worden verleend met toestemming van den.
Rijksminister van binnenlandsche zaken.
Morgen wordt de verordening van kracht.
GROOTE VERNIELINGEN IN
BOVEN-ITALIë.
Simon over het
ontwapeningsvraagstuk.
De Britsche minister van Buitenlandsche
Zaken, sir John Simon, heeft aldus meldt
Reuter uit Londen, in het Lagerhuis een uit
eenzetting gegeven van het standpunt, dat
zijn land ten opzichte van het ontwapenings
vraagstuk inneemt. De Britsche regeering,
van oordeel, dat de tijd voor diplomatieke ge-
dachtenwisselingen over deze kwestie thans
voorbij is, acht het oogenblik gekomen voor
het zoo snel mogelijk tot stand brengen van
een conventie. Met dit doel heeft zij haar
witboek gepubliceerd, en zal de Lord Privy
Seal, Eden, zijn reis naar de verschillende
regeeringscentra ondernemen ten einde zich
te vergewissen van de kans op het tot stand-
komen dezer conventie.
De Duitsche eisch inzake gelijk recht op
bewapeningsgebied, zoo zeide de minister,
kan en mag niet worden afgewezen, daar het
weinig waarschijnlijk is, dat er vrede op
aarde zal kunnen heerschen, wanneer men
tracht een groot land en een groot ras als
minderwaardig te behandelen. Deze aange
legenheid dient in de te sluiten conventie te
worden opgenomen. Evenmin zou het moge
lijk zijn, door een draconisch besluit een op
lossing te vinden, krachtens welke alle landen
der wereld onmiddellijk alle wapenen, welke
bet verdrag van Versailles Duitschland ont
zegt, zouden moeten afschaffen.
Wanneer er echter niet zeer spoedig een
accoord wordt bereikt zal Groot-Brittannië
zijn standpunt ten opzichte van de ontwape
ning nader moeten bezien, daar het zich wel
zou moeten afvragen of het zal leven in een
wereld, waar de bewapeningen onbegrensd
zijn.
Het witboek, zeide de minister vervolgens,
wordt door o.ns niet beschouwd als een
ideaal plan, dat het overbodig zou maken,
rekening te houden met de verlangens en de
bezorgdheid van andere landen. Het is echter
opgesteld in een streven naar werkelijkheids
zin.
De minister verklaarde, dat Eden zich zoo
De incidenten
bij de opvoering van ,,Coriolan".
Een opstandige gemeenteraad.
Het afscheid van Chiappe.
(Van onzen Parijschen correspondent.)
Parijs, 6 Februari.
Toen we met den nachttrein nog de laat
ste berichten over de gebeurtenissen van
Zondag verzonden, was het reeds te laat om
nog verslag uit te brengen over de histori
sche opvoering van „Coriolan" in de Acadé
mie Franc-aise. En toch moeten we daarop
met enkele woorden terugkomen, wijl de op
voering zulk een bijzonder karakter had, her
innerend aan de stormachtige dagen, toen
voor het eerst Hugo's „Hernani" werd opge
voerd (zoo van toepassing op de politieke ge
beurtenissen van die dagen) of van „Ruy
Bias". Met „Coriolan", het scherpe Shakes-
peare-drama is het nèt zoo gegaan: het heeft
aanleiding gegeven tot de meest stormach
tige manifestaties en de soiree leek eerlijk
gezegd meer op een verkiezingsavond
waarin de uiterste partijen in debat komen,
dan op een J|i*s teling in het meest klas
sieke Tfern alfe theaters. En naarmate men
verder ging werd het minder nog een mani
festatie ten gunste van Emile Fabre, den
ontslagen administrateur (omdat men een
eere-plaatsje moest vinden voor den politie
man Thomé, die zijn vingers brandde in bet
Stavjskv-sch^n^andan wel een gloeiende
betooging tegen regeering en parlement.
Toen eenmaal de kreet: weg met de dieven,
was losgebarsten kwam er geen einde meer
aan, moesten de acteurs hun spel onder
breken.
Men had, tegen elk politieverbod in, de
A zaal volgepropt. Minstens vijf honderd men-
schen hadden nog een plaatsje gevonden,
hoewel alles reeds was bezet en met spijt had
men er nog even zooveel teruggezonden. Na
tuurlijk werd dadelijk opgemerkt, dat Paul
Reynaud, de oud-minister, een eerste plaats
innam in een van de loges. En de voorstel
ling begon. Nauwelijks klonk de eerste ti
rade (men weet hoe Shakespeare de afge
vaardigden-uitbuiters hekelt) of daar klonk
een salvo van applaus. Tusschen het eerste
en tweede tableau werd bet ernstiger. Op een
van de balcons stond een meneer op, om
het publiek toe te spreken. En werkelijk, in
doodsche stilte luisterde men naar hem, hoe
hij het beleid van de nieuwe regeering laakte,
'n Daverend applaus klonk en dadelijk daar
op werd het van alle kanten een verwoed ge
schreeuw, werd het „weg metgevolgd
door de namen van de meest bekende poli
tieke figuren, Zulk geschreeuw ontaardt al
tijd in kleine vechtpartijen en elk oogenblik
moest tusschenbeide worden gekomen. Een
meneer, gedecoreerd met het Legioen van
Eer, beneden in de stalles, kreeg een regen
van koperen centen op zijn hoofd toen hij
het verzoek richtte tot de hoogere rangen
om wat stilte te bewaren. Waarop de man in
quaestie al zijn interpellanten uitnoodigde
op een duel.
Het einde van de voorstelling was het in
drukwekkendst. Als één man, en alsof het
afgesproken wérk was, stond het publiek op
om met het geschreeuw: leve Fabre, leve
Fabre, heen te gaan. Buiten was het nog héél
lang rumoerig. Duizenden en duizenden ble
ven bij den artistenuitgang wachten, om aan
de artisten hun sympathie te betuigen, nu
de soeiétaires éénparig hebben verklaard,
dat ze niets willen weten van een anderen
administrateur en dat men zich niet door de
politici iemand wil laten opdringen.
Maar laten we dadelijk hieraan toevoegen,
dat het voor ons bijna zoo goed als zeker is
datEmile Fabre zal worden opgevolgd
door Emile Fabre. We meenen er van over
tuigd te kunnen zijn, dat Thomé zélf, na
kennis te hebben genomen van de hostili
teit van de Comédie en van het publiek, ver
zoeken zal om van zijn benoeming te worden
ontheven. En dat zou nog de beste oplossing
zijn.
Dienzelfden kant gaan we uit met het ge
val: Chiappe en Renard.
Toen Chiappe weigerde om het resident
schap over Marokko aan te nemen (let wel
dat deze post nog véél hooger is dan die van
politieprefect) zat wel degelijk de gedachte
er achter, dat men, gedwongen door de pu
blieke opinie, genoodzaakt' zal zijn, om hem
ten spoedigste terug te roepen. En eerlijk
gezegd zou dat in het minst niet verwonde
ren. Hij moge politieke tegenstanders hebben
en enkele vijanden in het politiecorps, maai
de agenten, de brigadiers, de commissarissen
en 't publiek zijn geheel met hem en straffe
loos onderneemt men niet een actie tegen
een man die méér dan iemand anders, méér
dan de meest invloedrijke politicus „een staat
in den staat" was. Die sympathie, maar
ook dat vertrouwen in een spoedige wending
in den loop der zaken is heden op ondubbel
zinnige wijze tot uiting gekomen in het Ho
tel de Ville en het feit alleen al dat de voor
zitter van den Parijschen gemeenteraad zich
gehaast heeft om persoonlijk zijn sympathie
te gaan betuigen aan de scheidende prefec
ten, en dat de gemeenteraadsleden eerbiedig
te kennen geven, dat ze het feestmaal ter
eere van President van de Republiek en
de Regeeringafbestellen, omdat men
vreest dat onder de gegeven omstandighe
den niemand zal willen aanzitten, is wel héél
significatief.
Zoo juist keeren we terug van het Hotel
de Ville. In de wandelgangen heerscht groote
opwinding. Voor de eerste maal zijn alle ge
meenteraadsleden het roerend met elkaar
eens en schijnen de linker-partijen zelfs
vriendschap te hebben gesloten met hun po
litieke tegenstanders. Een schrijven, een ma
nifest, gericht tot den minister-president,
draagt in een oogwenk de handteekening van
meer dan 40 gemeenteraadsleden, die er ten
sterkste op aandringen, om dadelijk èn
Chiappe, en Renard weer in hun post aan
te stellen. En voor het geval dit verzoek
mocht .worden afgewezen, overweegt men
een extra-zitting, om daar niet verzoeken te
doen maar eischen te stellen. Wat het gala
diner van Donderdag betreft, met algemeene
stemmen heeft men den voorzitter verzocht
om aan het Elysée mede te deelen, dat het
zéér wenschelijk is dat dat feestje niet door
gaat.
Maar in plaats daarvoor gaan inschrij-
vingslijsten rond om een groot diner aan te
bieden aan de heeren Chiappe en Renard,
Het is precies elf uur wanneer de heer
Chiappe, vergezeld van zijn vrouw, en om
geven door zijn naaste medewerkers het pre-
fecture-gebouw verlaat, Een enorme men-
schenmenigte heeft al langer dan twee uren
geduldig staan wachten om den prefect toe
te juichen. Chiappe verbergt niet zijn ont
roering. Dan richt hij zich ineens tot ons, tot
de verzamelde journalisten:
Kinderen, er zijn wel eens strubbelingen
geweest tusschen de journalisten en de poli
tie, zoo zegt hij, terwijl een paar dikke tra
nen in zijn oogen opwellen, maar ik ben er
van overtuigd, dat u het me niet kwalijk
neemt, hè? Ik zou willen, dat u van mij een
even goeden indruk bewaarde als ik van u
allen. Laat me u nog één voor één de hand
schudden.
Alle politieagenten die In de prefecture'
kazerne waren, zijn naar buiten gestroomd
en brengen voor het laatst een saluut aan
den prefect, die werkelijk altijd een vader
voor hen is geweeset. En terwijl Chiappe in
zijn auto stijgt, met een laatst: au revoir,
mes enfants, barst het enorme publiek los:
Vive Chiappe.
En dat alles is véél-beteekenend.
Wat zal dat morgen geven?
HENRY A. TH. LESTURGEON.
ROME, 6 Februari (V.D.) Twee reddings
colonnes uit Camerino zijn te Bolognola aange
komen. De reddingsmanschappen hebben zich
dagenlang moeten heenworstelen door 3 M.
sneeuw. Zij werden veelal door lawines be
dreigd, waarvan een de electi'ische leiding
welke de mannen juist waren gepasseerd over
een lengte van 3 K.M. vernielde. Bevestigd
wordt dat 19 personen, vrouwen en kinderen,
om het leven zijn gekomen. Hun lijken zijn
geborgen. Voorts heeft men vier gewonden in
veiligheid kunnen stellen. De bewoners van het
plaatsje Bolognola zijn uit vrees voor nieuwe
lawines naar Fiastra gevlucht. De sneeuwval
houdt aan.
Ook in andere deelen van de Apennijnen
ligt de sneeuw buitengewoon hoog. In Umbrië
zijn de telefoonlijnen vernield. Aan de Oost
kust heeft een groote lawine de spoorlijn naar
Campo di love bedolven. Gemeld wordt dat
ten Oosten van Florence de sneeuw 3 M. en
meer hoog ligt.
Verder in het Zuiden stormt en regent het
voortdurend.
In de buurt van Potenza zijn 2 huizen in
gestort. Twee personen werden gewond.
èMOTORTANKSCHIP IN DE
LUCHT GEVLOGEN.
VIER OPVARENDEN OMGEKOMEN.
HAMBURG, 6 Februari. Het motortankschip
Sturmvögel, is bij Norderney in de lucht ge
vlogen. De Sturmvögel was in de Amster-
damsche haven een bekend vaa-rtuig. Ver
scheidene maten heeft het in d>e Petroleum
haven ligplaats gehad onder den naam
„Marga"; niet lang geleden was dezen naam
in Sturmvögel veranderd. Het scheepje, dat
pl.m. 200 ton mat is in den ochtend van 2
Februari met een lading benzine van Am
sterdam vertrokken met bestemming naar
Berlijn. Naar men ons van de zijde van den
havendienst mededeelt bestond de equipage
uit 4 man; een kapitein een stuurman, een
matroos en een motordrijver, alten Duitschers
De Tel. meldt nog, dat twee Nederlandsche
schepen „Gratia" en „Ludor" vergeefs hebben
getracht hulp te bieden.
De vier opvarenden zijn om het teven ge
komen.
DR. FRICK OVC"? ARÏëR-
PARAGRAAF.
BERLIJN, 6 Februari (V.D.) De Rijks
minister van binnenlandsche zaken, dr. Frick
heeft tot de hoogste Rijksautoriteiten, de
Rijksstadhouders en de Landsrege ertegen een
schrijven gezonden, waarin hij constateert
dat de Duitsche Ariërwetgeving uit volks-
en staatkundige overwegingen noodzakelijk
as.
Aan de andere zijde heeft de Rijksregeering
zich zelf zekere grenzen gesteld. De Duitsche
Ariër-wetgeving zou in binnen- en buiten
land juister worden beoordeeld, wanneer
deze grenzen overal in acht zouden worden
genomen. In het bijzonder is het ongewenscht
ja zelfs bedenkelijk, wanneer de principes der
z.g. Ariër-paragrafen in de Rijkswet tot her
stel van het Beroepsambtenarencorps, dat
veelal als voorbeeld werd gesteld, zouden
worden uitgebreid tot gebieden waarvoor zij
geenszins zijn bestemd. Dit geldt in het bij
zonder, zooals de nationaal socialistische
•regeering steeds weer heeft verklaard, voor
het vrije bedrijf.
De Pruisische minister van Binnenlandsche
Zaken heeft de aan hem ondergeschikte auto
riteiten aangeraden dit standpunt van den
Rijksminister nauwkeurig na te leven.
MARGARINE MET ZETMEEL
VONNIS VAN DE HAARLEMSCHE RECHT
BANK VERNIETIGD.
De Hooge Raad wees gisteren vonnis in een
zaak van den Officier van Justitie te Haar
lem tegen een vonnis dier rechtbank, waarbij
een verdachte is ontslagen van rechtsvervol
ging ter zake van het in een perceel te Velsen
in voorraad hebben van 12000 KG. marga
rine, die ongemerkt was én zetmeel bevatte,
hetgeen een overtreding werd geacht van het
Crisis-Zuivelbesluit II (23 Februari 1933). Met
vernietiging van een veroordeelend vonnis
van den kantonrechter te Haarlem heeft de
Baartemsche rechtbank ontslag van rechts
vervolging gegeven van oordeel zijnde, dat
deze algemeene maatregel van bestuur niet
steunt op een wet. De Hooge Raad heeft ech
ter dit vonnis weer vernietigd en den gereaui-
reerden veroordeeld tot twee geldboeten elk
van f250 subsidiair 2 maal 10 dagen hech
tenis.