IN DE BREESAAP.
De Gedekte Tafel"
ijmuider courant
donderdag 8 maart 1934
tweede blad.
BEVERWIJK
p veelvuldig verzoek
Tentoonstelling
BURGERLIJKE STAND
Verkeerd begrepen
werkloozen en hun spaar
gelden.
een conferentie ten raadhüize.
Xn verband met de namens het Gemeente
bestuur aan de steuntrekkende werkloozen ter
hand gestelde circulaire betreffende de aan
gifte van spaargelden enz. heeft een deputatie,
gevormd uit den Chr. Besturenbond, het P.A.S.
en den R-K- Volksbond ten raadhüize gecon
fereerd met den Burgemeester. Naar wij ver
nemen hebben de organisatie-bestuurders ver
scheidene bezwaren tegen de voorgenomen
maatregel aangevoerd. Het resultaat van deze
beprekingen was, dat buitengewone gevallen,
waarvoor de aangevoerde bezwaren golden,
afzonderlijk zullen worden bezien.
Tevens hebben de bestuurders aangedrongen
op herziening van het besluit, dat leidde tot
verlaging der huurtoeslagen van alle steun-
trekkenden, zulks in verband gebracht met de
huurverlaging van de woningen der R.K. Wo-
ningbouwvereeniging „St. Agatha".
„DE GEDEKTE TAFEL".
Woensdagavond is de tentoonstelling „De
gedekte Tafel", georganiseerd door de afd.
Beverwijk en omstreken van de Ned. Vereen,
van Huisvrouwen gesloten.
Het bestuur, dat zich zooveel moeite voor
deze expositie heeft gegeven, was met de
behaalde resultaten zeer ingenomen. Naar
schatting hebben 2600 bezoekers en bezoek
sters de expositie bezichtigd. Daarbij waren
de zusterafdeelingen Haarlem, Alkmaar, Vel-
sen, IJmuiden en Zaandam.
Velen hebben ook van de gelegenheid ge
bruik gemaakt, om de waarde van de com
plete huiskamer te schatten, terwijl de loten
voor de Gero-casette geheel zijn uitverkocht.
Zooals men weet is de opbrengst van deze
beide verlotingen bestemd voor het Crisis
Comité voor Beverwijk, Wijk aan Duin en
Heemskerk.
De gelegenheid tot het schatten van het
ameublement blijft nog gedurende eenige
dagen opengesteld Op algemeen verzoek zal
ook de tentoonstelling nog eenige dagen te
bezichtigen zijn, zij het ook buiten bemoeiing
van de Vereen, van Huisvrouwen.
DE NIEUWE BIOSCOOPPROGRAMMA'S.
Luxor Theater.
„Sleepboot" is de 'titel van het dramat-i-
sdhe filmwerk, dat in de komende bi os co-op -
week als hoofdnummer in het Luxor
Theater wordt .vertoond. Heinrich George
speelt de rol van den sleepbootkapitein,
schipper Henner en Betty Amalnn is als de
geheimzinnige Gescha, die in zoo ernstige
mate zijn gemoedsrust komt verstoren.
Rustig leefde het schappersgezin aan
boord van het sleepschip voort, totdat op
een morgen Jfecofo in hun leven komt, die
door Hetaner aan boord wordt genomen.
Jacob toont zich dankbaar en vlijtig en hij
ziet zich met de liefde als voor een eigen
kind omringd. Op een avond1, dat schip
per Henner een vrouiw uiilt het waiter haalt
die na e:en moordaanslag was gevlucht vol
trekt zich bij hem een groote* verandering
Hij is onder den invloed van Gescha ge
komen en tenslotte besluit hij haar aan
boord te nemen. Jacob voelt, dat zij onge
luk zal aanbrengen in het sohippersgezin
en hij tree dit zoo hef tig op, dat Gescha de
vlucht neemt. Bij de achtervolging komt
Jacob osnder een auto terecht, op hetzelfde
moment, dat Gescha. gearresteerd wordt.
Doodelijk gewond wordt Jacob naar boord
teruggebracht. Hij heeft zijn leven niet voor
nidts op het spel gezet. Henner as van zijn
dwabing genezen. Hij besluit de bedwelming
van de stad te ontvluchten en terug te
keereai naar het stille, vriendelijke diorpje,
waar hij, geholpen door de liefde van vrouw
en 'kind geheel tot rust komt.
Een film, met uitstekende kwaliteiten en
een bijzonder goede fotografische verzorging
De tweede hoofdfilm ils de amusante ge
schiedenis „Ein Mann mit Herz" met Gustav
Frahlich in de hoofdrol.
Robert Stolz componeerde voor deze rol
prent de muziek.
Kennemer Theater.
Het bioscooptheater aan de Zeestraat ver
toont van Vrijdagavond af als hoofdfilm „De
Ozarewitsch; een vrije bewerking van de ge
lijknamige operette van Franz Léhar. Deze
kostelijke amusementsfilm wordt gebracht
in een sterke bezetting. Daar is in de eerste
plaats de lieftallige Martha Eggerth, gracieus
en schelmsch, vervolgens Hans Soehnker, die
zich ontpopt heeft als „de groote verrassing
van het seizoen; Ery Bos, voornaam en
discreet, de lieve praatgrage Ida Wuest. Ver
der noemen wij de namen van Otto Wall-
burg, de eeuwig opgewonden naïeveling, die
zichzelf steeds in de onmogelijkste knoopen
draait, Paul Otto en Anton Pointner.
Door het lichte rythme van Léhar's melo
dieuze muziek gaat van deze film een groote
bekoring uit. De boeiende en spannende
handeling maken „De Ozarewitsch" tot een
der beste operettefilms welke in dit seizoen
zijn uitgebracht.
Verder draait in dit programma de film
„Vliegende schaduwen'., opgenomen tijdens
de expeditie van Ernest Udet.
de groentenmarkt in de
afgeloopen week.
de jonge voorjaarsproducten.
Over het algemeen bleef de toestand aan
de veilingen in de afgeloopen week vrijwel
ongewijzigd. Noch in aanvoer noch in den
handel kwam verandering van eenig betee
ken is voor. Wel gaat de aanvoer van de oude
producten langzaam meer achteruit., maar
bleek toch nog wel voldoende, om aan de
vraag te voldoen
Het aanbod van jonge groenten was deze
week ook nog van weinig beteekenis en be
paalde zich uitsluitend tot enkele partijtjes
spinazie, sla en Rabarber.
Boerenkool bleef nog steeds in aanvoer de
boventoon voeren. Dit product kwam in prijs
ongeveer overeen met de vorige opgaven.
Voor goede soort bleven de noteeringen nog
al standvastig, doch de mindere kwaliteiten
konden niet zoo goed meekomen, waardoor
ook nu weer schommelingen voorkwamen
van 20—50 ct per kist.
De spruitenhandel was niet ongunstig,
doch ook van. dit product zijn het de kwa
liteiten, die de prijzen bepalen. Nu de oogst
ten einde loopt, komen nog al veel verschillen
voor, die de noteeringen deden wisselen van
1030 ct. per K.G
Roode en gele kool was voor de grootste
soorten beter te verkoopen, zoodat voor
roode kool als hoogste prijs nog tot 9 ct werd
betaald en de gele voor de beste soort van
7 ct- per stuk kon komen. Mindere soorten
bleven geregeld nog laag in prijs. Hiervoor
was niet veel belangstelling.
Breekpeen, waarvan de aanvoer steeds
minder wordt, was goed te verkoopen en
kwam aan het einde der vorige week aan
prijzen van f 11.15 per kist. Winterpeen
werd weinig aangevoerd. Voor dit product
golden de noteeringen van 34 ct. per K.G. i
De aanvoer van prei was in de afgeloopen
week nogal van beteekenis. Ofschoon goede
kwaliteit behoorlijke prijzen kon maken, wa
ren deze over het algemeen minder dan vo
rige week. De prijzen schommelden van 513
ct. per bos, welke hoogste prijs echter maar
bij uitzondering voorkwam.
Voor selderie bestond niet zooveel belang
stelling bij prijzen van 37 ct. Pieterselie
daarentegen was meer gevraagd en kon tot
ruim 10 ct- per bos besommen.
Knollen gingen er in prijs niet op vooruit,
wat wel aan de kwaliteit zal gelegen heb
ben. De prijzen wisselden van 15 ct. per
stuk.
De aanvoer van rabarber als nieuw pro
duct was iets ruimer dan vorige week. De
noteeringen liepen echter ook weer iets te
rug. De prijzen schommelden naar soort van
1017 ct. per bos.
Voor de spinazie was nog al belangstelling
en ofschoon de kwaliteit nog al te wenschen
overliet werd besteed voor kleine kisten
van 1.25—1.35 en voor de groote kisten van
f 2.25—2.50
De enkele partijtjes sla, die werden aange
boden. kwamen voor de beste soort aan no
teeringen van f 1.75—2 per kist van 24 stuks.
de marl4-vereeniging
De jaarvergadering van de R.K. Vereen-
van Drankbestrijdsters, de Maria-Vereeniging
zal op Donderdag 15 Maart in het gebouw
der K. S. A. worden gehouden.
In deze bijeenkomst zal een bestuursver
kiezing plaats vinden wegens aftreden van
de dames Hoogland en Veenboer. De advi
seur zal een lezing met lichtbeelden houden,
MARKTBERICHTEN.
Noteering van Beverwijk den 7 Maart 1934.
Spinazie per kist f 1.25—f 1.60.
Andijvie per kist f 1.05—f 1.40.
Koolrapen per zak 6085 cent.
Wortelen per K.G. 35 cent.
Bieten per K.G. 4 1/2 cent.
Schorseneeren per bos 48 cent.
Aardappelen, klei, per K.G. 58 cent.
Id. zand, per K.G. 8 cent.
Spruitjes per K.G. 1424 cent.
Boerenkool per bak 3048 cent.
Roode kool per 100 f 4f 8.
Savoye kool per 100 f 4f 8.
Uien per kilo 2 1/24 cent.
Prei per bos 7—11 cent.
Sla per kist f 1.10—f 1.50.
Rabarber, per 100 bos f 6—f 17.
Selderie per bos 5 1/2 cent.
Appelen per kilo 12—28 cent.
Peren per kilo 1017 cent.
Brusselsch lof 1624 cent.
blijft de
Uw bezoek wordt
zeer op prijs gesteld
in Stoutenbeek's Woning
inrichting te Beverwijk, nog
t e. m. Zaterdag 10 Maart
ter bezichtiging geopend,
(Adv. Ingez, Med.)
Boven Manhatten, een stadswijk van New York, hebben militaire vliegers oefeningen ge
houden, waarbij de stad beschermd moest worden tegen een fictieven luchtaanval. Op
onze afbeelding het trekken van een nevelgordijn.
"Tt Moot,om vfty rt zyN
Voor ons, op een afstand, ligt een groote 1
plas, waar meeuwen en bonte kraaien op
vliegen. Rechts ligt het machtige fabrieken-
complex van hoogoven en papierfabriek. En
hier, onder de rook dier eeuwig rookende
schoorsteenen ligt een duinterrein, dat een
geweldigen vogelrijkdom moet bezitten. Een
paradijs voor broed- en trekvogels. Een sper
wer vliegt hoog over en boven de zeereep
dwarrelen de meeuwen.
We trekken om de plas heen, welks oevers
wemelen van vogelprenten. De groote afdruk
van een kraaienpoot of een meeuwenpoot,
met zwemvliezen, naast de kleine, kriebelige
prentjes van pleviertjes. Als we het duin
weer ingaan, komen we in een klein stuifduin
gebied, waar we een paar konijnen verschrikt
doen wegstuiven. Daarachter ligt een lang
gerekte duinpan, met weekgrijze klei gevuld,
die groote, regelmatige barsten vertoont.
Achterin ligt weer een groote plas waar vo
gels opvliegen als wij verschijnen.
Als we probeeren de duinpan door te trek
ken, zakken we tot de knieën in de weeke,
zuigende klei, terwijl diepe vogelsporen be
wijzen, dat de klei nauwelijks het gewicht
van een vogel draagt. Daarom maken we een
omtrekkende beweging, naar een vlierbosch,
dat tegen de steile helling aan de westzijde
van de duinpan opgroeit.
Zoo'n vlierboseh draagt altijd een zeer
eigenaardig karakter, door de kaarsrechte
verticale takken die ontstaan door het ge
brek aan licht, dat in de dichtbebladerd^
vlierbosschen heerscht. In den voorzomer,
als al deze boomen met een witte bloesem
sluier omhangen zullen zijn, moet het een
prachtig gezicht zijn. En dan de zangvogel
tjes als paapjes, kneutjes enz., die zoo'n vlier
bosch altijd herbergt. We beloven elkaar,
hier nog vaak terug te komen, en er zijn zelfs
al plannen voor een schuilhut.
Dan ontdekken we achter ons een man
met een hond. Dat is iets, waar je als „arti
kel 431-overtreder" onmiddellijk op reageert,
door harder te gaan loopen. Met versnelde
pas gaat het voorwaarts. De takken van de
eglantier halen gezicht en handen open of
haken achter je rugzak. Onder onze voeten
kraken de dorre takken. Voor ons, loopt naar
rechts, dwars door de klei heen, een voetpad,
dat waarschijnlijk naar den straatweg voert.
Als we dien halen zijn we op neutraal gebied
en dus veilig.
Juist als we het vlierbosch uitkomen zien
we voor ons, een grijnslach op het gelaat,
en een of ander schietwapen in de hand, een
koddebeier. Achter ons de man met den hond
rechts de weeke, verraderlijke klei en links
een hoogduin met een prikkeldraadhek. We
zijn er „gloeiend bij". Vooruit dus maar weer.
„Goeie middag". Het schietwapen ver
dwijnt in den jaszak. (Blijkbaar zijn we on
gevaarlijk).
„Hebbe de heere vergunning?"
De „heere" vertellen, dat ze van geen ver
gunning af weten, niet wisten dat ze er een
noodig zouden hebben en bijgevolg niet in 't
bezit van een dergelijk document zijn.
„Mag ik dan de name van de heere?"
't Wordt meenens!
Ik begin te betoogen, dat we te goeder
trouw zijn, dat we geen bordjes gezien heb
ben, niet wisten in overtreding te zijn etc. De
man, die intusschen een opschrijfboekje en
een potlood te voorschijn heeft gehaald, her
haalt droog:
„Uw naam, meneer?!"
Nu volgt een opsomming van familiege
heimen betreffende data, die hij zoo maar
opschrijft. Zelfs zie ik als m'n beroep het
woord „schoollier" opgeteekend worden. Dan
zegt hij tegen m'n buurman:
„En nou u, meneer". Eén bekeuring schijnt
niet voldoende te zijn.
Achter ons kraken de takken. De „man
met den hond" verschijnt. Hijgend wil het
dier zich op ons werpen, maar een ruk aan
den riem belet het hem.
„Zoo, heb je ze. Is dat optreden, heeren?
't Is hier geen vrijgevochten boel".
Ik draai m'n verhaal nog eens af. De man
met het potloodje begint aan nummer vier,
en ik begin een praatje met den man met
den hond. Heel genoeglijk keuvelen we over
het ontstaan van de plasjes (door het opbren
gen van klei bij het aanleggen van de vlucht-
haven) en over de vogels die hier zitten, en
die hij alle bij name blijkt te kennen. Als ik
achter me m'n vriend het woord „ekenomies-
stedent" niet hoorde voorspellen, zou ik den
ken aan een genoeglijk keuveitje met een van
de bevriende koddebeiers. Maar de toorn is
toch al zoover gezakt, dat ze ons aan lucifers
helpen, om een pijp op te steken en even la
ter vertelt hij van een sterntjeskolonie die
hier 's zomers is en in den broedtijd zorg
vuldig bewaakt wordt. Als nummer vijf er op
staat, besluiten ze zelfs het hierbij maar te
laten.
„Wensche de heere transactie?"
We willen liever probeeren het gemoed van
den Kantonrechter te vermurwen.
De man met het podloodje zal ons er aan
den straatweg uitzetten, en met een hartelijk
„goeie middag", nemen we afscheid van den
man met den hond.
We sjokken het zandpad af en staan weldra
op den straatweg, vlak bij het dorp zelfs.
„Zoo hier benne me der".
„Nou dan wordt u bedankt". De man schiet
in den lach en de andere lui ook.
„Ik mot zegge, de heeren benne de geschikt
ste lui die 'k ooit bekeurd heb", en terwijl
we hem een hartelijk „tot weerziens bij den
rechter" naroepen, sjokt hij het duin weer
in.
Dan zegt een van ons, met .een kleine varia
tie op een bekende schlager'. „Ik dacht het
wel. 't was er te mooi om vrij te zijn".
KO ZWEERES.
Haarlem, Febr. 1934.
(Inzender heeft van het bovenstaande
plaatsing verzocht en ook 'n honorarium „om
daarmede de kosten, die aanleiding waren
tot het ontstaan van het verhaal, te kunnen
bestrijden". Tevens verzocht hij twee exem
plaren van onze courant, waarin zijn schets
zou worden opgenomen, „om ze aan de be
trokken koddebeiers te zenden".
Wij voorspellen dezen jongen een toe
komst. Red.)
OPENING NIEUWE ZAAK.
De heeren P. en H. van Essen zullen heden,
Donderdag hun nieuwe slagerij in het perceel
Koningstraat 85 openen. Op de plaats, waar
tot voor kort een van de vrij talrijke ruïnes de
Koningstraat ontsierde, is een modern pand
verrezen, dat het aanzien ter plaatse niet
weinig verhoogt. Het spreekt bijna vanzelf,
dat de nieuwe slagerij voldoet aan de hoogste
eischen van hygiëne, lucht en licht vinden in
overvloedige mate toegang, de koelinrichting
is van de allernieuwste vinding. Zij is ingericht
volgens een systeem, waarvan Beverwijk de
primeur heeft. De nieuwe zaak ziet- er in én
woord keurig uit en het zal voor de firmanten
nadat zij zich gedurende den bouwtijd in een
perceel aan de Kloosterstraat hebben moeten
„behelpen", een ware voldoening zijn, de deu
ren heden te kunnen ontsluiten. Architect was
de heer Meyrau, aannemer de heer J. M.
Tromp alhier, die beiden met hun werk eer
hebben ingelegd.
OPENING R.K. SPEELTUIN.
De R.K. Vereeniging „Voor 't Schoolgaande
Kind" kreeg van het gemeentebestuur, onder
goedkeuring van den gemeenteraad, de be
schikking over een deel van het open terrein
der gemeente, gelegen tussehen de Stumphïus-
straat en den Kees Delfsweg. teneinde dit ter
rein in te richten als speeltuin voor de R.K.
Jeugd.
Zaterdagmiddag te drie uur zal deze speel
tuin officieel worden geopend.
De kinderen gaan in optocht vanaf de voor
malige kegelbanen der K.S.A. aan den Alk-
maarschenweg naar het C. H. Moensplein.
Haarlem, 7 Maart.
Bevallen: 2 Maart: E. BalkJansen. d„ 3
Maart: A. Brakel—Groot, z.. 5 Maart: P.
HeijermanHartman, d„ A. Valkenburgv.
Beest, z., 6 Maart: H. J. H. Smiths—Klaren-
beek, d.
Overleden: 3 Maart: N. H. v. Steenwijk, 82
j., Gasthuisvest, 4 Maart: E. A. Bergman-
Vermeer, 67 j„ Vergierdeweg, J. E. Bosch-
Oud olf, 80 j„ Gr. Houtstraat, 5 Maart: G- v.
d. Haak, 75 j„ Teslastraat, J., 17 mnd„ z. van
B. Koedijker, Burgwal, A. E. M. Mulder, 67
j„ Krelagestraat, G- A. v. Vloten, 64 j. Kam
perlaan, 6 Maart: E. v. d. Anker, 64 j. N.
Raamstraat.
FEUILLETON
door
RUBY M. AYRES.
Vertaling van J. G. H. v. d. Bovenkamp Jr.
1).
HOOFDSTUK I.
De Dame van Laburnum Lodge.
Ik ben een groot liefhebber van antiek. Ik
ben in het gelukkige bezit van een van de
mooiste collecties oud porcelein van heel
Engeland de stoelen uit mijn eetkamer
zijn echt Chippendale ik heb een eiken
houten schrijftafel, waarvan men mij bij den
aankoop verzekerd heeft, dat Nell Gwyn
daarin haar minnebrieven eens heeft be
waard en toch ging ik wonen in „Onze
Laan".
Het was een val van het volmaakte naar
het belachelijke, doch dat zag ik niet in,
voordat ik mijn Chippendale stoelen in de
volle modderige heerlijkheid van den nog
biet voltooiden weg zag staan, terwijl de
menschen van den verhuiswagen bezig waren
hun dorstige zielen te laven aan een paar
fleschjes goed bier.
Toen pas besefte ik wat een onherstel
baar leed ik had gesticht door die achtens
waardige stoelen en mijn mooie oude col
lectie porcelein te laten overbrengen van het
oude eerbiedwardige, zij het dan ook iet
wat vochtige heerenhuis in de stad, naar
die gloed-nieuwe wit gepleisterde villa in
Onze laan.
Ik kreeg het gevoel alsof ik mij zelf ver
plicht was om naar buiten te loopen, in den
regen en mijn verontschuldigingen aan te
bieden aan de Chippendale stoelen en de
schrijftafel, die met hun ruggen gewend naai
de Offeraars aan Bachus koel en hooghartig
stonden te staren, naar de glanzende mo
derne verf en agressief roode baksteenen
van Nummer 12.
Onze Laan was nog gloednieuw zoo
gloednieuw, dat de weg nog verkeerde in den
toestand van een pas omgeploegd stuk land
als het veertien dagen achter elkaar ge
regend heeft.
Zoo gloednieuw, dat men een microscoop
noodig had om de miniatuur boompjes te
zien, die langs den rand van den laan wer
den geplant, en die een ieder hun veront
schuldiging schenen te willen aanbieden
voor hun aanwezigheid aldaar; zoo gloed
nieuw dat de Gemeente het nog niet nood
zakelijk had geacht daar lantaarnpalen te
laten plaatsen zooals ik op e enavond
tot mijn schande had bemerkt toen i'k in die
helsche. duisternis terecht kwam in-een ware
poel van modder, drijfzand en veen en
met een wanhopigen sprong het veege lijf
wist te redden.
Weinig vermoedde ik op het oogenbïik
dat ik in de richting van den vasten wal
sprong, dat één van die kleine, teere
boompjes zich toevallig juist op mijn weg
bevond
Dat boompje hing nu geknakt en mis
troostig naar beneden en de takken sleep
ten wanhopig door de modder van den weg
en dien zelfden morgen had ik den Bouwer
van onze villa's en den ontwerper van dat
Nieuwe gedeelte in een heel ernstig gesprek
gewikkeld gezien met een van zijn voor
lieden. Ik had de uitdrukking gezien op
zijn gelaat en ik had het gevoel gekregen
van een moordenaar, die ieder oogenbïik
ontdekt kan worden.
„Dat is natuurlijk weer werk van die apen
van jongens", gromde mijn huisbaas juist
op het oogenbïik dat ik hem passeerde. „Ik
wou, dat ik een van die knapen maar eens
een paar minuten onder handen kon ne
men".
En. zonder een woord te zeggen was ik langs
hem heengeslopen, hopende, dat ik er niet
zoo vreeselijk schuldig zou uitzien als ik
mij wel voelde.
Het scheen een vreeselijke misdaad, dat
ik het gewaagd had, om, zij het ook per
ongeluk het gloednieuwe voorkomen van
Onze Laan, zoo'n gevoeligen „knak"
figuurlijk zoowel als letterijk toe te bren
gen.
Het was nog maar een heel korte weg
die even voorbij mijn huis eindigde in een
min of meer vervallen hek, waarachter zich
een malsche groene weide uittsrekt-e.
Er aou een tijd komen, had mijn huisbaas
mij verzekerd, toen ik het huis van hem
huurde, dat men den eigenaar van dat stuk
grond tot verkoopen zou kunnen dwingen.
Dan zou de laan worden doorgetrokken en
maar ja op dat oogenbïik ga-f mijn
huisbaas nog de voorkeur aan een groen stuk
weidegrond boven een rij leelijke villa's, dié
toch niet verhuurd zouden worden.
Want leelijk waren die villa's beslist
al zeide ik dat niet openhartig tegen den
leverancier van de vuurroode baksteenen en
de hard groene verf en bovendien had
ik, zoolang die toestand onveranderd zon
blijven vanuit het venster van mijn slaap
kamer een heel mooi gezicht op het wuiven
de gras van de weide en de hooge dichte
boomen daarachter, hetgeen een welkome
afwisseling was van het eentonige „uniform"
beeld van de wit en groene villa-fronten,
waarop ik aan den voorkant wel genood
zaakt was mijn oog te laten rusten.
Er waren twaalf huizen in onze laan
zes aan iederen kant van den weg waar
van er twee nog onbewoond waren, aange
zien de huizen nog niet geheel waren vol
tooid.
Mijn huis nummer 12 stond in een bocht
van den weg, zoodat ik een mooi gezicht
had op alle andere huizen in de laan en
zelfs met mijn leekenoog had ik al heel
gauw gezien, dat de twaalf huizen in die
laan in het geheel niets van elkaar ver
schilden tenzij men dat verschil wilde
gaan zoeken in gordijnen, bloembakken en
architectuur van de kleine voortuintjes.
Om alle twaalf huizen heen liep een vrij
breed voetpad ik vermoed dat het land
in die buurt niet duur was zoodat de
villa's inderdaad aanspraak mochten maken
op den naam „Vrije Huizen" en aan den
linkerkant van de voordeur zag men bij ieder
van die twaalf villa's een mooi groot koperen.
bord, waarop door den een of anderen
gedienstige geest een prachtige naam ge
graveerd was.
Recht tegenover mij was „Laburnum Lodge"
naast me „Pixieland" en ik ben er
nooit achter kunnen komen wat da,: eigen
lijk moest bebeekenen. Alle andere- huizen
droegen soortgelijke, fraaie namen, zoodat u
misschien wel kunt begrijpen, dat ik vrien
delijk doch beslist bedankte voor de eer,
toen men mij verzocht even een naam te
willen opgeven, die meer genoemde gedien
stige geest dan in het koperen bord zou
graveeren.