HET NIEUWE AVONDBLAD
De reddingspogingen
van burgemeester Rambonnet.
Nachtegala-voorstelling
19e JAARGANG No. 145
DINSDAG 24 APRIL 1934
IJMUIDER COURANT
ABONNEMENTEN: per week 10 ets., per maand
40 cents plus 2y3 cents incasso, per kwartaal 1.20
plus 5 cents Incasso, lossenummers3 cents.
Kantoor: Kennemerlaan 42 - IJmuiden - Telef. 521
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Uitgave Lourens Coster, Maatschappij voor Courantuitgaven en Algemeene Drukkerij N.V,
Directie: P. W. PEEREBOOM en ROBERT PEEREBOOM
ADVERTENTIEN: 1—5 regels f 0.75. Elke regel meer
15 ct. Bij abonnement belangrijke korting. Adverten
ties van Vraag en Aanbod 1-3 regels 25 ct., elke regel
meer 10 ct. Ingezonden mededeelingen dubbele prijs.
ALLE ADVERTENTIëN, OPGEGEVEN VOOR DIT BLAD WORDEN KOSTELOOS OPGENOMEN IN DE NEVEN-EDITIE HET NIEUWE AVONDBLAD DE
KENNEMER COURANT.
Alle abonnès van dit blad zijn, zoodra zij 14 dagen als zoodanig in de registers
zijn ingeschreven en verder op voorwaarden, die van tijd tot tijd gepubliceerd
en ten kantore van dit blad gratis verkrijgbaar zijn kosteloos verzekerd tegen
de gevolgen van ongevallen voor de navolgende bedragen:
2000.bij algeheele invaliditeit; 600.— bij overlijden; 400.— bij verlies van
een hand, voet of oog; 250.— bij verlies van een duim; 150.— bij verlies van
een wijsvinger; 100.— bij breuk van boven- en/of onderarm; 100.— bij breuk
van boven- en/of onderbeen; 50.bij verlies van een anderen vinger. Tenge
volge van spoor-, tram- of autobusongeval; 5000.— bij overlijden van man en
vrouw belden; 3000.— bij overlijden van den man alleen; 2000.— bij over
lijden van de vrouw alleen Opvarenden van visschers-, marine-vaartuigen
enz. 400.— bij verdrinkingsdood door ongeval tijdens de vaart, tot een
maximum van 2000.indien hetzelfde ongeval den dood van vijf of meer
abonnés mocht tengevolge hebben.
Alleen de abonné(ei zelf is verzekerd, behoudens het vermelde omtrent spoor-,
tram- of autobusongevallen. Polis is niet noodig. Uitkeeringen krachtens
deze verzekering worden gewaarborgd door de Nieuwe H-A.V.-Bank te
Schiedam.
IJMUIDEN.
IJmuider Federatie steunt deze.
Maatregelen tot toeneming van het vischgebruik in de eerste plaats noodig.
In ons blad van gisteren (Maandag) pu
bliceerden wij den brief, door de- IJmuider
Federatie gericht tot burgemeester Ram
bonnet.
In dien brief deed de IJmuider Federatie
de toezegging, den burgemeester op korten
termijn een uitvoerige nota op diens be
schouwing betreffende voorziening in den
nood van het visscherijbedrijf te zullen doen
toekomen.
Wij mochten inmiddels een afschrift van
deze nota ontvangen.
De IJmuider Federatie schreef het vol
gende
Wij namen met groote belangstelling ken
nis van uwe aan ons op dato 18 April toe
gezonden beschouwing. Zeer veel van het
hierin omschrevene heeft onze volle instem
ming.
Inderdaad zijn wij het met u eens dat met
geen der tot nu toe genomen maatregelen
ook maar iets is bereikt. Voor wat het
grooter vischverbruik betreft niet, door ge
brek aan medewerking eenerzijds, ongeloof
aan de verbruiksmogelijkheden door den
binnenlandsche consument en gebrek aan
energie anderzijds, voor wat contingenteering
betreft niet door halfheid bij het nemen en
doorvoeren van dezen maatregel door de
regeering, terwijl tenslotte de plaats gehad
hebbende loondaling, afgezien van het on
sympathieke hierin voor dit bij in de vaart
zijn bijna nacht en dag zwoegende en met
zooveel gevaren te kampen hebbende, noeste
visschersvolk, uiteraard dé bedrijfsvoering
niet gemakkelijker kon maken. Bovendien
deelden deze ruimschoots in de slechte be-
drijfsuitkomsten door hun aandeel in de zoo
veel lagere besomming door lage vischprijzen
als in meer normale tijden het geval. De
hierdoor plaats gehad hebbende feitelijk
automatische loondaling beliep zeker in pro
centen uitgedrukt evenveel als de door de
crisis veroorzaakte loondaling in vele andere
bedrijven bedraagt. De loonfactor in het vis
scherijbedrijf vastgesteld op 35 pet. der
exploitatiekosten door het Centraal bureau
voor de statistiek doet dan ook zien dat deze
aanmerkelijk lager is dan die in de meeste
andere bedrijven waarvan de loonfactor
eveneens door het Centraal bureau voor de
statistiek werd vastgesteld.
De noodtoestand welke zoo overduidelijk
tot uitnig komt in het door u weergegeven
overzicht van den financieelen toestand van
één der best geleide IJmuidensche visscherij -
maatschappijen gebiedt dat er andere en
betere maatregelen worden genomen.
Als één der allerbeste in den toestand
verkeert als door u geschetst, dan blijkt hier
uit wel overduidelijk de absolute noodzake
lijkheid, dat moet worden aangepakt om nog
van het bedrijf te redden wat te redden is.
Om nu te komen tot de in uwe beschou
wing neergelegde maatregelen welke naar
uwe wijze van zien tot verbetering zouden
kunnen leiden, zij het ons vergund hierover
allereerst eenige opmerkingen te mogen ma
ken.
Ie. Heeft het survey-klaarmaken van nog
geschikte opgelegde trawlers alleen waarde
uit een oogpunt van werkverschaffing. Hoe
goed dit op zichzelf ook kan zijn, zijn wij
van meening dat allereerst alle beschikbare
of ter beschikking te stellen middelen moeten
worden aangewend tot het in -de 'vaart bren
gen en houden van een zoodanig aantal
trawlers als voor de vischvoorziening van
ei-gen land en rekening houdend met de uit-
voermogelijkhe-den, noodig zijn.
Als ten aanzien van dit laatste het ten
doel gestelde resultaat is bereikt, nadat in
eigen land de consumenten zijn veroverd
welke te veroveren zijn, en dus eerst tegen
den tijd dat we de -opgelegde nog geschikte
schepen noodig hebben, zou zeker dit plan
voor uitvoering vatbaar zijn.
2e. Zou naar ons gevoelen het bij wijze
van werkverruiming naar zee zenden van
trawlers in bruikleen afgestaan aan de be
manning een te groote decentralisatie van
het bedrijf tot gevolg hebben, terwijl juist
voor dezen tijd een grootere concentratie
van. het bedrijf dringend gewenscht moet
worden genoemd. Bovendien zit hier het ge
vaar, dat men na de eerste één of twee
misse reizen is aangewezen op leveranciers-
crediet met al de funeste gevolgen hieraan
verbonden. (Het geen invloed meer kunnen
uitoef-enen op de kwaliteit van het geleverde
materiaal; het niet meer kunnen reclameeren
tegen onderwicht etc.) Terwijl tenslotte bij
niet voldoende onderhoud der netten door
het ontbreken van terzake kundig personeel
aan den wal en het- zich niet op tijd kunnen
aanschaffen van nieuw materiaal, de be
drijf suitkomsten in zeer sterke mate in on-
gunstigen zin beïnvloeden. Wij zijn van mee
ning dat allereerst de meest exploitabele
booten van de nog exploitabele reederijen
een kans moet worden gegeven, omdat deze
inderdaad de beste kans hebben nog loon-end
te kunnen varen en zeker als te nemen maat
regelen zouden kunnen leiden tot verlaging
der exploitatiekosten dan wel tot betere uit
komsten door verhooging der vischprijzen en
dus betere besomming'.
Van de verder in uwe beschouwing neer
gelegde maatregelen zijn wij, het is ge
noegzaam bekend, zeer sterke voorstanders.
Maar ons gevoelen zou in de te voeren
bespreking als punt 1 onder het oog moeten
worden gezien het oprichten eener visch-
conservenfabriek. Als hiertoe met hulp der
overheid zou kunnen worden gekomen dan
waren wij een eind in de goede richting om
dat hiermede ten nauwste samenhangt een
goede vischvoorziening van eigen land.
Het weinige vischverbruik in ons land is
niet voor een gering gedeelte te wijten aan
het feit der onregelmatige aanbieding van
dit product waardoor het voor te vele een
onmogelijkheid is te bepalen dat den maal-
tij dvoor den volgenden dag een vischschotel
zal zijn. Juist op den dag dat we visch willen
eten laat de vischboer ons inden steek, ëen
te groote schommeling, in den prijs doet de
rest.
Deze beide euvelen waren, zijn wij goed
ingelicht, mede oorzaak'dat legerautoriteiten
zeer sceptisch stonden tegenover het invoe
ren van een wekelijkschen vischmaaltijd in
kazerne's etc.
Door het stichten eener vischconserven-
fabriek zijn deze -beide euvelen goeddeels
te ondervangen doordat bij te groote aan
voeren deze uit de markt kunnen worden
genomen ter conserveering' waaruit dan later
te kleine aanvoeren kunnen worden aange
vuld, waarmede dan tegelijkertijd een meer
stabiele prijs wordt verkregen.
Als tweede zou -dan het probleem der
vischvoorziening met al wat hiermee samen
hangt als het verbeteren van het distributie
apparaat, het opvoeren van het vischverbruik
door doelmatige propaganda etc., onder het
oog moet worden gezien. Om tot een en an
der te geraken is naar onze meening noodig:
1. Propaganda en opvoeren verbruik.
a. Doelmatige en energieke propaganda
voor grooter vischverbruik middels een als
rijdende tentoonstelling ingerichte auto met
kook- bak- en radioinstallatie;
b. het uitgeven en op ruime schaal ver
spreiden van een populair geschriftje waarin
aan het bereiden der verschillende soorten
visch een groote plaats wordt ingeruimd;
c. het invoeren en of voorstaan door de
regeering zoo mogelijk van een wekelijk
schen vischdag voor het geheele Nederland-
sche Volk;
d. verplichte wekelijksche vischdag voor
leger en vloot, krankzinnigen gestichten en
andere rijksinstelylingen, bevorderen van
wekeiljksche vischdag voor ziekenhuizen, sa
natoria etc.;
e. onder bereik brengen van het artikel
visch van den consument in het algemeen
(volksvoedsel) door zoo mogelijk en bij be
nadering vaststellen van een maximumprijs
voor den kleinhandel van ieder der soor
ten;
f. mede in verband met onder e genoemde
vaststellen, zoo mogelijk en bij benadering
van een minimum prijs van ieder der soor
ten voor den producent in verband met
exploitatiekosten voor ieder der categoriën
van trawlers.
g. verbod van, door opneming artikel in
warenwet, den verkoop van visch onder an
dere benaming dan de werkelijke (witte
kool voor zalm, wijting voor schelvisch etc.)
2. Distributieapparaat.
a. Het stichten eener distributiecentrale te
IJmuiden van waaruit alle voor het land be-
noodigde visch wordt gedistribueerd, waar
door mogelijk wordt en tot taak van deze
centrale behoort:
b. het vaststellen van den inkoops- en ver
koopsprijs voor den kleinhandel voor ieder
der soorten en kwaliteiten;
c. het bevorderen van den verkoop aan ar
beiders werkzaam in groote fabrieken en
werkplaatsen middels directie, fabriekscom-
missie of hiervoor aangewezen persoon door
levering wekelijks op vooraf vastgestelden
dag tegen vooraf vastgestelden en altijd zelf
den prijs, waarvoor in verband met schom
meling marktprijs de eene week kookvisch de
andere week bakvisch zou kunnen worden ge
leverd. Ter animeering levering hiervan zoo
mogelijk in panklaren toestand, verpakt in
hoveelheden naar grootte der gezinnen en of
bestelling;
(Te Dinxperlo is Donderdag reeds
de nachtegaal gehoord).
Hoor. een andre lentebode
Is ook extra vroeg er bij,
Anders laten nachtegalen
Zich pas hooren in de Mei.
Na zijn vele maanden zwijgen
Meldt hij zich: ik bep er weer,
Al mijn veerkracht is gebleven
En mijn „stem"ming evenzeer.
Laat de gramofoon nu zwijgen,
Zet de radio even stil,
Laat uw motor even stoppen,
Spaar ons nu den klaxongil.
Na het ingespannen werken
Op een zwaren arbeidsdag,
Als uw rusttijd is gekomen,
Gaat een anderaan den slag.
Geef ons twee minuten stilte
In den avond en dan niet
Ter herdenking van een doode,
Maar van 't hoogste levenslied.
Hoor. de nachtegaal komt zingen
In ons landje aan de zee,
Mag uw lied wat minder hoog zijn,
Volg zijn voorbeeld en zing mee.
d overleg met spoorwegen voor een zoo snel
mogelijk vervoer met zoo weinig mogelijk
overladen, het niet laten staan van visch op
zonnige plekken, (perrons, in wagens met as-
phaltbedekking) gereduceerden prijs voor het
vervoer van visch, beschikbaarstelling van
koolwagens in den zomer;
e. in overleg met Bond van visch-kleinhan-
delaren en vischventers vaststellen zoo moge
lijk en bij benadering van de voor de visch
voorziening van eigen land wekelijksche be-
noodigde hoeveelheid visch;
f. het in de vaart brengen en houden van
zooveel trawlers als voor de vischvoorziening
van eigen land noodig zijn, hierbij rekening
houdend met uitvoermogelijkheden, contigen
beering door eigen land etc.;
g. ter voorkoming van beunhazerij en an
dere voor de vischvoorziening minder goede
practijken, medewerking van plaatselijke over
heid voor het niet toestaan van het venten
met visch zonder ventvergunning, ventver
gunning voor dit artikel alleen verstrekken
aan bonafide kleinhandelaren en vischven
ters.
3. Bevorderen der kwaliteit door:
a. Het in goeden staat brengen en houden
der vischruimen;
b. voortdurend toezicht op de kwaliteit van
het geleverde ijs;
e. het uit de markt nemen van inferieure
kwaliteit en deze beschikbaar stellen van
vischmeelf abrieken
d. opdracht aan schippers en of stuurlieden
om de in het eerste gedeelte der reis gevan
gen visch en in het laatste gedeelte der reis
gevangen visch afzonderlijk te bergen;
e. ter voorkoming van het maken van te
lange reizen benevens om te groote opeen-
hooüing te voorkomen bij het uitvaren met
schippers vaststellen dag van binnenkomst
waarvan alleen in bijzondere omstandighe
den zou mogen worden afgeweken.
Wij vleien ons niet met de hoop, met bo
venstaande alle maatregelen te hebben ge
noemd, noodig voor het opleveren van de
beste resultaten voor het bedrijf, evenmin
met de verwachting, dat alle hier genoemde
maatregelen uitvoerbaar zijn of de instem
ming zullen hebben van alle hierbij direct be
langhebbenden. Toch hebben wij gemeend,
alles wat naar ons gevoelen noodig is tot op
voeren van het vischverbruik etc. te moeten
noemen, omdat hiervan voor de toekomst af
hangt of het IJmuidensche bedrijf nog be
staanszekerheid zal hebben.
Tenslotte merken wij ter zake verder in uw
beschouwing omschreven te nemen maatre
gelen nog op:
le dat ten aanzien van het totstandkomen
eener onderlinge scheepsassurantie ons stand
punt van het absoluut noodige van doorvoe
ring hiervan genoegzaam bekend is;
2e. dat verbetering der certifieatenregeling
ook naar onze meening van een dringende
noodzakelijkheid is, terwijl voor wat den ver
deren buitenlandschen afzet betreft, zien wij
het goed, het weinige resultaat het verkrijgen
van verbetering tot nu toe te wijten is aan
het feit-, dat vooraf door onderhandelaars
van betrokken landen te weinig of in het ge
heel geen rekening werd gehouden met de
meening of adviezen van groot, kleinhandel
en reeder ij der betrokken bedrijven. Een en
ander zal mogelijk wel voortspruiten uit de
weinige overeenstemming welke er tot nu toe
in de meeningen en adviezen bij onderschei
den belanghebbenden aanwezig zal zijn ge
weest, hierin kan echter verandering komen
bij betere samenwerking waartoe de eerste
stap thans wordt gedaan door bijeenroeping
door u in door u bedoelde conferentie. Voor
het verkrijgen van een heter resultaat zal
men naar onze stellige overtuiging, goed doen
in onderhandelingen als deze belanghebben
den mee te betrekken mede omdat de ambte
naren belast niet de onderhandeling over een
bepaald punt meestal te weinig tot in de fi
nesses 'tbetreffende geval kunnen beoordeelen
om directe resultaten te kunnen bereiken. In
ieder geval zouden naar ons oordeel de vis-
scherijbedrijven in Nederland en België ei-
wel bij varen indien men voor het elkande
aanvullen etc. grootere vrijheden openliet;
3e. dat verscherping der contingenteering
dient te worden doorgevoerd ten eerste door
het contingent te stellen op 100 pet. van den
invoer der jaren vóór de crisis, ten tweede
door 't contingent zoodanig over de verschil
lende jaarperioden te verdeelen, dat eigen
bedrijf hiervan de minste lasten ondervindt
(bij mooi weer wordt ons land overstelpt met
Deensche Noorsche en Zweedsche visch en
dus als van eigen vloot juist groote aanvoeren
te verwachten zijn, met gevolg groote prijs
daling en opleggen van eigen vloot, bij slecht
weer en dus bij kleine aanvoeren van eigen
vloot zou aanvulling in verband met behoef
te van het vischetend publiek noodig zijn,
dan laat de visscherij van deze landen ons in
den steek omdat ze door type schip bij storm
weer de visscherij niet kunnen uitoefenen.
Voorts meenen wij nog te moeten wijzen op
de noodzakelijkheid van het stichten eener
inkoopcentrale van kolen, ijs en verder alle
voor het bedrijf noodige materiaal; hierbij
zouden wij de proviand niet willen uitschake
len, integendeel. Indien door de bemanning
de proviand uit een centrale kon worden be
trokken, zou dit zeer aanzienlijke bespariug
op de thans vrij hooge kosten tot gevolg heb
ben, ten eerste door de niet onaanzienlijke
reductie verkregen door vrij grooten inkoop,
ten tweede door de bezuiniging op het thans
vrij omslachtige, zeer dure en dan nog on
doelmatige distributieapparaat, ten derde, en
dit is het voornaamste zou de proviand, in
dien de noodige garantie door het betrekken
uit een centrale of depot aanwezig was, vrij
van belasting kunnen worden geleverd. Deze
vrijstelling is zeer ruim, terwijl bovendien nog
de voor de proviandeering der schepen noo
dige artikelen in dat geval zelfs vrij van om
zetbelasting zouden zijn.
Voor het stichten dezer inkoopcentralen, de
onderlinge scheepsassurantie en meerdere in
uwe beschouwing genoemde maatregelen is
evenwel de hulp der regeering noodig. Zonder
het verstrekken van crediet, zonder medewer
king bij het opvoeren van het vischverbruik,
kortom zonder overheidshulp wordt voor
IJmuiden niets bereikt, om de eenvoudige re
den dat het bedrijf zelf tot niets, maar dan
ook tot niets meer in staat is.
Wij hopen en vertrouwen dat de regeering
thans doordrongen van den ernst van den toe
stand gevolg zal geven aan uwen oproep, en
in de onder uwe leiding te houden besprekin
gen voor de instandhouding van dit bedrijf
zal doen wat van haar verwacht wordt.
Resumeerende zijn wij dus van meening dat
de te houden besprekingen moeten loopen
over en in volgorde als hier opgesteld;
le. Stichten eener vischconservenfabriek;
2e. Visc.hpropaganda en verbetering van
het distributie-apparaat der vischvoorziening
van eigen land;
3e. Wekelijksche vischdag voor leger en
vloot etc., medewerking regeering visehpro-
4e. Bevorderen van de kwaliteit der visch;
5e. Tot stand komen eener onderlinge
scheepsassurantie
6e. Stichten eener inkoopcentrale van alle
voor het bedrijf benoodigd materiaal.
7e. Stichten eener proviandcentrale.
8e. In verband met punten 5, 6 en 7 ver
strekken door de Regeering van een crediet
ter verwezenlijking van in deze genoemde
maatregelen.
9e. Verscheping der Nederlandsche contin
genteering.
10e. Onderhandelingen met Frankrijk, Bel
gië en Duitschland over betere uitvoermoge
lijkheden, het elkander aanvullen bij gebrek
aan bepaalde soorten in verband met voor
keur vischetend publiek.
Open brief van den heer
Tusenius.
Inmiddels heeft de heer K. H. Tusenius,
directeur der N.V. Vereenigde Ijsfabrieken
een open brief aan den Burgemeester in ver
band met diens nieuwe voorstellen doen toe
komen.
De heer Tusenius schreef het volgende:
De geheele bevolking van onze gemeente
zal uwe Edelachtbare danken voor uwe her
nieuwde poging om onze bedrijven van een
algeheelen ondergang te redden.
Naast dezen dank echter neem ik de vrij
moedigheid u te wijzen op een kleine lacune
in uw voorstellen.
Waar u vrijwel alle belanghebbenden voor
een bespreking aangewezen acht, trekt het
mijn aandacht, en ook de aandacht van an
deren, dat u een „klein groepje" vergeet, en.
wel de nevenbedrijven en de banken. Deze
groepen vangen weliswaar geen visch, en ver-
koopen deze ook niet, zij hebben slechts de
zeggingschap over het grootste deel van de
vloot, voor zoover deze tot varen geschikt is.
zij hebben meer dan wie ook het varen in de
laatste jaren mogelijk gemaakt, en voorko
men iederen dag groote debacle's.
Zonder deze groepen in het overleg te be
trekken is geen oplossing mogelijk. Hier is
geen sprake van meer of minder goeden wil,
de nevenbedrijven toch hebben ook hunne
schuldeischers.
Gaarne had ik u deze opmerkingen in een
privé-brief medegedeeld, nu uwe deskundigen
dit klein onderdeeltje van het visscherijbe
drijf vergeten hebben. Gezien echter den kor
ten termijn waarop nu zonder twijfel de re-
geeringsvertegenwoordigers ter conferentie
zullen verschijnen, jammer dat de vertegen
woordiger van Financiën er niet bij zal zijn
(de erfpachten, de toeslagen af accijnzen, de
omzetbelasting), heb ik gemeend op deze
wijze het spoedigst en het meest succesvol uw
voorstellen aan te kunnen vullen, een en an
der in overleg met zoovele andere belang
hebbenden, zooals daar zijn de kolenleveran-
ciers, de Stores, de herstelplaatsen en de ijs-
leveranciers.
DE NELLY MM. 68 IN OSTENDE
VERLATEN.
WERD ER MEE GESMOKKELD?
De laatste foto van Leo Trotzki, de moderne
Ahasveros, in Frankrijk genomen.
Het volgende knipten we uit „Het Vissche-
rijblad" van Ostende:
Sedert meer dan vier weken ligt de IJM. 68
in de haven van Ostende, waar hij genood
zaakt was, tengevolge van defekt aan het ma-
chien binnen te loopen.
Alles werd reeds lang hersteld, doch naar
we vernemen, heeft de reeder de bemanning
en het schip aan hun lot overgelaten, zoodat
gansch de bemanning op één uitzondering
na, naar hun land zijn teruggekeerd.
We hadden de gelegenheid met de overge
bleven matroos een gesprek aan te knoopen.
Het is een jonge kerel van 24 jaar, die over
de noodige middelen niet beschikt om terug
te keeren en die daarbij op het schip door
reeder en makkers aan zijn lot werd overge
laten.
Voorwaar een droevige toestand voor
iemand die meer dan zijn plicht doet, want
zonder hem was het bootje misschien een
speelbal der woekeraars en dieven.
Het ijeren schipje zelf schijnt ons een hoop
oud ijzer en mag als een staaltje van de oude
IJmuider vloot aanzien worden.
Diegenen, die bij ons over de krisis klagen,
zouden dan ook goed doen, eens even een
oogopslagje te werpen bij onze Noorderbu
ren, bij wie er werkelijk in visscherijkringen
groote ellende heerscht.
We mogen onze Belgische regeering dan
ook niet te streng beoordeelen, want voor de
vischnij verheid werd door het Ministerie van
Zeewezen, onder leiding van Directeur Ge
neraal Devos, reeds veel, ja zeer veel verwe
zenlijkt.
Tot zoover het Belgische blad.
Reeds gedurende langen tijd hebben we dit
scheepje, dat een tijdlang onder verschillende
namen (Willy en Deutschland) de snurre-
vaadvisscherij heeft uitgeoefend, in onze ha
ven. gemist. Uit het bericht in het Belgische
blad mag worden afgeleid, dat het voorloopig
uit is met de geheimzinnige avonturen van
de IJ.M. 68. Want bij een doodgewone snur-
revaad visscherij is het werk van de Nelly
zeer zeker niet beperkt geweest.
We hebben getracht, iets meer te weten te
komen over dit snurrevaad-trawlertje, dat
trouwens met weinig succes deze visscherij
heeft uitgeoefend, noch als Nelly, noch onder
een der andere namen die het gevoerd heeft.
Wij vernamen, dat het scheepje door de te
genwoordige combinatie van eigen-aars is
verhuurd aan een Helderschen visscher. De
Nelly was per maand verhuurd en mocht al
leen voor de visscherij gebruikt worden. De
huurder bleek echter een slechte huurder te
zijn. De huur werd lang niet geregeld be
taald en ook bestaat er veel reden om er aan
te twijfelen, dat het schip alleen voor de vis
scherij werd gebruikt. Om deze redenen had
den de eigenaars dan ook het voornemen, het
scheepje, zoodra het hier of daar binnen
mocht komen, in beslag te doen nemen. De
huurder schijnt hiervan lucht gekregen te
hebben. Althans hij is maar liever niet in een
Nederlandsche haven binnen-geloopen. In
Ostende binnengekomen heeft hij schip en
bemanning in den steek gelaten, met mede
neming van de contanten en zonder behoor
lijk orde op z'n zaken te hebben gesteld, Naar
wij vernemen, is ook thans nog niet bekend,
waar de schipper zich ophoudt; wel wist men
ons te vertellen, dat hij gesmokkeld heeft
voor rekening van een Haarlemmer. Deze
moet bij deze smokkelaffaire echter geen zij
gesponnen' hebben.
De overige leden der bemanning, op één
na, een zekere B., zijn door den Nederland-
schen consul te Ostende in staat gesteld, naar
Nederland terug te keeren. Waarom B. niet is
leegekomen is ons niet bekend. Natuu"-V'k
id ook hij, evengoed als de anderen reicgold
kunnen krijgen om naar ons land terug te
keeren.
Inmiddels hebben de reeders eenige zeelie
den naar Ostende gezonden om de IJ.M. 68 te
halen. Maar de schipper is nog steeds zoek.