SPAANSCHE FILMKUNST. IK ZWERF NAAR ROME. Ik zwerf naar Rome Twee premières in Madrid. Kostelijke Spaansche romantiek Over het algemeen zal niemand er aan denken om Spanje als een vooruitstrevend land te kwalificeeren, en evenmin zou de Spanjaard er op gesteld zijn als hij en zijn landgenooten een vooruitstrevend volk ge noemd werden: een Spanjaard is nu eenmaal nog conservatiever dan een Franschman, en het aantal Spanjaarden, dat tegenwoordig dan ook aanstoot neemt aan het verstokte conservatisme, de gemakzucht en het ge brek aan activiteit van zijn landgenooten. is nog steeds betrekkelijk gering, en uit zich bovendien in het algemeen meer in woorden dan in daden. Op sommige punten is Spanje Jaren en jaren ten achter bij de meeste ove rige landen in Europa, en noch de republiek, noch de steeds grooter wordende ontevreden heid schijnen veel uitgewerkt te hebben of in de nabije toekomst veel uit te zullen wel ken. Daarom is het een merkwaardig feit, dat er in Spanje al isnd lange jaren een zeer uit gebreide nationale filmindustrie bestaat meer dan een onderneming vervaardigen er geregeld films, men is er volkomen op de hoogte van de techniek der geluidsfilm, en de Spaansche films schijnen het uitstekend te kunnen bolwerken tegen de concurrentie van de Duitsche en Amerikaansche films, het hem! en een mimiek, waarbij de mi miek in de draken van twintig, dertig jaar geleden maar kinderspel geweest moet zijn. Maar Raquel Rodrigo had een lief snoetje, en Fernando Cortes echte Spaansche bakke baarden, en Antonio Palacio was een komiek, die werkelijk soms heel komiek was, en in de toekomst waarschijnlijk nog heel wat komie- ker zal kunnen worden. Daarbij komt dan, dat de door een Fransch man geschreven Spaansche muziek bij „Dor Francisquita" buitengewoon goed was, en dat men alleen om een viertal alleraardigste lied jes de film met genoegen nog een keer en nog een keer zou willen zien of liever hoo- ren. Schatjes van liedjes en juweeltjes van melodietjes hoewel er over het algemeen in de film veel te veel en veel te lang gezon gen wordt leve de tooneel-operette! En in de derde plaats is het zoo helder als glas, dat de Duitsche regisseur met zijn Spaansche acteurs en hun operagebaren eigenlijk geen raad heeft geweten en ze ten langen leste maar heeft laten doen (tenzr hij een concessie heeft gedaan aan het Spaansche publiek, dat mogelijk een film zonder opera- en drakeninslag niet neemt terwijl een filmregisseur toch waarmee het land door Ufa, Paramount, Me- I moet); toen heeft~hij verder "zijn °onmisken- +T/-1 Mnnm j I hoor TYiiito/»*. tro Goldwyn Mayer en Fox overstroomd wordt. Maar nog een merkwaardiger feit is het misschien, dat van al de Spaansche film producten, die daar in den loop der jaren vervaardigd werden, nooit een enkele, voor zoover ik weet, den weg naar overig Europa vond, terwijl het toch geen twijfel lijdt of er moeten vele bij geweest zijn, die om verschil lende redenen merkwaardig genoeg waren om ook buiten de Spaansch sprekende landen vertoond te worden. Hebben de producenten van Spaansche films nooit getracht er ook in andere landen een afzetgebied voor te vin den? Hebben de Europeesche bioscoopdirec teuren er nooit aan gedurfd, of bestaat er een andere reden waarom bijvoorbeeld Holland nog nooit in de gelegenheid is geweest kennis te maken met zelfs maar een enkele Spaan sche film? Want hoewel over het algemeen de Spaan sche films zuiver als film beschouwd onte genzeggelijk ten achter staan bij de gemid delde Duitsche en Amerikaansche productie, zou het bijzonder stichtend en boeiend kun nen zijn als we hier van tijd tot tijd eens een staaltje van Spaansche filmproductie te zien konden krijgen, zooals het op deze we reld nu eenmaal altijd stichtend en boeiend is om een zaak van zooveel kanten als maar eenigszins mogelijk is, te bezien. Wij Hollan ders, die nog maar net „Willem de Zwijger" en „De Jantjes" achter den rug hebben zou den vermoedelijk met dubbele belangstelling een product beschouwen van een filmindus trie, die, al is zij dan wat ouder dan de onze, eveneens nog in de kindschoenen staat en blijkbaar nog al erg last heeft van al die ver schillend kinderziektes, die ook op filmgebied onvermijdelijk zijn en die men, net als de mazelen en de pokken, éénmaal gehad moe ten hebben om een redelijke kans te maken, dat men ze niet weer krijgt. Bovendien blij ven er aan iedere Spaansche film, hoe pri mitief ook, genoeg sterke kanten over om haar toch voor een buitenlandsch publiek charme te doen hebben: de sterke „locale kleur" en de bekoring van het wonderlijke Spaansche gevoel voor een ouderwetsch en kinderlijk soort van romantiek, dat men hier al lang te boven is, maar dat nog steeds één van de fundamenten van het Suaansche le ven uitmaakt.. En dit mogen dan dingen zijn, die van filmisch standpunt van nul geener waarde zijn n' en déplaise filmisten of filmici of hoe zii heeten mogen, kan een film zonder veel filmisch belang altijd nog van algemeen menschelijke waarde zijn. Nu heeft sinds eenigen tijd de Duitsche regisseur Hans Behrendt in Barcelona een Soaansche filmonderneming gevestigd, de „Iberica", en pas geleden kwam die onder neming in het Palacia de la Musica in Ma drid met haar eerste film „Dona Francis quita" uit. „La primera gran producion na- cional, editada por Iebirca films! Un verdado acontecimeinto! (of wel: een ware gebeurte nis). Muziek van „el significo maestro Jean Gilbert!" Evenmin een Spanjaard dus; de acteurs en actrices waren echter alle Spaansch. namelijk Raquel Torres en Fer nando Cortes als jeune première en jeun< premier, en Ant-onio Palacios als de onvermij delijke komiek. Tegelijkertijd werd tegenover het Palacio de la Musica de première aangekondigd van een andere Spaansche film: „El agua en el Suelo", of wel „Het water in den grond": „la primera superproducion espanola editada por C.E.A. en sus estudios de la Ciudad Leal (Ma drid). Direccion Eusebio F. Ardavin! Musica del maestro Alonso!" en in plaats van „een ware gebeurtenis" was het ditmaal een „oor spronkelijk gegeven". En aangezien verder in de groote bioscopen Lilian Harvey, Mary Carlisle, en Mae West elkaar naar den kroon streefden (in Madrid, zijn, wonderlijk ge noeg, alle belangrijke bioscopen op een klein' plein bij elkaar gebouwd, en daar bevinden zich ook de reusachtige gebouwen van Fox, Metro Goldwyn Mayer en Paramount) leek het vrij boeiend om na te gaan, welke van de twee Spaansche films van de filmcritici het beste cijfer zou krijgen. Het bleek, dat „Dona Francisquita", de Spaansche film ge maakt door een Duitschen regisseur, het glansrijk won; heeft in Holland zich trou wens hetzelfde geval niet voorgedaan met „Willem de Zwijger" en „De Jantjes", de eene gemaakt onder Hollandsche regie, de andere onder die van Jaap Speyer, die weliswaar een- Hollander. maar een in Duitschland opgeleid regisseur was? En het was met de noodige nieuws^5 or!r' heid. dat wij ons opmaakten om „Dona Fran cisquita" te gaan zien, de film. die de Ma- drileensche bladen eenparig prezen als „De beste Spaansche film, ooit vervaardigd"; wat in 's hemelsnaam zou er voortgekomen zijn uit de samenwerking van een Duitsch regis seur. een Fransch componist en een stel Spaansche acteurs? Vooropgesteld zij, dat de Spaansche ac teurs er als filmacteurs van nul en geener waarde waren, maar dat ze zoo weggeloopen waren van het gewone, of waarschijnlijker nog van het operatooneel; dat bracht na tuurlijk het voordeel van uitstekende zang stemmen met zich mee en het reusachtige nadeel van een acteeren, zoo ouderwetsch theatraal, als men het tegenwoordig in de Hollandsche opera niet eens meer ziet, mis schien wel omdat een Hollander er toch eigenlijk den aanleg niet voor mee heeft maar een Spanjaard wel, de hemel vergeve baar Duitsch regisseurenoog maar laten rus ten op een stuk of wat van de kleinere scène tjes en daar werkelijk juweeltjes van ge maakt: het dansen van een kostelijke Spaan- schen fandango in een weliswaar wat Weensch aandoende thee aan het slot wil me nog steeds niet uit het hoofd! Een merk waardig man overigens, deze Duitsche regis seur, die in een film zoo'n scènetje maken kan en even eerder zijn jeune premier voor hij naar bed gaat een kwartiertje tegen de sterren Iaat zingen, met zijn eene hand op zijn hart en de andere op zijn nachttafeltje, precies zooals bij mama Opera thuis! Over scenario, beeldmontage en de rest zullen we maar niet te veel zeggen. Het sce nario had de charme van dat kostelijk ouder wetsch soort van romantiek, dat in Spanje blijkbaar nog zoo springlevend als een Maart- sche kikker is, terwijl het in de rest van de wereld zoo dood is als de symbolische pier maar dood zijn zouDe eerste principes 1 van beeldmontage zijn blijkbaar nog steeds de Pyreneeën niet over, de fotografie was uitstekend, en het geluid idem dito, alleen in Hollandsche ooren veel te hard, en in Spaan sche waarschijnlijk nog maar net hard ge noeg Een dusdanig product is dus de laatste en de beste Spaansche film, en een wonderlijk genoeg product is het! Niettemin wie vlak voor „Dona Francisquita" een ongelooflijk slechte Duitsche film als Maria Jeritza's laat ste product zag, die stemt om meer dan één reden meteen en onherroepelijk Spaansch! Daar voelt men ten minste nog mogelijkhe den en een toekomst een groote toekomst waarschijnlijk ook. Oneindige mogelijkheden bergt het land, en oneindige mogelijkheden bergt het volk; een regisseur als Hans Behrendt heeft dat al ingezien al is de wijze, waarop hij het verwerkt heeft over het al gemeen nog primitief Vermoedelijk heeft een wat goeds willend regisseur in Spanje te kampen met moeilijk heden, waarbij de moeilijkheden van een re gisseur in Frankrijk en Duitschland maar molshoopen zijn; in dit licht bezien is wat bereikt werd waarschijnlijk lang niet gering. Maar waarom hebben wij tot nu toe nog geen enkelen keer kennis kunnen maken met zelfs maar een enkel product van de Spaan sche filmindustrie? Er wordt ons hier bij tij den wel erger voor gezet; welk ondernemend bioscoopeigenaar zal het eerste schaap zijn, dat over de Pyreneeën klimt? Hoog zijn ze maar het is een curieus land, dat er ach ter ligt! WILLY VAN DER TAK. Per fiets, per voet en per auto. OÓSTENRIJKSCHE SOCIALISTI SCHE LEIDERS UIT DE GEVANGENIS. WEENEN, 22 Mei (V. D.) Verscheidene socialistische leiders waaronder de vroegere burgemeester van Weenen Seitz, Dr. Karl Renner, de eerste republikeinsche kanselier, de heeren Breitner en Danneberg, vroeger wet houders van financiën en verder een 60-tal lagere leiders en partijfunctionarissen zijn in vrijheid gesteld en hebben verlof gekregen om tijdens de Pinksteren naar huis te gaan. Deze invrijheidstelling schijnt echter be perkt te worden door zoogenaamde Ritter- liche Haft welke inhoudt dat zij hun woon plaatsen niet mogen verlaten, geen gebruik mogen maken van auto's of telefoon en hun correspondentie ter beoordeeling aan de cen suur moeten toonen. Rein Kuin zwerft naar Rome en hoe hij dat zal doen zal hij u in enkele artikelen vertellen. Rein Kuin is een Haarlemsche jongen die naar Italië wil. Hij heeft een fiets genomen en is naar Aken gereden. Daar doet hij het ding weg en dan begint zijn tocht pas goed. Wij zijn vol verwachting over de ervarin gen die hij zal opdoen. Het gebeurt tegenwoordig maar al te zelden dat iemand zwerft, dat iemand een reis on derneemt en niet eens weet hoe hij zal reizen. Rein Kuin zwerft naar Rome en wij zwerven mee. Zoo zwerf ik dan naar Rome. Ik wil de wereldkampioenschappen zien en eerst zal ik onze ploeg in Milaan tegen de Zwitsers in het veld zien. Eerlijk gezegd wilde ik dit allang en ik wilde het net zoo lang totdat het mij begon te vervelen er steeds aan te loopen denken en toch niet te gaan. Nu, wat is eenvoudiger om uit deze puzzle te komen dan wel te gaan? Toen dan ook de simpelheid van deze op lossing goed tot me doordrong heb ik van een vriend een rugzak geleend, van een an deren een fototoestel en van een derden een veldkijker. Vervolgens heb ik die rugzak volgepakt met alle mogelijk noodige en onnoodige din gen, het fototoestel en de veldkijker om m'n nek gehangen, m'n trouwe fiets van stal ge haald en ben ik uitgezworven. Door Holland, Duitschland en Zwitserland zwerf ik naar Italië Ik ben niet van plan door het zwaar ge accidenteerd terrein van Duitschland en Zwitserland te fietsen; maar voor ik Holland verliet wilde ik van ons land een indruk mee nemen naar den vreemde. En hoe kun je Holland beter zien dan door er doorheen te fietsen? En ik heb Holland gezien. Ik heb Holland gezien zooals ik het nog niet gezien heb. Zwervend langs de wegen met een vrij gevoei zocht ik Holland. En ik heb het gevonden. Nadat ik 's mor gens vroeg in kou en motregen den vervelen den weg Haarlem—Amsterdam had afgelegd door onze hoofdstad-in-prille-morgenvroegte was gereden, de Weesperzij had overleefd en den weg naar Abcoude had ingeslagen, kwam ik in Duivendrecht Holland al tegen. Net toen de zon een gaatje had gevonden om het stukje aarde dat ik bereed te beschij nen kwam ik het tegen in de gedaante van een flinken kerel op klompen een blauwe kiel, met een pijp in z'n mond en een koe aan een touw. Dat was Holland. Want wat teekent Hol land tenslotte beter dan zoo'n figuur op een achtergrond van malsch Jong gras en sap pige klaver tegen het jonge groen van uit- loopende boomen met hier en daar een huis en dit met zonlicht overgoten, terwijl alles wordt overspannen door een Hollandsche wolkenlucht die de kleuren helderder en rijker maakt? Ik ben ons land in de lengte doorgefietst. Ik zag het op de prachtige fietstocht langs Gein en Vecht van Amsterdam naar Utrecht. Ik zag het in een troep rondscharrelende big gen in een boomgaard en ik zag het in de jonge rietstengels aan de slootkanten, Ik zag het in het uitzicht over de Holland sche weiden, waar koeien diep denkend in zalig herkauwen voor zich uit staren en ik heb het gezien in de theehuisjes aan het Gein. Ik heb het gezien in duizenderlei scha keeringen. Voorbij Utrecht de weilandjes met knot wilgen omzoomd. En dan de Betuwe, die jammer genoeg uitgebloeid is, maar die toch nog de weelderige groeikracht van Holland's „goede grond" in ruime mate toont. Ik rijd in een feestelijke stemming door dit rijke land: een lek bandje onder Mete ren doet me niets en ik word ook niet boos als ik voorbij den Bosch nadat ik een Bra- bantschen boer in m'n enthousiasme toeriep: „Holland is mooi, man", ten antwoord krijg: „Ge zij zot!" In Echt vond ik voor den nacht onderdak. Laat het mij na deze ontboezeming over Holland vergund zijn te zeggen dat ik heer lijk geslapen heb na m'n openingsritje van 200 K.M. Het was dan ook niet bovenmate vroeg toen ik des morgens verder zwierf naar Maastricht en de adembenemende hellingen, in de meest letterlijke zin adembenemend, want je hebt heusch zooveel niet meer over als je tegen de Keersche- of Vaalserberg bent opgeklommen. Nee, dit land ben ik stilzwijgend doorge trokken, doodeenvoudig omdat er niets aan was met iemand een praatje te maken om dat een Noordeling de taal gewoonweg niet verstaat. Ik moest ze na iederen zin vragen te herhalen omdat ik er anders heelemaal niets van snapte. Nu, dat verveelt van beide kanten al gauw. Ik ben tenminste bij Vaals de grens maar overgegaan en het Derde Rijk binnenge reden. Ik kwam in Aken en zette m'n fiets op stal in het „Hauptbahnhof" Verder ga. ik zwerven. - U weet waarschijnlijk wel dat je voor Duitschland goedkoope Marken kunt krij^ gen voor reisdoeleinden. Nu dat zijn makke lijke dingen, vooral om in te wisselen. Om één uur was ik aan de „Deutsche Bank" om m'n reischèque te innen, maar 't bleek dat de bank tot 3 gesloten was. En toen ik er even 3 uur weer kwam, moest ik nog een klein uur in de rij staan eer ik m'n geld had. Daarna ben ik met m'n rugzak op m'n rug Aken door- en uit-„gewandert", en als training ben ik er mee blijven loopen tot Walheim. ruim 13 K.M. (dat ding weegt nog 20 a 25 K.G.). En niet alleen als training maar ook omdat het daar prachtig loopen is. Alleen, loopend kom ik niet vóór 27 Mei in Milaan, dus ik zal morgen probeeren zoo ver mogelijk mee te rijden met alles wat ik tegenkom om m'n zwerftocht zoo voort te zetten en ten slotte: ik heb in een „Gasthaus" sla gegeten zooals ik ze nog nooit heb gehad en nooit weer hoop te krijgen. Zooals men hier sla eet kan ik er niet bepaald mee dwepen. Maar enfin, „men" leeft ook nog steeds. REIN KUIN. ONTSNAPPING UIT EEN BRITSCH-INDISCHE GEVANGENIS. NEGA, 21 Mei (Reuter). Zeven-en-twintig gedetineerden in de gevangenis van Faridket in de Jundjab, zijn ontvlucht, na 12 schild wachten te hebben gedood. Zij hebben 19 geweren en een duizendtal patronen medegenomen. SPOORWEGCATASTROFE IN SPANJE. Machinist door fluitsein misleid. REEDS 20 DOODEN GEBORGEN. MADRID, 22 Mei (V.D.) Naar uit Bar- celona gemeld wordt, is aldaar gisteren een groot spoorwegongeluk gebeurd. Een voor vertrek gereed staande personentrein reed voor den vastgestelden tijd weg, doordat de machinist een fluitsein van een passagier voor het vertreksignaal van den stationsambte naar had gehouden. Enkele kilometers balten het station kwam de trein toen in botsing met een andere per sonentrein waardoor beide treinen vernield werden. Tot dusverre konden twintig dooden en vijf en twintig zwaar gewonden worden geborgen. Men vreest, dat onder de puinen nog ver scheidene dooden zullen liggen. BURGERLIJKE STAND De voetbal-enthousiaste lezer vindt hier een foto-compositie onder het hierboven staande motto. Herkent hij de ploeg Volendammers, die onze kleuren in zonnig Italië zullen verdedigen? Aan het slot hiervan geven wij de oplossing van deze puzzle, maar laat de lezer eerst zelf een probeeren, of hij onze voetballers in deze vermomming herkent. De Zwitsersche ploeg komt op skis van vaderlandsche bergen afgedaald naar Italiaansche laagvlakte. Rechtsonder hebben onze spelers hun wijde lange broeken verwisseld voor de korte zwarte en v. d. Meulen komt op het critieke moment nog uit de lucht vallen. De beroemde Dom te Milaan symboliseert de plaats van den strijd, maar ondanks de publieke belangstelling zal de wedstrijd niet de echt op het domplein worden gespeeld. De Technische Commissie is er nog niet zoo erg gerust op, zooals blijkt uit de ernstige ge laatsuitdrukking van Lotsy en Herberts. Hebt ge intusschen de puzzle opgelost? De Volendammers zijn, staande v.l.n.r. Pel- likaan, Weber, van Run, v. d. Meulen, v. Heel, Vente en Mijnders. Zittend Smit, Wels, Bak- huys en Anderiesen. HAARLEM. 20 Mei. Ondertrouwd 19 Mei: G. L. J. Hoff en A. E. 1 G. v. d. Maat. Bevallen 17 Mei: J. Stevenhaagen—IJzer- mans, M. C. v. Gelder—Versteeg, z.; 18 Mei: M. P. Roversv. d. Akker, d.; J. Tam—Dui venvoorden, d.; E. M. Vosv. d. Boogaard. z.J Overleden 17 Mei: J. J. W. T. Visker, 62 J* Prinsessekade; 19 Mei: W. Ipenburg, 57 j., Hazepaterslaan; W. Oerlemans, 80 j„ Leeuwe-. rikstraat.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1934 | | pagina 8