STATEN-CENERAAL.
Heerenveen één.
UITVOERING RUBBEROVER.
EENKOMST VORDERT.
Internationaal Rubber Comité
te Londen bijeen.
VOLGENDE VERGADERING OP 31 JULI.
De tweede vergadering van het Internatio
naal Rubber Comité werd te Londen gehouden,
In deze vergadering waren mede tegenwoor
dig Sir George Beharrell, vertegenwoordiger
van de Rubber Manufacturers Association
van Groot Brittannïë en de heer Otto Frie-
drich, vertegenwoordiger van het Reichsver
band der Duitschen Kaoutchoucindustrie, le
den van de Adviseerende Commissie van de
rubberfabrikanten. De benoeming van het
derde lid dezer commissie door de Rubber
Manufacturers Association of America wordt
binnenkort verwacht.
Aan de orde waren verschillende punten
betreffende de organisatie van het werk van
het Comité, alsmede de voorbereiding van sta
tistieken omtrent productie, verbruik, kost
prijs en voorraad van ruwe rubber. Het Co
mité nam kennis van de rapporten der ver
schillende delegaties hoofdzakelijk over de
door de regeeringen der deelnemende gebie
den genomen maatregelen om uit de rubber-
overeenkomst voortvloeiende verplichtingen
na te komen. Tot voldoening van het Comité
bleek deze aangelegenheid naar behooren
vorderd.
De volgende vergadering van het Comité zal
plaats vinden op 31 Juli a.s. te Londen.
De Nederlandsche delegatie bestond uit de
heeren D. Bolderhey, voorzitter, Prof. P. B. de
Cosquino de Bussy en ir. A. Groothoff.
CENTRALE BOND VAN TRANSPORT
ARBEIDERS
De vergadering van den Centralen Bond
van Transportarbeiders in het N.V. Huis te
Utrecht werd Dinsdag voortgezet met verschil
lende besprekingen van meer huishoudelijken
aard. Het jaarverslag van den penningmees
ter werd met algemeene stemmen goedge
keurd. De Bondspenningmeester wees in ver
band hiermede op de instemming, die er in
den bond bestaat over het gevoerde beheer
der financiën.
De heer Brautigam besprak nog het zitting
nemen in zoogenaamde burgerlijke comité's.
Door zich hierbuiten te houden zonder spe
ciale redenen zou de schijn wekken, dat men
zich buiten de volksgemeenschap hield.
Het Dagelijksch Bestuur werd bij acclamatie
door het congres herkozen, evenals het zit
tende hoofdbestuur. In de vacature Albas
moest herstemming plaats vinden.
Na afloop van de middagzitting maakten de
congressisten een tour door het Gooi.
EERSTE KAMER,
Spoorwegmoeiten en tramwegzorgen
Dinsdag 26 Juni.
VERKEER KAN VOORTAAN
RUSTIG DOORGAAN.
GEEN BRANDSLANGEN OVER DEN WEG.
„Het rij- en tramverkeer was geruimen
tijd gestremd". Een dergelijke zin komt her
haaldelijk voor in de verslagen over branden.
De stremming van het verkeer is dan nood
zakelijk. geweest, omdat de brandslangen
dwars over de straat moeten gelegd worden.
Dit heeft de brandweercommandant de
heer C. Gordijn Jr. -doen zinnen of aan die
stagnatie van het verkeer bij brand niet te
gemoet kon worden gekomen of zooveel mo
gelijk een einde kan worden gemaakt. Hij
■heeft deze oplossing gevonden, zoowel voor
(het rij- als het tramverkeer. Met deze vin
ding is Dinsdag op den Amsteldijk een proef
genomen, die men als geslaagd mag beschou
wen.
Om het tramverkeer gaande te houden
wordt op -de rails een brug gelegd van ijzer,
die slechts een verhooging heeft van de dikte
van een brandslang. De beide hulprails zijn
verbonden door stangen en sluiten met bou
ten precies op de rails. Acht slangen van
verschillende dikte kunnen op deze wijze
dwars over de straat gelegd worden en het
tramverkeer kan voortgang hebben, terwijl
de brandblussching geen stagnatie ondervindt.
Evenzoo gaat het met het rijverkeer. Op de
straat wordt een dergelijk toestel, dat in het
midden van hout en aan den kant van ijzer
is, op den weg geplaatst. Er onder door gaan
de slangen van de brandweer.
De Eerste Kamer kwam in avondvergade
ring bijeen en ditmaal was de agenda behoor
lijk voorzien. Eerst werden een aantal verzoek
schriften afgedaan en toen gingen een aantal
ontwerpen onder den hamer door. Daaronder
was ook: Heeren veen één, nl. de vereenigin:
van de gemeenten Aengwirden en Schotel*-
land en wijziging van de grens tusschen de
gemeenten Heeren veen en Haskerland. Geen
woord werd er hierover gezegd.
Toen was aan de orde de wijziging der
Spoorwegwet en van de Locaalspoox en Tram
weg-wet, die de spoorwegen 'beter gelegenheid
wil geven om inzake het vrachtvervoer
concurreeren met andere vervoermiddelen,
De heer Smeenge (lib.) bleek liever met
dit ontwerp gewacht te hebben, totdat he
Verkeersfonds is behandeld. Ook vreesde hij
dat dit ontwerp de doodsklok zou luiden over
de binnenscheepvaart. Het geldt hier niet al
leen het auto-vervoer. Spr. vreest ook voor de
binnenscheepvaart, die de tarieven niet meer
kan verlagen en het zeer moeilijk heeft. De
spoor brengt aan de schipperij groote nadee-
len toe, terwijl wij de waterwegen niet kun
nen missen. De Regeering kan z.i. de schip
pers veel meer helpen.
Mr. Janssen (RK.) meende, dat men niet
moest wachten op het Verkeersfonds, omdat
doel is de tekorten der spoorwegen te ver
minderen, of weg te werken. Of dit laatste
lukken zal, is voor spr. nog een vraag. Er
moet eerst ordening in het verkeer komen.
Het bedrijf moet echter meer bewegingsvrij
heid inzake de tarieven krijgen tegenover het
autovrachtvervoer. Dat is noodig.
De spoorwegdirectie wil niet beneden den
kostprijs vervoeren, omdat de Staat toch de
tekorten'betaalt. Dat mag men niet veronder
stellen, het is uitgesloten. Spr. meent, dat de
critiek tegen het ontweit) onbillijk is en de
ongerustheid voor de scheepvaart is onge
grond. Doch men moet de spoorwegen toelaten
om te concurreeren, gelijk iedere andere on
derneming. Immers zij hebben den vervoer-
plicht, ofschoon zij het monopolie niet meer
hebben.
Minister Kalff zei. dat de voorgestelde wij
ziging haar oorzaak vindt in den toestand
van het spoorwegbedrijf, die dringend veran
dering behoeft. Het voorstel bedoelt nu meer
vrijheid inzake de tarieven te geven, opdat de
spoorwegen in dezelfde conditie komen, als
scheepvaart en auto en tegen de laatste is de
wijziging speciaal. Tachtig procent van het
goederenvervoer gaat hier per water en 20
per spoorwegen en de laatste kunnen de
scheepvaart niet dooddrukken. Tarieven met
verlies voor de spoorwegen om het waterver
voer te nekken, zou voor de spoorwegen ab
soluut geen zin hebben. Spr. zal iedere klacht
op dit gebied gaarne onderzoeken en er even
tueel tegen optreden.
De heer Smeenge was dankbaar voor deze
toezegging en toen werd het voorstel z.h.s,
aangenomen, doch de heer Smeenge stemde
tegen.
Z.h.s. en debat werden aangenomen de wets
ontwerpen inzake de bevordering van de
tramwegen in Noord-Brabant, en dat inzake
de naasting van eenige lokaalspoorwegen, die.
omdat ze niet rendabel zijn (o.a. Hoorn. Me-
demblik) eerlang wel zullen verdwijnen.
En toen was het, na een goed uur, weer af-
ge l-o open.
LAGERE HAVENGELDEN TE
AMSTERDAM?
ONDER EEN VOER HOOI
TERECHT GEKOMEN.
JONGEN IN EEN MODDERSLOOT GESTIKT
Te Alblasserdam heeft een ongeval plaats
gehad, waarbij de 14-jarige B. van Herk om
het leven is gekomen. Twee jongens, het
zoontje van den landbouwer en mélkslijter J.
Noorlander en B. van Herk hadden toestem
ming gevraagd om te mogen meerijden met
een voer hooi, dat voor den vader van eerst
genoemde bestemd was. De jongens waren
beiden bovenop het hooi gaan liggen.
Bij het draaien kantelde de wagen met hooi
plotseling. Het zoontje van N. zag nog kans
door een sprong het gevaar te ontkomen, doch
de jonge van Herk schoot met zijn hoofd in
een moddersloot, het heele voer hooi kwam
op hem terecht. Onmiddellijk heeft men alle
pogingen in het werk gesteld om den jongen
te bevrijden, terwijl onmiddellijk de doktoren
werden gewaarschuwd.
Nadat de jongen bevrijd was bleken de
levensgeesten reeds geweken te zijn.
DE HEER ZWERTBROEK UIT DE S. D. A. P.
In een interview, dat een „Tribune"-
redacteur met den heer Zwertbroek, den ge
wezen secretaris van de V. A. R. A., heeft ge
had, deelde de laatste mee, dat hij geschrapt
is als lid van de S. D. A. P., daar hij weigerde
te bedanken voor het lidmataschap der „Liga".
Bij informatie heeft „Het Volk" een bevesti
ging van dit bericht gekregen.
Voorstel van B. en IV. aan den raad.
Mindere opbrengst van bijna 3 ton.
In het Amsterdamsche gemeen
teblad is een voordracht v-erschenen
waarin wordt voorgesteld de haven
gelden zoowel voor zeeschepen als de
binnenvaart te verlagen.
In de uitvoerige toelichting tot deze voor
dracht wordt er op gewezen dat de omstan
digheden, zoowel met betrekking tot de zee
scheepvaart als tot de binnenvaart zich in
de laatste jaren ongunstig hebben gewij
zigd. In de zeescheepvaart zijn de vrachten
tot een zeer laag peil gedaald. De reederijen
berekenen dientengevolge zeer scherp naar
welke haven zij haar schepen zullen zenden.
Een gering verschil in kosten kan veroorza
ken, dat schepen welke niet bepaald in Am
sterdam moeten zijn, naar een andere haven
worden gedirigeerd. De verschillen met an
dere havens worden dan gememoreerd. On
derhandelingen met Rotterdam gevoerd om
tot dezelfde tarieven te komen, hebben niet
tot volkomen overeenstemming kunnen lei
den. De verschillende verlagingen welke wor
den voorgesteld zullen tot gevolg hebben, dat-
de verminderde opbrengst van het zeehaven
geld voor passagiers- en vrachtschepen met
uitzondering van die welke zijn opgelegd, op
rond 190.000 gulden wordt geraamd. De der
ving van het havengeld, verschuldigd wegens
opgelegde schepen kan op rond 12.000 gulden
worden geschat.
Het verlagen van het havengeld voor bin
nenvaartuigen geeft een mindere opbrengst
van f 95.000 of samen rond f 297.000.
B. en W. achten dit bedrag niet gering,
doch de gemeente verkrijgt hierdoor, dat de
haven, welke een harer voornaamste bron
nen van welvaart is-, het vermogen behoudt
met andere havens te kunnen concurreeren.
Ook andere bronnen van welvaart, handel
en industrie, zullen daarvan den gunstigen
invloed ondervinden.
Bindende kracht van
Ondernemers-overeenkomsten
Wetsontwerp ingediend.
Mogelijkheid van ingrijpen in 't belang
van consumenten.
Bij de Staten-Generaal is thans
het reeds eerder aangekondigde wets
ontwerp inzake de verbindende kracht
van ondernemers-overeenkomsten in
gediend. Dit ontwerp schept voor de
regeering de mogelijkheid overeen
komsten in bepaalde takken van
handel of nijverheid bindend te ver
klaren voor dien geheelen tak en
geeft haar anderszïjds de bevoegdheid
overeenkomsten (bijv. prijsafspraken)
in een bedrijfstak onverbindend te
verklaren, indien het algemeen belang
zulks eischt.
De eerst bedoelde mogelijkheid -wordt gegeven
in artikel 2 van het ontwerp, dat bepaalt,
dat de minister van Economische Zaken al
gemeen verbindend kan verklaren bedingen en
besluiten, die verplichtingen inhouden, wijzi
gen of doen te niet gaan, tusschen perso
nen betrokken in eenigen tak van handel en
nijverheid, indien die bedingen of besluiten
voor de economische verhoudingen in den
betreffenden bedrijfstak overwegende betee-
kenis hebben en het algemeen belang bindend
verklaring eischt.
De regeering krijgt hier dus de mogelijk
heid in te grijpen in die gevallen, waarin
belangrijke overeenkomsten in eenigen be
drijfstak, die door de groote meerderheid der
betrokkenen gewenscht wordt, dreigen onmo
gelijk te worden door den onwil van enkelen.
In zoo'n geval kan de regeering de overeen
komst bindend verklaren voor het geheele
bedrijf en dus het verzet van een kleine min
derheid breken.
Anderzijds geeft art. 5 haar de gelegenheid
in te grijpen indien in eenigen bedrijfstak
overeenkomsten getroffen zouden worden, die
niet in het algemeen belang en met name ten
nadeele van de consumenten zijn.
Men denke daarbij aan bedrijven, die ten
gevolge der huidige handelspolitieke maat
regelen, een monopolistische positie kunnen
innemen en prijsafspraken kunnen maken,
die niet in het belang der consumenten zijn
en de aanpassing aan een lager levensniveau
in den weg staan. In zoo'n geval geeft dit
artikel den minister van Economische Zaken
de bevoegdheid een dergelijke overéénkomst
onverbindend te verklaren.
Zoowel de verbindend verklaring als de on
verbindend verklaring geschieden onder voor
waarden telkens bij algemecnen maatregel
van bestuur te stellen. De verbindend ver
klaring geschiedt voor een bepaalden tijd en
kan ook gedurende dien tijd in het algemeen
belang worden opgeheven. Terugwerkende
kracht kan aan een verbindend verklaring of
aan een onverbindend verklaring niet worden
gegeven.
Evenwel zijn overeenkomsten te kwader
trouw aangegaan, in het vooruitzicht van een
verbindend- of onverbindend verklaring,
nietig.
De sancties,
WAT JAPAN EN WAT NED-
INDIë DOET.
HANDELSBESPREKINGEN ZIJN
BEGONNEN.
Ten aanzien van de sanctie, geeft de minis
ter voorshands aan een burgerrechtelijke
sanctie de voorkeur.
Wat nu deze burgerrechtelijke sanctie be
treft, ligt het beginsel daarvan reeds vast,
daar schending van een wettelijke bepaling
waarmede in dit verband ministerieele be
schikkingen zijn gelijk te stellen, een on
rechtmatige daad oplevert, op grond waarvan
schadevergoeding en evenueel herstel kunnen
worden gevorderd.
Intusschen is nadere preciseering wensche-
lijk, daar het moeilijk kan zijn vast te stel
len, althans in het geval van een onver-bin-
den-dverklaring, wanneer een onrechtmatige
daad is begaan, en in beide gevallen, dus ook
bij een verbindendverklaring, wie aanspraak
heeft op de acties. Het tweede lid van artikel
9 stelt vast, dat de bescherming verleend
wordt tegen handelingen, waarvan de strek
king is, iemand rechtens of economisch in
zijn vrijheid, datgene te laten verrichten, wat
onverbindend verklaard is, te beperken. Zoo
wel in het eerste als in het tweede lid wor
den de acties toegekend aan ieder, die bij de
naleving van de bedingen of besluiten of bij
het voortbestaan van de bedoelde vrijheid een
redelijk belang heeft. In de practijk zal bij
elk concreet geschil een antwoord moeten
worden gevonden op de vraag, hoever de in
het tweede lid gestelde rechtsplicht gaat en
waar een redelijk belang ophoudt.
Uiteraard vallen onder belanghebbenden
ook rechtspersoonlijkheid bezittende organi
saties van belanghebbenden.
Met de instelling van een bijzonder orgaan
om als vertegenwoordiger van het algemeen
belang ten behoeve van de naleving van
krachtens dit ontwerp te geven beschikkingen
werkzaam te zijn, kan naar 's ministers oor
deel worden gewacht tot de behoefte daaraan
zich doet gevoelen.
Over dit ontwerp van wet is de economi
sche raad gehoord.
AUTO KRONKELDE ZICH OM
DEN BOOM.
JONG CHAUFFEUR OP SLAG DOOD.
EDE, 26 Juni. Hedenmorgen te ongeveer
uur reed een 20-jarige reserve-wachtmeester
van de school voor verlofsofficieren der be
reden artillerie te Ede met zijn auto van
Arnhem naar Ede. Nabij de Ginkel is de auto,
vermoedelijk doordat de bestuurder met te
groote snelheid reed, tegen een boom gebotst.
De auto kronkelde geheel om den boom en
de bestuurder, die zich alleen in den wagen
bevond, was vrijwel op slag dood.
Het lijk werd naar de militaire geneeskun
dige inrichting te Ede vervoerd.
De auto werd totaal vernield. De commissa
ris van politie te Ede verzoekt personen, die
getuige waren van ditl "ongeluk, zich aan te
melden tot het geven van inlichtingen.
INBREKER VEROORDEELD.
De rechtbank te Rotterdam heeft veroor
deeld den 31-jarigen R. D. koopman uit Am
sterdam, geboortig uit Tsjecho-Slowakije, we
gens een drietal inbraken, gepleegd te Rot
terdam, tot een gevangenisstraf van drie ja-
iren.
Op de eerste besloten bijeenkomst tusschen
Japansche en Nederlandsche delegaties voor
de handelsbesprekingen tusschen beide lan
den hebben twee nota's een punt van be
spreking gevormd.
Aneta verneemt' dat de algemeene ge
zichtspunten waardoor de Nederlandsche de
legatie zich volgens haar aan de Japansche
delegatie aangeboden nota bij de in gang zijn
de onderhandelingen laat leiden, als volg'
kunnen worden samengevat:
In de jaren van het normale handelsver
keer vormde de uitvoer van Indische pro
ducten de ruggegraat van het economisch
leven van Ned.-Indië. Deze uitvoer schiep toe
nemende koopkracht en daarmede een stij
gende vraag naar buitenlandsche fabrikaten.
Deze ontwikkeling was mogelijk geworden
doordat de Regeering van Ned.-Indië een bij
zondere economische politiek volgde. Alle
vormen van economische werkzaamheden,
import, export, kapitaalbelegging en scheep
vaart toon-en de gevolgen dezer situatie en
Japan maakte er een toenemend gebruik
van.
Na den oorlog en in het bijzonder ge du
rende en na de economische depressie, welke
in 1929 aanving, heeft deze algemeene si
tuatie zich gewijzigd. Het eene land na het
andere poogt de toenemende crisis-moeilijk
heden te overwinnen door tal van vormen van
ingrijpende protectie.
Hierdoor ziet Ned.-Indië zich geplaatst te
genover het feit, dat het beginsel van com
pensatie of ruilhandel zich snel over de we
reld verbreidt, waardoor alle landen waar
heen Ned.-Indië tot dusver exporteerde, ge
dreven worden een import-politiek te volgen.
De algemeene doelstelling onzer politiek,
welke geleid heeft tot internationale deelne
ming in alle economische belangensferen,
blijft voor en na dezelfde, maar in de ver
anderde wereld van vandaag hebben de oude
methoden geheel gefaald om dit doel te be
reiken of zelfs maar te handhaven. Nieuwe
maatregelen zijn noodig geworden. Alleen Re-
geeringsinmenging teneinde de importbelan-
gen der verschllende landen af te wegen te
gen hun beteekenis als koopers en consumen
ten der Indische producten kan Ned.-Indië
beschermen tegen de dreigende gevolgen van
isolatie in het internationaal verkeer.
Het doel der thans aangevangen conferen
tie kan dan ook onder twee hoofden worden
samengevat: ten eerste een onderzoek naar
invoer en uitvoer en hun onderlinge verhou
ding en de verbetering der handelsbalans ten
tweede een gedachtenwsseling omtrent de
door de Ned.-Indische Regeering genomen of
te nemen maatregelen, die beoogen de inter
nationale samenwerking in de Indische pro
ductie en den Indischen hand-el over liet ge
heele veld van het economisch leven ook in
de toekomst mogelijk te maken".
BATAVIA, 26 Juni (Aneta)De nota der
Japansche delegatie bevat vier punten:
Ten eerste. Ofschoon Nederland gerechtigd
is Ned. Indië te reserveeren voor den im
port van goederen gemaakt of voortgebracht
in Nederland, en tot het nemen van maatre
gelen voor de bescherming der Ned. Indische
industrie, moet worden aangenomen dat bij
de uitoefening van dit recht ten volle reke
ning zal worden gehouden met alle bestaan
de omstandigheden, en dat billijke en faire
maatregelen worden genomen:
Ten tweede. Teneinde de economische re
laties tusschen Japan en Ned. Indië te be
vorderen wordt het noodzakelijk geacht dat
pogingen zullen worden gedaan tot verkrij
ging eener gezonde ontwikkeling en groei der
verhoudingen tusschen beide landen en tot
regeling en protectie op faire wijze der be
langen van de betrokken partijen in Japan
en Ned. Indië. Teneinde zulke maatregelen te
behandelen zal van tijd tot tijd een uitwisse
ling van gedachten dienen plaats te vinden.
Ten derde. Geen der beide landen zal di
rect of indirect op het andere land eenigen
maatregel toepassen op commercieel, indu
strieel, scheepvaart of belastinggebied, die
een dier landen zwaarder zou treffen dan eien
ander, derde land.
Ten vierde. Japan en Ned. Indië zullen, ten
einde de economische banden te versterken,
openlijk van gedachten wisselen over de
wijze van samenwerken op handels-, scheep
vaart-, en industrieel gebied, op basis van het
beginsel van ondernemingsvrijheid en bin
nen de grenzen van wetten en regelingen,
JABOTINSKY NAAR NEDERLAND.
Naar Vaz Dias uit betrouwbare bron ver
neemt, heeft de President der Executieve van
de Wereldunie van Revisionistische Zionis
ten, Wladimir Jabotinsky, het voornemen in
aansluiting op een rondreis door België in de
eerste helft van Juli een bezoek te brengen
aan Nederland, waar hij het woord zal voeren
over actueele Joodsche kwesties.
IR. WELLENSTEIN NOG NIET
TERUG.
VERTREK NAAR INDIë WEGENS GEZOND
HEIDSREDENEN UITGESTELD.
Naar wij vernemen is het vertrek van ir. E.
P. Wellenstein, directeur van het Departement
voor Economische Zaken in Ned.-Indië, die op
dezer per K1.M. naar Indië zou terugkeeren
voorloopig om gezondheidsredenen uitgesteld.
-De overdrukke werkzaamheden verbonden
aan de tallooze conferenties, welke de heer
Wellenstein tijdens zijn kort verblijf moest bij
wonen, en dit gevoegd bij een ernstige gevatte
kou, hebben er toe geleid, dat de behandelende
geneesheer hem eenige weken absolute rust
heeft voorgeschreven.
DE BELEEDIGINGSAFFAIRE-ROELOFSEN.
De Rotterdamsche rechtbank heeft uit
spraak gedaan in de zaak van den Rotter-
damsehen slager H. Roelofsen, die terecht
heeft gestaan wegens beleediging van dr. C.
van Ginkel, directeur van -het slachthuis te
Wageningen, van oud-minister T. J. Verschuer
en tweemaal van dr. H. C. L. E. Berger, direc
teur van den Veeartsenijkundigen dienst,
welke beleedigingen hebben plaats gevonden
op verschillende vergaderingen te Rotterdam
en te Gouda.
De rechtbank overwoog, dat het niet aan
gaat ambtenaren op zoo lichtvaardige wijze
te beleedigen als verdachte gedaan heeft, die
o.a. den minister heeft beschuldigd van mede
plichtigheid aan landverraad. De feiten qua-
lificeerde de rechtbank als smaad en drie
maal beleediging te beschouwen als voortge
zet misdrijf. H. Roelofsen werd veroordeeld
-r*tot twee maanden gevangenisstraf.
ONWEER EN WATERGEBREK.
BOERDERIJ AFGEBRAND.
Tijdens een kort, doch hevig onweer, dat
Dinsdagmiddag boven Epe woedde, is de blik
sem ingeslagen in de boerderij van den land
bouwer Van Egteren te Epe.
Dadelijk stond de boerderij in vlammen
gehuld.
Door gebrek aan water stond de brandweer
machteloos tegenover het vuur.
De boerderij brandde tot den grond toe af.
De geheele inboedel ging verloren.
De schade wordt door verzekering gedekt.
MONTEUR NAAR BENEDEN GESTORT.
Een monteur, die in de Dani Theronstraat
te Amsterdam bezig was met het aanbrengen
van geleiding van de radio aan den gevel, is
van de tweede verdieping op straat gestort.
Hij zat in een zoogenaamden bootmanstoel,
toen plotseling het touw, dat aan het dak was
bevestigd, brak. In zorgwekkenden toestand
is hij naar het O. L. Vrouwegasthuis vervoerd.
TRAGISCHE DOOD VAN
MAX PALLENBERG.
Bij vliegtuigongeluk
omgekomen.
GROOTE FIGUUR IN DE DUITSCHE
TOONEELSPEELKUNST.
MAX PALLENBERG.
Op het vliegveld van Karlsbad heeft Dins
dagmiddag een vliegtuigongeluk plaats ge
had, dat drie personen, onder wie den be-
roeomden acteur Max Pallenberg, het leven
heeft gekost.
Een éénmotorig vligtuig van de Chechoslo-
vaaksche Luchtvaartmaatschappij verloor
kort voor de landing, toen het toestel zich
reeds boven het- vliegveld bevond, een roer.
Het vliegtuig viel van een hoogte van onge
veer honderd meter neer en boorde zich diep
in den grond.
De bestuurder en de beide passagiers, tot
wie ook Max Pallenberg hoorde, werden ge
dood.
De correspondent van de Tel. te Praag
meldt nader:
Het ongeluk had plaats om 12 uur 10 Dins
dagemiddag, op ca. 100 meter afstand van het
vliegveld te Karlsbad. Het vielgtuig van de
Cechoslovaaksche Luchtva artmaatschappij
was speciaal door Pallenberg besteld voor een
reis naar Karlsbad. De tooneelspeler bevond
zich in gezelschap van den fabrikant Moritz
Skurnik uit Brünn in het toestel. Pallenberg,
da fabrikant Skurnik en de piloot, K. Do-
nicek, zijn om het leven gekomen.
Nadex wordt nog gemeld, dat het vliegtuig
niet direct naar beneden is gestort. Eerst
verloor het toestel de ailerons, daarna het
hoogteroer. Hierop stortte het vliegtuig om
laag en boorde zich in den grond. De benzine
tank vatte oogenblikkleijk vlam. Het vuur
greep zoo snel om zich heen, dat aan blus-
schen niet meer viel te denken.
Om twee uur arriveerde een commissie op
hetterrein van de ramp, ten einde een onder
zoek in te stellen. Haar conclusie luidede, dat
het toestel op onverklaarbare wijze zijn stuur
inrichting verloor, naar beneden is gestort en
in brand geraakte.
Pallenberg placht elk jaar eenigen tijd in
Karlsbad te vertoeven voor het ondergaan van
een kuur. Van deze gelegenheid maakte hij
dan gebruik voor het geven van enkele gast-
voorstellingen. Heden zou de bekende tooneel
speler de eerste voorstelling geven.
FAILLISSEMENTEN VAN 28 JUNI 1934.
C. A. van Zanten, bloembollenhandelaar,
wonende te Heemskerk. Curator Mr. A.
Beets, alhier.
H. P. Rijkenberg, winkelier in schoenen,
wonende te Purmerend, Peperstraat 18. Cu
rator, Mr. H. E. PrinsenGeerlinges, alhier.
B. Sietzema, koopman in naaimachines,
wonende te Haarlem, Ged. Oude Gracht 22,
Curator Mr. W. Briët, alhier.
de Handelsvennootschap onder firma
Gebrs. van Marle, brandstoffenhandel, geves
tigd te Zaandam, Jonge Arnoldusstraat 12,
en de beide firmanten Jan van Marle en J. J.
van Marle, wonende beiden aldaar. Curator
Mr. H. J. M. Tonino, alhier.
N. Koppenol weduwe Arie van Valkenburg,
landbouwster, wonende te Haarlemmermeer,
Aalsmeerderweg 472. Curator Mr. T. A. M. A.
van Löben Seis, alhier.
C. H. Mortimers gehandeld hebbende onder
den naam „Continentaal Wegenbouw Mate
riaal Handel", gewoond hebbende te Haar
lem. Zijlstraat 9, thans te Tilburg, Heuvel 16.
Curator Mr. J. H. van Gelderen, alhier.
S. W. Küchlin, hotelhouder, wonende te
Zandvoort, Boulevard Barnaart 5. Curator
Mr. K. A. F. J. Pliester, alhier.
de N.V. Spaargaren en Klok, gevestigd te
Haarlem, Houtmarkt 51. Curatrice Mevr. Mr.
J. H. G. SchutteStruick, alhier.
L. W. Krooneman v.h. P. Touwen, hande
laarster in winkelinventarissen, wonende te
Haarlem, Rijksstraatweg 50. Curatrice Mevr.
M. J. L. van TaalingenDols, alhier.
L. p. Krooneman, handelaar in winkelin
ventarissen, wonende te Haarlem. Rijks
straatweg 50. Curatrice Mevr. C. M. J. L. van
Taalingen—Dols, alhier.
H. Velleman, koopmna in heerenkleeding,
wonende te Haarlem, Botermarkt 4. Curator
Mr. W. Veniet, alhier.
Rechter-Commissaris Mi*. E .H. F. W. van
SchaeckMathon.
Surseance van betaling verleend voor den
tijd van 11/2 jaar, ingaande 9 Mei 1934 aan
M. A. Rees, koopman, wonende te Haarlem,
Kruisweg 63. Bewindvoerder Mr. J. C. Y.
Nieuwenhuys, alhier,
Opgeheven is wegens gebrek aan actief het
faillissement van: A. F. Binsbergen, schilder,
wonende te Zaandam. Curator Mr. C. Blanke-
voort. alhier.
Beëindigd is wegens het verbindend worden
der eenige uitdeelingslijst het faillissement
van: B. G. Hilbers, wonende te Wijk aan Duin
Curator Mr. M. A. van Eek, alhier,