NLAND Financiering van den werkloozensteun Bakfietsen Overeenkomst met België getroffen. Inzake het automobielverkeer. Te Brussel zijn onderhandelingen gevoerd tusschen Nederlandsche gedelegeerden en ver tegenwoordigers van het Belgische ministerie van financiën over het regime, dat moet wor den toegepast wederzijds op de over de grens komende automobilisten. België had in 1930 een overeenkomst geslo ten met Nederland waardoor het vrij grensver keer voor Belgische en Nederlandsche auto mobilisten mogelijk werd. Doch, zoo verzekert men aan Belgische zijde, sedertdien is Neder land toegetreden tot de conventie van Genève waardoor automobilisten in de wederzijdsehe landen vrij verkeer hebben gedurende negen tig dagen per jaar, op voorwaarde, dat zij voorzien zijn van een fiscaal boekje. Naar aan leiding hiervan had België de overeenkomst met Nederland opgezegd en men weet dat se dertdien een maatregel was genomen, waar door, met ingang van l Augustus voor de Ne derlandsche auto's die tot goederenvervoer dienen of betaald personenvervoer, een fiscaal boekje werd geëischt aan de Belgische grens. Dit leidde tot een ware verkeersopstopping, wegens het onvoorziene karakter van den maatregel, daar niemand gelegenheid had ge had zich in regel te stellen. De Nederlandsche gedelegeerden zijn geko men om een conventie tot stand te brengen voor vrijen toegang, in België, van de Neder landsche toerauto's en gemakkelijk grensver keer per auto. Naar de Brusselsche correspondent der j N. R. Crt. Maandagmiddag vernam is er een overeenkomst bereikt die voor beide landen een bevredigend karakter heeft en die in een officieel communiqué zal worden bekend ge maakt. Instemming- met nieuwe verdeeling der werkloosheids lasten. Toch zijti er enkele bezwaren. Adviesclub voor de gemeentefinanciën bijeen. Te Utrecht heeft de adviesclub voor de ge meentefinanciën vergaderd ter behandeling van de nieuwe regeling van de financieele be trekking tusschen rijk en gemeenten en de verdeeling van de werkloosheidslasten. On danks het feit, dat het vacantietijd is, bestond er voor deze vergadering flinke belangstelling van de zijde van gemeentelijke deskundigen. Verwacht werd, dat het aantal noodlijdende gemeenten door de nieuwe regeling van de financieele betrekking zal stijgen. Daarente gen vond de regeling van de verdeeling van werkloosheidslasten in principe instemming. Niettemin werd het onjuist geacht, dat een deel van de grondbelasting, wat een constante gemeentelijke inkomst is, naar het tijdelijk instituut, het Werkloosheidssubsidiefonds, wordt overgeheveld. Eenzelfde bezwaar werd uitgesproken tegen inperking van de gemeen telijke bevoegdheid om opcenten op de ge meentefondsbelasting te heffen. De gevol gen hiervan achtte men voor de gemeentelijke autonomie funest, omdat het belastinggebied der gemeenten al meer wordt beperkt. Besloten werd, een adres aan de regeering te zenden. .Wie heeft het beste gemeten? De handelsbesprekingen te Batavia. Japansche resolutie. Naar Aneta van Japansche zijde verneemt, heeft een gezamenlijk comité, bestaande uit vertegenwoordigers van de Japan Cotton Spinners Association", „Cotton Yarns and Piece Goods Exporters Association" en the „Federation of Cotton Textile Associations in Japan", in een vergadering te Osaka, gehouden op 4 Augustus j.l. de volgende resolutie aange nomen: .Aangezien tijdens de conferentie te Batavia de Ned.-Indische Regeering, zonder vooraf gaande kennisgeving aan de Japansche Han delsdelegatie, een strenge restrictie op den im port van Japansch aardewerk voor huishou delijk gebruik invoerde; aangezien de katoenindustrieën in Japan groot belang hebben bij het resultaat van de te Batavia gehouden conferentie; aangezien het comité meent dat deze actie van de Ned.-Indische Regeering diep moet worden betreurd; aangezien het comité van meening is dat de pogingen van de Federatie van de „Japan Pottery Export Association" en van de Japan sche aardewerkimporteurs in Ned.-Indië, om deze restrictiemaatregelen te doen opheffen, volkomen gerechtvaardigd zijn; besluit het comité: lo. aan de Ned.-Indische Regeering het ver zoek te richten om den maatregel van contin- genteering van aardewerk opnieuw ernstig in overweging te nemen; 2o. om, ingeval de Ned.-Indische Regeering deze heroverweging weigert, alle belangheb benden bij de Japansche katoenindustrie te vereenigen en alle noodige en doeltreffende stappen te nemen om aan de hierdoor ont stane situatie het hoofd te bieden." ZUURSTOF-APPARAAT VOOR DE „ROTTERDAM" Een Deensch marine-vliegtuig is van Ko penhagen vertrokken met een zuurstof appa raat en een cylinder zuurstof aan boord, waarom draadloos dringend was gevraagd door het Nederlandsche stoomschip „Rotter dam", dat met een aantal Amerikaansche pas sagiers van Leningrad naar Kopenhagen on derweg was. Het zuurstof-apparaat was noodig voor een der passagiers, die een ernstige longontste king had. DADER VAN OVERVAL GEARRESTEERD. Zooals men zich zal herinneren, heeft in den nacht van 4 Juli j.l. te Deurne een over val met berooving plaats gehad. In verband daarmee heeft de marechaussee te Oss eeni- gen tijd geleden zekere C. aldaar gearresteerd Het slachtoffer van den overval de 78-jarige G. heeft C. herkend, waarna de aangehoudene in de strafgevangenis te Roermond is opge sloten. De marechaussee heeft de nasporingen in deze zaak voortgezet. G. had verklaard dat- hij een der aanvallers, een kippenhandelaar had herkend, die wel eens kippen Dij hem kocht. Daarop heeft de marechaussee te Oss twee personen aangehouden namelijk de ge broeders v. d. E. aldaar en deze naar Deurne gebracht, waar zij met het slachtoffer zijn ge confronteerd. Een der aangehoudenen werd na verhoor in vrijheid gesteld. De ander is in arrest gebleven. Voor een veilig verkeer. mogen sedert 16 Juli j.l. niet rr]£££^£ rijwiel- padei Ook zijn voor hen verboden wegen, welke uitsluitend openstaan voor motorrijtuigen en rijwielen; en tenslotte: ze moeien een rem hebben. .Landbouwer onder zijn kar- geraakt. Het paard struikelde. Toen de ruim zestigjarige landbouwer J. Gommeren, te Oud-Gastel Maandagmiddag met paard en kar uit het land de Gastelsehe Dijk opreed, kwam het paard te vallen, waar door ook G. struikelde. Hij kwam onder den met koren beladen wagen terecht, welke hem over het lichaam ging. De man was op slag dood. Het lijk is door dokter Huisman naai de woning van het slachtoffer vervoerd. R. K. A. P. en K. D. A. P. zullen samengaan. Houding tegenover de R. K. Staatspartij bepaald. Geen samenwerking met de K. D. P. Onder leiding van den heer Paul M. Ver- bruggen, Partijvoorzitter van de R.-K. A. P. in Nederland, heeft in Tilburg een bijeen komst plaats gehad met vertegenwoordigers van die afdeeling der K. D. A. P. die zich om wille van de niet ideële politiek van de K.DjP. incluis t.a.z. van de in die partij leiding ge vende personen, zich van een fusie met de K.D.P. afzijdig wenschen te houden. Er werd in beginsel besloten samenvoeging van beide instanties tot stand te brengen en wel onder den naam van: Kath. Arb. Partij „K. A. P." in Nederland. Tot partijvoorzitter werd be noemd de heer Paul M. Verbruggen, te 's Gra- venhage, de heer Auerbach, Tilburg partij, se cretaris, de heer De Ree te 's Gravenhage tot partij-penningmeester, terwijl de heer Chr. Nocht werd benoemd tot hoofdredacteur van het Orgaan. De grondslagen waarop deze par tij t.a.z. van de andere Katholieke instan ties zal staan zijn: 1. Onder geen enkele voorwaarde met de K. D. P. (Partij Prof. Veraart.) 2. Ten aanzien van de R.K. Staatspartij werd het volgende besloten. Indien de R.K.S.P. haar instituut op de grondslag van standen- indeeling wil reorganiseeren, waarbij aan de arbeiders, middenstanders, agrariërs en in- telleetueelen en zelfstandigheid binnen het raam van de R.K.S.P. worden gewaarborgd, de „K. A. P." in Nederland, zich onvoorwaardelijk in de R.K. S. P zal oplossen. 3. Bestuurders, zooals leden van de „K. A. P." hebben zich te onthouden van welke actie ook, die tot de bevoegdheid behoort van een R.K. Werkliedenverbond in Nederland. Het plan tot nivelleering voor de gemeenten. Geschil tusschen ouders en gemeentebestuur. .Voor een reisvergoeding ontbreken slechts enkele meters. Onlangs heeft de raad der gemeente Alphen a. d. Rijn -besloten tot opheffing van de O.L. school te Aarlanderveen, waardoor de ouders der betrokken leerlingen genoodzaakt wer den hun kinderen naar de O.L. school te Ter Aar te zenden. De ouders richtten daarop aan den raad een verzoek om vergoeding van de reiskosten, doch B. en W. adviseerden daar op niet in te gaan, omdat de verst van de school verwijderde woning op- een afstand van 4985 M. gemeten langs den hoofdweg, is gelegen. Zooals men weet moet de afstand meer dan 5 K.M. bedragen, willen de ouders voor een vergoeding in aanmerking kunnen komen. Er ontbraken dus tenminste 15 M. aan. Het hoofd der O.L. school te Ter Aar heeft echter onmiddellijk, nadat dit prae- advies van B. en W. bekend werd, met een aantal leerlingen den afsatnd nog eens nauw keurig nagemeten, doch daarbij kwam men tot de conclusie, dat B. en W. het niet zoo heel ver mis hadden. Zij kwamen tot een af stand van 4993 M. dus nog steeds 7 M. te weinig om voor een vergoeding in aanmer king te komen. Intusschen waren adressan ten echter tot de ontdekking gekomen, dat een hunner, die vier kinderen op de school heeft de andere adressanten te zamen zes nog verder van de school woonde, nl. vol gens hun meening 5593 M. In den raad heeft de heer Van Kleef (v.d.) het voor de ouders opgenomen en geïnfor meerd op welke wijze B. en W. den weg had den gemeten. De voorzitter antwoordde, dat dit op drieërlei manieren was gebeurd, nl. volgens de kadastrale kaart, door middel van een auto en per rijwiel. De heer Van Kleef meende, dat de adressanten dan iets op B. en W. voor hadden, want deze hadden ge bruik gemaakt van een geijkt meetlint, dat door iemand, die geregeld voor de provincie opmetingen verricht, werd gehanteerd. Len weg meten met een auto noemde spr. even betrouwbaar als erwten meten met een pet. De voorzitter meende echter, da,t de ouders, als zij bezwaren hadden tegen de meterij van de gemeente, maar in beroep moesten gaan en daar kon tenslotte de geheele raad zich mee vereenigen, zoodat op het verzoek van adressanten afwijzend werd beschikt. Op het eind der vorige maand heeft de Mi nister van Binnenlandsche Zaken in een rondschrijven aan de meer dan 1000 gemeen ten, die ons lieve vaderland telt, het een en ander medegedeeld omtrent de plannen die de Regeering met betrekking tot het finan cieele probleem der werkloosheidsvoorziening in 1935 koestert. Het groote belang dezer zaak wettigde zeer zeker een poging om te bevoegder plaatse nog eens nader uiteengezet te krijgen, zoowel wat de aanleiding voor de Regeering is geweest om de instelling te beramen van een werk loosheidssubsidiefonds, welks inkomsten zullen dienen tot het verleenen van bijdragen aan de gemeenten, in de voor haar rekening ko mende werkloosheidsuitgaven, als ook waarop, in hoofdtrekken, de regeling die men op het oog heeft, neer zal komen. Voorop staat zoo vernemen wij dat de Regeering op het tot dusverre steeds ingeno men standpunt blijft staan, dat in beginsel de behartiging van de bestrijding der werkloos heid (dit geldt dus evenzeer voor werkver schaffing als voor steunverleening) tot de taak der gemeenten behoort. Elke gemeente die zich bedruipen kan, dient de inkomsten waarover zij beschikt, o.m. ook aan te wen den voor de uitgaven door haar ten behoeve van de werkloosheidsvoorziening binnen haar gebied gedaan. Maar wat 's lands overheid theoretisch een juiste en gewenschte taakverdeeling acht is tengevolge van harde praktische noodzaak nu eenmaal niet steeds ten volle door te voeren. Zoo konden tal van gemeenten al sinds jaren al de crisis-werkloosheidskosten niet meer uit eigen zak betalen. Vandaar dat het Rijk er toe moest overgaan om hiervoor bij te sprin gen. Aanvankelijk geschiedde dit zonder dat de gemeenten eigenlijk een vasten maatstaf in dezen gevolgd zagen, totdat er dan een bij- drage-regeling kwam, waarbij in belangrijke mate elke gemeente aan de hand van objec tieve gegevens vermag na te gaan, op wat voor bijdrage zij kan rekenen. In belangrijke mate, want zekere subjectieve bewegingsvrijheid bleef voor het Rijk behouden; zoodat in bepaalde gevallen, waarin een gemeente het bijzonder hard noodig heeft, een extra- tje kon worden toegekend. Een hoogst zeldzame uitzondering daargela ten, konden dus de gemeenten bij het Rijk aankloppen om een deel der kosten van de werkloosheidsvoorziening uit 's lands kas be taald te krijgen. Op dit gunstbetoon mocht men, practisch gesproken, staat maken, zoo men zich tenmniste richtte naar de alge- meene normen die voor werkverschaffing, steun enz. gelden. In totaal stortte het Rijk in de gemeentelij ke kassen jaarlijks een bedrag eerst van pl.m. 75, thans van „slechts" 46 millioen gulden. Deze 46 millioen nu werden over de gemeenten verdeeld naar gelang van wat Den Haag meende dat elk, in verband met den plaatse- lijken omvang (en kosten) der werkloosheid en gezien de verdere draagkracht van het ge meentelijk budget, toekwam. Zeer veel gemeenten konden echter met den besten wil van de wereld wat zij aan werk loosheidskosten moesten uitgeven, niet meer geheel en al bestrijden uit het totaal der eigen beschikbare middelen plus de Rijksbijdrage. Toen heeft men in den Haag voor 1934 zijn toevlucht genomen tot het zgn. stelsel der „uitgestooten bedragen". Als een gemeentelij ke begrooting overigens aan alle eischen van strikte bezuiniging voldeed, mocht men wat er nog te kort was aan het bedrag, benoodigd voor de werkloosheidsuitgaven, dit bedrag voorloopig buiten de begrooting houden en er uit stooten, waardoor dan de begrooting_slui tend werd. Lang kon de Regeering niet zeggen wat er tenslotte met die uitgestooten bedragen, die over het heele land samengenomen ongeveer 25 millioen uitmaken, zou moeten gebeuren. Door bezuiniging op de steunregeling zelf toe te passen, gelijk nu onlangs geschied is, kon men ook nog een eindje komen, maar dit middel vermocht toch niet toerekend te zijn om de tekorten weg te werken. Te voorzien was, dat de toestand van 1934, die al tot het abnormale middel der uitstoo- ting had geleid, nog erger zou worden, al was het alleen maar dat tengevolge van de crisis de bronnen van inkomsten der gemeenten straks nog weer minder ruim zullen vloeien. Telkens en telkens maar weer tot uitstooten overgaan is natuurlijk een onmogelijkheid. Voor één jaar kan dat nog, bij wijze van over brugging, maar dan behoort er ook een eind aan te komen. Welnu, de oplossing van dit probleem hoopt men nu te vinden door een werkloosheids fonds in het leven te roepen, waarin behalve 46 millioen van het Rijk, verder dank zij de opbrengst van opcenten op de hoofdsom der Gemeentefondsbelasting, der Vermogensbe lasting enz. (die verschillende bronnen van inkomsten zijn hier al vroeger vermeld) nog de noodige inkomsten zullen binnenkomen. De inkomsten dankt het fonds dan aan alle gemeenten, onverschillig of en zoo ja wat elk van deze aan werkloosheidskosten moet uit- Nederlandsche Rondvlucht op 24 en 25 Augustus. Voor het eerst ook buitenlandsche sportvliegers. Door de zorgen van de commissie voor lucht- tourisme van de Kon. Ned. Ver. voor Lucht vaart zal ook dit jaar met medewerking van de militaire luchtvaartafdeeling, den marine luchtvaartdienst, de nationale luchtvaart- school, de Nederlandsche Aeroclub, de K.L.M., de A.N.W.B., het bureau voor luchttoerisme K.N.V.V.A.N.W.B. en de Algemeene Neder landsche Vereeniging voor Vreemdelingenver keer een Nederlandsche rondvlucht georgani seerd worden op 24 en 25 Augustus. Dit jaar hebben zich een aantal buitenland sche sportvliegers voor den tocht opgegeven, zoodat deze voor het eerst een internationaal karakter zal dragen. In groote trekken is de route, welke de deelnemende vliegtuigen zul len nemen, als volgt vastgesteld: Van Waalhaven en Schiphol naar het ver zamelpunt Soesterberg. Vervolgens van Soes- terberg via Amersfoort langs de Zuiderzee via Zwolle naar het vliegveld Twente. Na aldaar het noenmaal te hebben gebruikt, gaat de tocht verder over Zutphen langs den IJsel over Arnhem, Nijmegen, Venlo naar het vlieg veld Eindhoven, het eindpunt van den eersten dag. Den volgenden morgen van Eindhoven over 's-Hertogenbosch, Tilburg, Bergen op Zoom, Zeeuwsch-Vlaanderen naar Vlissingen, waar genoenmaald wordt. Vandaar over Goes en Breda naar het vliegveld Gilze-Rijen en ten slotte terug naar de uitgangspunten Waal haven en Schiphol. DAME VAN DUO GESLINGERD EN GEDOOD. HAZERSWOUDE, 6 Augustus. Zondag avond is de motorrijder J. L., wonende te Voorburg, op den Rijksstraatweg onder Ha- zerswoude, tegen een uit de richting Leiden komende auto gebotst. Een dame, die op de duo was gezeten, werd van de motor geslin gerd en was op slag dood. De motorrijder werd ernstig gewond en is naar het ziekenhuis te Leiden overgebracht. VERVROEGD PENSIOEN VOOR MIJNWERKERS. De directie der mijnen Laura en Julia te Eygelshoven heeft besloten de arbeiders boven de zestig jaar met pensioen uit den dienst te ontslaan. DOODELIJK VERKEERSONGELUK TE DELFT. Maandag heeft te Delft een doodelijk on geluk plaats gehad. De 27-jarige A. Krijgs man, die heet water voor de wasch rond brengt, reed op den Oostsingel met een hand kar. De man werd door een hem achterop ko mende auto, bestuurd door den 31-jarigen A. uit Haarlemmermeer, aangereden en on geveer 30 meter meegesleurd. De man bleef ernstig gewond liggen. Hij is per politie-auto naar het ziekenhuis vervoerd, waar hij eenige uren later is overleden. De politie heeft voor het onderzoek den wagen en de auto in beslag genomen. TWEEJARIG KIND ONDER EEN AUTO. Levensgevaarlijk gewond. Maandagmiddag is een tweejarig jongetje, nabij de ouderlijke woning te Oostvoorne, door een personenauto aangereden, De dreumes stak vlak voor den wagen den weg over en werd door het voertuig tegen de straatstee- nen gesmakt. Met een ernstige hoofdwonde is de kleine naar het ziekenhuis aan den Coolsingel te Rotterdam overgebracht, waar operatief ingrijpen noodzakelijk bleek. Het kind verkeert in levensgevaar. geven. En het komt dus praktisch hierop neer dat het fonds nog geld haalt waar het zit om dit dan straks uit te keeren daar waar het niet meer of eventueel in mindere mate zit. Want bij de aanwending van de millioenen waarover het fonds zal beschikken gaat meni deze nu verdeelen volgens een schaal, waar bij zooveel mogelijk de billijkheid in acht is genomen: maatstaf bij het ontwerpen van die schaal was en is voor elke gemeente de verhouding van haar werkloosheidskosten tot wat zij uit belastingen vermag te beuren. Het zal dus nogal eens voorkomen, dat een ge meente, die een aardig bedrag in het fonds stort, zelf heel weinig uit het fonds zal ont vangen, b.v. als een gemeente zelf zeer geringe werkloosheidskosten heeft. Heel dit systeem brengt derhalve, dit valt niet te ontkennen, een nivelleering door de omstandigheden nu eenmaal noodzakelijk ge worden; het zou ons dan ook niets verbazen, als het wetsontwerp, dat thans in de maak is, uit den aard slechts een t ij d e 1 ij k karakter zou dragen. Wat nu de straks besproken uitgestooten be dragen betreft, elke gemeente, die daartoe moest en mocht overgaan, zal die in 10 jaar tijds kunnen inhalen, door n.l. elk jaar 1/10 van dat bedrag op haar begrooting te brengen en dit dan te laten gelden als werkloosheids kosten waarvoor het fonds zal bijdragen. In de mededeelingen door Binnenlandsche Zaken op 28 Juli omtrent de hier vermelde plannen gedaan, komt o.m. de opmerking voor, dat de gemeenten nu bij het opmaken van haar begrootingen voor 1935 met een en ander al rekening zullen kunnen houden. Dit laatste kunnen zijn doen, dank zij de schaal, die voor elke gemeente aangeeft welk percentage van haar werklooheidskosten (en die kennen zij dank zij de ervaring van vorige jaren) zij uit het fonds betaald zal krijgen. Voor alle ze kerheid heeft Minister de Wilde aan het slot zijner circulaire er op gewezen, dat in het hui dige stadium aan die schaal nog geen on veranderlijke aanspraken ontleend kunnen worden: men heeft nog slechts met een plan, niet met een definitieve regeling te doen. Na er op gewezen te hebben dat voortaan alle werkloosheidsuitgaven en niet alleen die der crisis-werkloosheid, voor een bijdrage in aan merking komen mits natuurlijk hierbij de grenzen van het behoorlijke in acht worden genomen stippen wij het besluit aan, dat de berekening van de inkomsten van het fonds zóó gemaakt is, dat er een bepaald bedrag be schikbaar zal blijven om, boven datgene wat volgens de schaal aan de verschillende ge meenten zal moeten worden uitgekeerd, hier en daar een hoogere bijdrage te verstrekken, n.l. aan 'die gemeenten die ook bij deze nieuwe en betere verdeeling der kosten, nog heele- maal niet zouden uitkomen. Maar van zulk een extra-tje kan alleen sprake wezen, als bij de gemeentelijke begrooting dan ook werke lijk de aller uiterste zuinigheid in acht is ge- nomeno bovendien het bedrag dat op deze wijze nog zal worden uitgekeerd, is begrensd, want het fonds zal geen lekken mogen krijgen en per sé moeten sluiten. Verbindende kracht van ondernemersovereenkomst. Bijval en critiek in de Tweede Kamer. Kans op prijsverhooging? Moeilijkheden voor den middenstand. Vele Tweede Kamerleden hebben blijkens het voorloopig verslag over het wetsontwerp inzake verbindende kracht van ondernemers- overeenkomsten met voldoening dit wets ontwerp begroet. Uit die indiening maakten zij op, dat ook de regeering bij de voortbrenging en de dïstribu tie niet alle heil verwacht van de vrije concur rentie, maar dat ook zij inziet, dat ordening en een zekere gebondenheid noodzakelijk zijn. De economische nood maakt samenwer king tusschen bedrijfsgenooten wel bijzonder dringend. Anderen stonden zooal niet afwijzend, dan toch niet zonder huivering tegenover dit wetsontwerp. De overheid verkrijgt groote be voegdheden en ziet in dezelfde mate haar ver antwoordelijkheid toenemen. Dit ontwerp tast in ernstige mate de rechts zekerheid aan. Zoo is bijv. bij het ontbinden van ondernemersafspraken blijkbaar in het geheel niet gedacht aan de belangen van der den. Speciaal de belangen van crediteuren kunnen in ernstige mate in het gedrang ko men, wanneer ondernemersafspraken door de regeering onverbindend zouden worden ver klaard. Eindelijk merkten deze leden op, dat het geheel der bepalingen, dat hier wordt voor gesteld, van een geheel onjuiste praemisse uitgaat. Deze is dat de Staat maar op ieder terrein zou moeten ingrijpen, terwijl de juiste weg is, de maatschappelijke ontwikkeling zoo veel mogelijk over te laten aan het particu lier initiatief, en overheidsingrijpen slechts te bevorderen, wanneer van misbruiken is ge bleken. Verscheiden leden achtten de vrees gewet tigd, dat de regeling van dit wetsontwerp in hoofdzaak tot prijsverhooging zal leiden door het bevorderen van monopolievorming voor de binnenlandsche markt. Blijkens de memorie van toelichting heeft de regeering het oog op de beteugeling der onderlinge concurrentie. Dat hierbij de be langen der arbeiders op het nauwste betrok ken zijn, achtten sommige leden zonder meer duidelijk. Daarom zou het gewenscht zijn, dat alsnog werd bepaald, dat telkens de be- drijfsraad zoo deze reeds is gevormd daarover wordt gehoord. Zal door dit ontwerp, wet geworden, de po litie van de kleinhandelaren niet in het ge drang komen? werd voorts gevraagd. Uit den aard der zaak immers worden ondernemers overeenkomsten niet gemaakt om prijzen laag te houden. Mocht de reeds eerder geuite vrees, dat dit ontwerp tot prijsverhooging en ver starring van het bedrijfsleven aanleiding zal geven, gegrond blijken, dan zal de breede schare van hen, die in eenigerlei vorm als distribuanten of in eenig ambacht aan het productieproces deelnemen, benadeeld wor den. Ten einde de beteekenis van het wetsont werp en de opvatting van de regeering ten aanzien van bedingen en afspraken tusschen ondernemers nader te leeren kennen, zouden sommige leden nog gaarne antwoord ont vangen op een drietal vragen, welke naar hun meening, voor het vormen van een juist oor deel van belang zijn: 1. Acht de regeering het o inbaar, dat in schrijvers voor een bepaalde aanneming van werk onderling overeenkomen, de aangeboden aanneemsom te verhoogen met een bedrag, hetwelk na gunning van het werk aan één hunner onder alle aannemers wordt verdeeld (z.g. „opzef'-contract) 2. Indien de regeering van oordeel is, dat belooning voor het tevergeefs ontwerpen en uitwerken van projecten en berekeningen re delijk is, en dat daarvoor een vorm te vin den is, welke niet in strijd komt met het al gemeen belang, zou zij dan ook een beding tusschen ondernemers toelaten, waarbij bui tenstaanders bedreigd worden met belemme ring van hun bedrijfsuitoefening door het doen onthouden of duurder laten betalen van grondstoffen, hulpfabrikaten en dergelijke maatregelen? 3. Geeft dit wetsontwerp ook de bevoegd heid aan den minister om in het algemeen belang in te grijpen in overeenkomsten en afspraken tusschen ondernemers, welke een buitenwettelijke bedrijfsorganisatie met over- heidssanctie beoogen, zooals b.v. de z.g. cor poratie in de Nederlandsche leerindustrie? LIJK IN EEN BOSCH GEVONDEN De politie te Huizen heeft op aanwijzing van een heer en dame in het bosch van Crailoo het lijk gevonden van een manspersoon tus schen de 40 en 50 jaar. Lijkschouwing, verricht door een der plaatselijke geneesheeren, wees uit, dat het lichaam reeds eenige dagen daar had gelegen. Nasporingen, o.a. te Amsterdam verricht, hebben aan het licht gebracht, dat de overledene vermoedelijk is van der Zee uit Amsterdam, die voor eenige dagen uit zijn kosthuis te Amsterdam was vertrokken. De doodsoorzaak schijnt een vergiftiging te zijn. Geen „politieke brand" te Amsterdam? Het geheim nog niet opgelost. Het onderzoek in de geheimzinnige brand stichtingszaak in het café aan de Ceintuur baan te Amsterdam is met kracht voortgezet. Aan een groot aantal personen is een ver hoor afgenomen. Het is thans gebleken, dat twee meisjes, die tegen elkaar gezegd zouden hebben: „het Wien Neerland's Bloed wordt hier voor de laatste maal gezongen" niet in de vergadering, doch buiten hadden gestaan, toen de brand reeds was uitgebroken. Dit spoor is dus doodge- loöpen. Het is in het geheel niet onmogelijk dat po litieke brandstichting buiten het geval staat. De bewoners zijn aan een scherp verhoor onderworpen. Het perceel dat eigendom is van de caféhoudster, is ruim verzekerd, terwijl er een hooge hypotheek op rust. Ook de inboedel is hoog verzekerd. Het aantal gevonden aan- wijzigingen is nog betrekkelijk gering. Ver moedelijk is de brand gesticht met behulp van brandbare vloeistoffen. Ook de heer Van Ledden Hulsebosch, politie- scheikundige, heeft ter plaatse een onderzoek ingesteld. De verhooren duren nog voort. Een arrestatie is nog niet gedaan, doch het is niet onmogelijk dat deze binnenkort zal volgen,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1934 | | pagina 2