HET NIEUWE AVONDBLAD
BIOSCOOP.
Zee-benzine.
19e JAARGANG No. 248
VRIJDAG 24 AUG. 1934
IJMUIDEP COUPAHT
ABONNEMENTEN: per weet 10 ets., per maanfl
40 cents plus 2</, cents Incasso, per twartaal 1.20
plus 5 cents Incasso, lossenunmers! cents.
Kantoor: Kennemerlaan 42 - IJmuiden - Teler. 521
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
Uitgave Lourens Coster, Maatschappij voor Courantuitgaven en Algenneene Drukkerij N.V,
DirectieP. W. PEEREBOOM en ROBERT PEEREBOOM
ADVERTENTIEN: 15 regels f 0.75. Elke regel meer
15 ct. Bij abonnement belangrijke korting. Adverten
ties van Vraag en Aanbod 1-3 regels 25 ct., elke regel
meer 10 ct. Ingezonden mededeelingen dubbele prijs.
ALLE ADVERTENTIëN, OPGEGEVEN VOOR DIT BLAD WORDEN KOSTELOOS OPGENOMEN IN DE NEVEN-EDITIE HET NIEUWE AVONDBLAD DE KENNEMER COURANT.
n!"nnié'_Ttn. dit Wad zUn z00dra ziJ 14 das™ als zonnig In de registers
earraer 013 voorwaarden, die van tijd tot tijd gepubliceerd
en ten kantore van dit b ao gratis verkrijgbaar zijn kosteloos verzekerd tegen
de gevolgen van ongevallen voor de navolgende bedragen'
S 2000— bij algéheele invaliditeit; f 600— bij overlijden; 400— bb verlies van
een band, voet of oog; 250- bij verlies van een duim; 150- bij villi Jan
een wijsvinger; 100.bij breuk van boven- en/of onderarm; j 100.— bij breuk
van boven- en/of onderbeen; 50.— bij verlies van een anderen vinger. Tenge
volge van spoor-, tram- of autobusongeval; 5000.— bij overlijden van man en
vrouw beiden; 3000.— bij overlijden van den man alleen; 2000.— bij over
lijden van de vrouw alleen. Opvarenden van visschers-, marine-vaartuigen
enz. 400.— bij verdrinkingsdood door ongeval tijdens de vaart, tot een
maximum van 2000—, indien betzelfde ongeval den dood van vijf of meer
abonnés mocht tengevolge hebben.
Alleen de abonné(e) zelf is verzekerd, behoudens het vermelde omtrent spoor-,
tram- of autobusongevallen. Polis is niet noodig. Uitkeeringen krachtens
deze verzekering worden gewaarborgd door de Nieuwe H.A.V.-Bank te
Schiedam.
IJMUIDEN
„CANAILLE" IN THALIA
Vrijdagavond wordt voor het eerst in Thalia
het beroemde Fransche filmwerk „Canaille"
gedraaid. In verscheidene groote steden is
deze film met stijgend succes vertoond; in het
Apollo-theat'er te 's-Gravenhage zelfs zes we
ken achtereen in volle zalen. Ook in Haarlem
bestond voor deze film groote belangstelling.
H. G. Cannegieter schreef hierover o.a. in
Haarlem's Dagblad:
„De film „Cette vieille Canaille" behoort tot
de beste werken der Fransche productie. Zij
kenmerkt zich door twee buitengewone aan
trekkelijkheden: de artistiek-technische be
werking, waarvan de verdienste toekomt aan
den regisseur Anatole Litvak en het spel van
den acteur Harry Baur.
De hoofdpersoon is een beroemd chirurg
met een geheimzinnig karakter,, dat iets aan
dat van doctor Mabuse doet denken. Alleen is
deze professor Vautier volkomen gespeend
van misdadige neigingen; integendeel lijdt hij
eerder aan een overdreven zucht tot weldoen,
welke zich te dezer gelegenheid uit in zijn
zorg voor een kermiskind, de dochter van de
juffrouw van de schiettent.
Dit meisje, verloofd met den acrobaat Jean,
neemt hij na een incident, waarbij hij als ge
tuige betrokken is, tot zich, doch alleen met
het onzelfzuchtige doel, haar als vaderlijk
beschermer met weelde en gemak te omrin
gen. Als hij haar als een tweede Pygmalion
tot een jonge dame vervormd heeft, brengt
hij Jean en Hélène weer tot elkaar.
Hélène moet nu kiezen.„Ik kan je alleen
rijkdom aanbieden en vaderlijke vriendschap",
zegt hij, „maar Jean biedt je zijn jonge liefde
aan. Je zult met hem meegaan".
Ofschoon Hélène eerst aarzelt, verlaat ze het
paleis, dat haar beschermheer te harer be
schikking' gesteld heeft en trekt met den acro
baat en zijn partner de wereld door. In de
onbehaaglijkheid van een derde klasse-coupé
beseft ze, wat ze heeft opgegeven, maar ze
blijft Jean trouw, ook wanneer prof. Vautier
ais toeschouwer in het theater, waarin Jean
werkt, weer komt opduiken.
Wanneer Jean, van de hooge trapéze de zaal
inblikkend, echter Vautier in de loge van
Hélène ziet zitten, krijgt hij een duizeling
en stort neer. Zijn levensdraad zou zijn af
gesneden, wannéér niet de geniale hand van
Vautier hem bij de levensgevaarlijke operatie
gered-had. Uit de ontroering waarmee Hélène
deze spannende momenten beleeft, leidt
Vautier af, dat zij den acrobaat waarlijk lief
heeft. Hij trekt zich terug en begeeft zich na
den vermoeienden nacht bij de snijtafel met
zijn assistente in het morgengrauwen huis
waarts.-
„Is dat niet Vautier? Dat canaille is ook
nog laat op pad!" mompelen een paar nacht
brakers.
Het is niet duidelijk, waarom deze zonder
linge chirurg een „canaille" heet en even
min, wat hij eigenlijk met zijn „experiment"
voor heeft gehad. In elk geval heeft zijn
vreemdsoortig optreden gelegenheid gegeven
tot een schitterende film en tot meesterlijk
spel.
Harry Baur verpersoonlijkt Vautier. Iiij doet
dit met de ongeëvenaarde rust, welke dezen
acteur ook in zijn andere filmrollen kenmerkt.
Wat hij in de gestalte van den ouden profes
sor physiognomisch heeft willen duide
lijk maken, is het door berusting en belang
stellend medeleven in toom gehouden leed van
den door leeftijd tot abdicatie gedwongen min
naar van jonkvrouwelijke bekoring.
„U bent toch niet op me verliefd?" vraagt
het meisje den professor bij de eerste glorieuze
ontvangst, waarvan ze niet het minste be
grijpt.
„Verliefd dat is een woord, dat men op
mijn jaren niet meer gebruikt", antwoordt
Vautier.
Door zijn voorname en tevens innige voor
dracht legt Harry Baur in deze overigens on
mogelijk schijnende figuur iets van echt-
menschelijke tragiek.
Dit meesterlijke spel is het middelpunt van
een geniaal gemonteerd filmwerk. Kleurig en
krachtig is reeds de aanhef: een vervelend
kermistafereel, ongemeen rijk van kleur en
klank. En deze rijkdom handhaaft zich heel
het werk door; bij de brooddronken vrouwen
in het cachot, in het grotesk weidsche paleis
van den rijkaard, in de kaleidoskopische flit
sen van de wereldtournee, in de spannende
variété-voorstelling met het te voorziene on
geval en tenslotte in de operatiekamer, waar
het chirurgische kunststuk een even adembe
klemmend genot wordt als daarstraks de
doodensprong in den nok van het theater.
Dit met entrain voortstuwende filmwerk
wordt gekruid met echt-Fransche geestigheid,
welke droogweg en met vluchtige toetsjes als
een dood-eenvoudig' bijmengsel wordt voorge-
diend".
BIOSCOOP „BE PONT".
In het bioscooptheater „De Pont" wordt
deze week op het witte doek het filmwerk
„De Ha ven-journalist" vertoond. Dit is een
United Artistfilm naar het boek „I cover the
waterfront" van Max Miller. De regie is van
James Cruze. Het is een drama in acht acten,
waarin o.a. Claudette Colbert, Ben Lyon en
Ernest Torrence triomfen vieren.
De j-ournalist Miller heeft tot taak om zijn
blad te voorzien van alle berichten, die be
trekking- hebben op het bedrijf van een groote
haven. Hij woont in een huisje aan den wa
terkant en kent door zijn jarenlange ervaring
de oude haven met al haar gebeinrn d—v en
door. Het is bekend, dat smokkelaars hun be-
drijf in en om deze haven uitoefenen. Niet
alleen brengen zij drank op clandestiene wij
ze binnen de grenzen, doch in den laats ten
tijd worden ook de iimmigratiewetten ont
doken. Op mysterieuze wijze worden Chinee-
zen het. land binnen gesmokkeld. Miller ver
denkt er den ouden visscher Eli Kirk van,
hierbij een hoofdrol te spelen. Bewijzen zijn
echter niet te vinden.
Op zekeren dag wordt Miller door zijn re
dactie gewaarschuwd, dat in de baai een
meisje in levengevaar verkeert. Miller gaat
op onderzoek uit; hij ontdekt dat het Julie
Kirk is, de eenige dochter van den ouden
visscher. Hij interesseert zich onmiddellijk
ten zeerste voor haar en meent, dat zij hem
misschien kan helpen bij zijn speurtochten
naar de smokkelaars. De keten van bewijzen
omtrent Eli's smokkelarij wordt intusschen
nauwer aangehaald. Het toeval (dat immers
•in alle films zulk een groote rol speelt) wil,
dat Miller er bij tegenwoordig is, als het lijk
van een ouden Chinees opgevischt wordt.
Kettingen zijn om het lichaam gebonden. Mil
ler ontdekt, dat deze van Eli's boot afkomstig
zijn. Miller licht zijn hoofdredacteur in, maar
deze weigert een 'beschuldiging tegen Eli
Kirk te publiceeren, omdat volgens hem het
bewijsmateriaal nog niet sterk genoeg is. Mil
ler en Julie ontmoeten elkaar dagelijks. Hier
bij hoort de journalist, dat haar vader niet
doet als alle andere visschers, die goede prij
zen voor hun visch maken. Hij gaat namelijk
op de haaien vangst in het Zuiden; dit vindt
Miller verdacht en als hij hoort, dat Eli de
haven van het Chineezenkantoor zal binnen-
loopen, waarschuwt hij de politie, die reeds
aa.nwezig is als het schip binnen komt. Het
schip wordt onderzocht, aanvankelijk zonder
resultaat. Maar Miller koopt achter de list,
die Eli Kirk gebruikt om de Chineezen ver
borgen te houden. De journalist helpt de im
migranten te voorschijn te brengen. De oude
visscher neemt nu de vlucht; weliswaar wordt
hij door een kogel getroffen, maar hij weet
toch een schuilplaats te bereiken.
De kranten staan natuurlijk vol van deze
opzienbarende ontdekking, maar Miller voelt
zich ongelukkig. Zijn blad heeft wel den
primeur gehad, doch ten kosten van' zijn ge
liefde Julie. Deze wendt zich vol verachting-
van hem af; zij verwijt hem, haar liefde mis
bruikt te hebben.
De hoofdredacteur geeft aan Miller op
dracht, het onderzoek voort te zetten. Hij
slaagt er in, dë~ schuilplaats van den ouden
visscher te-ontdekken. Hij zoekt hem op,
maar dezë ontvangt hem met een revolver in
de hand. De achtervolgde visscher schiet
hem neer. En wederom komt het toeval te
liulp,.want Julie komt juist op tijd om te ver
hinderen, dat haar vader den gewonden
journalist doodt. Dit verraadt haar gevoe
lens ten opzichte van Miller.
De lezers begrijpen reeds, dat dit bijzonder
boeiende verhaal een gelukkig eind heeft.
Wanneer de journalist hersteld uit het zie
kenhuis terugkeert, treedt Julie (wier vader
intusschen overleden is) hem in zijn huisje
aan den waterkant tegemoet. Te zamen gaan
zij een hieuw leven beginnen.
Ongetwijfeld zal ook deze film weer veel
belangstelling trekken.
WEER EEN PAAR SCHEPEN IN DE VAART.
De Maria Elisabeth IJM 1'14 is weer in de
vaart gebracht. De stoomlcgger Victor IJM
149 VEM is weer ter haringvisscherij ver
trokken.
SLUITING CAFéS OP 31 AUGUSTUS
De Burgemeester van Velsen brengt ter al-
gemeene kennis, dat nader door hem is be
paald, dat de tapperijen op 31 Augustus a.s.
ter gelegenheid van den verjaardag van H.M.
de Koningin geopend mogen zijn tot 's nachts
.1.2 uur, terwijl muziek en dans mag worden
gemaakt tot des avonds half twaalf.
(Volgens berichten uit het bui
tenland, zou het gelukt zijn, ben
zine uit zeewater te maken).
De mensch maakt belangrijke dingen,
Sinds lang, uit het water der zee,
Hij doet er reeds tientallen eeuwen
Zijn voordeel als reismiddel mee.
Hij maakt er een moeilijk bestaan uit,
Door 't vangen van haring en kreeft,
Hij maakt er vacantieverblijf uit,
Waaraan hij zijn vreugde beleeft.
Hij maakt er een heeleboel meer uit,
Dat ik nu niet verder vermeld,
Maar daartoe behoort, niet benzine,
Al wordt dat dan ernstig verteld.
Ik weet wel niet veel van chemie af,
Maar hier ben 'k tot zweren bereid,
Benzine uit zeewater maken,
Dat is een onmogelijkheid.
Laat u dus vooral niet verschrikken
Door zulke fantastische praat,
U hebt niet bij 't bad in de branding,
In rauwe benzine gebaad.
Men jaagt hiermee Shell en de Standard,
Zou 'k zeggen, niet licht op de stang,
Het riekt niet zoozeer naar benzine
Dan wel naar de zee (water) slang.
P.GASUS.
De Jeugdherberg te
IJmuiden.
Dit jaar veel minder bezoek dan in 1933.
HINDERWET
Burgemeester en Wethouders van Velsen
brengen ter openbare kennis dat door hen
de volgende hinderwetsvergunningen zijn ver
leend
a. aan de N.V. Hollandia Zeepfabriek te
IJmuiden, tot het uitbreiden van haar fabriek
Haringkade no. 32 (onder voorwaarden).
b. aan E. Homan te Santpoort, tot het op
richten van drieondergrondsche benzinebe-
waarp atsen met electrisch aangedreven af
tapinrichtingen en van een luchtcompressor
aangedreven door een electromotor van 11/2
P.K. bij het perceel Slaperdijk -no. 2 te Sant
poort;
c. aan de N.V. Bataafsche Imopr't Mij. te
's-Gravenhage, tot het wijzigen vaii een ben
zinepompinstallatie bij het perceel Bloemen-
daalschestraatweg 168 te Santpoort;
d. aan de Mij. tot Import van Petroleumpro-
ducten N.V. Matip, te Amsterdam, tot het op
richten van een ondergrondsche benzinebe
waarplaats met aftapinrichting bij het perceel
Hoofdstraat 128/130 te Santpoort.
e. aan de N.V. Ijsfabriek voor de V-ischhandel
Vereeniging en Koelhuis „IJsvries" te IJmui
den, tot het uitbreiden van haar koelhuis
Prins Hendrikstraat 15 en Kanaalstraat 12.
AGENDA TE HAARLEM
VRIJDAG 24 AUGUSTUS
Luxor Sound Theater: „Kale Rijkdom". 2.30
uur en doorloopende avondvoorstelling van
7 uur af.
Rembrandt Theater: „Tarzan, de ontem
bare". Op het tooneel: Bennos Brothers. 2.30
7 en 9.15 uur.
Cinema Palace: „Congres der Vagebonden".
Op het tooneel: Schiller en Herome. „vallende
mensehen". 2.30, 7 en 9.15 uur.
ZATERDAG 25 AUGUSTUS.
Bioscoopvoorstellingen 's middags en des
avonds.
G. v. d. Meulen, Mevr. v. d. Meulen,
de „vader" en „moeder" van de Jeugdherberg-.
„De maand Augustus is met tot dusver bij
zonder tegengevallen", aldus vertelde ons de
heer G. van der Meulen, de vader van de be
kende Jeugdherberg aan den Strandweg te
IJmuiden, toen we hem daar Donderdagmid
dag naar de resultaten van zijn inrichting in
dit seizoen vroegen. „Dat komt natuurlijk
omdat we van den zomer bijna geen strand
weer gehad hebben. En dat is wel heel jam
mer, want voor de menschen, die de jeugd
herbergen bezoeken, is in IJmuiden van veel
schoons te genieten. In de eerste plaats heb
je hier de grootste sluis ter wereld, dan de
prachtige pieren, de scheepvaart met al haar
bedrijvigheid, het schitterende strand, de
ideale bad- en zwemgelegenheid. vooral tus-
schen de twee pieren, en tenslotte de zee,
die wel de grootste attractie is. Die is immers
altijd mooi, zoowel bij heftigen storm als bij
kalm weer. En het mooist is de zee in het
late avonduur, als zij licht; dan gaan mijn
vrouw en üc met de gasten naar het strand,
om van het onvergelijkelijke schouwspel te
genieten. Op zoo'n avond nemen we het dan
ook niet al te nauw met het uur van naar
bed gaan. Dan wordt er al gauw een uurtje
aan vastgeknoopt".
,,Van het baden en zwemmen wordt zeker
veel gebruik gemaakt?"
„O ja, heel veel. Het wordt den menschen
daarvoor heel gemakkelijk gemaakt, want ze
mogen zich hier in het gebouw ontlcleeden;
dan gaan ze met den mantel over het bad-
costüum (dat is hier verplichtend) naar bui
ten en keeren, wanneer ze zich heerlijk ver-
frischt hebben, op dezelfde manier naar huls
terug"
„Hebt u nog klachten over het gedrag der
bezoekers gehad?"
„Geen enkele. Nu ja, we zijn natuurlijk wel
eens genoodzaakt om een klein standje uit
te deelen, maar de zwaarste straf, het in
houden van de kaarten, heb ik nooit behoe
ven toe te passen. Het gaat hier alles heel
ordelijk. En dat wil heel wat zeggen, als u
bedenkt, dat ik eens op een nacht aan 103
personen onderdak moest verstrekken. We
hebben 86 vaste slaapplaatsen, zoodat we
zeventien noodbedd.en op den zolder gereed
moesten maken. Met Geert Dils van Assum-
burg ben ik het volkomen eens, dat dit een
prachtig stuk jeugdwerk is, maar men moet
veel liefde voor dit werk hebben, anders zou
men het op den duur niet kunnen verrichten,
want het is heel zwaar. Ik zelf houd buiten
gewoon veel van dit werk. Overigens kan ik
heel goed begrijpen, dat het buitenstaanders
een beetje vreemd in de ooren moet klinken,
als ze oudere menschen, dan ik zelf ben,
„vader" tegen mij hooren zeggen. Maar dat
went heel gauw. Als een gast „meneer" tegen
mij zegt, dan begrijp ik meteen, dat het een
nieuweling in het kamp der jeugdherbergen
is".
We vroegen den heer Van der Meulen, wan
neer hij het seizoen geopend heeft.
„Het seizoen behoef" hier niet geopend te
worden, want onze j .dherberg is het ge-
heele jaar geopend, a. is het bezoek in de
wintermaanden veel geringer, dan in den zo
mer. Maar vergeleken met 1933 zijn d cijfers
van dit jaar heel wat ongunstiger".
Vader Van der Meulen toonde ons de vol
gende statistiek;
1933:
1934:
Januari
19
10
Februari
0
47
Maart
40
64
April
135
115
Mei
64
204
Juni
214
268
Juli
448
431
Augustus
507
345
September
70
October
41
November
12
December
'5
Hierbij moet natuurlijk in aanmerking
worden genomen, dat Augustus 1934 nog lang
niet voorbij is. Dit waren allen Nederlanders,
die nachtverblijf genoten. Ook de cijfers van
de buitenlandsche gasten zijn achteruit ge
gaan. Die bedroegen in
1933:
1934:
Januari
0
0
Februari
0
0
Maart
1
2
April
17
0
Mei
6
3
Juni
51
14
Juli
30
106
Augustus
196
51
September
5
October
0
November
1
December
0
Van de buitenlanders in 1933 waren er niet
minder dan 291 uit Duitschland. Verder kwa
men er vier Belgen, zes Engelschen, vier
Zwitsers en één Deen.
De regels van het huig zijn precies eender
als in de jeugdherberg van Geert Dils in As-
sumburg, waarover we eenige dagen geleden
uitvoerige bijzonderheden publiceerden. Ook
hier troffen ons de netheid en zindelijkheid.
Gratieverzoek voor Spansier.
Neclerl. regeering zou haar steun verleenen.
De. bij een botsing met een locaaltrein in de gemeente Emmen geheel vernielde autobus van dichtbij gezien,
AMSTERDAM, 23 Augustus. Naar wij ver
nemen heeft de heer mr. M. van der Goes van
Naters te Heerlen thans namens den heer H.
M. Spansier, die ter zake van landsverraad
door het volksgerecht té Berlijn tot twee jaar
gevangenisstraf is veroordeeld, bij den Führer
en den Rijkskanselier van het Duitsche Rijk
een verzoek om gratie voor den veroordeelde
ingediend.
In het verzoek om gratie zegt de heer Span
sier, dat hij niet den opzet tot landverraad
van het Duitsche Rijk heeft gehad. Zelfs is
hij zich er nimmer van bewust geweest, dat
feiten, welke in zijn eigen land ten volle zijn
toegestaan, in Duitschland strafbaar zouden
kunnen zijn.
„Juist het feit. dat ondergeteekende", aldus
de heer Spansier, ..volgens de rechtsopvat
tingen van zijn eigen nationaliteit straffeloos
zou zijn, moge wellicht voor U, geëerde Herr
Führer, aanleiding zijn, met het oog op de in
ternationale zijde van de zaak, tot een ver
zachting van de straf te besluiten, waardoor
ondergeteekende aan de zijnen zal worden te
ruggegeven".
De heer van der Goes van Naters heeft bij
dit verzoek om gratie van den. heer Spansier
een memorie gevoegd, waarin hij er op wijst,
dat de heer Spansier volgens de rechtsopvat
tingen in Nederland niet strafbaar was.
Hij wijst er op, dat Spansier nooit de bedoe
ling heeft geliad iets te publiceeren ten gun
ste van een vreemden staat en dat hij zich er
ook niet van bewust is geweest, dat dit in het
bewuste nummer van de „Freie Presse", naar
aanleiding waarvan de veroordeeling is ge
schied, het geval was. Een afbeelding van
een pantserauto in dit nummer en in de dag
vaarding aangehaald is gekocht van het Duit
sche persbureau „Pressephot" te Berlijn en
komt derhalve niet in aanmerking als land
verraad.
„De opvatting, dat de heer Spansier niet
schuldig is", aldus verklaart de heer Van der
Goes van Naters, „is niet alleen mijn persoon
lijke meening, maar de opvatting van een
groot aantal Nederlandsche en buitenlandsche
in het bijzonder Engelsche, autoriteiten, ju
risten en journalisten van alle richtingen. In
deze kringen zou het met groote voldoening
worden vernomen, wanneer U, rekening hou
dend met de bepalingen, die golden ten tijde
van de arrestatie van Spansier en met de in
zijn land geldende rechtsopvattingen 't U toe
komende gratierecht zou willen toepassen en
dat aan Spansir. die reeds meer dan een jaar
geleden werd gearresteerd, de vrijheid zou
worden teruggegeven".
Wij vernemen verder, dat de m'ni^er van
Buiterdandsche 7"ken den beer "-.n T>es
van Naters heeft verzekerd, dat de Neder
landsche regeering haar adhaesie aan het
gratieverzoek zou betuigen.