0L
!fck
BESTE VRIENDINNETJES
EN VRIENDJES
RUDI WEET ZICH TE HELPEN.
WILDE KATTEN.
DE BEURT IS AAN KLEINE
TEEKENAARS.
M nil in 11 nil.
Zooals ik jullie verleden week schreef, zou
de voorzitster van het Damescomité van den
Bazar ten bate van de T. B. C. me voor jullie,
als antwoord op jullie bazarimzending, een
briefje schrijven. Het briefje heb ik ontvan
gen en het hieronder laten afdrukken.
IJmuiden-Oost, 16/10, '34.
Beste Rubriekertjes,
Nu allé drukte van de Bazar ten bate der
T. B. C. Bestrijding voorbij is, komen wij jul
lie hartelijk danken voor de snoezige dingen,
die wij van jullie mochten ontvangen. Dat was
werkelijk een vreugde toen het pakje van de
rubriekertjes werd opengemaakt. Wat kunnen
jullie netjes handwerken! en wat waren die
sleutelhangertjes netjes uitgezaagd en beschil
derd. Weten jullie wel, dat op den eersten
middag van de Bazar direct al verkocht is
van jullie inzending?
Me dunkt, dat er ook met extra zorg en
ijver is gewerkt voor dit sympathieke doel.
Mooi van jullie om, zóó jong, mee te helpen
ziekte en lijden te verlichten.
Wij danken jullie hartelijk hoor en wen-
echen jullie veel succes toe in dit werk!
Met vele groeten
HET DAMES-COMITé.
Beste KOZ AKKENHOOFDMANJe moet
eerst het voorwerpje dat je op het hout ge-
teekend hebt afmaken. Is het geheel klaar,
dan beginnen we aan iets anders. Vergeet a.s.
Woensdag je figuurzaagbeugel niet. Heeft
Truusje al twee tandjes? Voor die kleine schat
mag je ook iets maken. Dag Kozakkenhoofd-
man.
Best NAAISTERTJE. Gelukkig dat je
moeder weer beter is en jij door je vacant-ie
haar wat kunt helpen, al is het alleen maar
door op de kleintjes te passen. Die Annie is
altijd maar aan het kcopen. Ze was anders
wel gelukkig met haar lot. Wat heeft ze met
de vijf cent gedaan die ze van je gekregen
heeft? Wil je m'n groeten aan je moeder doen?
Dag Naaistertje.
Lieve KOMIEK. Nikkertje n is precies
een echt nikkertje. Wat heeft hij een donker
•bruine oogen en een donkere krullenbol. Hij
lijkt niets op je of op Gretha. Antje B. is dus
je vriendinnetje. Jullie boft met een week
herfstvacantie, maar als jullie vacantie reeds
een week om is, begint de mijne. Bestel je te
gen dien tijd mooi weer voor mij? Best hoor.
Dag Komiek.
Beste VERGEETMEINIET. Meisje wat ben
je aan het raden. Maar je weet reeds vooruit
dat je vader je niet helpt. Er komt dit jaar
nog een pretje dat is alles wat ik je op je
briefje omtrent het feestje kan mededeelen.
De meester was zeker wel blij met je hulp?
Prettig dat je een kistje van den kruidenier
krijgt. Van de klosjes gaan we iets voor de
Kerstdagen maken. Dag Vergeetmijniet.
Lief BOSCH VIOOLTJE. Er waren geen
60 maar 96 kinderen bij elkander. Heb ik niet
veel vriendinnetjes en vriendjes? Leuk zooveel
konijntjes. Mag je broertje ze allemaal hou
den? Zorgt hij goed voor ze? Binnenkort zal
ik je moeder een briefje schrijven en op haar
brief antwoorden. Wil haar nu maar vast
m'n groeten overbrengen. Dag Boschviooltje.
Lief KRULLENKOiP'JE. Je werk heb ik
gekocht. Je moet al de wolresten en 36 cent
mede brengen. Fijn hè, zoo'n nieuw werkje.
Je vacantie is dus weer voorbij. IJfeen, mijn va
cantie moet nog komen. Beterschap met je
verkoudheid. Dag Krullenkopje.
Best KLAVERTJE VIER. Zoo heb jij 1.1.
Woensdag drie dagen Herfstvacantie gekre
gen? Heb je veel buiten gespeeld of was het je
te koud? Je hebt dus, als ik goed1 geteld heb,
3 broertjes en 2 zusjes. Het kleintje heeft reeds
2 tandjes? Dat heeft Kozakkenhoofdman me
ook al geschreven. Dag Klavertjevier.
Lief GOUD VINKJE. Je vindt het zeker
wel prettig een klein zusje te hebben? Jij bent
11 jaar en je zusje 4 maanden. Jullie scheelt
dus heel veel in leeftijd en kan je als zijnde
zooveel jaar ouder, goed op haar passen en
voor haar zorgen. Je treft het niet erg met je
vacantie. Regen en nog eens regen, Tot a.s.
Woensdag. Dag Goudvinkje.
Best MEIKEVERTJE. Ja vriend, de dagen
gaan heel vlug voorbij, mij vaak veel te vlug.
Dus jij vindt ons clubwerk nog steeds fijn en
bent blij als het Woensdag is? Dat vind ik
prettig, 'k Hoop dat Annie weer spoedig be
ter is. Dag Meikevertje.
Best Tom Mix.
Je bericht was voor mij wel een beetje te-
ïeurstellend hoewel i'k het toch ook heel pret
tig vond te vernemen, dat je niet door ziiiekte,
maar door uitstedigheid verhinderd wias. L.l.
Woensdagmiddag heb ik met je zuster, Dini
haai* moeder, je zwager, Dini haai: vader en
jie vader kennis gemaakt. Je vader heeft dus
het grootste deel van je werk gemaakt? Dat
gebeurt iojp de club niet, daar moet je alles
zooveel mogelijk zelf doen. We zijn 1.1. Woens
dag bezig geweest met het overnemen van de
door mij ontworpen teekendng en hebben
daarna de teekening op het hout gebracht.
A.s. Woensdag beginnen we met zagen. Ver
geet je je beugel niet. Dag Tom Mix.
Goeden middag Astertje.
Je b'ent van harte welkom en ik hoop dat
je een trouw vriendinnetje van me wordt.
Vinden je broer en zus dat ik zoo lief voor de
rubriekertjes ben? Dat is wel mogelijk, maai
de rubriekertjes zijn ook allen heel lief voor
mij en doen graag met alles hun best. We
hebben het altijd heel prettig met elkander.
Tot Woensdag.
Dag Astertje.
Goeden middag- Diók Trom.
Ondanks dat Blikoortje werk gekregen heeft
en dus niet meer school gaat, blijf je toch z'n
vriend. Dat is prettig zoowel voor Blikoortje
als voor je zelf. B. is ook een, uitstekend
vriendje voor je. Het is een vriendelijke, be
leefde jongen die altijd op school en op de
club z'n best deed. 'k Hoop dat je net zoo
netjes als B. gaat schrijven.
Dag* Dick Trom.
Lief Goudbtondje.
De titel van het, door Je geleende boek, is
heel mooi en ik kan heel goed begrijpen dat
je dacht, dat het een mooi boek zou zijn. Het
Is je echter tegengevallen evenals het niet
[krijgen van Herfstvacantie. Toch geloof ik.
dat je, gezien het reigenachtige weer niet veel
gemist hebt dooi' .geen vrijaf gekregen te
hebben.
Dag Goudblond je.
Best Roza Fluweeltje.
Je tante dacht zeker dat het St. Nicolaas-
feest was inplaats van haar verjaardag? Een
doos met allerlei kleine pakjes en fopperijtjes
verwacht men eerder met St. Nicolaas, dan
met een verjaardag.
Dag Fluweeltje.
Lief Nikkertje.
Je mag van naaan veranderen hoor. Zwart
kopje vind ik aardig. Voor je handwerk heb
ik 1.1. Woensdag gezorgd-. A.s. Woensdag kan
je dus beginnen.
Dag Nikkertje.
Lief Zonnetje.
Jullie zijn ook gauw aan den beurt niet het
spel. 'k Denk a.s. Woensdag over een week. We
moeten vlug aanleer en, om op tijd klaar te
zijn. Den opstellenwedstrijd laat ik nog wat
rusten. Alles met elkander heb ik op het
oogienblik heel druk wenk met m'n vriendin
netjes en 'vriendjes en kan er momenteel geen
wedstrijd bij nemen. Jammer dat je je beurt
verloren hebt. Voortaan maar beter opletten.
Dag Zonnetje.
Lief Zonnestraaltje.
Je werk wordt snoezig niet? We zullen voor
de vulling de voordeeligste manier uitzoe
ken. A.s. Woensdag mag je een hiokvulling
maken en kan je zien hoe het geheel wordt.
Ja er zijn heel veel kinderen en steeds krijg
alk nieuwe aanvragen.
Diag Zonnestraaltje.
Beste Zus.
Ja, je weaik schiet flink op. Prettig niet? Je
bent zeker wel blij met je kaplaarzen? Ze ko
men nu uitstekend te pas. Ik vind kachelva-
cantie zoo onmodeirin en daarom spreek ik al
tijd van Herfstvacantie. Ada heeft jullie ge
loof i'k, heel veel geleerd.
Dag Zus.
Beste- Pietje Pelle.
Wel vriend dat vind ik aardig van je me
steeds zoo'n mooi verhaal te schrijven en ik
dank je er wel voor. Je maakt zoo je korte
briefjes goed, 1.1. Woensdag was je door ver
boudheid verhinderd? 'k Hoop je Woensdag
weer te zien.
Dag Pietje Pelle.
Lieve Juliaantje.
Je vraagt me aan je moeder ook eien, briefje
in de rubriek te schrijven -en je schrijft me
bovendien, dat jie moeder het heusch wel goed
vindt. Ik kan echter niet 'Op je verzoek in
gaan. Stel je voor als ik aan alle anioeders van
m'n rubriekertjes in de ikrant mioest gaan
schrijven? 'k Zou er een nachtrust voor moie-
ten opofferen. Het zou dan geen kindenru
briek meer zijn maar een Moe der-Kinderru
briek. Stel je voor zeg? Dag Juliaantje.
Goeden middag Winterkoning.
De kennsim.ak.ing met ons clubwerk is. .je
dus goed -bevallen? Dat wist ik wel vooruit.
Je moeder zal heusch trots op je zijn als je
met St. Nicolaas je haar, door je zelf vervaar
digd presentje geeft.
Dag Winterkoning.
Lief Sneeuwklokje.
Ja, je 'broertje mag ook een vriendje van me
worden. Je moet hem met het schrijven van
een briefje maar even 'helpen. Op de club m,oet
hij van 2.00 tot 3.30 komen.
Diaig Sneeuwklokje
Goeden middag Kaboutertje.
Ik dank je voor het mooie gedicht. Waar heb
je het uitgehaald of geleerd? Woensdag hoop
ik je weer te zien.
Dag Kaboutertje.
Welkom Asschepo etster
Je bent van harte welkom en ik hoop dat je
een trouw vriendinnetje van me wordt. Voor
het St. Nicolaasspe-1 n.l. „St. Nico laas» avond"
heb ik de kinderen reeds uitgezocht.
Dag Assohepoetster.
Goeden middag Doornroosje.
Je zus mag a.s. Woensdagmiddag medekoi-
mien. Inidien ze werk heeft laat ze het dan me
debrengen en breng'zeif al je wolresten mede
die je nog bezit. Verder spreken we Woensdag
wel af.
Dag Doornroosje.
Lief Ranonkeltje.
Over Freekje kom ik eerst wel even met je
moeder spreken. In je trui -heb ik geen erg ge
had. Ik had het ook zoo verbazend volhandig
niet zooveel meisjes die met werk geholpen
moesten- worden. Jammer dat de vacantie zoo
letterlijk in het water valt hè?
Tot Woensdag, Dag Ranonkeltje.
Beste Moeders hulp.
Flink zoo meisjelief ,help jij je moeder
maar. Prettig dat je nog een moeder hebt en
haar van dienst kunt zijn. A.s. Woensdag zal
ik wol voor je -mede brengen.
Dag Moeders hulp.
Best Madeliefje.
Ja, het kleedje is niet zoo heel erg gemak
kelijk, anaar dat is niets. Je moet ook iets door
leeren en daaraan -heb 'ik juist dat patroon
voor je uitgezocht. Je mag Woensdag* je poe-
sie album medebrengen en wil ik er graag in
schrijven. Wil je me volgende week nog even
aan je verjaardag herinneren-.?
Dag Madeliefje.
Lief Poppenimoedertje.
Je -hebt dus nog eenïge extra prettige da
gen te goed. Een verjaardag van een zusje en
een verjaardag van ©en zuster. Ja het was ge
zellig 1.1. Woensdagmiddag. Je ziet het „hoe
meer zielen, hoe meer vreugd". Toe Woensdag.
Dag Popp'enmoedertje.
Lief Keukenpjrinsesje.
Prettig dat je de Woensdagmiddagen tegen
woordig zoo eng prettig vindt en graag naar
de club gaat. Denk je a.s. Woensdag om je
werk?
Dag Keukeniprinsesje.
Beste Lobelia.
Ja je broertje zal het heel prettig vinden dat
je vacantie hebt. Je kunt hean nu echt gezel
schap houden. -Gaat hij nog iets vooruit?
Prettig dat 'hdj nog al veel speelgoed heeft, de
dagen duren hem, -al spelend, niet zoo lang.1
Na de St. Nioolaasdrukte schrijf ik een wed
strijd uit.
Dag Lobelia.
Lief Meidoorntje.
Je he-bt dus een gezellige vacantie gehad?
Dat vind ik prettig om te hooren. Dus Wild
zang en Jennie hebben je tasch terugge
bracht? We vonden haar met het wegzetten
van -de tafel en stoelen. Jennie wilde de tasch
graag bij je brengen wanneer ze, om op haar
school te komen, langs je 'huis zou gaan. Van
voordrachten leeren, houden de meeste kin
deren en vind ik het zelf ook altijd heel
prettig.
Dag Meidoorntje.
Lief Vuurvlindertje.
Ik dank je hartelijk voor je mooie teekening
Wil je a.s. Woensdag Herti, je hond mede
brengen om hem mij te laten zien? Maar waar
moet ik hem dan verder laten? Ik heb hond
jes genoeg in het clublokaal, maar dan hond
jes op twee beentjes. Laat je viervoeter maar
thuis, ik zal he-m toch wel eens zien. Grappig
dat Herti drie maal per jaar jarig is. Dat
vindt hij zeker wel fijn? Een kluif lijkt Herti
dunkt me wel. Doe je m'n groeten aan je va
der en zuster.
Dag Vuurvlindertje.
Lief FILMSTERRETJE. Voor de grootste
meisjes heb ik een spel met versierde bogen.
Hierin komen verschillende passen voor w.o.
de slingerpas. Het is een alleraardigst gezicht,
wanneer het geheel goed en in de maat ver
loopt. Het spelletje „St. Nicolaasavond" is ook
snoezig, vooral als de kleintjes het goed doen
en lief zingen. Breng Woensdag de door je be
doelde zijde maar mede. Doe je m'n groeten
aan je tante en oom? 'k Geloof dat je oom een
beetje graag plaagt, is het niet? Dag Film
sterretje.
Lief SPARRETJE. Verlang je zoo naar
sneeuw om baantje te kunnen glijden? Het is
ook wel een prettig werkje, vooral met een
heele boel kinderen en dan vlug achter elkan
der. Wat doe je met je kastanjes en eikels?
Weet je wat ik er mee deed toen ik ongeveer
zou oud was als jij nu bent? Ik maakte er
onder hn'n vaders leiding paardjes en boertjes
van. Gebruikte lucifers en stokjes uit m'n
korfvlechtdoos deden dienst voor armen, bee-
nen, pooten enz. Een groote winterwortel werd
uitgehold en vier even groote dikke plakjes
wortel deden dienst als wielen. Met lange
spelden bevestigde ik de wielen aan de bak.
Draadjes haakgaren gebruikte ik om de
paardjes in te spannen. Eenmaal bezig zijnde
bedacht ik steeds meer grappige combinaties.
Vertel je me eens wat je met de kastanjes en
eikels doet? Prettig hoor. Dag Sparretje.
Lief BOODSCHAPSTERTJE. Zeg hoe vind
je de negerpop worden? Leuk, niet? Wat zal
je kleine'zus daar fijn mee kunnen spelen. Ik
vind het kindje een echte schat en zou het
heel graag bij me thuis willen hebben. Krijg
ik het kindje van je? Ik zal er heusch heel
goed voor zorgen en het snoezig' kleeden. Wan
neer breng je Jannie bij me? Of houd je haar
liever zelf en moet ik me maar tevreden stel
len met haar zoo nu en dan te zien en bij m'n
bezoek bij je thuis, haar even uit haar wiegje
te nemen? Tot zien. Dag Boodschapstertje.
Beste VERKENNER. Ja het was 1.1.
Woensdagmiddag weel* echt gezellig. Ben je
thuis ook met figuurzagen bezig? Je tante
heeft dus haar verjaardag Zondags gevierd.
Je hebt zeker wel een prettigen dag gehad?
Heb je geen Hêrfstva'cantie gekregen? Tot
Woensdag. Dag Verkenner.
Beste WILDZANG. Ook al lata van keel
pijn gehad? Er zijn heel veel kinderen die
verkouden zijn of keelpijn hebben. Gelukkig
zijn het kwaaltjes die van zelf wel weer ver
dwijnen. Breng Woensdag je wol maar mede,
ik zal voor een cartonnen sterretje en rijgnaald
zorgen. Of de vaders en moeders mogen komen,
wanneer we de voordrachten en speelliedjes
kennen? Meisjelief, ik mag niets vertellen en
als ik iets niet mag doen, dan doe ik het niet.
Ik ben altijd heel gehoorzaam. Nu tot Woens
dag. Dag Wildzang.
Beste JENNIE. Ik zal voor de wol zorgen.
Vind je lila en paars niet mooi? Ik wel, veel
mooier dan blauw. We kunnen dan de strook
jes om de andere haken n.l. lila, paars, lila,
paars, enz. Tenslotte haken we alle strookjes
met gele zijde om. Breng je zelf een grove
haaknaald mede? Je zuster mag wel komen,
wanneer ze er lust in heeft. De Bazar ten bate
van de T.B.C. heeft bruto f 2600 opgebracht.
Een mooi bedrag vind je niet? Heb je het
briefje van het damescomité aan de rubrieker
tjes gelezen? Tot Woensdag. Dag Jennie.
Beste WIM GROEN. Ik heb reeds een
vriendje die Indiaantje heet en daarom raad
ik je, kies een anderen schuilnaam. Er zijn er
nog genoeg te bedenken. Hoe vind je.„Henge-
laartje", „Roodborstje", „Kieuterke"? Enfin
ik hoor nog wel hoe je nieuwe schuilnaam
luidt. Dag Wim.
Best GOUDVLINDERTJE. Ja, ik vond het
ook heel jammer dat de wafeldoekjes er nog
niet waren. Ik heb ze direct na het beeindigen
van den clubmiddag besteld, maai* de grossier
is wat langzaam met afzenden. A.s. Woensdag
hoop ik ze echter te hebben. Je moet me bin
nenkort nog maar eens aan je verjaardag her
inneren. Ik plaats je dan in de verjaardagen
rubriek. Tot Woensdag. Dag Goudvlindertje.
NIKKERTJE II. Zeg vriend wat heb jij
je briefje onduidelijk geschreven. Ik kon, on
danks m'n vier oogen, er niets van lezen,
'k Hoop dat je volgende briefjes veel beter
zullen zijn.
GOUDAPPELTJE. Meisjelief, je was feite
lijk te laat met je briefje. De briefjes moeten
Donderdagsmorgens uiterlijk 9 uur aan liet
bureau, Kennemerlaan, bezorgd zijn of 's mid
dags uiterlijk 2 uur aan mijn huis, Roggeveen-
straat 27. Wil je er voortaan aan denken? Dag
Goudappeltje.
AAN M'N RUBRIEKERTJES EN M'N VRIEND
BLIKOORTJE.
Jullie kent allen m'n vriend Blikoortje wel?
Blikoortje is heel erg gelukkig geweest en daar
ben ik blij om. Hij is pas van school gekomen
en heeft nu reeds een werkkring gevonden.
Hij is op kantoor en vindt liet heel prettig.
Blikoortje is altijd één van m'n trouwste vrien
den geweest en ik kreeg altijd keurig ver
zorgde, zeer goed gestelde briefjes van hem.
Op kantoor zal hij heusch z'n weg wel vinden.
Blikoortje, als rubriekertje heb je me verlaten,
maar ik hoop dat we elkander nog vaak zullen
spreken en dat ik dan steeds goede berichten
van je verneem. Ook op de Handelsavond
school wensen ik je veel succes, mooie rap
porten en geregelde overgang. Namens al m'n
vriendinnetjes en vriendjes wensch ik je van
harte geluk met je spoedig gevonden werk
kring. Dag Blikoortje. Tot ziens.
Veel groeten van Mej. E. VIJLBRIEF.
„Weten jullie, waar ik vanmiddag naar toe
ga?" riep Peter, toen de bel van twaalf uur
gegaan was. Twintig jongens keken hem vol
verwachting aan. „Ik ga met mijn vader naai
de internationale tennis we ds-trij-dien op het
stadion." Allen omringden hem nieuwsgierig.
Alleen Rudi bleef treurig in zijn bank zitten.
Hij zou dolgraag naar de wedstrijden gegaan
zijn. Urenlang stond hij achter het hek van
de tennisvelden In de buurt van school te kij
ken. Vaak vergat hij heelemaal naar huis te
gaan; daar kreeg hij dan een leelijk standje,
omdat hij een half uur en soms wel een uur
te Iaat was. Hij wist al een heeleboel af van
netballen, „outballen", enz. En nu moest hij
het meemaken, dat Peter, die van al deze din
gen geen verstand had naar de internationale
wedstrijden ging en hij niet. Rudi's ouders
waren blij, dat ze hun drie kinderen te eten
konden geven. De gulden, die de goedkoopste
plaats voor den wedstrijd kostte, zouden ze Rudi
met geen mogelijkheid hebben kunnen geven.
Op dezen vrijen middag slenterde Rudi tre-u-
De soorten van het geslacht en van de fa
milie der katten zijn alle teengangers onder de
verscheurende dieren. De katten onderschei
den zich door kracht, snelheid, door behendig
heid in beweging, valschheid en list in de
blik en overrompelende spoed in den aanval.
De eigenaardige kenmerken der katten vindt
men in de tanden en klauwen. Haar tanden
zijn scherp en krachtig, daar de snijtanden
klein, maar de hoektanden zeer groot en
scherp zijn en op dolken gelijken en de kiezen
met hun scherpe randen als de bladen van
een schaar werken. De kracht van het gebit
der katten ligt vooral in de kortheid der kaak
en in de bijzonder dikke slaapspieren, welke
bijna den geheelen schedel bedekken en aan
den kop een bolvormige gedaante geven.
Merkwaardig is ook de bouw der klauwen;
deze zijn scherp en sikkelvormig en kunnen
ingetrokken worden, zoodat ze bij het sprin
gen en loopen nooit slijten; maar steeds scherp
blijven. Tot het geslacht der katten behoort
o.a. de leeuw, de tijger, luipaard, panter, ja
guar, lynx en verschillende soorten van wilde
katten.
Alle katten voeden zich in wilde staat met
het vleeseh en bloed van gedoode dieren. Ze
behooren alle tot de nachtdieren, die overdag
slapen; maar in de schemering op roof uit
gaan. Ze leggen zich dan in hinderlagen om
de buit met een snelle en zekere sprong te be
machtigen. Ze probeeren den halsslagader van
hun prooi door te bijten. Bij dag zijn ze.schuw
en lafhartig, maar wanneer ze aangevallen i
worden, verdedigen ze zich met behendigheid
en hardnekkigheid. De eigenlijke katten on
derscheidt men in de wilde kat en de huiskat.
De wilde kat bewoont de dichte bergwouden
van Europa, voornamelijk de Karpaten. Ze
wordt grooter dan de huiskat; haar lichaam is
wel eens 70 tot 60 c.M. lang en haar staart 30
c.M. De pels is grijs; de kater is daarbij eenigs-
zins roestkleurig, de kat meer aschgrauw met
donkere vlekken, die aan kop en staart af
zonderlijk staan, maar op het lichaam banden
en om de staart ringen vormen. De wilde kat
vertoeft bij dag in holle boom-en, waar zij zich
plat op de buik op een dikke tak neerlegt, zoo
dat ze onzichtbaar is voor degene, die zich on
der de boom bevindt. Bij nacht echter gaat ze
op roof uit, klautert en springt uitstekend en
vermoordt al wat onder haar bereik komt, zoo
als ha-zen, konijnen, muizen, vogels en zelfs
kleine reekalfjes.
Al is ze gewond, toch verdedigt ze zich met
volharding en aLs ze door een schot is getrof
fen, laat ze den boom niet los. In April of Mei
krijgt het wijfje vier tot zes „blinde" (d.w.z.
dat ze de oogen negen dagen groten houden*
jongen, welke ze met den bek van de eene
plaats naar de andere sleept en met leeuwen
moed beschermt. Geen dier van het woud
waagt de wilde kat aan te vallen, zelfs de vos
ontwijkt haar en ze is opgewassen tegen de
grootste honden. De wilde kat is zeer scha
delijk voor de jacht.
E. H.
rig door de straten. Telkens moest hij er aan
denken, dat Peter nu op een tribune zat en
naar wereldberoemde spelers keek. Hij kwam
langs de gewone tennisbanen; maar ze leken
hem zoo armoedig. Hij ging verder. Tenslotte
kwam hij terecht in een onbekende straat,
waar hij een groot tennisveld ontdekte. En
spoedig was hij heelemaal verdiept in het spel.
Peter was vergeten. Hij koos heftig partij voor
een der spelers, een slanke jonge man. Over
één ding alleen ergerde hij zich. Dat was over
de ballen jon gen van de spelers. De jongen
kroop als een slak. Dat men ook hard hollen
kan, dat scheen hij niet te weten. „Ik zou vlie
gen," dacht Rudi. Plotseling hoorde hij den
slanken jongen man roepen: „Hallo, mijnheer
de Wit. Is er niet een andere ballen jongen vrij?
Klaas kan niet meer. Hij holt al den heelen
middag."
„Op het oogenblik niet; maar over een half
uur is er een vrij," antwoordde mijnheer de
Wit. Rudi kreeg een idee.
„Zal ik zoolang de ballen rapen, tot de an
d-ere jongen komt?" riep hij tegen den speler.
Deze keek verbaasd om, zag Rudi en zei vrien
delijk: „Goed jongen; we kunnen het eens
probeeren. Klaas hier heeft het al den heelen
middag gedaan. Die is doodmoe,"
Zoo kwam Rudi voor de eerste maal van
zijn leven op een tennisveld. Hij wilde meteen
beginnen; maar eerst moest hij de tennisschoe
nen aantrekken, die Klaas hem leende. Toen
holde hij zoo vlug hij maar kon, heen en weer,
raapte de ballen op en gaf ze den speler op 't
juiste oogenblik goed in de hand. De slanke
heer was erg tevreden met z'n nieuwen ballen-
jongen. Toen na een half Uur de ander er was,
zei de heer tegen Rudi: „Eigenlijk is het jam
mer, dat je weggaat joiigen. Je hebt goed je
best gedaan!" en hij klopte Rudi op de schou
der. Rudi speet het nog meer, dat zijn bezig
heid als ballen jongen al afgeloopen was. Hij'
werd nog éénmaal moedig: „Als U wilt," zei hij,
„toom ito graag nog eens ballen rapen voor U."
„Goed, als je tijd en zin hebt, kun je nog
wel eens een half uurtje onze jongens al-
lossen,"
Trots ging Rudi naar huis.
Peter vertelde den volgenden dag van de we»di«<
strijden. Gespannen luisterde Rudi. Toen ver
telde hij, dat hij ballenj-ongen geweest was. En
daarmee maakte hij nog meer indruk op de
klas dan Peter.
Een paar dagen later ging hij weer naar hefc
tennisveld. De slanke heer was er en liet hem
een half uur ballen rapen. Ze namen afscheid
als g-oe-de vrienden.
Toen Rudi voor de derde maal op het veld!
verscheen, riep zijn groote vriend de pachter,
mijnheer de Wit. Mijnheer de Wit gaf Rudi
een hand. „Ik heb al van je gehoord-, vent, zei
hij vriendelijk. „Je bent een flinke ballenjon
gen. Wat zou je er van zeggen, als je geregeld
kwam. Natuurlijk niet voor niets"
Rudi knikte stralend. Ze kwamen overeen,
dat Rudi drie maal in de week na vieren zou
komen. Rudi's ouders vonden het goed. En bij
de eerstvolgende internationale wedstrijden
kocht Rudi een plaats van zijn eigenverdien-
de geld en zat naast Peter op de tribune.
D. V. Z.
Wist je dat? Een normaal ontwikkeld
mensch spreekt gemiddeld 12 millioen woorden
per jaar en knipt ruim 90 millioen maal met
zijn oogen in dienzelfden tijd.
Verre-weg het gemakkelijkst is het weerge
ven van een speciaal type, door den nadruk te
leggen op de dingen, die voor ons begrip on
afscheidelijk er mee verbonden zijn. Zoo is
een professor altijd mager, heeft een bril en
een kaal kruintje.
Wie dus een professor wil teekenen moet
deze „kenmerken" in geen geval vergeten, als
hij wil, dat een ander met'één o-ogopslag kan
zien, wat er voorgesteld is.
Onze illustratie toont eenige andere voor
beelden:
Een veldwachter. (Dienstpet en groote
hangsnor).
Booze vrouw. (Afstootend uiterlijk, glad haar
met een „toet").
Een recruut, (Beetje dom gezicht, een kepi)
Engelscb officier (Platte pet, streng afzicht,
recht snon«t-j,e.)
Padvinder. (Groote hoed).
Deze voorbeelden hebben julile nu wel dui
delijk d-oen worden, wat ik precies bedoelde
met de woorden: ieder type heeft zijn eigen
kenmerken.
En nu maar aan den gang! Eerst de hier
aangegeven voorbeelden goed teekenen en dan
probeeren zelf iets te verzinnen.
OOM KEES