WO@U Pi VtëOU KINMWJEFM O DE VROUW IN DE XXe EEUW. KEUKENGEHEIMEN. OM ZELF TE MAKEN VRIJDAG 18 JANUARI 1935 MADAME MODE AAN HET WOORD. De hier afgebeelde modellen toonen u eenige' mooie modellen van mantels en een middag, complet. De linksche mantel van dwarsgestreepte angorastaf, heeft een breede overslag en wordt met twee knoopen gesloten. Het mooie van de mantel wordt verkregen door de soe pele kraag van zwart bont en de bijpassende mof. Het middelste figuurtje toont een middag- complèt, dat uit een zwart satijnen rok en een zwart satijnen kapje bestaat, waarbij een écrukleurige kanten blouse gedragen wordt. Het décolleté wordt met behulp van twee kleine clips vierkant getrokken. Rechts ziet u tenslotte een bijzonder mooie mantel van sportieve diagonaal gestreepte stof. De manchetten en de shawlkraag zijn van zwart suède, versierd met stiksels. De knoopen van dof galalith. Dit model is vooral zeer geschikt voor jonge, slanke figuurtjes. wel graag wat doen. Tot de vriendschap met Wim weer afzakt het poppenhuis is blijk baar gereed en Adri weer uitsluitend met de vriendinnetjes speelt. Dan keert de vroegere toestand weer, Robbie bewondert Adri en ge denkt haar elk oogenblik van den dag met ;eschenken. Maar we zijn toch weer iets wijzer gewor den. Robbie eischt toch wel iets, zijn liefde is niet heelemaal belangeloos. Hij duldt geen ander naast zich. Zijn moeder is wat teleur gesteld, ze heeft Robbie's liefde steeds zoo ideaal gevonden. „Maar", zegt een vrien din, „is het niet wat veel gevraagd om van een kind te eischen dat hij al zal kunnen wat maar heel weinig menschen en dan nog door veel moeilijkheden heen leeren?" En als moeder vragend kijkt: „Ik bedoel: in de liefde uitsluitend het geluk willen van den ander". BEP OTTEN- Robbie heeft een meisje. Nu hebben vele jongens van allerlei leef tijden meisjes en het is lang niet altijd de moeite waard er over te spreken. Maar Robbie heeft dit meisje al vier jaar en dat is toch een lange tijd. Hij heeft haar leeren kennen toen hij voor het eerst naar school ging en zes jaar was. Tusschen je zesde en je tiende jaar verandert er heel wat, je wordt groot, je wordt een zelfstandig wezen, dat alleen naar school gaat en zijn eigen avonturen heeft. En door dat alles heen bleef hij van hetzelfde meisje houden. Een lief meisje. Ja, ongetwijfeld. Maar een dat veel liever met meisjes speelt dan met een jongen. Ze heeft een paar vriendinnetjes en buiten school gaat ze op in spelletjes met poppen en ander meisjesspeelgoed. Ik geloof niet, dat ze veel gedachten aan Robbie ver spilt. Maar Robbie weet lief te hebben, hij heeft aan zijn eigen liefde genoeg. Hij vraagt niet, hij geeft. En dat voldoet hem volkomen. Een Verkade-plaatje in de koek! Hij zit te springen van plezier. Voor Adri! Die spaart ze! Hij bewaart lekkers voor haar, soms is er plotseling een stuk speelgoed naar haar ver dwenen. Maar we hooren nooit iets van wat hij gekregen heeft. Adri accepteert vriende lijk. ze is er langzamerhand aan gewend ge raakt, dat hij bij alles aan haar denkt. Tevens heeft hij een groote bewondering voor haar; hij weet, dat ze niet houdt van wilde spel letjes en leelijke woorden zeggen, hij vindt dat nu met haar ook erg verkeerd hoewel hij er zich nog meermalen aan bezondigt. Ja, Adri is zijn meisje en wat ze er zelf van denkt, daar vraagt hij niet naar. Maar nu komt het drama. Er is een nieuwe jongen in de klas gekomen, een jongen, die verbazend handig kan knutselen. Hij timmert onder anderen poppenmeubels en heele pop penhuizen. Dat is iets voor de meisjes er speciaal voor Adri. Hij wordt op slag haar vriendje. Je ziet het Robbie aan dat hij wat te ver werken heeft. Vriendinnetjes heeft hij nooit geteld maar nu een vriendje! Na vier jaar van trouw geeft ze haar vriendschap aan een ander die poppenmeubeltjes voor haar maken kan. Hij mag met haar mee naar huls, hij past bij de spelletjes die ze gewoon is te spelen. Pas nu er een ander beslag op haar legt gaat Robbie zich realiseeren dat hij toch ook wel iets van haar verlangt. „Denk je, dat Adri later met Wim zal trouwen?", vraagt hij. We stellen hem gerust: als je zoo jong bent kun je nog niet weten met wie je later trouwen zal. „Maar ik weet 't wel", zegt Robbie met tranen in zijn oogen, „ik wil met Adri trouwen en als ze iemand anders neemt, sla ik hem dood' Dat is geen kleinigheid. Robbie's mooie, kalme liefde is veranderd in jaloezie en haat. Tomatensoep met witte boonen (4 personen) 11/2 L. bouillon (van 4 bouillonblokjes), 2 blikjes tomatenpuree, 3 d.L. gekookte witte boonen (is 11/2 d-L. rauwe boonen), 1 ui, een stukje wortel, een takje peterselie, een lau rierblad, 2 kruidnagelen, 1 stukje foelie, zout 50 gram boter. Kook de boonen in de bouillon overgaar en wrijf alles door een zeef, zoodat alleen de schillen achterblijven. Fruit de gesnipperde ui lichtbruin in de boter, voeg de overige kruiden to~ë en daarna de tomatenpuree en laat dit tezamen 20 minuten smoren. Voeg onder voortdurend roeren de gezeefde bouillon met boonen toe en laat de soep zachtjes doorko ken tot ze mooi gelijkmatig gebonden is. Giet ze door een zeef in de soepterrine. Kerryschoteltje zonder vleesch (vegetarisch gerecht): 3 ons rijst, 2 uien, 2 theelepels kerry- poeder, 80 gr. boter, 4 d.L. bouillon of water met zout, 30 gr. bloem, 2 hardgekookte eieren. Kook of stoom de goed gewasschen rijst op de bekende wijze gaar en droog, onder toevoe ging van wat zout. Fruit de fijngesnipperde uien met 50 gr. van de boter en de kerry licht bruin, verwarm de overige boter met de bloem, giet er de bouillon of het water met zout on der voortdurend roeren bij, giet alles bij de gefruite ui en de kerry en laat de saus even doorkoken. Stapel de rijst op een verwarmde schotel, giet de gezeefde saus er overheen en garneer de schotel met partjes hardgekookt ei. Margherita koek Gicht verteerbaar gebak, dus erg geschikt voor kinderen en zieken): 4 eieren, 120 gr. suiker, 120 gr. aardappelmeel (of maizena). het sap van 1 citroen. Klop de eidooiers met de suiker schuimig, voeg hierbij het aardappelmeel en het citroen sap, en roer het mengsel gedurende een half uur. Klop het eiwit zoo stijf mogelijk, meng het zoo luchtig mogelijk door de verdere mas sa. Vul met dit deeg een met boter ingesmeer- den springvorm; bak de koek in een matig warmen oven gaar (ongeveer 3/4 uur), laat de koek koud worden en bestrooi met poeder suiker. Snijd de koek desverkiezende, vóór het bestrooien met suiker, middendoor en strijk een laag jam, banketbakkersroom of geslagen room tusschen de twee helften. C. F. ZOMER IN DEN WINTER. Het Kampereiland, wordt geteisterd door een ware muizenplaag; vergif, noch de gul zigheid dex uilen die op deze lekkere hapjes zijn afgekomen, kunnen afdoende een einde maken aan hun vernieland werk en men vreest het ergste voor het grasland. Alleen een paar dagen strenge vorst kan hier nog uitkomst brengen, doordat de muizen dan in den drassigen bodem doodvriezen. Nog voordat er kwestie geweest is van de noodzakelijkheid van den aankoop van war me wollen kleeding, is de tijd van de uitver- koopen alweer daar, en kan de handelaar in die artikelen de prijzen niet meer maken, die hem een zekere winst, hoe bescheiden dan misschien ook, in de wintermaanden moeten opleveren. Haarden en kachels houden het bij deze zachte temperatuur allemaal best uit; ka- pot-stoken komt eigenlijk alleen maar voor, wanneer de winter écht is, en niet zooge naamd. Om nog maar te zwijgen van de geringe hoeveelheden brandstoffen die gebruikt wor den. Fabrikanten van schaatsen en andere win tersportartikelen hebben ook een heel wat kleiner afzetgebied dan in een kouden win ter: wanneer zij het hebben moeten van de betrekkelijk weinigen, die in andere streken van de wintersport kunnen gaan genieten, zal hun omzet niet groot zijn. Op deze manier zijn er nog vele anderen te bedenken die van den zachten winter niet anders dan nadeel ondervinden, om nog maar te zwijgen van de sombere voorspellin gen die iedere pessimist doet, dat we dezen toestand zullen moeten bezuren in het voor jaar met strenge kou, of dat we in den ko menden zomer een muggenplaag zullen krij gen, die niet anders dan een malaria-epide mie tengevolge kan hebben. Veel van deze aarts-zwartkijkers gelooven hun sombere voorspellingen zelf maar nau welijks, en men kan er wel zeker van zijn, dat zij in de andere richting even zwartgal lige beschouwingen ten beste zouden geven, wanneer we wél een strengen winter hadden. Er zijn nu eenmaal menschen, die onder alle omstandigheden de meest duistere toekomst alleen mogelijk houden, en dat meer omdat zij hun gehoor in verbazing willen brengen dan omdat zij er zelf in gelooven. Tegenover al die echte of vermeende na- deelen van een zachten winter staat één zeer groot voordeel voor al degenen die in geld zorgen zitten: een lauwe winter kost veel minder geld. Wat er aan warme kleeding en brandstof kan worden uitgespaard, om maar niet te spreken van de minder groote eet lust die vooral bij opgroeiende kinderen dui delijk merkbaar is, maakt wel zooveel uit, dat te dien opzichte de zachte winter als een geluk mag worden beschouwd. Toch kunnen wij het seizoen voor ijzige Jurkje voor een bruidsmeisje. Niets is aardiger dan achter de bruidsstoet een paar kleine bruidsmeisjes in lange jurkjes te zien loopen. Ze vormen het meest aantrek kelijke van de heele stoet. We geven hier een aardig modelletje dat gemakkelijk zelf gemaakt kan worden. Voor een meisje van 10 jaar, hebben we 3 meter witte crêpe noodig en 11 meter koningsblauw bandfluweel, dat een breedte heeft van onge veer 4 centimeter. Van papier maakt men het patroon, zooals op onze teekening is aangegeven. Daarna knipt men de stof; blousje is glad en wordt op den rug gesloten; de rok bestaat uit twee rechte lappen, van een meter lengte en hoogte. Heeft men de zijkanten er van gestikt, dan rimpelt men den bovenkant in op de wijdte van het blousje. Eenige rijen onder elkaar rimpelt men nog in. Nu begint men met de garneering van het bandfluweel. Dat rimpelt men aan de boven- en onderzijde heel fijn in en bevestigt het op de plaatsen, die op de teekening aange geven zijn. Aan de halsopening en onderaan de zoom komt een groote strik, die vastge naaid wordt. De knoopjes op den rug waarmee de jurk gesloten wordt zijn overtrokken met dezelfde stof van het jurkje. Dit overtrekken kan men in den winkel laten doen. Ei- zijn tegenwoor dig ook echter metalen vormpjes in den han del. die men zelf kan overtrekken met stof. Om dit allerliefste jurkje te completeeren maakt men aan de handschoenen van het meisje kapjes van hetzelfde fluweel. Men kan het meisje een klein kapje van fluweel er bij laten dragen, of eenvoudig een fluweelen lint om het haar knoopen. MARIAN B. koude nog allerminst als afgeloopen beschou wen: het is pas half Januari, en de berucht- strenge winter van '29, met welks geweldig heden wij onze kindskinderen vermoedelijk even erg zullen vervelen, als onze groot ouders ons weer deden over die van 1890, tot dat vermoedelijk omstreeks 1970 een nieuwe geweldenaar-van-een winter onze teergekoes terde herinnering-met-franje in de schaduw stelt, in dien gloriewinter van '29 dan, begon het ook nog eens goed in de eerste dagen van Februari om tot de tweede helft van Maart de zaak op denzelfden voet voort te zetten. Nu beweert men wel. dat het op oud ijs gemakkelijk vriest, wat toen het geval ook was, maar dat was dan ook wel heel erg, en de voorstanders van een wintertje zouden het vermoedelijk met een paar weken alweer aardig bekeken vinden. Tenslotte zou een groot voordeel van vries weer zijn, dat de zon zich weer eens in haar volle glorie liet zien; zelfs de zon-arme maand December heeft het in dezen winter niet verder dan een derde, naar ik meen, van het aantal normale zonne-uren kunnen bren gen, en hoewel het 's middags wel even merk baar is dat de dagen lengen, 's morgens vroeg is het nog even donker alsof het half De cember is in plaats van half Januari. Gelukkig maar intusschen, dat wij het met het weer niet voor het zeggen hebben, wat een onuitputtelijke bron van oneenigheden zou dat zijn. E. E. J.—P. ONS WEKELIJKSCH KNIPPATROON. Een eigenaardige forellen-kweekerij. Die vindt men in de Sahara. Men heeft onlangs in de Lybische woestijn en wel in de oase van Jupiter-Ammon ongeveer 600 forellen uitge zet, die zich wonderwel gauw aan hun nieuwe omgeving en het warme klimaat hebben aan- gepast, zoodat nu het water in deze oase we- Jlij ziet er Adri ook op aan, hij zou haar melt van forellen. SAAMHOORIGHEID VAN VROUWEN Wanneer twee echte moeders bij elkaar zitten, begrijpen ze elkaar onmiddellijk, als ze spreken over haar moederzorgen: over de gehuwde dochter, die verre is, in Londen, of Indië of Afrika; over het zieke kind, dat al zoo veel weken moet worden stilgehouden, terwijl het zoo bewegelijk is; over den on- redelijken onderwijzer, die de jeugd zooveel huiswerk, of te lage cijfers geeft, of die geen scherts verstaat; over haar angst, dat haar jongen zich zal overwerken of niet zal slagen voor het eindexamen; over dat gevaarlijke racen van haar oudste op den weg; over die andere moeder, die van haar man is wegge- loopen en „haar arme schapen van kinderen zoo hulpeloos achterliet"; over „dat geniepige verwende zusje Hypocritus" dat door haar moeder zoo over het paard is getild en veel te chic gekleed gaat en op school klikt en dooi de juffrouw wordt voorgetrokken Het zijn enkele voorbeelden uit vele, van de eensgezindheid van moeders in zorgen en leed, in gemeenschappelijke ergernis en ver ontwaardiging over vermeend onrecht haar kroost aangedaan, of miskenning van haar uilen, waarin zij valken zien Wee echter, als het kind van moeder A. mooier is, begaafder, geestiger, terecht of ten onrechte populairder dan dat van moeder B.! Kleine hatelijkheden, in fluweel gewikkel de vinnigheidjes, onaangename toespelingen, stekende blikken, vlijmscherpe stemmen, slechts door fatsoen of beschaving inge houden nagels! Alles wat wonden kan of pijn doen! De afgunst onder moeders is misschien wel het ergste beletsel voor haar solidariteit, welke haar sterk zou doen staan onder alle omstandigheden. Zoolang er niets te benijden valt, enkel te beklagen, zijn zij een en al hartelijkheid en hulpvaardigheid voor elkaar, gereed met haar tranen, met haar diensten met haar beurs zelfs. Zoodra de jalousie in het spel is, ver killen de trekken, ontwaakt het wantrouwen en de vijandigheid. En welk gebied is meer geschikt voor naijver dan dat der kinderen? Er valt zooveel uiterlijk te misgunnen: schoonheid, gratie en talenten, vorderingen op school, successen bij sport of dans of ver tooningen, later weer verloving en huwelijk! Het zou belachelijk zijn, als het niet zoo tragisch was! Bovenal tragisch is het echter, wanneer de eene moeder de andere de liefde van haar kind benijdt! De moeder, die hunkert naar de liefde van haar eenig kind, maar deze niet kan bezitten, terwijl haar meisje zich aanvlijt tegen de bewonderende moeder van een vriendinnetje, deze haar geheimjes toevertrouwt, deze bij haar ziekbed verlangt, om haar liefde bedelt. In dit geval is de afgunst menschelijk, be grijpelijk, al zal zij de verhouding tusschen de onnatuurlijke moeder, die te kort schoot tegen haar dochter, of misschien de ontaar de dochter, die haar moeder haat, niet ver beteren. Jalousie leidt altijdt slechts tot wantrouwen en verdere verwijdering en wie het meest eronder lijdt, is de jaloersche zelf, die zich altijd weer kwelt, alles zoekt, wat haar lijden kan vermeerderen. Zoo is het in de verhouding tusschen moe der en dochter, in die tusschen vrouwen uit alle standen, die zooveel met elkaar gemeen hebben, wier moeder-gevoel in zijn beste uitingen de menschheid het mooiste kan geven, en in zijn egoïstische ontaarding enkel kwaad en ellende over de wereld brengt. Vrouwen klagen zoo menigmaal over de na ijver tusschen de volken, over den belan genstrijd, die door samenwerking en niet door bewapening moet worden beslecht, maar zijn zij zelf in staat belangeloos samen te werken met andere zusteren, in het parti culiere of vereenigingsleven, zonder dat er telkens wrijvingen en botsingen voorkomen? Moeten zij niet de hand in eigen boezem steken, voordat zij de groote gemeenschap veroordeelen, waar de wrijfvlakken grooter en de wrijvingsoorzaken veelvuldiger zijn? Saamhoorigheid onder vrouwen is mogelijk, maar nog zeldzaam. Waarom bijna enkel in rouw en leed? Waarom kunnen vrouwen el kaar niet de uiterlijke dingen gunnen, welke van zoo weinig beteekenis zijn voor wezenlijk geluk? Waarom kunnen zij niet door waar deering van de goede hoedanigheden van andere vrouwen en door mee genieten van haar zegepralen, met dezen samenwerken voor doeleinden en idealen, belangrijker dan een nieuwe japon of parure? Saamhoorigheid onder vrouwen is niet enkel mogelijk, zij is noodzakelijk. Laat alle vrouwen In het bijzonder de moeders het begrijpen en daarnaar handelen! EMMY J. B. Onderstaande patronen zullen in één maat tegen den specialen prijs van f 0.38 per stuk te verkrijgen zijn. Deze maat, de zoogenaam de standaard-maat is de volgende: boven wijdte 102 c.M.taillewijdte, 87 c.M. en heup wijdte: 107 c.M. Door het al of niet aanknip pen van naden kan men het patroon passend maken voor het eigen figuur. No. 523: jurkje van geruite wollen stof; kraagje van wit piqué. Benoodigd materiaal: 3,50 meter van 130 c.M. breedte en 25 c.M. wit piqué. No. 524: jurkje van donkerblauwe of zwarte stof met vestje van kant en rever van wit satijn. Benoodigd materiaal: 3,50 meter van 130 c.M. breedte en 50 c.M. wit of crèmekleurig satijn. De patronen zijn dus in bovenvermelde maat tegen den genoemden prijs te verkrijgen bij de „afdeeling Knippatronen" van de uit geversmaatschappij „De Mijlpaal" postbox 175 te Amsterdam. Den lezeressen wordt vriendelijk verzocht bij bestelling duidelijk het verlangde nummer op te geveii en tevens naam en adres goed te vermelden. Dit voorkomt onnoodige vertra ging in de opsturing. Toezending zal geschieden na ontvangst van het bedrag dat kan worden voldaan per postwissel, in postzegels of per postgiro: 41632. DISILLUSIE. Ze was een mooie vrouw en ze wipte elegant dc tram in. Snoezig zag ze er uit in haar bekoorlijk toilet van pastelblauw, da uitstekend kleur de bij haar donkeromlijste oogen, een half voilletje gaf charme aan het eigenlijk hard ge zichtje, waarin de mond onregelmatig aange stipt bleek. De verblindend-witte tanden de den dit weer vergeten. De rechter, ongedekte hand was onderhouden, maar de nagels wa ren tè puntig gespitst. De leeren kaphandschoen aan de andere hand was niet geheel over de vingers gescho ven. Jammer! Een fluweelen roos, was slordig vastgespeld. De kameliontasch werd opvallend gedekt door de handen. Te verwonderen was dit achteraf niet, want, dit voorwerp dat meestentijds ter voltooiing van 't toilet dient, was in staat van verwording en toen de mooie eigenares ervan zich ten slotte toch genoodzaakt voelde zich te bezien en een spiegeltje wilde opdiepen, bleek deze tasch van binnen in nóg verregaander misère te verkeeren. Het zielige spiegeltje bungelde aan een kapot lintje in een roetzwarte om geving SUSABETH M. PALIES,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1935 | | pagina 7