Het geheim van Lady Littenton FEUILLETON. door ELSA KAISER. 26) „Om mij plezier tedoen?" John Misters was zóó verwonderd als hij nog nooit in zijn leven geweest was. „Maar kind, denk toch eens even na, je hebt mij zelf gezegd dat je lord Littenton zoo erg aardig vond, en dat je vast wel van hem zoudt kunnen houden, jij wilde toch trouwen....1' „Omdat ik zag hoe prettig jij dat zoudt vin den papaatje". „En daarom heb je ja gezegd, tegen je wil?" „Niet tegen mijn wil papa, begrijp het toch eens eindelijk; te haastig! Ja. ik vond Ar thur charmant en ik vind dat nog, maar wij worden niet intiem, we blijven zoo koel, zoo afgemeten. En dan zijn er nog die andere vrouwen, zijn mama en zijn zustersDit oude uilennest vind ik vreeselijk, ik zal hier nooit Kunnen leven, je ziet ik ben nu al ziek." „Ik zal een ander huis voor je koopen, kindje. In Londen". „Ik wil niet in Londen wonen, papa." „Dan een landhuis, ergens waar je maar wilt." „Ach papa, ik wilde zoo graag eens een poosje weg uit Engeland, bovendien, nu wij officieel verloofd zijn, past het toch niet dat wij hier met Arthur in het zelfde huis blijven wonen!" „Wij moeten toch praten over den datum van het huwelijk, Arthur wil dat het zoo spoe dig mogelijk zal zijn?" wierp de oude heer te gen. Claire begon plotseling te huilen. „Dat is het luist wat ik niet wil, niet zoo gauw trouwen!" snikte ze!" „ik wil nog geen datum vaststel len." De oude heer voelde zich dadelijk ontwa pend en totaal hulpeloos als hij zijn ver wende dochter zag huilen. „Lieveling alsje blieft huil niet, zeg mij wat je wilt, alles zal toch gebeuren, zooals jij het wilt." „Eerst weg papaatje, een poosje op reis met jouw alleen. Wij moeten naar de mooiste lan den van Europa gaan, paar Frankrijk en dan kunnen we later alles vevder zien." „Maar kind, hoe moet ik dit aan de Litten ton's uitleggen?" „O, je zult er wel iets op vinden", meende zij vol vertrouwen. „Ik heb geen idee, het is mij alsof ik een slag op mijn hoofd gekregen heb. „Onberekenbaar en vol luimen en grillen was je altijd, maar dit loopt toch de spuiga- uit. Is er dan iets gebeurd? Heb je woor den gehad met Arthur?" Zij begon weer te huilen en mokte zooals een verwend kind dat doen kan. „Wat zou er gebeurd zijn, neen dit oude slot maakt mij ellendig, mijn zenuwen zijn totaal van streek, dat is alles! Ik ben ziek, zeg dat maar aan iedereen die er naar vraagt." „Maar Claire dat kan ik toch niet zeggen". „Nu, en als de dokter mij direct verande ring van lucht voorschrijft omdat ik een zwak hart heb en zenuwoverspanning voor mij ver keerd is?" „Maar de dokter heeft toch juist gezegd, dat je niets mankeert", wierp John Misters hulpeloos tegen. „Je bent toch een grappige en domme va der. je moet een andere dokter uit Londen laten komen, een jonge, moderne man, die oude dokter van de Littentons is verschrom peld en zijn geleerdheid is hier verschim meld. Wil je dat ik dood ga papa." „Lieveling zeg toch niet zulke vreeselijke dingen! Ik begrijp je niet meer...." ,'.Ik begrijp mezelf ook niet, dat is juist een symptoom van mijn ziekte. Geloof mij toch. ik ben zoo ziek...." Weer huilde zij. John Misters was bereid alles te deen wat Claire wilde, hij was geheel buiten zich zelf. Hij schaamde zich en durfde de Litten- ton's bijna niet onder de oogen te komen, „Was miss Forth maar hier", zuchtte hij. Claire keerde het gelaat naar den wand. Des middags kwam er een dokter uit Lon den die een zenuwhartzwakte constateerde en direct verandering van lucht voorschreef. Twee dagen later reisden John Misters met zijn dochter weg. Lord Arthur bracht hen naar Londen en scheen volstrekt niet ver drietig over de ziekte van zijn bruid.. Hij vroeg op beleefd koelen toen om „vooral bericht te zenden", maar daar liet hij het bij en Claire was uiterst tevreden. HOOFDSTUK XXII. Na lang aarzelen besloot Alice nog een maal Lucien Soulier te vragen haar te willen helpen. Sedert vier weken had zij niets meer van de studio gehoord en zij kon haar levens onderhoudskosten niet meer betalen. Hoe be scheiden zij ook alles ingericht had, haar haar geld was op en zij had niets verdiend. Zij had geschreven aan de studio, maar het antwoord luidde dat men haar niet meer noo- dig had. Soulier was aan tafel niet meer voor een gesprek te vinden geweest, meestal toonde hij zich haastig en vermeed het haar aan te kijken. Nu, vandaag had zij vast besloten hem tot praten te dwingen. Juist toen hij de eetkamer verlaten wilde, kwam zij hem in den weg. ..Ik wilde graag even met u praten monsieur Soulier?" vroeg zij met bevende stem. Iets triomfeerends kwam in zijn oogen. maar uiterlijk bleef hij koel. „Wat verlangt u, mademoiselle, ik ben tot uw dienst?" Vertwijfeld keek Alice de kamer in, er za ten nog enkele pensiongasten aan tafel die geïnteresseerd toekeken. „Dus hier niet", dacht zij, „en ook niet op mijn kamer". „Wilt u even wachten?" vroeg ze klein, „ik haal mijn hoed, dan kunnen we een eindje samen gaan" Hij keek haar met een honend lachje na. Hij had haar zoo dikwijls uitgenoodigd met hem te wandelen of ergens een kopje koffie te gaan drinken. maar het was dit juffertje zeker te min geweest en nu moest zij smeeken, zoo ver had hij haar dus. Een poosje later liepen zij naast elkaar door de Rue Faubourg-Montmartre naar de Bou levard des Italiens, waar zij de métro wilden nemen naar de studio. „Kunt u mij ook zeggen, monsieur Soulier, waarom men mij sedert vier weken niet meer noodig heeft?" begon Alice daar de man aan haar zijde bleef zwijgen. „Misschien" antwoordde hij kort. Zij voelde hoe het hem plezier deed haar te kwellen. Moeilijk vroeg ze: „Wilt u mis schien niet dat men mij werk geeft?" „Ik zie, mactemoiselle dat u de reden zelf heel goed weet," antwoordde hij boosaardig. „Maar wat heb ik u dan gedaan?" Alice was meer verwonderd dan boos of gekrenkt, zij be greep niets van zijn houding. Nog altijd was zij Alice Gordon die het heel natuurlijk vond, dat men voor haar vloog. ,3egrijpt u het nog altijd niet mademoiselle Joan, u wees mijn uitnoodigingen altijd even onvriendelijk af, ik was als mensch en als man niets voor u, lucht, en ik mag een staart krijgen als er eenig man bestaat die dit ver draagt. Om u uit den brand te helpen was ik goed genoeg, maar toen u er uit was, kon ik verdwijnen,dankbaarheid of kameraad schappelijkheid schijnen voor u onbekende eigenschappen te zijn. Denkt u dat het zoo gemakkelijk is aan een film te komen? Pro tectie heb je noodig, nu, en die had u, maar omdat ik nu niet toevallig de hoofdregisseur was. kon ik verder stikken „Ik dacht dat u mij uit echt menschelijk gevoel geholpen had, monsieur." jwae Alice treurig. „Zie ik er zoo altruïstisch uit?" vroeg hij lachende, „neen mademoiselle u hebt u ver gist, de eene dienst is de andere waard, ik heb iets voor u gedaan ik verlaag een weder dienst, ik zou nog meer voor u gedaan heb ben, maar u was zoo trotsch en hooghartig, u deed alsof u mij niet begreep, ees. meisje dat haar brood moet verdienen weet heel goed wat ik bedoel en bovendien u bent een Ameri kaanse hedie zijn toch niet zoo preutsch?" Haar mooi gezicht was bloedrood gewor den „En de andere heeren van de film?" vroeg zij met sidderende stem. ,,Die dachten dat u onder mijn bescher ming stond, anders hadden zij ook wel eens geprobeerd om met u kennis te maken. Ik heb de heeren kunnen overtuigen Weet u wel mademoiselle dat er zoo iets als intrigeeren bestaat?" Zij antwoordde met, liep met gebogen hoofd naast hem. „Nu vervolgde hij, alles kan nog goed wor den maar dan heb ik ook zoo mijn eischen, ik heb het in mijn macht een filmster van u te maken maar dan moet u zelf medewer ken Komt u morgen en men zal u niet afwij zen Hij zweeg plotseling. Alice had zich omge keerd en hem laten staan. Zij holden weg naar het pension terug. In haar kamer geko men viel zij op een stoel neer. Haar wangen brandden. Wat een gemeenheid, wat min zul ke dingen te durven zeggen.Alice dacht na. „Dus meisjes als Joan Forth stonden aan zulke dingen bloot, was carrière maken in de wereld niets anders dan „de eene dienst is de andere waard?" Neen, neen, dat kon niet, zij moest werken en leeren. Dus zóó was de waar heid in de wereld die zij gedacht had te kun nen veroveren. Ja Alice Gordon had de we reld met haar geld kunnen veroveren, maar de arme Joan Forth had enkel een mooi ge zichtje (Wordt vervolgd.) De Koningin van Engeland maalde in gezel schap van den Hertog van Gloucester een feestelijken tocht door Windsor, dat de vorstin huldigde in verband met hüt zilveren reaeerinas- jubileum van den Koning. De heer Hans Marlin, die een dienstreis voor de K.L.M. naar Indië maakte, wordt bij zijn terugkeer met de „Koetilang op Schiphol geïnterviewd Het afscheid. 85 schoolkinderen ver trokken Maandag uit Amsterdam met bestemming voor de Vacantie-kinder- huizen te Nunspeet en Valkeveen Een tentoonstelling van schilderijen van bloemstukken wordt Donderdag 'm deit kunsthandel P. de Boer te Amsterdam geopend. De voorbereiding der expositie De Prins van Wales op weg door Windsor bij de officieele ontvangst der Ko ningin van Engeland Een hartelijk weerzien bij aankomst van de .Karlsruhe" in de haven van Kiel. De reis had acht maanden geduurd de Eifel— d°°r de" DultS'^ gevaar is, daar een beet vergiftigd kan zijn Caracciola werden gewonnen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1935 | | pagina 5