Accoord op de Londensche
Vlootbesprekingen.
THIJS IJS EN DE VERLOREN SLEUTEL
Van de Negentiende Internationale
Arbeidsconferentie.
Radio-Procramma
WOENSDAG 19 JUNI 1933
BUITENLAND.
Engeland staat Duitschland een totale tonnage van 35 pCt.
der Britsche tonnage toe. In beginsel mag Duitschland
een zelfde tonnage aan duikboofen hebben als Engeland.
HET BELANGRIJKSTE NIEUWS
De Duitsche delegatie voor de vloot
besprekingen is Dinsdag met de Brit
sche delegatie tot overeenstemming
gekomen inzake de vlootkwestie. De
bereikte overeenstemming is des
avonds te 6 uur te Londen gepubli
ceerd.
Sir Samuel Hoare, de Britsche minister van
buitenlandsche zaken, heeft aan den leider
der Duitsche delegatie Von Ribbentrop een
schrijven gericht, waarin o.a. het volgende
wordt medegedeeld:
Gedurende de laatste dagen hebben de ver
tegenwoordigers der regeering van het Duit
sche Rijk en der regeering van het Vereenigd
Koninkrijk, besprekingen gehouden, welker
hoofddoel erin bestond, het terrein' voor te
bereiden voor een algemeene conferentie ter
limiteering van de bewapeningen ter zee.
Ik verheug mij Uwe Excellentie thans de
formeele aanvaarding van het voorstel der
regeering van het Duitsche Rijk, dat bij deze
besprekingen behandeld is, door de regeering
van het Vereenigd Koninkrijk mede te deelen,
volgens hetwelk de toekomstige sterkte van de
Duitsche vloot vergeleken met de totale vloot-
sterkte der leden van het Britsche Gemeene-
best, een verhouding van 35 ten 100 zal heb
ben. De regeering van het Vereenigd Konink
rijk beschouwt dit voorstel als een buitenge
woon belangrijke bijdrage tot de toekomstige
beperking van de bewapening ter zee.
Voorts gelooft zij, dat de overeenstemming,
waartoe zij thans gekomen is met de regee
ring van het Duitsche Rijk en die zij be
schouwt als een van heden af geldige, duur
zame en definitieve overeenstemming tusschen
de beide regeeringen, het afsluiten van een
toekomstige algemeene overeenkomst inzake
limiteering van de bewapening ter zee tus
schen alle zeemogendheden ter wereld, zal
vergemakkelijken.
De regeering van het Vereenigd Koninkrijk
valt verder de verklaringen bij. die door de
Duitsche gedelegeerden in den loop der kor
telings in Londen gehouden besprekingen be
treffende de toepassing van dit principe zijn
afgelegd.
Deze verklaringen kunnen als volgt worden
samengevat:
a. De verhouding van vlootsterkte van 35
ten 100 moet een permanente verhouding zijn
d.w.z. de tota!<^ tonnage van de Duitsche
vloot mag nooiiTeen percentage te boven gaan
van 35 van de totale tonnage van de bij ver
drag vastgelegde zee-strijdkrachten der leden
van het Britsche gemeenebest, of wanneer
in de toekomst geen bij verdrag bepaalde limi
teeringen der tonnage mochten bestaan,
een percentage van 35 varrde feitelijke totale
tonnage der leden van het Britsche gemeene
best.
b. In geval een toekomstig algemeen ver
drag inzake de beperking der zeebewapening
de methode der limiteering door overeenge
komen sterkten-verhoudingen tusschen de
vlooten der verschillende mogendheden niet
mocht behelzen, zal de regeering van het
Duitsche Rijk niet aandringen op de invoeging
van de onder a. genoemde verhouding in een
zoodanig toekomstig algemeen verdrag, mits
de voor de toekomstige limiteering der zee
bewapeningen daarin opgenomen methode van
dien aard is, dat deze Duitschland volledige
garanties geeft, dat deze krachtenverhouding
in stand gehouden kan worden.
c. Het Duitsche Rijk zal onder alle omstan
digheden vasthouden aan de verhouding van
35 ten 100, d.w.z., dat deze sterktenverhouding
niet beïnvloed wordt door de bouwmaatregelen
van andere landen. Mocht het algemeen even
wicht der bewapening ter zee, gelijk dit in het
verleden normaliter in stand gehouden werd,
door eenigerlei abnormale en buitengewone
bouwmaatregelen hevig verstoord worden, dan
behoudt de regeering van het Duitsche Rijk
zich het recht voor de regeering van
het Vereenigd Koninkrijk uit te noodigen den
op deze wijze ontstanen nieuwen toestand te
bestudeeren.
In geval en zoolang andere belangrijke zee
mogendheden een enkele categorie voor krui
sers en destroyers gehouden, heeft het Duit
sche Rijk het recht op een categorie voor deze
beide scheepsklassen, ofschoon het voor deze
beide klassen twee categorieën zal prefereeren.
Wat de duikbooten betreft, heeft het Duit
sche Rijk echter het recht een aan de totale
onderzeeërs-tonnage van de leden van het
Britsche gemeenebest gelijke duikboottonnage
te bezitten, zonder echter de verhouding van
35 ten 100 met betrekking tot de totale ton
nage te overschrijden. De regeering van het
Duitsche Rijk verplicht zich intusschen met
uitzondering van de in den volgenden zin aan
te geven omstandigheden met haar duikboot
tonnage niet uit te gaan boven 45% van de
totale duikboottonnage van de leden van het
Britsche gemeenebest. Mocht een toestand
ontstaan, die het naar de meening der regee
ring van het Duitsche Rijk noodzakelijk maakt
gebruik te maken van haar recht op een boven
de hierboven genoemde 45% uitgaand per
centage, dan behoudt de regeering vai het
Duitsche Rijk zich het recht voor de regee
ring van het Vereenigd Koninkrijk daarvan
mededeeling te doen en gaat ermede accoord
de aangelegenheid te maken tot onderwerp
van vriendschappelijke besprekingen voordat
zij dit recht uitoefent.
In zijn nota heeft von Ribbentrop de ont
vangst van sir Samuel Hoare's nota bevestigd.
Ik heb de eer, aldus von Ribbentrop, uwe
excellentie te bevestigen, dat het voorstel der
Duitsche regeering in uw nota op juiste wijze
is weergegeven en neem er kennis van, dat
de Britsche regeering dit voorstel aanvaardt.
Ook de Duitsche regeering is van oordeel
dat het accoord waartoe zij thans met de
Britsche regeering is gekomen en dat zij be
schouwt als een met ingang van heden van
kracht geworden duurzame en definitieve
overeenkomst, het tot stand komen zal ver
gemakkelijken van een algemeene conventie
over deze vraagstukken tusschen alle zee
mogendheden ter wereld.
Een Reuterbericht uit Parijs meldt, dat
het Fransche ministerie van buitenlandsche
zaken Quai d'Orsay nog steeds weigert nadere
inlichtingen te verstrekken over de Fransche
nota, welke gisteren aan de Britschen gezant
is overhandigd. In goed ingelichte kringen
wijst men er op, dat de Fransche regeering
niet betrokken was bij de Engelsch-Duitsche
besprekingen, zoodat het accoord moet wor
den gesloten zonder dat hieraan door een
andere mogendheid wordt deelgenom.
Engeland.
Aanvullingen in het
ministerie-Baldwin.
De aanvullende benoemingen voor de nieu
we regeering-Baldwin zijn officieel bekend
gemaakt. Het betreft hier de bezetting dei-
posten van ministers, die geen kabinetsrang
hebben, alsmede om de benoeming van eenige
staatssecretarissen, In totaal hebben negen
benoemingen plaats gehad. Acht der nieuwe
functionarissen behooren tot de conservatieve
partij, terwijl de negende Labourlid is.
Tot minister voor de mijnen is benoemd de
conservatieve afgevaardigde Crookshank, tot
minister voor de pensioenen de conservatieve
afgevaardigde Robert Spear Hudson. Onder
staatssecretaris in het Home Officie is de con
servatief Wallace, parlementair secretaris in
het ministerie van arbeid de conservatief
Muirhead. parlementair onderstaatssecreta
ris in het ministerie voor de dominions de
conservatieve afgevaardigde Lord Stanley,
parlementair en financieel secretaris der ad
miraliteit de conservatief Warrender en lord-
civiel der admiraliteit de Labourman Lindsay.
Eden naar Parijs.
Officieel wordt gemeld dat Eden op 21 Juni
en volgende dagen te Parijs besprekingen zal
overen met de Fransche regeering, welke zul
len loopen over de vlootquaestie en over den
algemeenen Europeeschen toestand.
Frankrijk.
Amerikaansche steun voor den
franc.
Minister Morgenthau heeft medegedeeld,
dat de Amerikaansche schatkist haar mede
werking heeft verleend aan de Bank van
Frankrijk, om deze laatste instelling in staat
te stellen den franc te verdedigen tijdens de
periode van de jongste aanvallen op dit ruil
middel.
De minister verklaarde, dat deze steun-
aan den Franschen franc geen verliezen voor
de Amerikaansche schatkist ten gevolge heeft
gehad en een gunstigen invloed voor Frank
rijk.
Hij voegde hieraan toe, dat hij der. voor
zitter der buitenlandsche commissie van den
senaat en den leider der republikeinsche partij
in den Senaat van een en ander op de hoogte
heeft gesteld en dat beiden hun warme in
stemming hebben betuigd met den steun die
op de bedoelde .-wijze aan de Bank -van Frank
rijk is verleend.
Zwid» Amerika
Parlement keurt het vredes-
protocol goed.
De Paraguaansche Kamer van Afgevaardig
den heeft het vredesproctocol van Buenos
Aires met algemeene stemmen goedgekeurd.
Overstroomingen duren voort
.in de Ver. Staten.
In negen Staten ernstige schade aangericht.
Uit New-York. 18 Juni. Ernstige over
stroomingen, veroorzaakt door aanhoudenden
zwaren regenval, hebben opnieuw groote
schade aangericht in de negen staten van het
Midden-Westen, vooral in Missouri, Iowa,
Illinois en Kansas. De oogst is grootendeels
verwoest; duizenden hebben hun huizen moe
ten ontruimen.
Zuid-Dakota is door hevige wervelstormen
geteisterd. Talrijke personen werden gewond.
Zware stormen worden ook gemeld uit Nieuw-
Engeland, waar verscheidene menschen zijn
;edood door omwaaiende boomen en dak
pannen.
Uit Morrillton in Arkansas wordt gemeld,
dat de dijk langs de Arkansas-rivier op twee
plaatsen is doorgebroken. Een groot gebied is
overstroomd. (V.D.)
HAAS' Azijn zóó goed,
Dat hij élk voldoet!
(Adv. Ingez. Med.)
Treinbotsing op Oostenrijksch
station.
65 passagiers licht gewond.
In het station Bruck aan de Mur (Stiermar
ken), waarvan de rails naar aanleiding van
het gereedmaken van de nieuwe brug over de
Mur verlegd worden, is gistermiddag naar VD.
meldt, een ernstig ongeluk gebeurd. Een per
sonentrein geraakte in botsing met een snel
trein, die reeds op hetzelfde spoor gereden was.
65 passagiers van beide treinen werden vol
gens een mededeeling van de directie der Oos
ten rij ksche bondsspoorwegen licht gewond.
Het verkeer ondervond slecht weinig vertra
ging.
De ramp te Reinsdorf.
Hitler, Gocring en Goebbels hij de rouw-
plechtigheid aanwezig.
WITTENBERG, 18 Juni. Reeds hedenmor
gen vroeg trokken groote colonnes S.A. en S.S
en leden van het Arbeidsfront naar Reinsdorf
voor de droeve rouwplechtigheid voor de 60
slachtoffers van de noodlottige ontploffing in
de springstoffenfabriek.
In de kapel staan de 60 kisten reeds gereed
voor hun laatsten gang. Groote hakenkruisvlag
gen hangen aan de muren en in het licht van
honderden kaarsen straalt het crucifix.
Rechts en links van het hooge podium staan
in lange rijen de zwart omfloerste banken en
daarnaast de 60 kisten versierd met de haken
kruisvlag. Er voor ligt een reusachtige lauwer
krans met een lint: „Aan onze doode kame
raden de treurende natie". Een reusachtige
hoeveelheid bloemen stapelt zich op.
Allereerst nemen de verwanten van de
slachtoffers plaats op de banken doch lang
zamerhand komen ook de autoriteiten. Men
ziet den Rijksminister van oorlog, generaal
von Blomberg, de Rijksministers Goering, d'r.
Frick, Rust, dr. Goebbels, dr. Frank, verder
dr. Ley, Rosenberg, de Rijksjeugdleider Baldur
von Schirach, de chef van den staf Lutze en
de Rijksstadhouders Mutschmann en Kauf-
mann.
Vervolgens arriveert, terwijl allen zich van
hun zetel verheffen. Hitler per auto uit Pieste-
ritz. Achter hem dragen twee S.S.-mannen een
reusachtige krans van roode rozen.
Namens de N. S. D. A. P. spreekt de gouwlei
der van Halle-Merseburg Jordan en vervolgens
legt generaal Goering namens Hitier de groote
krans met roode rozen neer, op welker linten
de naam „Adolf Hitier" staat. Daarna wendt
Goering zich tot de nabestaanden der slacht
offers om uiting te geven aan de deelneming
van Hitler, van de partij en van den staat. Hij
gedenkt de offers die ook deze arbeiders heb
ben gebracht voor de natie, die nieuw is opge
staan en waarin ook de arbeiders een nieuw
tehuis hebben gevonden waarin zij tot de eer
volste leden van de samenleving behooren.
Hij eindigt zijn rede met de woorden: „Uw
verwanten stierven opdat Duitschland zal
leven".
De muziek speelde vervolgens „Ich hatt' eine
Kameraden", het Horst Wesséllied en. het
Duitschlandlied waarna Hitier de nabestaan
den der slachtoffers een voor een toesprak en
de hand drukte. Na het vertrek der hooge
autoriteiten defileerden de arbeiders langs de
kisten, die tenslotte werden overgebracht
naar de woonplaatsen der slachtoffers waar zij
zullen worden bijgezet.
(Adv. Ingez. Med.)
ONZE DACELIJKSCHE KINDERVERTELLING
Uitden waterschemer verschijnt daar een afschuwelijk ding
een beest met vele armen en daar boven niets dan een groote kop!
Hij ziet Thijsje zoo boosaardig aan dat zijn haren van schrik te berge
rijzen. Het is met Thijs nu heusch niet best gesteld. Wat zal hij doen?
Het monster komt steeds naderbij het schijnt vervuld van wraak
zucht en woede.
De tweede week. De strijd om de veertigurige arbeids
week. Werkgevers blijven onverzettelijk. Een voor-
loopige overwinning voor de arbeidersgroep.
Genève. 15 Juni 1935.
(Van onzen correspondent.).
De algemeene discusies over het jaarrap
port van Harold Butler, den directeur van het
Internationale Arbeidsbureau, hebben in
deze tweede week der Negentiende Interna
tionale Arbeidsconferentie niet die belang
stelling kunnen veroveren, die haar in vorige
jaren pleegde geschonken te worden. Eener-
zijds is dit een gevolg hiervan, dat zij voor
namelijk slechts een herhaling geworden zijn
van wat wij reeds zoo menigmaal hier hebben
hoor en verklaren. Anderzijds moet de ge
ringe aandacht, die dit jaar aan de algemee
ne beschouwingen geschonken werd, aan de
omstandigheid worden toegeschreven, dat de
strijd om de verkorting van den arbeidstijd
ook in deze tweede week nog de gansche con
ferentie beheerschte.
In de eerste helft der week was aller be
langstelling op de houding der werkgevers-
groep gericht. Op voorstel van eenige regee-
ringsgedelegeerden had de voorzitter der
conferentiec de Zuid-Afrikaansche oud-minis
ter van arbeid Creswell, zich bereid verklaard
als bemiddelaar op te treden en een laatste
poging te ondernemen, opdat de werkgevers
vertegenwoordigers zich alsnog bereid zouden
verklaren aan de besprekingen in de com
missie, die de kwestie van de verkorting van
den arbeidstijd behandelen zou, deel te ne
men Voorzitter Creswell heeft de Pinksterda
gen en ook nog den daaropvolgenden Dinsdag
aan deze bemiddelingspogingen besteed, zon
der echter hierbij te slagen.
Evenals in October 1929, toen de regeerin
gen eveneens door de uitoefening van 'n zach-
ten druk op de werkgevers dezen tot deelne
ming aan de besprekingen over den arbeids
tijd aan boord van schepen trachtte te bewe
gen en daarbij nu op het request kregen, was
ook thans het eenige gevolg van den aan
drang bij de werkgevers, om op hun weige
ring terug te komen, een nog grootere stug
heid van de werkgeversgroep. Dit is ook ver
klaarbaar. De werkgevers-vertegenwoordigers,
die door de regeering van hun land tot deel
neming aan de Geneefsche conferentie wor
den afgevaardigd, zijn in hooge mate erop ge
steld. dat zij ondanks deze benoeming dooi
de regeering hun volledige onafhankelijkheid
van de te Genève aanwezige regeer ingsver te-
genwoordigers handhaven. Daarom worden zij
steeds minder toeschietelijk, zoodra de re-
geeringen ook maar eenigen schijn op zich la
den, dat zij de beslissingen der werkgevers-
groep trachten te beïnvloeden. Eenzelfde on-
afhankelijkheidsgevoel bezit ook de arbeiders
groep, die evenmin van eenige pressie van
regeeringszijde iets wil weten en die dan ook
voor de vastbesloten houding der werkge
versgroep in deze crisisdagen eerbied ge
voelde. Het resultaat van Creswell's bemoeiin
gen, om de werkgevers nog tot toegeven te be
wegen, was dan ook, dat ondanks de nog groo
t-ere onverzettelijkheid der- werkgevers; de
stemming tusschen de werkgeversgroep en de
arbeidersgroep niet verscherpt werd, daaren
tegen de spanning tusschen de werkgevers en
de regeeringsvertegenwoordigers werd ver
groot!
Dit werd vooral het geval, toen in de re gee-
ringsgroep een meerderheid aanwezig scheen,
die door een listige kunstgreep, door den
Franschen regeeringsgedelegeerde Justin Go-
dart bedacht, de werkgevers toch nog tot
deelneming aan de discussies over de ontwerp
conventies betreffende de 40-urige arbeids
week hoopte te dwingen. De voorzitter der
werkgeversgroep Oersted had namelijk in de
conferentie verklaard, dat de werkgevers be
reid bleven aan de debatten in de voltallige
conferentie over de 40-urige arbeidsweek te
blijven deelnemen, doch bij de voortzetting
daarvan in de desbetreffende commissie afwe
zig zouden zijn! Met een juridische spits
vondigheid, die ook den vorige.n Engelschen
minister van buitenlandsche zaken Sir John
Simon zoo menigmaal valsche parten ge
speeld heeft, kwam Godart nu tot het voor
stel, dat in het geheel geen commissie be
noemd zou worden en de gansche discussie in
de voltallige conferentie zou gehouden wor
den, tot het gelukkig of tot het bitter einde,
naar gelang van het standpunt dat men in
neemt! Op deze wijze zou men dus steeds de
medewerking der werkgeversgroep bij de be
raadslagingen behouden! Oersted liet echter,
toen deze kwestie in de conferentie ter sprake
kwam, niet de minste twijfel eraan bestaan
dat deze listigheid van Godart niet baten zou!
Tot algemeene beschouwingen over de 40-urige
arbeidsweek bleven de werkgevers bereid..
Overal! in de conferentie zoowel als in de
commissie. Tot besprekingen over artikelen
van een conventie inzake de 40-urige arbeids
week zouden de werkgevers echter nergens
bereid zij-n, noch in de voltallige- conferentie,
noch in de commissie. Niet de plaats, doch d-e
inhoud der discussies zou voor de houding
der werkgevers beslissend zijn!
Na deze van het standpunt der werkgevers
volkomen logische verklaring verviel het ge-
heele kunstig opgebouwde kaartenhuis van
Justin Godart en stond het vast, dat discus
sies over een ontwerpconventie in zake de
veertigurige arbeidsweek buiten tegenwoor
digheid der werkgeversgroep (met uitzonde
ring van de Amerikaansche en Italiaansche
wei'kgevers, die in dezen een afwijkend stand
punt innemen) zouden moeten plaats vin
den.
Klaarheid was nu tenminste verkregen.
Aan de spanning der onzekerheid was een
einde gekomen. Toch ging de Arbeidsconfe
rentie nog niet tot de benoeming van de com
missie voor de verkorting van den arbeidstijd
ever, voordat een groote verrassing was ge
schied.
Men zal zich herinneren, dat verleden jaar
de poging om een algemeene conventie tot
invoering van de 40-jarige arbeidsweek in de
geheele industrie aan te nemen, mislukt is.
Dit jaar zou de conferentie een poging doen in
de richting van een geleidelijke invoering der
40-urige arbeidsweek, namelijk in slechts 5
bijzondere takken van nijverheid (de openbare
werken, het bouwbedrijf, de ijzer-en-staal
industrie, de flesschenfabrieken en de steen
kolenmijnen). Plotseling kwam nu echter de
Engelsche arbeidersvertegenwoordiger Hayday
met een motie, dat de conferentie zich zou
uitspreken ten gunste van een „algemeene con
ventie, gegrond op het beginsel van een 40-
urige arbeidsweek onder handhaving van den
levensstandaard der arbeiders". Iedereen was
overtuigd, dat deze resolutie, die zelfs in de
arbeidersgroep tegenstand ontmoet had (o.a.
bij onze landgenooten Kupers en Serrarens,
die de kans op het bereikbare goede niet ver
zwakken wilden door wenschen naar het on
bereikbare betere), verworpen zou worden.
Groot was dan ook de sensatie, toen zij vrij
wel zonder debat met 5? tegen 48 stemmen
werd aangenomen
Zou de Conferentie dus een nieuwe poging
gaan deen, om het doel te bereiken, dat nog
het vorige jaar onbereikbaar gebleven was?
Zou zij de weloverwogen practisch bereikbare
plannen van den Raad van Beheer van het
Internationale Arbeidsbureau, om althans met
de internationale regeling der 40-urige ar
beidsweek voor vijf takken van industrie een
begin te maken, opgeven, om terstond naar
het nog onbereikbare maximum van een alge
meene conventie voor de geheele industrie te
streven0 De verwarring in de conferentie was
groot, toen de onverwachte uitslag der stem
ming over Hayday's voorstel bekend werd! De
Conferentie schrok zelf van hetgeen zij zoo
juist besloten had! Toen werd de Fransche ar
beidersvertegenwoordiger Jouhaux de redder
uit de verlegenheid. Jouhaux, die zelf met Ku
pers en Serrarens tot de tegenstanders van
Hayday's voorstel behoord had, toen dit voor
stel in de arbeidersgroep besproken werd,
nam thans in de Conferentie de leiding van
het debat in handen. Hij gaf te kennen, dat
de Conferentie niet te veel angst over haar
eigen besluit behoefde te hebben. Want de
verlangde „algemeene conventie" behoefde
niet meer dan een eenvoudige „beginsel-con
ventie" te zijn! Reeds den volgenden dag had
het Internationale Arbeidsbureau dan ook den
geheelen tekst van die „algemeene beginsel-
conventie" uitgewerkt en aan de Conferentie
voorgelegd. De geheele conventie zal slechts
uit één enkel artikel bestaan, dat geen an
deren inhoud zal hebben dan dezen, dat de
staten, die deze conventie ratificeeren. zich
daardoor uitspreken ten gunste van het begin
sel van de 40-urige arbeidsweek onder hand
having van den levensstandaard der arbeiders
en dat zij de voorschriften der bijzondere con
venties voor verschillende takken van in
dustrie, die later zullen gesloten worden, zullen
naleven! Het groote verschil tusschen deze be
ginsel-conventie en een algemeene conventie,
die de 40-urenweek voor de geheele industrie
internationaal zou vastleggen, is duidelijk.
Deze beginsel-conventie is vandaag door de
commissie van 46 voor de verkorting van den
arbeidstijd met 31-2 stemmen aangenomen.
Slechts twee regeeringen, waarvan de ééne
onze Nedei*landsche is, stemden tegen, omdat
zij het een onding vinden een „conventie" te
sluiten, die slechts een principieele uitspraak
ten gunste van een beginsel bevat en den regee
ringen geen enkele concrete verplichting op
legt. Inderdaad kan men aan deze eerste voor-
loopige overwinning der arbeidersgroep dan
ook nog geen groote beteeken is toekennen. De
commissie heeft de arbeidersgroep de welwil
lendheid van een „beau geste" bewezen. Dat
is alles. De groote strijd komt pas in de volgen
de week, wanneer conventies voor de 5 boven
genoemde takken van industrie zullen moeten
gesloten worden. Dan zullen wij zien, of de
regeeringen niet slechts hun instemming met
een beginsel zullen willen uitspreken, doch ook
bereid zijn tot een zoodanige wijziging van de
nationale wetgeving, dat de 40-urige arbeids
week ook ondanks het verzet der werkgevers
in sommige bedrijven zal wordëïi ingevoerd!
B. DE JONG VAN BEEK EN DONK
CHINEESCH GENERAAL WEGENS MEDE
PLICHTIGHEID AAN ZEEROOF TERECHT
GESTELD.
KANTON, 18 Juni (V.D.) Onverwacht zijn
gisteren generaal Tsai Teng Hoei, comman
dant van de afweertroepen tegen de piraten
in de Bias-baai. en de chef van zijn staf,
Yang Tsji-Oean, terechtgesteld aangezien ge
bleken was dat zij in het bezit waren van
groote hoeveelheden wapens en munitie, die
zij den zeeroovers leverden, en dat zij onder
het mom van bestrijding der piraten, hun in
alle opzichten steun verleenden.
HONGAARSCHE REGEERING TEGEN DE
HEIDENSCHE BEWEGING.
BOEDAPEST, 18 Juni (V.D.i. De Hon-
gaarsche regeering heeft besloten met kracht
op te treden tegen een nieuwe heidensche be
weging, die in Hongarije dreigt op te komen
en welker aanhangers het Christendom willen
vervangen door de aanbidding van Hadur, een
oude oorlogsgod der Hunnen, die door de aan
hangers der nieuwe sekte beschouwd worden
als de ware voorvaderen der Hongaren.
DONDERDAG 20 JUNI.
HILVERSUM, 301 M.
Avro-uitzending.
8.00 Gram. pl. 9.00 Ensemble Rentmeester.
10.00 Morgenwijding.10.15 Gram. pl. 10.30 En
semble Rentmeester. 11.00 Kniples kinderklee-
ding 11.45 Gram. pl. 12.15 Het Lyra Trio. 1.00
Omroeporkest olv. Nico Gerharz. 1.45 Zang
door Hilmar Biehe, a. d. vleugel: E. Veen.
2.00 Gram. pl. 2.15 Omroeporkest olv. N. Ger
harz mmv. Hilmor Biehe (tenor). 3.00 Voor
dracht door mevr. 'w. v. I-Iooff—Gualthérie
van Weezel. 3.253.45 Pianorecital Betsy van
Bloppoel. 4.00 Voordracht door K, Kleyn. 4.30
Gram. pl. 4.45 Voor groote kinderen. 5.15 Zeil-
praatje roor H. P. A. Specovius. 5.30 Kovacs
Lajos en zijn orkest, en Gram. pl. 6.30 Sport-
praatje H. Hollander. 77.00 Vervolg Kovacs
Lajos. 7.30 „Van reizen gesprokenlei
ding H. Felderhof. 8.00 Vaz Dias. 8.05 Het
Avro-Aeolian Orkest. 8.50 Klanken om en uit
de Echoput te Apeldoorn. 9.05 Gramofoonpl.
10.00 Studenten zingen hun clubliederen. 10.20
De Avro-Deeibels olv. Eddy Meenk. 11 00 Vaz
Dias. 11.1012.00 Aansl. met Royal, Arnhem.
Esemble Pali
HUIZEN. 1875 M.
8.00—9.30 KR.. 10.00 NCRV. 11.00
KRO. 2.00 NCRV
8.009.00 en 10.00 Gram. pl. 11.3012.00 en
12.15 Orkestconcert en Gram. pl. 2.00 Hand-
werkcursus. 3.00 Vrouwenhal firn r. 3.20—3.45
Gram. pl. -100 Bijbellezing Ds. M. J, Punselie,
mmv. bariton en orgel. 5.00 Handenarbeid v.
d. jeugd. 5.30 Orgelconcert S. P. Visser. 5.55
Gram. pl. 6.15 Vervolg orgelconcert, 6.45 Cau
serie J. Schepper. 7.15 Reportage. 7.30 Journ.
Weekoverzicht door C. A. Cravé. 8 00 Vaz Dias.
Chr. Orat Vereen, o.l.v. G. Pob-'-t mm-'. I.
Durigo (alt) en G. Robert (orgel). 9.30 Cau
serie J. G. van As. 10.00 Vaz Dias. 10.05—11.30
Gram. pl.