Hel geheim van Lady Littenton
Nieuwe stroomlijntreinen, die binnenkort op het traject Rotterdam Hoek
van Holland in gebruik genomen zullen worden, zijn bij de firma Beijnes
te Haarlem in aanbouw
Een overzicht tijdens de internationale tenniskampioenschappen te Wimble
don. Mevr. Mathieu (Frankrijk) in actie tegen miss Hardwick (Engeland)
Een kranig stukje tijdens de ruitersport week te Hamburg. De winnaar Mergel
daalt met „Colombine" van een steile helling
Cor Wals maakte Donderdagavond op de wielerbaan in het
stadion te Amsterdam zijn debuut als stayer. Wals in duel
met Leddy (voor)
Voor autoriteiten van het Engelsche
ministerie voor Luchtvaart is te Farn-
borough een demonstratie gehouden
met een zgn. „Robot"-vliegtuig, dat
zonder piloot kan opstijgen,
De Australische tennisspeler Crawford
tijdens zijn partij tegen Kirby (Zuid-
Afrika) bij de internationale tennis
kampioenschappen te Wimbledon
De heer C. J. Klaassen, oud-schipper
van de reddingsboot te Scheveningen,
is Donderdag in verband met zijn
80sten verjaardag gehuldigd
Te Oegstgeest werden Donderdag ter gelegenheid van het 72ste lustrum der
Leidsche Hoogeschool, studenten roeiwedstrijden gehouden, waarvan hierboven
een mom®"*
FEUILLETON.
door
ELSA KAISER.
35)
Van Joan Forth weet ik ook dat men je te
genover Arthur Littenton geheel verkeerd
heeft beoordeeld. Ik hoorde dat jij diep ellen
dig was over den dood van Emile en dat je
■vader of liever je aangenomen vader, je
dwong tot een huwelijk met den heer Nelson.
Ik weet dat je verdrietig en verbitterd het
huis van mr. Gordon verliet. Alleen weet ik
niet waar je je verborgen hebt. maar ik zal
probeeren door Joan Forth je dit boek te la
ten sturen, want ik weet dat ik spoedig ster
ven zal.
Ik smeek je, mijn kind, blijf niet langer een
zaam en onbeschermd in de wereld ronddwa
len, keer terug naar den man die zoo goed
voor je geweest is, hij houdt van je, weliswaar
op zijn manier, maar heuseh Alice hij houdt
van je.
Mijn verlangen dat je nooit zult weten
wiens kind je bent, bestaat niet meer. Door
alles wat jij geleden en doorgemaakt hebt-,
ben je rijp genoeg om te weten. Misschien zal
het weten van mijn ellende en verdriet goed
voor je zijn en je iets leeren. Je hebt mijn
temperament geërfd, maar het leven heeft-
>je veel geleerd en ik hoop dat de toekomst,
ondanks alles goed en mooi voor jou zal zijn.
Alice, mijn kind, keer terug! Ga weer
naar Mr. Gordon! Ik smeek het je! God ze-
gene je mijn kind. Zoek een goeden, braven
man die je gelukkig kan maken en vergeef je
arme moedei'?"
HOOFDSTUK XXIX.
Het was nog heel vroeg in den morgen, toen
lord Arthur aan Alice's deur klopte. „Bent u
al opgestaan miss Forth, mag ik even binnen
komen?"
Zij zat nog aan de tafel in dezelfde houding
als die waarin zij den geheelen nacht gezeten
bad. Met roode, brandende oogen keek zij
lord Arthur aan.
„Miss Forth kom ik nog op tijd, ik wilde zoo
graag ons gesprek van gisteren voortzet
tenHij zweeg plotseling, zijn blik viel
op het- boek en op het papier dat- er naast lag
en dat den naam van Alice Gordon droeg. Hij
werd doodsbleek. „Wat hebt u gedaan miss
Forth? Hebt u iets gelezen dat niet voor u
bestemd was? Het u een vertrouwen dat in
u gesteld was gebroken?
Alice sprong op. „Ga niet verder mylord, be
denk, voordat u spreekt, voordat u oordeelt, u
veroordeelt steeds naar den schijn, wacht
eerst. Gisteren smeekte u mij om vergeving en
vandaag beschudigt u men opnieuw! Ik mag,
ik ben volkomen in mijn recht als ik dit boek
lees, meer kan ik u niet zeggen."
„Het is genoeg voor mij miss Forth" zeide hij
en boog schuldbewust het hoofd.
„U hebt gelijk, ik oordeel veel te snel. En dit
gebeurt maar al te dikwijls, doch ik ben ook
zoo vaak teleurgesteld geworden. U alleen,
miss Forth, u moogt mij niet teleurstellen. U
moogt niet anders zijn als ik mij voorstel dat
u bent, ik zou het niet kunnen verdragen."
„Zij keek in zijn droevig vertrokken ge
zicht. Even lachte zij. „Ik ben zooals u mij
ziet mylord.
„Zoo als ik u zie houd ik van u Joan, mijn
lieve kleine Joan."
Hij trok haar plotseling in zijn armen en
kuste haar.
Zij rukte zich los. „U houdt van mij, maar
u vertrouwt mij niet mylord."
„Zou ik je dan vragen mijn vrouw te wil
len worden?"
Zij zuchtte diep. „Kan een eenvoudige Joan
Forth lady Littenton worden?"
„Als een Littenton van haar houdt, ze
ker!"
„Ook dan, Arthur Littenton, ook dan als
zij niets van dien avond in Londen en van
dien vreemde kan uitleggen, omdat het niet
haar geheim alleen was, ook dan wanneer zij
niet zeggen kan, waarom zij het recht had dit
boek te lezen?"
Ook dan Joan, lieveling, plaag mij toch niet
langer, geef mij een kus?"
Arthur, weet je wel wat je doen wilt? Weet
je wel wie ik ben, Joan Forth, een arm meisje
dat gezelschapsjuffrouw was, mannequin en
figurante bij een film?"
„Joan, je blijft altijd voor mij de vrouw
die ik zocht, de vrouw die ik liefhebben kan,
ik wil niet zonder je leven."
En toen liet zü zich kus:|m.
Eindelijk zeide Alice. „Ik moet nu naar lady
Littenton, denk je dat ik kan gaan?"
Zij gingen samen. Arthur kwam na eenige
oogenbl-ikken uit de ziekenkamer en zeide tot
Alice die op hem gewacht had. „Ga maar
binnen liefste, zij wil je zien, maar denk er
aan, zij is heel zwak en kan bijna niet meer
praten."
Alice zond de verpleegster de kamer uit en
toen viel zij voor het bed op haar knieën, zij
nam de hand der zieke en drugte deze tegen
haar mond.
„Moeder", fluisterde zij, „Moeder!"
Lady Angelique begreep haar dydelijk. Een
lichtglans trok over haar lijdend gezicht en
een lachje vloog om haar mond. Jij, jij van
wie ik hield, jij bent Alice." fluisterde zij.
„Ja moeder, ik ben het, ik koos deze naam,
omdat ik onbekend wilde blijven."
„Kind. mijn lief kind, wat heeft het leven
wonderlijk met ons gehandeld," fluisterde
lady Angelique en probeerde te lachten, maar
dikke tranen drupten daarbij van haar ge
zicht. „Alice, lieveling, nu zien we elkaar toch
nog
Het praten viel haay moeilijk en Alice
smeekte. „Moeder, vermoei je niet, ik wil dat
je weer beter wordt, voor npijWe zullen zoo
gelukkig zijn, moedertje."
De zieke glimlachte moe maar zeide geen
woord.
„Jij bent bij mij, Alice, hoe mooi is dat."
Het blonde hoofd lag naast het bruine op
het kussen en Alice streelde voorzichtig het
mooie haar.
„Wil je Arthur roepen, lieveling?? vroeg de
zieke fluisterend. „Geef hem mijn dagboek,
maar aan niemand anders, beloof je mij
dat?"
Toen Arthur bij haar bed stond was ze te
zwak om te praten. Zij wilde iets zeggen,
maar kon het niet. Hij boog zich naar haar
toe en zeide zacht. „Ik wil geen geheimen voor
u hebben. Claire en ik gaan niet trouwen, ik
ben vandaag verloofd
Angeliqu'es oogen lichten een oogenblik op.
„Ik zegen julliemijnkinderen
Zij wilde haar handen op hun hoofden leg
gen maar zij kon het niet meer. HaaT groote
oogen sloten zich langzaam, zij verviel in een
bewusteloosheid.
Alice zag plotseling een vreemden trek op
het gelaat der zieke, zij vloog naar de deur,
rukte deze open en riep om de verpleegster en
den dokter
„Het kan zijn dat zij zacht inslaapt, in ieder
geval duurt het nu nog maar enkele uren"
meende de dokter.
De jongelui verlieten de kamer en gingen
de trap af naar de hall om daar te wachten
tot zij geroepen zouden worden.
Op de laatste trede bleef Alice plotseling
verschrikt staan, want dè man die haar met
een roerend lachtje tegemoet kwam, was
haar tweede vader, mr Gordon. En voordat
zij recht begreep wat er gebeurde, stond een
jonge man naast mr. Gordon terwijl mr. Mis
ters verwonderd toekeek.
Zij herkende den jongen onmiddellijk, zij
had hem als tuinjongen gezien op Littenton
Cast-Ie. „Ik ben Charley Holligan, miss Gor
don", zeide de jongeman. „Ik moet u om ver
geving vragen smeeken dat ik het u zoo lastig
heb gemaakt, maar het was mij alles waard u
te vinden. Ik heb Claire daarmee gewonnen
en mijn geheele toekomst, want mr. Gordon
heeft mij een positie in zijn fabriek aangebo
den. Bij den aanblik van zooveel geluk kunt
u toch onmogelijk boos op mij blijven, niet
waar?" hij lachte en Alice was totaal ontwa
pend.
Claire omhelsde haar en John Misters druk
te haar de handen.
„Joan, wat beteekent dit." riep de ontstelde
lord Arthur. Maar zij had geen tijd voor hem,
want haar stiefvader kwam naar haar toe en
drukte haar in zijn armen. „Wegloopster",
zeide hij teeder. „Wat heb je mij een verdriet
gedaan en een zorg gegeven, ik ben een ander:
mensch geworden en ik wil je dat bewijzen.
Laat alles weer goed tusschen ons zijn Alice,
mijn kind?"
Zij knikte en kuste hem en toen vroeg zij,
„Maar hoe kon je zoo gauw hier zijn?"
„Mr. Holligan schreeft mij een paar weken
geleden, dat je op het vaste land was, waar
schijnlijk in Parijs, toen ben ik al op reis
gegaan en heb op zijn telegram in Parijs ge
wacht endaar ben ik nu om je te vragen,
Alice, wil je weer mijn kind zijn?"
.Lachend en schreiend tegelijk, zeide Alice.
„Ik wil graag weer je kind zijn, maar of ik
meega weet ik nog niet! Ik heb een ander va
derland gevonden en ik ben zoo gelukkig." Zij
greep Arthur's hand die nog altijd naast haar
stond. „Vader, lord Littenton's huis zal
voortaan het mijne zijn, Wij hebben ons ver-
Toofd."
Claire klapte in haar handen van vreugde
en mr. Gordon drukte Arthur de hand.
„Maakt u mijn kind ge'/jkkig, lord Litten
ton," zeide hij ontroerd.
„Dat beloof ik u mr. Forth, hemel, ik heb er
tot op dit oogenblik nog niet aangedacht, dat
Joan een vader had."
Mr. Forth", bromde de oude heer ver
baasd, „mijn naam is Gordon en niet Forth".
Lord Arthur wenddde zich naar zijn bruid
en staarde haar een poosje met groote oogen
aan. „Ja maar, Joan, ben je dan niet, heet
je dan niet
Zij keek hem met haar groote stralende
oogen liefdevol aan en antwoordde met een
gelukkig lachje. „Ik ben Alice Gordon, lieve
ling".
EINDE.