IWAN, DE ONWIJZE.
BESTE VRIENDINNETJES
EN VRIENDJES.
Gedurende den vacantietijd, dus tot 7 Sep
tember, schrijf ik geen briefje vooraf, 'k Be
gin dus dan direct aan het beantwoorden van
de briefjes.
Best MEIKEVERTJE. 'k Dank je voor de
opgave van je rapportcijfers. Het is een vrij
goed rapport en ik hoop voor je dat je cijfers,
ook in de volgende klassen, zoo blijven, 'k Hoop
dat je te Wijk aan Zee mooi weer mag hebben
Of ik al vacantie heb? Ja hoor, er is al weer
haast een week van om. Nogmaals veel ple
zier. Dag Meikevertje.
Lief KLAPROOS-JE. Of je in de vacantie
steeds moet schrijven? 'k Weet nog niet of
de rubriek gedurende de vacantie blijft door
gaan en bovendien, hebben zeer veel kinde
ren gevraagd, gedurende eenige weken schrijf
vacantie te mogen nemen. Deze vacantie heb
ik, zooals vanzelf spreekt, toegestaan. Je ziet
dus maar wat je doet.
Best INDIAANTJE. Leuk zeg, die een
denfamilie. 'k Hoop voor je dat ze in het le
ven blijven. Maar waar laat je ze zwemmen?
Prettig dat je tot de Nijverheidsschool wordt
toegelaten. Doe er maar goed je best, zoodat je
later het einddiploma haalt. :k Wensch je een
prettige vacantie. Dag Indiaantje.
Beste DREUMES. 'k Wensch je te Wijk
aan Zee veel plezier. Prettig voor je dat je
Koninginnefeest op school krijgt. Naar welke
klas ga je met September? Van de eendenfa
milie heb ik alles vernomen. Snoezig zeg, die
kleintjes. Veel genoegen hoor.
Dag Dreumes.
Lief BOSCHVIOOLTJE. Per ongeluk was
je briefje met je adres in de papierbak te
rechtgekomen. Toen ik nu de kaart wilde
schrijven, wist ik het juiste adres niet en van
daar dat je de kaart nog niet ontvangen
hebt. Nu heb ik voor alle zekerheid de kaart
direct geschreven, dus zal de post haar wel
spoedig bezorgen. Veel genoegen met je Duit-
sche vriendin. Dag Boschviooltje.
Best KEUKENPRINSESJE. Wat was jij
Zaterdag vlug met je briefje. Het was Zater
dag geen mooi weer. 'k Moest op reis. On
derweg goot het telkens. Toen ik echter in
Dordt arriveerde was het droog en ik heb al
daar hahst geen regen meer gehad, 'k Ben
Donderdag tegen den avond weer thuis ge
komen. De vergadering voor het a.s. Vacantie
Kinderfeest, noopte mij naar IJmuiden te
rug te gaan. Je proeve, ook eens iets op rijm
te schrijven, laat ik hier nog niet volgen. Mis
schien een volgend maal. Dag Keukenprin
sesje.
Best VLIEGENIERTJE. Prettig, dat je
het vogeltje weer vrij hebt gelaten en je dus
naar m'n raad geluisterd hebt. Je wilt ook
graag schrijfvacantie hebben? Dat is best
hoor. Na de vacantie vertel je me maar eens
uitvoerig, hoe je de vacantie hebt doorge
bracht. Dag Vliegeniertje, veel genoegen.
Lief SPARRETJE. Ja meisjelief, twee
maal achter elkaar ontving ik geen briefje
van je. 'k Begrijp, dat je verzuim buiten je
schuld ligt. Prettig dat je uit gaat en ik hoop
dat je met je ouders veel genieten zult. Of ik
nog uit ga? Van Zaterdag tot en met Don
derdag ben ik te Dordrecht geweest en zou
met m'n familie mede naar hun pension in
Ulvenhout zijn gegaan, als verschillende, reeds
voor de vacantie opgenomen werkzaamheden
me dit niet onmogelijk hadden gemaakt. Maar
wat men aanvaard heeft, moet men zoo goed
mogelijk volbrengen en eigen genoegens wel
eens opofferen. De voorbereidselen voor het
Vacantie Kinderfeest eischen veel meer dan
menigeen slechts flauw vermoeden kan. Maar
wanneer straks een twee honderd kinderen
genieten van een treinreisje, spel in het bosch
Groenendaal en heerlijke broodjes met melk,
dan geniet ik '-.n hun blijde snoetjes volop en
heb heusch g.:n spijt van het in dienst ge
steld hebben van eenige vacantiedagen. Ik
vind het leuk als je me van je reis een kaart
stuurt. Als mijn reisje door een deel van
Duitschland doorgaat, dan zend ik je van één
der mooiste punten ook een kaart. Lief
Sparretje nogmaals veel genoegen hoor. Wil
je je ouders namens mij ook heel veel genoe
gen wenschén? Dag Sparretje.
Best KABOUTERTJE. Goed vriend. Je
mag gedurende de vacantie, dat is tot 7 Sep
tember, schrijfvacantie nemen, 'k Wensch je
met je vriend veel genoegen. Dag Kabou
tertje.
Lief ASTERTJE. Je vindt 't janumer dat
ik geen raadsel gedurende de vacantie op
geef? Dat is wel mogelijk, maar je weet niet,
hoeveel rubriekertjes mij om schrijfvacantie
verzocht hebben. Dat zijn er heel, heel veel.
Als je de rubriek inziet, dat zie je dat ik nu
reeds weinig briefjes he|b en daarbij zijn er
die voorloopig vacantie houden. Het opgeven
van raadsels heeft dus nu geen zin. Na de va
cantie komen de raadsels weer en ik hoop, dat
je dan ook een prijs wint. Prettig dat je
schoolrapnort eoed was. Dag Astertje.
Lief GOUDSBLOEMPJE. Wanneer je het
briefje aan Astertje leest, weet je waarom ik
de raadselopgaaf voorloopig heb stopgezet. Jij
kunt in de vacantie veel met je kleine
broer en je vriendin met haar kleine zus uit.
Zoo genieten de kleintjes ook van jullie va
cantie. 'k Wensch je veel genoegen. Dag
Goudsbloempje.
Best JULIAANTJE. Zoo, is Blikoortje
weer gearriveerd? Hij heeft het zeker wel naar
z'n zin gehad in Loenen? Prettig dat je je
nichtje te logeeren hebt. Je hebt precies tot
dezelfde datum vacantie als ik. Speel maar
veel buiten hoor. Veel genoegen. Dag Ju-
liaan tje.
Beste ZUS. Jammer dat je beker, die je
als prijs ontvangen hebt, gebroken is. Je moet
na de vacantie maar weer flink aan het op
lossen der raadsels meedoen. Wie weet of je
dan weer niet een beker kunt winnen. Wat
heeft je nichtje lang vacantie zeg. Speel maar
prettig met haar en geniet maar veel van
bosch, zon en zee. Op je Zondagsschoolreis
wensch je ik ook veel genoegen. Dag Zus.
Met veel groeten van
MEJ. E. VTJLBRIEF
Een Russische vertelling.
Steven en Gregor hadden er genoeg van. Hun
jongste broer, Iv/an de Onwijze, werd door het
heele dorp uitgelachen om de groote dom
heden, die hij uithaalde en dat niet alleen,
hij wilde ook in de familieraad iets te zeg
gen hebben en raad geven hoe alles beheerd
moest worden. Of men hem al zei: „Jij bent
niet wijs. Bemoei je niet met dingen die je
niet aangaan; probeer je maar eerst een beetje
minder belachelijk te maken!" Niets hielp.
Iwan bleef doorgaan gekke streken uit te
halen en de menschen van het dorp hadden
er schik in. Zoo erg was 't dat zijn broers
op zekeren dag tegen hem zeiden: „Laat ons
met rust- en bemoei jij je met je eigen zaken.
Anders zul je met ons te doen hebben."
Natuurlijk stoorde Iwan zich daar niet aan.
Toen bedachten Steven en Gregor, die eigen
lijk een paar gewetenlooze schurken waren,
een middel om zich van hun broer te ontdoen.
Op een avond toen hij argeloos thuiskwam,
vielen ze hem aan, en zijn mond dichthou
dend, stopten ze hem in een leege ton, die ze
voor dat doel klaar hadden gezet en spijker
den deze dicht.
Toen ze hiermede klaar waren rolden ze de
ton temidden van de met wijn gevulde vaten,
die toebehoorden aan den rijksten boer van
het dorp. De heele nacht probeerde de onge
lukkige Iwan zich uit zijn nauwe gevangenis
te bevrijden, luidkeels om hulp schi-eeuwend,
bijna stervend van angst. Vergeefsche moeite.
Alles iii de omgeving sliep en Steven en Gre
gor, die alleen er iets van wisten, lachten
valsch en wreven zich de handen van ple
zier.
Den volgenden dag laadde de rijke boer de
vaten met wijn op een kar. Hij had ze ver
kocht en nu moest hij ze afleveren in het
naburige dorp. De ton waarin Iwan zat, werd
bovenop de kar geplaatst en de ongelukkige
kon nauwelijks ademhalen; door het hotsen
van de kar op de keien, deed zijn lichaam aan
alle kanten pijn. Zoo erg werd het tenslotte
dat de arme Iwan begon te kreunen. Plotse
ling hoorde de boer het; bevreesd richtte hij
zich op. Hij reed juist over een brug, die over
de rivier liep.
„Hé?" zei de oude boer, „wat gebeurt daar?"
„Bevrijd me. bevrijd me uit het vat." kreun
de Iwan, die de stem herkend had.
„Ik denk er niet aan," schreeuwde de boer.
„De duivel zit in dat vat!" En al zijn moed-
verzamelend, greep hij het vat en slingerde
het in de rivier.
Meegesleept door de stroom, dreef de ton,
als een schip weg. Doodsbang begreep Iwan.
dat hij verloren was. Nog een keer probeerde
hij zijn gevangenis stuk te breken; maar hij
zag in, dat dit onmogelijk was. Toen ging hij
zoo gemakkelijk mogelijk zitten om dit vreem
de vaartochtje zoo lang mogelijk vol te
houden.
De rivier, waarin het vat dreef met Iwan
als inhoud, liep in zee uit. Na lange, lange
uren was het vat in zee terecht gekomen. Een
visschersschuit kwam langs; de visschers wil
den de ton ophalen, maar zij stuurden zoo
onhandig, dat voor ze de ton in het net had
den opgevischt, ze er tegen aangevaren waren
en de ton in tweeën brak. En hier had de ge
schiedenis van Iwan op kunnen houden.
Maar onze held had na het kraken van de
ton niet dadelijk begrepen, wat er gebeurd
was. Hij begreep het pas, toen hij op het fijne
zand van de zeebodem zat en een menigte vis-
schen hem met verbazing aanstaarden.
„Dit is het einde,' dacht hij .ik ben ver
dronken." En de visschen om hem heen. die
van plezier trilden, schenen deze treurige ge
dachte te bevestigen.
Plotseling kwam er een enorme groene krab
aanzwemmen, die Iwan tusschen zijn scherpe
scharen pakte en hem r.og verder wegsleente.
Verbaasd zag Iwan een groot paleis voor zich
opdoemen. Het was het paleis van den zee-
kering, waarvan zijn '.ante toen nu nog een
jongen was, hem zoo dikwijls verteld had. Hij
zag er een menigte visschen in, die hem met
hun glazige oogen aanstaarne en groote lucht
bellen maakten toen ze hem zagen kamen.
Daarna openden ze de schelpendeuren van
het paleis.
Toen gooide men Iwan op een kleed van
wier, voor de voeten van hem, die zich de
zeekoning noemde en die geen enkel mensche-
lijk wezen nog gezien had. Het was een soort
reusachtige kreeft met een menschelijk
hoofd; maar in zijn mond had hij geen tan
den en een groote puntsnor sierde zijn boven
lip. Zijn oogen waren groot en glazig en hij
streelde zijn baard met de vinnen, die hem
als armen dienden.
Wie ben je en wat wil je?" gromde .bij. En
het was als het loeien van een st-ormd.
Meer dood dan levend verelde Iwan, wat ér
met hem gebeurd was. De koning luisterde op
lettend, en af en toe krabde hij zijn hoofd eens
met zijn vinnen. Toen sprak hij:
„Je broers zijn onwaardigen. Ik zal je hel
pen, want al ben je onwijs, je bent verstandi
ger dan een heeleboel wijzen."
Dankbaar knielde Iwan neer voor den ge-
duchten zeekoning, die thans tegen hem glim
lachte en die iets in een koffertje zocht, dat
voor hem stond.
„Kijk", zei hij, „neem deze parel als sou
venir en ga. Ik houd van eerlijke en openhar
tige menschen."
Iwan had geen tijd om te bedanken; want
de krab had hem reeds beetgepakt.
Wie verbaasd waren, dat waren Steven en
Gregor. Want de tijd, die op de zeebodem
eenige minuten leken, waren op aarde twee
jaar geweest. Zij hadden gedacht van Iwan
af te zijn en nu stond hij weer voor hen, rijk
nog wel, dank zij het cadeau van den zee
koning.
Zij hadden de zaken slecht beheerd; alles
stond op het punt verkocht te worden en het
was Iwan, die de boel redde. En hij vergaf zijn
broers van ganscher harte hun leelijke daad.
,Je bent een goede broer", zeiden ze, ter
wijl ze hem omhelsden. „Maar zie je, om ons,
na onze leelijke daad zoo te behandelen, als
jij nu doet, daar moet je toch onwijs voor
zijn!"
L.
UIT DE NATUUR.
SCHADELIJKE FAMILIES.
Tot deze groep behooren tabak, aardappel
en tomaat, alle drie gewassen, die je goed be
kend zijn en je zult je misschien afvragen,
wat er dan voor schadelijks aan is.
Ze behooren tot de nachtschaden en je kent
onze zwarte nachtschade met zijn kleurige
bloemen en zwarte zwaar vergiftige bessen
die al menig onheil hebben gesticht meest met
doodelijke afloop. Laten we nu maar eerst
wat vertellen over de tabak. In onze tuinen
en ook in verschillende stadsperken komt de
Nicotina Af fines voor, oorspronkelijk afkomstig
uit Brazilië. Een groot deel van de zomer
brengt deze plant, die 7090 c.M. hoog wordt,
trossen witachtige, ook wel roode, trompet-
vormige bloemen voort. Op zonnige plaatsen
openen zij hun bloemen des avonds om ze den
volgenden morgen weer te sluiten. Ze versprei
den een sterke, maar aangename geur.
Van de tabaksplant worden de bladeren ge
droogd en verwerkt tot tabak, sigaren en si
garetten, doch van de hier bedoelde plant, de
Nicotianum Tabacum, bevatten de bladeren
een vloeistof, die aan de lucht bloot gesteld,
bruin en dik wordt,- dit is de z.g. nicotine en
het is een bekend vergif. Het is dus voor kin
deren en jonge menschen sterk af te keuren,
dat ze met rooken beginnen en wil men er zich
toch aan wagen, dan moet matigheid betracht
worden. Bij arbeiders in de tabaksfabrieken
kan ook nicotinevergiftighig voorkomen, om
dat ze geregeld met deze stoffen omgaan.
Wie echter met rooken 's morgens vroeg al
begint en steeds maar doorpaft tot het naar
bed gaan, zal mettertijd de gevolgen daarvan
wel ondervinden met alle bijbehoorende na
righeden.
Tomaten ken je natuurlijk en nu we weer
volop in die heerlijke vruchten zitten zul je er
ook zeker wel eens van- smullen, want als je
er eenmaal de smaak van te pakken hebt,
smaakt zoo'n frisch hapje bij je boterham op
perbest. Ze zijn gemakkelijk zelf te kweeken
en het ls maar niet leuk om uit je eigen tuin
je vruchten te plukken. Ze moeten dan al
vroeg onder glas gezaaid worden. In Februari-
aart worden ze in een warme bak, of in een
verwarmd vertrek gezaaid in een zaaipan of
kistje met lichten zandigen grond. Zet 't bakje
dan voor een zonnig venster en de zaden ko
men dan spoedig op. Als de eerste ingesneden
bladeren zich vertoonen, moet je de plantjes
verspenen, dan blijven ze kort en gedrongen
In kleine potjes zetten we ze dan tot den kiem
blaadjes in den grond om ze later nog eens
te verplanten in een wijdere pot. Zorgen we
nu langzamerhand voor voldoende versche
lucht, dan zijn ze tegen de planttijd buiten
voldoende gehard. Op de Luilak kon je voor
enkele centen tomatenplanten koopen en bij
goede behandeling kam je er heusch wel ple
zier van hebben. Je hebt dan een heeleboel
drukte en zorg minder natuurlijk, want die
jonge plantjes eischen een goede behandeling.
Kees bij den slager: Hebt u varkenspootjes'
Slager: Ja zeker, jongeheer.
Kees, Dan zult u wel last hebben, met
schoenen koopen.
Weg was Kees.
Jan Vet beweert, dat hij in 4 weken Fransch
heeft geleerd. Begrijp jij dat?
„Nee, maar toen hij in Parijs was, begrepen
ze het daar ook niet:'
JAARLIJKS
40.000 WALVISSCHEN.
De walvischvangst zooals die jaren lang in
het wilde weg beoefend werd in de Noorde
lijke zeeën, heeft aanleiding gegeven tot een
nieuwe Noorsche wet, die dadelijk in werking
zal treden, ten einde de walvisschen te be
schermen. Voor de te vangen walvisschen zal
een minimum grootte voorgeschreven wor
den; en de vangst mag slechts op bepaalde
tijden beoefend worden. Vanaf Juli 1936 mo
gen er geen walvischschepen meer aan het
buitenland verkocht worden, zonder toestem
ming van het Ministerie van Handel. Op han
delingen, die niet in overeenstemming zijn
met deze wet, staat gevangenisstraf.
Het kleine stadje Sandefjord aan de kust
van het Skagerrak, ligt 8 lange maanden be
graven in de sneeuw en is schijnbaar uitge
storven. In Augustus trekken de walvisch-
vangers er met hun booten op uit. De grijs
aards, vrouwen en kinderen blijven achter en
pas in Mei van het volgend jaar worden de
mannen weer terug verwacht. Dan is het
stadje ineens weer bewoond 11.000 mannen
komen met hun buit thuis, die brood voor een
nieuw jaar verschaft.
Het is een zeldzaam avontuurlijk en roman
tisch leven, dat de walvischvaarders leiden.
Romantisch behalve de geur, die hun ex
pedities begeleidt. Want aan de traanlucht
moet men zich langzamerhand gewennen.
Meermalen zijn honderden booten onderweg.
Noorwegen alleen al stuurt ieder jaar 30
moederschepen uit, die ieder op haar beurt
weer door 95 vangschepen begeleid zijn. De
moederschepen zijn om zoo te zeggen fabrie
ken, waarin de gedoode dieren dadelijk ver
werkt worden. Niet alleen de traan en 't spek
van den walvisch worden tot olie verwerkt;
ook de baleinen wonden geprepareerd en de
beenderen worden tot meel gemalen. Trouwens
alles van den walvisch wordt gebruikt. En men
kan zich misschien een begrip van de waarde
van zulk een dier maken, als men verneemt,
dat het gewicht van een volwassen walvisch
gelijk staat met dat van 20 tot 30 olifanten.
De vangbooten zijn meest 30 meter lang en
uitgerust met een sterk kanon dat de harpoen
afvuren moet. De bemanning telt 18 koppen:
11 visschers,' 4 matrozen 2 ingenieurs en de
harpoenier. Deze menschen keeren eerst na
beëindiging van het vanggetij op het moeder
schip terug acht maanden lang zwalken zij
rond op zee op zoek naar hun buit. De belang
rijkste man van het geheele gezelschap is de
harpoenier. Zelfs de gezagvoerder van de
vangboot is volgens een ongeschreven wet,
ondergeschikt aan den harpoenier en zijn
grillen. Want van zijn bekwaamheid hangt
tenslotte het welslagen der expeditie af. Een
bekwaam harpoenier te worden is de droom
van iederen Noorschen scheepsjongen. Daar
voor is. echter oneindig veel ervaring en kalm
te noodig. Men achtervolgt een walvisch zoo
lang tot hij volgens schatting van den har
poenier, den juisten afstand voor een zeker
schot bereikt heeft. Vanaf den boeg van het
schip wordt de 2 meter lange stalen harpoen,
met dynamiet geladen, afgeschoten, die het
reuzendier midden in het lijf moet treffen.
Moet want een aangeschoten walvisch is
hoogst gevaarlijk. Maar ook wanneer het
schot gelukt is, duurt de doodsstrijd van het
dier nog uren. Opwindende uren, waarin de
vangboot, die door de ijzeren kabels van den
harpoen met het dier verbonden is, vaak kilo
meters wordt meegesleept. Het doode dier
wordt voorzichtig langszij gesleept en door
een pompinrichting opgeblazen. Zoo behoedt
men het machtige lichaam voor zinken. Als
een reusachtige zwemmende ballon drijf het
dier op de golven, totdat na beëindiging van
de jacht de geheele buit van de vangboot
aan boord van het moederschip gesleept
wordt. Het is een opwindende geschiedenis,
zoo'n walvischvangst en de kleine Noorsche
jongens droomen niet alleen vanwege de ro
mantiek harpoenier te worden, doch dit ver
antwoordelijke baantje is tevens een der best
betaalde. De matador der Noorsche harpoe
niers, Lars Andersen, heeft onlangs een drie
jarig contract afgesloten met een der Noor
sche walvischmaatschappijen tegen een
jaarlijksch salaris van ongeveer 129.000 gul
den. Daarvoor heeft hij echter ook den naam
nog nooit een misschot te hebben gedaan en
ieder van zijn slachtoffers reeds met het eer
ste schot gedood te hebben. Wie tegenwoor
dig een blik slaat op deze geweldige industrie,
kan zich nauwelijks indenken, dat tientallen
jaren geleden de harpoen met de hand ge
slingerd werd. De walvischvangst was hoogst
onrendabel en zeer gevaarlijk; daar het niet
zelden gebeurde, dat de walvisch zich in
doodsangst keerde tegen zijn menschelijke
vijanden. Men kon toen alleen de speklagen en
de baleinen gebruiken en een schip had soms
jaren noodig om met gevulde traanvaten in
het vaderland terug te keeren. Nu, dat men
harpoenkanonnen heeft en de schepen beter
zijn uitgerust en vooral omdat de electrische
harpoen meer en meer gebruikt wordt hij
is door een sterke electrische stroom dadelijk
doodelijk, zijn de gevaren iets verminderd. En
de moderne technische inrichtingen van het
moederschip stellen iedere expeditie in staat
in een seizoen 500 walvisschen te verwerken.
In het jaar 1928 had Noorwegen met 800.000
vaten walvischolie ieder vat is 200 liter
een belangrijk aandeel van de totale pro
ductie der wereld, die 1.400 000 vaten beliep. De
winst van een seizoen was ongeveer 5500 gul
den. Geen wonder, dat men ieder jaar weer
ijverig jaagt op deze dieren. Men rekent, dat
per jaar gemiddeld 40.000 walvisschen gehar
poeneerd worden. Daar de walvisschen zich
slechts zeer langzaam vermenigvuldigen kan
het met al deze technische hulpmiddelen geen
verwondering wekken, dat de walvischvaar
ders reeds geruimen tijd het veld van hun
werkzaamheden van de Noordelijke naar de
Zuidelijke IJszee hebben moeten verleggen.
Sommige soorten zijn geheel uitgeroeid.
Wat hindert het, zoolang er in de Zuidelijke
IJszee nog reusachtige kudden leven?
De veelvuldige Zuidpool-expedities van de
laatste jaren beoefenden onder den dekman
tel van wetenschappelijke onderzoekingen
ook de walvischvangst. De geheele strijd om
den Zuidpool is in wezen niets anders dan 'n
nuchtere wedloop om de rijke jachtgebieden
van den walvisch.
Bvb.
ZATERDAG 27 JULI 1935
WETENSWAARDIGHEDEN.
Jullie hebt zeker allemaal wel eens gehoord,
dat er tusschen verschillende plaatsen ter we
reld verschillen in tijd bestaan. Als het b.v. in
Weenen 12 uur 's middags is dan is het op het
zelfde oogenblik in Parijs 11 uur s ochtends
en in Constantinopel 1 uur 's middags. In San
Francisco is het tegelijkertijd 3 uur 's morgens
en in Yokohama 8 uur des avonds. Dit ver
schil van tijd berust op een verdeeling van de
aarde in 24 deelen van 15 graden lengtever
schil. 15 graden lengteverschil is in tijd een
verschil van een uur. Als je naar het Westen
reist, met de zon mee, dan wordt het Vroeger
en ga je naar het Oosten, de zon tegemoet, dan
wordt het later.
Ga je dus van Amsterdam naar Constanti
nopel, dan moet je je horloge telkens een uur
later zetten.
Nu hoop ik, dat deze kleine inleiding duide
lijk genoeg is geweest om jullie de volgende
aardige geschiedenis duidelijk te doen zijn.
De minister-president van Australië was ter
gelegenheid van de jubileumsfeesten van Ko
ning George, die in Mei gevierd zijn, in Lon
den en op een dag kreeg hij plotseling lust met
zijn tien kinderen te spreken, die in Australië
gebleven waren. De telefoonverbinding kwam
tot stand en vader en kinderen babbelden sa
men. Toen kwam het uit, dat de Vader juist
zijn Woensdagsche middagslaapje gedaan had
en dat de kinderen aan het ontbijt van Don
derdagochtend zaten.
Dr. DE CR.
WIE ZOEKT ER MEE?
„Nu Iran ik me toch niet meer herinneren,
waar ik mijn geweer gelaten heb. Dat is niet
zoo leuk. Ik wou maar, dat er iemand was,
die me wilde helpen zoeken."
OP 'T KOPEREN FEEST
door W. B.Z.
Mijn vader en moeder,
Die vierden laatst feest,
Zooals 't nog nooit bij ons is geweest.
Ze waren de koperen bruigom en bruid
Wij hebben gefuifd
Dag in en dag uit.
Wij zijn met ons vieren:
Jan, Mies, Rie en Trees
Op 't bruilofsfeest kwamen Jo en Kees.
Ze hebben met ons toen comedie gespeeld
Je snapt wel niemand
Heeft zich toen verveeld.
Mies en Rie speelden saam
Van een too verfee
Die bracht er de mooiste bloemen mee
Ze strooiden ze neder voor bruigom en bruid
Ze zongen samen
Een lied tot besluit.
Toen kwamen wij zessen.
Met mutsen versierd
Wat hebben wij vroolijk feest gevierd.
Wij zwaaiden de mutsen en zongen toen luid
Lang leve de Bruidegom
Eh de Bemidfl