Onvoorzichtige wielrijders
oorzaak van verkeersongeval.
Twee gewonden.
Op den Hemweg te Amsterdam is Woensdag
avond te half acht een ernstig verkeersongeval
geschied, waarbij een motorrijder levensge
vaarlijk werd gewond en een wielrijder een
hersenschudding heeft opgeloopen.
De motorrijder, een gemeente-veldwachter
uit Ommen, reed met op de duo een 59-jarige
man, eveneens -te Ommen woonachtig, in de
richting van Amsterdam, toen uit den Molen
weg aan den kant van het kanaal, twee wiel
rijders kwamen. Inplaats van don motorrijder
voorrang te geven, trachtte het tweetal voor
hem den Hemweg te bereiken, hetgeen nood
lottig werd.
Het motorrijwiel dat geheel aan den rech
terkant van den weg had gereden, kwam met
de beide fietsers in botsing, met het gevolg
dat de veldwachter en één der wielrijders, een
jongeman van 21 jaar, zeer ernstig kwamen
te vallen. De veldwachter was er het ergst aan
toe. De G.G.D. vervoerde hem met een schedel-
basisfractuur in zorgwekkenden toestand naar
het Wilhelmina Gasthuis. Naar hetzelfde gast
huis werd ook de wielrijder vervoerd, die zijn.
onvoorzichtigheid met een hersenschudding
had moeten bekoopen. De duorijder kwam er
wonderlijk genoeg zonder letsel af, terwijl ook
de andere wielrijder geen verwondingen op
liep.
Het motorrijwiel en een der fietsen werden
zwaar beschadigd.
DE BOUW VAN HET NIEUWE STADHUIS
TE LEIDEN.
Onderbouw gegund.
Naar wij vernemen is door B. en W. van
Leiden de onderbouw van het stadhuis te Lei
den voor de somma van f 79.500 gegund aan
de N.V. Aannemingsmaatschappij v/h Hïllen
en Roosen en Betonbouw Trio 'te- Amsterdam.
Het werk zal worden uitgevoerd onder ar
chitectuur van den heer B. N. A. C. J. Blaauw
te Haarlem.
Onzekerheid veroorzaakte
moeilijkheden.
Verstrekken van geld onder hypothecair
verband.
In verband met de stagnatie die er heerscht
Inzake het verstrekken van geld onder hypo
thecair verband heeft de Minister-van Sociale
Zaken, mr, M. Slingenberg namens de Regee
ring een bespreking gehouden met vertegen
woordigers van de Vereeniging van Directeu
ren van Hypotheekbanken, van de Nederland-
schei Spaarbank, van den Beleggingsraad en
van de Vereeniging tot Bevordering van het
Levensverzekeringswezen.
De Minister streeft er naar, in den bestaan-
den toestand in gemeenschappelijk overleg
verbetering te brengen.
Tijdens de besprekingen, die een bevredi
gend verloop hadden, wercl in het bijzonder
naar voren gebracht dat de onzekerheid die
er heerschte omtrent het lot van den gulden,
zoomede het wetsontwerp inzake de vaste las
ten' de-Gredietmoeilijkheden hadden gestimu^
leerd.
De aan de bespreking deelnemende instel
lingen zullen de Regeering; hetzij individueel,
hetzij gemeenschappelijk, nader schriftelijk
van advies dienen.
BOERENWONING UITGEBRAND.
In den nacht van Dinsdag op Woensdag
ontstond door tot nog toe onbekende oorzaak
brand in de woning van de weduwe De Wit te
Schijndel. In korten tijd stond de woning in
lichter laaie. De inboedel werd een prooi dei-
vlammen. De woning brandde geheel uit. De
schade wordt door verzekering gedekt.
ZIEKTE VAN WEILL IN HET KAGERMEER.
De directeur van den Gem. Geneeskundigen
en Gezondheidsdienst te Leiden, dr. M. D.
Horst, deelt aan het L.D. mede, dat zich een
licht geval van de ziekte van Weil heeft voor
gedaan. bij iemand, die in het Kagermeer
heeft gezwommen.
Dringend wordt aangeraden ver van de
oevers" te zwemmen.
Minister Van LidtK de Jeude
bij het polderfeest.
Op 21 Augustus 1930 viel de Wieringermeer
droog! Woensdag werd dit feit op feestelijke
wijze in den polder gevierd.
Des morgens was reeds een blijde stem
ming in den polder merkbaar. De goochelaar
Mr. Palmer gaf'voor dé schoolkinderen uit de
geheele Wieringermeer een demonstratie van
zijn toeren, waarna de kinderen zich met spe
len vermaakten.
Des middags vond de officieele herdenking
plaats door den minister van waterstaat, Jhr.
Ir. O. C. A. van Lidth de Jcude. die, nadat hij
door den burgemeester van Medemblik, den
heer P. C. J. Peters was verwelkomd, een rede
hield.
De minister begon zijn rede met er op te wij
zen hoe op 21 Augustus 1930 de wateropper
vlakte in de Wieringermeer in land was her
schapen, nadat hieraan jaren van ingespan
nen arbeid waren voorafgegaan.
Vervolgens besprak de minister de on wik
keling van den Wieringermeerpolder op land
bouwkundig-technisch gebied en op sociaal-
economisch gebied, waarbij hij vooral lette op
de toekomst.
De minister sprak er zijn voldoening over
uit dat zoovelen naar de Wieringermeer wa
ren gekomen om de feestelijkheden bij te wo
nen en eindigde met de woorden: „Ik hoop dat
zegen op uw arbeid moge rusten en ik wensch
dat uwe kinderenden kindskinderen komende
polderdagen mogen vieren met opgewektheid,
naar uw voorbeeld".
Hierna sprak de heer Z. S. Smeding, die de
bevolking van de Wieringermeer wees op het
nut eensgezind de toekomst in te gaan.
Een demonstratie en eenige behendigheids-
toeren met rupstrekkers volgde hierop, waar
voor de bevolking groote belangstelling be
toonde. Daarna gaven eenige ruiters nog een
demonstratie.
De directie van den Wieringermeerpolder
heeft van vele zijden telegrammen van ge-
lukwensclien ontvangen, ook van de Veree-
nigde Landarbeidersorganisaties.
WERKSTER VAN EEN LADDER
GEVALLEN.
Terwijl zij bezig was met schoonmaken
in de Mulo-school te Deventer, viel de 52-
jarige mej. O. van een ladder. Zij werd be
wusteloos naar het ziekenhuis vervoerd,
waar zij zonder tot bewustzijn te zijn gekomen
is overleden.
PERKOETOET WEER IN DE LUCHT
De „Perkoetoet" is Woensdag op de thuis-?
reis te Cairo aangekomen.
De „Gelria" nog in goeden
staat.
Ook de „Flandria" en „Zeelandia" op de
markt.
Vóór de komst der Italiaansche deskundigen
heeft Woensdag de inspecteur voor de
Scheepvaart te Amsterdam, de heer C. A. G.
van der Boom, de „Gelria", welke binnenkort
voor haar nieuwe bestemming naar Triëst zal
vertrekken, voorloopig geïnspecteerd.
Het 22 jaar oude mailschip is thans in de
Coenhavén aan de kade gemeerd en ofschoon
het een jaar opgelegd is-geweest, verkeert het,
dank zij de zorgen, wèlké de Koninklijke Hol-
landscheLioyd er voortdurend aan heeft be
steed, nog in uitstekenden' staat. Het zit goed
in de verf en als straks in het dok ook het
scheepsgedeelce onder de ..waterlijn zal zijn
schoongemaakt en voorts de ketel- en ma
chine-installatie in orde worden bevonden,
staat niets liet vertrek naar Triëst meer in
den weg. Eerst in die haven zal het schip on
der Italiaansch gezag worden geplaatst. On
danks haar ouderdom behoort de „Gelria"
nog tot de vrij snelle passagiersschepen; de
snelheid, waartoe de turbines haar in staat
stellen, bedraagt 17. mijl. -
In de Coenhaven zijn thans nog opgelegd
de „Jaarstroom" en „Zaanstroom" van de
Hollandsche Stoomboot Maatschappij, nietige
scheepjes gelijkend, wanneer men er van de
brug der „Gelria" af op neerziet; voorts de
„Klipfontein" van de Ver. Ned. Scheepvaart
Mij., alsmede de „Flandria" en „Zeelandia"
van den Koninklijken Hollandschen Lloy'd.
Ook laatstgenoemde twee schepen zijn, zoo
als de term luidt, voor .den verkoop op de
markt gebracht. In het vertrek van de „Klip
fontein", welke indertijd naar Italië was ver
kocht, is vertraging opgetreden doordat er
moeilijkheden zijn gerezen.
Weer een automobilist, 3ie
doorreed.
Ijsventer door aanrijding levensgevaarlijk
gewond.
Gisteravond c.a. 10 uur reed op den Rijks
straatweg den Bosch—Grave onder Schayk.
de 38-jarige ijsventer, van H., uit Heesch,
komende van de' Velpsche kermis, met zijn
driewieler huiswaarts. Nabij de steenoven
werd de man door een hem achterop rijden
de vrachtauto aangereden. De man werd van
zijn rijwiel geslingerd en kwam met groote
kracht op den weg terecht.
Voorbijgangers vonden het slachtoffer be
wusteloos naast zijn totaai vernield rijwiel
liggen. Onmiddellijk waarschuwden zij dr.
Sluiters uit Ravenstein, dié de eerste hulp
verleende. Hij achtte den toestand van het
slachtoffer zoo ernstig dat onmiddellijke
overbrenging per ziekenauto naar het St.
Canisius ziekenhuis te Nijmegen noodzake
lijk bleek. Men vreest voor het leven van v.
H. De automobilist is zonder naar het slacht
offer om te zien doorgereden.
In plaats van tollen verhoogde
benzineprijs?
Dan druk over het heele land gelijkmatig
verdeeld.
Om den bouw van de bruggen over de groote
rivieren zonder tolheffing te financieren,
heeft de regeering volgens de Tel. besloten
den benzineprijs over het heele land met ZA
cent per liter te vernoogen.
Alvorens tot dit besluit te geraken, heeft
men te 's Gravenhage rijpelijk het voor-
en tegen er van overwogen. Er tegen pleit
de overweging', dat v.n. zekere steden en
streken profiteeren van de oude en nieuwe
bruggen.
Niettemin zullen thans de kosten drukken
op het geheele land. Daar staat tegenover,
dat alle provincies groote voordeelen trekken
uit de publieke werken die over het geheele
land worden uitgevoerd. Juist de Noordelijke
provincies Groningen en Friesland, dié van
den nieuwen bruggenbouw slechts, in be
perkte mate profiteeren, hebben oen niet on
aanzienlijk voordeel uit de millioenen besteed
voor den afsluitdijk, die voor de automobi
listen uit Noord-Brabant en Gelderland weer
van minder beteekenis is.
Dit neemt niet weg, dat iedere nieuwe ver
hooging van den benzineprijs als een zwaar
euvel moet worden beschouwd en dat zelfs
de verhooging met cent aan het land in
het geheel ten minste zoo zware lasten op
legt,'als dit met de tolheffingen het geval
zou zijn geweest, Een eenvoudige berekening
toont dat aan.
80.000 K.G. HOOI VERBRAND.
In een hooiberg, welke eigendom is van den
heer A. Zouthuizen te Eemnes, is door hooi-
broei brand ontstaan. Weldra sloeg het vuur
over naar een daarnaast staanden hooiberg ter
wijl ook een bij dezen hooiberg behoorende
schuur spoedig werd aangetast.
Er stond geen sterke wind, zoodat er weinig
gevaar bestond, dat de brand over zou slaan
naar eenige gebouwen, welke in de directe
nabijheid van de schuur zijn gelegen.
In de beide hooibergen bevond zich in totaal
80.000 K.G., welke een.prpoi der vlannpen zijn
geworden. '*-•• y
De schade wordt door verzekering gedekt.
BRAND IN EEN GARAGE TE BORCULO
Door onbekende oorzaak is brand uitgebro
ken in de garage van den heer G. v. d. Heide
aan de Spoorstraat te Borculo. De brand
breidde zich zeer snel uit en weldra sloegen
de vlammen over naar een groote schuur,
waarin zich een aantal kippen en varkens be
vond. De dieren konden nog bijtijds in vei
ligheid gebracht worden, de schuur brandde
totaal uit. Ook een derde gebouw, dat eveneens
dienst deed als garage, werd nog door het
vuur aangetast, doch kon door de brandweer
gedeeltelijk behouden worden. Eenige vracht
auto's die in laatstgenoemde garage gestald
waren, konden nog naar buiten gebracht
worden. Een personenauto, die in de garage
stond, waarin het vuur was ontstaan, benevens
een groote hoeveelheid onderdeelen en ge
reedschappen werden een prooi der vlammen.
De gebouwen waren verzekerd, de onderdeelen
en gereedschappen ter waarde van 1500.
echter niet.
187 KAPPERSZAKEN SNEUVELDEN.
De Ned. Kappersbond schrijft ons, dat in
de eerste.7 maanden van dit jaar niet minder
dan 187 kapperszaken in Nederland zijn op
geheven. Hiervan waren er 32 in den Haag en
37 in' Amsterdam.' Ongeveer 80 procent dei-
opgeheven zaken was in de laatste drie jaar
opgericht.
Luitenant Van Boven gaat in
hooger beroep.
Verantwoordelijke autoriteiten hadden z. i.
gestraft moeten worden.
DEN HELDER., 21 Augustus Naar wij
van luitenant ter zee H. L. van Boven ver
nemen, heeft hij appèl aangeteekend tegen
het vonnis, dat door den zeekrijgsraad te
Willemsoord tegen hem uitgesproken is (drie
maanden gevangenisstraf en ontslag uit den
zeedienst). Hij zal nu in hoogste instantie
in appèl komen bij het hoog militair ge
rechtshof. Omtrent den reden van zijn appèl
deelde luitenant Van Boven ons mede. dat
zijn rechtsgevoel niet is bevredigd, waar het
de uitleg van art. 143 van het wetboek van
militair strafrecht betreft, gezien het feit.
dat geheel conform dezen uitleg, zoowel de
militaire commandant van Atjeh als de com
mandant der zeemacht in Nederlandsch-
Indië gestraft behoorden te worden.
„Daar déze autoriteiten geheel vrijuit zijn
gegaan en ik", aldus de heer Van Boven, „hoe_
wel veel jonger in jaren, dezelfde verant
woordelijkheid had als deze autoriteiten
aangezien ik bij afwezigheid van orders ge
heel naar eigen inzicht moest handelen, kon
het niet de bedoeling van den wetgever zijn
dat ten aanzien van mij een anderen maat
staf wordt toegepast".
De zeekrijgsraad verklaarde in zijn vonnis
dat verdachte zijn plicht voortvloeiend uit
art. 143 voornoemd, heeft verzaakt en de
motieven, die hem tot die verzaking geleid
hebben, hoezeer ook naar inzicht juist door
den zeekrijgsraad als ondeugdelijk verworpen
worden.
De Hollandsche Schilderkunst
in de 17e eeuw.
De Leidsche professor in de Kunsthistorie,
Dr. W. Martin, heeft een breed opgezet werk
onder bovenstaanden titel onder handen,
waarvan het eerste deel gereed is en van welk
eerste deel de uitgeefster, de firma Meulenhoff
te Amsterdam, ons de eerste tachtig bladzij
den ter aankondiging toezond. Deze tachtig
pagina's vormen een zesde deel van dat eerste
boek en kunnen dus slechts doen vermoeden
hoe uitmuntend het worden zal. Maar daar dit
eerste boek juist over Frans Hals en zijn tijd
handelt en c*'j, voor ons, Haarlemmers, van
buitengewoon "belang is, kan dat eerste hoofd
stuk met algemeene en bijzondere inleidingen
tot onze schilderkunst der gouden eeuw, ons
alleen maar naar het vervolg nieuwsgierig-
maken. Voorloopig kunnen wij dus slechts on
ze lezers deelgenoot maken van onze nieuws
gierigheid door over te vertellen wat beloofd
wordt, terwijl van een man als Prof. Martin
volkomen vertrouwd kan worden dat hij zijn
beloften op schitterende wijze inlost.
Al is de kennis onzer schilderkunst, en
vooral van die onzer zeventiende-eeuwsche
meesters in stapels vaklitteratuur, monogra-
phieën en dissertaties opgehoopt, een modern,
overzichtelijk werk, waarin van al die kunde
gebruik gemaakt wordt op een wijze waar
door zoowel den kunstminnenden leek als den
zich ambtelijk met kunst bezig houdenden
kunst-student een samenvattende blik in
die royale materie geboden wordtzulk een
werk ontbreekt tot nu toe.
Het zeer verdienstelijke werk van W. J.
Steenhoff, indertijd voor de Wereldbibliotheek
over de schilderijen in het Rijksmuseum ge
schreven, kan voor den leek zijn plaats behou
den; wat thans door Prof. Martin is onder
nomen, zal door zijn uitvoeriger gedocumen
teerdheid, door de beperking van de te behan
delen stof en de meerdere compleetheid bin
nen die beperking, ook voor hen onontbeerlijk
blijken, die meer dan een overzicht in vogel
vlucht verlangen.
De heer Martin verstaat, als ervaren docent,
de kunst, zijn wetenschap, waar noodig, ook
op „gemeinverstandliche" wijs voor te dragen.
Wie zijn dissertatie over Dou, zijn samen
met G. H. Marius geschreven boek over Bos
boom, zijn Alt-Hollandische Malerei kent,
waardeert dat. Men kan dus van een aange-
namen en betrouwbaren gids verzekerd zijn.
Zien wij thans hoe dit nieuwe werk door
schrijver en uitgever geprojecteerd werd. On
ze zeventiende eeuwsche kunst zal in twee ge
lijkvormige boeken behandeld worden: men
scheidt van elkaar die van vóór en die van
na Rembrandt. De eerste wordt gegroepeerd
rondom Frans Hals, de tweede rondom Rem
brandt. Van het eerste boek is de tekst gereed;
het tweede is in bewerking. Het eerste is in
twee onderaf deelingen verdeeld: onze zeven
tiende eeuwsche schilderkunst in het alge
meen en ten tweede: de opkomst van Frans
Hals en zijn kring.
Chronologisch gaat die splitsing natuurlijk
niet op daar, na 1640 ongeveer, de groep
Rembrandt en de groep Hals gelijktijdig aan
den arbeid zijn, maar die indeeling is. blijkbaar
voor de overzichtelijkheid gekozen. De wijze
waarop voor het begin van het boek van ieder
hoofdstuk een résumé gegeven wordt, doet
denken aan die beknopte samenvattingen die
op onze volksuniversiteiten gebruikelijk zijn;
ze zullen ongetwijfeld het telkens naslaan van
Martin's werk vergemakkelijken en vereen
voudigen.
Ten slotte wil ik den lezer een staal geven
van den trant, doceerend causeerend, waarin
Prof. Martin schrijft; trant, die naar het ons
voorkomt voor een werk als dit, voortreffelijk
is. Wij kiezen daarvoor het begin der Alge
meene Karakteristiek:
„De eerste eigenschap der nationale Hol
landsche schilderkunst," die een buitenlander
u zal noemen, is dat zij burgerlijk is. Met
dit adjectief meent men de schilderkunst van
het land van Rembrandt nog steeds bovenal
te moeten bestempelen. Niet alleen omdat zij
burgerlijk is in tegenstelling tot kerkelijk en
hoofsch, maar ook omdat men haar burger
lijk vindt in de beteekenis van ongedistin
geerd. Ook indien men het juist opvat duidt
dit woord slechts op één harer eigenschappen,
maar deze is niet de voornaamste. De beste
hoedanigheden onzer schilderkunst zijn haar
adel en menschelijkheid, haar vrije en on
afhankelijke geest, haar nieuwheid als ver
schijnsel en als gezonde, op realistisehen
grondslag gevestigde reactie tegen den zwier
van den barok, haar schilderachtige gevoelig
heid en haar technische volmaaktheid. „Laat
ons desniettemin met het „burgerlijke" begin
nen. Wij onderschrijven die eigenschap als te
genstelling tot die van eèn kunst, die de kerk
of de vorsten naar de oogen ziet. Van dit
Sierïeeltcéntrale stelt Hoornen
ter beschikking.
Om vernietiging te voorkomen.
In het afgeloopen jaar heeft de Neder-
landsche sierteeltcentrale ten behoeve van
verschillende gemeenten en instellingen eeri
groot aantal planten en 'hoornen beschikbaar
gesteld voor beplanting van wegen, plant
soenen enz.
Blijkens een mededeeling in het Weekblad
voor gemeentebelangen heeft de sierteelt
centrale thans aan de Vereeniging' van N'e-
derlandsche gemeenten medegedeeld, dat hot
in het voornemen ligt om zulks in het komen
de seizoen wederom te doen. De regeering
heeft n.l. aan de centrale gelden beschikbaar
gesteld om bij wijze van steunmaatregel, van
de kweekerijen eerste kwaliteit hoornen,
heesters, enz. op te koopeh, Hierdoor heeft
de centrale de beschikking over honderd
duizenden boomen en planten van alle mog-
lijke typen en soorten, die een nuttige be
stemming moeten krijgen, teneinde een onge-
wenschte vernietiging te voorkomen.
Voor de beschikbaarstelling van deze
boomen en planten komen in aanmerking:
provinciale terreinen, waterschappen, ge
meenten waarin vestingwallen, wegen, ont
spanningsterreinen en dergelijke gelegen zijn
en die met het oog op de kosten onbeplant
zijn gebleven of zullen blijven, doch waarvan
de beplanting door de bevolking ten zeerste
op prijs zou worden gesteld; verder stichtin
gen van openbaar nut, die eveneens een nor
male beplanting niet kunnen bekostigen. De
centrale vestigt er verder in het bijzonder
de aandacht op, dat als beplantingsobject
alleen in aanmerking zullen mogen komen
die beplantingen, welke zonder de faciliteiten
welke de centrale ten opzichte van het mate
riaal verleent, niet tot stand zouden komen,
en. verder, dat deze faciliteiten niet in eenig
opzicht den vrijen handel concurrentie zullen
mogen aandoen. De beschikbaarstelling moet
dus betreffen de uitvoering van bijzonder
werk, dat geen verband houdt met de ge
wone instandhouding van bestaande objec
ten.
De sierteeltcentrale zou voor het komende
seizoen binnenkort een overzicht willen gaan
samenstellen van die terreinen en wegen in
ons land, waarop beplantingen met boven
bedoelde planten en boomen mogelijk zouden
zijn. In verband hiermede zullen de gemeen
ten, publiekrechtelijke organisaties, als ook
vereenigingen, stichtingen, enz. die voor de
verstrekking van planten en boomen in aan
merking wenschen te komen, zich zoo spoedig
mogelijk in verbinding moeten stellen met
het bureau der Nederlandsche sierteêltcen-
trale te 's Gravenhage.
De doodslag te Zoeterwoude.
In hooger beroep bevestiging van de
vonnissen geëischt.
In hooger beroep hebben Woensdag voor
het Gerechtshof in den Haag terecht gestaan
een 57-jarig los werkman en zijn 26-jarige
zoon, een fabrieksarbeider, uit Zoeterwoude,
die op 25 April j.l. door de rechtbank te 's-Gra-
venhage waren veroordeeld, de vader tot twee
jaar, wegens zware mishandeling, de zoon,
wegens doodslag, tot vijf jaar gevangenisstraf.
De verdachten hebben, volgens de oorspron
kelijke dagvaarding, in den avond van 27
Januari 1935 te Zoeterwoude tezamen en in
vereeniging, althans ieder voor zich, Johan
nes van Polanen, opzettelijk gewelddadig ge
slagen, gestoken en gesneden, tengevolge
waarvan deze kort daarop is overleden.
De officier van juistitie, die tegen beide ver
dachten een hoogei'e straf had geëischt, was
evenals zij, in hooger beroep gekomen.
De advocaat-generaal, mr. J. A. de Visser
had negen getuigen gedagvaard terwijl van de
zijde der verdediging dr. J. P. Hulst, uit Lei
den, als deskundige a décharge werd gehoord.
Na uitvoerig getuigenverhoor eischte de
advocaat-generaal bevestiging van het boven
genoemde vonnis der rechtbank
laatste waren onze groote meesters afkeerig
en aldus bezien is hun kunst, in tegenstelling
b.v. tot die van Rubens en Van Dyck, in hooge
mate burgerlijk, in den zin van democratisch.
Het is een volkskunst, uit de bevolking ge
sproten en daarvoor bedoeld. Zij ontstaat
grootendeels uit haar midden, .steunt op haar
en ontleent er haar kracht aan. Zij is ook,
naar den schijn, burgerlijk in zooverre als de
typen, die onze portret en figuurschilders aan
het dagelijksch leven ontleenen, grootendeels
tot die burgermaatschappij behooren. Edel
lieden en vorsten, waren in het Hollandsche
leven der zeventiende eeuw een zeldzaamheid.
Naast het stadhouderlijk hof voerden de re
genten en kooplieden den boventoon en dezen
konden zich, al deden zij daarvoor ook op den
duur nog zoo hun best, de allure der ware
vorsten en edellieden niet eigen maken. „Geen
woncler dat de vreèmdeling, die in onze kunst
de uiterlijke charme mist zoowel van de met
geflatteerde gracie afgebeelde internationale
noblesse als van de natuurlijke grandezza, die
hij bewondert in Titiaan en Tintoretto, in
Rubens en Van Dyck, in Velasquez en Goya,
in Gainsborough en Reynolds, deze uiterlijke
burgerlijkheid der" afgebeeldeii houdt voor een
innerlijke eigenschap der afbeelders.
„Burgerlijk het zij zoo! Maar dan in de
zen zin, dat onze schilderkunst bovenal de
spiegel is van die allerbeste eigenschappen on
zer burgerij: stoer doch goedhartig; gemoe
delijk en huiselijk; niet weidseh, maar ingeto
gen; in den uiterlijkeh vorm soms bot of te
rughoudend, maar in waarheid scherp en vol
geest; in eigen kring opgewekt en openhartig,
ja ronduit en, zij het vaak op platte wijze, de
dingen bij hun naam noemend. Niet devoot,
maar gehoorzamend aan een streng geloof en
een krachtige moraal. Gezond en van alle
exaltatie te eenerimale gespeend".
Ik geloof dat wij het hiermee voorloopig wel
doen kunnen. Van wat dan wèl ookmaar
van anti-nationale gezindheid zal men den
Leidschen prof. niet kunnen verdenken. Zoo
iemand moet enthousiast over onze gouden
eeuw schrijven.
Onnoodig nog te zeggen dat ook het il
lustratiemateriaal ruim en goed verzorgd
werd. Bij voorkeur gekozen uit openbare col
lecties waardoor het lezen tot gaan-kijken
kan opwekken. Wij hopen als het zoover is
op Hals en zijn kring terug te komen, en
vertellen dan daaruit nog iets verder,
J. H. DE BOIS
DONDERDAG 22 AUG, '1935
Steun aan erkende vlastelers.
Tot s 15— per H.A.
De minister van Economische Zaken heeft
bepaald, dat uit het Landbouwcrisisfonds ten
behoeve van de erkende vlastelers steun zal
worden verleend over de opbrengst van ten
hoogste 10.000 H.A. met vlas beteelde opper
vlakte, met dien verstande, dat, a.: in den
vorm van een teeltpremie, uit te keeren aan
deze telers, in totaal geen hooger bedrag aan
steun zal worden uitgekeex-d. dan overeen
komt met een bedrag van f 150.per H.a.,
berekend over de totaal met vlas bebouwde
oppervlakte; b. in den vorm van een bewer
kingspremie. uit te keeren aan de erkende
vlassers in totaal geen hooger bedrag aan
steun zal worden uitgekeerd, dan overeen
komt met f 75.per H.A., berekend over de
totaal met vlas bebouwde oppervlakte, voor
zoover de opbrengst daarvan in Nederland
tot vlaslint wordt bewerkt.
TERAARDEBESTELLING
JOH. C. HERBSCHLEB.
Onder groote belangstelling had Woensdag
middag op de Nieuwe Oosterbegraafplaats
te Amsterdam, de teraardebestelling plaats
van het stoffelijk overschot van Joh. c.
Herbschleb, in leven oud-concertmeester van
het Concertgebouw-orkest. Onder de aan
wezigen merkten wij op den heer M. Bois-
sevain, bestuurslid van het Concertgebouw,
mevrouw H. van Dam van IJsselt, referen
daris van Kunstzaken, den heer Axiton Tierie,
den dirigent Alph. Vrankexi. een deputatie
van Toonkunst, vele leden vaxi het Concert
gebouw Orkest en andere musici-
TWEEHONDERD GULDEN UIT DEN TREIN
VERLOREN.
En toch nog teruggevonden.
Een reiziger, die dezer dagen met den snel
trein van Groningen naar Meppel reisde,
heeft daarbij eexi onaangename ervaring ge
had, welke voor hem echter nog goed is af
geloopen, meldt het N.v h. N.
Te Meppel moest hij aangifte doen van
het feit, dat hij twee bankbiljetten van f 100
had verloren. Bij navraag bleek de grootste
kans te bestaan, dat dit gebeurd was tijdens
zijn bezoek aan de W.C., ongeveer ter hoogte
van het station Koekange.
Natuurlijk werd Koekange gewaax'schuwd,
ook al leek de kans heel klein, dat het ver
lorene zou worden teruggevonden. Toch ging
men aan het zoeken, waarbij het ongeloofe-
lijke gebeurde. Het personeel vond in de xxa-
bijheid van het station de vermiste biljetten
terug.
De moord op gezaghebber
Van Dorsten.
Verdachte ter dood veroordeeld.
AMBOINA, 21 Augustus. (Aneta). Van-
morgen werd voor den Landraad behan
deld de zaak tegen Martosindjojo, dexi moor
denaar van dexi gezaghebber van Dorsten en
diens oppa'ssex- "Ruhupessi. De Landraad stond
onder voorzitterschap van mr. dr. Damen. Er -
werden twaalf getuigen gehoord, onder wié-'
één bestuui'sassistent, twee regenten, één
schrijver, vijf agenten van de veldpolitie en
de betrokken commandant van de veldpolitie,
benevens de overste-dokter.
Van de zijde van het publiek was zeer
groote belangstelling. De beklaagde werd ver
oordeeld tot den doodstraf.
Gaat Baldwin naar Genève?
Vraagstukken voor den komenden
kabinetsraad.
LONDEN, 21 Aug. MacDonald, die gister
avond uit Schotland is vertrokken, werd van
ochtend om 7,25 uur te Londen verwacht.
Baldwin is gisteravond om negen uur uit Aix
les Bains vertrokken en wordt vanmiddag te
Londen verwacht. Vóór ziin vertrek heeft
Baldwin zich te Aix les Bains gedurende
bijna vier uur onderhouden met den perma
nenten ondersecretaris van huitenlandsche
zaken Sir Robert Vancittart.
Wat de kwestie van het bijeenroepen van
het kabinet in extra-zitting betreft gelooft
men in politieke kringen te Londen, dat een
dergelijke stap niet gedaan zal worden voor
het einde van de September bijeenkomst van
den Volkenbondsraad. Six- Austen Chamber
lain exi de Australische hooge commissaris
Bruce hebben gistex-en bij hun bezoek aan
het Foreign Office langdurige besprekingen
gevoerd met Eden, die hun mededeelingen
deed over zijn besprekingen te Parijs en
den algemeenen toestand. Bruce is vertegen-
woordiger van Australië in den Volkenbonds
raad exi zal in de Januari-bijeenkomst voor
zitter van derx Raad worden.
Volge.ns de „Daily Telegraph" zal Donder
dag in de extrazitting van het kabinet onder
1 meer de vraag worden besproken of Baldwin
persoonlijk zal deelnemen aan de zitting van
den Volkenbondsraad, hetgeen hij tot nu toe
nimmer heeft gedaan. Waarsehijrxlijk zal de
beslissing op dit punt afhangen van de om
standigheid of Laval naar Genève zal gaan.
LONDEN 21 Augustus. (Havas). De Brit-
sche ministers Eden en Hoax-e hebben in hun
onderhoud van heden het rapport over het
ItaliaanschAbessynische conflict opgesteld,
dat zij Donderdag op de kabinetszitting zul-
len indienen.
De vooimaamste taak van het kabixiet zal.
volgens Havas niet zoozeer zijn, de mogelijk
heid van een vriendschappelijke regeling van
het conflict te bespreken, dan wel de ge
dragslijn op de Raadszitting vaxi 4 September
vast te stellen. Men heeft den indruk; dat
Engeland zich weliswaar strict aan het Vol
kenbondspact wil blijven houden, doch niet
geheel alleen wil handelen.
Ernstigste toestand sinds 19147'.
MacDonald is vanochtend te Londexi aange
komen voor de zitting vaxi het kabinet, die
morgen zal worden gehouden. Hij verklaarde
den toestand ernstig te achten en zeide, dat
men thans het hoofd moet bieden aan den
ornstigsten toestand sedert 1914 Baldwin is
vanmorgen om zes uur uit Aix les Bains te
Parijs aangekomen en tegen half negen peE
trein via Calais doorgereisd naar Londen