BESTE VRIENDINNETJES EN VRIENDJES. De vacanties zijn geëindigd. Van vele ru- briekertjes ontving ik dit keer een briefje, ter wijl anderen mij medegedeeld hebben a.s. week weer met hun nieuws present te zijn. Hoe meer briefjes ik ontvang, hoe prettiger ik het vind. Ik steek nu maar spoedig van wal met m'n vriend Tom Mix. Beste TOM MIX. Vriend wat heb ik in lang niets van je gehoord. Maar je hebt ook echt genoten en bent veel uitgeweest Was je bramenoogst nogal bevredigend? Het is op de U. L. O. wel anders dan op de gewone school en de vakken zijn grooter in aantal. Maar als je je best doet, zal je wel mee kunnen. De fon tein bij de regenput berustte op de wet der communiseerende vaten. De wet luidt: In communiceerende vaten. De wet luidt: In tot dez-elfde hoogte op. Wil je er meer van we ten, stel dan vragen in je brief. Dag Tom Mix. Lief ZONNESTRAALTJE. Gefeliciteerd met je overgang. Je hebt een zeer goed rap port. 'k Zou maar niet te hard lachen om de gemakkelijke sommen en taallessen in de 6e klas. Als de nieuwelingen wat gewend zijn aan het werk, zullen de opgaven wellicht moeilijker worden. Wat een schitterende tee- kening prijkt er onder je brief. Hoe maakt je kleine broer het, begint hij al te staan? Dag Zonnestraaltje. Lief KEUKENPRINSESJE. L.l. Maandag heb ik je heusch niet gezien, 'k Was zeker tè veel in actie met m'n speldjes. Op het terrein, waar jullie speelden, ben ik ook geweest. Het is wel jammer dat je geen prijs gewonnen hebt, maar dat is met wedstrijdspelen zoo. Als er voor alleen een prijs zou zijn, zou de echte strijd zeer verflauwen. Je hebt in ieder geval eenige prettige uren gehad en dat is ook wel iets waard Dag Keukenprinsesje. Lief ASTERTJE Prettig, dat je een prijs gewonnen hebt. Vertel je me eens precies hoe die erwten en boonenzoekerij gaat? Derge lijke spelen komen mij altijd goed te pas. Ge zellig dat je moeder en broertje het feest kon den bijwonen. Dag Astertje. Lief EOSCHVIOOLTJE. Neen, ik ben niet naar het vuurwerk gaan kijken, 'k Was wat vermoeid en voelde er niets voor om een uur of langer op hetzelfde plaatsje te moeten staan. Je bent anders laat naar bed gegaan en mag de tekort gekomen slaapuren wel probeeren in te halen. In je album heb ik nog niét geschreven maar hoop het a.s. week te doen. Dag Bosch viooltje Best GOUDBLONDJE. Prettig dat je me weer geschreven hebt. Dinsdag ben je dus weer naar school gegaan. Jammer dat je bent blijven zitten, hoewel ik het wel dacht. Je had beter eerst de 7e klas kunnen doorloo- pen en daarna naar de U. L. O. gaan. Je was dan beter voorbereid geweest. Maar het is nu niet anders. Nu maar getracht bij te blijven, zoodat je het volgende jaar overgaat. De ver andering van een 3- in een 4-jarigen cursus zal ook voor de meeste leerlingen zeer welkom zijn. Die kleine zus wordt zoo langzamerhand een groote zus. Hoe oud is ze al? Dag Goud blondje. Lief ROZA FLUWEELTJE. Zou jij wel altijd vacantie willen hebben? Dat meen je niet en bovendien zou het niet goed zijn ook. Niets is beter dan een geregeld leven. Je rap port vind ik goed en hoop voor je, dat het je lukt steeds goede cijfers te houden. Je zus zal het .volgend jaar ook wel een goed rapport hebben. Ze is, jammer genoeg, te vroeg naar de U. L. O. gegaan. Dag Roza Fluweeltje Beste ZUS Nog wel gefeliciteerd met je vader. Ja. ik heb ook een prettige vacantie gehad. Als je met je boekomslag niet verder kunt, moet je maar even bij me komen. Je probeert maar of ik thuis ben De tweede prijs zal wel geen dineetje geweest zijn, maar een dejeuneetje. Een dineetje is een middagmaal, soms een feestelijk middagmaal en een de jeuneetje bestaat uit een ontbijtbordje kopje en schoteltje. Wat was nu de tweede prijs: een dineetje of een dejeuneetje? Dag Zus. Lief KRULLENKOPJE. De bloempjesver- koop had veel beter kunnen zijn en zou ook beter geweest ziin, als het weer had medege werkt. Het comité „Schoolvoeding" heeft ech ter nog meer pijJen op de boog. zoodat het geld dat a.s. winter noodig is, wel bijeen zal komen. Daar twijfel ik geen oogenblik aan Je hebt maar weer een fijn feest gehad. Je grootouders hebben je ook weer een beetje verwend. De pretjes kunnen niet op. Dag Krullenkopje. Beste BEP. Ik dank je voor je teekening. Heb je ook op school feest gehad? 'k Denk van wel. Hoor ik er eens iets van. Grappig dat je Maandag in eens op me kwam afstormen. Je zag me vlug zeg. Krijg ik nog meer teeke- ningen? Prettig zeg. Dag Bep Lief VUURVLINDERTJE. Heeft Alie een zusje gekregen? Daar weet ik niets van. Ze zal er wel blij mede zijn. Altijd kind alleen te zijn, lijkt me heusch niet pleizierlg. 'k Begrijp dat je weer een trouw vriendinnetje en clublid wordt. Of ik het vreemd vind dat de vacantie af geloop-en is? Neen hoor. 'k Was direct weer in m'n werk en vind het prettig weer gere geld aan het werk te zijn. Dag Vuurvlindertje. Lief FILMSTERRETJE. Prettig dat je me weer geregeld gaat schrijven. Je bent dus nu Huishoudschoolleerling? Maar flink je best doen hoor. Studeeren voor een meisje is prachtig maar daarnaast moet zij de huis houdelijke bezigheden goed leeren. Die ken nis en handigheid komt altijd te pas. Per soonlijk vind ik het altijd zeer onnoozel wan neer een volwassen meisje niets van de huis houding kent, ondanks ze op ander terrein zeer geleerd is. Je moet er echter voor zor gen dat je je schrift niet gaat verwaarloo- zen. Je hebt een keurig handschrift en het zou jammer zijn als het minder wordt. Je laatste brief is veel slechter geschreven dan je vo rige brieven. Dit is geen aanmerking, maar een wenk. Dag Filmsterretje. Beste DEUGNIET. Neen vriend, het schrijf verzuim neem ik je niet kwalijk. Bo vendien heb ik schrijfvacantie gegeven. Je hebt dus fijn genoten en bent nog uit de plaats geweest ook? Jongen, dat vind ik prettig. Na tuurlijk word je me nu weer trouw. Dag Deugniet. Beste JENNIE. Ik dank je voor je briefje. Dat je 14 jaar bent is nog geen reden om de rubriek te verlaten. Mocht je in je a.s. be-> trekking op de uren waarop club gehouden wordt vrij zijn, dan ben je hartelijk welkom. Je ziet dus maar. Dag Jennie. Beste ROBBEDOES. Prettig dat je naai de groote school bent gegaan. Natuurlijk vind ik je groot. Je juffrouw ken ik heel goed. Fijn hè, zoo'n echte lieve juffrouw te hebben. Het leeren gaat dan veel prettiger. Ik ben blij dat je. ook weer op de club komt. Je zult het druk krijgen a.s. winter. School, club, turnen. Nu haal jij voortaan Klaas uit de fröbel school? Dat is fijn voor je moeder. Ze behoeft dus niet meer steeds heen en weer naar school te gaan. Pas rnaar goed op je broer hoor. Dj groeten aan je ouders. Dag Robbedoes. Lief BRUINTJE. Jij hebt met Koninginne- feest dus fijn genoten, 'k Kan begrijpen dat je in de draaimolen nog niet op een paard durfde. Die mooie muts en oranjestrik heb ik gezien, weet je wel. Op de Kennemerlaan was ik en toen mocht jij en je broer een bloempje bij me koopen. Misschien kom ik volgende week even aanwippen. Dag Bruintje. RAADSEL. Wanneer 19 oplossingen binnenkomen wordt 1 prijs, boven de 9 oplossingen worden 2 prijzen beschikbaar gesteld. Van boven naar beneden en van links naar rechts ben ik een bewaarplaats van inkt. ZATERDAG 7 SEPT. 1935 DE MAN, DIE NIETS DOEN WILDE. Er was eens een schoenmaker, die zoo lui was, dat iedereen hem aanhaalde als voor beeld van den grootsten luiaard.Den heelen dag deed hij niets anders dan gapen en zich uit rekken en als het avond was, verzuimde hij nooit te zeggen, na eenige klappen met den hamer op een paar zolen gegeven te hebben „Wat is dat toch vreemd. Nu heb ik den heelen dag gewerkt en ik heb toch bijna niets gedaan. Zoo zal ik nooit goed mijn brood ver dienen. Oh, ik wou, dat ik niets behoefde te doen Dit zinnetje van den schoenmaker kende iedereen uit zijn hoofd. De schoenmaker had klinker meisjesnaam dient 0111 uit te drinken armoedige, kleine woningen het gevraagde woord meisjesnaam verzorgt pasgeboren kinderen lidwoord medeklinker Meisjes en jongens doet allen je best en tracht de oplossing te vinden. Veel groeten van MEJ. E. VIJLBRTFF. EEN POPPENWAGEN VOOR ZUS. Hier volgt de beschrijving, hoe je een pop penwagen kunt maken, iets, waarmee jullie je zusje-een groot plezier kunt doen. Hiervoor zaag je van triplex allereerst de twee pootjes, waarvan je op de teekening bij A den vorm ziet. Het hout, dat je gebruikt, moet ongeveer 1 c.M. dik zijn. Daarna maak je de twee voorpootjes, zooals je die bij B ziet, Nu maak je in de achterdeelen op vier plaatsen een klein gaatje, zie F en H. en in de voorpooten maak je een gat, H. Bij H worden de beide deelen aan elkaar geschroefd, op de manier, zooals je op de tee kening duidelijk kunt zien. Het gaatje bij F dient om een handvat aan te bevestigen en tusschen de andere gaatjes wordt van een lapje cretonne het ruggesteuntje voor de pop gemaakt. Zaag dan het zitbankje uit, op de manier, zooals op de teekening bij C en D aangegeven is. Als alle onderdeelen tenslotte klaar zijn, begint het inelkaar zetten. Dat gaat heel ge makkelijk met een paar schroefjes en spij kertjes. De teekening is duidelijk, zoodat jullie goed kunt zien, op welke manier dat gebeuren moet. Ik zou jullie ook aanraden, om aan den voorkant nog een klein latje te bevestigen, zoodat de pop, wanneer zus haar er ingezet heeft, er niet uit kan vallen. Als dat allemaal gebeurd is, ga je met een vijl de zijkanten en ook de breede kanten, met schuurpapier, mooi glad maken. De zijkan ten maak je glad, opdat zus geen splinters in haar handen krijgt en haar kousen en kleeren niet openhaalt en de breede kanten, opdat de verf straks goed zal houden. Hieruit kun je opmaken, dat het in de be doeling ligt, het karretje te schilderen. Dat doe je met een frisch kleurtje. Als alles goed droog is, geef je het wagentje tenslotte aan je zus en je zult zien, hoe die er mee in haar schik zal zijn. OOM KEES. zelfs buren, die, niet in het bezit van een klok, zich aan tafel zetten om hun avond boterham te eten, als de schoenmaker dat zinnetje uitsprak; want dan was het precies 8 uur. Op een avond was hij weer aan het klagen en kermen over het- werk, toen een onbekende zijn winkel open deed en binnentrad. Hij was gekleed in een prachtig rood costuum en zijn vreemd gevormde oogen schitterden den schoenmaker tegen. „Goedenavond, meester schoenmaker," zei hij. „Ik hoorde U spreken en ik dacht zoo, dat iemand, die zoo sprak al zeer ijverig moest zijn." De schoenmaker, verbaasd en verlegen, keek hem met verwonderde oogen aan 'en zei niets. Hij was bang. Die vreemdeling, die hem op zoo'n eigenaardige wijze aankeek, scheen macht over hem uit te oefenen en hij voelde zich machteloos tegenover hem. „Dus," hernam de vreemdeling op drogen toon, „je bent nog altijd geneigd niets te doen?" Wanhopig hief de schoenmaker beide armen omhoog. Wat beteekende dat alles? Maar hij vond toch nog de kracht te zeggen: „Ja heer. Als ik me kon veroorloven heele- maal niets te doen, zou dat voor mij het groot ste geluk be teekenen." „Denk je wel na bij wat je zegt?" „Ja.... zeker!" „In dat geval, luister! Ik heb veel over je hooren spreken en ik stelde belang in je lot, dat ik graag verzachten wil. Als je werkelijk wilt, zal ik je een middel geven, om je wensch te verwezenlijken." „Hoe dan?" „Voor ik je antwoord nog eerst één vraag: wil je absoluut niets meer doen? Nooit „Ja, ja," riep de schoenmaker geestdriftig. ziekenwagentje gezet en de dienaren reden hem naar de eetzaal. De eerste, die onze schoenmaker daar zag. was de toovenaar van den vorigen avond, die nog steeds in zijn roode costuum bezig was een smakelijk ontbijt op te peuzelen. Goeden morgen," zei hij vroolijk, toen hij den onbe weeglij ken schoenmaker zag. „Ik verwachtte je. Zie je, dat je wensch verwe zenlijkt is. Je hoeft niets te doen, je kunt niets doen, niet eens een beweging maken.-1 De dienaren reden de stoel voot de tafel en de schoenmaker wilde aanstalten maken om aan het heerlijke ontbijt te beginnen, dat voor hem stond; maar.... het ging niet. „Ik heb honger," kreunde hij. Dadelijk kwam er een dienaar naar hem toe, deed zonder iets te zeggen den mond van den schoenmaker open en begon er voedsel in te stoppen, zonder hem den tijd te laten om behoorlijk te kauwen en door te slikken. Bo vendien gooide hij hem nog een glas te hpete melk in zijn mond, zoodat de schoenmaker bijna stikte van woede. „Genoeg," schreeuwde hij tusschen twee happen. Genoeg zeg ik je i" De toovenaar lachte, dat het schaterde bij het aanschouwen van dit belachelijke tafereel. „Ik heb geen honger meer," zei de schoen maker, die zich al niets prettig meer voelde „Ik wil opstaan, wandelen." „Onmogelijk," onderbx-ak de toovenaar hem. „Loopen is arbeid. Jij moet in je ziekenstoel blijven en men zal je brengen, waarheen je wilt." „Ik wil een boek hebben," snikte de onge lukkige schoenmaker, „ik wil lezen". Op een teeken van den toovenaar kwam een bediende met eeix boek, ging naast den schoen maker zitten en voor deze den tijd had iets te zeggen, begon hij op een eentonige dreun te lezen. ,Ik wil zelf lezen. Wat beteekent deze co- medie?" kreet de schoenmaker verontwaar digd, terwijl hij alle mogelijke moeite deed om zijn hand naar het boek uit te strekken. „Onmogelijk, lezen is werken," verklaarde de toovenaar tusschen twee lachbuien door. Dat was een verschrikkelijken toestand. Groote tranen liepen over de wangen van den schoenmaker, die ingezien had, dat dit een droevig bestaan was. „Wat is dat nu?" vroeg de toovenaar. „Ben je niet gelukkig? Je hoeft absoluut niets te doen en je hoeft je nergens bezorgd over te maken. Anderen werken voor jou, je behoeft niet eens een gebaar te maken en je krijgt alles wat je noodig hebt Terwijl de toovenaar sprak, was een bediende genaderd, die zich over den schoenmaker boog en met een fijn linnen zakdoek probeerde zijn oogen af te drogen. Deze werd woedend. „Laat me met rust," schreeuwde hij. „Ik heb niemand noodig." De bedienden verlieten het vertrek. De too venaar bewoog zich niet. Hij was plotseling ernstig geworden en sloeg oplettend den schoenmaker gade, alsof hij in zijn diepste ge dachten wilde lezen. Toen - begon hij weer te spreken ,Wat denk je van mijn proefneming, vriend?" vroeg hij. „Ik heb je het bestaan la ten ondervinden van een man, die absoluut niets doet. Geloof je nog altijd, dat dat een benijdenswaardig bestaan is? Ik veracht niet den man, die af en toe eens behoefte heeft om te rusten, maar wel den luiaard, die zijn geheele leven met nietsdoen wil doorbrengen. Probeer dus die luiheid kwijt te raken, die maakt dat je een heelen dag zit te gapen en je zult ondervinden, dat je dan gelukkig kan worden. Wil je terugkeeren naar je winkel?" .Graag," mompelde de schoenmaker. „Lie ver dat, dan hier deze martelingen te on dergaan." Hij ontwaakte achter - zijn werktafel. Het was al laat en zijn eten was koud geworden, maar in werkelijkheid dit keer. 's Avonds dacht hij lang na over zijn vreemde droom en den volgenden dag begon hij met lust en ijver te werken. Het resultaat liet niet op zich wachten, 's Avonds om 8 uur slaakte hij niet zijn gewone uitroep en de bu ren zonder klok, waren veel te laat met eten. Ze moesten zelfs een klok koopen, want de schoenmaker zei het nooit meer en hij werkte in het vervolg hard. Weldra was iedereen zijn spreekwoordelijk geworden luiheid vergeten. LAM. „Welnu, vanaf morgen kan dat gebeuren. Je zult zelf wel merken hoe!" „Maar heer, wie zijt gij?" „Wat doet het er toe? Noem me een too venaar, als je wilt. Maar als ik je droom ver vul, wat kan het jou dan verder schelen?" Toen hij dat gezegd had, verdween de vreemdeling als bij tooverslag en de schoen maker bleef verbaasd en verrukt achter. Alleen echter, vroeg hij zich af, of hij niet gedroomd had. Zijn middagmaal, dat al klaar stond, voor de toovenaar kwam, was onder- tusschen koud geworden en daarover ergerde de schoenmaker zich eigenlijk een beetje. Toch smaakten zijn koude vleesch en aard appelen hem heerlijk, toen hij dacht aan het vooruitzicht nooit meer iets behoeven te doen. Met een kloppend hart ging hij naar bed en het duurde lang, voor hij insliep. „Ik hoef nooit meer iets te doen," dacht hij, „ik zal rijk en vrij zijn." De slaap overmande hem echter en hij merkte niet, wat er om hem heen gebeurde Toen de schoenmaker den volgenden och- teiid wakker werd, zag hij met verbazing, dat hij in een groot bed lag met zachte zijden la kens en donzen dekens. De zonnestralen vielen door een geopend venster in een prachtige kamer. Hij wilde opstaan; maar daar slaagde hij niet in. Een onbekende macht verlamde zijn lichaam en vrees beving hem. „Help, help," schreeuwde hij. Dadelijk ging de deur open en drie diena ren in prachtige livrei traden binnen. Zon der een woord te spreken tilden ze den schoen maker uit bed, zetten h-erfi op een stoel, kleed den hem in prachtige kleeren en kamden zorg vuldig zijn haar. Toen werd hij in een soort DE KUIKENTJES. MET EEN BEETJE HANDIGHEID Er zijn verschillende dingen, waar je niet een beetje handigheid heel aardige voorweru jes om mee te spelen, of kunstjes mee uitte halen, van kan maken. Neem bijvoorbeeld eens een ei. Maak aan de boven- en onderkant een gaatje en laat het leeg loopen en dan even drogen aan den binnenkant. Gooi dan door het eene gaatje een paar stukjes was en eenige korreltjes lood Houd het ei dan een paar seconden boven de vlam van een kaars, zoodat d-e was smelt en om de korreltjes lood gaan vastzitten. Het ei heeft nu een evenwicht gekregen. Je hoeft nu verder niets anders te doen, dan een kurk, waarop je een gezicht hebt getee« kend boven op het ei te plaatsen en op de leege eierdop een paar armen te teekenen, op de manier, zooals op de teekening aangegeven staat. Als je het ei nu neerzet- kun je er net zoa veel tegen duwen of stooten, als je maar wilt het mannetje (want dat is het geworden) blijft in evenwicht. Niets kan hem daaruit brengen. Dat zul je wel zien, als je het pro beert. Binnenkort zijn de kastanjes weer rijp, dié prachtige, donkerroode vruchten, die verpakt zijn in die stekelige, groene omhulsels. Daar kun je met een beetje handigheid eveneens verschillende grappige dingen van maken. Vijf kleine kuikentjes, Die kwamen uit het ei, En Toosje, Rie en Gerrit, Die waren 0 zoo blij. Ze mochten ze verzorgen, En strooien rijst en graan. Ze moesten ze ook leeren In 't kippenhok te gaan Maar, als ze strakjes groot zijn, Dan tokkelen ze blij: Bedankt, Rie, Toos en Gerrit, Elk krijgt van ons een ei. W. B.—Z. Op een van de illustraties zie je een paar insecten. Het eene insect is een groote spin, waarvan het lichaam van twee kastanjes A B gemaakt is. De kop maak je met een speld op het lichaam vast. Voor de oogen prik je gaatjes en de lange pooten maak je van ijzerdraad. Het tweede insect mag je wel een bij noe men. Dat wordt uit drie kastanjes samenge steld (C, D en E). De laatste kastanje geef je met een mes den vorm, zooals op de teeke ning staat. Net zooals bij de spin worden de pooten van ijzerdraad vastgehouden in in snijdingen in de kastanjes. (F.) De vleugels van het Insect, die van vloei papier gemaakt worden, worden bevestigd in eenig insnijdingen in den rug van het in sect. (H.) Op de laatste teekening zie je in de eerste plaats een eend. De snavel van deze eend wordt gemaakt van hout (I) De speld waar mee je kop en romp aan elkaar verbindt, houdt ook de snavel vast. De pootjes zijn eveneens van hout. Tenslotte nog een vogel, weliswaar we geven het toe een heel fantastische, maar daarom niet minder leuk. Evenals bij de eend, is de snavel weer van hout gemaakt. (K) Twee lange spelden hou den de snavel aan den kop en de kop aan het lichaam vast. Een paar metalen haakjes doen dienst als pootjes. Ten slotte een lange veer, die de staart vormt. Een paar gaatjes stellen de oogen voor. Het spreekt vanzelf, dat je bij het maken van deze grappige voorwerpen, die je als mas cottes kunt weggeven, die kastanjes uitzoekt, waarvan de vorm zich het best leent voor het voor te stellen dier. Zoo bijvoorbeeld een min of meer langwerpige kastanje voor het lichaam, van de vogel, enz. Je ziet dat het aardige dingen zijn, die je op die manief kunt maken TANTE TINE.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1935 | | pagina 10