Het internationale recht moet zegevieren! KENNEMER THEATER Frans Halsmuseum. Haringreeders zijn niet tevreden. Een Hondenleven. Volkenbonden Vrede en het Abessynisch conflict. Croote bijeenkomst te Amsterdam. Onder voorzitterschap van prof. mr. V. H. Rutgers is Woensdagavond in de groote zaal van het Concertgebouw te Amsterdam dooi de Vereeniging voor Volkenbond en Vrede een openbare bijeenkomst gehouden, gewijd aan het onderwerp „De Volkenbond en het conflict AbessyniëItalië". De vergadering, waarin sprekers van verschillende richtin; het woord voerden, was tamelijk goed be zocht. Prof. mr. Rutgers sprak in zijn inleidend woord de hoop uit, dat de Volkenbond in derdaad maatregelen .zal nemen om te too- nen, dat zijn verdrag niet slechts een vodje papier is. Het gaat hier om het bestaan van den Volkenbond die er niet in is geslaagd het geschil te voorkomen. Van het nemen van sancties zal het aanzien van den Vol kenbond afhangen. Mr. Dr. G. v. d. Bcrgh. De eerste spreker van den avond is mr. dr. G. v. d. Bergh. Neutraal zijn in de kwes tie tusschen Italië en Abessynië beteekent medeplichtig zijn, aldus zeide spr. Nederland zal als lid van den Volkenbond zijn plicht doen; er zullen offers gebracht moeten wor den en wij zullen ze gaarne brengen. Neder land zal toonen, waarin ook een klein land groot kan zijn. (Applaus). Ademloos zijn we getuige van deze worste ling tusschen recht en macht; doch het ge weld zal door een hoogere macht tot- staan worden gebracht (applaus". De Volkenbond zal zijn bestaansrecht bewijzen; de mensch- heid heeft genoeg geleden. Al wat het leven waarde geeft, schijnt in gevaar, de hoogste goederen worden bespot en verguisd. Het is genoeg; de toekomst zal zijn aan het recht, aan Volkenbond en Vrede. (Applaus). Mr. G. A. Boon. Dan is het woord aan mr. G. A. Boon; spr. huldigt het doorzettingsvermogen van hen, die indertijd het toetreden van Nederland tot den Volkenbond hebben bepleit. In 1920 schalde de leuze „oorlog aan den oorlog" door Europa; thans 15 jaar later staan zelfs volkeren, die zelf den wereld oorlog hebben meegemaakt, klaar voor een nieuwen krijg. Wel heeft de Volkenbond herhaaldelijk gefaald, doch men diene de vele Europee- sche geschillen, die dank zij den Volkenbond vreedzaam zijn opgelost, niet te vergeten. Hoe zou Europa er uit gezien hebben zonder Volkenbond? Thans, in dit geschil, heeft de Volkenbond op 7 October recht gesproken en een volk schuldig verklaard. Een nieuw hoofdstuk in het leven van den Volkenbond is ingeluid. Het ware lafheid geweest, wanneer wij ons afzijdig hadden gehouden, het ware niet langer het land van Hugo de Groot geweest en nimmer-zouden -wij meer een beroep op den Bond kunnen doen. Tegenover rde oorlogspsychose, aldus ver volgt spr., dient gesteld te worden samen werking- en,begrijpen; zij dienen te volhar den in den strijd voor het recht voor alle volkeren. Jhr. Mr. Dr. D. J. de Geer meent, dat eerst de toekomst zal kunnen be- oordeelen hetgeen ln deze dagen geschiedt. Doch nu reeds kunnen we vaststellen, dat voor het eerst een oorlog los van alle anti pathie tegen een bepaald volk en los van overwegingen van eigen belang, door het in ternationale forum is veroordeeld als on rechtmatig. De samenwerking der volkeren treedt uit de belangensfeer in de rechts sfeer. Uitvoerig bespreekt Jhr. de Geer het nut tige werk van den Bond; vroeger waren de krachten van den Bond niet voldoende, doch deze antecedenten mogen niet steeds ge bruikt blijven om den Volkenbond te beoor- deelen en, dit zou de ondergang van het in stituut zijn. Ons groote belang bij den Bond is de verzekering van den vrede in de we reld. Gevoelens van haat tegen het land. dat inbreuk pleegt op de internationale rechts orde, dienen wij niet te koesteren, evenmin als de politieman of de dienaar van de justitie dit behoort te doen tegenover hem. die de binnenlandsche wetten schendt. Wij dienen slechts mede te doen aan de hand having van het recht tegenover onrecht. Mi litaire sancties dienen vermeden te worden; economische sancties moeten het onrecht tot staan brengen. De deuren tot onderhande ling dienen wagenwijd open te blijven; er is geen vijand te overwinnen, doch een rechtsorde te herstellen. Innig dankbaar moeten wij zijn aldus eindigde spr. dat wij getuige hebben -mogen zijn van de schrede voorwaarts, die de internationale rechtsorde deze dagen heeft gedaan. Ap plaus). Mr. Joekes. Na de pauze is het woord aan mr. A. M. Joekes, -die oprichting en taak van den Vol kenbond bespreekt. De verplichtingen, die de Bond oplegt, zijn geschonden door een Europeesch land. Een wonderlijke wijze ge bruikt Italië om beschaving 'te brengen: bommen en vuurwapenen worden er als sterkste argumenten bij gebruikt. Italië zelf heeft zich indertijd uitgesproken voor toela ting van Abessynië tot den Volkenbond, of schoon ook toen slavernij in dat land be stond. Italië heeft een beroep gedaan op de noodzakelijkheid van expansie, een beroep, - dat ook hier en daar in Nederland wordt aanvaard. Voor dezen tijd is dit echter geen voldoende argument tot het plegen van on recht en gebruiken van geweld; deze tijd kent andere -middelen en instellingen om aan rechtvaardige verlangens te voldoen. Het feit van een niet uitgelokten aanval staat onomstootelijk vast; het is voor de eer ste maal, dat een land door een statenor- ganisatie openlijk als aanvaller wordt ge brandmerkt. Het is thans aan den Bond het onrecht te beteugelen. Men dient echter in het oog te houden dat deze bond geen super staat is, maar een gemeenschappelijke orga nisatie, die geen dwingende voorschriften kan geven. Volkenbondspolitiek is vredespo litiek en economische sancties zijn hiertoe de aangewezen middelen. De verklaring van mi nister De Graeff, dat Nederland zijn ver plichtingen zal nakomen houdt geenszins in, dat Nederland bereid zou zijn den oorlog te verklaren. Wij zullen meedoen aan de eco nomische sancties; wetsontwerpen op dit gebied zijn in aantocht. Misschien zullen daarbij belangen van Nederlanders worden geschaad, doch deze offêrs dienen het recht - en zijn zeker minder groot dan in geval van oorlog. Indien in dit geval de Volkenbonds gemeenschap zou falen, zouden bittere ge voelens wortel schieten in de harten van millioenen inwoners van tropische landen. Laten wij in de moeilijke en ernstige uren met vastberadenheid bijdragen tot de in standhouding van het hoogste goed: het in ternationaal recht. (Applaus) Dr. R. Regout S. J. Als laatste spreker voerde dr. R. Regout S. J, het woord. Ook deze spreker releveerde de aanleiding tot de vorming van den Vol kenbond. een Bond, waarover veel kwaads is gezegd. Er is o.a. aangevoerd, dat de Bond te veel steunt op het Verdrag van Versailles en gevormd is om het veroverde te behou den. Alle bezwaren mogen voor een deel waar zijn de grondslagen van den Bond om macht te vervangen door recht, zijn vol komen juist. Paus Pius XI wees er eind Augustus op, dat aan den expansiedrang niet het recht mag worden ontleend om op gewelddadige wijze op te treden. Zelfverdediging is een recht, doch dat recht mag niet verder gaan dan tot beveiliging noodzakelijk is. Wij Nederlanders zijn voor de consequen ties van het lidmaatschap van den Volken bond geplaatst, consequenties, die misschien economische nadeelen zullen opleveren. Wij moeten onze afzijdigheid terzijde stellen om de ideëele waarde te steunen. Ons gezond verstand vraagt zich af, of wij niet de dupe worden van gestes van de groo te mogendheden, opgezet uit eigen belang. Spr. meent deze vraag ontkennend te mo gen beantwoorden. Voorzichtigheid is gebo den. maar samenwerking tevens. Heeft het Volkenbondsverdrag zijn kracht niet verloren doordat het in vroegere tijden niet is toe gepast? Integendeel meent spr., doch het is thans de hoogste tijd ernst te maken met de toepassing ervan. Trouwens Nederland heeft het pact onderteekend, en wij dienen het dus mee uit te voeren. Wij gevoelen vriendschap en hoogachting voor het Ita- liaansche volk, doch de maatregelen zijn noodzakelijk. Wij allen verlangen naar den vrede, mits deze is „rust in gerechtigheid". Herhaaldelijk werd ook deze spr. door ap plaus onderbroken. Prof. Rutgers sprak het slotwoord. (A.N.P.) BURGERLIJK ARMBESTUUR BENADEELD. Voor de Vierde Kamer der Arrondissements rechtbank te Amsterdam had zich Woensdag de ex-administrateur van het Burgerlijk Arm bestuur te Naarden M. de R. te verantwoor den, wegens verduistering van een bedrag van f 6300, gepleegd in de jaren 1931'35. De man legde direct een volledige beken tenis af. Het o.M. eischte zes maanden gevangenis straf. OUD-MINISTER VERSCHUUR NAAR INDIë. DEN HAAG, 16 October. Naar wij ver nemen vertrekt oud-minister T. J. Verschuur met den boottrein naar Genua, teneinde Za terdag met de „Johan de Witt" naar Indië scheep te gaan. Zooals reeds eerder werd ge meld vertrekt mr. Verschuur naar Indië in zijn hoedanigheid van cloor de regeering be noemd lid van den raad van beheer der Ne- derlandsch-Indische aardoliemaatschappij die o.a. de Djambi-terrelnen exploiteert en waarin het gouvernement en de Bataafsche petroleummaatschapplj ieder voor de helft aandeelhouder zijn, om zich ter plaatse op de hoogte te stellen van de werkzaamheden der maatschappij. De Duitsche Jodenwetten. Antwoord aan Mr. Boon. Regeering wacht rechterlijke beslissing af. In antwoord op de vragen van het Tweede- Kamerlid mr. G. A. Boon betreffende het sluiten van huwelijken hier te lande tusschen Duitsche en Nederlandsche persoden, in ver band met de nieuwe Jodenwetten in het Duit sche rijk, heeft de minister van Justitie, mede namens den minister van Buitenlandsche Za ken, o.m. het volgende medegedeeld. Zoolang de rechter nog niet heeft beslist ten aanzien van de werking hier te lande van het nieuwe Duitsche voorschrift verschil van meening over de beteekenis en de draagwijdte is alleszins mogelijk meent de minister de vraag, „of de regeering niet van oordeel is. dat een dergelijke discriminatie van bepaalde groepen onzer bevolking om een huwelijk aan te gaan op grond van het wetenschappelijk volkomen ongefundeerde begrip van al of niet ,ariër"-schap in flagranten strijd is met onze Nederlandsche tradities en begrippen", onbe antwoord te moeten laten. In verband hiermede moet ook de vraag, of de regeering niet van oordeel is, dat onver wijld het verdrag van 12 Juni 1902 behoort te worden opgezegd, op dit oogenblik onbeant woord blijven. Het opperen van de mogelijkheid van ge bruikmaking van de vrijheid, in art. 3 van het verdrag aan de onderteekenende partijen ge laten om bij de wet, geldende ter plaatse der huwelijksvoltrekking, niettegenstaande de ver bodsbepalingen der buitenlandsche wet het huwelijk van vreemdelingen toe te staan, be rust naar de meening van den minister op êen onjuiste duiding, als zoude het hier gel den een huweiijksbeletsel „uitsluitend gegrond op beweegredenen van godsdienstigen aard". Mr. Boon had voorts gevraagd of het juist was, dat de ambtenaar van den Burgerlijken Stand te Amsterdam aan een Duitscher en een Nederlandsche, van wie de eene van z.g. niet-arische afstamming was, op grond van de nieuwe Jodenwetten had aangezegd, dat hun voorgenomen huwelijk niet voltrokken kon worden, wanneer geen bewijs werd over gelegd, dat de Duitsche autoriteiten daar geen bezwaar tegen hadden. Hierop antwoordt de minister, dat een aan zegging, als ln de vraag bedoeld, niet heeft plaats gehad. Wel zijn betrokkenen door den ambtenaar van den Burgerlijken Stand tot een bespreking daags te voren ultgenoodigd. omdat bij dezen twijfel was gerezen omtrent de toelaatbaarheid der huwelijksvoltrekking. Een huwelijksbeletsel bleek hem daarbij niet aanwezig te zijn, waarna de voltrekking is ge schied. Nederlandsche Bank verlaagt het disconto. De Nederlandsche Bank heeft met ingang van heden haar tarieven over de geheele linie met 1 pet. verlaagd. Het wisseldisconto zal van af hed derhalve 5 procent bedragen, ter wijl het promesse-disconto, dc rente voor beleeningen op effecten, de rente voor beleeningen op gcederen en de rente voor voorschotten in rekening courant alsdan 5H pet. zullen bedra gen. Moeilijkheden in den Aals- meerschen Tuinbouw. Audiëntie zal bij den minister worden aangevraagd. In verband met de moeilijkheden in den Aalsmeerschen tuinbouw heeft thans een vergadering' plaats gehad, uitgeschreven door het bestuur van den Aalsmeerschen Tuin- bouwbond, waarbij tegenwoordig waren de regeerings-commissaris voor de groenten-, fruit, en sierteelt, het bestuur der gemeente Aalsmeer, alsmede de volledige besturen dei- bij genoemden Bond aangesloten vereenigin- gen en der standsorganisaties. Uit de besprekingen bleek, dat de regee rings-commissaris volledig bekend was met den noodtoestand van den Aalsmeerschen tuinbouw. Van deze zijde werd er op gewe zen, dat een eventueele steunverleenlng ech ter wel gepaard zou moeten gaan met een zekere teeltbeperking. Aan de besprekingen werd door .een groot aantal personen deel genomen. Gewezen werd o.m. op de groote bezwaren, welke aan een teeltbeperking ver bonden zijn. Voor een systeem van minimumprijzen met daarnaast een steunverleenlng aan het product werd door de vergadering het meest gevoeld. Een kleine commissie werd benoemd, be staande uit het dagelijksch bestuur van den Aalsmeerschen Tuinbouw Bond en de voor zitter der standsorganisaties, welke met be kwamen spoed plannen zal beramen volgens welke een steunverleenlng mogelijk zal zijn. Tegelijk met de indiening dezer plannen zal een audiëntie worden aangevraagd bij den Minister van Landbouw en Visscherij. (A.N.P.) VRIJDAG A.S. HAL ROACH (Adv. Ingez. Mcdj Expositie van Kunstwerken afgestaan voorhet Nieuwe Schouwtooneel". Donderdagmiddag wordt deze tentoonstel ling, die al in meerdere plaatsen van ons land laatstelijk in Utrecht gehouden is, in Haarlem geopend. Zij omvat geschon ken werken van honderd dertien Holland- sche schilders en schilderessen, afgestaan om verloot te worden ten bate van boven genoemd tooneelgezelschap dat voor de op brengst zijn requisietencollecte en coulissen hoopt te kunnen uitbreiden. Aan den oproep der inrichters, waarvan mevrouw Royaaxds-Sandberg de leidende kracht genoemd mag worden, is op de gulle wijze die men van kunstenaars kent, gehoor gegeven. De expositiezaal van het Frans Halsmu seum hangt vol aardige dingen van jonge ren, zoowei als van oudere schilders, die men gaarne voor zijn lot van een rijksdaalder zal vullen inruilen als men tot de gelukkigen behoort. Een groote geaquarelleerde penteekening van Prof. Wol ter, De kade van Veere" zal men gaarne zijn eigendom noemen, doch ook een werk van Coba Ritsema of Coba Surie, een mooie geaquarelleerd studietje van Ma- rius Bauer, een schilderijtje van Cees Bol ding te mogen meedragen lijkt aantrekke lijk. Bauer's weduwe, mevr. Jo Bauer Stumpff schonk een opmerkelijk fijn Cozanne-achtig fruitstilleven dat haar weer in de rij der Amsterdamsche schilderessen plaatst naast juffr. Van Rergteren Altena bijvoorbeeld, die hier ook vertegenwoordigd is. De bekendste Amsterdamsche modernen hebben, de een iets meer de ander iets minder belangrijks afgestaan. Van Jan Sluyters en Matthieu Wiegman, over Weijand, Filarski, van Rees Colnot heen, tot zelfs onze oud-landgenoot Conrad Klckert liet niemand zich onbetuigd, Van de Haarlemsche schilders noem ik zoo maar los weg: Kamp, Huysser, Boot, mevr. Giesbers, Schutte terwijl ik er allicht nog oversla. Ook in de graphische afdeeling in de vi trines zal men opmerkelijke en fraaie zaken tegen komen: prenten door Hofker trekken er de aandacht om hun technische vaardig heid waaraan echter een eigen persoonlijk heid misschien nog aan het groeien is. Men vindt bij zulke gelegenheden ook nog wel eens opmerkelijke noviteiten, zoo hier een werk van De Bruyn Ouboter van wien ik den laatsten tijd veel hoorde spreken, doch dien ik niet gaarne naar dit ééne specimen be- oordeelen zou. Een beteren indruk kreeg ik van het werk van mevr. Zoetmulder van Klaveren die een eenigszins conventioneel kinderkopje in pastel afstond, waarin echter coloristische fijnheden gemakkelijk te on derkennen zijn. Maar nu zouden wij op het terrein komen, waar wij vandaag bij voor keur omheen blijven loopen: critisch willen wij niet wezen, waar het een beminnelijk axioma blijft, gegeven paarden niet in den bek te staren. De opzet dat de ééne kunst de andere steunt is te sympathiek om niet de geheele manifestatie en bloc te accepteeren met de welwillendheid, die ze behoeft om een resultaat te bereiken. Maar genoeg heb ben wij reeds gezegd om te doen zien dat een kansje hier niet te versmaden is. J. H. DE BOIS. Over credietverleening aan d rijfnetvissch e rij. Onderhoud met den algemeenen secretaris der reedersvereeniging. Een verslaggever van het Algemeen Neder- landsch Persbureau in den Haag heeft den algemeenen secretaris der reedersvereenigin; voor de Nederlandsche havingvisscher'j, den heer Joh. A. Mulder, verzocht, zijn meening te zeggen over de beteekenis van de juist gepu bliceerde regeling voor de credietverleening voor de haringdrijfnetvisscherij 1935'36. De heer Mulder is zoo welwillend geweest, aan dit verzoek te voldoen, en heeft het volgende op gemerkt. De reedersvereeniging voor de Nederlandsche haring visscherij, waarbij zoo goed als alle reeders zijn aangesloten, had 1V2 millioen gulden crediet gevraagd voor het tijdelijk uit de markt nemen en opslaan van haring om te verhinderen, dat de prijs zich beneden een zeker minimum zou gaan bewegen. De regee ring heeft echter slechts de helft, f 750.000, beschikbaar gesteld. Intusschen zijn de moei lijkheden, waarmede het bedrijf met betrek king tot den export heeft te kampen, veel grooter dan vroeger. Dc aanvoerbeperking. De regeering, vervolgde de heer Mulder, heeft in het voorjaar goedgevonden, dat de aan- voerbeperking voor 1935 werd vastgesteld op 500.000 kantjes pekel- en steurharing. De reeders meenen nu, dat redelijkerwijs mag worden verwacht, dat de gezamenlijke reede- rijen in staat zullen worden gesteld, deze 500,000 kantjes tegen kostprijs aan te brengen, Met 500,000 kantjes lijden zij thans, met de prijzen, welke men maakt, gezien den wereld marktprijs, verlies. Als wij niet beperkt zijn in den aanvoer, zoo redeneeren de reeders, dan kunnen wij voor een lageren prijs producee- ren, omdat de hoogere prijs, welken wij bij be perking maken, niet compenseert, wat wij zouden ontvangen, als wij een grootere hoe veelheid tegen een iets lageren prijs zouden verkoopen. Een motorlogger mag nu gemid deld niet meer dan 2000 kantjes aanbrengen. Wanneer een schip gemiddeld deze hoeveel heid aan de markt brengt, is de minimumprijs, welke noodig is, opdat geen verlies geleden worde, bruto f 20.000. Dit houdt verband met het garantieloon voor de zeelieden. Welk stelsel van hulpverleening men ook kieze, het hoofdbestuur der reedersvereeni ging acht de gedachte onjuist, dat het voor de regeering te verwachten verlies zoo klein mogelijk zou moeten worden gehouden, omdat het bedrijf eigenlijk niet waard is om te wor den geholpen. Bij deze credietverleening, merkte de heer Mulder vervolgens op, Is een belangrijk ding, dat alleen eerste qualiteit haring in opslag wordt genomeif, w-at tot gevolg heeft, dat er veel zoogenaamde vrije haring komt, die tegen lagere prijzen wordt afgegeven en die de haring, welke in de visscherij centrale zal worden op genomen, een zware concurrentie zal aandoen, Licht hom- en kuitzieke haring, welke zeker evenals de allereerste qualiteit ten .minste vijf maanden-houdbaar is, had volgens de reeders ook voor opslag in aanmerking behooren te worden gebracht, evenals zulks vorige jaren het geval is geweest. Men moet hierbij in aanmerking nemen, dat de hulpverleening van- de regeering' aan het h-aringvisscïierijbedrijf haar zoo goed als niets heeft gekost. Er is. één". Jaar een verlies ge weest van f 2700, dat de visséh.erij centrale heeft overgenomen, maar anderzijds hebben de reeders nieit minder dan f 40.000 gestort als bijdrage voor de instandhouding van de vis scherij centrale. De heer Mulder stelde hierna in bet licht, dat de reeders een cred-iet hadden gevraagd van honderd percent van de in opslag gegeven haring, omdat zij met de bemanningen van de schepen ook tegen de voile honderd per cent moeten afrekenen. De .regeering echter heeft evenals vorige jaren gemeend, het per centage op 85 te moeten stellen. Hierbij doet het eigenaardig aan, dat tot dusver de reede- rijen nog steeds wachten op afrekening van het vorige jaar en dat zij nog geen cent heb ben ontvangen van de overblijvende vijftien percent, waarop zij krachtens een latere toe zegging van de regeering recht hebben. Het afzetgebied. De reeders wilden gaarne, dat onder deze omstandigheden de regeering in de eerste plaats zou willen medewerken tot verruiming van den export, daar zij Duitschland als afzet gebied grootendèels kwijt zijn, en dat de re geering in dergelijke gevallen (b.v. een belang rijken afzet naar Rusland) het verlies, dat op een desbetreffende partij wordt geleden, voor haar rekening zou nemen. De Engelschen hebben dezer dagen aan Sovjet-Rusland 50.000 vaten haring verkocht tegen een prijs van 26 shilling, wat in Hollandsch geld f 9,36 per vat is. Weliswaar beteekent voor Engeland 26 sh. meer, dan voor ons 26 X 36 cent, omdat de Engelschen al eenigszins aangepast zijn aan de gedeprecieerde valuta. Maar bet is toch wel belangrijk, dat Engeland dit jaar al 100.000 vaten aan Rusland heeft verkocht, ter wijl Nederland slechts misschien ongeveer 15.000 vaten aan dit land heeft weten af te zetten. Er is, merkte de heer Mulder op, wel een zekere grond voor wat de Daily Mail schreef, n.l. dat de Nederlandsche haringvisscherij dit jaar mislukt is, wat wij te danken hebben aan de opgelegde beperking. Als wij blijven beper ken en onze buurman doet het niet, dus als de beperking niet internationaal is, leggen wij het loodje. Geen kans op internationale regeling. Op de vraag of er op een internationale re geling kans is, luidde het. antwoord; Absoluut niet. Duitschland breidt de laatste jaren zijn visschersvloot sterk uit, als uitvloei sel van zijn autarkische politiek en om zee lieden te kweeken. Ook Rusland breidt zijn visscherij steeds meer uit. En Engeland houdt zijn visschersvloot in stand. Men moet aanne men. dat zekere overwegingen van politiek- maritiemen aard aan de houding dezer landen niet vreemd zijn. Wij willen, besloot de heer Mulder, gaarne zoodanige maatregelen, dat het bedrijf gedu rende de eerste jaren tegen kostprijs zou kunnen blijven rouleeren, en zulks is door de thans getroffen credietregeling zeker niet be werkstelligd, hoewel wij anderzijds gaarne willen toegeven, dat deze regeling eenigszins pi"eventief werkt met betrekking tot het voor komen van al te lage prijzen. NUMMER VAN „VOLK EN VADERLAND" IN INDIë VERBODEN. BATAVIA, 16 October (Aneta). De ver spreiding in Ned.-Indië van het blak „Volk en Vaderland" van 28 September j.l. is op last van den Procureur-Generaal verboden wegens scherpe en onwaardige critiek op het buiten landsche beleid van de Nederlandsche Re geering inzake het Italië-Ethiopie-conflict. DONDERDAG 17 'CT. 1935 Zijnde fragmenten uit het Dagboek van een Teckel, den Baas toegeblaft. de Waakzaamheid. Het verwondert de Vrouw dat ik vaak over dag slaap, 's Nachts, sprak zij, heb je toch al voldoende geslapen. Dit verklaard hebbende, dutte z ij op haar stoel in ofschoon i k 's nachts twaalfmaal gewekt was. hetgeen meer is dan zelfs een dokter ooit kan zijn overkomen. En van de twaalf maai heb ik zes keer een half uur noodig gehad om den slaap weer te vat ten. Niet dat 'k mij over de Waakzaamheid be klaag. Het is een van de mooiste zijden van ons mooie beroep. Maar je zou soms wel wat meer waardeering ervoor willen ondervinden, want met de kost en inwoning is het tenslotte niet overdadig betaald. Katten genieten het zelfde salaris, en wat doen ze ervoor? Eens in het jaar een aftandsche muis vangen, die te kippig is om den weg naar zijn hol terug te vinden. Als ze er ooit een vangen. Ik daaren tegen ben waakzaam, vroolijk den Baas op als-ie somber is, maak bij tijden de heele fa milie aan 't lachen, zorg dat de kleine jongen niet te water raaktenfin, ik ben te be scheiden om het allemaal op te sommen. Wij teckels zijn geen snoevers. Wij doen onzen plicht, en verder basta. „Ik dien trouw" is ons motto, en praat ons dan niet van „Deutsche Treue", al hebben wij zooveel Duitsche fa milieleden. Onze trouw kent geen grenzen en het portret van een van mijn voorvaderen heeft (zooals Mama verzekerde) indertijd in alle Fransche kranten gestaan omdat hij een heel regiment had wakker geblaft toen de Duitschers een nachtelijken overval deden. „Een von Hohenheim zu Wernigerode redt een Fransch regiment" moet eronder gestaan heb ben. Alsof hij iets ander deed dan zijn plicht:' den Mensch te beschermen! Konden wij hem maar altijd tegen ziehzèlf beschermen. Als ik naast je wandel, Baas, en je dit alles toeblaf hoop ik dat je het begrijpt. Jij bent journalist, en kunt het dus voort-zeggen. Als ik 's avonds in den stoel tegenover je lig, en je zoo lang aankijk en allemaal vriendelijke dingen over je denk, hoop ik ook dat je mij begrijpt. Van man tot man nietwaar? Trouwe vrienden tot het einde! Dan ga je naar bed, en ik naar mijn mand. En terwijl jij rustig doorslaapt, hoor ik alles wat er buiten gebeurt. Als het niets is, het ge luid, word ik er half wakker van en slaap meteen weer. Als het te dichtbij komt en ver dacht is., als 't een voetstap is, of een stem, of ook maar een gefluisterdan zit ik over eind in één schok, en m ij n stem klinkt! En als mijn neus mij 'n extra-waarschuwing geeft ik weet hoe mijn reuk jouw zwak menschelijk zintuig moet helpen davert mijn stem, en ik wek je. Al driemaal, in den korten tijd waarin wij gezamenlijk door het Leven gaan, heb ik je naar beneden laten ko men, en telkens heb ik doorgeblaft terwijl jij de lichten aanstak, naar buiten ging, niets vond en tenslotte op mij mopperde. Daar ben ik niet boos om; jij hebt de kerels niet hoo- ren wegsluipen. Ik wel! Laat mij de volgende maal de deur nou eens uit, dan zul je wat beleven! En dan heb ik er ook 's wat plezier van, wat goeie sport, en een stuk uit een broek als „corpus delicti". Krijg Hiernaast hebben ze dien pekinees, die geen hond is, maar alleen een caricatuur ervan, en niet blaffen kan: hoogstens een gilletje geven. Als het prulletje ooit wakker wordt en gilt, doet het dat omdat 't bang in het donker is. Verder maft het door alles heen, en daarom zijn die menschen daar aangesloten bij den Nachtveiligheidsdienst, en komt er 's nachts zoo'n man die op een fluitje blaast. Ik grom altijd als ik hem weer hoor. Het stelt ons, honden, steeds weer teleur dat jullie menschen die z.g. nachtwakers hebben aange steld. Ze zijn misschien wat goedkooper (bij abonnement) dan wij in vasten dienst, maar wat doen ze ervoor? Af en toe 'es fluiten, en de inbreker zit ergens te wachten tot meneer weg is. Meneer gaat weg en wandelt vlak langs hem. Iets ruiken?geen denken aan. Ho maar. Geen reuk, geen blaf, geen beet. Zijn dat mededingers voor ons? Is dat eerlijke concurrentie? Die man hiernaast gooit z'n abonnementsgeld trouwens nog weg ook, want als er onraad bij zijn huis is zal i k wel waar schuwen. Het is me te dicht bij het onze, en 'k wil hem wel helpen ook, al verdient-ie 't - eigenlijk niet. Neen, aan dien nachtveilig heidsdienst hadden jullie volgens honden oordeel nooit moeten beginnen. Overdag' is de Waakzaamheid meer een ge-- noegen dan een plicht. Het verjagen van on gunstige typeshetzii katsch, hondsch of menschelijkis dan eigenlijk een pretje. Ik beken dat voor mij de eentonigheid van die lange uren, waarin de kinderen op school zit ten, er door wordt verdreven. En dikwijls brengt het wat op. Vanmiddag nog een prach tig been, omdat ik dien landlooper, waar Lotte zoo bang voor was, zoo heb laten rennen. Die zou nou 't record op 'den afstand keuken tuinhek houden, als mijn tijd niet veel beter was MEISJE DOOR AUTO OVERREDEN. Terwijl het met vriendjes op den weg speelde, werd het 4-jarig dochtertje van den tuinman A. Hokse te Staphorst, door een pas- seerenüe auto overreden. Ernstig gewond is de kleine naar het Sophia-Ziekenhuis te Zwolle vervoerd, waar het aan de bekomen verwondingen is overleden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1935 | | pagina 2