Liefde in de wildernis
Het motorvrachtschip -Jos Maria", dat bij Egmond strandde,
is, na vlot te zijn gebracht, naar Amsterdam gesleept,
waar het in een der dokken opgenomen is
Het terras en het restaurant van Schiphol worden uitgebreid in ver
band met het drukke bezoek aan de luchthaven
De wedstrijden om het Nederlandsche biljartkampioenschap cadre 45/1 zijn
Vrijoagavond te den Haag begonnen Vlnr.W Salomons, C. v. Viiet,
P. de Leeuw en J. Domme ing
Op de werf van de Rotterdamsche Droogdok Maatschappij is Vrijdag de kiel gelegd voor het
nieuwe schip der Holland-Amerika Lijn
President Roosevelt met zijn kleindochtertje
na het Kerstfeest in het Witte Huis
Wat neg herinnert aan de schepen,
die cp het schepenkerkhof te Hend ik
Ido Ambacht gesloopt wo oen - De
namen worden op een groote loods
aangebracht
Een sprong van de
groote schans te
Garmisch Parten-
kirchen tijdens de
eerste p oeven,
welke deze week
genomen werden
FEUILLETON
Uit het Engelsch van
OTTWELL BINNS.
(Nadruk verboden.)
16)
Hij brak zijn woorden af: hij gaf zich blijk
baar nu eerst rekenschap van het geluid, dat
haar naar het kleine kerkhof gedreven had.
Wat is dat voor een geluid? vroeg hij
opeens.
Een houweel. Een van de dragers is be
zig den naam van een grafzerk te verwijde-
ren.
De ellendeling, riep hij uit, terwijl hij
haar verbluft aanstaarde. Toen vroeg hij
nieuwsgierig:
Hebt u die namen gelezen, mademoi
selle?
Een van de twee. antwoordde ze koel.
Het interesseerde me buitengewoon en ik zou
graag willen weten
Achter hen klonk geritsel. Legrand draaide
zich om en Honor zag. dat Mannering wakker
was en met angstige oogen naar haar lag te
kijken. Ze wierp een snellen blik op Legrand's
gezicht, terwijl hij op Mannering toeliep, en
zag dat er een gebiedende waarschuwende
uitdrukking in zijn oogen lag.
Het volgende oogenblik klonk het hartelijk
uit den mond van den Franschman:
Ah. mijn vriend, u schijnt veel beter te
zijn. Dat is prachtig. Het is werkelijk een ge
noegen u zoo te vinden. Ik ben teruggekomen
zooals u ziet, want ik was een beetje ongeru?'
over u en mademoiselle Honor.
Hij ging naast het bed zitten en nam d
hand van den ander,
Over een uur hervatten we onzen tocht
weer, want, zooals ik mademoiselle al gezegd
heb, heb ik nieuwe reden tot haast.. Ik hoop
dat u geen bezwaar zult hebben.
Hij bukte, fluisterde snel iets in het oor van
den zieke, dat Mannering een beweging van
schrik deed maken en zei toen lachend:
U ziet dat het noodig is, mon ami! Dus
ik zal die luie dragers maar een wakker
gaan maken en een tweede draagbaar voor
u in orde laten brengen.
Hij klopte den zieke even op den schouder
en verliet de kamer met een lichte buiging
voor Honor Een oogenblik bleef het meisje
zwijgend naar Mannering staren. Hun oogen
ontmoetten elkaar een moment. Maar hij
keek dadelijk een andere richting uit. Ze
had hem ronduit willen vragen waf dit alles
beteekende. maar nu begreep ze, dat ze de
waarheid niet te hooren zou krijgen. Het
werd haar eensklaps duidelijk wat voor diepe
kloof er tusschen hen beiden was gekomen.
Toen zij ze opeens:
Wat dom van me! Als we zoo gauw weg
gaan moet ik eerst zorgen, dat je wat te eten
krijgt.
En met die woorden draaide zij zich om en
ging de kamer uit.
Twee uur later gingen zij op weg en toen
zij de omheining verlieten, wierp Honor van
haar hooge zitplaats op de draagbaar af een
snelle blik in de richting van het verlaten
kleine kerkhof, en ze peinsde of ze ooit het
geheim, dat daar verborgen lag. zou door
gronden. Legrand zou het haar zeker niet ver
rellen en ze had besloten het niet aan Man-
Bering te vragen.
Haar eerlijke natuur deinsde terug voor de
lalfslachtigheid van de zijne. Wat had Le
grand Mannering in het oor gefluisterd dat
hem zoo verschrikt had? Het was alles even
■luister, maar wat het ook was, het scheen
ets dringends te zijn, want ze hielden geen
niddagrust en toen de dragers teekenen van
uitputting begonnen te geven, haalde Legrand
een lange zweep van rhinosceroshuid te voor
schijn en geholpen door den Swahili-hoofd-
man, die van eenzelfde wapen voorzien was,
dreef hij hen voort met vloeken en slagen.
Het meisje was diep verontwaardigd over
zoo'n behandeling van de zwaar belaste
dragers en eens, toen Legrand dicht bij de
draagbaar was, trachtte zij hem te vermur
wen, maar Legrand lachte nonchalant.
Mademoiselle, u bent te teerhartig! Die
dragers zijn niets dan vee. Als ze niet aan
gezet worden, zouden ze al gauw met een
slakkegangetje gaan en een flinke slag met
de zweepHij haalde de schouders op en
lachte weer. Dat is niets.
Ze staarde naar den zwarten schouder voor
haar, waarop de zweep een lange, diepe wonde
had gemaakt. De vliegen waren er niet van
af te slaan en Honor rilde van afschuw.
Legrand was een onmensch en terwijl weer de
gebiedende en vloekende stem en het geluid
van de zweepslagen door het groene half
duister van het bosch klonken, vroeg ze zich
voor de tweede maal af, wat toch de reden
van deze haast zou zijn. Maar het bleef een
onbeantwoorde vraag. En pas 'toen de scha
duwen dieper werden, werd halt gemaakt bij
een klein meer, dat het noodige water leve
ren kon.
Toen wachtte haar een nieuwe bron van
ongerustheid. Mannering, die bij. hun ver
trek beterend scheen, bleek een nieuwen
koortsaanval te hebben gekregen. Zijn gezicht
was opgezet, zijn oogen .schitterden en zijn
stem was heesch en nauwelijks verstaanbaar.
Angstig riep ze Legrand, die toezicht hield bij
bet opzetten der tenten.
Hij haalde zijn schouders op en liet hem
wat kinine drinken.
Het is de koorts die weer op komt zetten,
mademoiselle. Daar is niets aan te doen. Mor
sen of overmorgen zal het wel weer beter zijn
Tat is altijd zoo.
De duisternis viel snel. In het bosch was
het heel donker en de roode gloed van het
vuur was het eenige licht tot laat in den
avond, toen de maan opkwam. Honor zat al
leen in haar kleine tent. In de tent naast
haar was Mannering, terwijl rond het vuur
de uitgeputte dragers lagen; in den fantas-
tiscben rooden gloed van het vuur leken ze
reusachtige mensch-apen. Jules Legrand zat
alleen te rooken bij een kleiner vuur. Ze zat
een oogenblik naar hem te kijken, toen sloeg
hij plotseling zijn oogen op en staarde in
haa,* richting. Voor zè zich haastig terugtrok,
zag ze, hoe hij in zichzelf cynisch lachte.
Ze ging zitten in het verste gedeelte van
haar tent en keek niet meer in de richting
van het kleine vuur en terwijl ze daar zwij
gend zat, klonk haar weer het onverdrageiijke
tromgeroffel in de ooren. In het begin scheen
het alsof het onstellend dichtbij was, zoo
scherp en metaalachtig was de klank, dan
weer was het flauw en ver weg. Tot het op
eens .weer zoo dichtbij was, dat het in het
kamp zelf had kunnen zijn. Ze zat nog te
luisteren naar het rhythmisch geroffel, toen
een plotselinge beweging haar aandacht trok.
Ze leunde een beetje voorover en keek snel
in de richting van Legrand. Hij was opge
staan en stond gespannen te luisteren en te
staren in de richting van het geluid met een
vreemde uitdrukking op zijn gezicht. Het was
of iets hem onweerstaanbaar aantrok; en
eenmaal toen het geroffel juist heel flauw
werd draaide hij't hoofd om met de hand aan
het oor. Op eens keek hij onderzoekend om
zich heen en liep van het vuur weg. Hy ging
Honor's tent voorbij zonder ook maar de min
ste aandacht aan haar te schenken en toen ze
zoover mogelijk voorover leunde zag ze hem
in de schaduw tusschen de hoornen verdwij
nen. Ze wachtte tot hij weer te voorschijn
zou komen. Een half uur ging voorbij, een
paar witte maanstralen gleden door de duis
ternis van het woud en nog was hij niet te
rug. "Het geroffel werd steeds luider en lui
der en bereikte zijn hoogtepunt in een oor-
verdoovenden slag. Toen was alles stilen
in die plotselinge stilte klonk een geluid, dat
haar met een ongeloovig gezicht deed op
springen. Ze liep haastig naar de opening van
de tent en luisterde.
Weer was er dat geluid het lichte, heldere
gepmgel van een banjo, die door de sombere
stilrcWn het woud de vroolijke wijs van een
two-.'tep deed klinken, die een maand of
twaalf geleden heel Londen in enthousiasme
had gebracht.
Een weldig gevoel van verlichting stroomde
door Honor Donthorne, toen ze daar stond te
luisteren naar het banjogetokkel. Er was
iemand in het bosch. dien zij om hulp zou
kunnen vragen, een Engelschman waar
schijnlijk. Als zij hem vinden kon, zou dat
voor haar en Mannering onafhankelijkheid,
van Legrand beteekenen.
Even stond ze bij zichzelf te overleggen, ze -
wierp een onderzoekenden blik op de dragers
en liep toen Mannering's tent binnen. Hij lag
met gesloten oogen en zijn lippen bewogen
zich maar er kwam geen geluid en ze begreep,
dat de koorts weer kwam opzetten; het zou
niet lang duren, of hij zou weer beginnen te
ijlen, maar dat zou geen verandering brengen
in het plan, dat bij haar opgekomen was. in
tegendeel, de snelle uitvoering ervan werd er
des te noodzakelijker door.
Hij was niet in een toestand om te han
delen, zij was de verantwoordelijke persoon
en moest de zaak in handen nemen. Zij wist
dat een tocht door het woud vooral bij nacht
uiterst moeilijk en gevaarlijk was. Er was
veel kans, dat ze verdwalen zou tusschen de
bcomen en de lange lianen, wilde beesten
zouden haar als een gemakkelijke prooi kun
nen beschouwen, ze zou moeten afgaan op het
tinkelende geluidje in het donkere bosch en
dat zou een moeilijke taak zijn. En als de on-
zichtbare speler eens ophield?
(Wordt vervolgd.)