De wereldcrisis en....de meisjesmarkt
in Zuid-Slavië.
Voor den Vrede.
De Ipokssport en haar tegenstanders Boksen als lichaams
oefening voor ieder jongmensch aan te bevelen Sam Lang
ford gaf een lesje Herinnering aan Joe BeckettRobert
Bell's uitzonderlijke prestatie Wel en wee van de Kerst
wedstrijden Sunderland „on top" Jongeneei's afscheid
van H. F. C.
Er zijn, behalve de menschen, die uit prin
cipe, overtuiging of uit totale onwetendheid
tegen alle soort van sport gekant zijn, ook
nog personen, die meer speciaal van een be
paalden tak van sport een afkeer hebben.
Ook bij dezulken speelt de onwetendheid
vaak de grootste rol en zij laten zich ver
leiden, bij voorkomende gelegenheden uiting
te geven aan hun gevoelens, daarbij argu
menten aanvoerend, welke, daar zij meestal
kant noch wal raken, zichzelf reeds ver-
oordeelen.
Zoo waren er vóór den oorlog talloos ve
len, die de athletiek als iets barbaars tracht
ten af te schilderen, door het hardloopen te
vergelijken met de vroeger op de kermis ver
toonde krachtprestaties van een steeds maar
voorthollend, in een rooden borstrok geklee-
den kunstenaar.
Tegenwoordig zijn de meeste menschen
■wel wijzer geworden, doch nu is de boks-
sport het kind van de rekening. De tegen
standers daarvan argumenteeren hoofdzake
lijk met de legendarische bloedneus, het
blauwe oog, de hersenschudding, de verloren
kiezen, algeheele uitputting, ingeslagen neus
beenderen, etc.
Deze argumenten zijn het weerspreken niet
eens waard; een bloedneus en een blauw oog,
een hersenschudding kan men tegenwoordig
eerder in het straatverkeer, oploopen. Alge
heele uitputting ziet men in sportwedstrij
den slechts bij hen, die voor hun taak niet
berekend of onvoldoende getraind zijn.
Een veel beter argument is dat, hetwelk
aanvoert, dat het doel bij het boksen is, den
tegenstander persoonlijk te treffen, hetgeen
bij de meeste andere sporten niet het geval
is, Doch men vergeet, dat het boksen als
doel heeft, „de nobele kunst van zelfverde
diging" te leeren. Er is een groot verschil
tusschen boksen als lichaamsbeweging en als
wedstrijdsport; er is een bijna even groot
verschil tusschen het amateurboksen, als
beoefening dezer sport, en het boksen tus
schen professionals om geldprijzen. Niemand
zal willen beweren, dat een partij tusschen
amateurs met dikke handschoenen (z.g.
„kussens") nadeel of verwonding voor de
deelnemers kan opleveren, mits de tegen
standers van gelijk gewicht en medisch goed
gekeurd zijn.
Integendeel, zulk boksen oefent het li
chaam, het scherpt het oog en versnelt het
denkvermogen, het staalt de spieren en is
een bron van persoonlijken moed, doorzet
tingsvermogen en zelfvertrouwen. Het leert
den jongen man zichzelf met zijn eigen li
chaamsvlugheid en -kracht te verdedigen.
En het beroepsboksen, zal men vragen?
Inderdaad moet daarbij een andere maat
staf worden aangelegd, dan bij het voor
gaande. Professionalisme is niet meer de
zuivere uiting van sport. Hier speelt het geld
en de daaruit voortvloeiende rivaliteit een
overheerschende rol. Met als gevolg, dat
niet alleen de boksers in den ring, doch veel
meer hun managers, de trainers en de pro
motors van wedstrijden de eerste viool spe
len. En dan komt het er slechts op aan, of
deze heeren voldoende deskundig en tevens
sportief genoeg zijn, om uitsluitend die bok
sers in den ring te brengen, die zoowel licha
melijk voor hun taak als wel tegen elkaar
opgewassen zijn. Het spreekt dan vanzelf,
da't in een land als het onze, met zijn hand
je-vol beroepsboksers, die af en toe eens een
gelegenheid krijgen om iets te verdienen, ge
roeid moet worden met de riemen, die men
heeft.
Om een „gala"-boksavond in Nederland te
doen slagen, d.w z. om het publiek te trek
ken en om financieel voordeel te behalen,
moet men dan buitenlandsche krachten en-
gageeren, welke eigenlijk het boksen „als
kiikspei" meer kwaad dan goed doen. En
neemt men daarentegen eerste klasse krach
ten, dan loopt men het groote risico, dat
deze eerstens te duur zijn en dus voor den
promotor een strop opleveren en tweedens,
dat zij den, over niet genoeg ervaring be-
schikkenden landgenoot overklassen, het
geen voor de marktwaarde van den verlie
zer, maar nog meer voor diens manager,
fnuikend is. Men komt dus tot allerlei uit
wassen; tegenstanders, die niet van gelijke
sterkte zijn. te groot gewichtsverschil met
de aanmerkelijke gevaren van dien, onte
vreden publiek, dat niet meer terug komt.
verbod van openbare wedstrijden, enz.
Het is wel opmerkelijk (en dit is wel een
sterk argument tegen de vijanden van de
bokssport), dat in de landen, waar deze
sport populair is. zooals Engeland. Amerika,
en Frankrijk, landen, waarin ze tevens on
der deskundige leiding staat, ongevallen zoo
goed als niet voorkomen, in aanmerking ge
nomen het groote aantal wedstrijden, dat
daar dag aan dag wordt verbokst.
Wanneer men het in Nederland. Duitsch-
land. Oostenrijk en Zwitserland ook zoover
kon brengen, dan zouden er niet meer ge
broken neuzen zijn dan nu gebroken beenen
bij voetbal of verzwikte enkels bij tennis. En
welke flinke Hoilandsche jongen heeft niet
eens een gezond blauw oog gehad.
Sam Langford, de beroemde negerbokser
van weleer, tegen wien Jack Johnson zijn
wereldtitel niet op het spel wilde zetten, had
eens een onaangename ervaring in een exhi-
tion-partij. Hij zou drie ronden tegen
een anderen neger boksen en zeide
voor het begin tegen dezen: „We zullen een
mooi partijtje laten zien. maar je moet je
geen vrijheden permitteeren". „Nee. meneer
Langford", zei de andere neger.
Het partijtje liep prachtig van stapel, tot
dat plotseling de tweede neger aan meneer
Langford een keiharde rechtsche ot> de kaak
toediende. Bij het opkomen voor de tweede
ronde schudde Langford zijn tegenstander
de hand. waarop deze verbaasd opmerkte:
„Dit- is de derde ronde nog niet, meneer
Langford".
Deze antwoordde: „Er zal vanavond geen
derde ronde zijn, en in een oogwenk had hij
zijn partner uitgeslagen, om hem betere ma
nieren te leeren.
Men zal zich nog wel den Engelschen
zwaargewicht Joe Beckett herinneren, die
steeds van plan was, Jack Dempsey uit te
dagen, doch twee keer door Georges Cai'pen-
t-ier werd uitgeslagen, resp. in 74 en 15 se
conden. Vlugger kon het toch al niet.
Nu was er eenige jaren geleden een gezel
schap Amerikaansche touristen. die de Can
terbury Cathedral bezichtigden. De gids liet
hun het graf van een beroemden geleerde
zien en verklaarde daarbij: „Dit is het graf
Van Becket", waarop een der jeugdige Yan
kees opmerkte: „Dan heeft hij tenslotte toch
nog tegen Jack Dempsey gevochten".
Onnoodig te zeggen, dat de gids niet Joe
Beckett bedoelde, maar Thomas a Beckett.
Nauwelijks zijn, na de recordprestatie van
Drake, die voor Arsenal tegen Aston Villa
zeven doelpunten scoorde, de gemoederen
tot bedaren gekomen, of een vrijwel onbe
kende middenvoor, de jeugdige Robert Bell
van Tranmere Rovers, verwerft zich een on
sterfelijke plaats in de Engelsche voetbalge
schiedenis, door in den League-wedstrijd te
gen Oldham Athletic uit een totaal van der
tien goals er negen voor zijn rekening te
nemen, voorwaar een uitzonderlijke pres
tatie.
Dit gebeurde tijdens de Kerstmatches;
daags tevoren had Tranmere, leider van de
Noordelijke derde klasse, op het Oldham-
terrein met 4—1 het onderspit gedolven en
niets wees er op, dat de club in den return
wedstrijd op eigen veld verschillende records
zou breken. Het resultaat was 134, waar
uit blijkt, dat het voornamelijk de vtfor-
hoede was, die een vorm vertoonde, zooals
vijf voorwaartsen te zamen slechts een keer
in hun voetballoopbaan vermogen te demon-
streeren.
Tranmere Rovers heeft altijd de beschik
king over goede middenvoors gehad. Eerst
was het Dixie Dean, die later door Everton
werd aangekocht en voor die club een record
aantal doelpunten in één seizoen, nl. 60,
maakte. Op hem volgde „Pongo" Waring, die
aan Aston Villa werd overgedaan, door welke
vereeniging hij kort geleden naar Barnsley
werd getransferd. En thans is het Bell, een
jeugdige klerk van een scheepvaartkantoor
uit Liverpool, die een record verbetert, dat
sinds 1888 op naam van James Ross heeft
gestaan.
De cijfers 13—4 brengen twee nieuwe re
cords in competitiewedstrijden. De hoogste
scores waren tot nu toe Sheffield United-
Cardiff City 113 en Aston VillaAccring-
ton Stanley, althans wat de eerste klasse be
treft. Accrington en Cardiff zijn sindsdien
naar de derde divisie afgezakt. In de tweede
afdeeling leverde het resultaat van de match
Hull City—Wolverhampton 10—3 het hoog
ste totaal en in de (in 1922 ingestelde-) derde
klasse Noord had Stockport het beste wapen
feit geleverd, door in het vorige seizoen Ha
lifax met een 130 nederlaag naar huis te
sturen.
Maar 17 doelpunten waren nog niet in een
match voor de competitie gemaakt en zeker
niet door twee ploegen, die daags tevoren
een geheel andere krachtsverhouding de
monstreerden. Tranmere houdt dus nu het
record voor de meeste doelpunten in één
wedstrijd en tevens voor de hoogste persoon
lijke score.
Dat de vorm in een dergelijke match een
uitzondering is en dat de spelers er niet
door laten beïnvloeden, blijkt wel uit het
resultaat van de Zaterdag jl., dus drie da
gen nadien, gespeelde wedstrijden. Oldham
won met 41 van Mansfield Town, daar
mede dus voor de derde achtereenvolgende
maal vier goals scorend en Tranmere ver
sloeg de hekkesluiters New Brighton met
slechts 3—1, waarbij de recordhouder Bell er
niet in slaagde, den vijandelijken doelman
te passeeren. hetgeen wel aan een achter
speler van diens eigen partij gelukte, die
in eigen doel trapte. Waarmede men zou
kunnen aantoonen, dat goals maken aanste
kelijk werkt.
Het zware Kerstprogramma is voor vele
clubs een onoverkomelijke handicap geweest
en eenige van hen hebben door de vermoeie
nis van de snel opeenvolgende wedstrijden
en de bijbehoorende lange, vaak nachtelijke,
reizen, hun goede plaats op de ranglijst ver
speeld en daarmede wellicht hun kansen op
promotie of kampioenschap. Andere daar
entegen kwamen, plotseling in vorm, het
geen, met het oog op de naderende beker-
matches, van groot voordeel kan zijn.
De runner-up in de tweede divisie, het pas
gepromoveerde Doncaster Rovers, behaalde
slechts één punt uit drie matches. Totten-
ham Hotspurs (4) werd tweemaal door Ply
mouth Argyle (10) geklopt, de leiders Lei-
cester verloren op eigen veld van Sheffield
United, dat, mede door twee overwinningen
op Swansea, het maximum van zes punten
behaalde en van de negende tot de zesde
plaats steeg.
Derby County (2) verloor drie punten te
gen Portsmouth (9) en één tegen Everton
(21), Huddersfield (3) raakte er eveneens
vier kwijt, waarvan zoowaar twee tegen
Aston Villa en ook het machtige Arsenal (4)
moest zich met één overwinning en twee ne
derlagen tevreden stellen. Daarvan werd er
één, met 54, tegen Sunderland geleden, in
een prachtigen wedstrijd, die door meer dan
60000 toeschouwers werd bijgewoond en waar
van het resultaat van groot belang is voor
het kampioenschap.
Het was een strijd, boeiend van het begin
tot het einde, waarin Sunderland, onover
winnelijk op eigen terrein, met- de rust een
41 voorsprong had. Zij, die meenden, dat
de thuisclub gemakkelijk zou zegevieren,
hielden geen rekening met de vecht-kwali-
teiten van de Londensche ploeg, die in de
tweede helft drie goals scoorde tegen Sun
derland slechts één. Arsenal volgde toen de
juiste tactiek door alles op den aanval te
zetten en wanneer een buitenspeldoelpunt
van Drake niet was afgekeurd, hadden de
kampioenen nog een gelijk spel uit het vuur
gesleept.
Sunderland nam door Davis na zeven mi
nuten de leiding, welke door Patsy Gallagher
vergroot werd. Nadat Bastin uit een straf
schop den stand op 2—1 had gebracht,
scoorde Carter, de top-scorer in de eerste
divisie, een prachtig doelpunt, gevolgd door
een vierde goal uit een penalty. Vier minu
ten na het begin van de tweede helft ver
kleinde Drake uit een voorzet van Bastin den
achterstand, waarna Bowden de score op
4—3 bracht. Met een hard, ver schot her
stelde Connor Sunderland's zelfvertrouwen
en de stand was 53. maar Bowden doel
puntte opnieuw en de spelers der thuisclub
waren dankbaar, toen '">et eindsignaal hen
van een voortdurend Arsenal offensief ver
loste. Carter en Bastin waren de beste spe
lers van het veld.
Vermelding verdienen vports de successen
van Brentford, dat drie overwinningen be
haalde en Notts Forest in de tweede divisie,
dat vijf punten in de wacht sleepte, waar
van drie op vreemd terrein waardoor deze
DINSDAG 7 J'ANÜXKI "1936
club van de dertiende naar de elfde plaats
steeg.
In III Noord vergrootte Tranmere Rovers
haar voorsprong tot vier punten, terwijl in
III Zuid Luton Town de leiding van Reading
(3) overnam, mede door een 53 zege op
Clapton Orient, waarbij Boyd alle vijf goals
scoorde
H.F.C. heeft in den loop van haar bijkans
56-jarig bestaan vele prominente spelers
naar Indië zien verdwijnen, maar welhaast
geen zal in de heerschende omstandigheden
meer gemist worden dan aanvoerder Rud.
Jongeneel. Een half-back van bijzonderen
aanleg, veroverde hij reeds op jeugdigen
leeftijd een vaste plaats in het eerste elftal
en geruimen tijd was hij een candidaat voor
de nationale ploeg. Hij beschikt over een
meer dan gemiddeldj baltechniek, hetgeen
hem in staat stelt, in menige hachelijke si
tuatie redding te brengen. Door zijn club
liefde en enthousiasme heeft hij H.F.C. aan
menig succes geholpen en onder de moei
lijkste omstandigheden bleef hij steeds een
„fair sportsman".
Na enkele seizoenen door te sterk dribbelen
zijn kans op een plaats in het Nederlandsch
elftal te hebben verkleind, was Jongeneel
juist den laatsten tijd in uitstekenden vorm
en het is voor Haarlem's oudste voetbalver-
eeniging wel een heel groot verlies, dat deze
speler zijn bestemming in Indië heeft ge
vonden.
Er zijn in het leven echter belangrijker za
ken dan voetbal, dat terecht nog steeds als
een spel en een ontspanning geldt.
Wij wenschen Rud. Jongeneel in zijn ver
dere loopbaan nog meer succes toe dan hij
in zijn voetbal-carrière heeft mogen oog
sten.
De prijzen dalen! Maagdenroof herleeft
in ernstiger vorm.
Dochters als geldbelegging....
Een boodschap der Oud-Katholieke
Kerk.
Het Episcopaat der Oud-Katholieke Kerk in
Nederland heeft Zondag in de Oud-Katho
lieke Kerken in ons land voor het begin van
den dienst de volgende boodschap lalden be
kend maken in verband met den dreigenden
toestand en gespannen verhouding der
volkeren:
Naar aanleiding van een, door de aartsbis
schoppen van Canterbury en York van de
Anglikaansche Kerk, met welke onze Kerk
door een sacramenteele gemeenschap ver
bonden is, tot alle belijders van het christen
dom gerichten oproep, om in den aanvang van
het nieuwe jaar getuigenis af te leggen van
het geloof dat in hen is en hun stem te ver
heffen tegen den gruwel der verwoesting, die
thans opnieuw in de wereld wordt aange
richt, wenden wij ons op dezen dag ook tot U
met de vermaning U te vernieuwe in den geest
uws gemoeds.
Wij kunnen God niet dankbaar genoeg zijn
dat wij burgers zijn van een land, dat meer
dan een eeuw lang de verschrikkingen van
den oorlog niet aan den lijve gevoeld heeft
en slechts zijdelings als ooggetuige de ellende
en het verdriet, er door veroorzaakt heeft
aanschouwd. Juist dat echter zou de oorzaak
kunnen zijn, dat wij min of meer onverschil
lig komen te staan tegenover het kwaad en het
onrecht, dat thans wederom aan medeschep
selen wordt aangedaan.
Wij denken hierbij niet alleen aan het aan
gevallen land, maar ook aan het aanvallende.
Wij zijn er wars van, haat onder de volkeren
aan te kweeken. Wij hebben met beide volken
diep medelijden, want wij weten, dat er on
danks alle kunstmatige geestdrift, ondanks
alle opwinding, ontzaggelijk geleden wordt.
In beide landen verliezen vrouwen haar man
nen, ouders hun kinderen, in beide worden ve
len verminkt en voor hun leven in hun ge
zondheid geknakt.
Wat kunnen wij hiertegen doen? Wij zou
den kunnen antwoorden: Niets, en dan we
derom, zij het ook met een bezwaard gemoed,
aan onze bezigheden gaan.
Mag dit voor velen zoo zijn, wij, die ons
zelve Christenen noemen, kunnen beter we
ten. Wij belijden dat wij gelooven in den Al-
machtigen God, den Schepper en Bestuurder
van alles wat is en leeft op aarde. Wij geloo
ven dat Hij zijn schepselen lief heeft en alles
wat Hij hun zendt, ook beproevingen, tot hun
welzijn wil doen gedijen, al zien wij in onze
kortzichtigheid niet altijd hoe dat mogelijk is.
Zijn wij dan ook onmachtig om te helpen,
wij kunnen ons tot dien Almachtigen God
wenden om hulp. Hij heeft de harten van
Voa-sten en Volken in zijn hand en leidt deze
derwaarts Hij wil; Hij is in staat de verstokte
gemoederen te verzachten en tot vrede te
neigen.
En wij mogen biddende tot Hem komen
want Hij die te Bethlehem geboren is; Hij die
begroet werd met het „Vrede op aarde de
menschen van Gods welbehagen"; Hij wiens
schoonste titel is die van „Vredevorst", heeft
het gezegd: „Al wat gij den Vader zult bidden
in mijnen naam, Hij zal het U geven".
Medechristenen! Wenden wij ons dan he
den in gemeenschap met de geheele chris
tenheid, tot Hem, die machtig is, „overvloedig
te doen meer dan wij denken of begeeren",
met de bede, dat Hij zijn sterken arm moge
uitstrekken over onze ongelukkige aarde en
haar verscheurde volkeren; dat Hij de storm
gebiede zich neder te leggen en dat Hij zijn
waarachtige vrede, dien de wereld niet geven
kan, doe nederdalen in de harten van ons,
menschenkinderen, die toch ook zijn kinderen
zijn.
En laten wij, biddend om zijne kracht, ons
heilig voornemen, zijn vredesgeest steeds meer
in onszeive aan te kweeken, opdat wij, ieder
voor zich in zijn omgeving alle aanleiding tot
twist en tweedracht wegnemen en zoo mede
werken tot verbreiding van het Evangelie des
Vredes over de aarde.
Het Episcopaat voornoemd
H. T. J. VAN VLIJMEN
Bisschop van Haarlem
In de diensten werden bij de gewone gebeden
gevoegd de „gebeden voor den Vrede"
als slotzang werd gezongen de „Antiphoon
voor de vrede".
In aansluiting op deze boodschap werd in
de Oud-Katholieke Kerk te Haarlem door
pastoor C. F. Nieuwenhuijzen gesproken over
Spreuken III 13 „Gelukkig is de mensch die
wijsheid vindt".
Het collectief contract in de
bouwvakken.
Er werden reeds eenigen tijd tusschen de
organisaties van patroons en werklieden on
derhandelingen gevoerd over een nieuw lan
delijk contract in de bouwbedrijven. De eerste
besprekingen hadden geen resultaat gehad.
Dezer dagen werd opnieuw vergaderd en toen
is men het eens geworden over de princi-
pieele quaestie wat betreft de noodzakelijk
heid dat het te sluiten contract nagekomen
zal worden zoowel door de patroons als de
werklieden. Aangesloten arbeiders zullen dus
ook niet onder het contractloon mogen wer
ken bij ongeorganiseerde patroons.
In een volgende bijeenkomst zal nu ver
der over den inhoud van het contract ge
sproken worden.
(Van onzen correspondent)
Weenen, Januari
De wereldcrisis laat overal haar invloed ge
voelen en is ook niet onopgemerkt voorbijge
gaan aan het donkerste zuiden van Zuid-Sla
vië. waar volgens een eeuwenoud gebruik de
jongelingen hun toekomstige echtgenooten
van hun toekomstige schoonvaders moeten
koopen. Het is daar dus een andere wereld
dan bij ons en bij zooveel andere volkeren op
ons continent. De vaders van huwbare jonge-
dochters hoeven er niet voor een bruidschat
en voor een uitzet van hun lievelingen te
zorgen, die zij in den letterlijken zin des
woords „aan den man" willen brengen, wei
neen, integendeel, zij verdienen nog een
duitje aan hun dochteren en een oude spreuk
zeide: hoe meer dochters, hoe meer geld!
Dochters waren een soort van geldbelegging!
Een paar jaar geleden nog moest een trouw
lustig jongmensch aan den vader van de
uitverkorene zijns harten, wilde hij haar ten
huwelijk voeren, een sommetje van vijftien
tot dertigduizend dinaars betalen. Thans ls
dat anders geworden. De trouwlustige jongelui
hebben zooveel geld niet meer en de vaders
van huwbare maagden moeten zich met heel
wat minder tevreden stellen. De prijzen zijn
gedaald en heel wat vaders zijn al wat blij
wanneer zij tienduizend voor een meisje krij
gen en zij dan hun aanstaanden schoonzoon
zelf nog kunnen uitkiezen of er tenminste
een krijgen, die naar hun smaak is. De mees
te vaders krijgen veel minder dan dit bedrag.
En velen komen er tegenwoordig al heel be
kaaid af, want de dochters, waarmede hun
huwelijksleven gezegend was, worden dood
eenvoudig geroofd, geschaakt!
Een oud gebruik, dat in de meest romanti
sche en wilde tijden van de Balkanvolkeren
gehuldigd werd, de Maagdenroof, is weer her
leefd en in eere hersteld. Een jaar of vijf gele
den, toen men aan het begin van de crisis was,
zijn de jongere bewoners van het platteland
en van de bergstreken corporatief naar de
oudere boeren en grondbezitters toegestapt om
hen te vragen de gangbare prijzen voor huw
bare jongedochters te verlagen. De oudere
mannen, conservatief als zij waren, zagen
niet in, waarom het tegenwoordige geslacht
thans minder zou behoeven te betalen dan zij
zelf indertijd betaald hadden, toen zij hun
huwelijksplannen gingen verwezenlijke.n er
daarom gingen zij niet op het voorstel in. La
ter moesten zij vanzelf wel goedkooper met
hun „waar" worden, want zij konden er niet
meer zooveel voor krijgen. Maar de jongelingen
waren er intusschen ook al mee begonnen
hun toekomstige vrouwen zelf uit de huizen
harer vaderen met geweld weg te halen, te
rooven dus!
In heel lang vervlogen eeuwen was een
meisjesroof bloedige ernst. Later werd het al
leen maar een uiterlijke ceremonie: het heele
dorp wist wanneer die en die schoone door
haar aanstaande geschaakt zou worden,
slechts voor den schijn achtervolgde men het
meestal boven op een paard weggaloppeerende
tweetal. Nu is het schaken van een meisje
geen gekheid meer: de schakers meenen het
ernstig en willen op die manier het betalen
van een koopsom aan den schoonvader ont
duiken. En er bestaat geen officieele bemid
delaar meer tusschen den schaker en den be
stolen huisvader, wiens optreden indertijd al
leen maar een formaliteit was
Tal van ongehuwde jongelingen hebben
„noodgemeenschappen" opgericht. Met een
stuk of tien of vijftien hebben zij zulk een
noodgemeenschap gevormd. Zij zweren elkan
der aan een vrouw te helpen zonder dat daar
voor betaald zal hoeven te worden! Op het
huis, waarin een huwbare jongedochter woont
wordt, het liefst in een donkeren nacht, een
aanval ge-daan. Het huis wordt door den hee-
len troep omsingeld, dan dringt men het ge
bouw binnen, de toekomstige schoonpapa en
de andere mannelijke bewoners van het huis
worden met revolvers in bedwang gehouden
een paar andere leden van de club zorgen er
voor, dat de vrouwen niet al te veel misbaar
maken wanneer het noodig is worden de
schoonmoeder en enkele andere te hard
schreeuwende vrouwen gekneveld en worden
proppen in haar mond gestoken de „bruid"
wordt uit haar bed getild en terwijl de „bruid'
en de „bruidegom" er haastig met een paar
van zijn makkers vandoor gaan, blijven nog
enkele andere leden van de noodgemeenschap
achter om ervoor te zorgen, dat die niet ach
tervolgd worden.
Meestal wordt het geschaakte meisje naar
de een of andere schuilplaats in een woud
gebracht. Daar blijft men doorgaans drie a
vier dagen. De autoriteiten hebben geen spoor
kunnen vinden. Het meisje is nu bereid haar
toekomstigen echtgenoot in diens huis te vol
gen. Er zit voor haar, ook wanneer zij in den
beginne niets voor hem gevoeld heeft, maar
heel weinig anders op, want daar zij ge
schaakt is, heeft zij „haar eer verloren"
dientengevolge is zij onverkoopbaar geworden.
Geen andere man zou haar vader ooit meer
geld voor haar aanbieden! Zii belooft dan
meestal haar „toekomstige", dat zij, wanneer
zij door een rechter of door de politie of gen
darmerie verhoord zou worden, niets tegen
hem of tegen zijn vriend zal zeggen en dat zij
zal blijven volhouden, dat zij met haar eigen
toestemming en op haar eigen verzoek ont
voerd werd. Nu behoeven de bruidegom en
diens vrienden geen angst meer te hebben.
Zelfs al dient de toekomstige schoonvader een
klacht in of heeft hij dat al gedaan, het meisje
zal hen voor de rechtbank ondersteunen en
men zou nu hoogstens nog maar wegens be-
rooving der persoonlijke vrijheid en wegens
het bedreigen van den schoonpapa en diens
huisgenooten veroordeeld kunnen worden en
die straf kan niet al te groot zijn. Misschien
een dag of drie hechtenis, of, wanneer het erg
slecht afloopt: zes dagen hechtenis. En dat
weegt wèl op tegen het verblijdende feit, dat
men geen koopsom voor de bruid heeft hoe
ven te betalen!
Het aantal gevallen van meisjesroof neemt
steeds toe, en de vaders van nog ongehuwde
dochters verkeeren voortdurend in angst. Ook
de dochters vinden den tegenwoordigen toe
stand verre van prettig, want het zou wel
eens kunnen zijn, dat in het donker van den
nacht de verkeerde vrijer op komt dagen en
haar rooft en dan zitten zij ermee. Zij heb
ben misschien haar hart verpand aan een
mooien jongen boerenzoon met heel veel geld
en dan worden zij wellicht opeens weggehaald
door een armen stakkerd, die leelijk is en ruw
en brutaal en heelemaal geen uitzicht h«eft
ooit nog eens geld te bezitten.
Tal van vaders sturen hun dochters tegen
woordig liever naar de steden, waar zij beter
bewaard kunnen worden en waar zij haar dan
vandaan kunnen halen, wanneer er een trouw
lustige jongeman is komen opdagen, die wèl
een fatsoenlijke koopsom biedt. Maar dit type
jongelui wordt steeds zeldzamer, zoodat de va
ders hun dochters vaak ook maar gauw en
goedkoop van de hand doen. Hebben is heb
ben! Er heerscht dus een zenuwachtige span
ning op de huwelijksmarkt. En er wordt veel
over „angstverkoopingen" gesproken. Wie nu
koopt, koopt voor weinig!
W. M. BEKAAR
Curator in faillissement
verduistert gelden.
En wordt zelf het slachtoffer van een
„makelaarskantoor".
Eenigen tijd geleden heeft zich een pas in
Haarlem gevestigd advocaat schuldig gemaakt
aan verduistering van gelden, die hij onder
zich had als curator in een faillissement.
De man is aangehouden als verdacht van
verduistering en werd in het Huis van Be
waring opgesloten, waar hij meermalen aan
een verhoor werd onderworpen. Het bedrag
dat verduisterd zou zijn, bedroeg enkele
duizenden, waarschijnlijk zelfs 10.000.
Zaterdag heeft de politie nog twee personen
aangehouden, die verdacht worden van heling
van dit geld. Het zijn een 62-jarige makelaar
en een 27-jarige verzekeringsagent, die kan
toor houden in het Kenaupark 15, zooals de
commissaris van politie ons mededeelde, en
van den 39-jarigen advocaat gelden onder
zich hebben genomen en gehouden, terwijl zij
wisten dat de advocaat op onrechtmatige wijze
aan deze gelden was gekomen. Bovendien
hebben zij hem door list als het ware tot de
transactie met hen bewogen.
Ook deze verdachten zijn in bewaring ge
steld.
49.000 gewetensgeld gestort.
Door zes Cheribonsche vischhandelaren.
Zes vischhandelaars uit Cheribon die be
trokken zijn bij de douane-knoeierijen en die
thans zijn vrijgelaten, betaalden aan gewe
tensgeld f 49.000 contant, terwijl overeenge
komen werd f 22.000 nog in payementen te be
talen.
Keuringsdienst van Waren.
Kamer van Koophandel dringt op behoud aan
De Kamer van Koophandel heeft in een
adres aan de regeering gepleit voor het be
houd van den Haarl. Keuringsdienst van
waren.
Het Bureau der Kamer stelt thans voor, aan
den Minister van Sociale Zaken een brief te
zenden, waarin op behoud van den Keurings
dienst van Waren wordt aangedrongen.
In het gebied van den Keuringsdienst, ge
vestigd te Haarlem is, naar het gevoelen der
Kamer, de controle zeker niet veelvuldig. In
den regel worden melkverkoopers, bakkers enz.
slechts twee of drie maal per jaar gecontro
leerd.
Uitbreiding van de rayons doet bezuiniging
door reiskosten enz. sterk verminderen, terwijl
er ook nog practische bezwaren zijn.
Opgemerkt wordt, dat reeds lang voor het
in werking treden der Warenwet, te Haarlem
een Keuringsdienst werd opgericht door de
gemeente op aandringen van verschillende zij
den. Doordat een overeenkomst werd gesloten
met eenige omliggende gemeenten: Bloeraen-
daal, Heemstede, Velsen en Zandvoort, werd
deze dienst binnen enkele jaren uitgebreid. In
verband met de invoering der Warenwet werd
de Dienst omgezet in een Warenkeuringsdienst,
in welks rayon het aantal inwoners toen om
streeks 250.000 bedroeg en nu gestegen is tot
350.000, een groei die bijna het sterkste is van
het geheele land. De toeneming van de bevol
king bedroeg in dit gebied in de jaren sedert
de oprichting pl.m. 40 pCt., te Alkmaar en
Leiden slechts 20 pCt. Gerangschikt naar de
grootte neemt Haarlem de 9de plaats in. Daar
bij is de stad Haarlem een belangrijk centrum.
Binnen een straal van 15 K.M. wonen pl.m.
300.000 inwoners. Voorts eischt een gebied als
Haarlem een intensieve controle door het be
trekkelijk groot aantal fabrieken van levens
middelen dat daar gevestigd is.
Het zal omslachtig blijken de controle, in
een dergelijk sterk bevolkt centrum uit een
kleine plaats, op vrij grooten afstand gelegen,
te doen uitvoeren als hetzelfde werk beter en
zeker met niet meer kosten, uit het centrum
zelf kan geschieden.
Uitspraken van de Rechtbank.
Onrechtmatig steuntrekken
Zes weken was de eisch tegen een steuntrek
ker, die gedurende vijf weken als extra ver
dienste een gulden heeft opgegeven, doch in
werkelijkheid zes a zeven gulden ontving. Ver
dachte bekende en zei uit armoede te hebben
gehandeld.
De uitspraak was twee maanden voorwaar
delijk met een proeftijd van 3 jaar.
De beurs onder het hoofdkussen
Negen maanden was de eisch tegen een man
die van een commensaal in het huis van zijn
moeder een beurs heeft gestolen, die de be
stolene onder het hoofdkussen verborg.
Vijf maanden was de eisch tegen het meisje
dat de beurs in ontvangst heeft genomen en
een verhouding had met den man, ofschoon
deze getrouwd was.
De verdediger, Mr. Hendriks vroeg een lich
te straf wegens den eenvoudigen opzet van
de diefstal.
De man kreeg een jaar gevangenisstraf met
aftrek. Het meisje vijf maanden.
Voetgangers aangereden
De rechtbank veroordeelde een motorrijder
tot 14 dagen voorwaardelijk met 3 jaar proef
tijd en 5o boete subs. 3o dagen hechtenis,
omdat hij op het Kennemerplein te IJmuiden
een voetganger heeft aangereden, terwijl de
motorrijder twee meisjes op de duo meenam.
Verd. zou te snel hebben gereden, meende de
officier en eischte 3 weken gevangenisstraf en
een jaar ontzegging.