Het lot van Makalle nog onzeker.
De Scandinaviërs onderling.
THIJS IJS IN DE KNEL
DINSDAG 14 JANUARI 1936
De oorlog in Abessynië.
Nieuwe bombardementen aan het
Noordelijk front.
Rome ontkent het bestaan van nieuwe
vredesvoorstellen.
Uit Addis Abeba d.d. 13 Januari wordt ge-
meld:
Er is nog geen bevestiging ontvangen van
het' innemen van Makalle door de Abessyni-
sche troepen. Volgens geruchten woedt rond
om de stad nog steeds een groote veldslag.
Ook in het gebied rondom Aksoem zouden
felle gevechten zijn ontbrand. De Italiaansche
bommenwerpers hebben hun activiteit hervat.
Zij hebben aan het noordelijk front de stad
Dabat verscheidene malen gebombardeerd.
Aan het zuidelijke front heerscht, met uit
zondering van den sector Dolo, volkomen
rust.
In Addis Abeba heerscht vandaag rouw om
den Zweedschen arts Lundstroem. In de
Zweedsche kerk is een rouwdienst gehouden
waaraan de keizerlijke familie en de leden
der regeering, benevens het geheele corps di
plomatique deelnamen.
Rome ontkent het bestaan van nieuwe
vredesvoorstellen.
De in het buitenland de ronde doende be
richten over nieuwe vredesvoorstellen, die aan
of door Italië gedaan zijn ter bij legging van
het Italiaansch-Abessynische conflict, of die
binnenkort gedaan zullen worden, worden van
bevoegde Italiaansche zijde ongegrond en ver
zonnen genoemd. Het in verband met deze ge
ruchten geuite vermoeden, dat de Èngelsche
ambassadeur, Sir. Eric Drummond zijn terug
keer naar Rome, die bepaald was op 20 Janu
ari, eenige dagen zal vervroegen, wordt even
eens tegengesproken.
Het Giornale d'Italia schrijft over een sterke
actie tegen Italië aan den vooravond van de
bijeenkomst van den Volkenbondsraad te
Genève.
Deze actie heeft de volgende onderdoe1 en:
1. De bewegingen van de Britsche en Fran-
sche vloten in de Middellandsche zee.
2 Het lanceeren van berichten over Abes-
synische overwinningen en Italiaansche ne
derlagen.
3. het verbreiden van de meening. als zou
den er in Italië moeilijkheden te duchten zijn.
4. De insinuatie dat een vrede een welkome
oplossing voor Italië zou zijn.
Wat het eerste punt betreft bepaalt het
blad er 'zich toe om de officieele commentaren
weer te geven van de Fransche en Britsche
regeeringen. Het blad schrijft dat het echter
zeer toevallig is, dat deze Fransche en Brit
sche manoeuvres samen vallen.
Naar aanleiding van het tweede punt maakt
het de opmerking, dat men in het buitenland
den indruk tracht te vestigen, dat de Ita
lianen in Abessynië in een moeilijke positie
zijn, en dat de Abessyniërs een goed georga
niseerd offensief voeren, teineinde de Ita
liaansche rechten in Abessynië schade toe te
brengen en nieuwe sanctiemaatregelen uit te
lokken.
Wat betreft het derde punt schrijft het
Giornale d'Italia, dat het eenige antwoord
hierop gevonden wordt in het groote saam
horigheidsgevoel en den sterken tegenstand
van de Italianen tegen het economische beleg,
welke tegenstand nog altijd even sterk is als
op den eersten cfag van de sancties.
Het blad ontkent voorts met nadruk dat
Italië gaarne nieuwe vredesvoorstellen zou
zien om daardoor uit den verwarden toestand
van thans te geraken. Dergelijke geruchten
komen voort uit den wil om Italië te verne
deren en de sanctiepolitiek voort te zetten.
Het Giornale d'Italia eindigt zijn artikel
met op te merken, dat ondanks de sanctionis-
ten Italië, krachtiger, moediger en vastbera
dener uit het conflict te voorschijn zal tre
den en vrijer dan voorheen zijn plannen in
Europa en in de wereld zal kunnen verwerke
lijken.
Moeilijkheden in Zuid-Tirol?
Ondanks de scherpe van Italiaansche zijde
gepubliceerde démentis van de Èngelsche be
richten over gebeurtenissen in Zuid-Tirol pu
bliceert de „Evening standard" groot opge
maakt een verslag van zijn specialen corres
pondent Grice uit Innsbruck, waarin o.m.
verteld wordt, dat het aantal mannen, die
zich onttrokken hebben door te vluchten aan
dienstdoen in Abessynië, toeneemt. De cor
respondent heeft vele in de nabijheid van de
Italiaansche grens gelegen dorpen en steden
van Noord-Tirol bezocht en publiceert een
deel van de verhalen der deserteurs, die on
der moeilijke omstandigheden over de met
sneeuw bedekte Alpenpassen gevlucht zijn
Hij geeft vervolgens een uitvoerige beschrij
ving van de militaire maatregelen der Ita
lianen in Zuid-Tirol en schrijft, dat de grens
dorpen vol zijn met soldaten en gewapende
politie, Op vele plaatsen zijn nieuwe kazer
nes gebouwd Vooral sterk is de controle op
den Brennerpas. Sedert het uitbreken van den
oorlog zouden zich meer dan 10.000 deserteurs
aangemeld hebben bij de organisaties voor
het verstrekken van hulp, hetgeen duidelijk
zou blijken uit de lijsten dezer organisaties
Refereerende aan het van Italiaansche zijde
uitgegeven démenti betreffende de berichten
over de muiterij onder de troepen van het
voor Abessynië bestemde Alpenregiment,
geeft de correspondent verslag van een on
derhoud met een persoonlijkheid, die verant
woordelijk is voor de verhindering van ver
dere moeilijkheden. De verklaringen van deze
persoon bevestigen de reeds vroeger versche
nen verslagen.
De berichten over muiterij en desertie bij
het vertrek van troepen uit Zuid-Tirol wor
den door de bevoegde Italiaansche instanties
te Rome opnieuw tegengesproken. Het aantal
deserteurs is voor den geheelen tijd gering ge
weest en zal in de eerst volgende dagen door
het ministerie van oorlog bekend worden ge
maakt.
Muiterij onder de troepen van
Ras Moeloegueta?
MAKALE 13 Januari. (A. N. P.) Van Ita
liaansche zijde wordt medegedeeld, dat mui
terij zou zijn uitgebroken onder de troepen
van Ras Moeloegueta tengevolge van
schaarschte aan levensmiddelen en slechte
behandeling. De bemiddeling van de stam
hoofden was niet voldoende om de muiterij
te onderdrukken; 80 muiters moesten wor
den opgehangen en een honderdtal werd ge-
België.
Geruchten over interventie in
het Abessynische conflict
tegengesproken.
In officieele kringen te Brussel wordt vol
gens Reuter, ontkend dat België zou inter-
veniëeren in het conflict tusschen Italië en
Abessynië. De geruchten, welke hieromtrent
in omloop zijn, zoowel v/at betreft het ko
ningshuis als de regeering, zijn uit de lucht
gegrepen.
Polen.
Doodstraffen in het proces-
Pieracki.
Maandag heeft het gerecht uitspraak ge
daan in het proces tegen 12 leden der ge
heime Oekrainische organisatie „O. U. N."
die beschuldigd werden van het lidmaatschap
van een staatsrvijandige organisatie, van
medewerking aan de voorbereiding van den
moordaanslag op den minister van binnen-
landsche zaken Pieracki In Juni 1934 en van
begunstiging van de vlucht van den moor
denaar. Het proces was op 18 November be
gonnen.
De voornaamste beklaagden. Bandera,
Lebed en Karpynec werden ter dood veroor
deeld. Op grond van de onlangs afgekondigde
amnestiewet zullen deze straffen echter ge
wijzigd worden in levenslange gevangenis
straf.
De beklaagden Klymyszyn en Pidhajny
werden tot levenslange gevangenisstraf ver
oordeeld, Hnatkiwska, Maloeca, Makazy,
Markaezmarski en Myhal tot 15 jaar gevan
genisstraf.
Met inachtneming van de amnestiewet is
Zarycki veroordeeld tot 8 jaar, terwijl Czorny
en Rak tot 7 jaar werden veroordeeld. De
preventieve hechtenis wordt afgetrokken.
(A.N.P.)
Amerika.
Tweehonderd millioen moet
aan belastingen terugbetaald
worden.
In het proces, hetwelk dor acht rijstpelle-
rijen uit Louisiana bij het Hoogste Gerechts
hof aanhangig was gemaakt, is gisteren een
voor de eischende partijen gunstige uitspraak
gedaan.
Het Hof besliste, naar Reuter meldt,
dat een bedrag van 200 millioen aan
processing taxes", hetwelk krachtens
beslissing van een lagere gerechtelijke
instantie werd betaald, aan de desbe
treffende industrieele ondernemingen
Dit zijn de belastingen, die op grond van
moet worden terugbetaald,
de vorige week verworven Agriculture
Adjustment Act geheven waren.
Voorts verklaarde het Hoogste Gerechts
hof den eisch, gesteld door den katoenplan
ter Lee Moor, waarbij een uitspraak wordt
uitgelokt inzake de grondwettigheid van de
Bankhead katoenwet, niet ontvankelijk.
Men legt er evenwel den nadruk op, dat
deze laatste beslissing niet moet worden uit
gelegd als een bewijs voor de grondwettig
heid van de Bankhead Cotton Control Act,
doch is toe te schrijven aan de omstandig
heid, dat de rechters van meening waren,
dat deze zaak voor een lagere gerechtelijke
instantie had moeten worden aanhangig ge
maakt.
Volgens een later ontvangen bericht laat
de uitspraak van het Hoogste Gerechtshof de
vraag onopgelost of nu ook alle „processing
taxes", dus ook die uit hoofde van andere
gevallen dan het bovengenoemde, kunnen
worden teruggevorderd.
ZooaLs bekend zou hiermede in totaal één
milliard dollar zijn gemoeid.
Saarlouis wordt Saarlautern.
De „terugkeer van Saarland" herdacht.
Het A. N. P. meldt uit Saarlouis; De stad
Saarlouis is met de omliggende gemeenten
Lisdorf, Pikard, Schönbruch en Fraulautern
vereenigd tot een nieuwe gemeente Saarlau
tern, zoodat de naam Saarlouis is verdwenen.
Rijksminister dr. Frick heeft Maandagmor
gen den nieuwen naam aan de stad geschon
ken in een plechtigheid, waarvoor zeer veei
belangstelling bestond. Op het Adolf Hitler-
plein hadden zich de verschillende nationaal-
socialistische corporaties opgesteld, terwijl een
speciale tribune was gereserveerd voor oor
logsinvaliden.
Toen minister Frick in gezelschap van
gouwleider Bürckel verscheen, werd hij luide
toegejuicht. Hij hield een rede, waarin hij on
der meer zeide:
.Het verdrag van Versailles had dit gebied
tijdelijk van Duitschland losgescheurd Juist
in Saarlouis zouden zich de legendarische
150.000 bevinden, die aansluiting bij Frankrijk
wenschten. Op 13 Januari 1935 is deze leugen
als leugen onthuld, toen ook in Saarlouis 90
pet. der stemmen voor Duitschland werd uit
gebracht. Dien dag heeft men nooit vergeten
en daarom is de 13de Januari uitverkoren als
de dag, waarop de stad een nieuwen naam
krijgt.
Indertijd heeft de bevolking gevraagd den
ouden naam Saarlautern te mogen behouden,
doch tevergeefs. Dit onrecht zal thans goed
gemaakt worden en deze stad zal. zooals in
oude tijden, weer den ouden naam Saarlautern
hebben."
Bürckel legt „reken
schap" af.
Op den Wartburg werd een betooging ge
houden, waarbij gouwleider Bürckel een re
devoering heeft uitgesproken, die hij zelf in
zijn inleidende woorden het afleggen van re-
kensdhap noemde.
De moeilijkste problemen lagen op econo
misch gebied, zei spr. Het prijsniveau was in
het Saargebied lager dan in het Duitsche
Rijk. evenals de loonen. De industrie verloor
plotseling haar afzetgebied. Er moest dus
hard ingegrepen worden. Het gelukte het
aantal werkloozen niet te doen stijgen, doch
integendeel reeds spoedig te doen dalen tot
25 000 tegenover vroeger 52000. Slechts door
kameraadschappelijkheid konden de proble
men der wederaansluiting opgelost worden.
Voorts moest een reeks territoriale wijzi
gingen worden ingevoerd, waarbij de groot
ste veranderingen voor Saarlouis kwamen.
Zijn rede voortzettende, wendde spr. zich
tot de buitenlandsche persvertegenwoordi
gers, teneinde eenige vragen te bespreken,
die door hen een jaar geleden tot hem ge
richt waren. Deze vragen luidden: Wat ge
beurt er met de Joden? en Hoe zal het den
kerken vergaan? Wat gebeurt er met de aan
hangers van den status-quo? De Joden, aldus
zeide spr. bevinden zich wel zonder uitzon
dering onder het status-quo-contingent. Zij
genieten de bescherming van het accoord
van Rome op tweevoudige wijze: als Joden
en als status-quo-aan;hangers. Voor 1 Maart
zullen wel meer dan 95 pet. van alle Joden
met de meest grondige uitbuiting van het
accoord van Ro-me en de daardoor geboden
mogelijkheden in financieel en vermogens
rechtelijk opzicht het Saargebied hebben
verlaten. Wie dan nog hier blijft zal worden
behandeld volgens de reeds geldende wetten.
Het religieuze en kerkelijke leven is volko
men ongestoord gebleven. Rust en vrede
heerscht. Wat de status-quo-aanhangers be
treft kan niemand eischen. dat zij aan het
hart worden gedrukt. De opruiers leiden nu
een aangenaam leven om de domme verlei
den bekommeren zij zich niet meer. Tot deze
verleiden richtte spr. den oproep alles in het
werk >te stellen om hun domheid weer goed
te maken.
Na Bürckel sprak ook hier minister Frick.
Saarbruefcken krijgt een hoogeschool.
BERLIJN, 13 Januari (A.NP.) Ter gelegen
heid van de „herdenking der bevrijding van
het Saargebied" maakt de rijksminister van
opvoeding bekend, dat Saarbruecken in den
herfst van 1936 een hooge school voor
leeraarsopleiding zal krijgen. De nieuwe hoo
geschool moet een middelpunt van het cul-
tureele leven in het Saargebied worden en
Duitschland in het uiterste westen van het
rijk vertegenwoordigen.
MOEDER MET ACHT KINDEREN OMGE
KOMEN BIJ EEN BRAND.
LONDEN, 13 Januari. (Reuter). Bij een
brand in de arbeiderswijk van Tyldesley in
het graafschap Lancashire, is een moeder
met haar acht kinderen om het leven geko
men.
De vader wist zich te redden door uit het
venster te springen van de slaapkamer.
Toen de brandweer aankwam stond het
huis in lichter laaie, zoodat het niet te
benaderen was.
ONZE DACELIJKSCHE KINDERVERTELLINC.
En daar brengt Tani want zoo heet de heks haar tooverfluit
al naar den mond en begint er een afschuwelijke melodie op te blazen.
Het ziet Thijs groen en geel voor de oogen, het geluid gaat hem door
merg en been. Thijs stopt zijn vingers in de ooren, maar het geeft
niets. De schrille tonen dringen door alles heen. Thijs voelt, dat hij
langzaam maar zeker verandertAls het tooverlied uit is, bekijkt
Thijs* zichzelf vol schrik en verbazing. De heks heeft de waarheid
gezegd! Hij is heusch in een varkentje veranderd. Zijn berensnuit is
een varkenssnoet geworden, vier akelig korte pooten zijn in de plaats
van zijn berenarmen en -beenen gekomen.... zelfs het krulstaartje
ontbreekt nietl
Finland en de drie andere landen. De
taalverwantschap van groote beteekenis voor
het saamhoorigheidsgevoel. Van samen
werking tot samenspel.
(Van onzen correspondent).
Stockholm, Januari.
Het was eenige weken geleden bij de be
handeling van de begrooting van buitenland
sche zaken in den Finschen Rijksdag, dat
minister Hackzell, verschillende sprekers be
antwoordend, aanleiding vond te herinneren
aan zijn verklaring van een jaar geleden,
dat voor Finland neutraliteit eerste vereisch-
te was en dat in verband daarmee oriëntee
ring op de andere neutrale landen in het
Noorden de natuurlijke en aangewezen weg
was voor de buitenlandsche politiek van zijn
land. Na hem nam de premier. Kivimaki, het
woord om hetzelfde, maar krachtiger nog te
betoogen en vervolgens spraken vertegen
woordigers van alle partijen, die zich, met
uitzondering van een ietwat gereserveerden
afgevaardigde van de nationalistische, min
of meer fascistische, Volksbeweging, volko
men bij het standpunt der regeering aan
sloten. Sedert 1918 is wel nimmer met zoo
veel nadruk verklaard, dat Finland zich
Westwaarts oriënteert, op Zweden, waarmee
het op historisch, geografisch, politiek en
cultureel gebied zooveel gemeen heeft, en
dat het behoort tot de Scandinavische sta
tengemeenschap, maar sedert 1918 is ook de
internationale toestand wel nimmer zoo on
zeker geweest als thans, zoo vol tot samen
werking nopende dreiging.
De verstandhouding tusschen Finland en
Zweden heeft de laatste jaren wel eens te
wenschen overgelaten, de verklaarbare maar
daarom nog niet altijd gegronde vrees van
vele Finnen om niet zelfstandig genoeg te zijn
heeft soms tot wrijving, tot kwesties geleld,
maar de ernst van den algemeenen toestand
doet die moeilijkheden op den achtergrond
raken, de broedertwisten vergeten voor de
zorg voor de gemeenschappelijke veiligheid,
doet de gevoelspolitiek wijken voor nuchtere
politiek. Waarbij herinnerd kan worden aan
de woorden van Kivimaki, dat Zweden vol
gens de Finsche opvatting van de buurlan
den het land is. dat de minste kans loopt in
een oorlog of een ander gevaarlijk interna
tionaal conflict gewikkeld te worden en dus
het best in staat zou zijn zijn neutraliteit
te handhaven. Zoodat Finland in 't belang
van zijn eigen neutraliteit en van zijn ten
koste van groote offers verworven vrijheid
bet meest gebaat is bij oriënteering op Zwe
den, bij samenwerking met de andere Scan
dinavische landen in 't belang van de ge
meenschappelijke neutraliteit.
De Finsche declamatie is in de andere
Scandinavische landen en wel vooral in 't
oude broederland Zweden, met instemming
begroet. Men heeft steeds prijs gesteld ot>
samenwerking met Finland en men heeft
het wel eens onaangenaam gevonden, wan
neer bepaalde Finsche kringen te kennen
gaven, van die Zweedsche smpathie niet ge
diend te zijn. En nadat de Finsche universi
teitskwestie, die den vorigen winter de on
derlinge verstandhouding nogal vertroebel
de, van de baan was geschoven en de oude
vriendschap weer hersteld was. wachtte men
feitelijk nog alleen op een bezegeling daar
van. op een duidelijk getuigenis, dat Fin
land bij Scandinavië wilde blijven be-
hooren.
Dergelijke verklaringen behoeven tusschen
de drie andere Scandinavische landen niet
gewisseld te worden. Zij hebben hun punten
van overeenkomst en hun verschillen, zij
hebben ook een enkele maal hun onderlinge
moeilijkheden, maar het saamhoorigheids
gevoel is toch zoo sterk, dat zelfs een con
flict als het Deensch-Noorsche over een
stuk van Oost-Groenland in minder dan
geen tijd vergeten kon woTden. Er behoeft
evenmin gezegd te worden, dat deze drie
landen elkaar zullen helpen om de gemeen
schappelijke neutraliteit te handhaven.
Maar dit wil niet zeggen, dat bij een kren
king van de neutraliteit van een der Scan
dinavische landen de anderen te hulp zou
den snellen. Men vormt een neutraliteits-
blok, geen defensief blok.
Het is moeilijk, de politieke beteekenis van
deze Scandinavische statengroep juist te
schatten. Maar velen hier in het Noorden
zijn er van overtuigd, dat het democrati
sche, vTede- en vrijheidlievende Scandinavië
een taak te vervullen heeft. Wat er door
mannen als Munch en Sandler te Genève
gedaan of gezegd of althans gepoogd is moet
als bekend verondersteld worden. En er zijn
nu ernstige plannen om ook meer in 't alge
meen de Scandinavische gedachten uit te
dragen, de opvattingen en idealen van de
Noordsche volken aan anderen kenbaar te
maken door de uitgave van een Scandina
visch tijdschrift in 't Fransch, Duitsch
Engelsch, waardoor men de buitenwereld,
die zoo gemakkelijk verneemt wat men in
de groote landen verkondigt, zou kunnen
mededeelen hoe men in de kleine staten van
het Noorden over de dingen van den
denkt. Twee van de krachtigste Ijveraars
voor deze plannen zijn de „Rijks-antiquairs",
de hoofden van den oudheidkundigen dienst
in Noorwegen en Zweden en het lijkt ietwat
vreemd, dat dergelijke geleerden zich voor
een moderne politieke en cultureele taak
spannen, wanneer men niet weet. dat de
oudheidkundigen van de Scandinavische
landen al jaren een in de „moderne" talen
uitgegeven periodiek Acta Archaeologica
hebben, waarin zij voor niet-Scandinaviërs
de resultaten van hun studiën en onderzoe
kingen publiceeren.
Het is trouwens juist op wetenschappelijk
gebied, dat de samenwerking tusschen de
Scandinavische landen niet meer in de eer
ste plaats een onderwerp van discussies en
tafelspeeches uitmaakt, maar in belangrijke
mate reeds een feit is. De mogelijkheden
voor studenten om in andere Scandinavi
sche landen eén deel van hun studie te ver
richten zijn de laatste jaren aanmerkelijk
uitgebreid en er wordt van die mogelijkhe
den ook ruim gebruik gemaakt. Er bestaan
vele vaktijdschriften met een inter-Scandi-
navische redactie, met artikelen in Deensch,
Noorsch en Zweedsch in bonte volgorde en
abonné's in Denemarken, Noorwegen en
Zweden en Finland, want wie een van de
drie talen kent kan na een beetje oefening
de beide andere talen althans lezen. Het
ligt trouwens voor de hand, dat jui# de taal
verwantschap tusschen Deensch en Noorsch
en Zweedsch, welke laatste taal een van
de beide landstalen van Finland is en daar
ook door velen, die 't Finsch tot moedertaal
hebben, gelezen en gesproken wordt van
groote beteekenis is voor de Scandinavische
samenwerking. Daarom ijveren de organisa
ties, die deze samenwerking willen bevor
deren, krachtig voor verbreiding van de ken
nis van Noorsch en Zweedsch in Denemar
ken, van Deensch en Zweedsch in Noorwegen
en van Deensch en Noorsch in Zweden. In
zekere mate zijn die talen schoolvakken,
maar er worden toch nog steeds Noorsche
boeken in 't Zweedsch en Zweedsche boeken
in 't Deensch vertaald, al vermindert hun
aantal de laatste jaren nogal en al doen
verschillende uitgevers tegenwoordig ook bij
zondere moeite om het verkoopgebied voor
hun best-sellers van 't eigen land tot geheel
Scandinavië uit te breiden. In dit verband
kan vermeld worden dat de vroegere Noor
sche premier Mowinckel dezer dagen een 200
pagina's tellende bloemlezing uit werken van
Zweedsche schrijvers gratis ter beschikking
van het Noorsche onderwijs heeft laten stel
len.
Den laatsten tijd wordt al dit werk krach
tig gesteund door de radio, die de luisteraars
niet alleen kan leeren de andere Scandina
vische talen ook te verstaan, maar die ook
doordringt tot in de verste achterhoeken van
het platteland en zoo bij aanzienlijk meer
menschen 't Scandinavische saamhoorig
heidsgevoel kan versterken, dan vereenigin-
gen en onderwijzers met lezingen en lesjes
en tijdschriften en boeken vermogen te doen.
De leiders van de omroepdiensten der vier
landen hebben eenigen tijd geleden langdu
rig over hun samenwerking geconfereerd en
als resultaat daarvan worden nu geregeld
programma's geruild en gemeenschaopelijke
programma's over alle Scandinavische zen
ders uitgezonden. Er zijn genoegelijke inter-
Scan din a vische redio-debatten gehouden
met deelneemrs in Kopenhagen, Oslo, Hel-
singfors, Gothenburg, Bergen en Stockholm,
er zijn gemeenschappelijke concerten gege
ven. waarnaar men in Kirkenes en Haderslev
Aalesund en Sordevala luisterde en kort ge
leden hebben alle luisteraars van Denemar
ken en Finland, Noorwegen en Zweden sa
men Kerstavond gevierd met Deenschen
koorzang en Finsche kerstliedjes en Noor
sche kerstklokken en Zweedsche polka's-om-
den-kerstboom. En bij de Zweedsch-Noorsche
Oudejaarsuitzending dreef men de samen
werking zoo ver, dat het orkest in de Oslo-
sche studio een voor den Stockholmschen
microfoon staanden zanger begeleidde en
omgekeerd Stockholm het zingen van „juf
frouw Oslo" accompagneerde, hetgeen zoo
goed ging. dat tenslotte de twee orkesten
maar samen speelden. En dit verliep zoo
vlot en gelijk-op, dat de radiodienst den
volenden dag moest verklaren, dat er wer
kelijk niet geknoeid was, dat de orkesten
werkelijk zoo'n 500 kilometer van elkaar ver
wijderd waren.
C. G. B.
Aardbeving in Columbia eischt
honderden slachtoffers.
Reuter meldt uit Bogota, 13 Januari: Het
totaal aantal slachtoffers der aardbeving in
het departement Narino bedraagt 250 a 300,
waarvan 200 alleen in het dorp La Chorrexra,
gelegen op 20 K.M. afstand van Tuquerres.
Donderdag te middernachtwerden aldaar door
een lawine veertig huizen onder een twaalf
meter dikken aardmassa bedolven.
Zondag wer het dorpje Iguag, dat door zijn.
bewoners verlaten was, onder een nieuwe la
wine bedolven. In drie andere plaatsjes die
geheel werden vernield, werden 50 bewoners
gedood. Een groot aantal geheel naakte kin
deren, die hun ouders verloren bij de ramp,
dwalen op de ruïnes rond en zijn geheel aan
de liefdadigheid overgeleverd. Daar er groote
scheuren in de wegen zijn ontstaan, wordt het
reddingswerk uitermate bemoeilijkt. De vul
kaan Manzano werkt en vogels, die erover vlie
gen vallen bedwelmd omlaag.
WOENSDAG 15 JANUARI 1936.
HILVERSUM I, 1875 M.
VARA-uitzending.
8.Gram. platen. 9.30 Kookpraatje. 10.
Morgenwijding V.P.R.O., 10.15 Orvitropia en
solisten. 12.— Gram. platen. 12,15 De Fliere
fluiters en Gram. platen. 2.Voor de Vrouw.
2.15 De Zonnekloppers. 3.— Voor de kindèren,
5.30 VARA-orkest. 6.30 R.V.U. Causerie. 7.—
Sportpraatje, 7.15 Guarneri-kwartet. 8.— Be
richten. 8.15 Radio-tooneel. 9.45 Residentie
orkest m.m.v. solist. 11.Berichten. 11.05
12.De Bohemians en solisten.
HILVERSUM II, 301 M.
N.C.R.V.-uitzending.
8.— Schriftlezing. 8.15—9.30 Gram. platen.
10.30 Morgendienst. 11.— Alt en piano. 12,15
Gram. platen. 12.45 Concert. 2.30 Postzegel
praatje. 4.Gram. platen. 3.15 Orgelspel. 4.
Het Haagsche Trio. 5.Kinderuur. 6.
Landbouwhalfuur. 6.30 Afgestaan. 7.— Be
richten. 7.15 Reportage. 7.30 Causerie. 8.—
Berichten. 8.05 N.C.R.V.-orkest. 9.— Lezing.
9.30 N.C.R.V. orkest. 10.— Berichten. 10.05 Le
zingen. 10.3011.30 Gram. platen.
DROITWICH, 1500 M.
11,20 Gram. platen. 12.05 Orgelspel. 12,50
Ch. Manning's orkest; 1.35 Orgelconcert. 2.20
Gram. platen. 3.10 Pianorecital, 3.35 Sted. or
kest Bournemouth en solist. 5.05 Kwintet
concert. 5.35 De Continentals m. m.v. soliste.
6.2C Berichten. 6.50 Zang. 7.10 Lezingen. 7,50
Revueprogramma m.m.v. solisten, koor en or
kest. 8,55 Sopraan en viool. 9.50 Berichten.
10.20 Cabaret. 10.50 BBC-orkest. 11,35—12,20
Dansmuziek.
RADIO PARIS, 1648 M.
7.20 en 8.35 Gram. platen, 11,20 Populair
concert. 2,50 Orkesconcert. 4.20 Pianorecital.
1 4.35 Gram. platen. 5.50 Orkestconcert, 9.05 Ra-
diotooneel. 11,0512,35 Populair concert en
dansmuziek.
KEULEN, 456 M.
5.50 Orkestconcert. 11.20 Populair concert.
I.35 Gram. platen. 3.50 Literair-muzikaal
programma. 9.50—11.20 Omroeporkest, -klein
orkest en solisten.
BRUSSEL 322 en 844 M.
322 M.: 12,20 Gram. platen. 1.30—2.20 Max
Alexys' orkest. 6.20 Gram. platen, 6.35 Zang.
7.20 en 8.20 Gram. platen. 8.50 Symphonle-
concert. Hierna tot 11,20 Gram. platen.
484 M.: 12,20 Max Alexys' orkest. 1.30—2,20
en 5.20 Gram. platen, 5.50 Kamermuziek. 7.20
Gram. platen, 8.20 Omroeporkest. 10.3011,20
Dansmuziek.
DEUTSCHLANDSENDER 1571 M.
8.05 Koor- en orkestconcert. 9.20 Berichten
9.50 Cello- en piano, 10.05 Weerbericht. 10.20-
II,20 Kamermuziek.