Liefde in de wildernis Koning Edward VIII volgt met zijn broers, de Hertogen van York, Gloucester en Kent en Lord Harewood het stoffelijk over schot van zijn vader op weg van het kerkje te Sandringham naar het station Wolferton. (Per beiinograaf geseinde foto) In de Amsterdamsche Montessorischool aan de Albrecht Dürerstraat wordt een tentoonstelling gehouden van teeken- werk van drie- tot achttienjarige leerlingen Te Geisteren had Donderdag onder groote belangstelling de plechtige uit vaart en begrafenis plaats van pastoor G. Litjens, welke deze week bij een roofoverval vermoord werd. De plechtigheid op het kerkhof Winter in de Rotterdamsche Diergaarde. Een tweetal, dat zijn toevlucht heeft gezocht op de verwarmingsleiding De Belgische minister van Economische Zaken, de heer Isacker bracht Donderdag een bezoek aan de Handelshoogeschool te Tilburg. De hooge bezoeker (links met bril) op weg H. K. H. Prinses Juliana heeft Don derdag de Middel baar Technische School te Leeu warden officieel geopend. De aan komst van de Prin ses aan het nieuwe gebouw De heer C. Drayer en zijn echtgenoote M. Paap, beter bekend als „Marianne de badvrouw", vierden Donderdag te Zandvoort hun gouden huwelijksfeest. De jongste kleinzoon feliciteert de jubilarissen FEUILLETON Uit het, Engeisch van OTTWELL BINNS. (Nadruk verboden.) 33) Een van de dragers haalde de flesch te voor schijn Honor schonk wat in een tinnen beker en hield dien aan Fatuma's lippen. Ze dronk het op, slikte, begon te hoesten en vloog met een luiden kreet overeind. Na een oogenblik scheen ze zich alles te herinneren en ze snik te: O, de kleine Bwana! Ik hoorde hem hui len zoozooHij De kleine Bwana is hier. veilig en wel, Fatuma. Hij is bij Salem, kijk, daar. Fatuma sprong overeind, keek haastig om zich heen en zag in de duisternis het blanke, tengere kind afsteken tegen de zwarte huid van den drager. Met een diepen snik van blijdschap rende ze er naar toe, nam het kind in haar armen en stamelde allerlei liefkoo- zende woorden. Het kind begon opnieuw angstig te snikken maar de vrouw suste het in het Swahili en de kleine jongen herkende haar stem, sloeg zijn arm om haar heen en drukte fcich tegen haar aan met zijn blank gezichtje tegen haar zwarten schouder. We moeten nu weg. zei Rimington. Maar als jij hem kunt dragen Niemand anders zal hem in zijn armen houden! Maar hij moet warmer ingepakt, worden. De nacht is koud en de koortsvliegen zullen hongerig zijn. Honor deed haar wollen vest uit en gaf het haar. om het kind er mee te bedekken, en toen gingen ze op weg naar een kleine hoog vlakte, die volgens Rimington rechts van hen lag. Als ze zorgden, dat ze steeds heuvel- waarts gingen, moesten ze haar vinden. De maan kwam op en scheen als een bloedroode bal door de boomen; er kwam een lichte mist opzetten, die hen door en door ril lerig maakte. Voortdurend schramden ze zich aan de doornen, hun voeten bleven haken in dooreengegroeide wortels, maar na een uur begon de stijging van den bodem goed merk baar te worden, de boomen begonnen te wij ken en ze stonden voor een helling. Honor vond, dat het loopen nog moeilijker viel dan in het bosch. Bij elke twee stappen, die ze deed zakte ze er één achteruit. Ze moesten verscheidene keeren halt houden, maar ten slotte hadden ze den top bereikt en stonden op den rand van het plateau. Aan den ande ren kant op misschien zes of zeven mijlen af stand zagen ze het woud als een donkere streep afgeteekend. In de schaduw van een groote acacia hielden ze halt en Rimington liet Honor wat whisky drinken. Het zal u helpen, zei hij kort, toen ze eerst weigerde. En we, moeten daar bij dat bosch aan den anderen kant zijn voor het dag is. Ze slikte het prikkelende goedje zonder verder protest en terwijl hij wachtte, viel haar gezicht plotseling op zijn doodsbleek vertrokken gezicht. Maar u, zei ze. kunt u het halen? Ik moet het halen, al zou ik op handen en voeten kruipen, zei hij grimmig. Dat kind moet zoo gauw mogelijk in veiligheid worden gebracht. Honor keek naar het kind, dat vast lag te slapen in Fatuma's armen en vroeg zich af welke betrekking er bestond tusschen Ri mington en den kleinen blonden jongen. Toen zei ze: Maar als Legrand nu bulten gevecht ge steld is Dan blijft die ander nog over, zei hij. de man. die me deze wond in den schouder be zorgd heeft. Ik weet niet wie het is, maar Hij brak zijn woorden plotseling af en er kwam een uitdrukking van schrik op zijn ge zicht. Honor zag het en wachtte, bang voor wat er komen zou. Een minuut ging voorbij, toen deed hij de vraag waarvoor ze den heelen tijd al gevreesd had. Miss Donthorne, hoe kwamen u en Fa tuma in de buurt van Rahutu. terwijl ik u daarginds in mijn kamp heb achter ge laten? Ze trachtte hem de zaak op de minst ern stige manier voor te stellen, door hem te ver tellen van den bode, die in den nacht gekomen was met een brief van hemzelf. Maar ik heb geen brief en geen bode gestuurd ,zei hij. Legrand moet dien brief vervalscht hebben. Honor repte niets van de mogelijkheid, dat die brief werkelijk van Jules Legrand aan Mannering was en dat Mannering zelf het heele verhaal verzonnen had. Ze gaf geen antwoord en Rimington vervolgde: En u kwam zeker in het kamp van dien schurk? We werden onderweg aangevallen. Le grand beweerde, dat hij ons gered had Een gemakkelijke redding als de aanval alleen maar schijn is. Rimington lachte schamper. Het leek anders in één opzicht werkelijk genoeg, viel ze hem in de rede. Twee of drie dragers werden gewond. En toch zal Legrand zelf die hinderlaag opgesteld hebben. Het is echt iets voor hem om zooiets te doen en er zich op te beroemen dat hij u gered heeft. Hij zweeg even, toen keken zijn ernstige oogen haar strak aan en er was een koude klank in zijn stem, toen hij vroeg: En waar is Mannering gebleven? Hij is toch niet bij de gewonden? Ze aarzelde even, want ze begreep heel goed, dat haar antwoord zijn achterdocht zou bevestigen. Neen, antwoordde ze onzeker en haar toon deed hem veel duidelijk worden. Hij gaf een korten knik en vroeg: Is hij daar nog? Ja. Aha! Hij stond langzaam op en er was een harde uitdrukking op zijn gezicht, welke duidelijk te kennen gaf, dat hij thans wist aan wien hij zijn gewonden schouder te danken had. Hij keek met een grimmigen blik in de richting van Rahutu. Honor stond op trachtte den in druk van hetgeen hij gehoord had, te ver zachten. U moet sir George Mannering niet te hard beoordeelen. Hij was zichzelf niet. Hij had een heftigen aanval van koorts achter den rug ener was nog iets anders. Ik zag hem weggaan met Legrand. Het was of hij gehypnotiseerd was of half verdoofd. Het is heel logisch, dat u probeert ver ontschuldigingen te vinden voor uw verloofde, viel hij haar in de rede. Maar Hij is mijn verloofde niet meer, zei ze rustig. Het is uit tusschen ons. Ik heb hem gisteravond gezegd U hebt het hem gezegd? riep hij onge- loovig. Bedoelt u dat u uw verloving verbroken hebt? Ja, ik had ontdekt, datdat ik hem niet liefhad. Ze zei die laatste woorden haastig en ver ward. want zij had het gevoel, dat hij haar mededeeling onvermijdelijk in verband moest brengen met zijn eigen vraag, toen hij naar den slapenden Mannering had staan kijken: en ze ging haastig voort: Dus u ziet, dat het niet daarom is, dat ik George Mannering probeer te verontschuldi gen. ïk meen in ernst, dat hij gehypnotiseerd of half verdoofd was. En Legrand had een ge weldigen invloed op hem. Ik geloof zeker, dat hij zichzelf niet was, toentoen Ze eindigde den zin niet, het was haar onmogelijk het vreeselijke feit onder woorden te brengen, maar hij sprak haar gedachten verder uit. Toep hij probeerde mij t# vermoorden, bedoelt u? En hij voegde er op minachtenden toon aan toe: Ik ben bang, dat ik het op dat punt niet met u eens ben, miss Donthorne. Er zijn dingen in deze geschiedenis, waar u niets van weet. Ik ben er van overtuigd, dat Mannering absoluut wist wat hij deed, toen hij probeerde me dood te schieten. Ik kan het u niet uitleggen, misschien later. Het is tijd dat wij verder gaan. Mannering zou een tweede poging kunnen wagen. Zonder Honor tijd te gunnen om nog iets te zeggen, gaf Rimington een kort bevel en de tocht werd hervat. Vergeleken bij den marsch door het woud, was te tocht over de vlakte kinder spel. Er was alleen maar gras, dat zacht heen en weer wuifde in den nachtwind met hier en daar een acacia in het maan licht, doch na een uur, of twee ging de schoonheid van den nacht verscholen achter een killen, vochtigen mist en in Honor's hart kwam ook een kille somberheid. Van het oogenblik af, dat Alec Rimington haar had verteld van den Europeaan, die op hem had geschoten, had ze geweten wie dat geweest was, en ook Rimington scheen zelf niet te twijfelen. Het was vrijwel onmogelijk, dat er een derde blanke in Rahutu was geweest en bovendien had Rimington haar gezegd, dat er dingen waren, waar zij niets van wist, maar die hem deden begrijpen waarom de ander het op zijn leven gemund had. Maar waarom? Ze trachtte de geheele geschiedenis te door gronden. Ze zag Mannering, Jules Legrand het blonde kind, Rimington en Fatuma, zich zelf, allen deelen van een puzzle, die ze niet sluitend kon krijgen. Was het dit kind, dat den sleutel vormde? Lag het geheim verscho len in het opschrift op dien steen dat Man nering had laten wegbeitelen? (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1936 | | pagina 8