2
De karavaan bereikt Dessie.
THIJS IJS EN DE DIKKE HERTOG
Ras Kassa's leger beslissend geslagen?
MAXNDAG 2 MAART 1935
De OOvlog ITl Öost-Afvika. klaart de minister dat een definitief herstel
1 van de discipline in het leger veel moeite zal
Groote Italiaansche overwinning
in Tembien.
Mamba^ pc
•-ARADAM if
/'X?'
Het terrein van den grooten slag
aan het Noorderfront, waar de
legers van Ras Kassa werden
verslagen.
Abessyniërs lijden zware verliezen.
Maarschalk Badoglio telegrafeerde;
in het 141ste legerbericht: „De
tweede veldslag in Tembien is in een
beslissend stadium gekomen.
De legers van Ras Kassa en Ras
Seyoem zijn omsingeld en hun toe
stand wordt van uur tot uur critie-
ker".
Van het front in Tigre wordt ge
meld, dat het Italiaansche leger den
slag in Tembien gewonnen heeft. De
verslagen Abessyniërs hebben overal
groote hoeveelheden wapens en muni
tie in de handen der Italianen ach
tergelaten. Het leger van Ras Kassa
is vernietigd.
Het daarop volgende legerbericht
meldde:
„Op het noordelijk front is het leger
van Ras Kassa, dat beslissend is ge
slagen, in ontbinding."
Het Italiaansche persagentschap Stefani
meldt, in aansluiting hierop:
De slag in Tembien, die op 27 Fe
bruari begonnen is, kan als gewonnen
worden beschouwd. De vijand bood
verbitterden tegenstand om aan een
omsingeling te ontkomen. Het leger
van Ras Kassa is vernietigd. De ver
liezen van den vijand zijn zeer zwaar.
Reusachtige hoeveelheden wapenen,
dieren en ander materiaal zijn buit
gemaakt. Het lot van Ras Kassa is
hetzelfde als dat van Ras Moeloeghe-
ta. De luchtmacht is bezig de over
winning uit te buiten.
Vluchtend leger door bommenwerpers
bestookt.
De correspondent van het D.N.B. seint uit
Asmara:
Bij de gevechten in Tembien, welke drie
dagen hebben geduurd, werden de legers van
Ras Kassa en van Ras Seyoem geheel ver
nietigd-
Ras Kassa.
Het gros der troepen werd bij Abbi Addi
omsingeld.
Ras Kassa bevindt zich met een klein deel
zijner troepen op weg naar het Zuid-Westen.
Hij wordt onderweg voortdurend door
Italiaansche bommenwerpers bestookt.
De Italiaansche verliezen bij de laatste
gevechten zouden niet zoo groot zijn, doch
de Abesssynische verliezen worden ontzaglijk
genoemd.
Maarschalk Badoglio heeft in het hoofd
kwartier zijn voldoening over de overwinning
uitgesproken.
Te Rome doet het gerucht de ronde, dat
Ras Kassa zelfmoord heeft gepleegd.
De insluiting van Ras Kassa's leger.
Omtrent het beloop der gevechten in Tem
bien geeft de correspondent nog de volgende
bijzonderheden:
Na de vergeefsche poging den Work Amba
ten noorden van Abbi Addi te heroveren, trok
het Abessynische leger, dat 15.000 man sterk
was, uit Abbi Addi terug, waar het door het
uit het Zuiden naderende derde legercorps
werd omsingeld.
In den nacht van Vrijdag op Zaterdag slaag
de Ras Kassa er in met een deel zijner troe
pen door de Italiaansche troepen heen te bre
ken en te vluchten in de richting van de "ïa-
kazze.
Italiaansche bommenwerpers hebben een
achtervolging ingezet en Kassa's troepen met
bommen bestookt.
Zaterdag werd de kring om het bij Abbi
Addi ingesloten leger, dat zich wanhopig ver
dedigt, steeds nauwer. De Abessynische solda
ten werden in bloedige gevechten afgemaakt.
Het aantal dooden aan Abessynische zijde
moet vele duizenden bedragen. Het aantal ge
wonden moet ontzettend zijn, hoewel op het
oogenblik nog geen nauwkeurige cijfers be
kend zijn.
De Italiaansche verliezen zouden betrekke
lijk gering zijn.
Of Ras Kassa nog heelhuids naar de bin
nenlanden van Abessynië zal kunnen ontsnap'
pen. moet men afwachten.
Het Abessynische front is, behalve de uiter
ste linkervleugel geheel ingestort. De situatie
van de troepen op dezen vleugel, die 30.000
man sterk zijn, wordt evenwel hopeloos be
schouwd.
Vele vluchtende soldaten hebben hun wa
pens weggeworpen om voor vreedzame bewo
ners te kunnen doorgaan. De Italiaansche buit
aan wapens en munitie moet zeer groot zijn.
De tweede groote manoeuvre van
maarschalk Badoglio.
De slag in Tembien is de tweede acte van de
grootsch opgezette manoeuvre, welke maar
schalk Badoglio heeft voorbereid.
De eerste groote slag, die Badoglio den
Abessyniërs heeft toegebracht, was, toen hij
ras Moeloegeta bij den Aradam-berg heeft ver
slagen, waarbij hij zich de mogelijkheid schiep
den Amba Aladzji te bereiken.
De volgende belangrijke fase aldus
de D.N.B. correspondent zal zich waar
schijnlijk binnenkort afspelen op den
uitersten rechtervleugel van het Ita-
laansche leger. Bij die gelegenheid zal
beslist worden over het lot van de
legers van den negus.
Slag bij Adoea herdacht.
Uit Rome, 1 Maart. In tegenwoordigheid van
den koning en Mussolini werd Zondagochtend
aan het graf van den Onbekenden Soldaat een
plechtige mis in de open lucht gecelebreerd
ter eere van de vandaag veertig jaren geleden
bij Adoea gesneuvelde Italiaansche militairen.
Alle troepen van het garnizoen te Rome, zoo
mede alle manschappen der fascistische mili
tie en andere op militairen leest geschoeide
partij-organisaties woonden de plechtigheid
bij. De manschappen stonden opgesteld op
het Piazza Vehezia en bij het nationale mo
nument.
De toegangswegen waren door tienduizenden
personen bezet.
Groot was het enthousiasme toen Mussolini
op het balkon van zijn paleis verscheen.
Mussolini zeide o.m.: Onze heldhaftige sol
daten rukken voorwaarts. De feiten spreken en
zullen nog meer spreken. (A.NP.)
Japan.
Het einde van den militairen
opstand.
Het A.N.P. meldt uit Tokio, 29 Febr.: Nu
de opstand is beëindigd, is het mogelijk een
overzicht te verkrijgen over de gebeurtenissen
in Tokio Vrijdagavond en Zaterdagochtend.
Nadat de opstandelingen geweigerd hadden
in de kazernes terug te keeren publiceerde de
militaire bevelhebber van Tokio generaal
Kasjii een verklaring, waarin hij constateerde,
dat de muiters zich door hun weigering schul
dig maakten aan ongehoorzaamheid jegens
den keizer. Hoewel een strijd tusschen de kei
zerlijke troepen niet overeenkomstig den geest
van het Japansche leger is, moest toch door
het inzetten van militaire krachten een einde
worden gemaakt aan den opstand. Tegelijker
tijd werd den bewoners van de huizen in het
stadsdeel, dat door de opstandelingen was be
zet, aangeraden rustig in de woningen te
blijven.
Zaterdagmorgen omstreeks 9 uur besloten
160 man naar de kazernes terug te keeren,
20 minuten later volgden 120 anderen.
Nadat nu generaal Kasjii en nog eenige
andere onmiddellijke chefs van de opstande
lingen hen door middel van ballons en op
andere wijze nogmaals hadden aangespoord,
zich over te geven, begaf generaal Kasjii zich
naar den Mikado. Deze gaf zijn toestemming
tot het gebruik van geweld.
Generaal Kasjii liet per radio de volgende
proclamatie verspreiden:
.Soldaten! De Keizer gebiedt u naar uwe
kazernes terug te keeren. Wij bewonderen ten
zeerste uw moed en loyauteit jegens uw offi
cieren, maar aangezien deze hun vergissing-
hebben ingezien, kunt gij u zonder schaamte
aan dit bevel onderwerpen. Indien gij echter
nu in uw houding zoudt volharden, zoudt gij
beschouwd moeten worden als muiters. Geef
uw standplaatsen dus op en gij zult genade
erlangen, keert terug tot uw keizer, uw volk
en uw ongeruste bloedverwanten".
Omstreeks half twaalf werd officieel bekend
gemaakt, dat de meeste onder-officieren zich
hadden overgegeven en dat men erop kon
rekenen dat de muiterij spoedig ten einde zou
loopen.
Twee en een half uur later werd officieel
bekend gemaakt, dat alle punten, welke door
de opstandelingen waren bezet, door hen wa
ren verlaten. De actie was hiermede ten einde.
Naar verder werd vernomen zouden de
regeeringstroepen volgens een van te voren
opgesteld plan naar voren geschoven worden,
en te ruim 8 uur werden zelfs tanks in stelling
gebracht tegen de rebellen, die den Sanno-
heuvel bezet hielden.
Minister van oorlog neemt de
volle verantwoordelijkheid op zich.
Generaal Kawasjima, de minister van oor
log, verklaart in een officieele proclamatie,
welke werd gepubliceerd nadat de rebellen
zich hadden overgegeven: „ik alleen ben te
laken voor de betreurenswaardige gebeurte
nissen, welke hebben plaats gehad en ik ben
mij diep bewust van mijn verantwoordelijk
heid."
De minister voegt hieraan toe, dat de eer
van het leger in de oogen van het volk en van
hét buitenland is bevlekt. Bovendien ver-
kosten, niettegenstaande het op het oogen
blik schijnt, dat de orde is hersteld.
Toestand in Tokio weer normaal.
Het ministerie van Oorlog deelt mede, dat
de censuur is opgeheven. De stad heeft haar
normaal uiterlijk hernomen. Om vier uur
Zaterdag reden de auto's weer door de stad;
het spoorwegverkeer was om 12 uur reeds
hervat. Het vertrouwen van het publiek, dat
was teruggekeerd nadat de opstand was be
ëindigd, is nog versterkt door het bericht, dat
de premier okada niet was gedood.
Okada's redding.
Het blijkt thans, dat Okada niet als gijzelaar
door de muiters gebruikt is. Hij heeft zich
schuil gehouden in een uithoek van zijn paleis.
Zijn zwager, die een sterke gelijkenis met den
premier vertoont, ging de soldaten tegemoet.
Deze meenden Okada voor te hebben en scho
ten hem neer.
Welk een sterke gelijkenis er bestond tus
schen den premier Okada en diens in zijn
plaats vermoorden zwager blijkt wel uit het
feit, dat, zelfs toen de vermoorde op een baar
was gelegd, de hem omringende vrienden en
verwanten van den premier meenden, inder
daad met het stoffelijk overschot van Okada
te doen te hebben, daar het verband de ge
laatstrekken ten deele bedekte. Toen dan ook
Okada Vrijdagavond eensklaps weer in zijn
woning verscheen, staarde ieder den uit den
dood herrezene in stomme verbazing aan.
De toestand van den zwaargewonden hof
maarschalk Soezoeki is een weinig verbeterd
nadat de geneesheeren een bloedtransfusie
hadden verricht.
Omtrent het lot van graaf Makino verluidt,
dat hij en Saijonji door een gendarme zijn
gewaarschuwd, die bij den overval op admi
raal Saito had weten te ontkomen. Hoewel
graaf Makino ongedeerd zou zijn ontsnapt,
is hij tot dusver nog altijd onvindbaar.
Kapitein Nonaka pleegt zelfmoord.
Het militaire hoofdkwartier deelt mede, dat
de leider der rebellen, kapitein Nonaka, zelf
moord heeft gepleegd.
De meeste leiders van de revolte, onder wie
drie oud-officieren, zijn naar de gevangenis
overgebracht, terwijl de lagere officieren en de
manschappen, die zich hebben overgegeven,
in hun barakken bewaakt worden. In een com
muniqué wordt gezegd, dat alle jonge officie
ren, die bij de revolte betrokken zijn, uit den
militairen dienst zullen worden ontslagen en
afstand zullen moeten doen van rang en eere-
teekenen.
De politie te Tokio deelt mede, dat bij de op
standige beweging vijf agenten zijn gedood,
terwijl een zesde gewond is.
Engeland.
Koning Edward spreekt tot
zijn volk.
Koning Edward VIII heeft Zondagmiddag
zijn eerste radioredevoering uitgesproken
sinds zijn troonsbestijging.
Na hulde te hebben gebracht aan wijlen
zijn vader en na begroetingswoorden te heb
ben gericht tot de prinsen en het volk van
Indië, zeide de koning: Koningin Mary,
mijn familie en ik zelf hebben een grooten
steun gehad in de betuigingen van ernstige
deelneming, welke uit alle deelen der wereld
tot- ons zijn gekomen.
Wij zullen de sympathiebetuigingen, welke
wij var- duizenden personen hebben mogen
ontvangen, niet alleen uit het Britsche Rijk,
doch cok uit den vreemde, nooit vergeten.
Het is ons buitengewoon aangenaam te we
ten hoezeer de groote politiek van mijn vader
werd gewaardeerd.
Op mij rust de taak zijn werk voort te zet
ten.
Ik ben bij de meesten uwer beter bekend
als prins van Wales, d.w.z. als de man. die
gedurende den oorlog en daarna de gelegen
heid heeft gehad in contact te komen met de
volken van bijna alle landen der aarde en hen
te leer en kennen.
Hoewel ik tot u spreek als koning ben ik nog
steeds dezelfde en mijn voortdurend streven
er op gericht zijn voort te gaan het wel
zijn van mijn medemenschen te bevorderen.
"Dat de toekomst vrede en een goed weder-
zijdsch begrip moge brengen over de geheele
wereld en welvaart en geluk aan het Britsche
volk en dat wij ons onze erfenis waardig mo
gen betoonen. (A.N.P.)
AARTSBISSCHOP CONTRA HITLERJEUGD.
Aairstbisschop Conrad Grober van Freiburg
in Breisgau heeft naar Havas uit Berlijn ver
neemt een brief gezonden aan den minister
van godsdienstzaken Kerrl, waarin hij hem
verwijt, dat de „Hitierjugend" de jeugd ont
kerstent-. In leidende nationaal-socialistische
kringen heeft dit veel verontwaardiging ge
wekt.
Brieven van de Nederlandsché
Roode Kruis Ambulance in Ethiopië
Bergpaden waren in modderbanen herschapen.
De expeditie voor het eerst sinds twee
weken weer „au grand complet".
Dessie, Februari
Zondag, den laatsten dag van onzen tocht,
was het uitzicht niet opwekkend, toen wij uit
de tent kwamen. Wij zaten midden in de wol
ken en van het mooie uitzicht van den vorigen
dag was niets meer te bespeuren. Wij hadden
nog niet besloten of wij voor Dessie nog zou
den kampeeren, dan wel laat de stad zouden
bereiken. Onderweg namen wij telkens infor
maties en de indruk, dien wij hieruit kregen
was, dat het laatste wel lukken zou. Zorg
vuldig hielden wij den kop van de karavaan
vast om Aman te beletten kamp te maken.
Eén onzer Sabanja's en een der verplegers
hadden den tocht reeds eerder gemaakt en
toen om half vier Aman er de brui aan wilde
geven, lieten wij hem zeggen dat hij, wanneer
hij zijn huis wilde bereiken, ook tot 6 uur door
trok, dus dat hij thans ook tot- dat uur had
door te gaan. Hij had ons in den loop der
week zooveel op den mouw gespeld, dat wij
aan zijn protest, dat het onmogelijk was Des
sie te halen voor donker, geen geloof schon
ken, maar ons hielden aan de inlichtingen
van anderen. Wij hadden weinig zin in den
kouden druilerigen regen te midden van het
ongelooflijke modderbad, waarin het terrein
hier snel herschapen is .nogmaals te kampee
ren, maar wilden voor alles trachten het kamp,
dat de inmiddels per camion aangekomen le
den zouden hebben opgericht, te bereiken.
Maar ditmaal had onze Nagadras nu eens
de waarheid gesproken en inderdaad bleek de
stad verder, dan wij dachten. Toen wij een
hoek om waren maakte Aman van de gele
genheid gebruik om af te laden en natuurlijk
merkten wij pas eenigen tijd later, dat hij
niet volgde. In omkeeren hadden wij weinig
trek. Aman weer op te laten laden zou zooveel
tijd vragen, dat dan van voor donker binnen
zijn geen quaestie meer zou zijn. Collega Vee-
neklaas en ik, die vooraan reden dien dag, be
sloten om de bagage over te laten aan de
hoede van den verpleger Honing, die aan den
staart was, en om duidelijk in Dessie te de-
monstreeren hoe onwillig de Nagadras was,
zonder zelfs onze particuliere bagage daar
binnen te komen. Aan dit besluit was natuur
lijk niet vreemd de overtuiging, dat wij, ii
Dessie aangekomen, altijd wel een bed zouden
vinden. Maar gelijk gezegd, inderdaad viel de
afstand niet mede en het afdalen van het
steile bergpad, dat in een glibberige modder-
baan was herschapen, vergde in de tusschen
de steile bergen vroeg komende schemer veel
tijd. Om iederen volgenden hoek verwachtten
wij de stad, maar steeds weer bleek dit on
juist. Zelfs het uitspreken van de verwachting
dat de stad er niet zou liggen, hielp niet en
het was donker, toen er wel telkens verzame
lingen toekoels te zien waren, maar geen Des
sie met zijn Gébi. En gelijk dit bij ons ook
voor kan komen, antwoordde een ieder op de
vraag van Ato Paulus, hoever het nog was,
„een stief kwartierken". Nu, dit kwartiertje
dijde uit tot eenige uren. Gelukkig is het op
karavaan gewoonte, dat de stormlantaarn
van de tent'gedragen wordt door den boy, en
met ons gevolg van verplegers trokken wij
verder.
Wij hoopten, dat het kamp aan deze zijde
van Dessie zou zijn, want dat het buiten en
niet in de 'stad zou zijn, was vooruit vastge
steld. Op ons toeteren met de signaalhoorns
kwam evenwel geen antwoord en men wist ons
te vertellen bij de langzamerhand dichter
bijeen staande toekoels, dat het kamp inder
daad verderop was. Eindelijk, doornat en ver
moeid, kwamen wij bij een wachtpost van
soldaten en van hier gaf men ons een geleide
mede, ofschoon eigenlijk het verkeer na zons
ondergang verboden is. Na een tocht door de
voor onze begrippen onbegaanbare straten,
welke men liever ongeplaveid, dan aldus van
willekeurig neergegooide steenen bezaaid zou
willen zien', kwamen wij bij de plaatswaar
de bagage stond der andere karavaan, maar
zonder staf. De nagadi's wisten ons te vertel
len, dat zij laat in Dessie waren aangekomen
en dat de heer en elders waren. Nu, dit laatste
was duidelijk. Wij hadden er thans genoeg
van. Er waren tenten en er waren keuken-
kisten, dus we waren klaar, en een uur later
ONZE DACELIJKSCHE KINDERVERTELLINC.
Zoo wordt de arme Thijs door een paar soldaten naar een cel ge
voerd en Claudius Kwadreef wrijft zich natuurlijk in z'n handen, nu
hij niet langer bespionneerd wordt. Mismoedig zit Thijs hier op het
lage bankje te peinzen, met geen ander voedsel dan een hard stuk
brood en een kruik water, die er al een paar dagen heeft gestaan.
„Nu zal die slechtaard morgen natuurlijk den dikken hertog gaan
bestelen, zonder dat ik er iets tegen doen kan en dan is de arme
heerseher van Bekaggelstein er nog veel erger aan toe," zoo zit Thijs
te piekeren. „O, kon ik maar een middel vinden om hier vandaan te
komen en den hertog te waarschuwen.
Maar dan ineens klaart Thijs' gezicht op. Daar is hem werkelijk
een prachtig plan te binnen geschoten! Dat hij daar niet dadelijk aan
gedacht had
sliepen we heerlijk in de geleende bedden. Dea
volgenden dag bleek, dat de anderen in het
door collega Winckel en ir. de Vries reeds ge
deeltelijk ingerichte kamp op het terrein der
Fransche missionarissen een half uur aan de
andere zijde buiten de stad waren gaan slapen
Bij den ingang van de stad wachtten wij den
volgenden morgen onze karavaan op, in een
miezerig November-weer. Tot onze verwonde
ring bleken de dieren de steeds glibberiger ge
worden helling zonder ongelukken te zijn af
gekomen en de voorspelling van eenige be
langstellenden, dat zij wel boven zouden blij.
ven tot de weg weer droger zou zijn gewor
den, werd dus gelukkig niet bewaarheid en
nog voor den koffiemaaltijd waren beide ka
ravanen in het definitieve kamp in Dessie aan
het afladen. Voor het eerst sinds bijna twee
weken zaten wij weer gezamenlijk aan tafel
in de inmiddels verrezen eet- en conversa
tie-tent, en wisselden wij onze ervaringen uit
Het was gebleken, dat de achtergebleven ba
gage niet in één keer vervoerd kon worden en
dat de camions reeds naar Addis-Abeba wa
ren teruggekeerd om het restant te gaan ha
len en tevens collega Belmonte mede te
brengen. Wij hopen hem Zaterdag of Zondag
alhier te zien verschijnen.
Reeds den volgenden dag werd een aanvang
gemaakt met het inrichten van het hospitaal.
Door de paters der Fransche missie werd een
gedeelte van hun nog niet geheel voltooide
gebouwen, welke later een ziekenhuis zullen
worden, voor dit doel afgestaan. De medege
brachte bedden werden opgeslagen, in een der
zalen een operatiekamer ingericht, en verder
apotheek en laboratorium in gereedheid ge
bracht. Ofschoon wij hier nog zeer ver achter
het front liggen, zoodat van een geregeld
transport geen sprake kan zijn, willen wij toch
in staat zijn hulp te verleenen, wanneer zulks
verzocht wordt. Ook bestaat reeds de moge
lijkheid van een nieuw luchtbombardement
van Dessie, in welk geval het in de stad gele
gen Amerikaansche ziekenhuisje onmogelijk
alle patiënten zou kunnen verwerken. Na het
voeren van de noodige besprekingen met den
Keizer en met den inmiddels weder hier aan
gekomen commissaris van het Internationale
Roode Kruis, dr. Junod, hopen ook wij verder
naar het Noorden door te trekken. Bespre
kingen in dit land verloopen evenwel nog min
der vlot dan in Europa en vooral de vraag
van het transport baart steeds vele zorgen.
Zelve muildieren aan te koopen bleek met het
oog op de financiën onmogelijk, vooral, daar
de zorg voor het transport eigenlijk bij de
Ethiopische regeering berust. En wij blijven
staan op het standpunt dat, indien wij verder
naar het noorden trekken, wij de volledige be
schikking ever dit transportmiddel moeten
behouden. Voor het transport der gewonden
tusschen voorposten en basiskamp kunnen wij
de dieren ook niet missen, wil een geregelde
verbinding goed werken.
J. N. VAN DER DOES
PROEEAMMA
DINSDAG 3 MAART 1936.
HILVERSUM I, 1875 M.
Avro-uitzending. 5.30 VPRO. 6.30
RVU.
8.Gram.pl. 9.Ensemble Jetty Cantor
10.Morgenwijding. Gram.pl. 10.30 Ensemble
Jetty Cantor. 11.— Kookpraatje. 11.30 Orgel
concert en zang. 12.30 Gram.pl. 12.35 Uit
Batavia: Overdracht Marine-Commando. 1.35
Ensemble Jonny Kroon en Declamatie. 3.00
Knipcursus. 4.Zang en piano. 4.30 Kinder
koorzang. 5.05 Voor de kinderen. 5.30 Bijbel
vertellingen. 6.Gram.pl. 6.30 Causerie. 7.—
Voor de kinderen. 7.05 Zang xn piano. 7.30
Engelsche les. 8.Berichten. 8.10 Operette
concert. 9.10 Hoorspel. 10.10 Omroeporkest en
soliste. 11.Berichten. 11.1012.00 Ensemble
Pali.
HILVERSUM n, 301 M.
KRO-uitzending.
8.00—9.15 en 10.00 Gram.pl. 11.30—12.00
Godsd. half uur. 12.15 Gram.pl. 12.35 Uit
Batavia: Overdracht Marine-Commando. 1.35
Gram.pl. Vrouwenuur. 3.Modecursus. 4.00
Gram.pl. 5.30 Jongenskoor. 6.— KRO-Melo-
disten. 6.40 Esperanto. 7.Berichten. 7.15
KRO-orkest. 7.50 Berichten. 8.Lijdensmedi
tatie. 9.Gram.pl. 9.15 KRO-Kamer-orkest
en solist. 10.Gram.pl. 10.10 KRO-orkest.
10.30 Berichten. 10.35 KRO-Melodisten. 11.15
12.00 Gram.pl.
DROITWICH, 1500 M.
11.2011.50 Orgelspel. 12.10 Kwintetcon
cert. 12.50 Gram.pl. 1.20—2.20 HBC-Welsch-
orkest. 3.103.55 Sextetconcert. 4.20 Lezing.
4.40 Sopraan kwartet. 5.35 BBC-Dansorkest
6.20 Berichten. 6.50 Orgelconcert. 7.15 Fran
sche les. 7.50 Lezing. 8.20 Variété-programma
9.20 Viool-recital. 9.50 Berichten. 10.20 Lezing
10.40 BBC-Midlandorkest. 11.3512.20 Dans
muziek.
RADIO PARIS, 1648 M.
7.20 en 8.20 Gram.pl. 11.20 Orkestconcert.
2.50 Zang. 3.05 Gram.pl. 4.20 Concert. 4.35
Gram.pl. 5.50 Orkestconcert. 8.20 Concert uit
Praag. 9.35 Voordracht. 10.— Oratorium
concert. 11.1512.35 Dansmuziek en Populair
concert.
KEULEN, 456 M.
5.50 Orkestconcert. 11.20 Leipz. symphonie-
orkest. ErnDe-orkest en solist. 1.35 Gram.pl.
5.20 Omroeporkest. 7.30 Omroepkwintet. 8.20
Radio-tooneel met muziek.
BRUSSEL, 322 M.
12.20 Gram.pl. 12.50 Omroeporkest. 1.50—2.20
en 6.20. Gram.pl. 7.20 Kamermuziek. 8.20 Con
cert uit Praag 9.20 Hoorspel. 9.40 Gram.pl.
10.3011.20 Dansmuziek.
BRUSSEL, 484 M.
12.20 Gram.pl. 12.50 Zigeunermuziek- 1-50
2.20 Gram.pl. 5.20 Dansmuziek. 5.50 Gram.pl.
1.50 Zang. 7.05 Gram.pl. 8.20 Oratoriumcon
cert.
DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M.
7.30 Radiotconeel met muziek. 8.20 Con
cert uit Praag. 9.20 Berichten. 9.50 Kwartet
concert. 10.05 Weerbericht. 10.20—11.20 Dans
muziek.