ONDERWIJS EN OPVOEDING. Mr. Gibson van Southend United over Engelsche voetbaltoestanden. Rapporten en cijfers, de vloek van het schoolleven. Een jon£en ^ad slechte rapportcijfers en din vader ging met die schoolbeoordeeling nietaccoord. Hij had alle proefwerkcijfers op geteld, het gemiddelde daarvan genomen, ze ^ar boven afgerond en nu klopten de cijfers heelemaal niet. Hij verdacht den leeraar van r.neerlljkheicl enschreef deze opinie in nogal doorzichtige woorden ophet be wuste schoolrapport. We meenen, dat dit laatste heel onverstandig was van den vader, want een rapport dient nu niet bepaald als correspondentieblad tusschen ouders en leer krachten. Maar hij beging een nog grootere fout door dit voor „gezien" geteekende rap port open en bloot aan zijn zoontje mee te óeven naar school. De onderwijzer, die de voor "nem minder vleiende ontboezeming zag en jas werd ook nijdig en schreef onder de op merking van den vader: „Uw udl zal wel valk zijn". Nu had men de poppen aan het dansen. Men *napt dat na zulke scherpe uitingen van bij leggen geen sprake was en 't resultaat? De jongen werd, zooals te doen gebruikelijk is, >ail school genomen. Voor de wereld was de «ak'hieroiee uit. Wat we hierboven mededeelden is in het schoolleven geen zeldzaamheid. Deze en dergelijke gevallen doen zich overal voor. Na tuurlijk was hier aan beide zijden schuld, doch afgescheiden van de schuldvraag, die ^wel nutteloos is brengt zoo'n geval nog eens scherp naar voren de beoordeeling van de leerlingen op school door middel van de algemeen gangbare rapporten, waarbij de cijfers van 1 tot 10 alle hun zeer bepaalde beteekenis hebben. We kennen dit zij voorop gezet tot heden geen systeem, dat afdoende het ge wone rapportenstelsel kan vervangen. Of van den kant der school óf van dien der ouders rij zien telkens weer nieuwe bezwaren tegen elke andere wijze van beoordeeling. Maar we willen wel verklaren, dat we het als een vloek van ons schoolstelsel beschouwen dat alles om rapporten en cijfers draait. Als er ooit een standbeeld verdiend is, dan zal het zijn voor den man of de vrouw, die ons er met ooed succes van verlost. Hoe is het toch in ons schoolwezen binnengeslopen! Neem aan dat honderd jaar geleden alleen onderwijs werd gegeven met de bedoeling om de kinde ren wat te leeren. Later heeft men de resul taten van dat onderwijs willen vastleggen in een soort van rapport. Maar tegenwoordig heeft men de zaak omgedraaid en het lijkt wel of men alleen onderwijs wil ontvangen met het oog op een rapport. Nu maken slechte zaken gewoonlijk ook booze hartstochten in de menschen wakker en daar we al te goed weten wat de rapporten hier en overal aan gevoelens oproepen bij oud en jong, moeten we alleen op grond daarvan welhaast aan nemen, dat ze uit den booze zijn. Om nog be ter en juister tot deze conclusie te komen, zou men eens moeten inzien de correspondentie tusschen ouders en hoofden van onderwijs inrichtingen tegen het einde van het school jaar. Men zou verbaasd staan over de vinnig heid, de venijnigheid, het onbehoorlijke van sommige uitspraken, verdachtmakingen, ar gumenten. Soms over het malle, het dwaze, het lichtvaardige waar de onzin duimen dik op ligt. Tegenover ouders, die zich aldus uiten, wil len we als onze meening wel zeggen, dat, wat er ook met reden op onze leerkrachten kan worden aangemerkt, hun e e r 1 ij k h e i d staat buiten twijfel. Die mag voor 99 pet. van het corps absoluut niet in verdenking komen. Als men dat voor oogen wil houden, is er al veel ge .onnen en 't zou een stevige stap in de goede richting beteekenen. Men neme boven dien wel in aanmerking, dat zoo lang er exa mens in den een of anderen vorm bestaan, er ook steeds teleurgestelden zullen wezen. Men zal altijd hebben en houden lieve, beste, brave kinderen, die niet geschikt zijn voor klassikaal of ander onderwijs en die dienten gevolge een of twee klassen zullen moeten doubleeren, terwijl een deel zelfs nimmer den eindpaal zal bereiken. Er zijn nu eenmaal uilen naast valken. Geeft men dit alles toe en pleit men voor clementie in de beoordeelingen, dan komt noch tans steeds even scherp naar voren de zware verantwoordelijkheid, welke er rust op ieder, die cijfers moet geven. Van voldoende of on voldoende, fan overgaan of niet overgaan hangt voor een leerling soms verbazend veel af. En daarom moet elke leerkracht, die in een schoolvergadering zijn cijfers heeft vast gesteld en zijn „voor" of „tegen" doet klinken, zich terdege bewust zijn van de gevolgen van zijn oordeel. En nooit moet daarbij wor den vergeten, dat de ouders partij in de zaak zijn, dat zij dus zelden of nooit geheel onbe vangen over de capaciteiten van hun kinde ren oordeelen. Ziet men dit juist in. dan zul len onvriendelijke woorden of verwijten van die zijde ook beter worden begrepen. Voorts is van belang, ook ter voorkoming van verwij ten enz., in den loop van het schooljaar de ouders te waarschuwen, wanneer de kans op „overgaan" of „slagen" gering is. Het eerste rapport in een schooljaar wordt gewoonlijk tegen Kerstmis gegeven. Dit rap port is van groot belang, want voor de leer krachten levert het gewoonlijk een vrij nauwkeurige aanwijzing hoe het staat met hun leerlingen. Ook de ouders kunnen er uit opdiepen, hoe groot ongeveer de kans op overgang van hun spruit(en) is. Zijn de cij fers met Kerstmis goed. dan zullen die van Paschen uitzonderingen daargelaten niet plotseling over de heele linie een of een paar punten kunnen of mogen dalen. Een leerkracht, die meent een kind van 7 of 8 op een 2 of een 3 te moeten laten zakken, oor deelt hiermee eerder zich zelf dan het kind eu zoeke in de eerste, de tweede en in de der de plaats de fout, de oorzaak bij' zichzelf. Zoo iets is absurd en mag niet voorkomen, al ken nen wij de voorbeelden dat het toch gebeur de. - Als April en Mei dan den invloed van de Paaschrapporten doen zien, dan begint de Meest nerveuze tijd voor school en huis of feitelijk voor de schooljeugd. Eigenaardig inderdaad is het wel, dat wij volwassenen te veel de hoofdpersonen, de kinderen, (in dit verband min of meer uitschakelen en voor namelijk denken aan de narigheid die we zelf ervaren, als Jantje een slecht rapport neeft thuisgebracht, waardoor zijn overgaan in gevaar komt. Bij het vaststellen van 't cij fer denkt meer dan een leeraar ook waar schijnlijk meer aan de drukte, den omslag, die dit werk hem geeft. Jantje wordt er in zoover 'm betrokken, dat men nu meer dan anders scht slaat op de cijfers onder zijn verschil lende proefwerken en dat hij een standje shjgt als die onvoldoende en een pluimpje Ms ze voldoende zijn. Als het daarbij blijft, is het niet zoo erg TOor hem en stellig zal zijn vroolijkheid bij SP®! en scherts er niet door worden gedrukt. Waarschijnlijk laat hij zich den slaap er niet door verontrusten. Maar in de meeste gevallen loopt de zaak anders voor hem en vaak aarzelen we niet hem dan eenvoudig een stumper te noemen. Waarom? Omdat de houding der volwassenen tegenover hem dan gewoonlijk hierop neerkomt, dat hij aange zet wordt tot een inspanning ver boven zijn kracht, wat dubbele schade veroorzaakt: lo. aan zijn gezondheid (een kind op zijn leeftijd moe t veel lucht en beweging hebben) en 2o. aan zijn prestaties op school, welke men er juist door hoopt te dienen (er wordt alleen voor uiterlijken schijn een laagje fineer ge legd). We herinneren ons nog een moeder, die en kele jaren geleden kwam spreken over haar zoontje dat zwak in het leeren was en dus geen mooie cijfers had. Maarhet moest over gaan en daarom ('t werd met eenig ge voel van trots gezegd, dat men het thuis had bereikt) blokte het ventje tot half elf. In haar blik lag tevens een licht verwijt, wantmen. mocht toch verwachten, dat alle moeite, die men zich thuis getroostte met het ventje, toch eigenlijk door de school voor haar rekening moest zijn gekomen. Ze stond wel een beetje verbaasd te kijken, toen wij als onze meening mededeelden, dat er over haar zoontje pas te praten zou zijn, wanneer 's avonds om half 9 de boeken werden opge borgen. We voegden er in zoo vriendelijk mo gelijke termen bij, juist om haar vooral niet te kwetsen in haar moedertrots: „Wat zou u wel denken van een medicus die een jongen met een hartkwaal zou raden eiken dag een paar uren flink te gaan voetballen? Dit argu ment ging er echter niet in en mevrouw ging allesbehalve voldaan weg. Een paar jaren later heeft ze de juistheid intusschen wel er kend onder den invloed van het betoog van een ervaren medicus, tevens kindervriend. Die erkenning strekte haar tot eer, te meer waar ze er bijvoegde spijt te hebben van haar oordeel, tegen kennissen geuit „óat je met dien B. ook heelemaal niet kon opschieten". Hoeveel ouders komen tenslotte op deze wijze tot beter inzicht! Zoolang het rapportenstelsel nog blijft be staan, zal het er bovenal op aankomen, dat er tusschen huis en school een spheer van ver trouwen heerscht. Deze kan op allerlei manie ren worden bevorderd, ook door ouder avonden, mits deze niet worden tot klachten- bureaux. Goed begrip van elkanders uiteen loopend standpunt en een stevige dosis goede wil. Als de goede wil voorzit en de spheer is ontstaan, dan zullen de vacanties voor de kinderen ook niet meer vergald worden door taken of herexamens of door herhaald hate lijke toespelingen op slechte cijfers en een niet overgaan. Geen enkel kind brengt ten slotte voor zijn pleizier een slechte lijst thuis of blijft voor de aardigheid zitten. Nu willen we met al het voorgaande vol strekt niet zeggen, dat alle werk buiten de school uit den booze is, dat een kind nooit eens extra werk behoeft te doen in verband met zijn rapport. Mits met mate gegeven kan dit inderdaad wel eens tot steun zijn om een klein verschil te overbruggen. En de voorbeel den dat kinderen zelf vroegen om wat werk in de vacantie, die kennen we ook in grooten getale. In die gevallen, als het dus geen straf is, geve men gerust wat gevraagd wordt. Als zulk werk een volgend rapport ten goede be ïnvloedt en dat kan, is zijn waarde vanzelf bewezen. J. BASTIAANS. Ibrahim Pasja overleden. Oud-premier van Egypte. KAÏRO, 23 Maart (A. N. P.). De vroegere eerste-minister van Egypte Yahia Ibrahim Pasja is op 80-jarigen leeftijd overleden. Ibrahim Pasja werd eerste-minister in 1923. Hij wist een einde te maken aan de oeriode van gespannen verhouding tot Enge land en bracht een nieuwe grondwet in wer king. Daarna werd hij leider van de partij Ittihad. DE MAYA'S HADDEN REEDS EEN OBSERVATORIUM. De oudste Amerikaansche beschaving kent men slechts gedeeltelijk, mede doordat het niet gelukt het schrift van de Maya's te ont cijferen. Toch worden op het gebied van de kennis der oude Amerikaansche cultuur vor deringen gemaakt. De jonge archaeoloog dr. Ruppert van het Carnegie-instituut te Washington heeft na 'n arbeid van 10 jaar een verslag' over de reconstructie van de caracol, het eenige van zijn soort bekende gebouw, doen uitgeven. De caracol is een toren met een tweeden to ren er op. De overblijfselen werden ontdekt in de oerwouden van Yucatan. Volgens de archeologen werd hij tegen het einde van de twaalfde eeuw gebouwd. Hij vormde een deel van de Maya-stad Chichen Itza, die thans door het werk van de oudheidkundigen langzaam uit het woud te voorschijn wordt gebracht. De Spaansche veroveraars noemden den toren caracol, een afkorting van escalera de caracol (wenteltrap). In 1927 kreeg Ruppert opdracht de caracol te reeonstrueeren. Tevens moest worden vastgesteld, waartoe dit bouwwerk ge bruikt was.De gedaante van den toren deed aan een observatorium denken. De Maya's waren, zooals bekend was, goede sterrekundigen, dat blijkt onder meer uit hun kalender. Bij het onderzoek van de torenkamer kwam vast te staan, dat de caracol een waarnemingspost geweest moest zijn. Op de muren kwamen ge teekende banen van hemellichamen voor. Charlie Chaplin te Batavia aangekomen. Verblijf van tien dagen op Java en Bali. BATAVIA, 23 Maart (Aneta). Met het Quantas-toestel uit Sydney arriveerde heden morgen op Tjililitam de beroemde filmspeler Charlie Chaplin. Hij was met het toestel van Singapore gekomen en zag er monter en op gewekt uit. Hij was verheugd in het vooruit zicht van een werkelijken vacantietocht voor een periode van tien dagen over Java en Bali. Reeds vier jaar geleden was hij in Nederl. Indië, waaraan hij nog zeer prettige herin neringen bewaart. Hij was aangenaam verrast over de afwezigheid van nieuwsgierig publiek en ook over het feit, dat indiscrete vragen achterwege bleven. Chaplin reist met Paulette Godard, die met hem in Modern Times speel de, Paulette's moeder en eèn bediende. Ten aanzien van de berichten over een reis met het jacht Sebelle antwoordde Chaplin, dat hij hiervoor heelemaal geen plannen had „No intentions". Verder deelde hij nog mede over de vervaardiging van een eventueele Napo leon-film. dat zijn plannen nog niet geheel en al vast staan. In 1937 zullen onder zijn lei ding twee films worden vervaardigd, waarin hij zelf echter geen rol zal spelen. Hij zal te rugreizen naar Amerika via Hongkong, Sjang hai, Kobe en Kioto, waar het gezelschap eenigen tijd hoopt door te brengen. DINSDAG 24 MÏ'AET 1936 Duitsche ballon maakt een noodlanding bij de Lutte. Twee passagiers gewond. OLDENZAAL, 23 Maart. Zaterdagmiddag te half drie daalde in een dennenbosch van het buitengoed Boerskotten van de familie Essink te De Lutte bij Oldenzaal een groote Duitsche sportballon uit Wupperthal. Des morgens te tien uur was deze ballon met een bankier, twee kooplieden, een reiziger en een bakker, te Wupperthal opgestegen. Na een noodlanding bij Borken in Westfalen waren zij genoodzaakt andermaal in de Lutte te dalen. Nadat de ballon een zestal keeren met den grond in aanraking was geweest, viel zij neer in een groot dennenbosch. Hierbij brak een der passagiers zijn voet en een ander kreeg zware kneuzingen aan het been. Om de ballon weer op te krijgen, moest een twintigtal dennen worden afgezaagd. De marechaussee nam een zich in de mand be vindend fototoestel in beslag. Ook de ballon met mand werd aanvankelijk in beslag ge nomen. Na verlof van de autoriteiten werd deze echter weer vrijgegeven. De ballon had veel schade bekomen en is hedenmorgen met een wagen naar Bentheim, vervoerd. De reizi gers zijn gisteravond weer naar Duitschland teruggekeerd Opvoering van „De Beul". Niet te Haarlem, maar te Amsterdam. Aan de leden der vereenigingen aangeslo ten bij het Algemeen Centrum voor cultureele, ethische en pacifistische stromingen te Haar lem heeft het bestuur bericht dat, daar er geen medewerking wordt verkregen van de politie autoriteiten, de opvoering van het tooneel- werk „De Beul", (ondanks het feit, dat die op voering in besloten kring zou gegeven wor den) in Haarlem niet kan plaats hebben. Zondag 19 April a.s. zal nu het stuk worden gegeven in den Stad-Schouwburg te Am sterdam. Mussolini spreekt voor de corporaties. „Belegering werd door één enkel land gewild." ROME, 23 Maart (A. N. P.). Voor de nationale vergadering der corpora ties heeft Mussolini een redevoering uitgespro ken, waarin hij o.a. het volgende zeide: De om standigheden, waaronder deze vergadering bijeenkomt, zijn plechtig. Wij leven in een oorlogstijd en bovendien wordt Italië door 52 landen belegerd. Deze belegering werd gewild en opgelegd door één enkel land en door drie staten, namelijk Oostenrijk, Hongarije en Albanië, verworpen, niet slechts uit vriend schap tot Italië, maar ook omdat zij de onmo gelijkheid begrepen om Italië, de moeder der beschaving, op voet van gelijkheid te plaatsen met de barbaarsche Abessyniërs. In deze vijf de maand der belegering, die in de geschie denis van Europa zal worden aangeteekend als een kenmerk van laagheid, evenals de materiëele en moreele hulp, die aan Abessy- nië is verstrekt, is Italië in staat te herhalen, dat deze belegering haar nooit zal doen buk ken. Al degenen, die denken dat na het einde der belegering men tot den toestand van 17 November zal terugkeeren, vergissen zich. 18 November 1935 beteekent een nieuwe fase in de geschiedenis van Italië, een fase, die wordt beheerscht door het voornemen om in den kortst mogelijken tijd een zoo groot mogelijke autonomie in het economische leven der staten te verwezenlijken. Deze autonomie moet worden verwezenlijkt speciaal op het gebied der nationale verdedi ging, omdat zoolang deze autonomie ontbreekt elke mogelijkheid voor verdediging wordt ge- comprimïtteerd. De duce heeft vervolgens een inventarisactie van de hulpbronnen des lands gegeven en concludeert dat Italië zekere grondstoffen niet bezit, hetgeein een der fun- damenteele redenen is van haar koloniale eischen. Daarna zette de duce het plan uiteen van Italië's economie in de komende jaren, welk plan wordt beheerscht door de moge lijkheid van het uitbreken van een oorlog. „Wanneer of hoe dit zou geschieden, kan nie mand zeggen, maar het rad van het noodlot rolt snel. Indien dit niet zoo was. hoe zou men dan de formodabele bewapening verklaren, die door alle landen is ingezet. Deze dramatische mogelijkheid moet onze geheele actie beheer- schen. Het feit van een oorlog is evenals de fascistische leerstellingen een element, dat de positie van het land ten opzichte van onze economie bepaalt." Na een opsomming van den stand der verschillende takken van econo mie in het land verzekerdy de Duce, dat het fascisme er nooit aan heeft gedacht om de economie van het land te veranderen in een staatsmonopolie. Vervolgens kondigde de Duce aan dat de kamer van afgevaardigden zal worden ver vangen door een nationale vergadering van corporaties, die geconstitueerd zal worden tot een kamer der fasces en der corporaties. HAARLEM Dinsdag. We hebben de gelegenheid, dat Southend United in onze stad een wedstrijd speelde, benut om eens een praatje met het bestuur van die club te gaan maken. Spelers en offi cials waren in het Victoria-hotel te Amster dam gehuisvest en troffen het tijdens hun bezoek aan ons land wel bijzonder met het weer. De reden van onze komst bezorgde den portier van het hotel veel hoofdbrekens, want hij kon maar niet te weten komen, waar David Jack zich bevond. Tenslotte zagen we tot onze groote verbazing in plaats van den langen ex-international een klein manneke op ons afkomen, die zich als Mr. Gibson, assistant-manager van Southend United voorstelde. Het bleek, dat David Jack den speler Turner naar Dublin vergezelde, die daar Dinsdag als spil van het Iersche Vrij- staat-elftal tegen Zwitserland had gespeeld en zeer de aandacht van den Tott-enham- Hotspurs-manager op zich had gevestigd. Deze Mr. Gibson heeft geruimen tijd ais rechtsbuiten voor Sheffield United gespeeld, door welke club hij in 1928 voor 6000 pond sterling van Notts Forest werd overgenomen. De Sheffield-voorhoede was in die jaren zeer sterk en bestond uit: Gibson, Barclay, Dunne (thans Arsenal), Billy Gillespie (den beken den Ierschen international) en Tunstall (die vele malen voor Engeland speelde). Onze zegsman vertelde ons. dat er in En geland buitengewoon veel belangstelling be staat voor de wedstrijden, die buitenland- sche clubs of vertegenwoordigende elftallen daar komen spelen wat ook wel blijkt uit de vele uitnoodigingen, die vooral aan Oosten- rij ksche teams worden gericht. „Bent u van meening, zoo luidde onze vraag, dat de Engelsche beroepsvoetballers nog iets van het spel dezer tegenstanders kunnen leeren en zoo ja, wie acht u dan de beste vertegenwoordigers van het continen tale voetbal?" ,De Oostenrijkers hebben allerwegen den besten indruk gemaakt, doch hun stijl is voor onze spelers niet aanbevelenswaardig. Zeker, zij beschikken over een uitstekende techniek, bijna te goed, maar met techniek alleen wint men geen wedstrijden en hun spel is te veel op ..pattern-weaving" (patro nen weven, ingewikkeld samenspel) geba seerd, dan dat het in League-voetbal op den duur doelmatig zou zijn. Ik ben dan ook van meening, dat zulk een ploeg na een compe- tie-programma van 42 wedstrijden in de on derste helft van de ranglijst zou eindigen. „Overigens", aldus Mr. Gibson, „bereiken ons den laatsten tijd bijzonder goede berichten omtrent het peil van het Nederlandsche voet bal en men heeft ons verteld, dat Holland over twee jaar het sterkste elftal van het vasteland zal bezitten". „Wat is de oorzaak, dat het Engelsche ver tegenwoordigende elftal op het vasteland van Europa dikwijls slechts ternauwernood wint en in den loop der jaren reeds enkele nederlagen heeft geleden, terwijl het in eigen omgeving meestal ver in de meerder heid is? Komt dit alleen door de uiterst zware terreinen, waarop gespeeld wordt?" „Natuurlijk hebben teams, die gewend zijn op harde, droge velden te spelen, zooals Spanje en Italië, veel moeite om zich op de modderige oppervlakte staande te houden, doch omgekeerd hebben de Engelschen een zelfde handicap, als ze die landen bezoeken. Ik geloof, dat de reden van Engeland's meer derheid in eigen land veeleer te zoeken is in het zelfvertrouwen, voortkomende uit het gevoel, in bekende omgeving te spelen en voorts in de eerste plaats aan de teamijspirit. Een goede geest in een elftal is meer waard dan elf sterren, die na-ijverig op elkaar zijn of wier stijl zich niet aan die van de team- genooten kan aanpassen". „Is dit zelfvertrouwen ook de basis van het succes van sommige tweede en derde klassers in de bekerwedstrijden?" „Inderdaad speelt dit- een groote rol. De spelers van een bepaalde vereeniging, die. zij het ook in lang vervlogen tijden, meermalen een goed figuur in de Cup-competitie heeft gemaakt, zijn vast overtuigd, dat zij deel uit maken van een erkend „cup-fighting-team". Dit zelfvertrouwen geeft hun in de zenuw achtige sfeer der bekermatches juist genoeg moed om het met kans op succes tegen veel sterkere ploegen op te nemen, die door het enthousiasme en de snelheid, waarmede ge speeld wordt, dikwijls volkomen uit hun spel worden gebracht. In tegenstelling met de er varing in andere belangrijke wedstrijden, waarin de deelnemers een kwartier na den aanvang vah hun zenuwen geen hinder meer ondervinden, blijft de nervositeit de spelers in bekermatches en vooral in de Cup-final, tot de laatste seconde beheerschen. Elke fout, elke mistrap kan noodlottig zijn en deze wetenschap geeft een bekerwedstrijd het. bijzondere cachet en leidt tot een onbe rekenbaar resultaat". „Van resultaten gesproken, hoe denken de clubbesturen over de „football-pools", de ge legenheid tot wedden op uitslagen, waarover den laatsten tijd zooveel te doen is geweest?" „De actie tegen deze instellingen is uit sluitend van de Football League uitgegaan; de clubs zelf hebben er niets mee te maken en staan er ook niet afwijzend tegenover. Het heeft op de spelers totaal geen invloed DE 6POOTE QVE05T0Q0M1MG5BAMP IK AMEP A :i5TËROE 44 ^>TATEI New HampsHIQE MassacHuse wew-Yoqu- PemusyLvawie v/esT-Virg,iwie maryland VAIexaudria; V I G? G i M IA ^ioo.svklle •Lynch&s VT KENTUCKY —z-"' en daar het hoofdzakelijk de bezoekers der goedkoopere rangen zijn, die in de hoop op een onverwacht fortuintje hun shilling of „sixpence" aan deze weddenschappen offe ren, zou het voor de clubs zelfmoord betee kenen. wanneer zij daartegen ageerden. Im mers, het publiek op de staanplaatsen zorgt voor het leeuwen-aandeel van onze recettes en zonder deze inkomsten zou geen enkele club kunnen bestaan". „Er zijn toch verschillende clubs, vooral in de lagere afdeelingen, die nauwelijks het hoofd boven water kunnen houden en het is toch in de Noordelijke derde klasse al eens voorgekomen, dat een vereeniging zich mid den in het seizoen uit de competitie moest terug trekken. Waarom gaat men er deson danks toe over. de derde klasse met een nieu we afdeeling (de Midland-section) uit te breiden?" „Alle beroepsclubs worden met steun van enkele kapitaalkrachtige particulieren (die de directie vormen) en verder door uitgifte van aar.deeien opgericht en het komt er dus slechts op aan, de belangstelling van het groote publiek te verkrijgen èn te behouden. Daarbij spelen drie factoren een hoofdrol; in de eerste plaats de vorm van het team, ten tweede de bevolkingsdichtheid van het rayon, waarin de club is gevestigd en ten slotte de economische omstandigheden, de welvaart van het sportlievend publiek. Om dat het enkelen clubs in een bepaald district door de omstandigheden minder goed gaat, is dit nog geen reden, om welvarender en succesvolle vereenigingen toetreding tot de League te weigeren. Als het in de bedrijven beter gaat, zullen ongetwijfeld de clubs, die er thans slecht aan toe zijn, daarvan door toename van het aantal wedstrijdbezoekers profiteeren, wat de directies dan weer in staat stelt, het elftal door aankoop van goe de spelers te versterken". „Men hoort en leest hier dikwijls de mee ning". aldus besloten we ons gesprek met Mr. Gibson, „dat de beroepsspeler slechts voetbalt, omdat het zijn broodwinning is en dat hij zich niet met hetzelfde enthousiasme als een amateur in den strijd werpt?" „Dat is natuurlijk volkomen onwaar. De professional is in den regel eerder meer dan minder eerzuchtig dan de gemiddelde ama teur. Wil men zijn werk goed doen, dan moet men er plezier in hebben en er hangt voor den beroepsspeler veel te veel van af,"om in de wedstrijden niet de volle honderd procent te geven. De meening, als zou hij niet en thousiast zijn, wordt meestal geopperd door buitenstaanders, die niet begrijpen, dat de professional door zijn beheersching van de techniek rustiger te werk kan gaan dan de amateur, die zich uiterlijk veel meer moet inspannen om hetzelfde resultaat te berei ken. Bovendien mag men niet vergeten, dat een beroepsspeler 42 matches per seizoen moet spelen en hij dus genoodzaakt is, zijn energie zoo gelijkmatig mogelijk te gebrui ken en te verdeelen. Deed hij dat niet en zou hij in één bepaalden wedstrijd boven zijn werkelijke capaciteit spelen, zooals bij ama teurs zoo dikwijls voorkomt, dan was hij lang voor het einde van het seizoen totaal onge schikt voor zijn taak geworden. „Vanzelfsprekend zijn er wedstrijden, waarbij van het resultaat niets meer afhangt en het is begrijpelijk, dat een professional die matches even kalm opneemt als een aaanbeur in zülk een geval zou doen. Maar overigens laten hun enthousiasme en toewij ding niets te wenschen over". Engeland en de Locarno- kwestie. Tracht Mussolini uitstel eener regeling te b ewerkstelligen Uit Londen: Naar de diplomatieke mede werker van de „Daily Telegraph" meldt, zijn er aanwijzingen, dat Mussolini zal trachten een regeling der Locarno-kwestie uit te stel len tot dat de door den Volkenbond tegen Italië getroffen sancties zijn opgeheven. Hij heeft de voorstellen der vier mogendheden nog niet geteekend. Het beroep van Sir Eric Phipps op Von Neurath. BERLIJN, 23 Maart (Reuter) De Brit- scheambassadeur alhier Sir Eric Phipps heeft (zooals op pag. 1 is gemeld) gisteravond bij baron Von Neurath stappen ondernomen om Duitschland te bewegen het memorandum der Locarno-mogendheden te aanvaarden. Om acht uur hadden Phipps en Von Neurath een langdurig telefonisch onderhoud. Men meent te weten, dat Phipps erop heeft aan gedrongen, dat Duitschland in de eerste plaats een internationale politie in de ge demilitariseerde zóne zou aanvaarden. De am bassadeur zou er o.a. op hebben gewezen, dat dit voorstel in geen enkel opzicht onvereenig baar is met de waardigheid van het rijk, aangezien een internationale politiemacht slechts van voorloopigen aard zou zijn, als bij het plebisciet in het Saargebied. Men ge looft, dat Von Neurath met groote reserve zou hebben geantwoord. Vervolgens zijn Hitier, Von Neurath en Von Ribbentrop in een langdurige conferentie bij eengeweest. Het schijnt, dat Hitier zijn stand punt handhaaft, dat het memorandum in zijn huidigen vorm voor Duitschland onaan- vaarbaar is. Gisteravond en vanmorgen heb ben verscheidene besprekingen plaats gehad tusschen Hitier en zijn naaste medewerkers. RE „VEREINIGTE STA HLWERKE" WEER PARTICULIERE ONDERNEMING. De „Vereinigte Stahlwerke" hebben naar het A. N. P. uit Berlijn verneemt, de aandee- len in deze onderneming, dat in handen was van den staat teruggekocht, zoodat zij thans weer een volkomen particuliere onderneming zijn geworden. Men meent te weten, dat de terugkoopsom 100 milllioen Rijksmark be- draagd. In dit verband wordt er aan herinnerd, dat de „Vereinigte Stahl\yerke", wier voornaam ste aandeelhouder August Thijssen is. een grooten rol hebben gedeeld bij de economi- che becorekin?en in de nationaal socialistic che partij. Men zag n!. in de participatie van den staat in dezen grooten trust een begin van de socialisatie der trustr, zooals deze op het nationaal socialistische program is opge nomen. De transactie wordt verklaard met de be hoefte aan fondsen van het. pi ik. n»e ming was in staat tot het terugkopen der genoemde aandeelen door de winsten, die ge maakt zijn bij de uitvoering van de bestel lingen ten behoeve van de herbewapening.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1936 | | pagina 7