Kantonrechter behandelt protesten tegen Heldenkermis. Modeshow Firma Lampe. Tegen alle verdachten f 15 of 10 dagen hechtenis geëischt. Verdediger meent dat geen veroordeeling kan volgen. HAARLEM Woensdag. na orde in het Frans Hals-theater is ter pwjenheid van de vertooning van de film Heldenkermis meermalen ernstig verstoord. Vooral was dit het geval in den avond van Vriidag 21 Februari, toen niet alleen eenige tientallen personen vrijwillig de zaal verlie ten ai of niet onder luid protest, doch ook penile tientallen personen op andere wijze teekenen van hun afkeuring over deze film ten beste gaven. Er werd gefloten, geroepen, geklapt, kort om op verschillende manieren werd de orde Ongeveer twintig politie-ambtenaren za ten in de zaal verspreid en hebben telkens, wanneer zich ergens een onregelmatigheid voordeed, den betreffende naar buiten ge bracht en zoo noodig een proces-verbaal op- Te zamen werden ruim twintig menschen per auto, waarin een politiehond zat, naar het bureau aan de Smedestraat gebracht. Van dit aantal was het grootste deel lid der Nationaal Socialistische Beweging, terwijl de minderheid werd gevormd door leden van andere fascistische stroomingen. Tegen middernacht werden de aangehou denen vrij gelaten en heden hadden zij zich voor den kantonrechter te verantv/oorden. Er waren ongeveer twintig verdachten. Slechts de eerste zaak, die tegen een stu dente, werd uitvoerig behandeld, waarna de andere als analoge gevallen, snel achter elkander werden afgewerkt. Deze verdachte was ten laste gelegd dat ïij geraas had gemaakt en had geroepen: „Zoo waren onze voorouders niet", of wóórden van gelijke strekking. De studente bekende deze woorden te heb ben geroepen, doch zij zei er nadrukkelijk bij dat zij dit niet uit baldigheid had gedaan. De kantonrechter merkte op dat de ver dachte had kunnen heengaan, wanneer de film haar niet beviel. Ook had zij kunnen weten, uit voorvallen in andere plaatsen, dat zij het met deze film waarschijnlijk niet zou eens wezen, weshalve zij dus in het ge heel niet had behoeven te komen. Zij be hoort een ieder in zijn waarde te laten en geroep zooals verdachte heeft gedaan, stoor de andere bezoekers, die toch net als zij zelf, slechts behooren te komen om de film te zien en niet om de orde te verstoren. Daarna was het woord aan den ambtenaar van het openbaar ministerie voor het hou den van zijn requisitoir. Mr. Donker zei dat het van algemeene bekendheid is dat bij deze relletjes een politieke ondergrond is. Het lag in zijn bedoeling de politiek, uit de rechts zaal te houden, zoodat hij zich zooveel mo gelijk tot de feiten zou beperken. Daartoe las hij een courantenartikel voor, waarin voornamelijk tot- uiting kwam dat de film Heldenkermis een leutige en kluchtige film is, die geen reden tot aanstoot geeft. Zelf heeft de ambtenaar de film niet gezien, doch meent op het gezag van hen, die de film beter kunnen beoordeelen, te mogen af gaan. Bovendien blijkt ook uit het aantal proces sen-verbaal in verhouding tot het aantal be zoekers, dat het gros van het publiek de film als zoodanig beschouwd en geen aanleiding heeft gevonden te protesteeren zooals ver dachte en haar mede-verdachten hebben ge daan. Doch aannemende dat er in Nederland eens een film zou komen die inderdaad er gerlijk zou wezen om wellicht vele andere redenen (een mogelijkheid die naar het oor deel van den ambtenaar in ons land met zijn strenge, naar sommiger meening tè strenge filmkeuring, niet bestaat), dan nog is de houding van verdachte niet toelaatbaar. De houding is in strijd met elke bescha ving en cultuur, waarop deze „jeunesse dorée" zich zoo gaarne beroemt. Men zou zich op deze wijze ook wel kunnen indenken, dat men tegen een concert zou protesteeren. De wijze van handelen van verdachte en an deren getuigt volgens den ambtenaar van weinig innerlijke beschaving. Hierbij doet zich dan de vraag voor of het in het algemeen niet geoorloofd is blijk te geven van goed- en afkeuring, welke vraag de ambtenaar bevestigend beantwoordt, in dien een en ander geschiedt op een wijze, welke anderen niet hindert. Bij de juridische zijde van de zaak merkte te ambtenaar op dat een vervolging is in gesteld, ter zake van het feit dat de orde verstoringen zijn geschied in een .tapperij. Het Frans Hals-theater is inderdaad een tap perij, getuige ook de drankvergunning, ken baar gemaakt door het voorgeschreven bord je aan den ingang der bioscoop. De ambte naar moest toegeven dat de kwestie juri disch bezien wel eigenaardig was. In de strafmaat wilde hij een gelij ken eisch doen hooren als wanneer in een café of slijterij de orde zou zijn verstoord, weshalve hij veroordee ling vroeg tot een geldboete van f 15 te vervangen door 10 dagen liechte- De verdediger, Mr. W. de Rijke, maakte be zwaar tegen de wijze van behandelen door den ambtenaar van het openbaar ministerie ea speciaal tegen de woorden „relletjes met een politieken ondergrond". Naar de mee buig van den verdediger is hiervan aller minst sprake. Hij verwijt den ambtenaar de film niet zelf gezien te hebben en af te gaan °P de onbekende „men". Wanneer de ambtenaar den naam noemt van Thijl Uylenspiegel, omdat de film een leutig en boertig karakter zou dragen, wil de verdediger den naam van Lamme Goedzak noemen, die alles over zijn kant laat gaan en thuis blijft wanneer de eer van onze voorvaderen avond aan avond te grabbelen wordt gegooid. Niemand in de N.S.B.. aldus Mr. de Rijke, zegt te behooren tot de jeunesse dorée en er 15 ook geen sprake van dat men de N.S.B. zou kunnen verwijten te protesteeren met stink- en gasbommen. Wanneer dit hier of elders is geschied, is dat op rekening van anderen te schrijven. ui andere plaatsen, aldus ging de verdedi ger verder, zijn zij die protesteerden afge ranseld, eenige uren vastgehouden, doch niet vervolgd. Hier in Haarlem heeft men een aardige, vernuftige vondst gedaan en de aangehoudenen vervolgd wegens overtreding van de gemeenteverordening, betreffende een aihkei ^at de orde in tapperijen regelt." Telkens is echter het woord „baldadigheid" Vermeden. Dit is voor den verdediger van veel belang en uitvoerig zette hij uiteen dat de gemeente verordening z.i. te ver gaat en „het beter wil weten dan de Rijkswet die in een ander artikel omschrijft wat men onder baldadigheid heeft te verstaan". Gaat de gemeenteverordening te ver? Het standpunt van den Hoogen Raad is, dat de gemeenteverordening de rijkswetten wel mag aanvullen, doch daarmee niet in strijd mag komen. Dit is volgens Mr. de Rijke hier wel het geval, daar nu onder baldadigheid uitingen worden verstaan, die volgens de Rijkswet geenszins baldadig zijn. Met voorbeel den toonde hij dit aan, er den nadruk op leg gende dat hier noch gevaar voor personen, noch gevaar voor goederen is ontstaan. De verordening is dus niet verbindend, al was de ten lastelegging wel bewezen. Doch ook dit is volgens Mr. de Rijke niet het geval. De verdachte is hoegenaamd niet baldadig opgetreden, omdat zij geen kwaad heeft gedaan met het doel om kwaad te doen. Zij had wel degelijk een zeer geldig en rede lijk motief. Zij protesteerde namelijk tegen het feit, dat er inbreuk werd gedaan op de eer van ons voorgeslacht, hetgeen volgens haar een aanranding van haar rechten was. Met tal van citaten uit niet-fascistische bladen toonde de verdediger aan dat ook andersdenkenden de film Heldenkermis een schandaal hebben ge vonden, ook voordat de film in ons land werd vertoond. Het schandelijke karakter en de zelfde strekking is door de coupures niet weg genomen. Mr. de Rijke noemde Heldenkermis een on beschaamde, als grap vermomde film. Elk rechtgeaard Nederlander mocht volgens hem niet thuisblijven, om „geen last van de film te hebben". Want zoo komen we nooit van den Jan Salie-geest af, meende hij. „Als er nergens protesten zouden zijn ge weest, zou ik me schamen Nederlander te we zen", zei Mr. w. de Rijke. De eenige partij die baldadig is geweest was die partij die de film heeft vertoond". Van gasbommen en dergelijke is bij de N. S. B.'ers niets gebleken. Het eenige wat bij fouilleering werd gevonden waren eenige kamferballetjes Van de drie machten in Nederland, (de wetgevende, de uitvoerende en de rechterlijke macht), heeft de verdediger nog slechts het volle vertrouwen in de rechterlijke macht be waard, omdat in ons land recht wordt ge sproken in naam der Koningin. Daarom vertrouwde de verdediger er op dat de verdachte zou worden vrijgesproken. De verdachte zei tenslotte zelf nog op een desbetreffende vraag van den kantonrechter, dat zij had geprotesteerd omdat zij zich ge neerde voor deze voorstelling. Zij was niet met het doel ter ordeverstoring naar de bios coop gegaan, doch was wel van plan ge weest wanneer de film haar te erg werd. wat zij aanvankelijk nauwelijks had kunnen ge- looven, naar zij zei, haar mond open te doen. De kantonrechter zal over veertien dagen schriftelijk vonnis wijzen. Daarna kwamen nog ruim tien zaken aan de orde, die alle na elkander werden afge werkt. Er was een fotograaf, die geapplau disseerd had wegens een z.i. rake opmerking in de zaal, er was een scholier, die geroepen had: „zoo was onze geschiedenis niet" en die mededeelde, dat hij uit eigen beweging was gekomen, omdat hij de oproeping om ge zamenlijk naar de bioscoop te gaan niet had ontvangen. Voorts was er een student die had geroepen: „weg met dezen zedeloozen import", een boekhouder die geklapt had en Hou Zee had geroepen, hetgeen hij zich nu niet meer kon herinneren, er was nog een student, die had geroepen: „ik ben zoo vrij tegen deze prostitutie te pro testeer en", een ander had geroepen: „schande, zoo waren onze voorouders niet", een scholier had geroepen en in de handen geklapt, er kwam een dame die bekeurd was, omdat zij zacht achter de hand iets zou hebben beweerd, ter wijl een luide bewering door haar buurdame zou zijn gemaakt. Deze laatste zaak werd een week aangehouden, er was nog een student, die had geroepen: „schande, ik protesteer," en een Bloemendaalsche aannemer, die het een dubbele schande had gevonden, dat de politie zoo'n film in bescherming nam. Allen zelden geprotesteerd te hebben uit innerlijke overtuiging en geen baldadige or deverstoring als doel te hebben gehad. Tegen allen werd eveneens f 15 boete ge- eischt of tien dagen hechtenis en alle uit spraken zijn over veertien dagen. DONDERDAG 26 MAART 1936 AMSTERDAM Woensdag. De firma Lampe te Amsterdam heeft wel eer van haar werk gehad, want twee volle zalen waren getuige van haar keurig ver zorgde modeshow, welke weer gehouden werd onder het devies „uit de praktijk, voor de praktijk". Niet alles werd getoond wat een veelzijdige fantasie tezamen met een vaardige hand kan bereiken, maar alleen datgene wat in de prak tijk gedragen kan worden (ook door de niet allerslankste figuren) en niet te hoog in prijs is. Geopend werd met een paar groepen voor de maanden April tot en met Augustus. April brengt een mantel, een pakje met een rok tot halfweg de kuit en de Selecta- regenmantels met ruime rug. Mei geeft de ensembles vaak in twee tinten, en de spor tieve tailleurs met kort jasje en ceintuur. Kragen zijn klein of ontbreken, zoodat de kleurige shawl nog veel gebruikt wordt. In Juni zijn er de groote bloemen en streepen. Door bijv. van boven de streep dwars, voor de rok in de lengte en voor de kraag schuin te nemen, wordt een zoo aardig effect ver kregen dat garneering verder niet noodig is. Voor Juli krijgen we wit organdie met kleurige strepen te zien en Augustus is de maand voor de strandpakjes en. strand pyjama's. De reusachtige strandhoeden zullen wel alleen bij windstil weer gedragen kun nen worden. Na deze inleiding gaat het verder voort in bonte rij. Veel tailleurs werden er getoond de sportieve pakjes meest in lichtblauw en diverse tinten licht- en grijsgroen. De schou ders zijn niet meer opgevuld, maar nog wel iets verbreed dodat de mouwen ruim zijn ingezet aan de schouder. Trouwens ook aan mantels en japonnen zijn de mouwen wijd en bewerkt, hetzij met plissé, hetzij met de moderne soutache-garneering. De bewerking aan de japon zelf is daarbij veel eenvoudiger en wat er nog voor garneering aan is wordt meestal in de stof zelf gevonden, een geplis- seerde rok, hier en daar een rimpel- of smok- wekje, of een ster van plooitjes ond den hals, op de donkere japonnen worden wel bouquet- ten kunstbloemen gedragen. Keurig zijn altijd de complets van zwart of donkerblauw, waar in een blouse van wit of vieux rose en met revers en manchetten van diezelfde kleur. In de pauze waren er nog een paar aardige reismantels en geruite „swaggers", de mantel met ruimen rug. Bij den aanvang van het tweede gedeelte der show zijn wij met de mannequins op reis gegaan naar Tirol, Spanje, Schotland, Hindeloopen en Scheveningen, welke cos- tuums veel bijval oogstten. En toen werd ons duidelijk dat 1936 „het Chineesche tijdperk" in de mode te noemen is. Daar waren japonnen, bedrukt met Chinee sche figuurtjes, zijden jasjes eveneens met figuren en de aan de elleboog heel wijde Chi neesche mouwen. En dan de Chineesche hoedjes: het zijn kleine zwarte stroohoedjes met schuin opstaanden rand, onder de kin vastgestrikt met een breede fluweelen band of een dik koord en soms nog met een pom poen er boven op. Wij kunnen benieuwd zijn of deze nieuwigheid hier ingang zal vinden en of dat hoedje dus zal blijken te passen bij het Hollandsche type. Overigens zijn de hoeden groot zoowel als klein, echter met een kleinen en ondiepen bol; smaakvol waren ook de kleine modellen zonder rand, met een kransje van gerimpelde tule rondom. De japonnen zijn half lang, voor deftiger gelegenheden heel lang en van achteren iets sleepend. Op de middag- japonnen zijn de peau-de-suède ceintuurs vrij breed, soms met kraaltjes bewerkt; ritsslui ting vindt hier en daar ook nog haar toepas sing. Heel smaakvol zijn ook de complets en ensembles met boléro, en de complete met driekwart mantel welke aan twee kanten ge dragen kan worden, de eene zijde bedrukt, de andere effen. Bezien we de stoffen, dan blijkt het cloqué nog in trek te zijn, evenals crêpe-, georgette- en wollen stoffen. Ook angora en ottomane worden toegepast, terwijl daarentegen tafzijde maar sporadisch voorkomt, Losse bontman tels, halsbonten, bont langs revers en man chetten zullen dezen zomer gedragen worden. Een keus te maken uit het vele dat er op deze show te zien was, is welhaast te moeilijk. Zal het een zachtgroene angora japon zijn met ajourwerk op de schouders, of het ensemble van zwarte japon met geplisseerde rok en ge bloemde boléro? Ook de gebloemde japonnen met zwart tule manteltjes waarbij hier en daar de bloemmotieven in de tule mouwen zijn aangebracht, zijn zeker de vermelding waard. De veelzijdige en practische show van selectas tailleurs, ensembles, complets en japonnen werd besloten met de voorstelling van den bloe semtijd. „Blossom-time" bracht de manne quins in rose japonnen met kleine mutsjes, geheel met bloemetjes bestikt. En de lamme tjes die zij in de armen droegen mochten zich begrijperlijkerwijs in de liefkoozende belang stelling van het talrijke publiek verheugen. Majoor Van toon HevorderH tot luit.-kolonel. HAARLEM Woensdag. De majoor A. M. M. van Loon. commandant van het korps Motordienst, is bij Kon. Besluit met ingang van 1 Mei a-s. benoemd tot luite nant-kolonel. Haarlemsche Hypotheekbank. Dividend 10.per aandeel. In de Dinsdag gehouden algemeene vergade ring van aandeelhouders der Bank, werden tot Commissarissen herkozen de heeren G. S. de Clercq (aftr.) en Jhr. G. F. van Tets van Goidschalxoord (aftr.), terwijl ter vervulling der bestaande vacatures als zoodanig werden benoemd de heeren Mr. A. S. Miedema, oud- directeur der Bank en Mr. A. van Doorninck, oud-thesaurier-generaal van het Departement van Financiën. De balans en winst- en verliesrekening wer den goedgekeurd, en het dividend, conform het voorstel van directie en commissarissen, na ruime afschrijving en reserveering, bepaald op f 10 per aandeel. Werkloozen met grond in eigendom of huur. De Minister van Sociale Zaken heeft be sloten, dat de werkloozen welke voor uitkee- ring uit hun werkloozenkas in aanmerking komen, doch die een groote oppervlakte grond voor eigen rekening in gebruik hebben (hetzij deze grond eigendom is of in huur werd verkregen) niet voor uitkeering uit hun kas in aanmerking mogen komen. Voor iedere gemeente is de oppervlakte, welke men zonder eenige moeilijkheden wèl in gebruik mag hebben, afzonderlijk bepaald. Deze vastgestelde oppervlakte is voor Haar lem en omliggende gemeenten: Haarlem 3/7 H.A., Heemstede 3/7 HA., Bloemendaal 3/7 H.A., Noordwijk 3/7 H.A., Hillegom 3/7 H.A. Haarlemmermeer 3/4 H.A„ Haarlemmerliede 3/4 H.A., Velsen Santpoort 3/7 H.A., Benne- broek 1/2 H.A., en Noordwijkerhout 3/7 H.A, De werkloozen zijn verplicht indien zij grond in gebruik hebben van de hierboven aangegeven grootte, dit aan hun kasbesturen op te geven. De Dardanellenkwestie weer aan de orde. Turksche démarche te Genève? LONDEN, 25 Maart. (A.N.P.) Naar verluidt, heeft de Turksche mi nister van buitenlandsche zaken, de leden van den Volkenbondsraad gis teren laten weten, dat de Turksche regeering er op zal staan, dat de Dardanellen weer versterkt worden, indien de voorstellen der Locarno- mogendheden tot werkelijkheid zullen worden. De „News Chronicle" meent te weten, dat de Dardanellenkwestie nog niet openlijk in den raad is opgeworpen, doordat de voor zitter, Bruce, den Turkschen minister duide lijk heeft gemaakt, dat het vraagstuk niet na zoo weinig voorbereiding op de agenda kon worden geplaatst. Hitler's voorloopig antwoord op het Locarnomemorandum. Te Londen niet ongunstig ontvangen. LONDEN, 25 Maart (Reuter) Von Rib» bentrop zal vandaag opnieuw een onderhoud met Eden hebben. Na 2 a 3 dagen te Londen te hebben vertoefd zal hij weer naar Ber lijn vertrekken om waarschijnlijk pas terug te keeren na den 31sten Maart, den datum waarop de Duitsche regeering de tegenvoor stellen zal hebben geformuleerd. Over het geheel genomen is het „voorloopige" antwoord van den Duitschen Rijkskanselier hier niet ongunstig ontvangen. Het algemeen karakter en de toon van het docu ment worden hier uitgelegd als een aanwijzing, dat men'de dingen niet wil forceeren, en dat een verzoenende geste van de zijde van Berlijn, nadat de verkiezingen achter den rug zijn, niet uitgesloten is te achten. Korps Motordienst. Lichting 1935, 2e ploeg, blijft in dienst. De dienstplichtigen van de lichting 1935, 2e ploeg, zullen op 4 April a.s. niet met groot verlof vertrekken. De t-riomphale tocht van de „Queen Mary", Het zeekasteel op de rivier de Clyde op weg naar de opes zee. Een koningin der zee. Over de taak van de Queen Mary. (Van onzen correspondent.) LONDEN, 24 Maart. De aandacht van alle Britten is juist geves tigd geweest op de kronkelende vaart van de Queen Mary door de Clyde op weg naar het ruime sop. Het groote schip had hier het nauwste vaarwater van zijn leven en het werk van loodsen en sleepboot-kapiteins leek daar om wat hachelijk. Maar alleen onvoldoende kennis en gebrek aan zorg zouden het karwei werkelijk hachelijk hebben gemaakt. En daar het hier het welzijn gold van zulk een onver gelijkelijk schip mocht men veilig aannemen, dat alle noodige kennis en alle noodige zorg in dienst zouden worden gesteld van de taak. Bij deze gelegenheid is officieel gemeld, dat de Queen Mary 80.773 grt zwaar is en dat haar grootste snelheid 33 knoopen zal zijn. De Normandie, die in haar rusttijd vergroot is geworden heeft wat meer tonnen en kan dus nog worden beschouwd als het grootste schip van de wereld. Maar men neemt aan dat het Engelsche schip sneller loopt. De twee sche pen deelen dan de eer der uitzonderlijkheid op de zilte baren, indien het eer is en dat is het te oordeelen naar den ijver waarmede Britten en Franschen om strijd en gevoelig de aanspraken van hun grootste schip verdedigen. De Queen Mary moet nu over eenige weken den Blauwen Wimpel van den Atlantischen Oceaan gaan veroveren. Die wimpel is jaren lang een denkbeeldig stuk geweest. Maar hij is het nu niet meer. Een sportieve Engelsch- man heeft immers onlangs een trofee doen vervaardigen, een meesterstuk van zilver smeedwerk dat van nu af verbonden z-al blij ven aan den Wimpel. Italië heeft het het eerst bezeten. Nu heeft Frankrijk het. En de En- gelschen hebben het volste vertrouwen in het vermogen van hun Queen Mary deze kostbare trofee straks voor hun land te veroveren. De maatschappij, die de Queen Mary heeft laten bouwen, heeft echter bij monde van haar president doen weten, dat de Blauwe Wimpel maar een bijkomstigheid is. De ware reden van den bouw van dit zeekasteel moet worden gezocht in het feit, dat het voor het eerst in de geschiedenis van den scheepsbouw moge lijk is geworden een rendeerenaen weekdienst met twee schepen te onderhouden tusschen Southampton en New York over Cherbourg. Met de voltooiing van de Queen Mary is de helft van het plan voor zulk een dienst gereed. Binnen niet te langen tijd zal de andere helft ter hand worden genomen. De grootte van de Queen Mary is maar be trekkelijk, hetgeen wel duidelijk blijkt uit de voorstellingen van de directie van de Cunard- White Star Lijn, die o.a. heeft doen weten, dat naar het oordeel van haar technische raads lieden het schip, dat thans de Clyde is afge gleden, ,.het kleinste en het traagste" is dat kan voldoen aan de voor rendeerend werk noodzakelijke economische voorwaarden. De „traagste" snelheid moet het schip in staat stellen den overtocht te doen in alle jaargetij den en tijd over te houden voor keeren in de eindhavens. De grootte van het schip moet de noodige betalende ruimte verschaffen om voor de snelheid te kunnen betalen. Om een loonenden dienst voor dit schip en het volgende te verzekeren moest concur rentie tusschen Britsche ondernemingen in de Transatlantische vaart worden uitgescha keld. Het was de voorwaarde, die de Britsche regeering stelde voor een leening van 3 mil- lioen pond sterling voor het afmaken van het schip, dat men in December 1930 was gaan bouwen maar waarop de arbeid op 19 De cember van 1931 was stopgezet omdat de maatschappij er als gevolg van verminderde inkomsten en de financieele crisis, die nor male middelen voor financiering van de on derneming buiten haar bereik had gebracht, niet mee voort kon gaan. Dank zij de mede werking van de Schatkist kon men in April 1934 den bouw voortzetten. En nu heeft de Queen Mary haar echt element bereikt. Cly- desiders en belangstellenden aan de oevers van het vaarwater hebben slechts het mach tig uiterlijk kunnen zien. Het was misschien vergoeding genoeg voor de moeite, die men zich had moeten nemen om getuige te kun nen zijn van zulk een historische afvaart. De stalen flanken onttrokken echter een inwen dige luxe aan het oog die haar weerga in schepen nauwelijks zal hebber:Want al is de voorstelling altijd geweest, dat utiliteit in de Queen Mary voorrang moest hebben en dat luxe als zoodanig niet paste bij den har den loonenden arbeid welken ze zou moeten verrichten, ae maatschappij besefte tevens dat rendement niet kon worden verkregen zonder toe te geven aan verlangens van ge rief, verrassing, feestelijkheid en gemakkan die oceaan passagiers bij traditie ingewilligd willen hebben. En zoo is de Queen Mary dan ook wellicht het weelderigste schip van de zee geworden. In de salons hebben zulke bui tenissige kunstenaressen als de gezusters Zinkeizen vrij spel gekregen voor haar ver beelding en de wanden bevolkt met langge rekte vrouwenfiguren die zich vermeien m exotische landschappen of verblijven. In het reisbureau verbroederen zich in paneelen van aluminium de klassieke legende en de gestroomlijnde hedendaagsche werkelijkheid, zooals in de amazone op een centaur, die in ontsteltenis en verbazing een modernen Die- seltrein staat na te turen, A. K. VAN R.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1936 | | pagina 7