Kantonrechter behandelt protesten
tegen Heldenkermis.
Modeshow
Firma Lampe.
Tegen alle verdachten f 15 of 10 dagen
hechtenis geëischt.
Verdediger meent dat geen
veroordeeling kan volgen.
HAARLEM Woensdag.
na orde in het Frans Hals-theater is ter
pwjenheid van de vertooning van de film
Heldenkermis meermalen ernstig verstoord.
Vooral was dit het geval in den avond van
Vriidag 21 Februari, toen niet alleen eenige
tientallen personen vrijwillig de zaal verlie
ten ai of niet onder luid protest, doch ook
penile tientallen personen op andere wijze
teekenen van hun afkeuring over deze film
ten beste gaven.
Er werd gefloten, geroepen, geklapt, kort
om op verschillende manieren werd de orde
Ongeveer twintig politie-ambtenaren za
ten in de zaal verspreid en hebben telkens,
wanneer zich ergens een onregelmatigheid
voordeed, den betreffende naar buiten ge
bracht en zoo noodig een proces-verbaal op-
Te zamen werden ruim twintig menschen
per auto, waarin een politiehond zat, naar
het bureau aan de Smedestraat gebracht.
Van dit aantal was het grootste deel lid der
Nationaal Socialistische Beweging, terwijl de
minderheid werd gevormd door leden van
andere fascistische stroomingen.
Tegen middernacht werden de aangehou
denen vrij gelaten en heden hadden zij zich
voor den kantonrechter te verantv/oorden.
Er waren ongeveer twintig verdachten.
Slechts de eerste zaak, die tegen een stu
dente, werd uitvoerig behandeld, waarna de
andere als analoge gevallen, snel achter
elkander werden afgewerkt.
Deze verdachte was ten laste gelegd dat
ïij geraas had gemaakt en had geroepen:
„Zoo waren onze voorouders niet", of
wóórden van gelijke strekking.
De studente bekende deze woorden te heb
ben geroepen, doch zij zei er nadrukkelijk
bij dat zij dit niet uit baldigheid had gedaan.
De kantonrechter merkte op dat de ver
dachte had kunnen heengaan, wanneer de
film haar niet beviel. Ook had zij kunnen
weten, uit voorvallen in andere plaatsen,
dat zij het met deze film waarschijnlijk niet
zou eens wezen, weshalve zij dus in het ge
heel niet had behoeven te komen. Zij be
hoort een ieder in zijn waarde te laten en
geroep zooals verdachte heeft gedaan, stoor
de andere bezoekers, die toch net als zij zelf,
slechts behooren te komen om de film te
zien en niet om de orde te verstoren.
Daarna was het woord aan den ambtenaar
van het openbaar ministerie voor het hou
den van zijn requisitoir. Mr. Donker zei dat
het van algemeene bekendheid is dat bij deze
relletjes een politieke ondergrond is. Het lag
in zijn bedoeling de politiek, uit de rechts
zaal te houden, zoodat hij zich zooveel mo
gelijk tot de feiten zou beperken.
Daartoe las hij een courantenartikel voor,
waarin voornamelijk tot- uiting kwam dat de
film Heldenkermis een leutige en kluchtige
film is, die geen reden tot aanstoot geeft.
Zelf heeft de ambtenaar de film niet gezien,
doch meent op het gezag van hen, die de
film beter kunnen beoordeelen, te mogen af
gaan.
Bovendien blijkt ook uit het aantal proces
sen-verbaal in verhouding tot het aantal be
zoekers, dat het gros van het publiek de film
als zoodanig beschouwd en geen aanleiding
heeft gevonden te protesteeren zooals ver
dachte en haar mede-verdachten hebben ge
daan.
Doch aannemende dat er in Nederland
eens een film zou komen die inderdaad er
gerlijk zou wezen om wellicht vele andere
redenen (een mogelijkheid die naar het oor
deel van den ambtenaar in ons land met zijn
strenge, naar sommiger meening tè strenge
filmkeuring, niet bestaat), dan nog is de
houding van verdachte niet toelaatbaar.
De houding is in strijd met elke bescha
ving en cultuur, waarop deze „jeunesse
dorée" zich zoo gaarne beroemt. Men zou
zich op deze wijze ook wel kunnen indenken,
dat men tegen een concert zou protesteeren.
De wijze van handelen van verdachte en an
deren getuigt volgens den ambtenaar van
weinig innerlijke beschaving.
Hierbij doet zich dan de vraag voor of het
in het algemeen niet geoorloofd is blijk te
geven van goed- en afkeuring, welke vraag
de ambtenaar bevestigend beantwoordt, in
dien een en ander geschiedt op een wijze,
welke anderen niet hindert.
Bij de juridische zijde van de zaak merkte
te ambtenaar op dat een vervolging is in
gesteld, ter zake van het feit dat de orde
verstoringen zijn geschied in een .tapperij.
Het Frans Hals-theater is inderdaad een tap
perij, getuige ook de drankvergunning, ken
baar gemaakt door het voorgeschreven bord
je aan den ingang der bioscoop. De ambte
naar moest toegeven dat de kwestie juri
disch bezien wel eigenaardig was.
In de strafmaat wilde hij een gelij
ken eisch doen hooren als wanneer in
een café of slijterij de orde zou zijn
verstoord, weshalve hij veroordee
ling vroeg tot een geldboete van f 15
te vervangen door 10 dagen liechte-
De verdediger, Mr. W. de Rijke, maakte be
zwaar tegen de wijze van behandelen door
den ambtenaar van het openbaar ministerie
ea speciaal tegen de woorden „relletjes met
een politieken ondergrond". Naar de mee
buig van den verdediger is hiervan aller
minst sprake. Hij verwijt den ambtenaar de
film niet zelf gezien te hebben en af te gaan
°P de onbekende „men".
Wanneer de ambtenaar den naam noemt
van Thijl Uylenspiegel, omdat de film een
leutig en boertig karakter zou dragen, wil de
verdediger den naam van Lamme Goedzak
noemen, die alles over zijn kant laat gaan
en thuis blijft wanneer de eer van onze
voorvaderen avond aan avond te grabbelen
wordt gegooid.
Niemand in de N.S.B.. aldus Mr. de Rijke,
zegt te behooren tot de jeunesse dorée en er
15 ook geen sprake van dat men de N.S.B.
zou kunnen verwijten te protesteeren met
stink- en gasbommen. Wanneer dit hier of
elders is geschied, is dat op rekening van
anderen te schrijven.
ui andere plaatsen, aldus ging de verdedi
ger verder, zijn zij die protesteerden afge
ranseld, eenige uren vastgehouden, doch niet
vervolgd. Hier in Haarlem heeft men een
aardige, vernuftige vondst gedaan en de
aangehoudenen vervolgd wegens overtreding
van de gemeenteverordening, betreffende een
aihkei ^at de orde in tapperijen regelt."
Telkens is echter het woord „baldadigheid"
Vermeden.
Dit is voor den verdediger van veel belang
en uitvoerig zette hij uiteen dat de gemeente
verordening z.i. te ver gaat en „het beter wil
weten dan de Rijkswet die in een ander artikel
omschrijft wat men onder baldadigheid heeft
te verstaan".
Gaat de gemeenteverordening
te ver?
Het standpunt van den Hoogen Raad is, dat
de gemeenteverordening de rijkswetten wel
mag aanvullen, doch daarmee niet in strijd
mag komen. Dit is volgens Mr. de Rijke hier
wel het geval, daar nu onder baldadigheid
uitingen worden verstaan, die volgens de
Rijkswet geenszins baldadig zijn. Met voorbeel
den toonde hij dit aan, er den nadruk op leg
gende dat hier noch gevaar voor personen,
noch gevaar voor goederen is ontstaan.
De verordening is dus niet verbindend, al
was de ten lastelegging wel bewezen.
Doch ook dit is volgens Mr. de Rijke niet
het geval. De verdachte is hoegenaamd niet
baldadig opgetreden, omdat zij geen kwaad
heeft gedaan met het doel om kwaad te doen.
Zij had wel degelijk een zeer geldig en rede
lijk motief. Zij protesteerde namelijk tegen het
feit, dat er inbreuk werd gedaan op de eer van
ons voorgeslacht, hetgeen volgens haar een
aanranding van haar rechten was. Met tal van
citaten uit niet-fascistische bladen toonde de
verdediger aan dat ook andersdenkenden de
film Heldenkermis een schandaal hebben ge
vonden, ook voordat de film in ons land werd
vertoond. Het schandelijke karakter en de
zelfde strekking is door de coupures niet weg
genomen.
Mr. de Rijke noemde Heldenkermis een on
beschaamde, als grap vermomde film.
Elk rechtgeaard Nederlander mocht volgens
hem niet thuisblijven, om „geen last van de
film te hebben". Want zoo komen we nooit
van den Jan Salie-geest af, meende hij.
„Als er nergens protesten zouden zijn ge
weest, zou ik me schamen Nederlander te we
zen", zei Mr. w. de Rijke. De eenige partij die
baldadig is geweest was die partij die de film
heeft vertoond".
Van gasbommen en dergelijke is bij de N.
S. B.'ers niets gebleken. Het eenige wat bij
fouilleering werd gevonden waren eenige
kamferballetjes
Van de drie machten in Nederland, (de
wetgevende, de uitvoerende en de rechterlijke
macht), heeft de verdediger nog slechts het
volle vertrouwen in de rechterlijke macht be
waard, omdat in ons land recht wordt ge
sproken in naam der Koningin.
Daarom vertrouwde de verdediger
er op dat de verdachte zou worden
vrijgesproken.
De verdachte zei tenslotte zelf nog op een
desbetreffende vraag van den kantonrechter,
dat zij had geprotesteerd omdat zij zich ge
neerde voor deze voorstelling. Zij was niet
met het doel ter ordeverstoring naar de bios
coop gegaan, doch was wel van plan ge
weest wanneer de film haar te erg werd. wat
zij aanvankelijk nauwelijks had kunnen ge-
looven, naar zij zei, haar mond open te doen.
De kantonrechter zal over veertien dagen
schriftelijk vonnis wijzen.
Daarna kwamen nog ruim tien zaken aan
de orde, die alle na elkander werden afge
werkt. Er was een fotograaf, die geapplau
disseerd had wegens een z.i. rake opmerking
in de zaal, er was een scholier, die geroepen
had: „zoo was onze geschiedenis niet" en
die mededeelde, dat hij uit eigen beweging
was gekomen, omdat hij de oproeping om ge
zamenlijk naar de bioscoop te gaan niet had
ontvangen. Voorts was er een student die
had geroepen: „weg met dezen zedeloozen
import", een boekhouder die geklapt had en
Hou Zee had geroepen, hetgeen hij zich nu
niet meer kon herinneren, er was nog een
student, die had geroepen: „ik ben zoo vrij
tegen deze prostitutie te pro testeer en", een
ander had geroepen: „schande, zoo waren
onze voorouders niet", een scholier had
geroepen en in de handen geklapt, er kwam
een dame die bekeurd was, omdat zij zacht
achter de hand iets zou hebben beweerd, ter
wijl een luide bewering door haar buurdame
zou zijn gemaakt. Deze laatste zaak werd een
week aangehouden, er was nog een student,
die had geroepen: „schande, ik protesteer,"
en een Bloemendaalsche aannemer, die het
een dubbele schande had gevonden, dat de
politie zoo'n film in bescherming nam.
Allen zelden geprotesteerd te hebben uit
innerlijke overtuiging en geen baldadige or
deverstoring als doel te hebben gehad.
Tegen allen werd eveneens f 15 boete ge-
eischt of tien dagen hechtenis en alle uit
spraken zijn over veertien dagen.
DONDERDAG 26 MAART 1936
AMSTERDAM Woensdag.
De firma Lampe te Amsterdam heeft wel
eer van haar werk gehad, want twee volle
zalen waren getuige van haar keurig ver
zorgde modeshow, welke weer gehouden
werd onder het devies „uit de praktijk, voor
de praktijk".
Niet alles werd getoond wat een veelzijdige
fantasie tezamen met een vaardige hand kan
bereiken, maar alleen datgene wat in de prak
tijk gedragen kan worden (ook door de niet
allerslankste figuren) en niet te hoog in
prijs is.
Geopend werd met een paar groepen voor
de maanden April tot en met Augustus.
April brengt een mantel, een pakje met
een rok tot halfweg de kuit en de Selecta-
regenmantels met ruime rug. Mei geeft de
ensembles vaak in twee tinten, en de spor
tieve tailleurs met kort jasje en ceintuur.
Kragen zijn klein of ontbreken, zoodat de
kleurige shawl nog veel gebruikt wordt. In
Juni zijn er de groote bloemen en streepen.
Door bijv. van boven de streep dwars, voor
de rok in de lengte en voor de kraag schuin
te nemen, wordt een zoo aardig effect ver
kregen dat garneering verder niet noodig is.
Voor Juli krijgen we wit organdie met
kleurige strepen te zien en Augustus is de
maand voor de strandpakjes en. strand
pyjama's. De reusachtige strandhoeden zullen
wel alleen bij windstil weer gedragen kun
nen worden.
Na deze inleiding gaat het verder voort in
bonte rij. Veel tailleurs werden er getoond
de sportieve pakjes meest in lichtblauw en
diverse tinten licht- en grijsgroen. De schou
ders zijn niet meer opgevuld, maar nog wel
iets verbreed dodat de mouwen ruim zijn
ingezet aan de schouder. Trouwens ook aan
mantels en japonnen zijn de mouwen wijd
en bewerkt, hetzij met plissé, hetzij met de
moderne soutache-garneering. De bewerking
aan de japon zelf is daarbij veel eenvoudiger
en wat er nog voor garneering aan is wordt
meestal in de stof zelf gevonden, een geplis-
seerde rok, hier en daar een rimpel- of smok-
wekje, of een ster van plooitjes ond den hals,
op de donkere japonnen worden wel bouquet-
ten kunstbloemen gedragen. Keurig zijn altijd
de complets van zwart of donkerblauw, waar
in een blouse van wit of vieux rose en met
revers en manchetten van diezelfde kleur.
In de pauze waren er nog een paar aardige
reismantels en geruite „swaggers", de mantel
met ruimen rug.
Bij den aanvang van het tweede gedeelte
der show zijn wij met de mannequins op
reis gegaan naar Tirol, Spanje, Schotland,
Hindeloopen en Scheveningen, welke cos-
tuums veel bijval oogstten. En toen werd ons
duidelijk dat 1936 „het Chineesche tijdperk"
in de mode te noemen is.
Daar waren japonnen, bedrukt met Chinee
sche figuurtjes, zijden jasjes eveneens met
figuren en de aan de elleboog heel wijde Chi
neesche mouwen. En dan de Chineesche
hoedjes: het zijn kleine zwarte stroohoedjes
met schuin opstaanden rand, onder de kin
vastgestrikt met een breede fluweelen band
of een dik koord en soms nog met een pom
poen er boven op. Wij kunnen benieuwd zijn
of deze nieuwigheid hier ingang zal vinden en
of dat hoedje dus zal blijken te passen bij het
Hollandsche type. Overigens zijn de hoeden
groot zoowel als klein, echter met een kleinen
en ondiepen bol; smaakvol waren ook de kleine
modellen zonder rand, met een kransje van
gerimpelde tule rondom. De japonnen zijn half
lang, voor deftiger gelegenheden heel lang en
van achteren iets sleepend. Op de middag-
japonnen zijn de peau-de-suède ceintuurs vrij
breed, soms met kraaltjes bewerkt; ritsslui
ting vindt hier en daar ook nog haar toepas
sing. Heel smaakvol zijn ook de complets en
ensembles met boléro, en de complete met
driekwart mantel welke aan twee kanten ge
dragen kan worden, de eene zijde bedrukt, de
andere effen.
Bezien we de stoffen, dan blijkt het cloqué
nog in trek te zijn, evenals crêpe-, georgette-
en wollen stoffen. Ook angora en ottomane
worden toegepast, terwijl daarentegen tafzijde
maar sporadisch voorkomt, Losse bontman
tels, halsbonten, bont langs revers en man
chetten zullen dezen zomer gedragen worden.
Een keus te maken uit het vele dat er op deze
show te zien was, is welhaast te moeilijk. Zal
het een zachtgroene angora japon zijn met
ajourwerk op de schouders, of het ensemble
van zwarte japon met geplisseerde rok en ge
bloemde boléro? Ook de gebloemde japonnen
met zwart tule manteltjes waarbij hier en daar
de bloemmotieven in de tule mouwen zijn
aangebracht, zijn zeker de vermelding waard.
De veelzijdige en practische show van selectas
tailleurs, ensembles, complets en japonnen
werd besloten met de voorstelling van den bloe
semtijd. „Blossom-time" bracht de manne
quins in rose japonnen met kleine mutsjes,
geheel met bloemetjes bestikt. En de lamme
tjes die zij in de armen droegen mochten zich
begrijperlijkerwijs in de liefkoozende belang
stelling van het talrijke publiek verheugen.
Majoor Van toon HevorderH
tot luit.-kolonel.
HAARLEM Woensdag.
De majoor A. M. M. van Loon. commandant
van het korps Motordienst, is bij Kon. Besluit
met ingang van 1 Mei a-s. benoemd tot luite
nant-kolonel.
Haarlemsche Hypotheekbank.
Dividend 10.per aandeel.
In de Dinsdag gehouden algemeene vergade
ring van aandeelhouders der Bank, werden
tot Commissarissen herkozen de heeren G. S.
de Clercq (aftr.) en Jhr. G. F. van Tets van
Goidschalxoord (aftr.), terwijl ter vervulling
der bestaande vacatures als zoodanig werden
benoemd de heeren Mr. A. S. Miedema, oud-
directeur der Bank en Mr. A. van Doorninck,
oud-thesaurier-generaal van het Departement
van Financiën.
De balans en winst- en verliesrekening wer
den goedgekeurd, en het dividend, conform
het voorstel van directie en commissarissen,
na ruime afschrijving en reserveering, bepaald
op f 10 per aandeel.
Werkloozen met grond in
eigendom of huur.
De Minister van Sociale Zaken heeft be
sloten, dat de werkloozen welke voor uitkee-
ring uit hun werkloozenkas in aanmerking
komen, doch die een groote oppervlakte
grond voor eigen rekening in gebruik hebben
(hetzij deze grond eigendom is of in huur
werd verkregen) niet voor uitkeering uit hun
kas in aanmerking mogen komen.
Voor iedere gemeente is de oppervlakte,
welke men zonder eenige moeilijkheden wèl
in gebruik mag hebben, afzonderlijk bepaald.
Deze vastgestelde oppervlakte is voor Haar
lem en omliggende gemeenten: Haarlem 3/7
H.A., Heemstede 3/7 HA., Bloemendaal 3/7
H.A., Noordwijk 3/7 H.A., Hillegom 3/7 H.A.
Haarlemmermeer 3/4 H.A„ Haarlemmerliede
3/4 H.A., Velsen Santpoort 3/7 H.A., Benne-
broek 1/2 H.A., en Noordwijkerhout 3/7 H.A,
De werkloozen zijn verplicht indien zij
grond in gebruik hebben van de hierboven
aangegeven grootte, dit aan hun kasbesturen
op te geven.
De Dardanellenkwestie weer
aan de orde.
Turksche démarche te Genève?
LONDEN, 25 Maart. (A.N.P.)
Naar verluidt, heeft de Turksche mi
nister van buitenlandsche zaken, de
leden van den Volkenbondsraad gis
teren laten weten, dat de Turksche
regeering er op zal staan, dat de
Dardanellen weer versterkt worden,
indien de voorstellen der Locarno-
mogendheden tot werkelijkheid
zullen worden.
De „News Chronicle" meent te weten, dat
de Dardanellenkwestie nog niet openlijk in
den raad is opgeworpen, doordat de voor
zitter, Bruce, den Turkschen minister duide
lijk heeft gemaakt, dat het vraagstuk niet na
zoo weinig voorbereiding op de agenda kon
worden geplaatst.
Hitler's voorloopig antwoord
op het Locarnomemorandum.
Te Londen niet ongunstig ontvangen.
LONDEN, 25 Maart (Reuter) Von Rib»
bentrop zal vandaag opnieuw een onderhoud
met Eden hebben. Na 2 a 3 dagen te Londen
te hebben vertoefd zal hij weer naar Ber
lijn vertrekken om waarschijnlijk pas terug
te keeren na den 31sten Maart, den datum
waarop de Duitsche regeering de tegenvoor
stellen zal hebben geformuleerd.
Over het geheel genomen is het
„voorloopige" antwoord van den
Duitschen Rijkskanselier hier niet
ongunstig ontvangen. Het algemeen
karakter en de toon van het docu
ment worden hier uitgelegd als een
aanwijzing, dat men'de dingen niet
wil forceeren, en dat een verzoenende
geste van de zijde van Berlijn, nadat
de verkiezingen achter den rug zijn,
niet uitgesloten is te achten.
Korps Motordienst.
Lichting 1935, 2e ploeg, blijft in dienst.
De dienstplichtigen van de lichting 1935, 2e
ploeg, zullen op 4 April a.s. niet met groot
verlof vertrekken.
De t-riomphale tocht van de „Queen Mary", Het zeekasteel op de rivier de Clyde op weg naar de opes zee.
Een koningin der zee.
Over de taak van de
Queen Mary.
(Van onzen correspondent.)
LONDEN, 24 Maart.
De aandacht van alle Britten is juist geves
tigd geweest op de kronkelende vaart van de
Queen Mary door de Clyde op weg naar het
ruime sop. Het groote schip had hier het
nauwste vaarwater van zijn leven en het werk
van loodsen en sleepboot-kapiteins leek daar
om wat hachelijk. Maar alleen onvoldoende
kennis en gebrek aan zorg zouden het karwei
werkelijk hachelijk hebben gemaakt. En daar
het hier het welzijn gold van zulk een onver
gelijkelijk schip mocht men veilig aannemen,
dat alle noodige kennis en alle noodige zorg in
dienst zouden worden gesteld van de taak.
Bij deze gelegenheid is officieel gemeld, dat
de Queen Mary 80.773 grt zwaar is en dat
haar grootste snelheid 33 knoopen zal zijn. De
Normandie, die in haar rusttijd vergroot is
geworden heeft wat meer tonnen en kan dus
nog worden beschouwd als het grootste schip
van de wereld. Maar men neemt aan dat het
Engelsche schip sneller loopt. De twee sche
pen deelen dan de eer der uitzonderlijkheid
op de zilte baren, indien het eer is en dat is
het te oordeelen naar den ijver waarmede
Britten en Franschen om strijd en gevoelig de
aanspraken van hun grootste schip verdedigen.
De Queen Mary moet nu over eenige weken
den Blauwen Wimpel van den Atlantischen
Oceaan gaan veroveren. Die wimpel is jaren
lang een denkbeeldig stuk geweest. Maar hij
is het nu niet meer. Een sportieve Engelsch-
man heeft immers onlangs een trofee doen
vervaardigen, een meesterstuk van zilver
smeedwerk dat van nu af verbonden z-al blij
ven aan den Wimpel. Italië heeft het het eerst
bezeten. Nu heeft Frankrijk het. En de En-
gelschen hebben het volste vertrouwen in het
vermogen van hun Queen Mary deze kostbare
trofee straks voor hun land te veroveren.
De maatschappij, die de Queen Mary heeft
laten bouwen, heeft echter bij monde van haar
president doen weten, dat de Blauwe Wimpel
maar een bijkomstigheid is. De ware reden
van den bouw van dit zeekasteel moet worden
gezocht in het feit, dat het voor het eerst in
de geschiedenis van den scheepsbouw moge
lijk is geworden een rendeerenaen weekdienst
met twee schepen te onderhouden tusschen
Southampton en New York over Cherbourg.
Met de voltooiing van de Queen Mary is de
helft van het plan voor zulk een dienst gereed.
Binnen niet te langen tijd zal de andere helft
ter hand worden genomen.
De grootte van de Queen Mary is maar be
trekkelijk, hetgeen wel duidelijk blijkt uit de
voorstellingen van de directie van de Cunard-
White Star Lijn, die o.a. heeft doen weten, dat
naar het oordeel van haar technische raads
lieden het schip, dat thans de Clyde is afge
gleden, ,.het kleinste en het traagste" is dat
kan voldoen aan de voor rendeerend werk
noodzakelijke economische voorwaarden. De
„traagste" snelheid moet het schip in staat
stellen den overtocht te doen in alle jaargetij
den en tijd over te houden voor keeren in de
eindhavens. De grootte van het schip moet
de noodige betalende ruimte verschaffen om
voor de snelheid te kunnen betalen.
Om een loonenden dienst voor dit schip
en het volgende te verzekeren moest concur
rentie tusschen Britsche ondernemingen in
de Transatlantische vaart worden uitgescha
keld. Het was de voorwaarde, die de Britsche
regeering stelde voor een leening van 3 mil-
lioen pond sterling voor het afmaken van het
schip, dat men in December 1930 was gaan
bouwen maar waarop de arbeid op 19 De
cember van 1931 was stopgezet omdat de
maatschappij er als gevolg van verminderde
inkomsten en de financieele crisis, die nor
male middelen voor financiering van de on
derneming buiten haar bereik had gebracht,
niet mee voort kon gaan. Dank zij de mede
werking van de Schatkist kon men in April
1934 den bouw voortzetten. En nu heeft de
Queen Mary haar echt element bereikt. Cly-
desiders en belangstellenden aan de oevers
van het vaarwater hebben slechts het mach
tig uiterlijk kunnen zien. Het was misschien
vergoeding genoeg voor de moeite, die men
zich had moeten nemen om getuige te kun
nen zijn van zulk een historische afvaart. De
stalen flanken onttrokken echter een inwen
dige luxe aan het oog die haar weerga in
schepen nauwelijks zal hebber:Want al is
de voorstelling altijd geweest, dat utiliteit in
de Queen Mary voorrang moest hebben en
dat luxe als zoodanig niet paste bij den har
den loonenden arbeid welken ze zou moeten
verrichten, ae maatschappij besefte tevens
dat rendement niet kon worden verkregen
zonder toe te geven aan verlangens van ge
rief, verrassing, feestelijkheid en gemakkan
die oceaan passagiers bij traditie ingewilligd
willen hebben. En zoo is de Queen Mary dan
ook wellicht het weelderigste schip van de
zee geworden. In de salons hebben zulke bui
tenissige kunstenaressen als de gezusters
Zinkeizen vrij spel gekregen voor haar ver
beelding en de wanden bevolkt met langge
rekte vrouwenfiguren die zich vermeien m
exotische landschappen of verblijven. In het
reisbureau verbroederen zich in paneelen
van aluminium de klassieke legende en de
gestroomlijnde hedendaagsche werkelijkheid,
zooals in de amazone op een centaur, die in
ontsteltenis en verbazing een modernen Die-
seltrein staat na te turen,
A. K. VAN R.