WOENSDAG 15 XPRIE 1936 Nieuw handelsoverleg met België. Voorloopige regeling loopt met 1 Mei a.s. af. De directeur van de handélsac- coorden aan het departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart hééft te Brussel inleidende bespre kingen gehouden over het régime, dat de handelsverhouding tusschen België en Nederland zal beheer- schen, in een te sluiten overeen komst, welke van kracht zal worden, na afloop van de op 1 Februari jl. voorloopig voor drie maanden tot 1 Mei a.s. verlengde Nederlandsc'h-Bel- gische con tingen teeringsovereen- komst. De besprekingen zullen, naar de Tel. verneemt, binnenkort te 's-Gra- venhage worden voortgezet. PijnenburgSlaats rijden achtervolging op den weg. Automobilist reed fietser aan. Man achterhaald, maar toch nog ontsnapt. De beide wielrenners Pijnenburg-Slaats hebben één dezer avonden een achtervolging gereden, welke zij hebben gewonnen, doch waarbij toch hun succes tot nu toe gering is geweest. Zij waren per auto op weg naar huis, ko mend van een wedstrijd te Leeuwarden, zij reden op den Rijksstraatweg 's-Hertogen- ■bosch-Nijmegen, onder Nuland, toen zij voor zich uit een auto over den weg zagen slinge ren. De bestuurder reed met groote vaart. Eensklaps zagen de renners hoe de voor hen uit rijdende wagen op het rechts gelegen fietspad kwam en hier een wielrijder onderst boven reed. De man bleef liggen. In plaats van te stoppen gaf de automobi list vol gas en ging er in dolle vaart van door. Terstond besloten de wielrenners den vluchteling te achtervolgen en te trachten hem tot staan te brengen. Ter hoogte van het R.-K. Missiehuis onder Nuland wisten zij den voortvluehtigen auto mobilist voorbij te rijden en door vervolgens vlak voor hem te gaan rijden en successie velijk vaart te verminderen noodzaakten zij hem tot stilstaan. In de auto bleken zich twee personen te bevinden, die in kennelijken staat van dron kenschap verkeerden. De beide mannen ver klaarden van het onceluk niets te hebben bemerkt en onmiddellijk waren zij bereid te rug te ikeeren. De wielrenners bleken evenwel te veel ver trouwen in de beide mannen te hebben ge steld. Ofschoon zij uit voorzorg wel het auto nummer hadden genoteerd, reden zij geheel te goeder trouw vooruit, de anderen zouden wel volgen. Teruggekeerd in Nuland bij de plek. waar het ongeval was gebeurd, bleken de heeren opnieuw de plaat te hebben gepoetst. De po litie werd terstond gewaarschuwd, maar tot op heden is men er niet in geslaagd de auto op te sporen. Bii onderzoek Is gebleken, dat het geno teerde nummer dat is van den beruchten smokkelaar de C. uit Nijmegen, die reeds eenige jaren geleden een rh'k=imibtenaar on der Ottersum heeft doodgereden. Men vermoedt, dat de beide mannen de wijk naar België hebben genom°n. De aan- gerêdene heeft een hersenschudding opge- loopen, Paleis voor Volksvlijtzaak. In hoogér beroep lichtere straffen geëfccht. Dinsdag heeft de advocaat-generaal tegen de .beide verdachten in de Paleis voor Volks vlijtzaak requisitoir gehouden en de volgen de straffen geëisoht: Tegen den ex-directeur L. M. twee jaar en zes maanden met- aftrek van twee maanden preventieve hechtenis. Deze verdachte is door de rechtbank in eerste instantie ver oordeeld tot twee jaar en zes maanden (zon der aftrek van preventief). Tegen den ex-commissaris J. P. één jaar en zes maanden, eveneens met aftrek van twee maanden preventieve hechtenis. Het vonnis tegen P. door de rechtbank uitgespro ken is één jaar en negen maanden (zonder aftrek van preventief). Nadat de pleidooien waren gehouden, ging het gerechtshof in raadkamer en bepaalde dat op Woensdag 29 April alsnog een formeel getuigenverhoor zal worden gehouden. De verdachten zullen dan. tevens gelegenheid krijgen voor het laatste woord. Meisje te Leiden vermoord. Toen zij bij bioscoop stond te kijken. Dader heeft vermoedelijk uit minnenijd gehandeld. Dinsdagavond te ongeveer acht uur stond de 2-2-jarige fabrieksarbeidster J. S. uit Zoe terwoude die werkzaam was aan een sajetfa. briek te Leiden, in de hal van een bioscoop theater aan den Stationsweg aldaar foto's te bekijken, toen zij werd aangevallen door den 28-jarigen M. C. B., meesterknecht aan die zelfde fabriek, die haar met een broodmes eenige steken in den rug toebracht. Korten tijd daarna is het slachtoffer aan de bekomen verwondingen overleden. De dader werd door de politie gearresteerd en legde een volledige bekentenis af. Naar wij vernemen, had B. meermalen tracht aan mej. S. zijn liefde te verklaren, die hem evenwel had afgewezen. Toen B. zijn aanzoek had herhaald, had mej. S. zich daarover beklaagd bij d- directie der fabriek. Daarop schijnt B. uit w; zijn daad te hebben gepleegd. Centrale Suiker Mij. boekt winst. ƒ702.624 (v. j. verlies ƒ192.228). Wagen van den heer v. Vessem beantwoord. Over een stuk in de „Vrijzinnig-Democraat". De ministers van Justitie en van Buiten- landsche Zaken hebben geantwoord op de vragen van het Eerste-Kamerlid mr. A. J. van Vessem, die zich had gestooten aan een stuk uit het weekblad ..De Vrijzinnig Demo craat", waarin de politieke moord op met name genoemde leiders van bevriende naties onder bepaalde omstandigheden als veront schuldigbaar werd voorgesteld De ministers geven te kennen, dat zij van de aangehaalde zinsneden kennis hebben ge nomen, doch tevens dat zij de door den heer Van Vessem aangehaalde zinnen als uit hun verband gerukt beschouwen. De ministers hebben ook uit andere nummers van de be doelingen van den schrijver kennis genomen. Daar het instellen van een strafvervolging, als waarom de heer Van Vessem had ge vraagd, ter beoordeeling staat van het open baar ministerie, heeft de minister van Jus titie. zich in verbinding gesteld met het par ket, dat echter in dezen geen strafbaar feit aanwezig achtte. Den minister van Justitie is niet bekend of de ministers van Financiën en Sociale Zaken leden van den V. D. Bond de plaatsing van het bewuste artikel goedkeu ren. De minister van Buitenlandsche Zaken ten slotte, antwoordt op een desbetreffende vraag van den heer Van Vessem, dat hij het niet noodig oordeelt stappen te nemen om te voorkomen, dat deze uitlatingen in hot orgaan van een politieke partij, waarvan twee leden deel uitmaken van het kabinet, schade toebrengen aan den goeden naam van ons land en aan Nederlands buitenland sche betrekkingen. Aan het jaarverslag der Centrale Suiker Maatschappij over het boekjaar 1934/1935 wordt het volgende ontleend: In de eerste maanden van het verslagjaar bewoog de suikerprijs zich op het laagste niveau, dat in de crisisjaren werd gekend; hierna zijn de noteeringen langzaam geste gen. Het gemiddelde was ca. f 0.70 beneden het voorgaand jaargemiddelde. De Amster- damsche noteering (bieden) over het ver slagjaar, voor disponibel, bedroeg toch f 3.46 tegen f 4.18 en f 5.50 over beide voorgaande jaren. Ten aanzien van de steunmaatregelen ten gunste van de bietencultuur werd het ten vo- rigen jare ingevoerde systeem wederom toe gepast. Den telers van suikerbieten moest echter een prijs van f 10 per 1000 K,G. wor den verzekerd, zijnde f 1 minder dan Ao. Po., terwijl voor de berekening der bijdrage daar in ten laste van het Landbouwcrisisfonds, de kosten van fabricage, raffinage en verkoop van de te produceeren suiker wederom op een lager bedrag werden aangenomen. Bui tendien werd de totale hoeveelheid gesteunde bieten met 10 pet. verminderd. Ten gevolge dezer beperking was de hoe veelheid door onze fabrieken verwerkte beetwortelen aanmerkelijk kleiner dan het jaar tevoren, hoewel de beetworteloogst we der gunstig was. De exploitatierekening sluit met een sal do-winst van f 62*5.299 (v. j. saldo-verlies f 192.228). Evenals voorgaande jaren is in dit saldo begrepen de uitkeering op aandee- len in andere ondernemingen evenals het provenu van arbitrage- en andere handels zaken. Dit saldo, overgebracht naar de winst en verliesrekening, wordt vermeerderd- met het voordeelig saldo der interestrekening ad f 245.441, welke rekening ditmaal een belang rijke bate leverde als gevolg van de zeer ruime middelen, waarover wij een groot deel van het jaar beschikten. Indien de vergadering zich met de ver schillende voorstellen kan vereenigen sluit de winst- en verliesrekening met een saldo-winst ad f 702.624 (v. j. verlies f 192.228). Voorgesteld wordt hieruit een uïtkeering te doen van f 21 per nieuw aandeel en na sta tutaire uitdeelingen een bedrag van f 39.269 op nieuwe rekening over te brengen. LANGS DE STRAAT. Uitkijken. Ik zag hem op één van die werkelijke lente middagen, welke we na 21 Maart nog maar zoo schaars hebben gekend. En evenals ik zagen vele anderen hem, moesten hem wel zien, omdat zijn ruige, overhangende wenkbrauwen, z'n met naden bedekt karbon kelgezicht te opvallend, te zeer de aandacht trekkend waren om hem, gelijk de meeste anderen onopgemerkt te passeer en. Zijn ruw gehouwen gelaatstrekken, zijn vurige oogen glans, gaven hem een Mirabeausch uiterlijk, welke gelijkenis nog versterkt werd door den extravaganten neus, die een zeer ruime moge lijkheid voor de gedachte aan lettres de cachet, zij het dan in dit geval van Vader Staat, openliet. Hij ging, zonder zich dien aandacht van velen bewust te zijn, zijns weegs; trachtte zijn fiets tusschen een boom en den stoeprand door te laveeren, maar de door de boomwor tels hobbelige straat deed hem half zijn even wicht verliezen en alleen door haastig zijn rechtervoet op het trottoir te zetten wist hij een val te voorkomen. Een botsing even wel niet, want hij raakte het voorwiel van de fiets van den rossigen slagersjongen, die op zijn beurt daardoor botste met een kinder wagen, voortgeduwd door een ranke jeugdig heid. De niet erg snuggere knaap had zijn ge dachte nog wel zoover bij elkaar, dat hij kon losbarsten: „Kijk uit, uil. Direct gevolgd door een snerpenden kreet der jeugdigheid, wier voertuig een leelijke kras op den bak had gekregen: Let op, suffertO m'n wagen. De geest van den man ontwaakte. Zijn neus wat in de hoogte stekend, alsof hij door dien enormen, blauw-rood gekleurde "geziehtstomp indruk wilde maken, overzag hij zijn belagers. Dan klonk zijn schorre stem, welke uit z'n middenrif vandaan leek te komen: „Mefrau, jongeman, uw beide hebt mij, uwes dienaar weer op een waarheid geweze, dewelke van alle eeuwe is...." Hij schraapte even de keel, merkte dat z'n gehoor, hetwelk inmiddels met drie man was uitgebreid, reeds in zijn ban was en ver volgde: ....van alle eeuwe. Oitkijke en oplette benne de meest etsensieele kernpunte van 't leve, zoowel in cultereel, als in sociaal, als in ekonomisch opzicht. U alle zei dat misschien nie-zoo-direk door hebbe, maar ik, uwes die naar, weet 't en in Sjenèfe wete ze 't ook. Weer wachtte hij even. Fonkelde van onder zijn wenkbrauwen over de groep, die aller- bedenkelijkst aangroeide. Dan: ,Veral in 't v'n daag-de-dagsche leve. Hebbe ze daarom in Amsterdam d'r ook niet 'n speciaal theater voor geopend, de Oitkijk? Nou zag ik zooeve die paal daar...." Z'n arm gebaarde naar een lantaarnpaal, welke tien nieter verder stond. ....en doch bij mezelverg: oitkijke. Maar toen zag 'k hier die hobbelebobbelige rot-keie niet. Dóch wie staat zie toe, dat hij niet valt. 'k Heb m'n heele leve oitgekeke en opgelet, en nou één oogenblikkie nie-goed-genoeg. Als uwes, jongeman, even goed uit uw.es doppe gluurt, zei uwes 't nog eens net zoo ver brenge als uwes dienaar. Dus oitkijke en oplette. En nu, dames en heere, allegaar ajuus" Z'n linkerbeen zwaaide over het zadel, hij gaf een fikschen duw op. het pedaal en reed. Voordat iemand tot de gewone sleur van de straatwandeling was teruggekeerd, botste hij tegen een paal. De slagersjongen schrok en maakte een tweede kras op den wagen. De ranke juffrouw was ineens weer bij en haaibaaide intens fel: „Kijk uit, suffert, dat is weer niet opgelet". Ls. Anton Jurgens' Ver. Fabrieken Onveranderd dividend 8%. Winst van 193S ƒ12.296.529 (v. j. ƒ12.265.195) In het jaarverslag over 1935 van Anton Jurgens' Ver. Fabrieken wordt o.m. gezegd: Het jaar 1935 is. gelijk de vier crisisjaren die er aan vooraf zijn gegaan, voor onze za ken wederom een bewogen tijd geweest. Lie ver dan over de moeilijkheden uit te weiden, constateeren wij met voldoening, dat wij in staat zijn geweest het winstresultaat van het vorige jaar te handhaven. Wij danken dit in hoofdzaak aan 't feit, dat onze belan gen over zoovele landen zijn verspreid, zoo dat tegenslag in het eene tegen verbetering in den gang van zaken in het andere land kan worden opgewogen. De stijging van de grondstoffenprijzen die, zooals wij in ons verslag over 1934 mededeel den, tegen het einde van dat jaar was inge treden, heeft zich in 1935. zij het met eenige fluctuatie, gehandhaafd. De acute schaarste aan dierlijke vetten In de Ver. Staten, ge voegd bij een niet te gunstigen katoenoogst, hebben er toe geleid, dat daar te lande aan zienlijke hoeveelheden oliën en vetten moesten worden geïmporteerd, hetgeen mede heeft voorkomen, dat de grondstoffenmarkt terug-viel op het abnormaal lage prijspeil, dat de eerste drie jaren van de crisis heeft gekenmerkt. Wii hebben gebruik gemaakt van de ruime liquiditeit der Venn, om f 5.064.000 nom. cum. preferentie winstdeelende aandeelen „B" en f 3.934.000 nom. cuim. preferente winstdee lende aandeelen ,.C" onder pari terug te koo- pen. Deze aandeelen zijn sedertdien inge trokken in verband waarmede een bedrag van f 624.455 aan het reservefonds is toege voegd. De winst over het afgeloopen jaar, na af trek van alle onkosten, bedroeg f 12.296.529 tegenover een bedrag van f 12.265.195 over het jaar 1934. Wij hebben in ons vorig jaar verslag melding gemaakt van verliezen, welke voortvloeiden uit den verkoop van va luta's waarin geen dekkingsoperaties moge lijk waren; dergelijke verliezen waren ook in het afgeloopen jaar onvermijdelijk. Voorgesteld wordt uit de winst over het iaar 1935 een verder bedrag van f 375.544 te reserveeren en zoodoende het reservefonds op f 25.000.000 te brengen. Winstverd eeling. Het batig saldo der inkomstenrekening is f 12.393.501 (12.365.480). Dit bedrag moet worden vormeerderd met het onverdeelde winstsaldo van 1934 f 776 562 (735.723). To taal f 13.170.064 (13.101.203). Hiervan komen in mindering: vacatie gelden van commissarissen, jaarwedden der directie, salarissen, reiskosten, aecountants- onkosten en diversen f 96.972 (100.284), zoo dat er over blijft een saldo van f 13.073.092 (13.000.919). In Augustus 1935 werd een interim-divi dend uitgekeerd van 3 pet. dus op basis van 6 pet. per jaar over het 'halve jaar JanuariJuni 1935 op de cuim. pref. aand. f 1.200.000 (onv.), cum. pref. winst aand. ,.B" f 972.000 (1.123.920): curn. pref. winstd. aand. „C" f 576.000 (694.020). i Voorts werd in Febr.,1936 een slot-dividend, uitgekeerd van 3 pet. (onv.) du.s op 'casiis van 6 pet. per jaar over het jaar Juli— December 1935, hetgeen veréischte f 2.748.000 (3.017 940), zoodat ter nadere verdeeling overblijft een saldo van f 7.577.092 (6.965.039) Voorgesteld wordt van dit bedrag te be stemmen voor: uitkeering van 8 pet. (onv.) dividend op de gewone aandeelen f 5.280.000 (onv.) reservefondsf 375.544 reserve diverse belangen f 600.000 500.000), tantiè mes aan directeuren en beambten f 511.295 (408.476), zoodat als saldo op nieuwe reke ning f 810.252 (776.562) resteert. Een klein stilleven door Jan Jansz. van de Velde. Uit de collectie J. M. C. Hoog te Haarlem, (thans geëxposeerd op de tentoonstelling van het Kunstverbond in het Frans Halsmuseum). In de reeks kleine artikelen, die wij tot nu toe aan Haarlem's Kunstbezit gewijd hebben, zijn er slechts enkele over stillevens aan te treffen. En dat terwijl het stilleven een zoo bij uitstek Hollandsche kunstsoort is dat het aan tal stillevenschilders in de 17e eeuw reeds niet meer te overzien is. In de schilderkunst is het stilleven geheel en al van Hollandschen oorsprong. Althans, als op zich zelf staand, niet als vulling of versie ring in andere composities gebruikt, onder werp, dus als schilderij dat uitsluitend om het stilleven gemaakt is. Natuurlijk vindt men bij de primitieven en in nog oudere-kunst frag menten, die m'en als stilleven zou kunnen af zonderen uit de voorstelling, doch als zelf standig kunstproduct komt het voor het eerst in de Nederlanden voor en zijn de Fransche en Spaansche stillevens, die iets later kwamen, op de Hollandsche geïnspireerd. De waardeering voor die kunstsoort was in de 17e eeuw grooter dan later, toen ze inge slapen scheen om eerst in het laatst der vorige eeuw weer wakker te worden. Toen kwam men ook pas, door de steeds zich uitbreidende studie der kunsthistorie tot de ontdekking hoe groot het aantal der schilders was, dat zich ermede had bezig gehouden. Wel waren er zoo enkelen wier namen men kende, wel werd een Abra ham van Beyeren, een Willem Kalf, een De Heem in de collecties opgenomen maar de tal- looze kleinere meesters, die dit drietal omga ven, waren öf onbekend, öf men had hun werken gemakshalve maar tusschen het oeuvre van het illustere drietal ingeschoven. Zoo lang zamerhand is daar klaarheid in de waardee ring gekomen en daarbij ook aan de kun stenaars van het tweede plan een plaats inge ruimd. Tot dezulken behoort Jan Jansz van de Velde wiens prachtig schilderijtje met bierglas en rookgerei thans voor ieder te zien is en hiernaast gereproduceerd staat. Hoewel in de verschillende groote musea (Amsterdam, Den Haag, Berlijn en andere buitenlandsche openbare verzamelingen) werk van denzelfden schilder wordt aangetroffen is over zijn persoon, naar ik meen, nog niet zooveel bijzonders aan het licht gebracht. De Van de Velde's zijn talrijk in de kunsthistorie van onze gouden eeuw en er zijn beroemden en minder beroemden onder. In zijn kunst lexicon kan men er wel een veertien-vijf tien tal vinden en als bij vorstelijke dynastieën worden zij als Willem I, II en III, Jan I, II en Jan Jansz. enz. genummerd en aangeduid. De maker van ons mooie schilderijtje van van daag zou vermoedelijk de zoon van Jan II, den landschapschilder en graveur geweest zijn ongeever in 1620 geboren en in ieder geval na 1660 gestorven. Veel is het dus niet wat wij met zekerheid van hem weten, maar zijn werk is daar niet minder mooi om, ondanks zijn eenvoud, zijn gemis aan praal, zijn bijna nuch tere zakelijkheid. Het zijn juist die eigen schappen die ons in hem aantrekken en hem sterk afzonderlijk plaatsen naast de luxueuse stillevens van een He da of Kalf, of naast de hartstochtelijker geschilderde visch- en fruit stukken van Van Beyeren. Welk een innig ple zier heeft onze schilder erin gehad die open gescheurde papieren zak met tabak uitvoerig uit té beelden, iedere vouw, iedere kreukel hun waarde te geven en hoe weinig modern blijkt, als wij dit schilderijtje goed zien, onze „mo derne" zakelijkheid. Ook hier blijkt het woord „modern" in de kunstbeschouwing een niets zeggend stopwoord. Eenzelfde aandacht be steedde hij aan de Goudsche pijp en hij ver doezelt den loggen vorm er van niet en het glimlicht op het bierglas wordt hem een ge- wetensquaestie van observatie. Ernstig is zulk een klein werk, het heeft den ernst waarmee Vincent van Gogh later ook zulk een papier met tabak, en een pijp en een test zal schilde ren, dan nog veel moedwilliger karakterisee- rend, nog feller den eenvoud dier goedkoope genotmiddelen belichtend. Van de Velde (hij stamt uit een schildersfamilie!), moraliseert minder en blijft in de eerste plaats op het picturaal effect bedacht. Zoo staat het gevul - de bierglas in volkomen harmonie war kleur betreft met den achtergrond en de voorwerpen op de tafel, hij' heeft niets op- dringend-manifesteerends, hij blijft nuchter- elegant. In de Fransche kunst van de 18e eeuw zal men bij Chardin, in die van de 19e bij F. Bon vin analoge qualiteiten in hun stillevens terug vinden. De beschouwer die dit werkje van Van de Velde goed in zich opneemt verschaft zich een sleutel tot goed begrip van een zeer be paalde opvatting in de stillevenschildering. Wilhelm Bode beweerde al in 1906 dat uit de voorstellingen op de Hollandsche stillevens der 17e eeuw te concludeeren viel in welk kunst centrum ze ontstaan waren. Haarlem, Leiden, Den Haag, Utrecht hebben stillevenschilders opgeleverd. De patricierstad Haarlem zegt Bode heeft schilders die den beschouwer zich laten verlustigen in den aanblik van een goeden disch, de overladen tafel der rijken met veel zilverwerk en Venetiaansch glas, tusschen pasteien en wildbraad, of de soberder tafel van den kleinen man waarop men een stoop bie wat oesters, een stuk kaas en een pijpje tabak ziet. Leiden is de stad der bezonken geleerd heid: van hier komen de stillevens met boeken in fraaie leeren banden, doodshoofden en zand- loopers (vanitassen) en muziekinstrumenten. Den Haag met zijn vischmarkt en Scheve- ningen in de nabijheid zou de schilders der visch-stillevens gele verd en het prachtlie- vend Utrecht die dei- bloemstukken voortge bracht hebben. Voor Den Haag komt dan Van Beyeren, voor Utrecht De Heem voor het front. Bode's opmer king lijkt niet onjuist, al kan ze wat wille keurig schijnen als wij bedenken dat dié ar- beidsverdeeling, met het verhuizen van schilders bijvoorbeeld, wel verbroken zal zijn. En dat ook van huis uit in Haarlem wel visch en in Utrecht wel boe ken zullen geschilderd zijn. Maar als alge- meene karakteristiek is Bode's opmerking zeker bruikbaar en geeft ze den leek een benaderend houvast als hij een Hollandsch stil leven uit de 17e eeuw wil thuis brengen, waar het beheort. Als de Crisiscomité's worden opgeheven. Instructies aan de burgemeesters. Borgstellingsfondsen gewenscht. De opheffing van het Nationaal Crisis. Comité tegen 1 Mei a.s. maakt het noodza kelijk maatregelen te treffen tot vervan°-inè van de door dit comité georganiseerde steun verlening. Zooals men weet heeft minister De Wilde hieromtrent het advies - van de Ned. Vereeniging voor Armenzorg en Weldadigheid, welke enkele weken geleden een uitvoerig rapport heeft uitgebracht. Uit een circulaire, welke de minister thans'aan de burgemeesters heeft gericht, blijkt dat hij de voorstellen der Vereeniging voor Armen zorg volledig heeft overgenomen. De minister is van meening, dat de steun- verleening in natura voortaan weer geheel moet worden overgelaten aan de normale organen van kerkelijke, particuliere en bur gerlijke armenzorg. Ten aanzien van den credietsteun vestigt de minister de aandacht op de zoogenaamde borgstellhigsfondsen voor den middenstand welke beoogen borg te blijven voor credieten' in het algemeen tot een bedrag van ten hoogste f 590, welke aan kleine middenstan ders door hulpbanken en andere organen van voorschotverlening worden verstrekt. Zelf verleenen deze 'borgstellingsfondsen dus geen voorschotten. Deze fondsen zijn de aangewezen instellin gen om na de opheffing van het Nationaal Crisiscomité de voorziening in de credietbe* hoefte van de kleine credietwaardige mid denstanders, die op geen andere wijze dus ook niet ingevolge de regeling, krachtens welke door de Ned. Middenstandebank onder regeeringsgarantie credieten worden ver leend aan crediet geholpen kunnen wor den, mogelijk te maken. In de begrooting van het departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart voor 1936 is een memoriepost opgenomen, welke be doelt, van de verliezen wegens op de aange geven wijze te verstrekken borgstellingen maximaal 40 pet. voor rekening van het rijk te brengen. De minister dringt er op aan» dat bij de oprichting van borgstellingsfond sen respectievelijk van de hulp- of voor schotbanken, welke met deze fondsen plegen samen te werken door de gemeentebestu ren de noodige medewerking en steun worde verleend en voorts, dat omtrent opzet en werkwijze der fondsen overleg wordt ge pleegd met den minister van Handel, Nij verheid en Scheepvaart. Opdat een aaneen sluitend net van borgstellingisfondsen over het geheele land worde verkregen acht deze het gewenscht, dat deze fondsen niet plaat selijk worden ongericht, doch op den grond slag van de districten der 36 Kamers van Koophandel in den lande worden georgani seerd. Fondsen voor arbeiders. Tenslotte wijst minister De Wilde er op, dat ook voor den arbeidersstand soortgelijke fondsen van groot nut kunnen zijn. Terwijl bij de borgstellingsfondsen voor den mid denstand op den voorgrond staat de bevor dering van credietverstrekking voor produc tieve doeleinden, beoogen de arbeidersborg- stellingsfondsen de verstrekking van con sumptief crediet, tot aanschaffing van klee ding en huisraad, betaling van ziektekosten e.d. mogelijk te maken. In het bijzonder kan de hulp van deze arbeidersborgstelllngsfondsen bijdragen tot bestrijding van den woeker en van de mis bruiken van het afbetalingssysteem. Vooral in de grootere gemeenten acht de minister de opriohting van dergelijke fondsen ge wenscht. Giften ineens. Tenslotte bespreekt de minister de ver strekking van giften ineens aan personen uit allerlei maatschappelijken kring nering doenden, intellectueelen, z.g n nieuwe armen enz. in gevallen, waarin redelijkerwijze kan worden verwacht, dat zij ten gevolge van deze hulp, zoo mogelijk voorgoed, doch in ieder geval voor gerulmen tijd buiten ge- regelden steun zullen kunnen worden ge houden. Blijvende armlastigheid kan aldus worden voorkomen en de zelfstandigheid van den betrokkene worden gehandhaafd of her steld. In deze gevallen heeft die samenwerking, belichaamd in de plaatselijke crisiscomité's, veelal buitengewoon goede vruchten afge worpen en de minister meent, dat het uiter mate te betreuren zou zijn, indien deze sa menwerking zou verloren gaan. Met het oog hierop beveelt hii aan in allé gemeenten, in welke de behoefte daaraan wordt gevoeld, op te richten ..Commissies van Samenwerking voor Biizondere Nooden". Het ligt in de bedoeling, dat in deze Com missies zitting zullen hebben vertegenwoor digers der voornaamste ondersteunende li chamen en sociale diensten ter plaatse. De commissies zullen gevallen, te moeilijk of te kostbaar voor één instelling, in gemeen over leg moeten behandelen en. indien hulp ge wenscht bliikt, moeten trachten deze door samenwerking van verschillenden kant moge lijk te maken. Daar het in vele gemeenten niet altijd mo gelijk zal blijken het volle bedrag, noodig voor de leniging van deze biizondere noo den. plaatselijk bijeen te brengen, zal voorts worden opgericht een ..Nationaal Fonds voor Bijzondere Nooden" waaruit zoo noodig aan vullende steun zal kunnen worden verleend. De doelstelling der Commissies van Sa menwerking zal in zooverre eenigszlns rui mer kunnen ziin dan die der plaatselijke crisiscomité's, dat het ..crisiselement" niet langer als voorwaarde zal behoeven te gel den voor het verleenen van steun, zoodat bijvoorbeeld ook in gevallen, waarin ziekte de oorzaak is van flnancieele moeilijkheden, een beroep op de Commissies van Samen werking mogelijk zal zijn. De Commissies van Samenwerking, die zelve steun verleenen, komen in aanmerking voor plaatsing op de lijst van instellingen van weldadigheid, bedoeld in artikel 3 der Armenwet. De samenstelling der Commissies van Sa menwerking zal zooveel mogelijk zoodanig moeten zijn. dat door haar een band wordt gelegd tusschen de voornaamste ondersteu nende lichamen en sociale diensten ter plaatse. J. H. DE BOIS. Groot arbeiders bond? De gemeentepolitie te Oss heeft de boeken m beslag genomen van den penningmeester der plaatselijke afdeeling van den R. K- Fa- brieksarbeidersbond ,.St.-Willebrordus", daar een aanzienlijk kastekort zou zijn geconsta teerd. De penningmeester van deze afdeeling zou in den loop der jaren ten uadeele van deze organisatie vereenigingsgelden ten be drage van meerdere duizenden guldens heb ben verduisterd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1936 | | pagina 2