Logger gestrand bij zware mist.
DE GOUDEN BRUG.
WIJK AAN ZEE.
Op de eerste bank geloopen.
Ue reddingboot van Wijk aan Zee wordt naar het boothuis teruggereden, na
Zaterdagnacht bijstand te hebben verleend aan de gestrande logger
KW. 108 (links).
Reddingsboot tweemaal
uitgevaren.
Zaterdagavond is tijdens een vrij zwaren
mist. die plotseling kwam opzetten, de log
eer KW 108 tusschen de banken van de kust
fn moeilijkheden gekomen en 2 K.M. ten
Noorden van de Zwaanstraat gestrand. On
middellijk werden door het plaatselijk bestuur
van de Reddingmaatschappij en door de Wijk
aan Zeeër Reddingbrigade maatregelen ge
troffen om de bemanning van den logger zoo
noodig te hulp te komen. Spoedig was de
mare van de stranding in den omtrek ver
breid. zoodat velen het reddingswerk hebben
gevolgd. De sterk phosporiseerende zee lever
de in de avonduren een fantastischen aanblik
op In de verte waren de navigatielichten van
den logger, die op de eerste bank zat, zicht
baar en verder in zee toonden de motorred
dingboot „Neeltje Jacoba" en de sleepboot
„Hector" uit IJmuiden beurtelings haar roode
en groene vuren als bewijs, dat zij in de om
geving van de strandingsplaats kruisten.
De „Neeltje Jacoba" kon echter niet bij den
logger komen zonder zelf gevaar van stran
ding te loopen. Van de sleepboot Hector"
werd een sloep gestreken, waarmede twee le
den der bemanning naar de gestrande logger
roeiden en aan boord gingen, teneinde te on
derhandelen over het eventueel vlot brengen
van het vaartuig. Juist toen zij aan boord
waren nam een hooge golf water de juist ver
laten sloep mee en dreef deze naar de kust.
waar hulpvaardige handen haar hoog op het
strand zetten.
De Reddingbrigade was intusschen met het
groote Philips-zoeklicht ter plaatse gekomen en
weldra boorde de felle, bi'eede lichtbundel zich
door de duisternis. Duidelijk waren de regis-
tratieletters op den boeg van den logger
zichtbaar, alsmede de leden der bemanning,
die vol belangstelling het drukke beweeg op
het strand gadesloegen.
De reddingboot was uitgereden en zes zwoe
gende paarden, geholpen door de leden der
bemanning, trokken den zwaren wagen, waar
op de boot geplaatst is, door het rulle zand
van den Relweg. Te ruim 10 uur arriveerde de
boot op de strandingsplaats en tegen 11 uur
kon zij zee kiezen.
In het schijnsel van het zoeklicht konden
de talrijke kijkers de reddingboot op haar
tocht naar het gestrande schip uitnemend
volgen. Er stond toch nog een vrij sterke
branding en zoo nu en dan werd de boot door
krachtige brekers uit den koers geslagen.
De ervaren roeiers, die onder bevel stonden
van schipper W. Grapendaal, trokken de boot
echter rustig en met groote zekerheid door
de branding. Ook aan lij van den logger liep
veel water en eenige keeren mislukte de po
ging om verbinding te krijgen, doordat de
reddingboot werd weggeslagen. Tenslotte lag
de boot langszij het gestrande vaartuig. Twee
leden der bemanniivg sprongen van den log
ger in de boot. De overigen bleven aan boord.
Heeds te half twaalf was de reddingboot te
rug en bracht de beide mannen veilig op het
strand. Eerst toen bleek, dat de logger eigen
dom was van de gebroeders Kuyt uit Katwijk.
Schipper van den logger was Maarten Kuyt.
Men keerde van de vischvangst terug naar
IJmuiden, maar nog vóór de haven was be
reikt werd de mist zóó dik, dat de logger te
dicht onder de kust kwam met het bekende
gevolg.
In den nacht is de reddingboot nogmaals
uitgevaren, toen echter om een lijn over te
brengen, waarmede, teneinde op alle even
tualiteiten voorbereid te zijn, een verbinding
tusschen den logger en 't strand kon wordgn
gemaakt.
De „Neeltje Jacoba" was intusschen naar
IJmuiden teruggekeerd
Van de leden der bemanning vernamen wij,
dat voorloopig geen sleepboothulp zou wor
den ingeroepen, maar dat men eerst wilde
probeeren bij opkomend water op eigen
kracht vlot te komen. De oude Wijk aan
Zeeërs, die over deze poging bedenkelijk het
hoofd schudden kregen althans in den
loop van den Zondag gelijk, want noch des
morgens, noch des middags slaagde men er
ui beweging in het gestrande vaartuig te
krijgen. De logger zat, wat men noemt „muur
vast". Teneinde deze pogingen grooter kans
van slagen te geven waren vanaf den logger
twee ankers ver in zee uitgebracht. Ook had
men een tros bevestigd aan het wrak van de
reeds in 1903 gestrande Vrijheid. Zooals ge
zegd mislukten deze pogingen, maar niette
min heeft de bemanning den moed niet opge
geven. Men wachtte maar weer geduldig op
het volgende gunstige tij. Bij laag water kon
den de opvarenden gemakkelijk het strand
bereiken, waar zij een praatje maakten met
de vele belangstellenden, die in den loop van
den Zondag de positie van het schip eens
kwamen opnemen. En anders konden zij in
Wijk aan Zee verpoozing zoeken.
Zoolang het weer niet ongunstiger wordt be
staat er geen gevaar.
Intusschen. is deze stranding zoowel voor
de bemanning van de reddingboot als voor de
zoeklicht-aideeling van de reddingbrigade een
prachtige oefening geweest, een repetitie, die
Levens gelegenheid bood op te merken, dat de
reddingsmiddelen te Wijk aan Zee volkomen
i.n orde zijn en dat onder alle omstandighe
den binnen den kortst mogelijken tijd hulp
kan worden geboden.
Hedenmorgen, te ruim 7 uur, is bij hoog
water de gestrande logger vlctgekomen.
Plet vaartuig is naar IJmuiden opgevaren.
BEVERWIJK
Harteljjtfi huldiging van
D. O. K.
Bij het vierde lustrum.
De Krachtsportvereeniging D.O.K. heeft
Zaterdag haar twintig-jarig bestaan her
dacht met een receptie, waarop veel harte
lijke belangstelling werd betoond en met een
prachtig geslaagder, feestavond in de boven
zaal van Hotel „Oud Meerensteijn"
De receptie.
Ter receptie is weer eens duidelijk aan den
dag getreden, dat onze plaatselijke kracht
sportvereeniging D.O.K. zich toch wel In zeer
breeden kring in een hartelijke belangstel
ling mag verheugen en dat haar schitterende
prestaties toch wel zeer de aandacht hebben
getrokken.
Nagenoeg samenvallend met dit jubileum
veroverde D.O.K. voor de tweede maal de
kampioenschappen worstelen en gewicht
heffen van Nederland, een unieke prestatie
in de historie van de Nederlandsche kracht
sport.
De voorzitter van het jubileerende D.O.K.,
de heer J. P. Schelvis begroette de aanwezige
deputaties van verschillende vereenïgingen,
al had hij er dan ook meer werwacht.
Spr. wees er in de eerste plaats op. dat D.O.K.
in deze twintig jaren veel heeft gepresteerd,
meer dan de oprichters zich ooit hebben kun
nen voorstellen. Reeds in 1924 werden leden
van D.O.K. de eer waardig gekeurd de Ne
derlandsche krachtsport op de Olympiade te
vertegenwoordigen. Dat herhaalde zich in
1928. Bovendien verwierf D.O.K. zich inter
nationale reputatie door haar deelneming
aan buitenlandsche wedstrijden, o.a. in Pa
rijs, Helsingfors, Spa en Luxembourg.
Ook heeft D.O.K. zelf vele malen interna
tionale wedstrijden gehouden.
Spr. verheugde zich er tenslotte, over, dat
ook het gemeentebestuur belangstelling
toonde door wethouder Bisschop als zijn ver
tegenwoordiger naar de receptie af te vaar
digen.
De heer W. M. Ragut, inspecteur van poli
tie opende de rij der sprekers. Hij compli
menteerde het bestuur als vertegenwoordiger
van den burgemeester, namens wethouder
Bisschop en tenslotte namens de gemeente
lijke commissie voor de Lichamelijke Opvoe
ding, die steeds bijzondere belangstelling
heeft betoond in de verrichtingen van D.O.K.
Afgevaardigden van K.D.O., Amsterdam en
van „Hercules" IJmuiden spraken vervolgens
woorden van gelukwensch, die zij vergezeld
deden gaan van bloemen en een fraaie
plaquette.
Mr. A. Moens, de voorzitter van de V.V.V.
fehc'teerde de vereeniging. die den naam
van Beverwijk op zoo kranige wijze heeft
hoog gehouden.
Spr. uitte de verwachting, dat men ook in de
komende jaren nieuwe lauweren zou mogen
oogsten.
De heer Ragut sprak vervolgens namens
de Kennemer Wandelclub en herinnerde te
vens aan de prettige opleiding bij D.O.K.
toen hij zich voor het afleggen van de Olym
pische proeven bekwaamde.
Daarna voerden nog het woord vertegen
woordigers van de voetbalvereniging ..D.O.
K.". het Mannenkoor ..Zanglust". de voet
balvereniging „De Kennemers". de R.-K.
Sportvereniging D E.M.. de Kennemer Zwem
club. de Beverwijksche Harmoniekapel, de
Gymnastiekvereeniging „Turnlust", de Be
verwijksche Boksclub en tenslotte de heeren
H. J. Blaauw. leeraar in de lichamelijke oefe
ning. die een medaille aanbood, en wethou
der J. Bisschop.
Zij allen huldigden in de meest hartelijke
bewoordingen de jubileerende vereeniging en
boden fraaie bloemstukken aan.
Voorts waren nog talrijke schriftelijke ge-
lukwenschen ingekomen, waaronder een
brief van mevr. Van Hattum, die levens een
medaille beschikbaar stelde.
De voorzitter van D.O.K. beeft alle spre
kers afzonderlijk voor hun blijken van sym
pathie met de jubileerende vereeniging dank
gezegd.
In de kleine zaal was een expositie inge
richt van de buitengewoon interessante en
uitgebreide collectie prijzen, die D.O.K. in
den loop der jaren heeft verovei'd.
Met groote belangstelling is deze tentoon
stelling door de receptie-bezoekers in oogen-
schouw genomen
Des avonds werden het jubileum en de
kampioenschappen duchtig gevierd. De zaal
van ..Oud Meerenstein" was tot de laatste
plaats bezet, toen de voorzitter van D.O.K..
de heer P. J. Schelvis een openingswoord
sprak, waarin hij o.m. een krachtig beroep
deed op de jongere Beverwiikers om zich aan
te sluiten bij D.O.K. teneinde te zijner tijd de
ouderen te kunnen vervangen. Eveneens be
val hij aan de jubileerende vei'eeniging door
donaties financieel te steunen.
Onder daverend applaus werden in den
loop van den avond de vier kampioenen ge
huldigd. die op zoo'n schitterende wijze nieu
we lauweren voor hun club hadden geoogst.
Dat waren de heer C. G. Tabak, die in ge
wichtheffen (licht gewicht) tevens het Ne-
dcrlandsch record verbeterde, J. Vessies, ge
wichtheffen (zwaar gewicht), N. Groeneveld
worstelen (licht gewicht) en G. van Soest,
worstelen (midden C-gewicht).
In hartelijke bewoordingen releveerde de
voorzitter hun fraaie prestaties, waarmede
- zij tevens D.O.K, het mooist denkbare jubi
leumgeschenk hebben aangeboden. De kam-
men werden met de kampioenslinten om
hangen en ontvingen bovendien namens de
vereeniging een bloemenhulde.
De heer C. G. Tabak dankte namens zijn
mede-kampioenen voor de gebrachte hulde.
Zeer veel hebben zij volgens spr. echter te
laiiken aan den heer A. J. Burger, die altijd
genegen was de athleten te trainen. Hij
dankte hem daarvoor en bood den heer Bur
ger bloemen aan. Deze zeer sympathieke en
zoo welverdiende hulde werd met een lang
durig applaus onderstreept.
Het verdere verloop van den avond ken
merkte zich door een zeer prettige en geani
meerde stemimng.
De heer H. Rensink uit Amsterdam heeft
de talrijke aanwezigen een feestelijken
avond en nacht bezorgd. Met zijn vroolijke
liedjes en voordrachten oogstte hij een da
verend succes. Het spreekt vanzelf, dat ook
de dansvloer druk bezet was. „De Racket
Makers" uit IJmuiden zorgden voor de dans
muziek.
Zoo snelden de uren henen en de Zondag
was al verscheidene uren aangebroken toen
de laatste feestgangers huiswaarts keerden.
Zoo kon D.O.K. met groote en gerecht
vaardigde voldoening terugzien op de viering
van haar twintig-jarig bestaan, Zij zal uit
de haar in zoo ruime mate betoonde sym
pathie de kracht hebben geput, om vol moed
den eenmaal ingeslagen weg te blijven wan
delen onder leiding van haar ijverig bestuur.
Op naar het zilveren jubileum!
Concert Hoogoven Kunstkring. M A A N D A G 27 APRIL 1936
Solist: Ph. S. Vlessing (cello).
Voor dit concert, dat de Hoogoven Kunst
kring in de goedbezette Odeonzaal aan de
Baanstraat Zaterdagavond gaf. had het orkest
slechts een viertal werken ingestudeerd, het
geen echter aan de waarde van den avond
niets afdeed. Beter een bescheiden getal com
posities behoorlijk uitgevoerd dan een top
zwaar programma met minder of geen kwali
teiten.
Het zaaltje, dat met deze uitvoering voor het
eerst voor het publiek werd opengesteld, doet
met zijn fleurige, in lichte tinten gehouden
aankleeding prettig aan en heeft acoustisch
ook zijn goede zijde.
Von Weber's Ouverture Peter Schmoll be
loofde bij de inleidende maten reeds zeer goed
te worden. De kleuren van het in zijn onder
deden flink bezette orkest werden fraai ge
mengd; dynamische schakeeringen waven rij
kelijk aanwezig, vooral de „schaduwzijde" is
mooi van klank. De klarinet is vrij scherp van
toon, doch leest zeer vlot, de fluit past zich
fijntjes aan, maar was niet vrij van zwevingen.
De vrij uitgebreide Faustfantaïsie gaf de
heeren-solisten handen vol werk en was dus
een goede gelegenheid de capaciteiten van de
ieden individueel te toetsen.
Dan frappeerde allereerst het stevige en-
semblespel, dat wij van den H.O.K. nog nim
mer zoo degelijk verzorgd en aaneensluitend
gehoord hebben. Het 'piano had echter te veel
forte-aspiraties; de stemming tusschen hout
en koper liet te wenschen over; dit laatste on
derdeel. in het bijzonder de piston, kan zich
gerust intoomen, de hecren zijn dan even goed
hoorbaar.
In den Soldatenmarsch kon het koper zich
even „uitleven". Ons is opgevallen, dat de
leden individueel neg te weinig zelfvertrouwen
hebben met name e.an in de lagere regionen
van het strijkerscorps.
De Sterrennacht is en blijft altijd een ge
vaarlijk iets wat de stemming betreft en ook
hier moesten de strijkers dit overduidelijk er
varen.
Het Slotkoor bracht niet alleen in de opera-
zelf, maar ook bij de executanten alles weer
tot dat troostvolle einde, dat spreekt van de
harmonische verzoening der sferen na de
aardsche afdwalingen.
De drie-deelige suite naar Ukrainische mo
tieven van de hand van den bekenden arran
geur Morena gaf een veelbelovende introduc
tie (op Kasbek-rhythme) in een stevig or
kestraal verband; alle uitvoerenden en meer
in het bijzonder de strijkers waren er „in"
fraai baswei'k; tempo kan nog meer opgevoerd
worden.
Aan het slotdeel van deze welluidende suite
(die zij het dan pretentielooze amusements-
en programma-muziek. het oor van den door
snee-luisteraar doorloopend boeit) zou een se
rieuze retouche de uitvoering ten goede ge
komen zijn.
Solistische medewerking verleende "Ph. S.
Vlessing met een viertal werken voor cello.
Begaafd cellist als deze is was de uitvoering
van Glazounow's Melodie en Gavotte van Pop
per bij hem in vertrouwde handen. De met
lyrische bewogenheid vertolkte soli, de beko
ring en schoonheid van hét instrument zoowel
als de breede, warme toon lieten niet na een
diepen indruk op het gehoor te maken en te
recht hem een uitermate hartelijk succes te
bezorgen. Hij dankte met een Rondo van
Boccherini.
De geacheveerde, uiterst muzikale begelei
ding van Netty Vlessing sxcot zich waardig bij
dit voorname musiceeren aan. Vooral Glazou-
now werd door haar expressief verklankt.
Met een kleine orkestbezetting als begeleid
ster voerde de cellist na de pauze Andante van
Godfried Mann en Goltermann's Concertstück
uit. H.O.K. heeft zich van deze belangrijke taak
met grooten aandacht gekweten en voldeed
uitstekend. Directeur v. d. Hoeff droeg er zorg
voor, dat de geluidsexpansie tot het volume
van begeleidend ensemble beperkt bleef en
het solo-instrument zijn voorgrond behield.
H.O.K. mogen we een woord van lof voor dit
secondeeren niet onthouden; het was in alle
opzichten verzorgd.
Met de wals Hochzeit der Winde, waar de
dynamiek rijker aan contrasten had kunnen
zijn heeft de dochter af deeling der personeels-
vereeniging „De Gieteling" deze uitvoering
uitgeluid, een uitvoering welke veler verwach
tingen (en zeker de onze)) overtroffen heeft.
W.
Dubbele kampioensvreugde in
het Kennemers-kamp.
Twee kampioenschappen op écn dag.
Zondag 26 April zal voor de voetbal vereeni
ging de Kennemers wel met een extra ver
melding voor de historie geboekstaafd wor
den. Deze dag, die wat de weersomstandig
heden betreft, zich zoo triestig en somber liet
aanzien, is geëindigd in een uitbundige vreug
destemming onder het legertje roodzwarte
aanhangers, dat aan den avond van denzelf
den dag maar liefst twee kampioenselftallen
te begroeten had.
De reserves hadden in de morgenuren reeds
gezorgd, dat de kampioensvlag kon warden
geheschen door de competitie van de reserve
derde klasse A met een 30 overwinning te
beëindigen op haar concurrente W.F.C. 3. Deze
belangrijke wedstrijd werd in verband met het
groote gebeuren van Zondagmiddag op het
Haarlem-terrein ï'eeds des morgens te 11 uur
in het gemeentelijk sportpark gespeeld. Het
tweede elftal heeft zich deze mooie kans
niet laten ontgaan. Een mooie overwinning
was het resultaat en ongetwijfeld zal dit ook
al weer een belangrijke moreele steun zijn
geweest voor de spelers van het eerste elftal,
die dat in den zwaren strijd tegen Zandvoort
konden gebruiken. En zoo moedigden de kam-
pioeneix de a.s. kampioenen aan den Schoter-
weg te Haarlem geducht aan.
Kennemers 2 deed in 't seizoen 1932—1933
haar intrede in den K.N.V.B.. na voor dien
langen tijd in den H.V.B. te hebben gespeeld en
daarin de noodige kampioenschappen ver
overd. Zondag wei'd dan voor de eerste maal
in den K.N.V.B. een kampioenschap veroverd,
waarmede wij de rood-zwarte reserves harte
lijk gelukwenschen. Zij kunnen terugzien op
een zeer goed seizoen.
De eindstand aan den kop van deze afdee-
ling is:
Kennemers 2
W.F.C. 3
16 11 2 3 24 50—24
16 8 5 3 21 39—23
Twee K.M. ten Noorden van Wijk aan Zee strandde Zaterdagavond tijdens
een zware mist de logger KW. 108. Het schip zit op de eerste bank.
Deze afdeeling telde negen clubs, zoodat
slechts 16 wedstrijden behoefden te worden
gespeeld.
Het eerste elftal heeft het goede voorbeeld
van de reserves gevolgd en des middags door
een 21 overwinning op Zandvoort dubbele
kampioensvreugde in Beverwijk te weeg ge
bracht. De enerveerende strijd, die op het
Haarlemterrein werd gevoerd bracht den Ken
nemers den kampioenstitel. Des te grooter is
de vreugde, omdat men Kennemers. dat vier
punten op de club uit de badplaats ten achter
was geraakt, niet veel kans meer gaf op het
kampioenschap.
Ook Zandvoort kreeg echter met een in
zinking te kampen. Het ééne puntje, dat zij
nog noodig had om de kampioensvlag te hij-
schen kon zij in de twee resteerende wedstrij
den tegen Scheveningen en Hillegom niet
veroveren.
De Kennemers kregen toen weer een kans,
welke zij hebben aangegrepen om voor de
vierde maal afdeelingskampioen der derde
klasse te worden, Het is wel vermeldenswaard,
dat ook in 1929 het kampioenschap in een
beslissingswedstrijd moest worden behaald.
Het ging toen tegen het Amsterdamsche O.
V. V. O., dat intusschen reeds tweede klasser
werd. De Kennemers zijn in die poging nog
steeds niet geslaagd. Thans zullen zij weer
alle krachten gaan inspannen, om het reeds
zooveele jaren gekoesterde verlangen in ver
vulling te doen gaan. Een der tegenstandsters
voor de komende promotie- en degradatie
wedstrijden is intusschen bekend. Het is Olym-
pia, dat de aanvallen op haar plaats in de
tweede klasse tegen de beide kampioenen van
de derde klasse zal hebben te verdedigen. Het
is wel een eigenaardige speling van het lot, dat
ook de andere gegadigde eerst bekend zal zijn,
nadat een beslissingswedstrijd is gespeeld. Dat
zal dan gaan tusschen Terlaak en Vios, die
beiden met een gelijk aantal punten de com
petitie eindigden. De eindstand van de kop
groep, waaraan wij dan gemakshalve den
beslissingswedstrijd toevoegen, is:
Kennemers 19 15 0
Zandvoort 19 13 2
4 30 63—28
4 28 47—23
Uit deze cijfers blijkt wel, dat beide rivalen
een zwaren strijd om de eereplaats hebben
moeten voeren. Ook spreekt uit de doelcijfers
de productiviteit van de voorhoede der kam
pioenen. Van de 63 doelpunten, die in deze
competitie werden gescoord, waren de fabri
kanten: Steeman 16, Groot 15, Veenstra 15,
Horeman 11, Bakker 5 en Brethouwer 2.
Zondagavond heerschte er natuurlijk uit
bundige feestvreugde in het clubgebouw „Oud
Meerenstein", waar 't dubbele kampioenschap
duchtig werd gevierd. Onze hartelijke ge
lukwenschen ook aan de spelers van het eerste
elftal, die straks de samenvoeging van de ge
meenten niet beter kunnen gedenken, dan
door Groot-Beverwijk in het bezit te stellen
van een tweede klasser. Play-up, Kennemers!
FEUILLETON
52)
ROMAN VAN HANNO D diSEN.
(Nadruk verboden)
Renate's bezoek aan de woning van de fa-
familie Royter duurt veel langer dan den
buiten in de kou wachtenden Gabriel
Bchwarzer lief is. En juist hier, in deze deftige
Wjk( bevindt zich geen enkele van die gezel
lige Weensche café's, welke zich zoo bij uit
stek leenen om degeen, die hij volgt, in het
°°g te houden. Hij steekt juist min of meer
wanhopig zijn achtste sigaret op, als mevrouw
kien eindelijk verschijnt.
Lachend steekt zij de straat over, loopt
regelrecht op den detective toe en reikt hem
stralend de hand.
»Dag meneer Schwarzer
De aangesprokene weet niet, wat hem
overkomt. Hij laat zijn sigaret vallen en staart
Renate aan, te verbaasd om een woord over
zijn lippen te brengen. Deze echter zegt vroo-
lijk:
-Ik stel voor om den terugweg samen te
doen. U hebt moeite genoeg gehad om me op
hielen te blijven. Ik meen uw zware taak,
waarvan u zich zoo trouw hebt gekweten, nu
wel wat te mogen verlichten".
Schwarzer drukt Renate's hand met dezelfde
emphase, waarmee hij verzekert:
„Ik heb van het begin af gezien, dat u de
voortreffelijkste vrouw van de wereld bent".
„Daarvoor bent u ook de beroemde detective
met den scherpen blik", plaagt Renate, terwijl
ze opgewekt vervolgt: „En nu gaan we naar
Sacher. Daat laten we ons een uitstekend maal
klaar maken. Dat hebben we toch wel ver
diend, nietwaar?"
Schwarzer knikt enthousiast, zooals hij
trouwens alles zonder tegenspraak bevestig't,
wat Renate in haar uitgelaten stemming be
weert of voorstelt.
Als dan na het middagmaal de koffie ge
serveerd is, zegt Renate, plotseling ernstig:
„U kunt uw vriend Szartossy het volgende
meedeelen: Ik heb via mijn oom, graaf Roy
ter en door bemiddeling van diens vriend,
baron Berlinger, die intendant van de Staats-
opera is, Vonberg's symphonie het bestuur van
het Philharmonisch OrkesJt doen toekomen.
Daarvóór echter heb ik mij in Dresden op
de hoogte gesteld van het oordeel van den
bekenden dirigent, Ernst Rung en deze was
een en al lof. Nu is de symphonie aangenomen.
Ik zal meneer Vonberg van een en ander in
kennis stellen
„Mevrouw, ik voel me werkelijk verlegen
De wijze, waarop u mij te verstaan gaf, dat
u reeds lang yan mijn taak op de hoogte was,
doet mij weliswaar de hoop koesteren, dat
vriend Szartossy's goede bedoelingen ten op
zichte van u niet in twijfel worden getrok
ken, maar desondanks weet ik nu niet of
u geen aanstoot neemt aan mijn noodzakelijk
geworden inmenging, alsik bedoel, om
dat.
„Maar u zich daarover maar niet ongerust,
meneer Schwarzer. Laat het u genoeg zijn,
als ik u verzeker, dat ik Stefan Szartossy's be
zorgdheid voor mij op de juiste waarde weet
te schatten. En dat ik mij uw achtervolging
als die van een trouwe beschermengel, gaarne
heb laten welgevallen, heb ik immers be
wezen. Het is noodig, dat u een en ander
weeten als ik bepaalde details voor u
verborgen wilde houden, zou dat dom en
kinderachtig zijn. Ik ben tenslotte een vrouw,
die het leven kent, oud en ervaren genoeg om
te weten wat nuttig en noodig is, een vrouw
van over de veertig
„Een koningin bent uontglipt het
Gabriel Schwarzer. En nu hij dit eenmaal
gezegd heeft, is er ook geen houden meer aan.
Hij moet zijn vereering onder woorden bren
gen, zijn vereering voor de vrouw in haar
meest idealen vorm. Zijn beroep heeft hem
meestal in aanraking gebracht met den zelf
kant van het leven. Voor het eerst ontmoet
hij hier den zielenadel in zijn smettelooze
reinheid
Renate laat hem rustig uitspreken. Als hij
eindelijk een pauze maakt ln zijn huldebe
tuiging zegt ze met een fijn glimlachje:
„Een koningin ben ik toch heusch niet.
Slechts een zeer eenvoudige bruggenbouwster,
die een brug van wederzijds begrijpen slaat
van mensch tot mensch. En aangezien men
nu eenmaal niet kan bouwen, zoolang het
puin niet is weggeruimd, was deze reis, waarop
u mijn trouwen beschermer bent geweest,
noodzakelijk. Ik dank u daarvoor. En nog
maals: schrijft u vooral aan Stefan Szartossy.
Schrijf hem alles. Ook dat en hoe wij elkaar
hebben ontmoet en ons hebben uitgesproken".
„Ik zal het hem liever telefoneeren".
„Net zoo u wiltmaar nu is mijn tijd
helaas om. Ik moet teurg naar mijn hotel".
„Mag ik u vergezellen....?"
„Nee.liever nietik verwacht name
lijk bezoekeen familielid, de jonge baro
nes Geitler-Hattorf
Gabriel Schwarzer weet genoeg en Renate
Lien verlaat het restaui*ant om aan de brug,
die zij voor Sylvester Vonberg bouwt, den
sluitsteen toe te voegen. Den sluitsteen, waar
door zij eerst haar draagkracht zal verkrij
gen.
Den geheelen middag brengen Jobanna en
Renate tezamen door: zij zeggen elkaar die
dingen, welke men slechts met z'n beiden
kan bespreken en ook dan nog maar met
halve woorden. Zoo komt het, dat de beide
vrouwen ook eigenlijk niet zoo heel veel pra
ten. Korte aanduidingen zijn reeds voldoende
een enkel gebaaraf en toe een blik.
Zij begrijpen elkaar onmiddellijk tot in de
kleinste bijzonderheden.
De avond is reeds gevallen, als Johanna
eindelijk van de lage couch, waarop zij heeft
plaats genomen, opstaat.
„Hartelijk dank, Renate
„DankWaarvoor
„Wat je voor me gedaan hebt, ls
„Nee, nee Johanna, je vergist je. Ik heb
niets voor je gedaanook voor mezelf niet.
Wat ik gedaan heb. was vanzelfsprekend
dat moest ik doen.... van binnen uit
eenvoudig volgens het gebod van m'n na
tuur
„Ra, RenateJij bent, zooals je zijn moet.
Dat is het. Eenvoudig noem je het mij
schijnt het wonderbaarlijk. Maar ik geloof,
dat er eigenlijk geen woord bestaat, dat ooit
het wezen van den mensch volkomen kan
weergevenIn zulke gevallen is onze taal
armNoem het 't hart of noem het
dat wat zich binnen in den men
dat, wat pijn doetdaardoor leeft n
immers eerst, of dringt het althans tot het
bewustzijn door, dat men leeft
(Slot volgt)