Brieven van Controleur B.B. in mijn vorigen brief stelde ik u het verslag van een „hanenklopperij" in het verschiet. D e sport van ae Balineezen. Die sport geschiedt ineen groot soort tent, in het midden de ring" van ongeveer 5 bij 5 Meter, waar de hanen od elkaar worden losgelaten, bewapend net zeker wel een d.m. lange messen aan de «Doren. Om den ring zeker wel een 500 toe schouwers, in rijen dik amphitheatersgewijze gezeten. En die zitten maar te gokken dat het |en lieve lust is. De goktechniek is bar inge wikkeld en weer heel anders dan ik het van het hanenkloppen in Borneo kende. Maar het enthousiasme is zeker even groot! In den (rrond is dat hanenkloppen een bloedoffer dat Ln bate van de tempels wordt gegeven, maar thans en reeds vele jaren lang is het niets anders dan een groote publieke vermakelijk heid met gokken als grootste attractie. En de Baüërs zijn reuze-gokkers. Is normaal het ge- pingel op de passers om een kopeng (waarde gen achtste cent) de ware sport, hier vliegen de rijksdaalders en guldens makkelijk rond. Ik amuseerde me er best, al gokte ik niet mee (ik had het graag gedaan, maar het is in strijd met mijn controleurswaardigheid, jammer genoeg) en toog om 6 uur weer naar '1Upen volgenden dag de burgemeestersver kiezing van een kampong in de buurt meege maakt. D.w.z. dat de 300 stemgerechtigden op hun primitieve manier een nieuw hoofd van de kampong moesten kiezen, daar ik den vo- rieen functionaris wegens verduistering in de petoet had gezet. Het was een drukke en warme beweging, vooral door de altijd minder prettige lucht die een aantal verzamelde Inlanders tezamen we ten teweeg te brengen. Den volgenden dag kwam de Resident langs met Excellentie Van Dijk om het mooie gerechtszaaltje te bekijken en naar de zilversmeden, ook beroemdheden van Bali. Dat gerechtszaaltje, waarin hier de zittingen plaats hebben, de Kerta G-osa, en dat door alle touristen bezocht wordt, is een hoog steenen opbouwsel, versierd met prach tig beeldhouwwerk: daarop, op 4 palen ge steund, een idjoek (palmvezel) dak, waarvan de binnenkant (en dat is de grootste beziens waardigheid) versierd is met heel mooi Bali- neesch schilder- en teekenwerk, weergevende alle mogelijke godsdienstige verhalen in de meest fantastische en kleurrijke vormen. On der dat open dak hoog verheven, op heel mooi gebeeldhouwde en geschilderde stoelen, zit ik dan zoo af en toe, met mijn twee Inlandsche rechters en twee Inlandsche officieren van justitie recht te spreken. Er om heen op de grasvlakte een massa menschen, n.l. de be klaagden en getuigen en ook, dat is gewoonte hier. vele belangstellende familieleden en kamponggenooten. Het is een interessant werk, daar je zooals altijd in het berechten van crimineele en civiele zaken het beste een kijk krijgt op het leven en streven van den Inlander. Vooral in civiele kwesties, meestal erfeniszaken, is het heel lastig door de inge wikkelde adat en familiekwesties (kasten) en diverse soorten grondenrecht. Maar dat leert aardig aan. In dat gebouwtje houd ik ook de maandelijk- sche bestuursvergadering, de Sangkepan. Ik ben dan voorzitter en erbij zijn: de Dewa Agoeng (soort regent van Java, die hier het Negara (land) Kloengkoeng helpt besturen) en zijn 4 districtshoofden. Dit zijn ook allen gouvernementsambtenaren (de Regent met 800 pop tractement) en die komen zoo'n beetje in de plaats van elders den Sultan. Verder zijn erbij de twee rechters, waarvan een de opper priester is en een aantal ambtenaren van de onderafdeeling (de hoofdlandrente-inner, de veearts, dokter, landbouwopzichter, school opziener en opzichter Waterstaat). Mijn res sort is hier wel heel anders dan de vorige. Wa ren die veel grooter (Poetoes o.a. 20.000 K.M.2, Siak 35-000 idem, Soembawa zelfs nog 8000 KM., dit Kloengkoeng is maar net 1000 K.M. groot. Wel wonen er veel meer zielen n.l. 170.000 tegen Soembawa 120.000 en Poetoes maar 23000. Terwijl het Noordelijk deel van dit ressort, dc bergstreek, niet al te dik be volkt is, is dat wel met de omgeving van de standplaats het geval. Dat district is n.l. maar 45 K.M.2, groot en er wonen 22.000 menschen dus haast 500 per vierkante K.M., veel dichter bevolkt dan Nederland. Het is dan ook één en al sawahs met dessa's er tusschen. Mijn standplaats Kloengkoeng begint al lee- lijk warm te worden en ik snap nog maar steeds niet waarom ze alle standplaatsen in de laagte en in de warmte hebben geplaatst, terwijl er zulke heerlijk-koele oorden in de buurt zijn. Maar dat hebben we nu eenmaal aan onze min verstandige koloniseerende voorvaderen te danken. Daarom is het zeker een bof voor me dat ik het lustoord in de ber gen, Kintamani, zoo „vlak naast de deur" in mijn ressort heb liggen. Ik zit daar nu lekker in de kou 1450 M. hoog. Toen ik vanmorgen half 10 Kloengkoeng verliet was het daar 89 graden in de schaduw en toen ik hier na een rit van 50 K.M. dus een uur rijden aankwam was het hier 78 gr. en nu in de avonduren is het 69, terwijl het op Kloengkoeng nog wel ruim. 80 zal zijn. Daar zou ik nu in mijn pyja ma achter mijn machine zitten transpireeren als een otter; hier zit ik lekker in flanellen broek, hemd en pullover, 's Morgens na lekker pitten in de frissche kou, lekker ontbijt met zooals steeds daar, prachtige aardbeien die er het heele jaar verkrijgbaar zijn. En toen het terrein in om mijn werk te doen. Ik trof hier ook nog den Oostenrijker Strasser, schilder en schrijver, cnet zijn vrouw, die een jaar gele den al voor een tijdje op Kintamani hebben gewoond en nu, na een wereldtrip van een paar jaar, waarop ze de verste en mooiste uit hoeken van de wereld hebben bezocht (Hono lulu, Amerika, Australië, Japan, heel Europa enz.), zich toch weer hier kwamen vestigen omdat ze dit toch het mooiste en heerlijkste plekje op de wereld vonden. Dat lijkt me nu wel een tikje overdreven, maar Kintamani is toch ook wel heel bijzonder. Ik maakte hier ook nog een tempelfeest mee, heel interessant en kleurrijk, met een massa mooie Balische meisjes in de bekende Balische volksdracht. Later, er komen nog een massa van die gelegenheden, zal ik zoo'n feest wel eens uitvoerig beschrijven. Als ik er meer ge zien heb kan ik er beter over boomen, daar ik dan beter op de hoogte ben van dë ingewik kelde adat Ik zal dan ook eens een lijkver branding beschrijven die ik hier al eenige ma len meemaakte, hoewel het niet zoo'n verhe ven schouwspel is als sommigen nieenen. Wel ik in dezen brief nog even vertellen van een lijkverbranding van muizen die ik heb Meegemaakt, een adatvertoon dat maar zel den voorkomt. Dat zat zóó. We hebben hier erg van een muizenplaag te lijden, waardoor vooral aan de rijst op de sawahs veel schade w°rdt aangebracht. We bonden den strijd met Muizenvergif aan, doch ook de adat moest te dulp geroepen worden en daarvoor diende de ze officieele verbranding. Elke man uit de be dreigde streek moest een muis inleveren en dat bracht het totaal op van 17000 stuks. Net dis bij een echte menschenlijkverbranding werd er een hooge toren gemaakt, waarheen ze vervoerd werden, een massa offers om de Go den gunstig te stemmen, gebed van den pries- ïfr en toen werd het zaakje in brand gesto ken. Bi- kwam een bar vieze walm uit den brandstapel en we namen toen de beenen snaar. Den volgenden dag had ik raad Kerta en sprak ik voor een diefstal in een der tempels Mer tegen drie Balische dieven d'e niet mal- scne straf van totaal 32 jaar uit. Ze keken leelijk op hun neus. Woensdag naar Bangli voor diverse werkjes en door naar kampong Tiga, waar de feestelijke prijsuitdeeling plaats had voor een wedstrijd in het maisplanten. Landbouw is hier een heel voornaam middel van bestaan en wordt op alle mogelijke ma nieren aangemoedigd, waarvoor ook die wed strijden dienen. Er was een massa belang stelling met natuurlijk muziek en dans erbij. Het was een kleurig en fleurig geheel. En toen weer door naar het koele Kintamani, waar ik dienst en genoegen altijd handig weet. te com bineeren. Je hebt er zoo'n prachtig uitzicht op het meer en de Batoervulkaan, waar ik nog wel eens naar zal afdalen. Bollenzondag door den aether naar Amerika. Geslaagde uitzending uit Heemstede. Een zeer geslaagde radio-uitzending is Zondagmiddag geschiedt door de Phohi van 16.50 tot 17.05 uur.Deze uitzending, welke nabij een bloembollenveld in Heemstede gegeven werd. geschiedde op een golflengte van 16.88 en 19.71 M. door de Phohi-zenders P. H. I. en P. C. J., zij was in het bijzonder bedoeld voor Amerika. Door de zorgen van dezen Nederlandschen omroep, werden de indrukken, welke de bloeiende bloembollenvelden op een Ameri kaan, die daartoe opdracht had ontvangen van de Amerikaansche omroepmaatschappij. naar Amerika uitgezonden. Het ooggetuige- verslag werd op bijzonder vlotte wijze in de Engelsche taal verzorgd door den heer Cesar Searching, den Europeeschen directeur van „Columbia Broadcasting System". De uitzen ding werd in Amerika op de „Net Works" dezer maatschappij gezet, waardoor tallooze Ame rikaansche Radio-stations van Noord tot Zuid en van Oost tot West eveneens dit Nederlandsche kwartiertje weder uitzonden. Aan de uitzending was een bezichtiging van een deel der bloembollenstreek voorafgegaan, waarbij de heer Voors, algemeen secretaris van de Vereeniging voor Bloembollencultuur, als gids was opgetreden. Tijdens dezen tocht had de heer Searching zijn ooggetuige-im pressies verzameld. Het programma, dat geheel per telefoonlijn naar de zenders te'Huizen en te Eindhoven doorgegeven werd, ving aan en eindigde met carillonspel van de Groote Kerk te Haarlem. Het Mannenkoor „Cacdia", onder leiding van Nico Hoogerwerffzong een tweetal Neder landsche liederen: „Mijn Nederland" en „Woudeenzaamheid". De reporter gaf een enthousiast en duide lijk overzicht van hetgeen hij in het „very beautiful Holland" en speciaal in de bollen streek, gezien had, en waarvoor hij een en al bewondering had. Hij dankte met een paar woorden in het Nederlandsch de mannen voor hun zang. Een 12-jarig meisje sprak daarna eenige woorden in het Engelsch voor den microfoon. Zij bood den heer Searching een bouquet fraaie tulpen aan. Deze speciale werelduitzending uit Neder land kan als een treffend voorbeeld beschouwd worden van de wereldprogramma's die de Phohi bezig is te organiseeren, teneinde de aandacht van het buitenland op ons vader land te vestigen. De uitzending kwam naar de omroeper in Amerika mededeelde, „keihard" door. Brutale roofoverval op klaar lichten dag. Zaterdagavond te omstreeks zes uur heeft een uitermate brutale roofoverval plaats ge had in een woning aa«n de Apollplaan te Am sterdam, gelegen in het gedeelte tusschen Stadionweg en Mozartkade. Twee mannen hebben getracht, toen de dienstbode, die alleen thuis was, de deur open had gedaan en zij door de indringers op zij was geduwd, haar met een revolver schrik aan te jagen. In plaats van inlichtin gen te geven over de plaats, waar geld ge borgen was, zooals de mannen vragen, be gon het meisje te gillen. Hierop zijn de man nen, blijkbaar geen „vaklieden", op de vlucht geslagen en in de auto, waarmee zij gekomen waren, weggereden. BARTHOLOMEUS HEEFT EEN KOE GEKOCHT. „Heb jij eenig benul van koeien", vroeg Bartholomeus, die via de tuindeur binnenge komen was. Ik legde mijn krant neer. Als Bartholomeus zoo'n schijnbaar alledaagsche vraag stelt staat het signaal op onveilig. „Waarom?", informeerde ik dus achter dochtig. „Wel", antwoordde Bartholomeus en hij lachte voldaan, „omdat we d'r een gekocht hebben!" Dat was te veel emotie op één oogenblik. Een wilde kreet ontsnapte aan mijn overwel digd gemoed. „Om dat webracht ik er met moeite uit. „Een koe gekocht hebben", vulde Bartholo meus rustig aan, alsof het een futiliteit gold. „Weet je, kerel, ik ben altijd gek op die bees ten geweest en sinds we ons vrijgezellenbe staan naar dit landelijke oord verplaatst heb ben, moeten we toch aan het noodzakelijke décor denken, vind je zelf ook niet? En dan, 't is zoo reusachtig gemakkelijk, als je de melk zoo maar uit je achtertuin kunt halen en van dat misdadige eind fietsen naar het dorp verlost bent De ontstellende waarheid drong tot me door. De verrader had bij boer Verhoeven een koe gekocht, een koe op afbetaling! „Hoeveel?" stamelde ik, nog bleek van ont roering „Voorloopig twee tientjes, en dat geeft ons reeds het recht op de melk", zei Bartholo meus. „Verhoeven ging accoord met een chèque Een chèque, een chèque.onderbrak ik hem ongeduldig, „je hebt niet eens een Chequeboek!". „Nu ja, maar jij toch immers", verduidelijk te Bartholomeus. terwijl hij uit mijn tabaks zak een versch pijpje- stopte. Ik zuchtte, zooals ik reeds zoo vele malen om mijn vriend gezucht heb en vroeg hem, waar hij het dier in 's hemelsnaam gelaten had. „Everdina", zei Bartholomeus en hij sprak dien n^am met een zekere plechtigheid uit, „Everdina bevindt zich momenteel in den achtertuin". Ik keek door het venster. Inderdaad. Ever dina was in den tuin. Everdina vernielde den tuin met frappante routine. Groot en leelijk was ze, geelachtig- bruin van kleur, schonkig en met een kop waarop ik twee venijnige ho rens ontdekte. Ze gluurde me uit haar halfge- LANGS DE STRAAT. Het Concours. Het. is Zondag en terwijl de wandelaars bij kleine plukjes de glimmende straten stof- feeren, breekt heel in de verte het oorverdoo- vend geraas los van veel te veel muziek in een veel te nauwe straat. Het kolkt ver over de hoofden van de vooroprijdende politieagenten, ver tusschen de enge gevelspleten door, het zet uit bij iedere zijsteeg en zijstraat en wringt zich verder en verder en zet de heele buurt in geschetter van feest-koper. Voorop gaan twee agenten, achter hen schrijdt statig de tamboer majoor, draagt nog fier den staf, laatste teeken van vergane glorie. Wie gooit hem thans nog wervelend hoog de lucht in. wie roept nu nog luid zijn bevelen en grijpt zijn hoorn, om er een ratelende fan fare aan te ontlokken? Bevelen doen de twee mannen voorop, met donkere uniformen en glimmende knoopen. Achter hen loopt het mu ziekcorps, blaast wangen op, toeteren warm en de straat vol dat het davert en dendert. Wat zij spelen? Dat grootsche Nederlandsche muziekstuk, onze nationale hymne „Sarie Marijs". Er ligt een heel stil steegje. De lucht is strak en grijs en het schijnt dat de druppels, die nog van goten en boomen lekken, feilloos diep vallen uit dien drogen hemel, die toch heusch heeft opgehouden te lekken. Het steegje is smal, het loopt aan weerskanten weg van een klein pleintje, waar een eenzame kastanjeboom reeds groene, frissche bladeren uitspreidt. Dan wordt hier langzaam aan de stilte ver broken. Eerst is het één klein krielstemmetje. dat roept door de vochtige morgenlucht van het pleintje: „Jongès!" met een scherpen uit haal. Dan gaat er hier en daar een deur open en duiken meer van die krielstemmetjes op. De kinderen kwetteren en schreeuwen en ravot ten in hun Zondags-beste pakjes, gelapte buisjes die na vijf minuten vuil zijn. „Jongès, we gaan meziek make!" Hij zegt het en dus gebeurt het. In een oogwenk zijn er doozen, stokken, blikken en kartonnen toe ters te voorschijn getooverd en onder india- nengekrijsch trekt het orkest om de eenzame kastanje heen. Luid beuken ze op de doozen en blikken en luid krijschen zij door de toe ters hun lied: „Sarie Marijs". Het wordt onhoudbaar in de steeg. Meer deuren gaan open en meer omwoners verschij nen, geheel of gedeeltelijk op zijn Zondags, en dreigend wijzen zij het plein-orkest weg. De musici gaan, bang voor de harde handen die zij maar al te goed kennen en zij naderen de groote straat. Dan, op het oogenblik, dat zij, eerst aarze lend, dan flink-voor-elkaar, den hoek omslaan, staan zij voor die eindelooze rij glanzend nik kel en fluweelen vaandels, voor de echte mu ziek. Zij hebben zoo geschreeuwd dat zij niets hebben gehoord, maar nu staan zij vis a vis met dit droombeeld, met „de muziek". Zij zijn stil, met open mond en verrukte oogen kijken de krielmenschen naar den voor- bijschuivenden stoet van nikkel en uniformen. Een oogenblik later liggen trommels en toeters op een hoop in het steegje en broederlijk ge armd stapt het orkest achter de muziek aan. Zacht aan verklinkt „Sarie Marijs" in de verte, verdwijnen de krielmenschjes in hun muziek- golf. De stilte komt terug in de straat en de steeg. Werkeloos en nutteloos liggen er de doozen en de stokken. Het is al laat als een kluitje glundere kin dergezichtjes weer de steeg binnenschuifelt. De doozen en toeters kijken ze niet meer aan. Thuis wacht het eten en terwijl een trotsch fanfarecorps zich een eersten prijs blaast, daalt een fijne regen neer en weekt een hoopje karton tot pap. Indisch lesvliegtuig verongelukt. Inzittende dame omgekomen. BANDOENG, 26 April (Aneta-kea'ndienst) Hedenmorgen is het lesvliegtuig van de Ne- derlandsch-Indische Aeroclub „de Kriel", na tegen een hoogspanningskabel te zijn gevlo gen, neergestort. Het ongeluk geschiedde in de buurt van Lenibang, bij Bandoeng. De inzittende passa- giere, mevrouw van Lierop, is bij dit ongeluk gedood. De bestuurder, de sergeant van de lucht- vaart-afdèeling Keim, werd licht gewond. sloten oogen boosaardig aan. terwijl ze met luie staartbewegingen de vliegen om zich heen verdreef. Vol afschuw wendde ik mij van dit schouw spel af. Daar stond Bartholomeus al voor me, in boezeroen. In de eene hand droeg hij een emmer, in de andere het pianokrukje. „Sufferd", zei ik „wat verbeeld je je eigenlijk? Melken is maar niet zoo'n werkje vcor Jan en alleman. Daar moet je aanleg voor hebben, daar moet je voor sfcudeeren!" „Dat probleem heb ik al onder de oogen gezien", zei Bartholomeus. „En daarom heb ik me een handleiding aangeschaft". Hij duwde me het geschrift onder den neus. Wordt nü landman. Boer na twaalf lessen, door P. J. Ossen- dorp en H. van Stierum, f 1 gebon den, las ik. Als in een droom zag ik, hoe Bartholomeus het pianokrukje onder de koe zette, de uier constructie bekeek en mij vervolgens de melk- gids overhandigde. De koe keek over haar schouder heen en nam Bartholomeus op. Een uitdrukking, die een onuitsprekelijke minachting scheen te vertolken, kwam over haar gelaat. „Lees op" commandeerde Batholomeus. Ik opende Ossendorp bij „De Techniek van het melken". „De techniek van het melken", las ik, „om vat het onttrekken van melk aan de koe of aan de geit. Zie De Melkboerderij". „Dank je", zei Bartholomeus onbewogen. Toen vc-nd ik wat we noodig hadden. „Volgens de gewone methode gaat de exe cutant „Dat ben ik" zei Bartholomeus. „Gaat de executant", vervolgde ik „op de kruk zitten, om na eenige woorden tot de koe gesproken te hebben, met het werk te begin nen." Nu kan men Bartholemeus veel verwijten, maar zeker niet, dat het hem aan nauwge zetheid ontbreekt. Hij verrees dus van zijn driepoot en stelde zich tegenover Everdina op om haar toe te spreken. „Goede morgen koe", zei Bartholomeus. „De kwestie is deze, waarde koe, dat mijn vriend en ik graag twee flesschen room wenschten te ontvangen. Om kort te gaan, koe, ik zal me nu weer naar het magazijn begeven en wan neer ik bel hoop ik het verlangde prompt te ontvangen". Hij maakte een lichte buiging in de richting van de koeienkop en zette zich weer op het krukje neer. Welke?" vroeg Bartholomeus, terwijl hij naar het mechanisme wees.. „Probeer die 's" stelde -ik 'voor. Om 15 cent een jongen levens gevaarlijk gewond. Bakkersknecht met mes in den rug gestoken. In den nacht van Zaterdag op Zondag is te Brandwijk (Z.-H.) een twist ontstaan tus schen den 18-jarigen B. v. Meeteren te Mo lenaarsgraaf en den 17-jarigen H. van de G. Van de Gr. gaf van Meeteren met een groot mes een steek in den rug. waardoor deze le vensgevaarlijk werd gewond. De dader is in arrest gesteld. De toestand van het slachtoffer dat naar het ziekenhuis te Dordrecht vervoerd werd, is zorgwekkend. De ruzie is ontstaan over de betaling van een bedrag van.... vijftien cent. De boeren zoon v. d. G. had al geruimen t-ijd met het. plan rondgeloopen den ander daarover aan te spreken. Het slachtoffer van Meeteren is bakkersknecht van beroep. LEZING VOOR DE J.V.A. Woensdagavond 29 April zal Mr. B. W. Stomps een lezing houden over „Opbouw en hand having van het Volkenrecht". Deze lezing is georganiseerd door de afd. Haarlem van de Jongeren Vredes Actie en zal gehouden wor den in gebouw „De Nijverheid" Jansstraat 85. Koninklijk bezoek aan Goeree en Overflakkee. Eenvoud, soberheid maar vooral hartelijk heid warén het kenmerk van het bezoek, dat koningin en prinses Zaterdag aan Goeree en Overflakkee hebben gebracht De bevolking van het eiland komt niet ge makkelijk los en geeft niet gauw uiting aan haar gevoelens, maar ditmaal heeft 't enthou siasme het toch van de aangeboren kalmte gewonnen. Juist de eenvoud van het bezoek gaf daar aan zijn hartelijkst karakter en stralend van vreugde namen koningin en prinses overal de hulde der bevolking in ontvangst. Ook deze landbouwstreek, die overal de spo ren van zijn bloei draagt, is door de crisis zwaar getroffen, en derhalve was het op wensch van de koningin zelve, dat van grootsche feesten en ontvangsten is afgezien, maar juist de eenvoudige wijze, waarop overal de bevolking der dorpen de vorstelijke bezoek sters ontving, gaven dezen tocht over het eiland grootere charme dan eerepoorten en parades hadden kunnen doen. Bijna overal ging de ontvangst op dezelfde wijze en niette min ging nergens het eigen karakter verlo ren. Steeds weer waren het kleinere of oudere meisjes, die in elk dorp bloemen aan boden en telkens opnieuw was het een ont roerend oogenblik als hooge kinderstemmen het aloude Wilhelmus inzetten en vooral ook toen een zangkoor van oudere jongelui aan de grens van het gehucht Achthuizen het „Wilt heden nu treden" uit de Valerius Ge- denckklanck inzette. Te Den Bommel liet de schooljeugd op het „Wilhelmus" de Psalm „Dat 's Heeren zegen op u daal'volgen, wat luidkeels door de ge- heele verzamelde bevolking werd meege zongen. En dan ging het weer met groote snelheid langs de vlakke polderwegen naar het volgen de dorp, de auto's in de verte reeds zichtbaar als kleine zwarte stippen in het wijde land. De koningin had er prijs op gesteld om in een geheel open wagen te rijden en men moet bewondering koesteren voor de wijze, waarop zij overal even minzaam, voor iedereen een vriendelijk woord over hebbend, dezen ver- moeienden tocht heeft gemaakt, met als en kel rustpunt, na de ontvangst ten Stadhuize van Miadelharnis, het fraaie ziekenhuis te Dirksland. waar een kop bouillon werd ge bruikt en een bezoek werd gebracht aan de zieken, die dezen dag lang als een mooi aan denken in hun herinnering zullen bewaren. Voor het vertrek uit Stellendam te ruim half twee, waar de Nautilus op de reede lag te wachten met het politievaartuig „Triton" in de onmiddellijke nabijheid, nam de koningin hartelijk afscheid van de burgemeesters der verschillende gemeenten van het eiland, die zich hier hadden verzameld om de vorstelijke bezoeksters uitgeleide te doen. Hare Majesteit sprak haar groote voldoe ning over dit bezoek uit en verzocht den bur gemeesters de bevolking haar dank over te brengen voor de zeer hartelijke ontvangst, die haar en de prinses zoo warm had getrof fen. Bartholomew belde. Geen gehoor. ..Die'5" „Niet thuis", kondigde Bartholomeus aan. „Die dan?" „In gesprek", berichtte Bartholomeus. Ik wierp opnieuw een blik in Ossendorp. „De druk dient horizontaal te geschieden", las ik voor. Bartholomeus verrichtte den druk in hori zontale richting. Toen ik hem uit de broeikas bevrijd en de ergste wonden met jodium behandeld had, zag ik nog juist, hoe Everdina door de heg was gedrongen en als bezeten in buurman's jonge aanplant te keer ging. Precies twee uur later, nadat we Everdina, dank zij de spontane medewerking van twee boerenjongens, op ons grondgebied terug gevoerd hadden, deed de onversaagde Bartho lomeus een laatste poging. „Bij de melkbeweging wordt het physieke weerstandsvermogen in niet geringe mate op de proef gesteld", las ik verder. „Juist", riep Bartholomeus triomfantelijk uit, terwijl hij zich wederom op het piano krukje neerzette. „Het physieke weerstands vermogen zei je toch, hè? Nu, de proef kan beginnen, ik De proef was reeds begonnen. Ditmaal snorde Bartholomeus in een sier lijke houding opwaarts, beschreef een salto op het doóde punt van zijn luchtreis en verricht te een correcte landing in den melkemmer, die hem met weiluidenden klank over het hoofd schoof. Van Everdina viei geen spoor meer te her kennen. Bartholomeus zei geen woord. Hij stond op. werkte zich los en pakte het pianokrukje bij éen poot op. Toen nam hij den kortsten weg naar het dorp en stapte het postkantoor binnen. Krijtwit, met rollende oogen en verwilderde haren stond hij voor het loket. „Juffrouw", bulderde hij door het tralie werk heen, „juffrouw, zoek onmiddellijk alle adresboeken bij elkaar, die er te vinden zijn!" Vaster omklemde hij zijn wapen tus schen de vingers. Achter het loket deed een nerveuze hand een greep naar een stapel boeken. „Ik moet, ik wilhijgde Bartholomeus, „bij de P, juffrouwnee, bij de Ojuist juffrouwik wil oogenblikkelijk het adres van zekeren P. J. Ossendorp (Naar een vertelling van Denis Dunn in „Answers"). DINSDAG 28 APRIL 1936 Engelsche begrootings- geheimen uitgelekt. Lloyds verliest. (Van onzen Londenschen correspondent) Londen, 26 April Het vermoeden dat bijzonderheden van de begrooting. die eerst bekend worden in de re devoering welke de Kanselier van de Schatkist in den laten middag van den begrootingsdag houdt, reeds vroeger ter kennis waren geko men van eenige personen, is de laatste dagen zekerheid geworden. De personen voornoemd gingen eenige uren voordat Neville Oh amber- lain in het Lagerhuis opstond om zijn rede aan te vangen, verzekeringen aan bij Lloyds tegen het risico van een verhooging van de theebelasting en de inkomstenbelasting. De assuradeuren van Lloyds maken er altijd werk van zulke risico's te dekken indien er vraag naar is Men kan zich in de City van Londen even goed verzekeren tegen een verhooging van de theeaccijns als tegen het risico van regen of de komst van tweelingen. Het bedrag van de premie wordt uiteraard door de ver zekeraars benaald naar de mate van waar schijnlijkheid waarmede het eene of het an dere kan worden verwacht. Maar polissen die even voor de begrootingsrede werden genomen waren, naar men thans beseft, geen verzeke ringen tegen risico. En de zaak is een groot openbaar schandaal geworden. De premies die in dit geval werden betaald, waren bui tengewoon hoog, hetgeen bewijst dat de per sonen, die de verzekering aangingen, er ten- naastenbij zeker van waren dat de thee- en. inkomstenbelasting zouden worden verhoogd. Zij hadden particuliere en naar bleek juiste inlichtingen ontvangen over Begrootingsgehei- men. De heeren van Lloyds hadden er geen vermoeden van dat de drukke zaken die zij eenige uren voor het indienen der Begrooting te behandelen kregen, niet zuiver waren. Zoo als gewoonlijk in zulke gevallen meenden zij te doen te hebben met een normale dekking van risico door hen die zakelijk belang stellen in de voornemens van den Kanselier van de Schatkist. Weliswaar rees de premie-prijs snel toen bleek dat de verzékerde bedragen zeer hoog waren, maar de assuradeurs beseften eerst dat de transacties in zuiverheid tekort schoten toen zij ontdekten dat alleen verze keringen waren aangegaan voor de eenige twee risico's, waarop zij schadevergoeding zouden moeten betalen. Lloyds heeft terstond de na men opgespoord van hen, die deze verzeke ringen op het laatste oogenblik hadden aange gaan. Dat is waarschijnlijk gedaan op verzoek der regeering, die de zaak zeer ernstig opvat. Het uitlekken van begrootingsgeheimen is dan ook een veel ernstiger zaak dan het bedriegen van assuradeurs, hoezeer ook dit laatste, als alle bedriegerij, hevig moet worden veroor deeld Men tracht nu te weten te komen hoe de geheimen zijn uitgelekt. Begrootingsgehei men worden altijd nauwgezet bewaard, juist om een schandaal als zich thans heeft voor gedaan, onmogelijk te maken. Alleen perso nen in hooge ambtelijke posten kennen deze geheimen. De menschen die het meest recht streeks door de lekkage zijn benadeeld, zijn uiteraard de verzekeraars. Zij leden ernstig financieel verlies als gevolg van het feit dat hun klanten staatsgeheimen hadden leeren kennen. Maar een algemeen belang staat op het spel met de eerlijkheid van den staat en zijn ambtenaren. Indien een tot geheimhou ding verplicht ambtenaar inlichtingen geeft die een persoon, die de inlichtingen ontvangt, in staat stellen een boel geld te verdienen is daarmee de onkreukbaarheid van den staat aangetast. Indien het straffeloos kan ge schieden zal het publiek gauw corruptie gaan zien in elke daad' van een landsdienaar. MINISTER SLINGENBERG BEZOCHT WERK VERSCHAFFINGS WERKEN TE CASTRICUM EN EGMOND. HAARLEM Maandag. Hedenmorgen heeft de minister van So ciale Zaken, Mr. Slingenberg, nadat hij de nieuwe brug te Beverwijk had geopend, een bezoek gebracht aan Castricum en Egmond, waar de werken, welke door de N.V. Noord- Hollandsche ontginningsmaatschappij wor den uitgevoerd op de provinciale landzoede- ren. welke onder -beheer staan van het pro vinciale waterleidingbedrijf in Noord-Hol land. in oogenschouw werden genomen. In het gezelschap merkten wij o.m. op den heer Meijer de Vries. mr. J. B. Bomans, lid van Gedeputeerde Staten van Noord-Hol land. Mr. M A. Stufkens. griffier der Staten van Noord-Holland, directeur van de N.V. Noord-Hollandsche ontginningsmaatschap pij, jhr. ir. Reygersman, hoofd in geneur-di- recteur van den Provincialen Waterstaat, de beide rijksinspecteurs der werkverschaffing, burgemeester P. Kikkert van Beemster en J. B. V. M. J. van de Mortel van Noord wijk. UIT HAARLEM UITVAART KAPELAAN Th. M. STROUS. HAARLEM Maandag. Vandaag vond de uitvaart plaats van ka pelaan Th. M. Strous. die op 27-jarigen leef tijd is overleden. Om half tien vonden de Lauden plaats, om tien uur de plechtige ge zongen uitvaart in de O. L. Vrouwekerk aan het Spaarne. De plechtige Requiemmis werd opgedragen door Deken H. C. J. Sondaal, met assistentie van kapelaan van Dijk. kapelaan van Hou ten en kapelaan Haselaar. De lijkrede werd gehouden door Deken Son daal. „Wij staan hier bij de lijkbaar van een jongen priester, die vol idealen was. die boven al lief had de zaak van zijn Meester. Voor al les was de jeugd de liefde van zijn priester- hart. Een man met een kinderziel, en juist daarom was hij zoo geliefd bij de ouderen, maar ook bij de jeugd. Hij was onze vriend, en al verschilde vaak zijn jeugdig oordeel van dat der ouderen, doch steeds stond hoog daar boven zijn liefde voor het ambt. God heeft de hand op hem gelegd. Wat zal ik tot u zeg gen, familie, wie door het weggaan van uw zoon de kroon van het hoofd is gevallen,. En tot u, zijn vrienden? Gij verliest in hem een vriend en en priester. En u. parochianen! Hij heeft u lief gehad in dat wat gij zelf lief hebt, in uw kinderen. Wij alleen mogen hem nooit vergeten." Onder de talrijke aanwezigen waren vele geestelijken onder wie Mgr. M. P. J. Möll- mann oud-vicaris-generaal en Mgr. H. Pichot vicaris-generaal. De beaarding had plaats op de R. K. be graafplaats St.-Barbara.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1936 | | pagina 7